MIDDELBIRGSCHE COURANT.
N°. 136.
143° Jaargang,
1902.
Donderdag
12 Juni.
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., f 2_
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
THERMOMETER RN VERWACHTING.
11 Juni 8 u. vm. 55 gr., 12 n. 62 gr., av. 4 u. 65 gr. F. Verwacht: matige Z. W. wind,
bewolkte lucht, regenachtig weer, weinig verandering in temperatuur.
Advertentiën20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 1—7 regels f 1.50; elke regel meer 20 cent. Reelamens 40 cent per regel,
Groote letters naar de plaats, die zij innemen.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende
Handel, Ngverheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algemeen Advertentle-Büreaa
A. DE IiA HAR Acn., EZ. Voorburgwal 266, Amsterdam.
Middelburg 11 Juni.
Kameroverzicht.
Zitting van Dinsdag.
De minister van bnitenlandsehe zaken had
van zjjn verweer tegen den heer Fokker, die
Vrjjdag jl. grondwettige bezwaren had opge
worpen inzake de goedkeuring der overeen
komst met de Duitschê regeering betreffende
bet aanleggen van een kabelverbinding van
Ned.-lndië naar de Philippjjnen via Guam, twee
volle dagen tjjd gehad om zich eens ter dege
voor te bereiden. Maar of hg nu in theoreti-
schen zin met de inmiddels verjaarde argu
menten het pleit gewonnen heeft, dat is een
kwestie, die wjj hier liever niet zouden willen
uitmaken. In elk geval alléén stond hg niet.
Twee palladgnende heeren Mees en De
Savornin Lohman schaarden zich aan zgn zgde,
en het was dan ook te begrgpen, dat de heer
Fokker maar geen gevolg gaf aan de uitnoo-
diging van den heer Mees, om zgn bezwaar
in een amendement te belichamen, en in dien
vorm een uitspraak van de Kamer uit te lokken.
De afgevaardigde voor Alkmaar wenschte
echter dezen weg niet te bewandelen om zuiver
t'ormeele redenen, zoodat de zaak eigenlgk
onuitgevochten is gebleven. In zekeren zin
is dit wel te betreuren, want het slotprotocol,
uit welks inhoud wg gewaar zouden kunnen
worden, hoe die Duitsoh-Nederlandsche maat
schappij er uit ziet, en dat niet aan de goed
keuring der kamer was onderworpen, is eigenlgk
de spil waar de kabelzaak om draait. Nu zei
de heer Lohman wel, dat het er niets toe doet,
hoe die kabelmaatschappij er uit ziet, en dat
do Kamer alleen het tractaat had goed of af
te keuren, maar als deze redeneering op ging,
had men op dezelfde gronden evengoed het
tractaat zelf aan de goedkeuring der Kamer
kunnen onthouden. In dien geest krjjgt art.
59 der Grondwet alleen een formeel e be-
teekenis, hetgeen toch zeker niet in de
bedoeling van den grondwetgever heeft gelegen.
Hoe dikwjjls toch is het slotprotocol van meer
gewicht dan het tractaat waaraan het toege
voegd is En dat dit in dit geval niet zoo
is, werd noch door den minister, noch door een
der beide medestanders van dien bewindsman
gezegd, terwijl de heer Fokker in zgn repliek
zich bepaalde tot een zuiver staatsrechtelijk
betoog.
Hg bestreed de stelling, dat alleen alles wat
in het tractaat staat, moest worden goedge
keurd, maar niet datgene, wat er verband
mede houdt, dus wat in het protocol stond.
Per slot van rekening weten wg dus
maal niet hoe die Duitsch-Nederlandsche kabel
maatschappij za' ingericht worden, behalve
dan uit de magere gegevens, die de regeering
het noodig achtte in de stukken over te leg
gen en die reeds menigeen bedenkeljjk het
hoofd deden schudden over het politiek be
leid, dat bjj het afsluiten der overeenkomst
bg onze regeering heeft voorgezeten.
Naast ons was een Germaansche gast ge
zeten, die wel beweerde dat Nederland in deze.,
een gutes Geschclft had gemaakt, maar als wg
bedenken, dat, volgens den minister, onze in
vloed ten deze zal afhangen van het parti
culier kapitaal, dat uit Nederland in de maat
schappij zal belegd worden een op zichzelf
al vreemde redeneering, waar het eei
zuiver politieke zaak betreft en verder
overwegen, dat in ons land tusschen groot
kapitaal en regeering zoo goed als geen band
bestaat, wat wel in andere landen, Duitsoh-
land voorop, het geval is, dan ligt de con
clusie voor de hand, dat wg de uitspraak van
den Germaan maar niet dadeljjk konden beamen.
En vooral niet nu het slotprotocol aan de
discussiën onttrokken werd.
De overeenkomst en het d&arbjj behoorend
wetsontwerp werden vervolgens zonder hoofde
lijke stemming goedgekeurd.
In den namiddag werd de taptoe geblazen
bg de militaire wetsontwerpen, die met 81
tegen 5 stemmen werden aangenomen. Weder
om was het viertal Bergansius, Loeff, Yan der
Hoeven en Krujjs aan de ministerstafel ge
zeten, maar nu voor het laatst. Met bigde
gezichten zaten zjj daar knusjes bijeen
brave minister Krujjs, die niets meer te duchten
had van den leeljjken Staalman; de oude
snorrebaard Bergansius, die van louter pret
niets anders deed dan zgn knevels opstrijken
de eerljjke Loeff, die alle boosheid van vroeger
vergeten scheen, en de sympathieke professor
uit Leiden die even smaakvol kan praten als
lachen en in een bovenste beste bui was. En de
Kamerleden, waarvan er waren, die het dit
viertal vroeger dikwijls zoo lastig gemaakt
hadden, óók zjj waren in hun schik, dat do
zaken nog zoo goed afgeloopen waren.
Met uitzondering van de socialisten, die in
hun banken bleven zitten en zich van de dingen,
die komen zouden, niets aantrokken, scheen
het wel, alsof iedereen in jubileumstemming
verkeerde. En toen de minister van justitie, na
een korte toelichting van de aangebrachte
wijzigingen, een woord van hulde en waardee
ring aan den regeeringscommissaris bracht, gaf
de Kamer ondubbelzinnige blgken, dat zjj met
welgekozen woorden ten volle instemde.
Na den minister sprak de heer Lohman nog
eenige welwillende woorden aan het adres van
den Leidschen professor, die daarop in een
keurig speecbje antwoordde. Vervolgens ver
klaarden de heeren Marchant en Heemskerk,
dat zjj zich niet in elk opzicht met deze wetten
konden vereenigen, dit ook namens hunne
politieke vrienden, maar toch niet zouden
tegenstemmen, en toen werd de stemming ge
houden, die met den reeds vermelden uitslag
liep.
Wederom een aanval van de leden op de
regeeringstafel om handen te geven en te
feliciteeren, en toen was de militaire finale
voor goed geëindigd.
Ten slotte werden nog eenige kleinere wets
ontwerpen goedgekeurd, en bleef de Kamer
steken in de beraadslaging over de onteigening
voor het maken van een nieuwe brug over het
Noordzeekanaal. De heer Lely, die heden de
c in den breede besprak, zal hierover een
motie van orde indienen, waarin de wenache-
ljjkheid wordt te kennen gegeven om d(
Hembrug een hoogte van 12 meter te geven,
zoodat zeeschepen er zonder bezwaar onder
door zullen kunnen varen.
Morgen komt deze motie aan de orde, er
wordt verwacht dat de Kamer na afdoening
daarvan op reces zal gaan.
KWESTIE-P ASST O ORS
Naar men ons meldt, zou het treden van
den heer W. C. J. Passtoors uit de R. K.
Kamerclub in verband staan met een verschil
van gevoelen met zgne medeleden over de
werkstaking te Enschedé. Die leden zouden
hem ernstige verwjjten gedaan hebben over
den steun, dien de E. K. Volksbondwaarvan,
zooals men weet, de heer PasBtoorB voorzitter
is, aan de uitgeslotenen verleent.
ONZE KONINGIN.
Aankomst te Sehaumburg.
Uit Sehaumburg is heden hel volgende tele-
graphische bericht ontvangen
»H. M. de Koningin heeft de reis naar hier
zonder eenig bezwaar volbracht en bevindt
zich heden morgen zeer wel.
Arts Pot."
Vertrek uit Apeldoorn,
Het onder de hooge boomen van de
laan gelegen perron van het Loo was Dinsdag
morgen, reeds lang vóór het uur, bestemd voor
het vertrek van den koninkljjken trein, door
een dichte menschenmassa omgeven, en voort
durend stroomden nog uit al de op dit punt
samenloopende lanen, nieuwe menschendrom-
men toe. Er waren stellig wel drie duizend
personen bjjeen.
Het perron zelf was door maréchaussee te
paard afgezet.
H. M. de Koningin-Moeder was reeds eenigen
tgd van te voren op het perron, en ging met
het zorgvolle oog van een moeder na, of alles
in het salonrjjtuig in orde was.
H. M. de Koningin maakte ditmaal de reis
met den aalonwagen van hare moeder, omdat
haar eigen waggon, een twee-assig rjjtuig, niet
voldoet aan de eischen van de nieuwe spoor
wegwet in Duitsehland, die voorschrgft, dat
alleen vierassige rjjtuigen in sneltreinen mogen
worden opgenomen.
Van het voorste gedeelte van dezen salon-
waggon waren de wit satjjnen gordijntjes alle
neergelaten, zoodat er reden bestond om te
vermoeden, dat deze helft van het rjjtuig er
geheel op was ingericht om H. M. de
heid te verschaffen, het zich daar zoo
keljjk mogelgk te maken.
De hofarts Pot, versierd met zgn nieuwe
decoratie, was aanwezig, en overtuigde zich
dat in dit zieken compartiment alles in orde
was. In den salonwagen bevond zich een
ziekenverpleegster, die, evenals de heer Pot.
de reis meemaakte.
Ongeveer tien minuten vóór den tgd van
vertrek reed het koninklijk rgtuig van het
paleis af. H. M. de Koningin was daar behoed
zaam van het hooge hordes in het rjjtuig
dragen.
Een oogenblik later reed het open rgtuig,
waarin de Koningin gezeten was naast den
Prins der Nederlanden, het perron op, en on
middellijk steeg er uit de menschenmassa een
luid gejuich op, dat zich over de geheele lengte
der bjjeengestroomde menigte voortplantte.
De Koningin zag er goed uit. Zjj is wat
bleeker geworden, en ook iets magerder. Maar
haar verschjjuing maakte in geen enkel opzicht
den indruk van het vervoer eener zieke. Een
zwak blosje kleurde hare wangen, en zjj beant
woordde het gejuich glimlachend en buigend.
Ook aan üaar toilet waren alle ap- en depen
dentiën van ziekenvervoer geheel vreemd. Zjj
droeg een grjjs costuumpje, en een zwart hoedje
met grjjs en wit gegarneerd.
Neen, dat was gelukkig, niet meer een zieke
Wie haar vroeger niet dikwjjls van nabjj hadden
gezien, konden zelfs denken, dat zjj niets ver
anderd was. Ook de levenslustige tinteling van
hare oogen sprak van nieuwen levenslust en
levensmoed.
De Prins beantwoordde de toejuichingen door
het afnemen van zgn hoed.
Het rgtuig reed tot vlak voor het balkon
,n den salonwagen. Zoodra het stil stond
werden met groote behendigheid de paarden
afgespannen. Vervolgens werd tusschen het
rgtuig en het balkon een loopplank gelegd,
zoodat de Koningin, zonder dat zjj een trapje
op of af hoefde, zich op het balkon kon be-
)ven.
Deze zorgvolle handeling, die het publiek
zoo duideljjk volgen kon, lokte opnieuw luide
toejuichingen uit. Men kon het zoo bemerken,
dat het publiek meeleefde met al die maat
regelen van liefdevolle voorzorg.
Voor de Koningin in den salon wagen ver
roerde zjj zich nog eenmaal om, en
neigde vriendelijk naar alle kanten het pu
bliek toe. Daarna verdween zjj achter de neer
gelaten gordjjntjes van het ziekencompartiment.
Voor de portierraampjes van het achterste
gedeelte van het salonrjjtuig zag uien nog
enkele oogenblikken den Prins der Nederlan
den en de Koningin-Moeder. Deze laatste kwam
nog weer eens op het balkon om nog wat
tegen dezen of genen te zeggen, en om af
scheid te nemen van den burgemeester.
Het gevolg stapte in, de heer Pot begaf zich
in zjjn coupé, naast die van de treiningenieurs.
En onder het vernieuwde gejuich van het
publiek, door den Prins, staande in den wag
gon, met buigende groeten beantwoord, zette
de trein zich in beweging.
Hare Majesteit reist in streng incognito
onder den naam Gravin van Buren.
Het personeel van den trein had opdracht
ikregen om door de wissels zoo zacht moge
lgk te rjjden, teneinde het schokken te voor
komen, en in het algemeen alles te vermjjden,
wat de rust van H. M. zou kunnen storen.
(Zutph. Crt.)
Dankbetuiging.
De directeur van het kabinet der Koningin
heeft van H. M. het volgend schrjjven ont
vangen, dat hjj in de St. Crt. in zgn geheel
bekend maakt
Het Zoo9 Juni 1902.
Gedurende Mjjne ziekte mocht Ik zoo tal-
looze blgken van deelneming ontvangen, dat
het Mg niet mogelgk is geweest aan een ieder
afzonderlijk Mjjnen dank te doen overbrengen.
Ik verzoek U Hoogwelgeboren daarom, langs
dezen weg, aan allen, die in de droevige dagen
Mjjner ziekte en bjj Mgn aanvankelijk herstel
van hun deelneming hebben bljjk gegeven.
Mgn oprechten dank over te brengen en Mjjne
diepgevoelde erkentelijkheid te betuigen.
Dit hernieuwd bewjjs van de liefde en
hechtheid van Mgn Volk heeft Mg diep ge
troffen.
{yet.) WILHELMINA.
Zelfs de voorstelling, die men thans hier
en daar aantreft, alsof men de Boeren prik
kelen moet, om, terstond na den vrede, op de
mogelijkheid van nieuwgewapend verzet te
zinnen, komt ons hoogst bedenkeljjk voor.
Elk pogen daartoe zou voorshands geen
ander gevolg hebben, dan dat het militair
schrikbewind bestendigd werd, en de vredes
voorwaarden op het karigat door Engeland
werden toegemeten. Ook zou het stellig te
weeg brengen, dat Engeland allen toegang in
Zuid-Afrika voor ons, Nederlanders, voor onze
geschriften, voor ons onderwjjs, voor onze nij
verheid en onzen handel hermetisch afsloot.
Hoe onuitsprekelijk hard het ook zjj, er moet
thans, den eersten tgd, in den nieuw-geboren
toestand reservatio mentalis worden berust. Al
leen een loyale houding van de zgde der
Boeren, kan thans van Engelands zjj
drageljjken toestand doen scheppen. En wat
van onzen kant voor de toekomst aan onze
stamverwanten ten goede kan komen, is niet,
dat we hen thans onverwijld weer tot daden
vjjandschap aansporen, maar dat we het
Nederlandsche element in het wereldverkeer
sterken, en zoo een tegenwicht bieden tegen
Anglosaksische overmacht.
Aan de woordenwisseling, die kennelgk met
politieke bedoeling ook nu weer over de Nota
gevoerd werd, nemen we onzerzjjds geen deel.
Als eens de tgd zal gekomen zgn, om de
stukken die op deze Nota betrekking hebben,
publiek te maken, zal al zulk geschrjjf vanzelf
geoordeeld staan.
Voorshands zjj het genoeg er aan te herin
neren, dat destjjds geen voet verzet is, dan in
overeenstemming met wat aan de drie gedele
geerden van nut en geraden scheen.
J>E INVLOED VAN DEN ALCOHOL OP
BE VOLKSGEZONDHEID.
DE DROEVE WERKELIJKHEID.
Onder dit opschrift wjjdt De Standaard een
opstel aan den vrede in Zuid-Afrika; en zgne
redactie zinspeelt daarbg ook op de grief, tegen
dr Kuyper ingebracht. Wg weten daarom niet
beter te doen dan bet slot van die beschouwing
hier te laten volgen.
Na erop gewezen te hebben dat, nu ten
slotte alle staatslieden en generaals van naam
te Pretoria tot - het sluiten van den vrede
overgingen, het, voor wie deze mannen noch
van lafheid noch van domheid verdenken wil,
(en dat wil niemand) toch wiskundig vast
staat dat volledige bekendheid met den stand
van zaken in Zuid-Afrika, helaas, geen afslaan
van het vredesaanbod toeliet, sehrjjft het blad
Van achteren bezien, ware het allicht te
wenschen geweest, dat de gedelegeerden in
Europa, nu drie maanden geladen, gebruik
gemaakt hadden van lord Landsdowne's aan
bod, om hun een vrjj geleide naar Zuid-Afrika
te geven. Ze zouden dan misschien bg de
onderhandelingen tegenwoordig geweest zgn,
en hun broederen in zoo pgnlgke ure met raad
en voorlichting hebben kunnen steunen.
Toch zou het aan de uitkomst niet veel ver
anderd hebben, nu de koude werkeljjkheid
bleek te zgn, gelgk die is.
Noch uit Europa, noch uit Amerika konden
ze hulp toezeggen, en dat zouden ze ook niet
gedaan hebben. Daar zgn ze te onkreukbaar
eerljjk voor. Hun laatste reis naar Amerika
had hen te vast overtuigd, dat ook van die
zjjde niets to hopen viel.
Op het te Zwolle gehouden congres voor
sociale hygiëne en gezondheidsregeling waar
veel belangrijks is besproken, dat wg niet in
abeel kunnen meedeelen is door prof.
dr C. A. Pekelharing een rede gehouden over
bovengenoemd onderwerp.
Volgens het verslag in de Zw. Crt. is het
verslaafd zgn aan alcoholische dranken in zoo
danige mate, dat een ziekelijke verandering
van allerlei organen van het lichaam onver-
mjjdeljjk is, naar spreker deed opmerken,
gevaar voor de volksgezondheid.
De strgd tegen het alcoholisme is aanvaard
door bjjzondere personen en door vereenigingen,
De eene groep wil het gebruik geheel weren,
de andere groep wenscht misbruik tegen te
gaan. De laatste groep tracht een antwoord te
vinden op de vraag, waarin de werking van den
alcohol op het organisme van den mensch be
staat. Moet de alcohol beschouwd worden als
eene stof, die uitsluitend hetzij door eene prik
kelende, hetzjj door eene bedarende (verlam
mende) werking den mensch het levensgenot
kan verhoogen of wel ook als voedsel dienst
kan doen. De meening van Moleschot, dat
alcohol voor minstens 90 pet. onder opneming
van zuurstof wordt ontleed, staat vast. Alcohol
geeft dus aan het lichaam een hoeveelheid
arbeidsvermogen, overeenkomende met de hoe
veelheid warmte, die bg de verbranding van
in het organisme ontleden alcohol vrjj
wordt. Welke stoffen zgn het nu die door den
alcohol gespaard kunnen worden Hiervoor
komt eigenljjk alleen het vet in aanmerking.
Bekend is dat veelvuldig gebruik van alcohol
leidt tot belangrjjke ophooping van vet. Even
eens leidt het gebruik van alcohol tot besparing
van eiwit. Onjuist is dussalcohol is een
vergif voor de levende stof." Deze uitspraak
was gebaseerd op de meening, dat onder het
gebruik ook van kleine hoeveelheden alcohol
meer stikstof werd afgescheiden.
Economisch komt alchohol als voedingsmiddel
niet in aanmerking. De fijnste spjjzen zgn
nog goedkooper dan alcohol bjj geljjke voedings
waarde. Toch is de rol van den alcohol bg
de voeding meer dan enkel die van een ge
notmiddel.
De voeding dient om de bouwstoffen, door
den mensch verbruikt, weer aan te vullen,
Hiervoor moet het voedsel omgezet worden
door spjjsverteeringssappen.
Prikkeling der smaakzenuw bevordert de af
scheiding van deze sappen.
De verdunde alchohol doet den smaak
genaam aan en is als zoodanig nog niet ver
vangen geworden door eenigen anderen drank,
De spjjsverteering en eetlust hangen van de
stemming van den mensch af en de alcohol
wekt den mensch op.
Langa een onmiddeljjke werking van
alcohol op de maag, nadat het in het bloed is
opgenomen, bevordert bet eveneens de spjjB-
verteering. De werking op de maagklieren
van den alcohol is een die de secretie be
vordert en deze werking berust niet alleen op
remming. Een kleine hoeveelheid alcohol
wekt eveneens een krachtige ademhaling op
(Bin?.), vooral na kraehtigen spierarbeid,
juist hierna is eene ruirue ademhaling ge-
wenscht.
De organen voor bloedsomloop zgn weinig
gevoelig voor kleine hoeveelheden alcohol.
Wat men plaatselijk ziet, gaat nog niet in
het algemeen op. Krjjgt men na een glas
port een kleur, dan behoeft dat niet te wjjzen
op een algemeene verwjjding van de huidvaten.
Evenmin wjjst hier een verhoogd gevoel van
warmte op. Dit gevoel berust op zenuwwer
king. Pols en bloedsdruk bljjven vrjjwel on
veranderd.
Bjj zwakke toestanden werkt een kleine
hoeveelheid alcohol als een hartversterking,
Het gebruik van geestrijke dranken veroor
zaakt voorts vermeerderde bewegelijkheid en
het bleek dat men meer arbeid kan verrichten
kort na het gebruik van een weinig alcohol
spoedig wordt do spierkracht zwakker. De ge
heele hoeveelheid verrichte arbeid bljjft onge
veer gelgk of men alcohol gebruikt of niet.
Vooral op vermoeide spieren komt deze krachts
vermeerdering voor den dag.
Het zenuwstelsel ondervindt in zgn geheel
den invloed van den alcohol. De experimenteele
psychologie heefc ons dezen invloed leeren ken
nen. De werkingen van den geest geschieden
vlugger maar minder nauwgezet. Daarom moet
bij strengen hersenarbeid, die een juist oordeel
en een fijn waarnemen vereischt, alcohol ver
meden worden.
Bjj andere werkzaamheden van den geest,
als die voorkomen bg het gezellig verkeer,
worden deze onder invloed van den alcohol
beter verricht, doordat storende remmingen
wegvallen.
De heer Pekelharing besprak verder de scha-
deljjke werking van den alcohol, zooals die
zich uit bjj den alcoholist.
Het eerst vindt men de schadelgke verande
ringen in het zenuwstelsel, vooral wanneer de
genomen giften alcohol telkens hooger worden.
Spoedig échter ondervinden ook andere, ja
bjjna alle organen de schadelgke werking. In
hart en nieren wordt het liohaam aangetast
Van belang is in welke concentratie alcohol
gebruikt wordt en of zjj verontreinigd is met
foezel. Deze verontreinigingen kunnen zelfs de
genoemde gunstige werkingen van den alcohol
geheel opheffen.
De vraag van het congres ismoet men den
strgd tegen den alcohol aanbinden
Spreker meent, dat de juiste maat bjj alcohol
gebruik wel is te vinden, maar voor ieder in
't bjjzonder, nooit in 't algemeen. Kinderen
behoort alcohol geheel onthouden te worden.
Den volwassene kan echter alcohol nuttig
zgn, mits hjj noch directe gevolgen daarvan
ondervindt, noch de naweeën er van leert
kennen.
Zal het genot, het gevoel van welbehagen
j den arbeid voor den geeBt zoowel als bjj
de spieren zoo krachtig mogeljjk zgn, dan be
hoort ook bg de ontspanning, die voor een
goed deel inspanning is van anderen aard, het
;enot niet te ontbreken. Men kan toch waar-
jjk niet zeggen, dat het asceten zgn die het
meest tot den vooruitgang in de maatschappij
hebben bijgedragen.
In de bestrjjding van bet alcoholisme vindt
het congres zeker een taak, waar een her
ziening der drankwet niet lang kan uitbljjven.
Prof Pekelharing eindigde zjjn rede met de
opmerking, dat het kwaad, waarmede de alco
hol de openbare gezondheid bedreigt, niet in
de terstond op het gebruik van den alcohol
volgende verschijnselen te zoeken is, maar eerst
dan ontstaat, wanneer de alcohol een behoefte
geworden, welker voldoening met haast on-
weerstaanbaren drang door het organisme ge-
ëischt wordt. »De gewoonte dag in, dag uit,
te pas en te onpas alcohol te drinken, dit is
verderfelijk aldus eindigde üjj. Mocht het
dit congres mogelgk zgn maatregelen te be
ramen, waardoor die gewoonte, bg de welge
stelde klasse evenzeer als bg den werkman,
kan worden tegengewerkt, dan zon daardoor
zeker zgn arbeidsveld met een vruchtbaar ge
bied verrjjken."
De heer Van der Meulen, voorzitter der
Vereeniging tot afschaffing van alcoholhoudende
drankenzeide dat de beweging tegen den
alcohol nooit bestreden heeft dat alcohol geen
nut kan doen. Tegenover dat nut staat een
groot nadeel in het algemeen. Waar de weten
schap nog wankelt, waar alcohol slechts kan
gebruikt worden in individueele maat, daar
wees spr. er op dat de masse en bloc er beter
aan doet zich den alcohol geheel,te ontzeggen.
De geheelonthouder schuwt niet het genot,
hjj zoekt dit echter buiten den. alcohol om.
Eveneens acht hjj alcohol niet noodig tot ver
hooging van het gezellig verkeer. De strgd
tegen alcohol is juist ontstaan doordat de man
eerst een borrel neemt, dan de borrel den
borrel, en dan de borrel den man.
BKN UEM1JUM MZ.
Bg kon. besluit
is aan W. Colenbrander, directeur van het
,hnia van bewaring te Amsterdam, op zgn ver-