MIDDELBIIRGSCHE COURANT. 144° Jaargang. Zaterdag 7 December. N°. 289. 1901. Deze courant verschijnt d a g e 1 jj k s, met uitzondering van Zon- en Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor a.le plaatsen ïn Nederland franco p.p., f 2.- Afzonderlijke nummers kosten 5 oent. THERMOMIÜTSB EN VEBWACETINd. 6 Dec.: 8 u. vrn. 36 gr., 12 u. 41 gr., av. 4 u. 41 gr. F. Verwacht: zwakke tot matige W. wind, bewolkte lucht en weinig verandering in temperatuur. Advertentiên20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichte? en Dankbetuigingen van 17 rogels 1.50; elke regel meer 20 oent. Boclamos 40 cent per regel ®?oote letters naar de plaats, die zij Innemen. Tot de plaatsing van advertentiên en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende Handel, Np verheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Alg®s»Reas AtSvMlejBêSe-ïSna'esni A. SMS LA MAR Asa., S,S. ^•«rfowgwal 2»«, AMMteffsSaaSc Middelburg 6 December. Kameroverzicht. Zitting van Donderdag. Het is steeds inooiljjk de beteekenis van het gesproken woord eenigszins op de juiste waarde te schatten, indien men nog onder den indruk van het oogenblik verkeert. En vorral geldt dit voor een redevoering, geljjk heden door den minister van binnenlandsche zaken werd uitgesproken. De suggestieve kracht, die van zjjn woorden uitging, de groote wel sprekendheid, die by te bewonderen gaf, het tintelend vernuft, dat hjj ten toon spreidde, de schoone vorm, waarin hij zyn denkbeelden voordroeg, de treffende beelden, die hjj tel kens en telkens gebruiktede spanning, waarin hjj de toehoorders wist te houden, dit alles en het zyn nog slechts enkele factoren veimeerdert in hooge mate de moeilijkheid, die men reeds anders in een geljjk geval te over ondervindt. Tot een wel overwogen oordeel zal men dus eerst kunnen overgaan als de redevoering gedrukt in de Handelingen voor ons ligt. Voorshands echter mag zekerlyk getuigd worden dat het een merkwaardige redevoe ring was. Niet om de redenen hierboven ver meld. Dr Kuyper's meesterschap over het woord is bekend, en niemand had van den oud-afgevaardigde voor Sliedrecht in dit op zicht iets anders verwacht. En evenmin merk waardig om de nieuwe gezichtspunten, die hy over de belangrjjke kwesties in 't debat aan het licht bracht. Wat hy hierover zeide, werd al honderden malen vroeger door hem verkon digd. Maar wat wel merkwaazdig was, al thans onB by zonder trof, was de geest, die uit zyn woorden sprak, het autoritair optre den dat er in doorschemerde, weinig beant woordende aan de conciliante houding, door de linkerzijde betoond en voor de toekomst toegezegd, het gemis aan'concrete antwoorden op concrete vragen, niet onbewust achter wege gehouden, maar ruiterljjk geconstateerd, op magistrale wjjze van de hand gewezen. Hierin scheen by ons uitdagend toe, ook waar hy zyn geest den vrjjen teugel liet, en zich toespelingen veroorloofde, die tartend en be- leedigend voor den tegenstander waren. In zyn woorden lag een «durf" opgesloten, die hy niet kon en wilde onderdrukken, en die er nu eens met alle geweld uit moest komen. Woensdag had hy ons hiervan reeds een voor proef gegeven. In het overzicht van dien dag vermeldden wy reeds, dat hy «afsnjjden" zou wat afgesneden moest worden. En hy heeft afgesneden" 1 EerBt de 127 boeken en bro chures, die hy geschreven heeft. Daarmede moest men hem niet lastig vallen. Hy zal er eenvoudig niet op antwoorden. Verder werd het mes gezet aan de uitwassen der drukpers, waaraan hy zich in de laatste 27 jaar was »te buiten gegaan". Komt men hem dus aandragen met uitspraken, ontleend aan Standaard en Herauthy zal er het zwjjgen toe doen. Is voor het aannemen van een dergeljjke houding niet een groote «durf" noodig? En in zyn redevoering van heden onder streepte hy deze uitspraak nog eens, ook al gold het een ander gebied. De heer Borgesius had gevraagd, wat nu eigenljjk de «christelijke beginselen" waren. Hierop diende tot bescheid «dat het kabinet geen informatie-bureau was, tot het bevredigen van dergelyken weetlust." De heer Tydeman had gevraagd naar meer licht over de school- en Zondagskwestie. Ant woord van den minister voor het eerste: een verwyzing naar een Gz'ds-artikel van inr Hu- brachtvoor het tweedeeen opmerking, dat het ministerie wel een andere koers zou uit gaan dan de heer Tydeman, maar dat het daarvoor ook thans aan de groene tafel zat. Aardig om aan te hooren, maar wjjzer werd men er, ondanks een citaat uit een oud boek uit 1617 over de- Duitsche synode en over «de verlustiging van het gemoed," niet door- De heer Mees had vragen gesteld over de handelspolitiek. Zou de vrijhandel geha; blyven al of niet? Minister Kuyper geeft een ontwjjkend antwoord onder verwyzing, dat er teel vryhandelaren protectionist worden, maar hoogst zelden omgekeerd zich bekeeringen voordoen. Waar de minister de verkiezingen ter sprake bracht, werd wederom het mes ter hand genomen, en alle hinderljjke loten zon der vorm van proces «afgesneden". Bjjna alle Ntóndaörd-artikelen, die hierop betrekking hebben, gingen de prullemand in; met uit zondering van die stukken, welke dr Kuyper aanstonden. Jammer dat by de schifting ook anderen dan de premier het zeggensscbap toe komt, tenminste zich dit voorstellen. En zoo ging het doorvraag na vraag werd behan deld en beantwoord maar zonder dat men er hou-vast aan kreeg. Handig dus maar niet afdoende. Bovenal autoritair was de indruk, die wy van zjjn rede kregen. Het was de «bewinds- man", die hier het woord voerde, overtuigd aan de groene tafel geroepen te zyn, niet door een uitslag van algemeene verkiezingen, verkregen door het aanheffen van »valscbe leuzen," maar hiertoe door de Koningin aange wezen, krachtens een stembusactie, gestreden met eerljjke wapenen. »Afg09neden" werd dan ook al dadelijk alles wat hem in deze nieuwe positie hinderlyk en lastig kon zyn. Met oude plunje", zooals by dat noemt, moet men niet bomen aandragen. Niet dat hjj er niet meer in past, dit zeide hy niet, maar wel bedankt by er voor, krachtens zyn wil, de oude jasjes aan te trekken. Voorzeker een radicale manier om bjj voorbaat alle oppositie hare kracht te ont- mook een uitnemende taktiek om de tegenpartjj te dwingen daar aan te vallen, waar bij dit verkiest, maar tevens oen zwak heid verradend, die verscholen gaat achter de durf, welke vereischt wordt om een dergelijke positie in te nemen en te willen handhaven. Van deze rede mogen wy dan ook getuigen, dat de «bewindsman", dr Kuyper, den oud afgevaardigde, dr Kuyper, heeft willen be graven. Meer dan het beantwoorden der ver schillende sprekers scheen ons dit 't doel en de strekking dezer merkwaardige redevoering toe. Licht zou hy verschaffen, en licht heeft by ook verschaft. Niet, waar dit van hem vereischt werd, maar daar. waar by het wilde ontsteken. En dat was waar hy stond als mi nister, als de man, die het heft m handen heeft, en van plan schynt,' het nog lang in handen te houden. Na de rede van den minister werd er nog door de heeren Mees, Van der Zwaag, Tydeman- Helsdingen en Melchers gesproken, waarna de kamer in de sectiën ging om morgen het debat voort te zetten. Alsdan zal door de heeren Goeman Borgesius en Drucker gere pliceerd worden vooral van laatstgenoemde mag een pittig wederwoord verwacht worden. De minister heeft het met hem werxeljjk al te bont gemaakt. EEN BEROEP OP ENGELAND. De minister-president, dr Kuyper, heeft zich Woensdag, i» zyn eerste begrootingsrede, o. a. beroepen op een schryven, onlangs in de limes geplaatst van een groothandelaar, vroeger groot voorstander van vrjjen handel, maar die nu bekeerd is. Bedoeld wordt blykbaar de heer Samuelson, omtrent wien wy eenige weken geleden het zelfde mededeelden. Deze koopman nam tot aanloop van zyn ingezonden stuk de behoefte van de Britsche schatkist aan ruimer middelen niet tot bestrjjding van nuttige sociale uitgaven maat van de aldoor stygende oorlogskosten- De minister van financiën had aangekondigd dat hjj voor 1902 weder hoogere lasten zou moeten aanvragen. En nu gaf de heer S. den raad die meerdere middelen o. a. te vinden uit nieuwe invoerrechten, die dan tevens een «matige protectie" voor de binnen landsche njjverheid zouden opleveren. Wat op dezen snuggeren raad terstond door lhe Economist is geantwoord, heeft dr. Kuyper Woensdag niet vermeld. Namelyk de voor de hand liggende gevolgtrekking dat öf de minister van financiën öf de inland- sche nijverheid en zeker de landsbevol- king van invoerrechten met zulk een dubbel doel weinig vreugde zal beleven. Hebben zjj tengevolge dat uit het buitenland minder wordt ingevoerd, wat natuurlijk de bedoeling is als men de eigen nyverheid wil bevoordee- len, dan brengen zjj ook geen geld van beteeke nis in de schatkist en wordt dus het hoofd doel van den maatregel verjjdeld. Bljjft het buitenland echter ruimschoots invoeren, dan wordt wel de schatkist gevuld, maar wordt de inlandsche nyverheid niet gebaat. Maar het kind van de rekening is steeds da massa der bevolking, die öf aan de schatkist meer moet betalen, öf aan de inlandsche njjverheid cjjnsplichtig wordt gemaakt en daardoor aan koopkracht afneemt. Het ware zeker vollediger geweest indien de Minister aan de Kamer tevens had mede gedeeld, dat er in Engeland nog zyn die vol strekt niet bekeerd zyn tot het protectionis me en daarvoor nogal redenen van gewicht kunnen aanvoeren. Hbld EEN OLIEVLEK OP EEN BLAD PAPIER. ziging mede zal strekken tot «bevordering van den nationalen arbeid" en tot wering, tot vermindeiing althans van het euvel der werk loosheid, dan zal, zoo schrjjft de Nieuwe Cou rant, ongetwyfeld door tegenstanders van zoo kunstmatige aanmoediging der nyverheid ge wezen worden op de werkloosheid, die in zoo hevige mate juist thans Duifcschland teistert. Men kan inderdaad sedert geruimen tjjd :eds geen nummer b. v. der Soziale Praxis opslaan, of men vindt er jammerklachten over de allerwegen heerschende werkloosheid en voorstellen, middelen, plannen om daaraan tegemoet te komen. Zoo heeft, naar een der laatste afleveringen van dit tydschrift ons bericht, nu weer de afdeeÜDg Breslau der Gesellscliafl filr Soziale Reform aan den Magistral in Saksen een en ander meegedeeld over de oorzaken van en de Heümittel tegen de werkloosheiddaarin wordt op grond eener enquête vastgesteld, dat reeds nu in Breslau de werkloosheid »een hoogte bereikt heeft, die ver zich verheft boven den gewonen stand, telkens in het be gin van den winter". Het zwaarst worden de bouwvakken en de metaal- (jjzer-) industrie getroffen. «Doch de buitengewone werkloos heid is volstrekt niet tot deze takken be perkt." Wil men nog een staaltje Het comité uit het Verband deut&cher Arbeitsnachweise, dat door de redactie van Soziale P*raxis genoemd wordt «zeker een der meest bevoegde beoordeelaars der (arbeids-) verhoudingen", tracht even eens op grond eener gehouden enquête een ietwat geruststellende verklaring af te leggen, maar komt t-ooh, trots dat streven, tot geen gunstiger conclusie dan deze«het is noodza- keljjk pogingen tot overdrjjving van den om vang der thans in Dnitschland heerschende werkloosheid tegen te gaan. Dat er werk loosheid heersoht, meer dan des winters ge- woonlyk het geval is, is onbetwistbaardat zjj het karakter van een Notlistand heeft aan genomen, vindt in de enquête ^een grond De tegenwoordige gespannen toestand der ar beidsmarkt dwingt te rekenen met de moge- Ijjkbeid, dat vooral als de winter streng is, een Nothstand als gevolg der groote werkeloos heid zal intreden. Staat en gemeenten moeten nu reeds aan die mogelijkheid denken' Dergeljjke duideljjke verklaringen leveren het bewjjs voor de stelling, dat bescherming der nyverheid niet bjj machte is de ramp der werkloosheid van eenig land af te wenden. Dat zelfs zoodanige bescherming tot werk loosheid voeren moet, ligt voor de hand. De door protectie kunstmatig opgedreven pro ductie moet eindeljjk de vraag overtreffen, zoodat welhaast de voortbrenging voor den ondernemer niet meer winstgevend, de arbeid niet meer loonend kan zyn en de arbeider moet worden ontslagen. tectie altjjd de neiging heeft zich uit te brei den als een olievlek op een blad papier BMOEMDfGM ENZ. By kon. besluit: is aan den raad-adviseur, hoofd van de IIIde afd. van het dep. van oorlog, H. E. Kleyn, op zjjn verzoek, op grond van zjjn leeftjjd, een eervol ontslag uit zjjne gemelde betrekking verleend, onder dankbetuigingen is benoemd bjj het wapen der genie, bjj den staf van het wapen, tot majoor de kap. van dien staf A. J. Doorman, adj. van den minister van oorlog. De Britsche regeering heeft aan Hr Ms ge zantschap te Londen mededeeling gedaan van nieuwe bepalingen, waaraan met ingang van 1 Januari 1902, de toelating van reizigers in de havens der Kaapkolonie en van Natal on derworpen is. Dit stuk is opgenomen in no. 286 der St. Ct. Hetzelfde nommer bevat de bepalingen van toelating tot het reservekader bjj de infante rie en de vesting-artillerie. De minister van waterstaat, enz. brengt ter kennis van belanghebbenden, dat in de maand Maart, en voor zooveel noodig ook in de maand April 1902, een vergeljjkend onderzoek zal plaats hebben van candidaten, dingende naar een getuigschrift van voldoend afgelegd examen voor opzichter van den rijkswaterstaat, volgens het in 1899 vastgesteld programma. Men zie bovengenoemd nommer der St. Ct. TWEEDE KAMER. tot 23 Maart d. a. v. 40 personen werden gezamenljjk 1186 dagen in het werk gehou den van die menschen waren 8 houtzagers, )sjesmaker8, 2 bezemmakers, 19 matters en 9 matters buiten bet gebouw der vereeni- ging- De bezemvoorraad werd geheel uitverkocht; ook de verkoop van kachelhout en bosjes kachelhout ging naar wensch. Het vervaar digen van matten was een succes, dank zjj de leiding van den baas-mattenmaker D. Brouwer uit Genemuiden. De voorraad vervaardigde huishoudelijke artikelen was niet groot, en als gevolg daar van de verkoop evenmin. Er werden gemaakt 312 rollen matten, nl. 124 rollen blokjesmatten, 97 rollen fijne bie- zenmatten, 49 rollen grove biezenmatten en 42 ondermatten. Met inbegrip van enkele weken in de zomermaanden werden 391 bos bezems, totaal 2846 stuks gefabriceerd, Het verslag spreekt den wensch uit, ook herhaaldelijk in dit blad geuit, dat de tueer gegoeden tooh niet uitsluitend om onze stam verwanten in Zuid-AFrika zullen denken maar dat zjj ook indachtig zullen zyn dat Goes werkloozen en behoeftigen genoeg telt. De ontvangsten hebben bedragen 3079.53 en de uitgaven 3174.65', zoodat er een na- deelig slot is van 95.12s. Dat van het vorige boekjaar bedroeg ruim 340. Aan werkloon is 1245 uitgegeven. Zooals nog in een groot deel der oplaag van ons vorig nommer vermeld werd, is de heer G. Keuning te Goes benoemd tot adjunct-inspecteur van politie te Haarlem. Overbreng In Duitschland heerscht tbans groote werk- Wanneer dan ook straks, ter aanbeveling van een ontwerp-Harte tot wy ziging onzer invoerrechten, gezegd zal worden dat diewjj Wy zeiden boven reeds aldus vervolgt genoemd Haagsch blad dat in Duitschland mede over de ffeilmittel wordt gesproken, Het is merkwaardig te zien, hoe deze gezocht worden in de richting ook van protectie, dit woord dan nu opgevat alsdirecte moeiing van overheidswege voor het beschik baar zyn van loonenden arbeidreeds nu wordt met klem aangedrongen op een ingrjj pen door de regeering, opdat er werk zjj. Van alle zjjden het werd reeds meer dan eens door ons meegedeeld - - wordt in Duitsch land er op aangedrongen dat vanwege de mi nisteries, gemeentebesturen enz., ook van wege andere publiekrechtelijke lichamen groote werken worden uitgevoerd, waarmee men onder normale omstandigheden zou heb ben gewacht, die anders over jaren verdeeld zouden zyn geworden, doch die nu hoe eer hoe beter moeten worden ondernomen om de werkloozen te helpen. Generaliseerend komt het bovengenoemde Breslauer comité tot de uitspraak«dat het plicht is, zoo van alle openbare lichamen als voornam eljjk ook van mtebesturen, de groote schommelingen van het maatschappelijk leven in bewuszt korrigirender Weise te volgen. Deze «bewuste correctie" zal daarin bestaan, dat een gemeentebestuur «werken zal doen uitvoeren, die op zichzelf nuttig zyn, die, naar zich voorzien laat, in de eerstvolgende jaren ontworpen zouden zyn en die van zoodanigen aard zjjn, dat zjj zoo spoedig mogelijk in de zen winter kunnen worden begonnenAls vanzelfsprekend wordt daarbjj aangenomen dat de inwoners der gemeente bij zulk een werk de voorkeur zullen genieten. In volko men gelyken geest adviseert het tot oordeelen zoo volkomen bevoegd comité uit het Verband deutscher Arbeitsnachweise. Alleen doet dit comité nog daarbjj het denkbeeld aan de hand, werk lieden uit andere landen streng te weren. Men ziet: de werkloosheid, gekweekt langs kunstmatigen weg, moet door kunstmatige Heilmittel weer worden overwonnen. Het is reeds vroeger gezegd, dat de pro ing van Landbouw naar Waterstaat, het afdeelingsonderzoek van het wetsontwerp tot wettelijke voorziening ten aanzien van het overbrengen van de zorg voor de uitvoering van wetten betreffende landbouw naar bet departement van water- staat, handel en nyverheid, en betreffende arbeid naar het departement van binnenland- achtten sommigen het wetsontwerp onvoldoende toegelicht in zoover daarin niet wordt medegedeeld om welke redenen de overbrenging van de zaken van den arbeid naar het departement van binnenlandsche zaken en van de zaken van den landbouw naar dat van W. H. en N. wenschelyk zou zyn. Omtrent de vraag, welke ten deze de bevoegdheid der wetgevende macht werden verschillende meeningen verde digd. In de eerste plaats werd betoogd dat, waar ingevolge art. 77 der Grondwet de regeling van den werkkring der departementen behoort uit te gaan van de Kroon, de wetge vende macht zich heeft te bepalen tot de re geling van de wetteljjke gevolgen van deter zake door de Kroon genomen beslissing Naar een tweede gevoelen behoort wel het initiatief tot regeling van den werkkring der departementen aan de Kroon, maar hebben de Staten Generaal toch het recht en den plicht het wetsontwerp te verwerpen, indien zjj de verschikkingen, in het koninklyk beBluit van 26 Augustus jl. beoogd, afkeuren. Ditkoninkljjk besluit was, naar men meende, te beschouwen als eene regeling, welke gemaakt is onder voorbehoud, dat de wetgevende macht haar, zooveel noodig, bevestigt. Naar een derde gevoelen is amendeering evenmin als verwerping van het voorstel in strjjd met de Grondwet te achten. Enkele leden meenden dat de reorganisatie van de beide departementen met overijling beeft plaats gehad. Anderen zagen voor over yling geen grond. Door vele leden werd nader aangedrongen op overbrenging van de zorg voor de uitvoe ring van de Hinderwet en de Stoomwet naar het departement van Binnenlandsche zaken. Andere leden betoogden, dat, al moge uit een practisch oogpunt door overbrenging van de zorg voor de uitvoering van de Hinderwet de Stoomwet naar Binnenlandsche zaken wel iets te zeggen zyn, bet in beginsel juister is te achten, de uitvoering van die wetten te brengen bjj de afdeeling Handel en ihiad is in het ontwerp van de Waterstaatsbegrooting voor 1902, dan bjj de nieuwe afdeeling van het Dep. van Binnenlandsche zaken. Arbeidswetten zjjn de Hinderwet en de Stoomwet niet. UIT STAD EN PROVINCIE. De opvoeringen van Elidore, zangspel voor kinderen, in drie bedry ven, ten voordeele van de vereeniging Kinderuoeding te Middel burg, zjjn nu bepaald op Zaterdag 21 en Maandag 23 December. Aan het verslag over 1900—1901 der commissie tot werkverschaffing te Goes het volgende ontleend De werkzaamheden duurden van 18 Dec. De gemeenteraad van 's H e e r-A ren d s- kerke besloot Donderdag de jaarwedde van den onderwijzer te N i e u w d o r p, den heer A. Blok, op diens verzoek met f 50 te ver- hoogen en te brengen op 550. De begrooting van bet burgerlyk armbestuur aldaar werd vastgesteld op 6713.57 in ont- 5530 in uitgaaf, dus met een vet- moedeljjk goed slot van 1183.57. De begroo ting van het groot armbestuur te 's Heer- Hendrikskinderen werd vastgesteld in ontvang en uitgaaf op 2093.66s. In de Woensdag te's Gravenpolder gehouden raadsvergadering werd tot lid van het armbestuur benoemd de heer J. Butjju, die met den heer P. de Koster op de aanbe veling stond. Als onderwijzers aan de herhalingsschool werden aangewezen de heeren J. Swart en H. P. Th. Glerum en mej. C. A. J. Remigius, respectielyk voor 58, 78 en 60 uren. Het be sluit, waarbjj dit onderwys den len November 1902 zou aanvangen, werd ingetrokken en deze datum vastgesteld op 1 Januari a. s- De huurwaarde van de hoofdonderwyzerswoning werd van 100 op 150 gebracht. In do gemoentebegrooting voor 1902 werden eenige veranderingen, meest van administra tieven aard, gebracht, terwyl de post van den hoofdelyken omslag met 100 werd verhoogd, ingevolge de uitgaven voor bet herhalingB- onderwys. Met eene aanmerking van Gedeputeerde Staten op de begrooting kon de raad zioh niet vereenigen. De gemeente betaalt het geheele traktement voor den gemeente- en armen- geneeskundige en ontvangt van het armbestuur een jaarljjksch te bepalen som terug. Voor 1902 had het armbestuur deze som op 200 Gedeputeerde Staten oordeelen ,dat de gemeente dit bedrag ontberen en dat het armmiddel het gebruiken kan; Gedeputeerde staten zien in dit bedrag eene subsidie van het armmiddel aan de gemeente, de raad noemt het eene teruggave van een voorschot. De raad verzocht Gedeputeerde Staten op hunne zienswyze terug te komen. Nadat de verordening op den- hoofdelyken omslag, in verband met de nieuwe lezing van art. 243 der gemeentewet, in art. 10 eene kleine toevoeging had ondergaan, sloot de voorzitter de door ai de leden bjj^uwoonde vergadering. In de Donderdag te Ierseke gehou den raadsvergadering kwam de mededeeling van Ged. Staten ter tafel, dat de verordening tot regeling der onderwijzers-salarissen onvoor waardelijk door hen is goedgekeurd. Doch daar de verordening de belooning voor her- halingsonderwys pas op 1 Nov. 1902 dot-, ingaan, wenschen Ged. Staten by afzonderlijk raadsbesluit die belooning te regelen voor bet tjjdvak van 1 Jan.1 Nov. De raad voldeed daaraan en bepaalde de belooning ook voor die maanden op 60 cent per lesuur. In de vorige vergadering, by de behande ling der begrooting, is de jaarwedde der wet houders van 100 op 70 gebracht en zyn de daardoor vrijkomende 60 bestemd voor presentiegeld der raadsleden. Bljjkens ingekomen bericht hadden Ged.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1901 | | pagina 1