bijvoegsel FEUILLETON. müsTcTlIa. Maandag 25 November 1901, 278. Het bietenvraagstuk. De suikerbieten zjjn onder begunstiging van bet fraaie najaaraweder van de velden ver dwenen slechts een enkele achteraankomer ziet men nog bezig met het vervoer meeste verbouwers zjjn druk bezig met het land gereed te maken voor den volgenden oogst; ja enkelen, die zich gehaast hebben het mooie weer te benuttigen, zjjn reeds daarmede gereed. Op de verschillende stapelplaatsen is men intusschen nog zoo ver nietdaar liggen nog bergen van bieten opgehoopt, die wachten op een vervoermiddel, tram, spoor en schip, om de fabrieken te bereiken, en het laat zich aan zien, dat nog verscheidene dagen noodig zul len zjjn, eer de grondstoffen de plaatsen be reikt zullen bebben, waar men ze zal omzet ten in suiker. Wat het gewicht betreft, is de oogst der suikerbieten buitengewoon medegevallen. Geen der vorige jaren kan te dien opzichte met dit vergeleken worden. Zestien- tot negentien- duizend kilogram netto per kleinste (Blooiscb) gemet is waarlijk geene kleinigheidbij die groote opbrengst het steken, het vervoer bevorderd door zoo'n heerljjk najaar, terwjjl de bedongen prjjs bjj het tel-quel contract zeer voldoende genoemd kan worden waarljjk er is reden voor tevredenheid. Iets anders is het voor hen, die in het voor jaar contracten hebben gesloten op gebalte en suikerprijs, zooals dit geschied is voor de fabrieken te Oud-Gastel, voor de coöperatieve fabriek te Sas van Gent en eene enkele fa briek te Zevenbergen, of uitsluitend op ge halte zooals voor de fabrieken bjj Hasselt. Het gehalte is met meegevallenhet is ge middeld aanzienlijk lager dan het vorig jaar; en ofschoon nu meer gewicht wel eenige ver goeding geeft; voor het lager gehalte, komt daarbij voor 't oogenblik zoo'n lage suiker markt, dat de overeenkomsten op gehalte en suikerprijs dit jaar over het algemeen tegen vallen. Dat heeft, zooals men dat in sommige bla den heel breedvoerig heelt kunnen lezen, hier en daar aanleiding gegeven tot knoeierij en. Personen, die zoowel op gehalte als op ge wicht overeenkomsten hadden aangegaan, leverden van de eerste landen een buitenge woon klein, van de laatste een buitengewoon groot gewicht. Er doet zich d£arbjj echter nog een tweede geval voor. Menige bietenverbouwer heeft in 't voor jaar geld noodig, Hjj wacht op de agenten der fabrikanten als op een verlosser uitgroo- ten nood. Zijn bedrijf laat hem toe slechts 10 gemeten met bieten te beteelen. Daarvoor can hg een voorschot btjjgen van ƒ500, maar hg heeft bepaald 700 noodig. Wat te doen? Nu is over 't algemeen een bietenagent zóó niet, dat hg niet iemand plezier zoude doen, als hg er zelf ook een voordeeltje bg kan behalen. Tien gemeten meer of minder is zoo geen bagatel en hg laat zich daarom wel eens ver leiden om een contract te sluiten voor 14 gemeten en een voorschot te geven van 700. Intusschen er worden slechts 10 gemeten bezaaid. Is nu de oogst middelmatig, 13.000 kilogram per Blooisch gemet bijvoorbeeld, dan wordt die oogst zeer middelmatig, omdat de 130.000 KG gewassen heeten te zijn op 14 ge meten, zoodat er nauweljjks 10000 KG per gemet worden aangevoerd. Is de oogst goed en brengen de 10 ge meten 180.000 kilogram op en meeris daarentegen de opbrengst op gehalte en de suikerprjjs mager, dan kan men een vriend, een neef, een zwager of een broer helpen door van hem 4 X 18.000 KG suikerbieten, op gehalte gecontracteerd, over te nemen om die te leveren op gewicht: eerstens om vriend» neef, zwager of broer te helpen, tweedens om voor zich zelf ook nog een gulden of wat te zakken. Geheel belangeloos is die hulp zelden. Moet de familie geholpen worden, dan wor den de 180000 KG verdeeld over 14 gemeten; de oogst bedraagt dan gemiddeld 13000 kilo grammen «slecht is hg dan wel niet dadelgk. maar om nu op de bieten te boffen Zoo bijzonder zjjn ze niet meegevallen Er zjjn in alle standen, ook onder de land bouwers, mensohen van een bedriegeljjke na tuur men treft er zelfs onder de zeer christe- ljjken aan, die een te leveren gevulden boter- pot onder de bieten op de bascule laten mee wegen, m de hoop, dat de weger dat gewicht ook bjj de bieten zal tellen; maar die be driegeljjke naturen zjjn gelukkig uitzonderin gen, en nu heeft men in de bladen bij het mededeelen van berichten, die op zoodanige smokkelpartijtjes betrekking hebben, te veel gegeneraliseerdmen heeft enkele gevallen medegedeeld, alsof ze regel waren en de eer- ljjke leveranciers tot uitzonderingen gemaakt- Daartegen moeten wjj nadrukkelijk opkomen. Bovendien de bedienden van de fabrikanten, die met wegen, tarreeren enz. belast zijn, zjjn ook niet van gisteren en zjj, die dezen weder op de vingers kijken, evenmin, zoodat bjj eenig bedrog dadeljjk maatregelen genomen worden om het in de geboorte te fnuiken. Gemeten met opbrengsten van 30.000 KG en andere met opbrengsten van nog geen 1Ó00 KG, al naar gelang men gecontracteerd had op tel-quel of gehalte-contract, mogen mis schien wel met opzet, de mensch is zoo listig bepraat zjjn in tegenwoordigheid van een der vele correspondenten, voor wie een berichtje twee kwartjes vertegenwoordigt, in de werkelijkheid zjjn zjj er niet geweest. De weldoeners van den landbouw, waarvoor de fabrikanten zoo gaarne doorgaan, en dat zjj ook voor een gedeelte zjjn geworden, zonder daartoe ooit het plan te hebben gehad, zou den wel gaarne meer willen besteden Maar waarlijk ze kunnen niet «De suikerprijs, weet u Waarom wjj deze week dit onderwerp zoo uitvoerig behandelen Om twee redenen. lo. Om de aandacht te vestigen op de weinige waarde van berichten, in de bladen met eene soort van virtuositeit behandeld, over bedrog bjj de levering van bieten, waaruit door belanghebbenden maar al te gereedelijk munt wordt geslagen. 2o. Om toch de bietenverbouwers er uit drukkelijk op te wjjzen niet omdat ze het niet weten, maar wel omdat ze het ook nog eens van anderen moeten hooren om vaster in hunne schoenen te staan, dat een jaar van buitengewoon gewioht met minder gehalte even goed eene uitzondering kan zjjn als een jaar met voldoend gewicht en buitengewoon Dat men zich dus door de teleurstelling van één jaar niet mag laten afschrikken voor volgende jaren. Bjj voldoende bemesting en goede bewer king kan men voor Zeeland, bljjkensde opga ven van zes en meer achtereenvolgende jaren, gerusteljjk aannemen, dat het contract op ge halte en suikerprjjs op den duur voordeeliger is dan het tel-quel contract. Wjj zouden daarom willen voorstellen de heusche mededeeling van den heer Van N u n e n voorloopig aan te nemen voor ken nisgeving. Wordt vervolgd.) Maar nu over iets anders. Contracten op gehalto en suikerprjjs waren aan het einde der vorige bietencampagne, toen het gehalte hoog en de suikerprgs goed volgens de algemeene zienswijze verre te verkiezen boven contracten op gewicht alleen. Thans is de meening geheel gekeerd. De contractanten op gehalte en suikerprgs zitten als 't ware in zak en ascli, terwjjl de tei-jueZ-contractanten, de mopperaars van 1900, de tevredenen zjjn in 1901. De volksgunst verplaatst zich gemakkeljjk. De fabrikanten nu, die door hunne hoofd ambtenaren volkomen op de hoogte zjjn van rjjzing en daling op den thermometer van de volksmeening, hebben uit de rjjzing van de tel-quel-contracten bjj het groote publiek dadelgk munt willen slaan. Namens de vereenigde suikerfabrikanten, heeft de heer Van Nunen te Bergen op Zoom nu reeds per advertentie bekend ge kt, dat in het volgend jaar, ter voorko ming van moeiljjkheden en misbruiken, geene bietencontracten zullen gesloten worden met landbouwers, die tevens op gehalte contrac teeren. Die waarschuwing komt in ieder geval bij tjjds Uit het oogpunt der fabrikanten niet te vroeg. Er heerscht op 't oogenblik eene voorin genomenheid tegen de gehalte-contracten. Die moet natuurljjk een beetje warm wor den gehouden. Er moet eene stemming komen, dat zooda nige overeenkomsten altjjd in 't nadeel zgn van den landbouwer en hem slechts zelden eenig voordeel verschaffen boven de tel-quel contraoten. Het jaar 1900 met zjjn uitslag moet in de volksmeening eene zeldzame uitzondering worden. Is dat doel bereikt en dat doel zal bij velen, die steeds leven bjj eerste indrukken, gemakkeljjk te bereiken zjjn, dan komt er voor de tel-quel contracten zooveel land vrij, dat men, om een echte volksuitdrukking te gebruiken, er mee leuren zal. Vervolgens zal er niet lang gewacht wor den met het afsluiten van tel-quel contracten. Mod krjjgt in de eerste maand van het jaar land te kust en te keur en een noodlottig gevolg daarvan zal zjjn dat de prijzen der bieten aanzienlijk naar be neden gaan. Middelburg 23 November. Kameroverzicht. DE SCH00NE SLAAPSTEE lïf HET BOSCH. 6 Uit het Fransch, van «FT CHAKTEPIEÜRE. Freule Charlotte de Chanteraine. Pierre schreef op een blaadje van zijn zak boekje zjjn naam, zjjn rang en adres, scheurde het blaadje er uit en gaf het aan de freule. »Dank u wel, mjjnheer, zei zjj, eu terwijl zjj op het papiertje tuurde, verbaasde zjj zich dat er zooveel wellevendheid, zooveel zacht heid school in een soldaat van de republiek, misschien een man uit het volk, in alle geval iemand van lage geboorte. «En ik dank u, freule, voor het vertrou wen, dat gjj mij hebt geschonken, waardoor ik mg bjjzonder vereerd gevoel. Vaarwel freulezei de jonge colonel met een diepe buiging. Claude antwoordde niet, doch toen de officier zich wilde verwjjderen, maakte zij blozend een lichte buiging, als om hem te weerhouden, en zei«Mijnheer, gjj hebt te Chanteraine een schuilplaats gezocht voor den regen en den nacht. Het is nog lang geen dag en de storm woedt nog voort. Zondt gjj niet het recht hebben, indien gjj thans het kas Zitting van Vrjjdag. Dr Schaepman kan soms grappig uit den hoek komen. Vandaag bezigde hjj een beeld spraak, die alle leden deed schudden van het lachen, maar die toch zeer juist de oppositie teekende, bjj het begin van het debat door den heer Roessingh en later door de heeren Van Kol en Van Karnebeek gevoerd. De docter had het nl. over »een knuppel, die in een hoenderhok wordt geworpen". De aanval, door den afgevaardigde uit Enschede op de Roomsch-Katholieke zendelingen gedaan, waarvan wjj Donderdag reeds melding maakten, gaf den heer Schaepman aanleiding tot deze vergeljjking. Gisteren was de heer Van Kol nog eens op dit onderwerp teruggekomen. In een tweede redevoering vlocht hg een keurige bloemlezing in van al hetgeen er al zoo van roomsche zjj de over het protestantismo was geschreven. Het waren documenten van ata-vast. Encyclieken van den Paus, zoo waar, had hjj niet vergeten. Wat de pestziekte was voor het menscheljjk lichaam, was het protestantisme voor het geloof. Aldus luidde het pauslgk woord. Wat moet er nu, zoo vroeg de heer Van Kol, terecht komen van een dubbele zending, die opereert in een en hetzelfde gebied Zou dat geen verstoring van de rust en de orde onder de inlandsche bevolking teweegbrengen De doctor bad dat gisteren aangehoord en, zooals hjj ons zeide, den avond besteed om met zjjn vriend Nolens daarop eens de «officieele uitgaven" der pauseljjke encyclieken na te a. En wat had hij met het «gewapend" en het «ongewapend oog" nu ontdekt? Dat er niets van dat alles te bespeuren viel, nl. in zijn uitgaven. Zelfs werd daarin van het protestantisme geen gewag gemaakt. Deze vrucht van zjjn voornachteljjke studiën wilde hjj nu eens even aan de Kamer mede deelen. Vervolgens las hg eenige Latjjnsche citaten voor, allen aan voornoemde officieele uitgaven ontleend. Verder had hij het over den «dreun en den klank" van de woorden van den afgevaardigde uit Enschedé, die hjj anders wonderljjk goed in zjjn eigen woorden kan nabootsen, en toen kwam »des Pudels Kern". Indien, zoo zeide hg, de heer Van Kol meent teel verliet, het te betreuren dat gjj niet in een verlaten woning waart gekomen, en ons te verwenschen De Chanteraines zjjn nooit te kort geschoten in gastvrijheid". Met verbaasde oogen zag Pierre haar aan. «Om u de waarheid te zeggen, mijnheer de colonel, zou ik u niet raden, onaangediend het salon te betreden, waar tante Charlotte op het oogenblik vertoeft. Gjj zoudt gevaar loopen daar niet beter ont vangen te worden dan hiermaar ik zal u voorstellen. Wacbt een oogenblik." Zjj verdween vlug door een portière, een welriekenden geur van verouderde reukwerken achterlatende. Pierre stond als betooverd te midden van al die verschoten, ouderwetsche meubels, die haar als kind, als jong meisje omringd hadden, en zou er wel over hebben willen huilen. Wat was die schoone slaapster bekoorljjk, aanbiddelijk, bevallig 1 Welk een lieve on schuld sprak er uit hare oogen, uit hare woordenHjj gaf zich geheel aan de betoo- vering over en vergat de duisternis, den re gen en zjjn vermoeienis, en had slechts éen wensch, dat de oude portretten hem misschien de gelegenheid zouden geven om haar nog iets langer te zien, te hooren spreken, voordat hjj haar voor altjjd verliet. de eene groep van de rechter zjj de tegen de andere groep te kunnen uitspelen, dan vergist hij zich deerljjk. Wjj zjjn hier geen theolo ganten, willen geen sectarissen zjjn, maar wjj zullen onze eenheid bewaren, en tegen den gemeenschappeljjken vjjand front bljjven ma ken. Mocht dus de afgevaardigde voor En schedé denken met deze poging »een knuppel in het hoenderhok geworpen te hebben", dan heeft hg het glad mis. Nu is dit zeer zeker uitnemend gezegd. De doctor durft en is niet bang voor een klein gerucht. Maar zjjn katholieke medeleden moeten toch met gemengde gevoelens het gelach waargenomen hebben van de anti-revolution- naire leden, toen de heer Yan Kol voor de derde maal zich op theologisch gebied begaf, en uit seen Hollandsche uitgave" het door dr Schaepman gewraakte Encycliek-citaat voorlas. En bovendien nog een tiental uitspra ken van dezelfde strekking uit andere wer ken, die op verzoek van den spreker en met de toestemming van den president met bron vermelding in de Handelingen zjjn opgenomen. Vooral de dominé's onder de anti-revolution- nairen hadden een schik van je welste. Ds Talma was éen oor, en ds Schokking zat te luisteren met een gezicht, alsof hjj zeggen wilde ja, dat is wel zóo En met een hou ding alsof het hen niets aanging, stonden de Roorusch-katholieke heeren te luisteren. Het was ook maar het beste wat ze doen konden. De doctor had het «kippenhok" verlaten. Was hij misschien op een ontdekkingstocht naar de plaats waar hg die Hollandsche uit gave" van 's Pausen Encyclieken kon vinden Intusschen was er van dien sknuppel" in het verder verloop van het debat niet veel te be speuren. De minister deed ten minste in zjjn antwoord aan de verschillende spiekers alsof hg van dien opzet niets gemerkt had. Uit voerig repliceerde hg op hetgeen de heeren Idenburg, Van Kol en Van der Zwaag over het imperialisme in het midden hadden ge bracht in verband met ons optreden in Djambi en Atjeh. Er waren genoeg troepen in Djambi om de toestanden aldaar naar behooren te regelen en dat er slechts één bataljon gestuurd is, hetgeen den heer Idenburg een te zwakke macht voorkwam, dat geschiedt op aanvrage van den resident van Palembang, die het niet raadzaam had geoordeeld tot grooter machts vertoon over te gaan. Vóór het sluiten der algemeene beraad slagingen kwam de minister nogmaals aan het woord, waarbjj hjj nader preciseerde wat hij verstond onder het vorleenen van steun op svasten voet" aan de zending. Hg ging hiertoe over tengevolge van een uiteenzetting van art. 123 van het regeerings- reglement door den heer Van Karnebeek, die meende dat dit artikel een preventiet, niet een repressief karakter droeg. Deze interpre- tantie deelde de minister wel is waar niet, maar in zjjn verdere verklaring, dat hjj met het steun verleenen aan de zending bedoelde vooral hulp te willen verschaffen aan de zen ding die zich ook op medisch gebied bewoog, waar zjj, inliet algemeen gesproken, ten goeda zou komen ook aan de verheffing van den maat- schappeljjken toestandvan den bekeerden Inlan der, daar bleek het voldoende dat deze steun niet gebruikt zou worden om het «zieltjes winnen" in de hand te werken, maar de «pedagogische" zending, om in de woorden van den heer V an Kcl te spreken, hierbjj zou winnen. Ter geruststelling voor de heeren links, en voor de heeren rechts, die toch ook iets vriendelijks moesten te hooren krijgen, ver klaarde de minister dat hjj in principe geen tegenstander was van de toelating van beide gezindten, op een en hetzelfde terrein. Hierna werden de algemeene beraadslagingen gesloten, en werd een aanvang gemaakt met de behandeling van de artikelen, waarbjj de heeren Pock en Van Kol naar aanleiding van de onderafdeelingen 5 en 17 het woord voer den. Eerstgenoemde om te betoogen, dat de gouverneur-generaal zich los moet maken van den invloed van de algemeene secretarie, laatstgenoemde om over koelie mishandelin gen en het gebruik van misdadigers op mi litaire expedities een hartig woordje te spre ken. Maandagmiddag voortzetting van de behan deling der artikelen. BEKOEMKGM MZ. Bjj kon. besluit is aan den plaatsverv. districts-veearts H. L. Ellerman, te Dordrecht, toegekend de titel van Gouvernements-keurmeester van vee, en is hjj als zoodanig belast met de visitatie van vee te Dordrecht en Dubbeldam vóór de inla ding in een schip, naar het buitenland bestemd. s. verleent de minister van justitie geen audiëntie. Conoert Pablo de Sarasate-Berthe Marx - Goldschmidt. Nog zelden heb ik een zoo groot enthousi asme in onze concertzaal kunnen constateeren als Vrjjdag avond. Het was dan ook, evenals elders, een buitengewoon succes dat Pablo de vSarasate en Mevr. Marx-Goldschmidt behaalden. Vergis ik mg niet, dan is het ongeveer veertien jaren geleden dat ik De Sarasate op een concert te Dordrecht het laatst hoorde doch al heeft de zwarte haardos voor een meer peper- en zoutachtige moeten plaats maken, de groote, elegante, onberispeljjke kunstenaar-violist is gebleven en schittert nog in vollen glans. Met kunst gaat heb dikwjjls als met den godsdienst. Is men in een zekere richting opgevoed of met de een of andere kunstop- vattiDg of geloofsovertuiging gaan dwepen, dan komt men er zoo licht toe alleen die op vatting of richting als de alleen ware te beschouwen. Hiervan is het gevolg dat de gezichtskring al enger en enger wordt en het steeds moeiljjker valt om voor andere inzichten iets te gevoelen, laat staan deze goed te keuren of te dulden. Zoo kan ik m jj voorstellen dat enkelen door Sarasate's opvatting van Beethoven's Kreutzer Sonate niet ten volle bevredigd waren, omdat ze die vroeger toch anders hadden gehoord, en het statige, majestueuse van Beethoven's werk in handen van dezen Spanjaard een ge heel ander cachet kreeg. Wat mjjzelven be treft, kan ik dit oordeel niet onderschrjjven Sarasate is ontegenzeggelijk een op zich zelf staande persoonlijkheid en artiest, die et recht heeft om een eigen opvatting te huldigen. Eu wijkt dan die opvatting af van de alge meen geldende zooals dat bjj Beethoven in enkele opzichten en bg Bacb in zeer groote mate het geval was dan is daarmede nog niet bewezen dat de opvatting van Sarasate - wiens Spaansche natuur wel iets bruisender zal zjjn dan de onze geen recht van be staan heeft. Behalve de Kreutzer sonate, waarin vooral het heerljjk mooie Andante con variazoni grooten indruk maakte, werd door den violist Raffs La Fée d'Amour, Nocturne Serenade en Intro duction-! aranielle van Sarasate ten gehoore gebracht. Diepgaande kunst zjjn deze drie laatste werken niet, doch de techniek, die zjj vereischen, is ontzagljjk groot. Alleen een vlekkelooze techniek, een, als het ware, spelen met dubbeltrillers, flageolets, octaven, pizzi cato's, staccato's, een onberispelijke intonatie en bruisende vertolking, zooals Sarasate ons die gaf, kunnen voor dit genre muziek een zoodanig enthousiasme verwekken. In Sarasate's partner, mevrouw Berthe Marx- Goldschmidt, leerde ik een hoogstbegaafde pianiste kennen, die aan een zeldzaam ont wikkelde techniek een mooien aanslag en voordracht paart. Nog zelden heeft een piano soliste mjj zoo voldaan als mevr. Marx-Gold schmidt al had ik ook de keuze van sommige nummers wel anders gewenscht. Reeds met de vertolking van de Kreulzer- sonate toonde zjj een fijnvoelend artieste te zjjn, en niet minder bleek dit het geval bjj de auditie harer solonummersWelk een uitdrukking vermocht zjj in de liefelijke, naïeve Pastorale Variée van Mozart en in Chopin's passievolle Nocturne te leggen 1 En welk een parelregen liet zjj met Von Weber's immer frissche Invi tation a la Valse en Liszt's meer technisch zwaar dan mooie 6e Rhapsodie als het ware op ons neerdalen Zooals ik in den aanvang van dit verslag reeds vermeldde, behaalden beide kunstenaars een enorm succes en het publiek rustte niet voordat zjj nog enkele nummers ten beste gaven- Van Sarasate kregen wjj als toegift Gavotte Het salon mei het spinet, Eindelijk werd Pierre Fageot toegelaten in het salon met het spinet, en freule Char lotte verwaardigde zich hem twee passen tegemoet te gaan. «Wees welkom, mijnheer", sprak zjj: «men heeft nog niet alle oude voorrechten van den adel verloren, wanneer men nog gastvrjjheid kan beoefenen" Zjj was zóo voldaan over dezen mooien volzin, dat zij er Pierre erg vriendeljjk bg toelachte. Daarop volgde de voorstelling. Men praatte slechts over koetjes en kalfjes. Freule Charlotte sprak over den tjjd der fees ten te Trianon, als over onzen tijd en noemde Rousseau uw Rousseau, wiens Nouvelle Heloïse ;ij meermalen gelezen had. Zjj hield echter slechts ten halve hare be lofte van niet te zinspelen op de gebeurte nissen van 89 en wat daarop gevolgd was. Eens zelfs speelde het woord revolutie haar zoodanig op de tong, dat zjj het moest uit spreken. Het kwam door een heel onbeduidend voor val. De heer Fridolin, het kleine heertje in het zwart, de oude gouverneur der kinderen van Chanteraine, had het lampje, waarbjj hg las, wat te dicht bjj een gordjjn gezet, en freule Charlotte berispte hem met groote ont steltenis daarover. «Gjj zult u niet verbazen over mjjn angst, mjjnheer", zei zjj tot Pierre, «wanneer gjj weet dat het waarschjjnljjk een dergeljjke onvoorzichtigheid is geweest, die den dood veroorzaakte van mgn neef, den markies De Chanteraine, van zjjn vrouw en van den kleinen Gérard, hun zoon, den eenigen erfgenaam van ons geslacht Gedurende dien nacht, terwjjl alles sliep, in het hotel dat zjj te Parijs bewoonden, brak er brand uit in hunne vertrekken. Later, veel te laat helaasis uit verschillende getuige nissen gebleken dat die brand veroorzaakt was door een nacbtlicbt, dat de dienstbode te dicht bjj een gordjjn gezet had. Zjj waren alle drie gestikt of verbrand, voordat er hulp kwam opdagen - «Owat een vreeseljjke doodriep de jonge man uit, «dat ljjkt mg de ergste van allen «Gjj wilt liever gedood worden door een kogel, op het slagveld dan levend te verbran den, niet waar vroeg de oude freule eenigs- zins spottend. Pierre glimlachte. «Door de kracht der gewoonte voel ik mjj heel kalm onder een kogelregen," ant woordde bjj, «terwijl ik nooit door een dorp kan gaan, waar een huis in brand staat, zonder een soort van innerljjke ontroering te gevoelen. Het is een zwakheid, die ik belgden moet, ofschoon ik haar tot nog toe altjjd over wonnen heb. De juiste oorsprong ervan is, geloof ik, een droom uit mjjne kindsche jaren. Ik verbeeldde mg in mjjn slaap dat het huis in brand stond en ontwaakte gillende van schrik, met een gevoel, dat ik mg zelf» nu nog levendig ban voorstellen." Ik weet niet welke geest van plaagzucht de oude dame bezielde toen zjj zei: «Welnu, mjjnheer, datzelfde gevoel, dat u bezielt bjj het zien van een brandend huis, heb ik als er een kaars te dicht bjj een gordjjn gezet wordt, en toch zweer ik u, dat ik mjjn neef benjjd, evenals zijn vrouw en hun onschuldig bind, en dat ik liever net als zjj, nu twintig jaar geleden, levend verbrand zou zjjn, dan uwe afschuwelijke revolutie te hebben moeten beleven." Maar Fageot wilde niet gekrenkt worden. «Dit gezegde is eener heldin waardig", zei hg eenvoudig en met zooveel hoffeljjkheid, dat tante Charlotte er door getroffen werd en spgt had van haren uitval. Het gesprek werd daarna weer op balmen toon hervat. «Het toeval heeft ons een zeer pre sentabelen gast gezonden", zei later neef De Plonvarais. «Hjj spreekt als een zeer fatsoenljjk man en zjjn manieren laten niets te wenschen over Ik zal niet zeggen da;} hjj de bevalligheid bezit van onze vroegere edellieden, maar hjj beeft toch een zekere manneljjbe gratie, die een Montmore nog even goed zou kleeden als een colonel der repu bliek." Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1901 | | pagina 5