Verschillende Berichten. Verkoopingen enz. J. A. Blankert, J. Risseeuw Z.Cz en I. Erasmus. Aan de Ned. Veroen iging voor Gemeentebelan gen werd als tegemoetkoming in de kosten van het bekende onderzoek 5 toegestaan. De aandeelen 6 en 21 van de geldleening voor 1901 werden uitgeloot. De heer G. Hofstede, doopsgezind predi kant te Aaiden burg, zond den heer Emoua 1230 toe, door hem ontvangen uit België, ten behoeve van de Boeren. RECHTSZAKEN. Airondissements-Rechtbank te Middelburg. ME1NBÜD. Voor bovengenoemde rechtbank werd heden behandeld de zaak tegen den 70-jarigen land bouwer P. A.geboren te Aagtekerke en wo nende te Middelburg. Hem werd te laste gelegd dat hjj den 3 Juli 1901, ter terechtzitting van burgerljjke zaken der Arrondissements-Rechtbank te Mid delburg, in de zaak van W. Poppe, veehan delaar te Middelburg als eischer tegen hem verdachte, als gedaagde, mondeling, persoon lijk, opzetteljjk eene valache verklaring onder ©ede heeft afgelegd door, in stryd met de waarheid, tegen beter weten in, af te leggen natenoemen, hem by vonnis van bovenge noemde Rechtbank dd. 12 Juni 1901 opgedra gen beslissenden eed »ik zweer dat het niet waar is dat ik met den eischer eene overeen komst heb gesloten waarbjj ik van den eischer van Maart tot December 1896 een dekhengst ten gebruike ontving onder de voorwaarde, dat de eischer zoude ontvangen de helft van het dekgeld, dat bepaald werd op 1.50 en de helft van het veulengeld, dat bepaald word op 6, zonder dat over de deugdelijkheid of geschiktheid van den hengst ia gesproken, en dat ik door dien hengst heb doen dekken minstens 90 paarden, waar uit het my bekend is, dat minstens 8 veu len» zjjn geboren, maar dat het wel waar is dat ik met den eischer eene overeenkomst heb gesloten betreffende een hengst van den eischer op verzekering van den eischer, dat deze volkomen deugdeljjk en geschikt was, dat daarby bepaald was, dat het dekgeld zoude zjjn 1 en het veulengeld 5dat ieder daaruit de helft zoude genieten; dat ik door dien hengst heb doen dekken 90 paarden en het mjj slechts bekend is, dat daaruit drie veulens zyn geboren". AIb verdediger van den beklaagde trad op de heer mr F. N. van der Bilt, advocaat te Middelburg. In deze zaak waren van wege het openbaar ministerie 11 getuigen gedagvaard, terwjjl van de zyde der verdediging niet minder dan 8 getuigen ter ontlasting waren opgeroepen. Er bleek veel belangstelling te bestaan in dit proceszoowel binnen als buiten het hek was een talrjjk publiek tegenwoordig. Voorlezing werd gedaan van onderscheiden stukken, o. a. van de akte omtrent het afleg gen van den eed, hierboven omschreven. Daarna werden de getuigen gehoord. De eerste, W. Gideonse, landbouwer te Mid delburg, verklaarde dat hy omstreeks 1896 een paard heeft laten dekken door een hengst in het bezit van denbekl. By heeft daarvoor het veulengeld aan A. betaald. De beklaagde zeide dat hy zich niet herin neren kan dat hy van den getuige geld had ontvangen. Hy bemoeide zich niet met het uitgaan van den hengst en de betaling was geheel en al het werk van den hengstenleider. Op een vraag van den verdediger zeide ge tuige niet zeker te weten dat hetgeen hy ver klaart precies is gebeurd in 1896 maar wel omstreeks dien tyd. Hy heeft slechts eens van een hengst van bekl. gebruik gemaakt. Hjj wist dat A. vroeger ook hengsten had ge houden. De tweede getuige J. Kwekkeboom, land bouwer te Arnemuiden, heeft meermalen ge bruik gemaakt van een hengst van bekl., ook omstreeks 1896. Getuige heeft daarvoor het vastgesteld dek- en veulengeld betaald aan den beklaagde zelf. De bekl. herinnerde zich ook dit niet. Op een vraag van den verdediger verklaarde getuige de merrie verkocht te hebben vóór het veulen geboren was. i)e volgende getuige, de landbouwer G. Geschiere, wonende te Meliskerire, heeft ook omstreeks 1896 gebruik gemaakt van een hengst van bekl. Hem is een veulen geboren en hy heeft aan bekl. persoonlijk het veulen geld betaald. De bekl. verklaarde van niets meer te weten. L. Geschiere, eveneens landbouwer te Melis- kerke, verklaarde hetzelfde als zyn broeder, de vorige getuige. Hy voegde er nog by dat hy by de betaling aan den bekl. dezen nog vroeg om hem eenige vermindering toe te staan wjjl het veulen kort na de geboorte was gestorven. De beklaagde wilde dat echter niet. Ook van deze betaling en bespreking wist de bekl. niet. De verdediger vroeg °aan dezen getuige of hy niet door een of andere omstandigheid kan bewjjzen dat hetgeen hy verklaarde wel in 1896 is gebeurd. De getuige kon dat niet. A. de Bruyn, landbouwer te Woensdrecht, was vroeger boer in de Scftenpe-polder en heeft in 1896 van een hengst van bekl. ge bruik gemaakt. Hy weet dat beslist. Tan de betaling van dek- en veulengeld kan getuige zich niets herinneren. Hy heeft slechts eens van een hengst van A. gebruik gemaakt. 8. Andriesse, landbouwer te Wolfaartsdjjk, weet ook zeer zeker in 1896 van een hengst van bekl te hebben gebruik gemaakt. Hem zyn in het voorjaar van 1897 twee veulens geboren en bjj heeft daarvoor veulen geld betaald aan den bekl. in perBoon en wel in de herberg van Gabriëlse, op de markt te Middelburg. 0. Zaohariasse, landbouwer te Biggekerke, had ook in 1896 den hengst van A. gebruikt. Mjj beeft dezen zelf betaald. De bekl. wist dat niet, zeide hy. S. Moens, melksly tersknecht te Koudekerke, was vroeger knecht by A. en diende hem van 1895 tot 1898. De beklaagde antwoordde op een vraag van den president dat hy wist dat de getuige bij hem gediend heeft, maar niet gedurende wel ken tyd. De getuige verklaarde dat, toen hy diende by A., deze een dekhengst had, Lion geheeten. Hy hield het boekje waarin het uitgaan van den hengst werd opgeteekend. Hy ontving zelf nooit geld. In het boekje hield hy geen aanteekeuing van de geboren veulens. O. Poppe, melkslyter te Vlissingen, familie, lid van beklaagde, doch, wyl er geen bezwaar tegen werd gemaakt toch onder eede gehoord, was in 1896 en vroeger hengstenleider by den bekl. Hy was dit zes jaar achtereen. In het laatste jaar, 1896, had A. den hengst Lion waarmede getuige van Maart tot Juni uit is gegaan. Hy is met dat dier naar een 90tal paarden geweesthy ontving steeds het dek en veulengeld doch niet in het voorjaar van 1897, omdat by toen niet meer in dienst was van bekl. Getuige kon niet zeggen hoeveel veulens van den hengst geboren zyn. Hy heeft wel eens gehoord van drie. In 1896 is getuige alleen met Lion uitge weest hy is nooit uitgegaan met een hengst van Willem Poppe. J. v. d. Vie, grafdelver te Vlissingen, is in Nov. 1897 met W. Poppe en Brielsman by A. geweest in de herberg De Bendracht, wyl hy een paard wilde koopen. A. zeide hem dat Lion een goed werkpaard was, maar niet deugde als dekhengst. Hy zeide dat er 8 veulens uit geboren waren en noemde de namen van de eigenaars. Getuige herinnert zich goed dat A. gespro ken heeft van aoht veulens. De bekl. herinnert zich daarvan niets. Lion was niet bjj bek., hy was naar Zierikzee. Door den getuige G. Poppe, nogmaals ge hoord, werd op een vraag van den verdediger verklaard dat de hengst op het laatst van 1896 van den bekl. is gegaan naar Zierikzee. W. B. Brielsman, landbouwer te Koudekerke, de laatste getuige d chargewas getuige van de samenkomst op het einde van November in de herberg De Eendracht te Middelburg tus- schen Van de Vrie en den bekl. Hy bevestigde wat Van de Vrie had verklaard. Ook hy heeft duidelyk gehoord dat A. toen verklaarde dat Lion slechts 8 veulens had gewonnen, drie in den Sphengepolder en vjjf op Walcheren. »Ik weet er nietB van", luidde het antwoord van bekl. alweer, toen hem gevraagd werd of de getuige de waarheid sprak. Nu werden de getuigen ter ontlasting gehoord. In de eerste plaats F. Koopman, koopman te Nieuwer kerk. Dezen werd gevraagd of hy Lion in zyn bezit heeft gekregen in het voorjaar van 1897. Hy antwoordde toestemmend en zeide dat hy het dier geruild had met W. Poppe. By heeft het gehouden tot in 1898. De tweede getuige ft decharge J. Doeleman, koopman te Dreiachor, verklaarde niet te weten dat in 1897 by Koopman de hengst Lion is geweest. KI. Wisse, landbouwersknecht te Middelburg, vroeger in dienst van bekl., heeft daar den hengst Lion geweten. Hy heeft toentertjjd van den bekl. geboord dat Lion slechts drie veulens heeft gewonnen. Terder verklaarde hy dat W. Poppe eenigen tyd geleden by hem is geweest en gevraagd heeft hoeveel veulens Lion heeft geworpen en dat hy dien vrager ook heeft geantwoord drie. J. Corbeyn, landbouwersknecht te Middel burg, was vroeger, in 1896 en 1897, in dienst van bekl., maar niet tydens Lion er web. Hy heeft daar wel eens hooren spreken over het veulen- winnen van dat dier; het was een slechte hengst om te winnen, Getuige heeft nooit anders gehoord, zoo van den baas als anderen, dan dat Lion slechts drie veulens heeft gewonnen. A. Oorbejjn, eveneens landbouwersknecht t>j AHddelburg, heeft van 1896 tot 1898 by den bekl. gewoond, Hy heeft Lion op de hofstede van zyn baas gezien en weet dat Poppe ermee uitging. Hy bad ook altjjd gehoord dat Lion slechts drie veulens had gewonnen dit zeiden zoowel de baas als het volk. Lion is wel eens gebruikt als werkpaard. P. Poppe, landbouwersknecht te Middelburg, een neef van bekl, maar wyl er geen bezwaar tegen was, ook beeëdigd, ïb ook in dienst ge weest by A. Hy kwam er in 1897. Hy heeft wel eens over Lion hooren praten en door den baas en het volk hooren zeggen dat Lion slechts drie veulens had gewonnen. J. Alewjjnse, veldwerker te Middelburg, ia by bekl. geweest in 1895 en van 1897 tot 1991. Hy verklaarde hetzelfde als de vorige getuige. J. Goedbloed, de laatste getuige, landbouwer te Teere, is namens Poppe bjj bekl. geweest om te vragen om geld voor een deel der kosten van het proces, wyl het anders zou worden getrokken tot voor den Hoogen Raadzoo is beweerd. Getuige verklaarde alleen aan A. de bood schap te hebben overgebracht van Poppe dat deze hem wel eens zou willen spreken. Daarop werd de zitting voor een half uur geschorst. 3 De zitting heropend zynde, werd de be klaagde gehoord. Hg herinnerde zich dat hij verleden jaar een civiel proces heeft gehad met Poppe en ook dat hy daarin toen den eed heeft afgelegd, die hem is voorgelezen. De voorzitter wees den bekl. op de verkla ringen van getuigen die heden verzekerd hebben dat zy aan hem persoonlijk het veu lengeld hadden betaald, waaruit bljjkt dat er acht veulens door Lion zyn gewonnen. Daartegen gaat het mei aan om, zooals bekl. doet te zeggen »ik herinner me dat niet." A. verklaarde nu dat het aantal veulens s>uit zyn verstand gegaan" washjj weet niet beter of het waren er maar drie; 't was hem hetzelfde, zeide hy. De voorzitter wees hem erop dat het hem toch niet onverschillig was of hy met Poppe voor acht of drie veulens moest afrekenen. Bekl. zeide daarop dat de hengst hem al zooveel gekost had dat een beetje meer te betalen hem onverschillig was. Hy bleef er by dat hy niet weet dat er acht veulens zyn geweest en dat hjj ook, toen hy den eed deed, in de vaste meening was dat de hengst maar drie veulens had gewonnen. Tengevolge van den eed, door bekl. afge legd, heeft Poppe het proces verloren. Daarop weeB de president den beklaagde en bracht hem onder het oog dat hy, als hjj niet zeker van zjjn zaak was, den eed niet had moeten doen. De ambtenaar van het O. M., aan wien nu het woord werd verleend, weeB op het treurig feit dat de 70jarige bekl. zich hier voor meineed ziet terechtgesteld. Spreker kwam het voor dat uit de getuigen verklaringen het bewjjs is te putten voor de schuld van beklaagde. Deze heeft verschillende hem opgelegde eeden afgelegd, o. a. die waarvan hier thans sprake is. Dat was een beslissende eed en hy die opzetteljjk ©en valsche verklaring aflegt verdient ernstige straf. Bekl. maakt niet den indruk dat hjj niet zou weten wat er van het veulen-winnen was. Uit zyn houding hier bljjkt dat hjj zioh schuldig gevoelt, want hy geeft slechts ont- wjjkende antwoorden. Tast Btaat dat door den hengst Lion zeven veulens zyn gewonnen en dat bekl. zelf bet veulengeld daarvoor heeft ontvangen. Dat hy wist dat er meer dan drie veulens gewonnen waren, is gebleken uit zyn mede- deelingen aan Tan de Trie en Brielsman. Spreker ging vervolgens de verklaringen na van den hengstenleider en van de landbou wers, die veulens hadden gebad van Lion. Opzetteljjk, tegen beter weten in, heeft bekl. een valschen eed afgelegd, want de getuigenis sen ft charge worden niet ontzenuwd door de verklaringen van de getuigen h décharge. De ambtenaar, het te laste gelegde wettig en overtuigend bewezen achtende, vorderde schuldig verklaring van den bekl. aan meineed en vroeg zjjne veroordeeling tot een gevan genisstraf van zes maanden. De verdediger, de heer mr F. N. Van der Bilt, ging na waarom een welgesteld 70jarig landbouwer bier terecht staat wegens het ern stig feit van meineed. Hg wees op de civiele procedure tussohen bekl. en Poppe en" zette uiteen wat daarby is gebeurd. Na de beslissing is tegen den bekl. van nu een klacht ingediend wegens meineed bij den officier van justitie, en Poppe liep het land af om personen te vinden die verklaren willen dat hun uit Lion een veulen is geboren. Daarna behandelde spreker de vraag of de ambtenaar van het O. M. wel ontvankeljjk is in zjjne vordering, waar de dagvaarding het ten laste gestelde niet juist omschrjjft. Ter volgens vroeg do verdediger welk belang bekl. kon hebben om een valschen eed te zweren. Hjj heeft verschillende posten be zworen en ten opzichte van een ervan be weert men nu dat de eed valsch is. Bekl. kon door de valsche verklaring niet meer winnen dan 12.50 en liet uitkomen dat daarvoor een 70jarig welgesteld man toch waarlyk geen valschen eed zal afleggen. Het belang van een valsche verklaring is beperkt tot een minimum. Hier moet door het O. M. speciaal bewezen worden dat op het oogenblik van het afleggen van den eed de beklaagde geweten heeft dat hjj een valsche verklaring deeden de ver dediger trachtte aan te toonen dat dit niet gemakkelyk zal wezen. Hetgeen gesproken is dateert van vjjf jaren terugen nu is het toch niet zoo onmogeljjk dat iemand van 70 jaar na verloop van zulk een tjjd niét meer weet wat hjj toen gezegd heeft. Spreker wees verder er op dat aan de ver klaringen der getuigen, die zeiden veulengeld aan bekl. te hebben betaald, niet te veel waarde moet gehecht worden waar sommigen hunner in twjjfel schynen te verkeeren. Die twjjfel moet komen in het voordeel van be klaagde. Al was bewezen dat in 1897 zeven veulens zyn geboren, dan nog zou het bewjjs moeten geleverd worden dat de bekl. dit in 1901, toen hjj den eed deed, wist. Pleiter trachtte aan te toonen dat het be sprokene tussohen bekl. en Van de Vri© en Brielsman eigenlyk slechts een koffiehuispraatje is geweest, en hoe vreemd het is dat, waar men kwam om over den koop van een werk paard te spreker, men de kwaliteit van een dekhengst behandelde. De verdediger betwistte den ambtenaar dat de verklaringen der getuigen a dédtarge weinig gewicht in de schaal leggen. Er is op de hofstede De Favoriet herhaaldelyk gesproken over de veulens van Lion en daar was altyd het praatje: er zyn er slechts drie geweest. Bekl. heeft thuis nooit anders gehoord dan dat er slechts drie veulens waren gewonnen, en onder den indruk daarvan heeft de bekl. den eed afgelegd. Men kan niet bewjjzen dat bekl. het hem ten laste gelegde feit beeft bedreven met de wetenschap dat bjj een valsche verklaring aflegde. Op grond dat er geen achjjn of schaduw is van een wettig bewjjs en evenmin van een overtuigend, meent spreker dat door den aan klager van den bekl. lichtvaardig diens naam door het sljjk is gesleurd. Hjj vroeg daarom vrjjspraak van den be klaagde de kosten in deze gemaakt ten laste te brengen van den Staat. Na repliek van den ambtenaar, waarby deze 0. a. er op wees dat de bekl. eenige jaren ge leden wegens bedreiging door deze rechtbank veroordeeld werd, en dupliek van den verde diger, waarin deze o. a. de aandacht erop ves tigde bjj die veroordeeling een kleine geld boete werd opgelegd voor een weinig betee- kenende bedreiging, werd de beklaagde nog gehoord. De voorzitter vroeg hem of hy in de laatste vier of vjjf jaar ernstig ziek was geweest. Hy antwoordde daarop ontkennend. Ook is hem in dien tyd niets bjjzonders gebeurd, waardoor zyn geheugen zou zyn achteruitgegaan. Hy had verder niets te zeggen, zeide hy; hjj liet het aan de rechters over. Uitspraak Try dag 7 Februari. Door dezelfde rechtbank zyn heden veroor deeld wegens diefstalP. J. S., 29 j., arbeider, Slikken- burg (Zuidzande), tot 6 w., en S. v. M., 41 j., hvr. van J. M., werkvrouw, Tlissingen, tot 1 m. gev. straf; strooperijJ. J. R., 18 j., en Th. R., 13 j., arbeider, Stekene, ieder tot 3 b. s. 3 d. h. wederspannigheidJ. G., 55 j., arbeider, Ier- 8eke, tot 2 in. gev. straf; overtreding der jachtwet en wederspannigheid: 1. J. P., 38 j., schipper, lerseke, tot 2 x ƒ20 b. s. 2 x 8 d. h, en 1 m. gev. straf, en verduisteringA. J. S., 58 j., wed. van A. v. d. T., zonder beroep, Tlissingen, tot 7 d. gev. straf. In zake J. W., 56 j., zonder beroep te Schore, appellant van een vonnis van het kantongerecht te Goes, waarby hjj ter zake van overtreding der spoorwegwet is veroordeeld tot 2 b.2 d. h., is het vonnis van den eersten rechter, voor zoover daarvan is geappelleerd, onder verbete ring der gronden, bevestigd, behalve wat betreft de opgelegde straf en het vonnis in zooverre vernietigd en appellant veroordeeld tot 0.50 b. s. 1 d. h. In zake L. v. C., 17 j., zonder beroep te Axel, appellant van een vennis van het kantongerecht te Terneuzen, waarbjj hjj ter zake van overtre ding der jachtwet ia veroordeeld tot 2 X 3 b. s. 2 x 2 d. h., is het vonnis van den eersten rechter vernietigd en opnieuw rechtdoende de appellant veroordeeld tot 3 b. s. 3 d. h. In zake L. S., 32 j., en A. d. Z., 82 j., ar beiders te Hoek, geappelleerden van een von nis van het kantongerecht te Terneuzen, waarby zjj ter zake van overtreding der Zon dagswet zyn ontslagen van rechtsvervolging, is het openbaar ministerie niet ontvankeljjk verklaard in het ingestelde hooger beroep. Tegen den meesterknecht bjj een vleesch- houwer te Haarlem, die, zooals wjj indertjjd meldden, zyn baas bestal en die, toen hy be trapt was, zich bjjna de hand afhakte, is door de rechtbank te Haarlem drie maanden gevan genisstraf geeischt. Er moet bjj de Regeering een plan in ernstige overweging zyn om een Ryks-college in het leven te roepen voorde binnenvissche- rjjen. Naar men beweert, zouden dezer dagen te 's Gravenhage besprekingen hebben plaats gehad omtrent plannen van een syndicaat van Engolsche bankiers tot het stichten van een petroleum-trust met de Koninklijke Nederl. Pelroleum-Maatschappij en de Maatschappij Moeara-Enim. in beginsel zouden die besprekingen tot een resultaat hebben geleid. Te Rotterdam is gevormd het comité tot regeling eener aldaar in den loop der maand Maart te houden vergadering in het belang eener wetteljjke regeling van den rechtstoe stand van burgerljjke ambtenaren, waarvan de heer mr E. E. van Raalte, lid der Tweede kamer, de leiding op zich heeft genomen. Als sprekers zullen optreden de beeren mr E, Fokker en dr W. H. Nolens, leden der Tweede kamer. Door den gemeenteraad van Amsterdam is tot hoogleeraar in de heelkunde aan de Universiteit aldaar, ter vervanging van prof. I. A. Korteweg, met 26 stemmen benoemd de heer Otto Lanz, privaat docent in de heel kunde in Bern. Dr Mac Gillavry, assistent bjj het ondetwys in de heelkunde, no 2 op de voordracht, kreeg 8 stemmen. Het is heden 100 jaar geleden dat Van Speyk geboren werd. Wat men al herdenken wil Een geheimzinnig bezoek. Een juf frouw, woonachtig aan de Waldeck Pyrmont- kade te Haarlem, werd Woensdag door een heer bezocht die zich voordeed als reiziger in suikerwerk. Ai pratende wist hy haar gel- deljjke omstandigheden tot het onderwerp van het gesprek te maken. Toen dit eenigen tyd had geduurd, legde de vreemdeling vier bank biljetten op tafel, genoemde juffrouw mede- deelende, dat dit geld voor haar bestemd was uit een erfenis, er echter bjjvoegende, dat zy met niemand over de zaak mocht spreken. Hierop verwjjderde zich de heer en liet (de juffrouw, die zich van een erfenis totaliter onbewust was in stomme verbazing achter. De Fransche regeering heeft de bekende Italiaansche tragediènne Ristori Dinsdag, ter gelegenheid van haar 80aten verjaardag, de palmen van officier de I1instruction in briljanten geschonken; de koning van Italië'is zelf Ris tori komen feliciteeren de Duitsche gezant te Rome is haar, namens keizer Wilhelm, met een gelukwensch' bloemen komen brengende groothertog van Hessen zond een prachtige vaaBkoningin Margherita zond een armband met diamanten en een allerliefst Bchrjjven. De Fransche commissie voor gratie heeft haar rapport over het verzoek van Bnère aan president Loubet uitgebracht. De ïemps zegt dat commissie zich eenstemmig voor een ver zachting van de straf heeft uitgesproken. Te Besam^on heeft de krygsraad van het 7de legerkorps een geval behandeld van wei gering van 't dragen van wapens door een artillerist, Grasselio. Deze had geweigerd een sluitstuk van een kanon te openen. Men had hem uit 't militair strafwetboek voorgelezen, maar hy bleef weigeren, ook den volgenden dag, en daarna weer. Toor den krygsraad was zyn verdediging sJezus-ChriBtus heeft gezegdGjj zult niet dooden, Hebt elkander lief 1 Ik wil anderen geen leed doen." De president zei dat hy met 't openen van een sluitstuk niemand leed deed. sLater zou men mjj een geweer gegeven hebben," antwoordde Grasselin. »Een geweer dient om te dooden." »Maar ge hebt daarover niet te beslissen. Men gaf u een bevel." Boven myn meerderen, dat zyn de men- schen, staat Christus." Uit het getuigenverhoor bleek, dat by onder de andere soldaten voortdurend zedepreken hield. Een rapport van een dokter betoogde dat hy volkomen verantwoordelijk moest ge acht worden voor zyn daden. De krygsraad veroordeelde hem tot twee ijaar gevangenisstraf. De president trachtte hem nog na de uit spraak te bewegen de militaire verplichtingen te volbrengen maar na een oogenblik van na denken, zei Grasselin »Het is onmogeljjkTraag alles wat ge wilt, maar ik mag niemand dooden." 't Aantal nieuwe pokkenlydere in Londen was Woensdag 't hoogste in deze epidemie, nl. 71, makende een totaaL van 1016. De kosuen der kroning van Edward TH worden geschat op 50 millioen. Meer dan twee millioen wordt uitgegeven voor degens, kanten en zyden kousen, Ongeveer 10 millioen voor kleeren van de peers en peeresses ran het koniukryk, voor den hoogen adel en hoog waardigheidsbekleders. Een crediet van ruim 12 millioen is uitgetrokken voor de ontvangst der koningen, vorsten en gezanten van vreemde mogendheden. Eindeljjk is een geljjk bedrag toegestaan voor feestelijkheden in het konink rijk. Op de kust van bet eiland Tancouver ia drjjvende gevonden een boot met de letter C op den spiegel. Dit toont aan, dat de boot behoorde tot het Britsche adviesjacht de Con doraan welka ondergang thans moeilykmeer getwjjfeld kan worden. Het nieuwe jacht van den Duitschen Keizer, dat in Amerika gebouwd wordt en door juffrouw Alice Roosevelt gedoopt moet worden, zal den naam Rheingold krygen. Het dr Heinze-ensemble behaalde Zondag te Leipzig met Heierman's Op Hoop van Zegen, een groot succes, dat echter eenige minuten verstoord werd door het volgende. Toen nl. de- moeder aan Barend, haar zoon die niet naar zee wil, een spiegel nam om hem de oorringen te laten zien, die zy hem gegeven heeft, barstte de zaal in een onbedaarlijk lachen uit. Op de achterzyde van den spiegel stond nl. met groote letters geschreven Heute Schiceinsknochen, wat een groote lekkernij moet zyn voor de Leipzigera, Toor de spelers om uit hun vel te springen van ergernis. De Daily Mail verneemt uit Weenen, dat de kroonprins van Montenegro een duel heeft gehad met zyn jongsten broer, prins Mirko. Er zou een twist zjjn ontstaan over een prinses uit het huis Mecklenburg Strelitz die prins Mirko trachtte belachelijk te maken. Het duel zou zyn geëindigd met een liehte wond van den kroonprins, die echter nog op reis kon gaan. 't Was ook uit de buurt van Weenen dat de Daily Mail dat mooie interview met den Franschen gezant ConBtans ontving, terwjjl den correspondent in werkelijkheid de deur was gewezen. Miss Stone is nog altyd niet losgelaten, 't Heet nu weer dat de roovers bang werden door de beweging van de Turksche troepen. Ze vreesden dat die hen zouden overvallen zoodra de gevangenen hevrjjd waren. Onbe- grjjpeljjk is 't niet, dat er bjj al dat getreuzel in sommige gemoederen twjjfel begint te ont staan over de oprechtheid van deze gevangen schap van miss Stone. Een ander bericht zegt echter dat zy met haar gezellin in vrjjheid is gesteld, maar het geeft geen bjjzonderheden. Donderdag zyn op de bovenzaal der socië teit De Vergenoeging alhier, ten verzoeke van het gemeentebestuur van Middelburg, ten over staan van notaris A. M. Tak, verpacht: a. Een perceel djjk, wei- en bouwland, liggende in de gemeente Middelburg, aan den Segeerssingel, groot 8 a., 80 cent., in pacht geweest bjj J. Janse Dz. Dit werd verpacht aan C. Togel voor zeven jaren ad 7 's jaara. b. Ben perceel weiland, aan den grindweg van Kleverskerke naar Teere en het kanaal door Walcheren by Kleverskerke, benevens de dwarBdjjk, van de voormalige haven van Middelburg naar Teere, met den berm, samen groot 3 heet., 15 a. 25 cent,, in paoht geweest bjj wjjlen Joh. Baajjens. Dit is verpacht aan dezelfde J. Baajjens voor zeven jaren ad 75 'b jaars. c. De weilanden, bestemd voor oefenings terrein, ten dienste van het Garnizoen, lig gende bjj het dorp West-Souburg, samen groot 17 heet., 6 a., 34 cent., in 15 perceelen en in massa. In perceelen werd dit verpacht voor eea jaar, te zamen voor 1108.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1902 | | pagina 2