MIDDELBURGSGHE COURANT
8'. 263.
Zaterdag
9 November.
144° Jaargang.
1901.
Deze oonrant verschijnt d a g e 1 ij k s, met rutzonderisig van Zon- en Feestdagen.
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor aJe plaatsen in Nederland franco p.p., f 2.-
Aizonderlijke nummers kosten 5 sent.
THERMOMETER EN VERWACHTING.
8 Nov.8 u. vtu. 50 gr., 12 u. 50 gr., av. 4 u. 51 gr. F. Verwacht: matige Z. O. wind,
bewolkte lucht, nevelig, geringe afname in temperatuur.
AdvertentïSn20 cent per regel, öeboorts-, dood- an alle andere familieberichten m
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Boclames 40 cent per regel
ÜToote letters naar de plaats, die zij innemen.
Tot de plaatsing van advertentiè'n en reclames, niet afkomstig nit Zeeland, betredende
Handel, Nijverheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algesaeem M¥»rfentle>Bu»*'a»«
,a. S>23 MAM JLssa., &8. V^s-Srargw®! 3S6©9 Asssjeysle-MB,
Middelburg 8 November.
INMJSTRIEELR ONDSRKRC1PSR1J.
Onder dit opschrift schrijft Het Volksblad:
«Naar wy vernemen, zullen aan de Ned.
Fabriek van Werktuigen en Spoorwegmaterieel
wederom een 30 man ontslagen worden wegens
gebrek aan werk.
Wij vestigen op dit treurige en helaas reeds
herhaalde malen voorgekomen feit ditmaal de
bijzondere aandacht, omdat dezer dagen tevens
is bekend geworden, dat de levering van 100
wagens voor de electrische train te Amsterdam
is opgedragen aan de nog kort bestaande
Hongaarsche Waggon- en Machinefabriek te
Raab, welke door den Hongaarschen Staat der
mate wordt gesubsidieerd, dat zjj uiet bespot
telijk lage prjjzen tegenover hare concurrenten
kan optreden. Bij inschrijving voor de elec
trische tram is zjj, als wij ons niet vergissen,
maar eventjes 3000 per wagen benelen de
begrooting 8500 per wagen) gebleven. Het
gevolg was dat andere mededingers (en daar
onder de Ned. Fabriek, die in het geheel niet
gesubsidieerd wordt en dus by de prijsbepaling
maar niet in het wilde weg kan te werk gaan)
hun aanbod als »te duur" zagen afgewezen.
Nu is onze vraag dezeIs het verstan
dige gemeentelijke politiek, als men ter wille
van een oogenblikkelijk voordeel een industri
eel en, en nog wel buitenlandschen, onder
kruiper begunstigt, terwijl men weet dat in
onze stad honderden flinke werklui werkeloos
rondloopen Ja, wij gaan nog verder en vra
gen hun, die in dezen de lakens uitdeelen
Is de gemeente niet zedelijk verplicht
den buitenlandschen onderkruiper te weren,
die brutaalweg het werk tegen den kostenden
en wellicht zelfs onder den kostenden prjjs
durft aannemen, en daardoor dus onzen arbei
ders een stuk brood uit den mond steelt?"
Aldus genoemd blad.
Zoo gaat het in 't groot, maar ook in het
klein.
Wy hebben indertyd er ook op gewezen
dat het voor officieele lichamen by het toe
kennen van werk, by aanbesteding uitgeschre
ven, niet aangaat alleen te letten op den prys
waarvoor men aanbiedt het werk te leveren,
maar dat ook een onderzoek dient gedaan te
worden of de minste inschrijver zyn personeel
niet een rechtvaardig loon onthoudt om te
concurreeren en werkgevers te verdringen,
die het in deze wel meenen met hun personeel.
Vooral in dezen tyd, waarin zelfs alles gedaan
wordt, langs openly ken of ook wel langs be
dekten weg, om vriendjes of partjjgenooten
te bevoordeelen, is het dringend noodig dat
men iets verder zie dan gewoonlyk geschiedt
dat men, behalve op de financieele zijde der
kwestie, ook lette op goede afwerking en belpe
tegengaan het meermalen voorkomend feit dat
het voordeel in geld behaald wordt ten koste
van de arbeiders.
Aan de andere zyde mag niet vergeten
worden dat het een aanmerkelyk verschil was
voor de gemeente Amsterdam; maar het be
stuur had tocli gerust eenigszins mogen laten
wegen de wetenschap dat de mededinging on
gelijk was en de Nederlandsche fabriek niet op
een ljjn gesteld kon worden met eene gesub
sidieerde onderneming in het buitenland.
Zeker al weer een der schaduwzijden van
het protectie-stelsel.
Dit houdt kunstmatig in het leven wat toch
op den duur niet houdbaar is en benadeelt
den goeden gang van zaken in 't algemeen.
DE HOOGE-BAADS-VACATÜRE.
Wy voegen hierbij, dat de naam van jhr mr
W. H. de Savornin Lohman, lid van de Haag-
sche rechtbank en zoon van het lid der Tweede
kamer, reeds dadelijk na het opmaken der
Kamervoordracht in verschillende kringen ge
noemd werd als een jurist van de »rechterzjjde"
die, ondanks zyn jeugd, op de voordracht een
i figuur zou hebben gemaakt. Vandaar
misschien, dat zyn naam thans weder genoemd
wordt, nu de Kamer zich binnenkort opnieuw
met het opmaken eener voordracht zal hebben
bezig te houden. Nieuwe Crt
Het »van byzondere zyde" aan de Arrih. Ct.
toegezonden bericht, als zou de Hooge Raad
«naar alle waarschijnlijkheid" (na de intrek
king van het besluit tot benoeming van mr
Van Swinderen door de Koningin) aan dt
Tweede Kamer een eenigszins gewijzigde aan
bevelingslijst zenden, waarop een der aanbe-
volenen van de eeiBte ljjst plaats maken zou
voor een anti-revolutionnair, mist naar wy
meenen te weten allen grond.
Met de vraag betreffende de al- of niet-
uoodzakelykheid van het indienen eener nieuwe
aanbevelingslijst, heeft het hoogste rechtscol
lege als zoodanig zich nog niet bezig gehouden.
Indien de volkomen aannemelijke beschouwin
gen van het Weekblad van hel Recht over deze
quaestie door den Hoogen Raad worden ge
deeld, zal de vacature Van Blom geacht wor
den nog steeds voort te duren en zal er dus
van het opmaken eener nieuwe aanbevelings
lijst in het geheel geen sprake zijn.
Minister-president.
Naar aanleiding van het besluit van den
Ministerraad tot wijziging van het reglement
van orde, waardoor zijn tydeljjke voorzitter
door een blijvende wordt vervangen en die
raad dus een premier heeft gekregen, schrijft
Hel Vaderland:
Een echte «premier" dus. In den feitelyken
toestand zal dit geen verandering brengen,
omdat ook tegenwoordig regel is dat de Ka-
binets-formateur steeds opnieuw tot voorzitter
van den Raad van Ministers wordt herkozen,
maar juist daarom dringt zich de vraag op of
er byzondere aanleiding bestond om thans de
door 't gebruik geijkte gewoonte door een
wettelijk voorschrift te sanctionneeren.
Alvorens deswege een enkele opmerking te
maken, wenschen we kortelijk de geschiedenis
van het reglement van orde in herinnering
te brengen.
Van 1816 tot 1823 hadden wy een Kabinets
raad, door den Koning voorgezetenen ook
na 1823, toen de Ministerraad voor 't eerst
werd georganiseerd, bleef eigenlijk de toestand
onveranderd, totdat, na Van Hall's optreden
als Minister van Justitie in 1842, de ministe-
rieele verantwoordelijkheid in de practjjk werd
aanvaard; maar ook toen nog duurde het acht
jaren, tot 1850, voordat het reglement van
OTde voor den Ministerraad naar dien geest
werd gewjjzigd, met bepaling dat de voorzit
ter, voor drie maanden door zyn collega's
benoemd, eerst drie maanden na zyn aftreden
als zoodanig herkiesbaar zou zyn. Tn 1854
is dit veranderd. Men behield 't driemaande
lyksehe presidium, doch de leden van het
Kabinet werden a tour de róle voor het voor
zitterschap aangewezen zy konden hun beurt
intussclxen laten passeeren en dan werd een
vrye keuze gelaten.
In 1860 bedong van Hall evenwel,
aanvaarding van de portefeuille van financiën
dat hjj een jaar voorzitter, van den Minister
raad zou blyven, en toen zyn ambtgenooten
hem daarna niet als premier wilden besten
gen, nam hy zyn ontslag. Er is
jel wat over te doen geweest.
Thorbecke's tweede Ministerie bracht in het
reglement van orde in 1862 daarop deze wijzi
ging dat de telkens voor drie maanden geko
zen voorzitter van den Raad herkiesbaar zou
in. Zoo is 't tot heden gebleven.
Voor zoover bekend is, heeft men er nooit
moeielykheden van ondervondensedert tal
van jaren werd de samensteller van het kabi
net steeds als tydelyk voorzitter gehandhaafd.
Waarom heeft nu het nieuwe Ministerie ge
meend hierin wijziging te moeten brengen
Dat 't louter een aanvechting van mensche-
ljjke y delheid zou zyn by het eminente hoofd
het tegenwoordig Kabinet, is niet wel
aan te nemen, allerminst omdat iets derge
lijks ook zou indruischen tegen 't Christelijk
karakter van dien bewindsman.
Maar van den anderen kant is toch niet
waarschynljjk dat alleen de bedoeling zou zijn
het reglement van orde voor den Raad van
Ministers in overeenstemming te brengen met
de usantie. Het Ministene-Kuyper heeft, dunkt
ons, belangrijker en ernstiger zaken te doen
dan zich met zulke futiliteiten, met quaesties
van vorm en naam bezig te houden.
Inderdaad ligt in de geschiedenis ook een
vingerwijzing voor de beteekenis van de
schjjnbaar onverschillige zaak. Dat Van Hall
in 1860 bedong een vol jaar den presidialen
hamer in den Ministerraad te voeren, getuigt
op zichzelf reeds van de waarde, die hy aan
den premier-titel hechtte. En meer nog bleek
dat toen in 1861 zyn collega's het bedongen
privilegie niet wilden handhaven en de staats
man daarom zyn ambt neerlegde.
Trouwens, Thorbecke in zyn Bijdrage tot de
Grondwetsherziening, Bosscha in zyn Kroon en
Ministers, De Bosch Kemper in zyn Ned. Staats
recht en Staatsbestuur om van andere gezag
hebbende schryvers niet te gewagen, hebben
het bedenkelijke van een voortdurenden eer
sten minister" of telkens herkiesbaar president
van den Ministerraad op zeer afdoende gron
den in het licht gesteld.
En zoo komen we tot de eenvoudige en be
scheiden opmerking, die ons de door den
Ministerraad uitgelokte beslissing in de pen
geeft.
Het komt ons voor dat het overwicht, het
welk onbetwistbaar reeds van zelf, door zijn
kunde en tact, door dr Kuyper op het Minis
terie wordt uitgeoefend, door den genomen
maatregel in bedenkelijke uiate wordt vergroot.
Wat min of meer spottend by het optreden
van het Kabinet werd gezegd, dat bet was
«homogeen" in deze dat dr Kuyper do homo
en de omringende ambtgenooten geen waren
treedt nu waarlijk als een ernstige overtuiging,
ook in den boezem der Regeering, naar voren.
Voor de collectieve verantwoordelijkheid
van het Kabinet is het bédenkelyk, wanneer
de homogeneïteit slechts sehjjn is, zooals
De Bosch Kemper 'tzeer kernachtig uitdrukt.
«wanneer men de homogeneïteit zoekt in
zulk een uitstekend hoofd, dat alle de mede-
Ministers slechts gedienstige onzelfstandige
dienaars zyn rondom den eenen hoofd-Minister."
Zulk een premier-schap achten wy in strijd
met onze constitutioneelé beginselen.
Het is wenschelyk dat over de zaak eenig
licht opgaen misschien is er dan aanleiding
tevens mede te deeleu of het reglement
van orde va» den Ministerraad sedert 1891,
toen bet voor 't laatst werd gepubliceerd,
speciaal bij de nu gemaakte verandering
nog meer wyzigingen heeft ondergaan.
DE NEDERÏ.ANDSCHE CONSUL
TE PRETORIA.
De Berlynsebe correspondent van de Indé-
pendance houdt zyn bewering over een En-
gelsch-Nederlandsch geschil over bovenge-
noemden consul vol. Hjj wijst erop dat de
Nederlandsche regeering het bericht niet ont
kend heeft.
Volgens nader door hem ontvangen in
lichtingen heeft de Engelsche regeering
reeds herhaaldelijk gereclameerd ten aan
zien van den bedoelden consul, den heer
Domela Nieuwenhuis. Reeds minister De
Beaufort heeft getracht de zaak' te schikken
maar is daarin niet geslaagd. Zijn opvolger,
minister Melvil van Lyndem heeft den consul
niet teruggeroepen, maar hem een onbepaald
verlof gegeven. De heer Domela Nieuwenhuis
heeft reeds Pretoria sedert een veertien da
gen verlaten, na vóór zyn vertrek de bescher
ming van de Nederlandsche belangen in Trans
vaal aan den consul-generaal van Frankryk te
hebben toevertrouwd.
DE CHRISTELIJK-HISTORISCHE
JBIEZERSBOND IN WANORDE.
Te Utrecht is Donderdag, onder voorzitter
schap van prof dr H. van Leeuwen, de alge-
meene vergadering gehouden van bovenge-
noemden Bond.
In zyn openingsrede zeide de voorzitter dat
de Bond op het oogenblik in een kritieke
toestand verkeert en deze vergadering zal
moeten uitwyzen welken weg de Bond in het
vervolg zal bewandelen. Hjj wees op het feit
dat dt Schaapman weer aan het rekenen is
en dat deze 3 ministers en een internuntius
niet voldoende meer vindt. Hy vreest dat de
toestanden m ons land zullen gaan gelyken
op die in Spanje. De uitslag der laatste ver
kiezingen is dat een kleine minderheid de
regeering in handen heeft.
De laatste volkstelling toont aan dat iets
meer dan '/3 der bevolking Roomsch-Katho-
liek is en byna 21/» millioen van de ruim 5
millioen inwoners tot de Ned. Herv. Kerk
bebooren. Wat staat den Bond in deze te doen,
vroeg spreker. Moet hy zyn eigen program
prijsgeven.
Spreker spoorde de aanwezigen aan te bly
ven stryden voor de volkskerk. Met een «Sluit
deren" eindigde hy en verzocht hy de
aanwezigen wel te willen overwegen of de
Bond zich za' houden aan zyn verleden en
den stryd zal blyven aanbinden tegen al wat
niet Christelijk en niet historisch is en voort
zal gaan te werken voor het Nederlandsch
Protestantisme.
Onder de aanwezigen waren ook dr J. Th. de
Visser en mr H. Verkouteren. De heeren prof.
dr P. J. Maller, N. J. A. C. Swellingrebel en
W. J. J. Koole waren niet tegenwoordig.
De toestand van den Bond was vrywel
stationair gebleven.
Na eenige werkzaamheden van huishoude-
ljjken aard leidde prof. Domela Nieuwenhuis
de bespreking in over den toestand en de
toekomst van den Bond. Er zijn twee stroo
mingen in den Bond, doch spreker raadde
aan zich niet te verdeelen.
De heer Harmsen, Amsterdam, wenschte
klaarheid in de verhoudingen. Hy wees erop
dat in 1897 de Amsterdamsche afdeeling by
de herstemmingen noode de liberalen steunde.
Hy stelde een motie voor, inhoudende dat de
afdeelingen verplicht zyn samenwerking te
zoeken met de antirevolutionairen, vry-auti-
revolutionairen en de Friesche Christeljjk-
historischen. Voorts dat zy alleen aan gods
dienstige liberalen steun zullen vorleenen.
Dr Bronsveld critiseerde ten zeerste de aan
beveling van dr Kuyper door de Amsterdam
sche afdeeling. De oorsprong van den Bond
verbiedt om samen te werken met antirevo
lutionairen, ook met vry-antirevolutionairen.
Ook wraakte hg de toetreding van sommige
leden des hoofdbestuurs tot de Christelyk
Nationale party. Hy meent dat deze heeren
uit den Bond behooren te treden.
De heer dr De Visser zeide dat Het Neder
landsch Dagblad niet het officieel orgaan was
van den Bond. De overdracht aan De Neder
lander geschiedde onder goedkeuring der com
missie uit de aandeelhoudees. Het program
van den Bond staat principieel tegenover de
liberale programs, ook tegenover enkele arti
kelen van het antirev. program. Hij heeft,
evenals dr Bronsveld, geadviseerd godsdienstige
liberalen te steunen. Spreker is ten onzichte
van de sociale quaestie meer voor dr Kuyper
dan voor een radicaal-liberaal, daar de laatst
genoemde de ordonnantiën Gods en de ver
houding van den arbeider tot den patroon
verbreekt. Ten aanzien van het Roomsche
spook verklaarde bij, dat de Roomsche staats
party leeft van de politiek van de vrye hand.
Zijn de antirevolutionnairen gediend van
Roomsche hulp, ook de liberalen zijn dat. Hjj
herinnerde aan den brief van minister De
Beaufort aan den paus.
De heer Doude van Troostwijk protes-
steerde tegen de houding van dr De Visser
en rar Verkouteren.
De laatste zeide dat de anti-revolutionnairen
en Christelyk Historischen elkaar nader staan
dan de laatsten den liberalen.
Langdurige, dikwijls heftige discussies volg
den. De afgevaardigde der afdeeling uit het
kiesdistrict Gouda beschuldigde mr Verkou
teren de candidatuur-Heeuiskerk te hebben
voorgestaan tegenover graaf Van Bylandt. (De
vergadering werd roerig). Mr Verkouteren
zeide, dat hy een brief heeft ontvangen waaruit
bleek, dat men niet vóór de candidatuur-Van
Bylandt was. Rumoerige besprekingen volgden.
Mr Verkouteren zeide zich niet alles omtrent
deze zaak goed meer te kunnen herinneren.
De voorzitter sloot de besprekingen hierover
en ontraade de motie-Harmsen op verschil
lende gronden.
Verschillende moties werden gesteld, die een
heftige discussie uitlokten.
In stemming kwam ten slotte een motie-
Amersfoort, waarin gevraagd werd te besluiten
dat ook in het vervolg het optreden van den
Bond zal gericht zyn zoowel tegen radicalen
en liberalen als tegen het streven van Rome
om suprematie in ons Staatsbestuur, en voorts
om te verklaren, dat dientengevolge, zoolang
het verbond van antirev. en Roomschen bljjft
bestaan, de Bond geen steun zal verleenen
aan de antirevolutionnairen.
motie werd verworpen met 1719
Btemmen en 1 blanco.
Daarna werd aangenomen de motie-Amster
dam, hiervoor reeds genoemd. De houding van
T. Amsterdam in zake de verkiezingen
werd dus hiermede goedgekeurd.
Als leden van het hoofdbestuur bedankten
i de heeren prof. dr E. H. van Leeuwen,
dr A, W. Bronsveld en dr Cramer, terwyl
verschillende afgevaardigden mededeelden, dat
hun afdeeling zich zal afscheiden van den Bond-
Voor de vergadering gesloten werd was de
heer Bronsveld verdwenen.
Kamer van Koophandel en Fabrieken alhier,
ter behandeling van rapporten, enz.
- De schutter V. A., die, zooals on zon lezers
bekend is, indertyd op opzienbarende wyzo zon
der verlof de gelederen verliet, is heden mor
gen per rijtuig naar hot huis van bewaring
alhier vervoerd, ten einde zyn provoost-
straf te ondergaan, hem opgelegd wegens
het niet betalen van zjjne verschuldigde boete.
Uit Vlissingen.
Het adros, waarin aan den raad gevraagd
wordt het verzoek betreffende eene Hoogere
Burgerschool van de hand te wyzen, zal, voor
zien van 1004 hand teek eningen, morgen worden
ingezonden.
Hr Ms gouvemementssfcoomsehip Fazant,
in aanbouw aan de Kon. Mjj. De Scheldezal
nog dit jaar zjjne bestemming naar Oost-Indië
opvolgen. Het commando over het schip zal
gevoerd worden door den koopvaardij-kapitein
Visser, terwyl daarop tevens geplaatst, wordt
de hoofdmachinist 2de klasse A.. J. -Cnicq, ge
detacheerd by de Kon. My. De Schelde.
By de aanvaring op de Theems met het
oorlogschip Proserrpina kreeg de Koningin
Regentes een gat in het middenschip. Na het
ongeval werd het op de St. Jacobsbank gezet.
De South Eastern en de CJiftflmwispoorweg-
maatschappjjen hebben een contract gesloten
om de pier te Queenborough, waar de mail
booten der Mjj. Zeeland aanleggen, weer te
doen opbouwen voor een som van ƒ1.080.000.
(T'Z. Crt.)
BENOEH1NGEN M2.
By kon. besluit
is benoemd tot ridder in de orde van Oranje-
Nassau H. J. Fynebuik, predikant by de Ned.
Herv. Gem. te Zevenaar;
is aan den tydelyk gepensionneerden off.
van gezondh. Ie kl. bjj de zeemacht P. Baar
slag, voor den tyd van twee jaar, een pensioen
verleend, groot 575 's jaars
is aan den heer A. F. de Graaf, op verzoek,
eervol ontslag verleend uit de betrekking van
leeraar in het hand- en rechtlynig teekenen
aan het Kon. Instituut voor de marine te
"Willemsoord
is benoemd tot adjudant by het reg. gren
en jagers de eerste-luit. E. J. van Bel, van
het korpsen
benoemd tot directeur van het postkantoor
te Vlaardingen J. P. T. van der Kemp, thans
commies der posteryen le kl.
Met 1 Januari 1902 is te vervullen de be
trekking van leeraar in de Hoogduitsche taal
en letterkunde aan de R. H. B. S. met 5j.
cursus te Groningen.
Men zie no 262 der St. Ct.
Naar men ons uit Goes meldt, zou daar
in den nacht van Dinsdag op Woensdag een
poging tot inbraak beproefd zyn aan de ach
terzijde van een heerenhuis op den Oostsingel.
De inbrekers ver wy derden zich toen bleek
dat de bewoners nog wakker waren.
Het onderzoek naar het gebeurde met
een winkelierster en haar dienstbode te H e i n-
kenszand heeft daarover geen licht ver
spreid.
Een persoon, die verdacht werd, is door het
hoofd der politie gehoord, doch er werden
geen bewyzen gevonden om de verdenking
te staven.
Te Borssele ondervindt men veel last,
zelfs nadeel van den lagen waterstand. Een
groot vaartuig, geladen met suikerbieten, kon
de haven niet verlaten omdat het niet vlot
kwam.
Een landbouwer uit Cats, met zyn fiets
van Coljjnsplaat komende, wil onderweg een
rytuig voorby snappen. Hjj komt echter in
een diep spoor, waardoor zjjn fiets kantelt en
hy onder het rytuig terecht komt. Het achter
wiel gaat hem over het hoofd, zoodat de man
een hevige, doch niet gevaarlijke wonde krjjgt,
die h m vrjj wat bloed ontneemt; doch geen
belemmering voor hem. is, om zyn weg op de
fiets te vervolgen.
Te Oostvoorne, bjj Brielle, is benoemd
tot gemeente-veldwachter de heer H. Minder-
houd, maréchaussee te Sas van Gent.
De heer J. J. Homburg, predikant by
de Ned. Herv. gemeente te Biervliet, heeft het
beroep naar die gemeente te G r o e d e aan
genomen.
In ons nommer van 6 November komt
een bericht voor over eene spookhistorie die
te G r o e d e zou hebben plaats gehad. Daar-
werd gemeld dat het de politie gelukt
zou zyn den dader van die spokerjj te ver-
Naar men ons heden meldt, ontkent de po
litie dit laatste feit. Noch bjj die te Groede,
noch by de maréchaussees te Breskens schijnt
daarvan iets bekend te zyn.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Van bevoegde zyde is ons gebleken dat
de, in ons vorig nommer gedane raededeeling
omtrent de benoeming van den beer H. A.
Sypkens tot betaalmeester te Groningen
eene mededeeling, ons van geachte zyde ge
daan voorbarig was.
- Maandagmiddag te 3 uren vergadert, de
RECHTSZAKEN.
Arrondissements-Rrxhtbank te Middelburg
Heden, Vrydag, zyn veroordeeld wegens
strooperij: Th. T., 50 j., leurder, Axel, tot 5
b. s. 5 d. L;
het een kind beneden den leeftijd van 16 jaren
dronken makenL. V., 32 j., arbeider, Axel,
tot 1 in. gev. straf
mishandelingF. K. M. D., 20 j., commissi
onair, Hoek, tot 8 m., D. v. W., 21 j., tim
merman, Terneuzen, tot 6 w., on C. S., 17 j.,
veldarbeider, Axel, en A. d. K. Pz., 28 j., land
bouwer, Heinkenszand, beiden tot 14 d. gev-
straf, K, v. P., 28 j., bootwerker, Terneuzen
tot 10 b. s. 10 d. h. en
mvoudige beleediging van een ambtenaar C.
d. K. Jz., bjjgenaamd B., 62 j., landbouwer,
Wissekerke, tot 40 b. s. 14 d. h.
VrijgesprokenL. D., 16j., veldarbeider, Axel,
beklaagd van mishandeling, en E. Bh., 15 j..
koewachter, Aardenbnrg, beklaagd van schen
nis der eerbaarheid.
Door den verdediger van T. H. R„ oud 35
jaar, smidsknecht en bierhuishouder te Bier-