bijvoegsel
FEUILLETON.
müsTcTlIa.
Maandag 25 November 1901,
278.
Het bietenvraagstuk.
De suikerbieten zjjn onder begunstiging van
bet fraaie najaaraweder van de velden ver
dwenen slechts een enkele achteraankomer
ziet men nog bezig met het vervoer
meeste verbouwers zjjn druk bezig met het
land gereed te maken voor den volgenden
oogst; ja enkelen, die zich gehaast hebben
het mooie weer te benuttigen, zjjn reeds
daarmede gereed.
Op de verschillende stapelplaatsen is men
intusschen nog zoo ver nietdaar liggen nog
bergen van bieten opgehoopt, die wachten op
een vervoermiddel, tram, spoor en schip, om de
fabrieken te bereiken, en het laat zich aan
zien, dat nog verscheidene dagen noodig zul
len zjjn, eer de grondstoffen de plaatsen be
reikt zullen bebben, waar men ze zal omzet
ten in suiker.
Wat het gewicht betreft, is de oogst der
suikerbieten buitengewoon medegevallen. Geen
der vorige jaren kan te dien opzichte met
dit vergeleken worden. Zestien- tot negentien-
duizend kilogram netto per kleinste (Blooiscb)
gemet is waarlijk geene kleinigheidbij die
groote opbrengst het steken, het vervoer
bevorderd door zoo'n heerljjk najaar, terwjjl
de bedongen prjjs bjj het tel-quel contract zeer
voldoende genoemd kan worden waarljjk
er is reden voor tevredenheid.
Iets anders is het voor hen, die in het voor
jaar contracten hebben gesloten op gebalte en
suikerprijs, zooals dit geschied is voor de
fabrieken te Oud-Gastel, voor de coöperatieve
fabriek te Sas van Gent en eene enkele fa
briek te Zevenbergen, of uitsluitend op ge
halte zooals voor de fabrieken bjj Hasselt.
Het gehalte is met meegevallenhet is ge
middeld aanzienlijk lager dan het vorig jaar;
en ofschoon nu meer gewicht wel eenige ver
goeding geeft; voor het lager gehalte, komt
daarbij voor 't oogenblik zoo'n lage suiker
markt, dat de overeenkomsten op gehalte en
suikerprijs dit jaar over het algemeen tegen
vallen.
Dat heeft, zooals men dat in sommige bla
den heel breedvoerig heelt kunnen lezen, hier
en daar aanleiding gegeven tot knoeierij en.
Personen, die zoowel op gehalte als op ge
wicht overeenkomsten hadden aangegaan,
leverden van de eerste landen een buitenge
woon klein, van de laatste een buitengewoon
groot gewicht.
Er doet zich d£arbjj echter nog een tweede
geval voor.
Menige bietenverbouwer heeft in 't voor
jaar geld noodig, Hjj wacht op de agenten
der fabrikanten als op een verlosser uitgroo-
ten nood. Zijn bedrijf laat hem toe slechts
10 gemeten met bieten te beteelen.
Daarvoor can hg een voorschot btjjgen van
ƒ500, maar hg heeft bepaald 700 noodig.
Wat te doen?
Nu is over 't algemeen een bietenagent zóó
niet, dat hg niet iemand plezier zoude doen,
als hg er zelf ook een voordeeltje bg kan
behalen.
Tien gemeten meer of minder is zoo geen
bagatel en hg laat zich daarom wel eens ver
leiden om een contract te sluiten voor 14
gemeten en een voorschot te geven van 700.
Intusschen er worden slechts 10 gemeten
bezaaid. Is nu de oogst middelmatig, 13.000
kilogram per Blooisch gemet bijvoorbeeld, dan
wordt die oogst zeer middelmatig, omdat de
130.000 KG gewassen heeten te zijn op 14 ge
meten, zoodat er nauweljjks 10000 KG per
gemet worden aangevoerd.
Is de oogst goed en brengen de 10 ge
meten 180.000 kilogram op en meeris
daarentegen de opbrengst op gehalte en de
suikerprjjs mager, dan kan men een vriend,
een neef, een zwager of een broer helpen
door van hem 4 X 18.000 KG suikerbieten, op
gehalte gecontracteerd, over te nemen om die
te leveren op gewicht: eerstens om vriend»
neef, zwager of broer te helpen, tweedens om
voor zich zelf ook nog een gulden of wat te
zakken. Geheel belangeloos is die hulp zelden.
Moet de familie geholpen worden, dan wor
den de 180000 KG verdeeld over 14 gemeten;
de oogst bedraagt dan gemiddeld 13000 kilo
grammen «slecht is hg dan wel niet dadelgk.
maar om nu op de bieten te boffen Zoo
bijzonder zjjn ze niet meegevallen
Er zjjn in alle standen, ook onder de land
bouwers, mensohen van een bedriegeljjke na
tuur men treft er zelfs onder de zeer christe-
ljjken aan, die een te leveren gevulden boter-
pot onder de bieten op de bascule laten mee
wegen, m de hoop, dat de weger dat gewicht
ook bjj de bieten zal tellen; maar die be
driegeljjke naturen zjjn gelukkig uitzonderin
gen, en nu heeft men in de bladen bij het
mededeelen van berichten, die op zoodanige
smokkelpartijtjes betrekking hebben, te veel
gegeneraliseerdmen heeft enkele gevallen
medegedeeld, alsof ze regel waren en de eer-
ljjke leveranciers tot uitzonderingen gemaakt-
Daartegen moeten wjj nadrukkelijk opkomen.
Bovendien de bedienden van de fabrikanten,
die met wegen, tarreeren enz. belast zijn, zjjn
ook niet van gisteren en zjj, die dezen weder
op de vingers kijken, evenmin, zoodat bjj
eenig bedrog dadeljjk maatregelen genomen
worden om het in de geboorte te fnuiken.
Gemeten met opbrengsten van 30.000 KG
en andere met opbrengsten van nog geen
1Ó00 KG, al naar gelang men gecontracteerd
had op tel-quel of gehalte-contract, mogen mis
schien wel met opzet, de mensch is zoo
listig bepraat zjjn in tegenwoordigheid van
een der vele correspondenten, voor wie een
berichtje twee kwartjes vertegenwoordigt, in
de werkelijkheid zjjn zjj er niet geweest.
De weldoeners van den landbouw, waarvoor
de fabrikanten zoo gaarne doorgaan, en dat zjj
ook voor een gedeelte zjjn geworden, zonder
daartoe ooit het plan te hebben gehad, zou
den wel gaarne meer willen besteden
Maar waarlijk ze kunnen niet
«De suikerprijs, weet u
Waarom wjj deze week dit onderwerp zoo
uitvoerig behandelen
Om twee redenen.
lo. Om de aandacht te vestigen op de
weinige waarde van berichten, in de bladen
met eene soort van virtuositeit behandeld, over
bedrog bjj de levering van bieten, waaruit
door belanghebbenden maar al te gereedelijk
munt wordt geslagen.
2o. Om toch de bietenverbouwers er uit
drukkelijk op te wjjzen niet omdat ze het
niet weten, maar wel omdat ze het ook nog
eens van anderen moeten hooren om vaster in
hunne schoenen te staan, dat een jaar van
buitengewoon gewioht met minder gehalte
even goed eene uitzondering kan zjjn als een
jaar met voldoend gewicht en buitengewoon
Dat men zich dus door de teleurstelling
van één jaar niet mag laten afschrikken voor
volgende jaren.
Bjj voldoende bemesting en goede bewer
king kan men voor Zeeland, bljjkensde opga
ven van zes en meer achtereenvolgende jaren,
gerusteljjk aannemen, dat het contract op ge
halte en suikerprjjs op den duur voordeeliger
is dan het tel-quel contract.
Wjj zouden daarom willen voorstellen de
heusche mededeeling van den heer Van
N u n e n voorloopig aan te nemen voor ken
nisgeving. Wordt vervolgd.)
Maar nu over iets anders.
Contracten op gehalto en suikerprjjs waren
aan het einde der vorige bietencampagne,
toen het gehalte hoog en de suikerprgs goed
volgens de algemeene zienswijze verre
te verkiezen boven contracten op gewicht
alleen.
Thans is de meening geheel gekeerd.
De contractanten op gehalte en suikerprgs
zitten als 't ware in zak en ascli, terwjjl de
tei-jueZ-contractanten, de mopperaars van 1900,
de tevredenen zjjn in 1901.
De volksgunst verplaatst zich gemakkeljjk.
De fabrikanten nu, die door hunne hoofd
ambtenaren volkomen op de hoogte zjjn van
rjjzing en daling op den thermometer
van de volksmeening, hebben uit de rjjzing
van de tel-quel-contracten bjj het groote publiek
dadelgk munt willen slaan.
Namens de vereenigde suikerfabrikanten,
heeft de heer Van Nunen te Bergen op
Zoom nu reeds per advertentie bekend ge
kt, dat in het volgend jaar, ter voorko
ming van moeiljjkheden en misbruiken, geene
bietencontracten zullen gesloten worden met
landbouwers, die tevens op gehalte contrac
teeren.
Die waarschuwing komt in ieder geval bij
tjjds
Uit het oogpunt der fabrikanten niet te
vroeg.
Er heerscht op 't oogenblik eene voorin
genomenheid tegen de gehalte-contracten.
Die moet natuurljjk een beetje warm wor
den gehouden.
Er moet eene stemming komen, dat zooda
nige overeenkomsten altjjd in 't nadeel zgn
van den landbouwer en hem slechts zelden
eenig voordeel verschaffen boven de tel-quel
contraoten.
Het jaar 1900 met zjjn uitslag moet in de
volksmeening eene zeldzame uitzondering
worden.
Is dat doel bereikt en dat doel zal bij
velen, die steeds leven bjj eerste indrukken,
gemakkeljjk te bereiken zjjn, dan komt er
voor de tel-quel contracten zooveel land vrij,
dat men, om een echte volksuitdrukking te
gebruiken, er mee leuren zal.
Vervolgens zal er niet lang gewacht wor
den met het afsluiten van tel-quel contracten.
Mod krjjgt in de eerste maand van het jaar
land te kust en te keur en een noodlottig
gevolg daarvan zal zjjn
dat de prijzen der bieten aanzienlijk naar be
neden gaan.
Middelburg 23 November.
Kameroverzicht.
DE SCH00NE SLAAPSTEE lïf
HET BOSCH.
6 Uit het Fransch, van
«FT CHAKTEPIEÜRE.
Freule Charlotte de Chanteraine.
Pierre schreef op een blaadje van zijn zak
boekje zjjn naam, zjjn rang en adres, scheurde
het blaadje er uit en gaf het aan de freule.
»Dank u wel, mjjnheer, zei zjj, eu terwijl
zjj op het papiertje tuurde, verbaasde zjj zich
dat er zooveel wellevendheid, zooveel zacht
heid school in een soldaat van de republiek,
misschien een man uit het volk, in alle geval
iemand van lage geboorte.
«En ik dank u, freule, voor het vertrou
wen, dat gjj mij hebt geschonken, waardoor
ik mg bjjzonder vereerd gevoel. Vaarwel
freulezei de jonge colonel met een diepe
buiging. Claude antwoordde niet, doch toen
de officier zich wilde verwjjderen, maakte zij
blozend een lichte buiging, als om hem te
weerhouden, en zei«Mijnheer, gjj hebt te
Chanteraine een schuilplaats gezocht voor den
regen en den nacht. Het is nog lang geen dag
en de storm woedt nog voort. Zondt gjj niet
het recht hebben, indien gjj thans het kas
Zitting van Vrjjdag.
Dr Schaepman kan soms grappig uit den
hoek komen. Vandaag bezigde hjj een beeld
spraak, die alle leden deed schudden van het
lachen, maar die toch zeer juist de oppositie
teekende, bjj het begin van het debat door
den heer Roessingh en later door de heeren
Van Kol en Van Karnebeek gevoerd.
De docter had het nl. over »een knuppel,
die in een hoenderhok wordt geworpen". De
aanval, door den afgevaardigde uit Enschede
op de Roomsch-Katholieke zendelingen gedaan,
waarvan wjj Donderdag reeds melding maakten,
gaf den heer Schaepman aanleiding tot deze
vergeljjking.
Gisteren was de heer Van Kol nog eens op
dit onderwerp teruggekomen. In een tweede
redevoering vlocht hg een keurige bloemlezing
in van al hetgeen er al zoo van roomsche zjj de
over het protestantismo was geschreven. Het
waren documenten van ata-vast. Encyclieken
van den Paus, zoo waar, had hjj niet vergeten.
Wat de pestziekte was voor het menscheljjk
lichaam, was het protestantisme voor het geloof.
Aldus luidde het pauslgk woord.
Wat moet er nu, zoo vroeg de heer Van
Kol, terecht komen van een dubbele zending,
die opereert in een en hetzelfde gebied Zou
dat geen verstoring van de rust en de orde
onder de inlandsche bevolking teweegbrengen
De doctor bad dat gisteren aangehoord en,
zooals hjj ons zeide, den avond besteed om met
zjjn vriend Nolens daarop eens de «officieele
uitgaven" der pauseljjke encyclieken na te
a. En wat had hij met het «gewapend"
en het «ongewapend oog" nu ontdekt?
Dat er niets van dat alles te bespeuren viel,
nl. in zijn uitgaven. Zelfs werd daarin van
het protestantisme geen gewag gemaakt.
Deze vrucht van zjjn voornachteljjke studiën
wilde hjj nu eens even aan de Kamer mede
deelen. Vervolgens las hg eenige Latjjnsche
citaten voor, allen aan voornoemde officieele
uitgaven ontleend. Verder had hij het over
den «dreun en den klank" van de woorden
van den afgevaardigde uit Enschedé, die hjj
anders wonderljjk goed in zjjn eigen woorden
kan nabootsen, en toen kwam »des Pudels
Kern".
Indien, zoo zeide hg, de heer Van Kol meent
teel verliet, het te betreuren dat gjj niet in
een verlaten woning waart gekomen, en ons
te verwenschen De Chanteraines zjjn nooit
te kort geschoten in gastvrijheid".
Met verbaasde oogen zag Pierre haar aan.
«Om u de waarheid te zeggen, mijnheer
de colonel, zou ik u niet raden, onaangediend
het salon te betreden, waar tante Charlotte
op het oogenblik vertoeft.
Gjj zoudt gevaar loopen daar niet beter
ont vangen te worden dan hiermaar ik zal u
voorstellen. Wacbt een oogenblik."
Zjj verdween vlug door een portière, een
welriekenden geur van verouderde reukwerken
achterlatende. Pierre stond als betooverd te
midden van al die verschoten, ouderwetsche
meubels, die haar als kind, als jong meisje
omringd hadden, en zou er wel over hebben
willen huilen.
Wat was die schoone slaapster bekoorljjk,
aanbiddelijk, bevallig 1 Welk een lieve on
schuld sprak er uit hare oogen, uit hare
woordenHjj gaf zich geheel aan de betoo-
vering over en vergat de duisternis, den re
gen en zjjn vermoeienis, en had slechts éen
wensch, dat de oude portretten hem misschien
de gelegenheid zouden geven om haar nog
iets langer te zien, te hooren spreken, voordat
hjj haar voor altjjd verliet.
de eene groep van de rechter zjj de tegen de
andere groep te kunnen uitspelen, dan vergist
hij zich deerljjk. Wjj zjjn hier geen theolo
ganten, willen geen sectarissen zjjn, maar wjj
zullen onze eenheid bewaren, en tegen den
gemeenschappeljjken vjjand front bljjven ma
ken. Mocht dus de afgevaardigde voor En
schedé denken met deze poging »een knuppel
in het hoenderhok geworpen te hebben", dan
heeft hg het glad mis.
Nu is dit zeer zeker uitnemend gezegd. De
doctor durft en is niet bang voor een klein
gerucht. Maar zjjn katholieke medeleden moeten
toch met gemengde gevoelens het gelach
waargenomen hebben van de anti-revolution-
naire leden, toen de heer Yan Kol voor de
derde maal zich op theologisch gebied begaf,
en uit seen Hollandsche uitgave" het door
dr Schaepman gewraakte Encycliek-citaat
voorlas. En bovendien nog een tiental uitspra
ken van dezelfde strekking uit andere wer
ken, die op verzoek van den spreker en met
de toestemming van den president met bron
vermelding in de Handelingen zjjn opgenomen.
Vooral de dominé's onder de anti-revolution-
nairen hadden een schik van je welste. Ds
Talma was éen oor, en ds Schokking zat te
luisteren met een gezicht, alsof hjj zeggen
wilde ja, dat is wel zóo En met een hou
ding alsof het hen niets aanging, stonden de
Roorusch-katholieke heeren te luisteren. Het
was ook maar het beste wat ze doen konden.
De doctor had het «kippenhok" verlaten.
Was hij misschien op een ontdekkingstocht
naar de plaats waar hg die Hollandsche uit
gave" van 's Pausen Encyclieken kon vinden
Intusschen was er van dien sknuppel" in
het verder verloop van het debat niet veel te be
speuren. De minister deed ten minste in zjjn
antwoord aan de verschillende spiekers alsof
hg van dien opzet niets gemerkt had. Uit
voerig repliceerde hg op hetgeen de heeren
Idenburg, Van Kol en Van der Zwaag over
het imperialisme in het midden hadden ge
bracht in verband met ons optreden in Djambi
en Atjeh.
Er waren genoeg troepen in Djambi om de
toestanden aldaar naar behooren te regelen
en dat er slechts één bataljon gestuurd is,
hetgeen den heer Idenburg een te zwakke
macht voorkwam, dat geschiedt op aanvrage
van den resident van Palembang, die het niet
raadzaam had geoordeeld tot grooter machts
vertoon over te gaan.
Vóór het sluiten der algemeene beraad
slagingen kwam de minister nogmaals aan het
woord, waarbjj hjj nader preciseerde wat hij
verstond onder het vorleenen van steun op
svasten voet" aan de zending.
Hg ging hiertoe over tengevolge van een
uiteenzetting van art. 123 van het regeerings-
reglement door den heer Van Karnebeek, die
meende dat dit artikel een preventiet, niet
een repressief karakter droeg. Deze interpre-
tantie deelde de minister wel is waar niet,
maar in zjjn verdere verklaring, dat hjj met
het steun verleenen aan de zending bedoelde
vooral hulp te willen verschaffen aan de zen
ding die zich ook op medisch gebied bewoog,
waar zjj, inliet algemeen gesproken, ten goeda
zou komen ook aan de verheffing van den maat-
schappeljjken toestandvan den bekeerden Inlan
der, daar bleek het voldoende dat deze steun niet
gebruikt zou worden om het «zieltjes winnen"
in de hand te werken, maar de «pedagogische"
zending, om in de woorden van den heer V an
Kcl te spreken, hierbjj zou winnen.
Ter geruststelling voor de heeren links,
en voor de heeren rechts, die toch ook iets
vriendelijks moesten te hooren krijgen, ver
klaarde de minister dat hjj in principe geen
tegenstander was van de toelating van beide
gezindten, op een en hetzelfde terrein.
Hierna werden de algemeene beraadslagingen
gesloten, en werd een aanvang gemaakt met
de behandeling van de artikelen, waarbjj de
heeren Pock en Van Kol naar aanleiding van
de onderafdeelingen 5 en 17 het woord voer
den. Eerstgenoemde om te betoogen, dat de
gouverneur-generaal zich los moet maken van
den invloed van de algemeene secretarie,
laatstgenoemde om over koelie mishandelin
gen en het gebruik van misdadigers op mi
litaire expedities een hartig woordje te spre
ken.
Maandagmiddag voortzetting van de behan
deling der artikelen.
BEKOEMKGM MZ.
Bjj kon. besluit
is aan den plaatsverv. districts-veearts H. L.
Ellerman, te Dordrecht, toegekend de titel
van Gouvernements-keurmeester van vee, en
is hjj als zoodanig belast met de visitatie van
vee te Dordrecht en Dubbeldam vóór de inla
ding in een schip, naar het buitenland bestemd.
s. verleent de minister van
justitie geen audiëntie.
Conoert Pablo de Sarasate-Berthe
Marx - Goldschmidt.
Nog zelden heb ik een zoo groot enthousi
asme in onze concertzaal kunnen constateeren
als Vrjjdag avond. Het was dan ook, evenals
elders, een buitengewoon succes dat Pablo de
vSarasate en Mevr. Marx-Goldschmidt behaalden.
Vergis ik mg niet, dan is het ongeveer
veertien jaren geleden dat ik De Sarasate op
een concert te Dordrecht het laatst hoorde
doch al heeft de zwarte haardos voor een
meer peper- en zoutachtige moeten plaats
maken, de groote, elegante, onberispeljjke
kunstenaar-violist is gebleven en schittert nog
in vollen glans.
Met kunst gaat heb dikwjjls als met den
godsdienst. Is men in een zekere richting
opgevoed of met de een of andere kunstop-
vattiDg of geloofsovertuiging gaan dwepen,
dan komt men er zoo licht toe alleen die op
vatting of richting als de alleen ware te
beschouwen. Hiervan is het gevolg dat de
gezichtskring al enger en enger wordt en het
steeds moeiljjker valt om voor andere inzichten
iets te gevoelen, laat staan deze goed te keuren
of te dulden.
Zoo kan ik m jj voorstellen dat enkelen door
Sarasate's opvatting van Beethoven's Kreutzer
Sonate niet ten volle bevredigd waren, omdat
ze die vroeger toch anders hadden gehoord,
en het statige, majestueuse van Beethoven's
werk in handen van dezen Spanjaard een ge
heel ander cachet kreeg. Wat mjjzelven be
treft, kan ik dit oordeel niet onderschrjjven
Sarasate is ontegenzeggelijk een op zich zelf
staande persoonlijkheid en artiest, die et recht
heeft om een eigen opvatting te huldigen.
Eu wijkt dan die opvatting af van de alge
meen geldende zooals dat bjj Beethoven
in enkele opzichten en bg Bacb in zeer groote
mate het geval was dan is daarmede nog
niet bewezen dat de opvatting van Sarasate -
wiens Spaansche natuur wel iets bruisender
zal zjjn dan de onze geen recht van be
staan heeft.
Behalve de Kreutzer sonate, waarin vooral het
heerljjk mooie Andante con variazoni grooten
indruk maakte, werd door den violist Raffs
La Fée d'Amour, Nocturne Serenade en Intro
duction-! aranielle van Sarasate ten gehoore
gebracht. Diepgaande kunst zjjn deze drie
laatste werken niet, doch de techniek, die zjj
vereischen, is ontzagljjk groot. Alleen een
vlekkelooze techniek, een, als het ware, spelen
met dubbeltrillers, flageolets, octaven, pizzi
cato's, staccato's, een onberispelijke intonatie
en bruisende vertolking, zooals Sarasate ons
die gaf, kunnen voor dit genre muziek een
zoodanig enthousiasme verwekken.
In Sarasate's partner, mevrouw Berthe Marx-
Goldschmidt, leerde ik een hoogstbegaafde
pianiste kennen, die aan een zeldzaam ont
wikkelde techniek een mooien aanslag en
voordracht paart. Nog zelden heeft een piano
soliste mjj zoo voldaan als mevr. Marx-Gold
schmidt al had ik ook de keuze van sommige
nummers wel anders gewenscht.
Reeds met de vertolking van de Kreulzer-
sonate toonde zjj een fijnvoelend artieste te zjjn,
en niet minder bleek dit het geval bjj de auditie
harer solonummersWelk een uitdrukking
vermocht zjj in de liefelijke, naïeve Pastorale
Variée van Mozart en in Chopin's passievolle
Nocturne te leggen 1 En welk een parelregen
liet zjj met Von Weber's immer frissche Invi
tation a la Valse en Liszt's meer technisch
zwaar dan mooie 6e Rhapsodie als het ware
op ons neerdalen
Zooals ik in den aanvang van dit verslag
reeds vermeldde, behaalden beide kunstenaars
een enorm succes en het publiek rustte niet
voordat zjj nog enkele nummers ten beste gaven-
Van Sarasate kregen wjj als toegift Gavotte
Het salon mei het spinet,
Eindelijk werd Pierre Fageot toegelaten
in het salon met het spinet, en freule Char
lotte verwaardigde zich hem twee passen
tegemoet te gaan.
«Wees welkom, mijnheer", sprak zjj:
«men heeft nog niet alle oude voorrechten
van den adel verloren, wanneer men nog
gastvrjjheid kan beoefenen"
Zjj was zóo voldaan over dezen mooien
volzin, dat zij er Pierre erg vriendeljjk
bg toelachte. Daarop volgde de voorstelling.
Men praatte slechts over koetjes en kalfjes.
Freule Charlotte sprak over den tjjd der fees
ten te Trianon, als over onzen tijd en noemde
Rousseau uw Rousseau, wiens Nouvelle Heloïse
;ij meermalen gelezen had.
Zjj hield echter slechts ten halve hare be
lofte van niet te zinspelen op de gebeurte
nissen van 89 en wat daarop gevolgd was.
Eens zelfs speelde het woord revolutie haar
zoodanig op de tong, dat zjj het moest uit
spreken.
Het kwam door een heel onbeduidend voor
val. De heer Fridolin, het kleine heertje in
het zwart, de oude gouverneur der kinderen
van Chanteraine, had het lampje, waarbjj hg
las, wat te dicht bjj een gordjjn gezet, en
freule Charlotte berispte hem met groote ont
steltenis daarover.
«Gjj zult u niet verbazen over mjjn angst,
mjjnheer", zei zjj tot Pierre, «wanneer gjj
weet dat het waarschjjnljjk een dergeljjke
onvoorzichtigheid is geweest, die den dood
veroorzaakte van mgn neef, den markies
De Chanteraine, van zjjn vrouw en van
den kleinen Gérard, hun zoon, den eenigen
erfgenaam van ons geslacht
Gedurende dien nacht, terwjjl alles sliep,
in het hotel dat zjj te Parijs bewoonden, brak
er brand uit in hunne vertrekken. Later, veel
te laat helaasis uit verschillende getuige
nissen gebleken dat die brand veroorzaakt
was door een nacbtlicbt, dat de dienstbode
te dicht bjj een gordjjn gezet had. Zjj waren
alle drie gestikt of verbrand, voordat er hulp
kwam opdagen
- «Owat een vreeseljjke doodriep de
jonge man uit, «dat ljjkt mg de ergste van
allen
«Gjj wilt liever gedood worden door een
kogel, op het slagveld dan levend te verbran
den, niet waar vroeg de oude freule eenigs-
zins spottend. Pierre glimlachte.
«Door de kracht der gewoonte voel ik
mjj heel kalm onder een kogelregen," ant
woordde bjj, «terwijl ik nooit door een dorp
kan gaan, waar een huis in brand staat, zonder
een soort van innerljjke ontroering te gevoelen.
Het is een zwakheid, die ik belgden moet,
ofschoon ik haar tot nog toe altjjd over
wonnen heb. De juiste oorsprong ervan
is, geloof ik, een droom uit mjjne kindsche
jaren. Ik verbeeldde mg in mjjn slaap dat
het huis in brand stond en ontwaakte
gillende van schrik, met een gevoel, dat ik
mg zelf» nu nog levendig ban voorstellen."
Ik weet niet welke geest van plaagzucht
de oude dame bezielde toen zjj zei: «Welnu,
mjjnheer, datzelfde gevoel, dat u bezielt bjj
het zien van een brandend huis, heb ik als
er een kaars te dicht bjj een gordjjn gezet
wordt, en toch zweer ik u, dat ik mjjn neef
benjjd, evenals zijn vrouw en hun onschuldig
bind, en dat ik liever net als zjj, nu twintig
jaar geleden, levend verbrand zou zjjn, dan
uwe afschuwelijke revolutie te hebben moeten
beleven."
Maar Fageot wilde niet gekrenkt worden.
«Dit gezegde is eener heldin waardig",
zei hg eenvoudig en met zooveel hoffeljjkheid,
dat tante Charlotte er door getroffen werd en
spgt had van haren uitval.
Het gesprek werd daarna weer op balmen
toon hervat.
«Het toeval heeft ons een zeer pre
sentabelen gast gezonden", zei later neef
De Plonvarais. «Hjj spreekt als een zeer
fatsoenljjk man en zjjn manieren laten niets
te wenschen over Ik zal niet zeggen da;}
hjj de bevalligheid bezit van onze vroegere
edellieden, maar hjj beeft toch een zekere
manneljjbe gratie, die een Montmore nog even
goed zou kleeden als een colonel der repu
bliek."
Wordt vervolgd).