MIDDELBURGSCHE COURANT Dinsdag 15 October. N°. 243. 144° Jaargang, 1901. Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor ade plaatsen in Nederland franco p.p., f 2.- Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. THERMOMETER EN VERWACHTING. 14 Oct.8 u. vm. 46 gr., 12 u. 56 gr., av. 4 u. 56 gr. F. Verwacht: zwakke tot matige Z. W. wind, zwaar bewolkte lucht, 's morgens nevelig, geringe toename in temperatuur. Advertentien20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Beolames 40 cent per regel. Groote letters naar de plaats, die zij innemen. Tot de plaatsing van advertentien en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betredende Handel, Nyverheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algemeen Advertenite-Bureau A. BE LA MAR Aan., B.S. Veeffbnrgvral 266, Amsterdam. Middelburg 14 October. EEN EIGENAARDIGE MAATREGEL. Wy hebben in ons vorig nommer, onder Laatste Berichtenmelding gemaakt van het comité, dat zich te Amsterdam gevormd heeft van mannen, bekend met de vakbeweging der transportarbeiders, om alle georganiseerde en ongeorganiseerde havenarbeiders en hen, die daarmede in verband staan, te bewegen na bet verstreken van een vastgestelden datum (b. v. 81 Dec.) geen schepen, onder Engelsche vlag varende, meer te lossen of te laden, daar geen goed meer uit te ontvangen of te leveren, voor en aleer de vrede tusschen Engeland en de Republieken in Zuid-Afrika zal zyn ge sloten. Om het beoogde doel te bereiken is noodig, zoo heet het in een manifest, dat in alle ha venplaatsen van ons land eveneens comité's worden gevormd, die zich met elkander in verbinding stellen en verstaan. Van de zyde van het comité zjjn reeds naar de havens van Frankrjjk, Duitschland, Zweden, Noorwegen, Denemarken, België en Italië op roepingen verzonden om insgeljjks zoo te han delen en de beweging zoo grootsch mogeljjk te doen zjjn. Het kan niet anders, of deze poging der arbeiders om een einde te maken aan Engeland's wreedheid, zal door de geheele wereld met belangstelling worden gadegesla gen en Engeland zelf zal getroffen worden op de plaats, waar het alleen trefbaar is, n.l. in zjjn scheepvaart. Iedere koopman, iedere bevrachter zou zich intijds kunnen wachten voor mogeljjke schade, door van nu af geen Engelsche schepen meer voor het vervoer hunner goederen aan te ne men, voordat de kwestie zal zjjn opgelost. Het gevolg daarvan zal wezen, dat de reederijen in andere landen hare schepen zullen zien be vrachten ten koste van die der Engelschen, en deze, getroffen in éen der voornaamste bronnen van bestaan, zullen de Engelsche regeering op hunne beurt noodzaken, vrede te sluiten. Ernstig zjjn de vóór- en nadeel en van deze zaak voor de betrokken arbeiders, door het voorloopig Comité gewikt en gewogen; tal van bezwaren zullen opgeworpen worden van per sonen, die met woorden, doch ook daar slechts alleen mede, sympathiseeren met de Boeren: aldus leest men verder in het manifest. Om te slagen is noodig de hulp van alle georganiseerde arbeiders in Nederland, betrok ken bjj het transport te water. Zjj kunnen hunne sympathie betuigen met deze poging, door deze zaak ter sprake te brengen in hunne respectievelijke h.h. vergaderingen en aan het comité het besluit mede te deelen. Aan de ongeorganiseerden vraagt het comité eerbiedigt in deze zaak de uitspraak der geor- ganiseerden en helpt mede, Engeland te dwingen den oorlog te beëindigen. Helpt allen, georganiseerden en ongeorgani seerden, mannen en vrouwen, kinderen en grysaards, door te bewerken, dat na 31 Dec. 1901 geen Engelsch schip meer in onze havens gelost wordt vóórdat de vrede is gesloten. Hoeveel aantrekkeljjks er, bjj eene opper vlakkige kennisname van dit plan, daarin voor velen, ook voor ons, gelegen moge zjjn, het is ons nog niet mogeljjk te beoordeelen of de voorgestelde maatregel consequent kan worden toegepast en welke gevolgen zij heb ben kan, niet alleen voor Engeland, maar ook vooral voor de scheepvaart en den handel van andere landen. Sommige arbeiders-bladen verzetten zich nu reeds tegen het idee. En openbaart zich dit verzet ook, zjj het slechts bjj enkele arbeiders kringen, zoodat de maatregel niet overal wordt toegepast, dan verliest de beweging haar kracht en wordt haar doel niet bereikt. Het is een veelomvattende beweging, die men op het oog heeft. En Het Vad. schrjjft daarover terecht: Solidariteit ia meermalen reeds gebleken den arbeiders meer dan een woord te zjjn. Maar voornameljjk om eigen lotsverbete ring was bjj hun aaneensluiten tot dusver het den arbeiders te doen. Wat zonder eenigen twijfel hun recht is en van welk verschynsel wjj de historische beteekenis niet willen miskennen. Thans gaat het om een daad van belang- geloos dienstbetoon, die ethisch hooger nog staat. Wie hoopt niet met ons van ganscher harte, dat ook hier de solidariteit van geor ganiseerde en ongeorganiseerde arbeiders van genoegzame kracht zal bljjken om te berei ken zooveel als langs dezen weg bereikt wor den kan Dat hopen ook wjj. Maar veel verwachting koesteren wjj daar omtrent op dit oogenblik nog niet. Met belangstelling zien wjj daarom te ge- moet den loop, dien de beweging zal nemen. KERK EN STAAT. Verderfeljjk voor volksgeluk en volkswel vaart is de vereeniging van kerk en staat. Zjjn deze geheel gescheiden en onafhankeljjk van elkander, dan bezorgen zjj aan velen een onschatbaren zegen, de kerk door hare pogingen om de religieuse behoeften der be volking te bevredigen, degelijkheid en deugd aan te kweeken en het zedeljjk peil te ver- hoogen, en de staat door rechtszekerheid te verschaffen en daar, waar het particulier ini tiatief te zwak bljjkt, de algemeene economi sche toestanden te verbeteren. Die zegen wordt echter een vloek, wanneer beide zich vermen gen en een gewrocht in het leven roepen, dat wjj met den naam van theologische politiek mogen bestempelen. Heeft deze de overhand en wordt zjj door het Rijksbestuur gehuldigd, dan geeft zjj aanleiding tot de bestendiging van veler lei misbruiken en verkeerdheden, tot het vor men van twistzieke partyen, tot verstoring van den vrede en alzoo tot vergiftiging van het volksleven. Dit wordt in Nederland sedert een reeks van jaren ondervonden en kan alleen genezen worden door eene volkomen scheiding van kerk en staat. Immers, ieder kerkgenoot schap is geneigd, om zooveel mogelijk steun te halen uit de schatkist en gevoelt zich des wege verplicht, om de beschikkers over de Rjjksmiddelen met haar invloed te ondersteu nen, en de oppermachtige staatsbestuurders achten het veelal niet beneden zich om, ter staving van hun gezag, van dien invloed ge bruik te maken. Zoodoende wordt de kerk gebezigd voor oogmerken, waarvoor zjj niet bestemd is, en gaat bjj het staatsbewind de zuivere, onpartjjdige staatkunde in den troe belen poel der kerkgenootschappelyke be langen verloren. Het ontbreken eener volkomene scheiding van kerk en staat veroorzaakt in ons land eene verregaande onbilijjkbeid. Wèl zjjn wjj ontheven aan den druk van een staatsgods dienst, die onder het stadhouderljjk bestuur den staat belaste met de taak om de leerbe grippen der Hervormde kerk tegen afwjj kende meeningen in bescherming te nemen; wèl zegt onze Grondwet»Ieder beljjdt zjjne gods dienstige meeningen met volkomen vrjjheid, behoudens de bescherming der maatschappij en harer leden tegen de overtreding der straf wet"; en »Aan alle kerkgenootschappen in het Rijk wordt geljjke bescherming verleend", maar zjj verklaart ook in éen der volgende artikelen »De traktementen, pensioenen en andere inkomsten, van welken aard ook, thans door de onderscheidene godsdienstige gezind heden of derzelver leeraars genoten wordende, bljj ven aan dezelfde gezindheden verzekerd. Aan de leeraars, welke tot nog toe uit 's lands kas geen, of een niet-toereikend traktement ge nieten, kan een traktement toegelegd, of het bestaande vermeerderd worden." Er bestaat alzoo vrjjheid van godsdienst, maar de financieele band tusschen kerk en staat hoofdzakelijk tusschen het Hervormd kerkgenootschap en den staat is gebleven. Dat kerkgenootschap, alsmede dat der Roomsch- Katholieken, benevens eenige kleine kerkge nootschappen, ontvangen geldeljjken steun uit de schatkist, waartoe alle belastingschuldigen hunne bjjdragen leveren, maar men bedenke eens, hoe die steun wordt verdeeld en welke beginselen daarbjj ten grondslag liggen. Tevens vergete men niet, dat het zoo talryke kerk genootschap der Gereformeerden voor trakte menten van leeraren en voor pensioenen niets uit de schatkist ontvangt. Van billykheid is hierbjj geen sprake. Bjj de uitvaardiging der staatsregeling van 1798 was men op den goeden weg. Daarin luidde het in artikel 21»Elk kerkgenoot schap zorgt voor het onderhoud van zjjnen Eeredienst, deszelfs Leeraren en Gestigten." Hierdoor was de volkomen scheiding van kerk en staat uitgesproken. Ieder kerkgenootschap moet gaarne de geldeljjke bijdragen leveren, die voor gemeld onderhoud noodig zjjn. Toen heeft men na de afschudding van het Fransche j uk den financieelen band weder aangeknoopt. Men meende, met betrekking tot de Her vormde Kerk, hiertoe redenen te hebben. Er werd nameljjk op gewezen, dat de Staat zich, enkel op grond van zjjn gezag, meester had gemaakt van vele kerkelyke bezittingen, uit wier inkomsten in de stoffelyke behoeften der kerk werd voorzien, zoodat het noodig was, dat uit de algemeene middelen hulp werd verleend. Ervaren juristen zjjn echter van meening, dat bij die naasting het particulier eigendom is ontzien en dat privaatrechtelijke aanspraak op dien grond niet kan worden erkend. De ondersteuning, die tot verschillend be drag volgens een onevenredigen maatstaf aan sommige kerkgenootschappen wordt toege kend, vloeit voort uit de schatkist, die van alle ingezetenen hare offers vraagt. Wille keurig wordt daarbjj aan den één gegeven, wat men aan den ander onthoudt. Bjj even redige lasten ontmoet men dus onevenredige voorrechten. Zulk een toestand strookt niet met het billijkheidsgevoel van ons volk. Daarom achten velen het een plicht, om tot den inhoud van art. 21 der staatsregeling van 1798 terug te keeren en te bepalen, dat ieder kerkgenootschap in zijn eigen behoeften moet voorzien. Dat dit geen bezwaar maakt, leert de ondervinding, wanneer men slechts zien wil met hoe uitstekende uitkomsten het aan- vankeljjk zoo kleine en zoo vervolgde kerk genootschap der Gereformeerden te voren Afgescheiden genaamd zich daartoe heeft beijverd. Scheiding van kerk en staat moet om aide aangehaalde redenen een voornaam artikel vormen op het programma der liberalen. Dezen mogen niet dulden, dat sommige kerk genootschappen geld ontvangen uit de schat kist omdat zjj bjj de vaststelling onzer grond wet tot de bestaande kerkgenootschappen be hoorden, terwjjl de later opgekomenen daarvan verstoken bleven. Onwillekeurig komen hierbjj de laatste woorden van den uitstekenden staatsman, graaf Cavour in de gedachten. Hjj overleed in 1861, diep betreurd door geheel het Italiaan- sche volk als een eerljjk ryksbestuurder, die door zjjne verlichte, vryzinnige denkbeelden, door zjjn schrander beleid en door zjjne vader landslievende volharding de grondslagen ge legd had voor de eenheid en grootheid van Italië. Die laatste woorden waren»Broeder, broeder, een vrjje kerk in een vrijen staat." Aldus A. W. P. in de Delftsche Courant. De heer Biederlack verdedigt zich in het zelfde blad van Zondag en wjjst daarbij op het feit dat hjj sedert jaren reeds, telkens en telkens, bjj 't kennis nemen van den inhoud van talrjjke geschriften van de hand van den heer Van Swinderen ongeloofeljjke blunders heeft opgemerkt, wat hjj door enkele aanha lingen bewjjst. ZONDAGSRUST VOOR APOTHBHERS- BEDIENDEN. Door de apothekersbedienden te Arnhem is een adres gericht tot den minister van binnenlandsche zaken, waarin zjj, onder mede- deeling van het streven naar Zondagsrust voor de apothekersbedienden, een streven dat toe gejuicht wordt door zeer vele apothekers, die echter vreezen, dat de uitvoering schipbreuk zal lijden op het 2e lid van art. 3 der wet op de uitoefening der pharmacie, aan den minis ter vragen, diens oordeel daaromtrent te mogen vernemen. Door het tot stand komen der met de be weging bedoelde dienstwjjziging zouden dui zenden meer van hun Zondagsrust kunnen genietenapothekers, hun adsistenten en het verdere personeel. RIJ KSMIDDELEN Op het nog resteerende kwartaal van 1901 rust de taak de verwachting, door den minister van financiën in de Troonrede uitgesproken, nl. dat de raming voor het loopende jaar waarschijnlijk overschreden zal worden, te ver vullen. Wist men niet, dat de middelen in de laatste maanden dés jaars byzonder ruim plegen te vloeien, het zou er thans niet naar uitzien. Want de totaal-opbrengst der negen verloopen maanden is thans anderhalf millioen beneden de raming en de maand September bleef weder een goede drie ton beneden Sep tember 1900. Het successierecht heeft tot nog toe in het geheel 31/, millioen minder geleverd dan in de eerste negen maanden van 1900 deze maand was het nadeelig verschil weder 4'/s ton. Overigens valt er over de groep der »indirecte belastingen" niet te klagenzoowel zegel- als registratierechten gingen met een 40.000 vooruit. De suikeraccjjns gaf een 1VS ton minder maar over de laatste drie maanden 3.3 ton meer. Die vermindering drukt echter ditmaal de groep der accjjnzen, waarin het zout en het geslacht anders geen kwaad figuur maken. Gedistilleerd en wjjn liepen iets terug. By de directe belastingen groote verschillen tusschen September 1901 en haar naamgenoot van 1900. De grondbelasting bracht 55.000, het personeel 95.000 minder op, terwyl de bedrijfsbelasting met 289.000 vooruitschoot, De opbrengst der geheele groep is daardoor nog 130.000 hooger. Bjj invoerrechten, posteryen en telegrafen vallen betrekkelijk kleine vermeerderingen, bjj domeinen, jachtakten en loodsgelden geringe dalingen te constateeren. Over het geheel een onbelangrijke maand voor de schatkist. (Nieuwe Crt.) TER VERDEDIGING. In een schrjjven in. 't Hbld. neemt prof. mr J. Domela Nieuwenhuis te Groningen de hand schoen op voor mr O. Q. van Swinderen. Hj; doet uitkomen dat mr Biederlack verkeerd deed met 't werkHet hedendaagscli strafrecht in Nederland en in H buitenland als 't chef d'oeuvre van mr Van Swinderen te beschouwen. Ook volgens prof. Nieuwenhuis is dit: Esquisse du droit pénal actuel dans les Pays-Bas et d Vétr anger. De zeer gunstige beoordeelingen over dit werk van mr Asser en in verschil lende vakbladen citeert de schrijver en hjj doet daarna uitkomen dat de critiek van Biederlack eene niet zuivere is. Bovendien wordt door hem het feit gelaakt dat in 't al of niet wenschelyke van de be noeming van iemand buiten de voordracht om door de Tweede kamer, de persoon Tan den candidaat gemengd wordt. centra van verzet, getuchtigd. Toch schynfc alles nog niet in den haak te zyn, want meer dere versterkingen werden gevraagd, waarom op 4 Sept. met het stoomschip Bylandt der Koninklijke Pakketvaarlmaatschappij 24 cavale risten onder luitenant Wynaendts naar Soeraba vertrokken. UIT STAD EN PROVINCIE. Bjj kon. besluit is - zooals nog m een groot deel der oplaag van ons vorig nommer werd gemeld benoemd tot griffier der arr.- rechtb. te Zierikzee de heer mr J. C- Immink, thans substituut-griffier bjj de arr.- rechtb. te Maastricht. De by kon. besluit van 23 Sept. benoem de surnumerairs der directe belastingen K. O. Gesner van der Voort, J. W. Roskes, W. de Bas en W. F. Sturm zyn met ingang van 1 Nov. ingedeeld bjj de inspectie Middel burg. Met dien datum zyn verplaatst de surnu merairs der directe belastingen enz. J. L. van der Plas van Middelburg naar Rotter dam en R. van Houten van Middelburg naar Arnhem. BMOEHDTGM MZ. By kon. besluit: is benoemd tot ontvanger der registratie en domeinen te Bolsward W. E. Duym, thans in gelyke betrekking te Enkhuizen is in zjjnen rang overgeplaatst bjj den gene- ralen staf de kap. A. J. P. Pfeiffer, van het lste reg. veld-art. zyn benoemd: by den staf van het wapen der art. tot luit.-kol. de maj. A. W. Katten- busch, van dien staf, voorzitter der commissie van proefnemingby het 3de regt. vest.-art. tot maj. de kap. A. van Seters, van den staf van het wapen, toegevoegd aan den comman dant der bereden art.en is belast met het bevel over het 4de reg. vest.-art. de luit.-kol. G. J. V. Vinkhuizen, van het 3de reg. vest.- art. en is bepaald, dat by afzonderlijke dagorders, zoo in Indië als in Nederland, alsnog eervol zal worden vermeld de lste luit. der inf. van het leger in N.-I. J. J. van der Bie, als heb bende zich onderscheiden bjj de krygsver- richtingen in Atjeh en onderboorigheden, ge durende het tydvak van 1 Juni tot ultimo December 1899. Oost-Intlië. In de dezer dagen ontvangen bladen, loopende tot 9 September, komen uit Kota-Radja twee telegrammen voor over Atj eh. 3n, gedateerd 8 Sept., luidtEen detache ment van vyf en twintig man, dat in Melaboe tot dekking der werkzaamheden aan den weg was uitgezonden, werd uit een hinderlaag van twee zyden aangevallen. Vyf man van het detachement werden gedoodvelen gewond. Door het krachtig optreden van den detache- ment8-commandant werd de bende van acht man, die een klewangaanval deed, nedergelegd. Den volgenden dag werd geseindIn het voorgebergte werd door een colonne onder den majoor Van Daalen een schuilplaats der Atjehers overvallen. Gedood werden dehoofd- oelama van Pedir, Toekoe Tjot Pleeng, en elf volgelingen, onder welke een bendehoofd. Wy maakten vyf vuurwapens en vele geschrif ten buit. Een prauw met een detachement militairen werd by Poeloe Raya, terwyl met de branding worstelde, van het strand beschoten. Een fuselier sneuvelde en vyf werden gewond. Omtrent Djambi wordt niet veel byzonders De gezondheidstoestand was vry gunstig, sedert 26 Augustus waren geen choleragevallen meer voorgevallen. Een, onder dagteekening van 2 Sept. ont vangen, telegram meldde dat, volgens bericht van den controleur van Rawas, de vyand zyn stellingen aan de Singkoetrivier had verlaten 's nachts door de wildernis was gevlucht. De stellingen werden opgeruimd. Den 4en Sept. rukten drie compagniën uit het bivak Pangkalan Brandan (Singkoetrivier) op naar Pondok Benting, ongeveer 8K.M.van Tiga Doesoen. De vyand bood langen tyd moedig, weerstand in doorloopend zwaar bosch, doch moest zyn stelling verlaten, die werd bezet. Een Amboineesch fuselier sneuvelde. De vyand liet een gesneuvelde met voorlaad- geweer in onze handen. Onder den troep kwamen geen choleragevallen voor. De vorige mail bracht ons het bericht dat er onlusten op Soemba te duchten waren en de militaire commandant, kapitein Dyk, daarom versterking gevraagd had, welke hemdadelyk gezonden was per stoomschip Java. De ver sterking is, blykens een telegram aan 't Bat. Nbd. van 4 Sept., uit Macassar nog tydig aangekomen. Daarna zyn twee kampongs, Gebleken is, dat de man, die Vry dag avond aan den Kinderdyk alhier te water e, is een zekere J. de J., werkman, wonende in onze stad. Naar wy vernemen is hy geheel hersteld van de gevolgen van zyn val en den schrik en weder aan den arbeid getogen. Omtrent de redding kunnen wy nog melden dat zekere K., uit Middelburg, zich gekleed te water heeft begeven om den drenkeling te kunnen grypen. Uit Vli88ingen. In ons verslag der zitting van den Vlis- singschen gemeenteraad op Vry dag jl. is een fout mgesloopen. Tot regentes van het weeshuis is niet benoemd mevr. Baert—De Borst Verdoorn, maar mevr. Fryling—Van Putte. De eerste verkreeg 6 stemmen, de tweede 10. De twee jongens, die daar ter stede vermist waren, zyn opgespoord. Zy werden aange houden op den weg van Terneuzen naar Ant werpen, welke .plaats het einddoel van hun tocht zou zyn. De moeder van den oudsten der twee, juffrouw K., is beiden gaan halen. Aan de werf der koninkiyke maatschappy De Schelde is de kiel gelegd voor het dubbel- schroefstoomschip De Koekin aanbouw voor rekening van de Koninklijke Pakketvaart-Maat schappij te Amsterdam. Zondagmiddag geraakte een fietser, V. B., op de Westerhaven aldaar te water. Hy en de fiets wei-den op 't droge gebracht. De laatste 't laatst. De redding van den man geschiedde nog al practisch. Een kameraad van hem ging op zyn - buik op den kant liggen en stak den drenkeling zyn voeten toe. Deze kon, wyl het water nog al hoog was, de voeten grypen en vasthouden. Inmiddels hielden omstanders de armen van den redder vast en brachten daarna hem en den drenkeling op den wal. Een massa wan delaars volgde met belangstelling de redding. Heden (Maandag) avond wordt met den snel trein aldaar verwaoht, Prins Christiaan van Sleeswyk-Holstein, met het doel, de reis naar Engeland per nachtboot te vervolgen. Zaterdagmiddag is te Westkapelle ter aarde besteld de heer P. de Vos, inleven secretaris en ontvanger der gemeenten West kapelle en Zoutelande. Behalve de familie leden, waaronder zyne twee jeugdige zoontjes, waren nog vele vrienden en belangstellenden op den doodenakker aanwezig. De heer Overduin, burgemeester der ge meente Westkapelle, nam by de geopende groeve het woord. Hy schetste de verdiensten van den overledene en prees hem als trouw en y verig ambtenaar, wiens ledige plaats uiet gemakkelyk zal zyn te vervullen. Velen in de gemeente zullen zyn gemis ge voelen, want steeds werd hy bereid gevonden een ieder met raad en daad by te staan. Niettegenstaande zyn zwak lichaam toonde hy een krachtigen geest on ongeëvenaarde werkkracht te bezitten. Gewerkt heeft hy voor de gemeenteen vooral ook voor zyn ge zin, zoolang het dag was, steeds met de ge dachte aan een' spoedigen dood vervuld. De burgemeester wekte de beide zoontjeB op, de voetsporen van hun vader te drukken en stelde hem ook tot voorbeeld voor de aan wezigen, den betreurden doode eene zachte rust toewenschende. De heer Van Sighem, burgemeester van Zoutelande, beaamde het gesprokene van den heer Overduin en voegde daaraan nog enkele waardeerende woorden toe, ee» bewys hoezeer

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1901 | | pagina 1