MIDDELBIRGSCHE COURANT. N°. 136. 143° Jaargang, 1902. Donderdag 12 Juni. Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., f 2_ Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. THERMOMETER RN VERWACHTING. 11 Juni 8 u. vm. 55 gr., 12 n. 62 gr., av. 4 u. 65 gr. F. Verwacht: matige Z. W. wind, bewolkte lucht, regenachtig weer, weinig verandering in temperatuur. Advertentiën20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 1—7 regels f 1.50; elke regel meer 20 cent. Reelamens 40 cent per regel, Groote letters naar de plaats, die zij innemen. Tot de plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende Handel, Ngverheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algemeen Advertentle-Büreaa A. DE IiA HAR Acn., EZ. Voorburgwal 266, Amsterdam. Middelburg 11 Juni. Kameroverzicht. Zitting van Dinsdag. De minister van bnitenlandsehe zaken had van zjjn verweer tegen den heer Fokker, die Vrjjdag jl. grondwettige bezwaren had opge worpen inzake de goedkeuring der overeen komst met de Duitschê regeering betreffende bet aanleggen van een kabelverbinding van Ned.-lndië naar de Philippjjnen via Guam, twee volle dagen tjjd gehad om zich eens ter dege voor te bereiden. Maar of hg nu in theoreti- schen zin met de inmiddels verjaarde argu menten het pleit gewonnen heeft, dat is een kwestie, die wjj hier liever niet zouden willen uitmaken. In elk geval alléén stond hg niet. Twee palladgnende heeren Mees en De Savornin Lohman schaarden zich aan zgn zgde, en het was dan ook te begrgpen, dat de heer Fokker maar geen gevolg gaf aan de uitnoo- diging van den heer Mees, om zgn bezwaar in een amendement te belichamen, en in dien vorm een uitspraak van de Kamer uit te lokken. De afgevaardigde voor Alkmaar wenschte echter dezen weg niet te bewandelen om zuiver t'ormeele redenen, zoodat de zaak eigenlgk onuitgevochten is gebleven. In zekeren zin is dit wel te betreuren, want het slotprotocol, uit welks inhoud wg gewaar zouden kunnen worden, hoe die Duitsoh-Nederlandsche maat schappij er uit ziet, en dat niet aan de goed keuring der kamer was onderworpen, is eigenlgk de spil waar de kabelzaak om draait. Nu zei de heer Lohman wel, dat het er niets toe doet, hoe die kabelmaatschappij er uit ziet, en dat do Kamer alleen het tractaat had goed of af te keuren, maar als deze redeneering op ging, had men op dezelfde gronden evengoed het tractaat zelf aan de goedkeuring der Kamer kunnen onthouden. In dien geest krjjgt art. 59 der Grondwet alleen een formeel e be- teekenis, hetgeen toch zeker niet in de bedoeling van den grondwetgever heeft gelegen. Hoe dikwjjls toch is het slotprotocol van meer gewicht dan het tractaat waaraan het toege voegd is En dat dit in dit geval niet zoo is, werd noch door den minister, noch door een der beide medestanders van dien bewindsman gezegd, terwijl de heer Fokker in zgn repliek zich bepaalde tot een zuiver staatsrechtelijk betoog. Hg bestreed de stelling, dat alleen alles wat in het tractaat staat, moest worden goedge keurd, maar niet datgene, wat er verband mede houdt, dus wat in het protocol stond. Per slot van rekening weten wg dus maal niet hoe die Duitsch-Nederlandsche kabel maatschappij za' ingericht worden, behalve dan uit de magere gegevens, die de regeering het noodig achtte in de stukken over te leg gen en die reeds menigeen bedenkeljjk het hoofd deden schudden over het politiek be leid, dat bjj het afsluiten der overeenkomst bg onze regeering heeft voorgezeten. Naast ons was een Germaansche gast ge zeten, die wel beweerde dat Nederland in deze., een gutes Geschclft had gemaakt, maar als wg bedenken, dat, volgens den minister, onze in vloed ten deze zal afhangen van het parti culier kapitaal, dat uit Nederland in de maat schappij zal belegd worden een op zichzelf al vreemde redeneering, waar het eei zuiver politieke zaak betreft en verder overwegen, dat in ons land tusschen groot kapitaal en regeering zoo goed als geen band bestaat, wat wel in andere landen, Duitsoh- land voorop, het geval is, dan ligt de con clusie voor de hand, dat wg de uitspraak van den Germaan maar niet dadeljjk konden beamen. En vooral niet nu het slotprotocol aan de discussiën onttrokken werd. De overeenkomst en het d&arbjj behoorend wetsontwerp werden vervolgens zonder hoofde lijke stemming goedgekeurd. In den namiddag werd de taptoe geblazen bg de militaire wetsontwerpen, die met 81 tegen 5 stemmen werden aangenomen. Weder om was het viertal Bergansius, Loeff, Yan der Hoeven en Krujjs aan de ministerstafel ge zeten, maar nu voor het laatst. Met bigde gezichten zaten zjj daar knusjes bijeen brave minister Krujjs, die niets meer te duchten had van den leeljjken Staalman; de oude snorrebaard Bergansius, die van louter pret niets anders deed dan zgn knevels opstrijken de eerljjke Loeff, die alle boosheid van vroeger vergeten scheen, en de sympathieke professor uit Leiden die even smaakvol kan praten als lachen en in een bovenste beste bui was. En de Kamerleden, waarvan er waren, die het dit viertal vroeger dikwijls zoo lastig gemaakt hadden, óók zjj waren in hun schik, dat do zaken nog zoo goed afgeloopen waren. Met uitzondering van de socialisten, die in hun banken bleven zitten en zich van de dingen, die komen zouden, niets aantrokken, scheen het wel, alsof iedereen in jubileumstemming verkeerde. En toen de minister van justitie, na een korte toelichting van de aangebrachte wijzigingen, een woord van hulde en waardee ring aan den regeeringscommissaris bracht, gaf de Kamer ondubbelzinnige blgken, dat zjj met welgekozen woorden ten volle instemde. Na den minister sprak de heer Lohman nog eenige welwillende woorden aan het adres van den Leidschen professor, die daarop in een keurig speecbje antwoordde. Vervolgens ver klaarden de heeren Marchant en Heemskerk, dat zjj zich niet in elk opzicht met deze wetten konden vereenigen, dit ook namens hunne politieke vrienden, maar toch niet zouden tegenstemmen, en toen werd de stemming ge houden, die met den reeds vermelden uitslag liep. Wederom een aanval van de leden op de regeeringstafel om handen te geven en te feliciteeren, en toen was de militaire finale voor goed geëindigd. Ten slotte werden nog eenige kleinere wets ontwerpen goedgekeurd, en bleef de Kamer steken in de beraadslaging over de onteigening voor het maken van een nieuwe brug over het Noordzeekanaal. De heer Lely, die heden de c in den breede besprak, zal hierover een motie van orde indienen, waarin de wenache- ljjkheid wordt te kennen gegeven om d( Hembrug een hoogte van 12 meter te geven, zoodat zeeschepen er zonder bezwaar onder door zullen kunnen varen. Morgen komt deze motie aan de orde, er wordt verwacht dat de Kamer na afdoening daarvan op reces zal gaan. KWESTIE-P ASST O ORS Naar men ons meldt, zou het treden van den heer W. C. J. Passtoors uit de R. K. Kamerclub in verband staan met een verschil van gevoelen met zgne medeleden over de werkstaking te Enschedé. Die leden zouden hem ernstige verwjjten gedaan hebben over den steun, dien de E. K. Volksbondwaarvan, zooals men weet, de heer PasBtoorB voorzitter is, aan de uitgeslotenen verleent. ONZE KONINGIN. Aankomst te Sehaumburg. Uit Sehaumburg is heden hel volgende tele- graphische bericht ontvangen »H. M. de Koningin heeft de reis naar hier zonder eenig bezwaar volbracht en bevindt zich heden morgen zeer wel. Arts Pot." Vertrek uit Apeldoorn, Het onder de hooge boomen van de laan gelegen perron van het Loo was Dinsdag morgen, reeds lang vóór het uur, bestemd voor het vertrek van den koninkljjken trein, door een dichte menschenmassa omgeven, en voort durend stroomden nog uit al de op dit punt samenloopende lanen, nieuwe menschendrom- men toe. Er waren stellig wel drie duizend personen bjjeen. Het perron zelf was door maréchaussee te paard afgezet. H. M. de Koningin-Moeder was reeds eenigen tgd van te voren op het perron, en ging met het zorgvolle oog van een moeder na, of alles in het salonrjjtuig in orde was. H. M. de Koningin maakte ditmaal de reis met den aalonwagen van hare moeder, omdat haar eigen waggon, een twee-assig rjjtuig, niet voldoet aan de eischen van de nieuwe spoor wegwet in Duitsehland, die voorschrgft, dat alleen vierassige rjjtuigen in sneltreinen mogen worden opgenomen. Van het voorste gedeelte van dezen salon- waggon waren de wit satjjnen gordijntjes alle neergelaten, zoodat er reden bestond om te vermoeden, dat deze helft van het rjjtuig er geheel op was ingericht om H. M. de heid te verschaffen, het zich daar zoo keljjk mogelgk te maken. De hofarts Pot, versierd met zgn nieuwe decoratie, was aanwezig, en overtuigde zich dat in dit zieken compartiment alles in orde was. In den salonwagen bevond zich een ziekenverpleegster, die, evenals de heer Pot. de reis meemaakte. Ongeveer tien minuten vóór den tgd van vertrek reed het koninklijk rgtuig van het paleis af. H. M. de Koningin was daar behoed zaam van het hooge hordes in het rjjtuig dragen. Een oogenblik later reed het open rgtuig, waarin de Koningin gezeten was naast den Prins der Nederlanden, het perron op, en on middellijk steeg er uit de menschenmassa een luid gejuich op, dat zich over de geheele lengte der bjjeengestroomde menigte voortplantte. De Koningin zag er goed uit. Zjj is wat bleeker geworden, en ook iets magerder. Maar haar verschjjuing maakte in geen enkel opzicht den indruk van het vervoer eener zieke. Een zwak blosje kleurde hare wangen, en zjj beant woordde het gejuich glimlachend en buigend. Ook aan üaar toilet waren alle ap- en depen dentiën van ziekenvervoer geheel vreemd. Zjj droeg een grjjs costuumpje, en een zwart hoedje met grjjs en wit gegarneerd. Neen, dat was gelukkig, niet meer een zieke Wie haar vroeger niet dikwjjls van nabjj hadden gezien, konden zelfs denken, dat zjj niets ver anderd was. Ook de levenslustige tinteling van hare oogen sprak van nieuwen levenslust en levensmoed. De Prins beantwoordde de toejuichingen door het afnemen van zgn hoed. Het rgtuig reed tot vlak voor het balkon ,n den salonwagen. Zoodra het stil stond werden met groote behendigheid de paarden afgespannen. Vervolgens werd tusschen het rgtuig en het balkon een loopplank gelegd, zoodat de Koningin, zonder dat zjj een trapje op of af hoefde, zich op het balkon kon be- )ven. Deze zorgvolle handeling, die het publiek zoo duideljjk volgen kon, lokte opnieuw luide toejuichingen uit. Men kon het zoo bemerken, dat het publiek meeleefde met al die maat regelen van liefdevolle voorzorg. Voor de Koningin in den salon wagen ver roerde zjj zich nog eenmaal om, en neigde vriendelijk naar alle kanten het pu bliek toe. Daarna verdween zjj achter de neer gelaten gordjjntjes van het ziekencompartiment. Voor de portierraampjes van het achterste gedeelte van het salonrjjtuig zag uien nog enkele oogenblikken den Prins der Nederlan den en de Koningin-Moeder. Deze laatste kwam nog weer eens op het balkon om nog wat tegen dezen of genen te zeggen, en om af scheid te nemen van den burgemeester. Het gevolg stapte in, de heer Pot begaf zich in zjjn coupé, naast die van de treiningenieurs. En onder het vernieuwde gejuich van het publiek, door den Prins, staande in den wag gon, met buigende groeten beantwoord, zette de trein zich in beweging. Hare Majesteit reist in streng incognito onder den naam Gravin van Buren. Het personeel van den trein had opdracht ikregen om door de wissels zoo zacht moge lgk te rjjden, teneinde het schokken te voor komen, en in het algemeen alles te vermjjden, wat de rust van H. M. zou kunnen storen. (Zutph. Crt.) Dankbetuiging. De directeur van het kabinet der Koningin heeft van H. M. het volgend schrjjven ont vangen, dat hjj in de St. Crt. in zgn geheel bekend maakt Het Zoo9 Juni 1902. Gedurende Mjjne ziekte mocht Ik zoo tal- looze blgken van deelneming ontvangen, dat het Mg niet mogelgk is geweest aan een ieder afzonderlijk Mjjnen dank te doen overbrengen. Ik verzoek U Hoogwelgeboren daarom, langs dezen weg, aan allen, die in de droevige dagen Mjjner ziekte en bjj Mgn aanvankelijk herstel van hun deelneming hebben bljjk gegeven. Mgn oprechten dank over te brengen en Mjjne diepgevoelde erkentelijkheid te betuigen. Dit hernieuwd bewjjs van de liefde en hechtheid van Mgn Volk heeft Mg diep ge troffen. {yet.) WILHELMINA. Zelfs de voorstelling, die men thans hier en daar aantreft, alsof men de Boeren prik kelen moet, om, terstond na den vrede, op de mogelijkheid van nieuwgewapend verzet te zinnen, komt ons hoogst bedenkeljjk voor. Elk pogen daartoe zou voorshands geen ander gevolg hebben, dan dat het militair schrikbewind bestendigd werd, en de vredes voorwaarden op het karigat door Engeland werden toegemeten. Ook zou het stellig te weeg brengen, dat Engeland allen toegang in Zuid-Afrika voor ons, Nederlanders, voor onze geschriften, voor ons onderwjjs, voor onze nij verheid en onzen handel hermetisch afsloot. Hoe onuitsprekelijk hard het ook zjj, er moet thans, den eersten tgd, in den nieuw-geboren toestand reservatio mentalis worden berust. Al leen een loyale houding van de zgde der Boeren, kan thans van Engelands zjj drageljjken toestand doen scheppen. En wat van onzen kant voor de toekomst aan onze stamverwanten ten goede kan komen, is niet, dat we hen thans onverwijld weer tot daden vjjandschap aansporen, maar dat we het Nederlandsche element in het wereldverkeer sterken, en zoo een tegenwicht bieden tegen Anglosaksische overmacht. Aan de woordenwisseling, die kennelgk met politieke bedoeling ook nu weer over de Nota gevoerd werd, nemen we onzerzjjds geen deel. Als eens de tgd zal gekomen zgn, om de stukken die op deze Nota betrekking hebben, publiek te maken, zal al zulk geschrjjf vanzelf geoordeeld staan. Voorshands zjj het genoeg er aan te herin neren, dat destjjds geen voet verzet is, dan in overeenstemming met wat aan de drie gedele geerden van nut en geraden scheen. J>E INVLOED VAN DEN ALCOHOL OP BE VOLKSGEZONDHEID. DE DROEVE WERKELIJKHEID. Onder dit opschrift wjjdt De Standaard een opstel aan den vrede in Zuid-Afrika; en zgne redactie zinspeelt daarbg ook op de grief, tegen dr Kuyper ingebracht. Wg weten daarom niet beter te doen dan bet slot van die beschouwing hier te laten volgen. Na erop gewezen te hebben dat, nu ten slotte alle staatslieden en generaals van naam te Pretoria tot - het sluiten van den vrede overgingen, het, voor wie deze mannen noch van lafheid noch van domheid verdenken wil, (en dat wil niemand) toch wiskundig vast staat dat volledige bekendheid met den stand van zaken in Zuid-Afrika, helaas, geen afslaan van het vredesaanbod toeliet, sehrjjft het blad Van achteren bezien, ware het allicht te wenschen geweest, dat de gedelegeerden in Europa, nu drie maanden geladen, gebruik gemaakt hadden van lord Landsdowne's aan bod, om hun een vrjj geleide naar Zuid-Afrika te geven. Ze zouden dan misschien bg de onderhandelingen tegenwoordig geweest zgn, en hun broederen in zoo pgnlgke ure met raad en voorlichting hebben kunnen steunen. Toch zou het aan de uitkomst niet veel ver anderd hebben, nu de koude werkeljjkheid bleek te zgn, gelgk die is. Noch uit Europa, noch uit Amerika konden ze hulp toezeggen, en dat zouden ze ook niet gedaan hebben. Daar zgn ze te onkreukbaar eerljjk voor. Hun laatste reis naar Amerika had hen te vast overtuigd, dat ook van die zjjde niets to hopen viel. Op het te Zwolle gehouden congres voor sociale hygiëne en gezondheidsregeling waar veel belangrijks is besproken, dat wg niet in abeel kunnen meedeelen is door prof. dr C. A. Pekelharing een rede gehouden over bovengenoemd onderwerp. Volgens het verslag in de Zw. Crt. is het verslaafd zgn aan alcoholische dranken in zoo danige mate, dat een ziekelijke verandering van allerlei organen van het lichaam onver- mjjdeljjk is, naar spreker deed opmerken, gevaar voor de volksgezondheid. De strgd tegen het alcoholisme is aanvaard door bjjzondere personen en door vereenigingen, De eene groep wil het gebruik geheel weren, de andere groep wenscht misbruik tegen te gaan. De laatste groep tracht een antwoord te vinden op de vraag, waarin de werking van den alcohol op het organisme van den mensch be staat. Moet de alcohol beschouwd worden als eene stof, die uitsluitend hetzij door eene prik kelende, hetzjj door eene bedarende (verlam mende) werking den mensch het levensgenot kan verhoogen of wel ook als voedsel dienst kan doen. De meening van Moleschot, dat alcohol voor minstens 90 pet. onder opneming van zuurstof wordt ontleed, staat vast. Alcohol geeft dus aan het lichaam een hoeveelheid arbeidsvermogen, overeenkomende met de hoe veelheid warmte, die bg de verbranding van in het organisme ontleden alcohol vrjj wordt. Welke stoffen zgn het nu die door den alcohol gespaard kunnen worden Hiervoor komt eigenljjk alleen het vet in aanmerking. Bekend is dat veelvuldig gebruik van alcohol leidt tot belangrjjke ophooping van vet. Even eens leidt het gebruik van alcohol tot besparing van eiwit. Onjuist is dussalcohol is een vergif voor de levende stof." Deze uitspraak was gebaseerd op de meening, dat onder het gebruik ook van kleine hoeveelheden alcohol meer stikstof werd afgescheiden. Economisch komt alchohol als voedingsmiddel niet in aanmerking. De fijnste spjjzen zgn nog goedkooper dan alcohol bjj geljjke voedings waarde. Toch is de rol van den alcohol bg de voeding meer dan enkel die van een ge notmiddel. De voeding dient om de bouwstoffen, door den mensch verbruikt, weer aan te vullen, Hiervoor moet het voedsel omgezet worden door spjjsverteeringssappen. Prikkeling der smaakzenuw bevordert de af scheiding van deze sappen. De verdunde alchohol doet den smaak genaam aan en is als zoodanig nog niet ver vangen geworden door eenigen anderen drank, De spjjsverteering en eetlust hangen van de stemming van den mensch af en de alcohol wekt den mensch op. Langa een onmiddeljjke werking van alcohol op de maag, nadat het in het bloed is opgenomen, bevordert bet eveneens de spjjB- verteering. De werking op de maagklieren van den alcohol is een die de secretie be vordert en deze werking berust niet alleen op remming. Een kleine hoeveelheid alcohol wekt eveneens een krachtige ademhaling op (Bin?.), vooral na kraehtigen spierarbeid, juist hierna is eene ruirue ademhaling ge- wenscht. De organen voor bloedsomloop zgn weinig gevoelig voor kleine hoeveelheden alcohol. Wat men plaatselijk ziet, gaat nog niet in het algemeen op. Krjjgt men na een glas port een kleur, dan behoeft dat niet te wjjzen op een algemeene verwjjding van de huidvaten. Evenmin wjjst hier een verhoogd gevoel van warmte op. Dit gevoel berust op zenuwwer king. Pols en bloedsdruk bljjven vrjjwel on veranderd. Bjj zwakke toestanden werkt een kleine hoeveelheid alcohol als een hartversterking, Het gebruik van geestrijke dranken veroor zaakt voorts vermeerderde bewegelijkheid en het bleek dat men meer arbeid kan verrichten kort na het gebruik van een weinig alcohol spoedig wordt do spierkracht zwakker. De ge heele hoeveelheid verrichte arbeid bljjft onge veer gelgk of men alcohol gebruikt of niet. Vooral op vermoeide spieren komt deze krachts vermeerdering voor den dag. Het zenuwstelsel ondervindt in zgn geheel den invloed van den alcohol. De experimenteele psychologie heefc ons dezen invloed leeren ken nen. De werkingen van den geest geschieden vlugger maar minder nauwgezet. Daarom moet bij strengen hersenarbeid, die een juist oordeel en een fijn waarnemen vereischt, alcohol ver meden worden. Bjj andere werkzaamheden van den geest, als die voorkomen bg het gezellig verkeer, worden deze onder invloed van den alcohol beter verricht, doordat storende remmingen wegvallen. De heer Pekelharing besprak verder de scha- deljjke werking van den alcohol, zooals die zich uit bjj den alcoholist. Het eerst vindt men de schadelgke verande ringen in het zenuwstelsel, vooral wanneer de genomen giften alcohol telkens hooger worden. Spoedig échter ondervinden ook andere, ja bjjna alle organen de schadelgke werking. In hart en nieren wordt het liohaam aangetast Van belang is in welke concentratie alcohol gebruikt wordt en of zjj verontreinigd is met foezel. Deze verontreinigingen kunnen zelfs de genoemde gunstige werkingen van den alcohol geheel opheffen. De vraag van het congres ismoet men den strgd tegen den alcohol aanbinden Spreker meent, dat de juiste maat bjj alcohol gebruik wel is te vinden, maar voor ieder in 't bjjzonder, nooit in 't algemeen. Kinderen behoort alcohol geheel onthouden te worden. Den volwassene kan echter alcohol nuttig zgn, mits hjj noch directe gevolgen daarvan ondervindt, noch de naweeën er van leert kennen. Zal het genot, het gevoel van welbehagen j den arbeid voor den geeBt zoowel als bjj de spieren zoo krachtig mogeljjk zgn, dan be hoort ook bg de ontspanning, die voor een goed deel inspanning is van anderen aard, het ;enot niet te ontbreken. Men kan toch waar- jjk niet zeggen, dat het asceten zgn die het meest tot den vooruitgang in de maatschappij hebben bijgedragen. In de bestrjjding van bet alcoholisme vindt het congres zeker een taak, waar een her ziening der drankwet niet lang kan uitbljjven. Prof Pekelharing eindigde zjjn rede met de opmerking, dat het kwaad, waarmede de alco hol de openbare gezondheid bedreigt, niet in de terstond op het gebruik van den alcohol volgende verschijnselen te zoeken is, maar eerst dan ontstaat, wanneer de alcohol een behoefte geworden, welker voldoening met haast on- weerstaanbaren drang door het organisme ge- ëischt wordt. »De gewoonte dag in, dag uit, te pas en te onpas alcohol te drinken, dit is verderfelijk aldus eindigde üjj. Mocht het dit congres mogelgk zgn maatregelen te be ramen, waardoor die gewoonte, bg de welge stelde klasse evenzeer als bg den werkman, kan worden tegengewerkt, dan zon daardoor zeker zgn arbeidsveld met een vruchtbaar ge bied verrjjken." De heer Van der Meulen, voorzitter der Vereeniging tot afschaffing van alcoholhoudende drankenzeide dat de beweging tegen den alcohol nooit bestreden heeft dat alcohol geen nut kan doen. Tegenover dat nut staat een groot nadeel in het algemeen. Waar de weten schap nog wankelt, waar alcohol slechts kan gebruikt worden in individueele maat, daar wees spr. er op dat de masse en bloc er beter aan doet zich den alcohol geheel,te ontzeggen. De geheelonthouder schuwt niet het genot, hjj zoekt dit echter buiten den. alcohol om. Eveneens acht hjj alcohol niet noodig tot ver hooging van het gezellig verkeer. De strgd tegen alcohol is juist ontstaan doordat de man eerst een borrel neemt, dan de borrel den borrel, en dan de borrel den man. BKN UEM1JUM MZ. Bg kon. besluit is aan W. Colenbrander, directeur van het ,hnia van bewaring te Amsterdam, op zgn ver-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1902 | | pagina 1