MIDDELBURGSCHE COURANT. 1901. Zaterdag 7 September. N°, 211. 144" Jaargang, Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor a;Ie plaatsen in Nederland franco p.p., f 2. Afzonderlijke nummers kosten 5 eent. THBRHOMETEB EN VERWACHTING. 6 Sept.8 a. vm. 55 gr., 12 u. 64 gr., av. 4 u. 64 gr. F. —Verwacht: matige Z. O. wind, licht bewolkte lucht, weinig verandering van temperatuur. Advertonfcien20 cent per regel. Öeboorte-, dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 1—7 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel, ftroote letters naar de plaats, die zij innemen. Tot de plaatsing advertentiën en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betredende Handel, Nijverheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algemeen Mvertentle-Bureaii A. BE JL-Jk MAR Asa»., 366, Amsterdam. Middelburg 6 September. TWEEDE KAMER. Algemeene Rekenkamer. Aan het verslag der werkzaamheden over het jaar 1900 worden de volgende mededee- lingen ontleend In de kas van een voortvluchligen lste- luitenant-kwartiermeester by het korps mari niers werd geconstateerd een tekort van 6803,97. Daartoe door den minister van marine ge machtigd, benoemde de commandant van het korps eene commissie van onderzoek, om te geraken tot vaststelling der aansprakelijkheid van den commandeerenden officier en de com missarissen der betrokken afdeeling van het korps, voor het bedoelde tekort. Uit het door den minister aan de Algemeene Rekenkamer overgelegd rapport der commissie van onderzoek bleek het volgende De commissie gaf in overweging een som van f 8000 te doen vergoeden door de leden van den raad van administratie, in verhouding tot het bedrag van ieders traktement; voorts om het overige van het tekort, namelijk de som van 3803.97 te doen verrekenen ten na- deele van het rjjk. De commissie ging, wat dit laatste voorstel betrof, uit van het stand punt, dat voorzitter en commissarissen van den raad van administratie niet aansprakelijk mochten worden gesteld voor een tekort, ont staan tengevolge van het vluchten van een kwartiermeester met medenemen van zpn kas geld. Op de vraag van den minister aan de Alge meene Rekenkamer, of zjj zich met het advies der commissie kon vereenigen, antwoordde het college voorloopig ontkennend, althans voor zoover het tweede gedeelte van het voorstel betrof. H. i. was de raad aansprakelijk voor het geheele tekort, voor zoover dit niet op den voortvluchtige zou kunnen worden verhaald. De minister stelde daarop het advies der Algemeene Rekenkamer in handen van den commandant van het korps mariniers, met verzoek de opmerkingen mede te deelen. waar door wellicht wijziging zou kunnen worden gebracht in het gevoelen der Kamer. De voortvluchtige kwartiermeester was in middels teruggekeerd. De commandant adviseerde om alleen de som van 3000, ten laste van den raad te bren gen, voor een evenredig deel ook ten laste van den teruggekeerden kwartiermeester zei ven, in zjjn hoedanigheid van administrateur. Ten opzichte van dit rapport schreef de minister nog aan de Algemeene Rekenkamer, dat hg het voorstel, betrekkelijk het verhaal der 3000, aannemelijk achtte, en het ook hem voorkwam dat voor de rest van het kort alleen de kwartiermeester aansprakelijk mocht worden gesteld. Maar de Algemeene Rekenkamer bleef van oordeel, dat de raad wegens zgn achteloosheid aansprakelyk was voor het verlies van het meergemelde deel der nieuwe verstrekking. Zjj gaf echter den minister in overweging om, zoo hg van oordeel was dat de betrokken offi cieren door het aandeel in het tekort, hetwelk te hunnen laste zou komen, te zwaar zouden worden gedrnkt, de indiening te bevorderen van een ontwerp van wet tot voorziening een tekort in de kas van een overleden kapi tein-kwartiermeester, al mocht ook in het laatste geval de betrokken hoofdadministratie van tekortkomingen vrijgepleit zgn. BlgkenB het voorloopig verslag omtrent het ontwerp van wet op de middelen voor het dienstjaar 1901, werd bg het afdeelingsonder- zoek de volgende opmerking gemaakt. »Wan- neer een plakzegel op een wissel is geplakt en deze wordt, wegens de een of andere vergissing, niet gebruikt, kan men de kosten van het plakzegel niet terugkrygen. Sommige leden achtten dit onbillyk en vroegen of hierin geene verandering gebracht kon worden. De minister van financiën deed mededeeling aan de Algemeene Rekenkamer dat het zgn voornemen was om ter tegemoetkoming aan het ondervonden bezwaar, verandering brengen in de op het stuk bestaande voor schriften. De kamer antwoordde dat er bg haar geen bedenkingen waren gerezen tegen 's ministers voorstel om, met inachtneming van voor waarden, ook toe te staan, de inwisseling overBtempeling van het vanwege het rjjk uitgegeven gezegeld papier, waarop handteekeningen voorkwamen. Het college vroeg aan den minister van oorlog, welke redenen hadden geleid afwgking van den gestelden regel van ver koop in het openbaar, en tevens of voor het vervolg niet kon worden bepaald dat afkomstig uit eenig kleedingmaga- zyn, alleen dan voor verkoop uit de hand zouden worden bestemd, wanneer de waarde er van te gering werd geacht in verhouding tot de kosten van publieken verkoop op de minst kostbare wijze. Onder toezegging dat maatregelen zouden worden genomen om voortaan in den even- bedoelden zin te doen handelen, deelde de minister van oorlog mede, dat de afwgkingen van den regel steeds haar grond vonden in overtuiging dat bg openbaren verkoop de opbrengst niet booger zou zijn dan bg verkoop uit de hand, terwgl aan een openbaren ver koop betrekkelyk hooge kosten verbonden waren. Bg de onderhandsche verkoopingen werden gegadigden, in en nabjj de garnizoenen wonende, met een verkoop in kennis gesteld werd hun de gelegenheid gegeven de goederen te bezichtigen en daarna schriftelijk vermelden welk bedrag zjj wenschten te besteden. Naar aanleiding van opmerkingen der Kamer omtrent een nadeelig contract ter zake van de exploitatie der vischhal te IJmuiden, met name omtrent de levering van manden tot het vervoer van visch uit de in de visschers- haven te IJmuiden gelegen vaartuigen naar de vischhal, gaf de minister van waterstaat zgn voornemen te kennen om, zoodra de toe stand te IJmuiden dat mogelgk maakte, tot openbare aanbesteding der mandenleverantie overgaan. Tengevolge eener vergissing van eene ambte der telegraphie te Amsterdam bg het overbrengen van een telegraphischen post- werd aan den geadresseerde een som van 400 meer uitbetaald dan door den af zender van den wissel was gestort. Een door den staat in rechten ingestelden eisch tot terugbetaling van het te veel ont- vangene leidde tot veroordeeling van den ge daagde, doch deze bleek ten eenenmale buiten staat om de verschuldigde som benevens de kosten van het rechtsgeding te voldoenhg bezat niets en er viel bg hem niets te exe- cuteeren. Onder deze omstandigheden vroeg de Alge- eene Rekenkamer aan den minister van waterstaat, handel en ngverheid of er geen termen bestonden om op den telegraaf beambte, ge van wiens vergissing de staat schade had geleden, toe te passen de bepaling, welke de bevoegdheid geeft om aan ambte naren der postergen en telegraphie, die door hun toedoen of hun verzuim schade aan de schatkist hebben berokkend, de verplichting tot vergoeding dier schade op te leggenhet bedrag dier vergoeding kan dan, indien de akte van borgtocht het toeliet, zoo noodig en voor zoover mogelgk op zjjnen borgtocht worden verhaald. De minister antwoordde, dat den ambtenaar, die overigens als zeer geschikt bekend stond, wegens zyne misvatting eene boete van 5 was opgelegd, vóór dat het bekend was dat er op den geadresseerde van den wisselniets verhaald kon worden. De schadeloosstelling ingevolge art. 35 der wet op de Kamers van Arbeid gaf de Reken kamer aanleiding den minister in overweging geven om maatregelen te nemen ter voor koming dat de Kamers van arbeid, in de vallen als het onderwerpeljjke, zonder noodzaak in haar geheel worden opgeroepen en het bedrag der uit te betalen schadeloosstellingen daardoor hooger werd opgedreven dan vol strekt noodig was. De minister antwoordde, dat hg bereid was om, wanneer eene herziening der meerbedoelde wet ter sprake zou komen, ook eene wyzigmg van art. 35 in overweging te nemen, doch dat hg geenszins als zeker kan beschouwen dat het niet verleenen van schadeloosstelling voor bgwonen van vergaderingen van eommis- siën uit de Kamers van arbeid tengevolge zou hebben dat aanmerkelijk meer vergaderingen door de Kamers zouden worden gehouden toch zouden waarBchynljjk niet bereid zgn zoo dikwgls in haar geheel te vergaderen commissiën uit de Kamers zouden bgeenkomenzoodat te betwijfelen viel of door eene wgziging van art. 35 in den boven bedoelden zin 's rjjks financieel belang wel zou worden gebaat. In Februari 1900 zag de Algemeene Reken kamer zich verplicht aan een burgemeester een boete van 10 op te leggen, ter zyner voortdurende nalatigheid in het afleggen van rekening en verantwoording van hem verstrekte som van 500, tot het doen van uitgaven tot afwering van het gevaar, waarmede besmettelyke veeziekte den veestapel bedreigde. Voorts stelde zjj den comptabele alsnog een nieuwen termgn om aan zgn verplichting te voldoen. De gestelde termgn verstreek zonder dat aan de aanschrgving der Kamer was voldaan. Een tweede termgn van veertien dagen even zoo, waarop het college den burgemeester andermaal eene boete van 10 oplegde en hem gelastte binnen tien dagen de rekening met de verbeterde bijlagen in te zenden. Afschrift van hare beschikking zond de Kamer aan de ministers van binnenlandsche zaken en van financiën, aan den laatste met verzoek aan de beboeting het noodigegevolg te geven. De rekening werd kort daarna in behoorlgbe orde ontvangen, en het bleek der Kamer dat de opgelegde boeten waren betaald. BMOEHDfGM MK. Bg kon. besluit zgn de heeren J. Dekker en J. G. Geiger, apothekers, benoemden aangesteld totmilitiar apotheker 2de kl. bg het pers. van den ge- neeskund. dienst van het leger in N.-I. Dinsdag a. s. verleent de minister van waterstaat enz. geen audiëntie. UIT STAD EN PROVINCIE, Door Gedeputeerde Staten van Zeeland zgn heden namiddag, in de Abdy alhier, in het openbaar uitgeloot de volgende obli- gatiën, ten laste der provincie Zeeland, aflos baar op 1 Januari 1902 in de leening (1889), groot 490.000, de 36, 98, 131, 149, 152, 163, 165, 186, 202, 231, 232, 244, 249, 353, 357, 371, 406 en 485 A en B; de leening (1891), groot f 261.000, de 12, 14, 58, 76, 92, 144, 151, 216, 219, 221, 238, 254 A en B en 256 A en B in de leening (1893), groot 120.000, de 13, 15, 31, 35, 43 en 02 in de leening (1898), groot 200.000, de 16, 33, 56, 62, 67, 76,106,155,159 en 170. Heden, Vrgdag, arriveerde per trein van 11.35 alhier een detachement van het regiment grenadiers en jagers, sterk 10 onder officieren en 34 minderen, onder bevel van den 1ste luitenant H. P. J. M. Bakker. Genoemd detachement zal, .gedurende de afwezigheid van het 2e bataljon, garnizoens dienst verrichten. Het vry kille weder in aanmerking nomen, was de tuin op het Noordbolwerk 1 h i 8 r nog goed bezet ter gelegenheid van het concert van het Weener Dames-orkest, on der leiding van mej. Henriëtte Dürn berger. Een aardig denkbeeld was het om het pro gramma te openen met een compositie van een onzer stadgenooten, Morks' Festival-Marsch) en de, den Middelburgers welbekende, melodiën hadden dan ook een welverdiend succes. Strauss' opwekkende en meeslepende Freu- dengrüsse, een echte wals, die met Schwung werd gespeeld, Rossini's Ouverture van Wilhelm Teil vielen eveneens zeer in den smaak, ter wgl mej. I. Moe in Damaré's La lourterelle aan haar piccolo een vol, welluidend en be- haafd gekweel en gekoer wist te ontlokken. Gounod's Faust-fantasie onderscheidde zich in zooverre gunstig van de volgende nommers. dat zjj aanspraak mag maken op den naam ernstige muziek, iets waarmede de vertolking ffieel in overstemming was. Moge Waldteufel's soiree (Peté hier en daar aardige melodietjes bevatten, erg zomer-avond- achtig klonk het nietin dit opzicht was Sehwarz Verliebt, verlobtverheirathet meer grjjpeljjk. Dit bleek vrywel het sueees-nommer van den avond te zgn; de humoristische potpourri ontlokte het auditorium, dat met belangstel ling de verschillende evoluties op hot pad der liefde in tonen vertolkt volgde, vaak een glim- of onderdrukten schaterlach. Voor wie deze kapel meer heeft gehoord, is het onnoodig te zeggen, dat meermalen een toe-nummertje werd gegeven, waarbg de da mes gelegenheid vonden behalve het geluid hunner instrumenten ook dat hunner stem men te doen bewonderen. geen lust tot toegeven, vooral ook niet, om dat voor het loon dat te Vlissingen geweigerd wordt een ondernemer te Middelburg bereid het vaartuig te lossen. Thans heeft de kapitein zich in verbinding d met de reedery en met hen die de lading moeten ontvangen, en de vraag gedaan hg naar Middelburg kan opkomen. Bij de haven heerscht volkomen rust. Het bovenstaande is de lezing die de car gadoors en de gezagvoerder ons gaven van de aanleiding tot do jongste strike in Vlis- singen. De arts De K. uit Bruinisse, door het gerechtshof te 's-Gravenhage tot 9 maanden gevangenisstraf veroordeeld wegens het aan zgn schuld te wgten zgn van den dood zgner huisvrouw, is naar de gevangenis te Goes overgebracht tot het ondergaan van die straf. Donderdag middag hadden schipper R. Verburg, de werkman W. Roppenhoï en de Uit Vlx ssingen Sedert eenige dagen ligt aldaar in lossing het Duitsche stoomschip Neptun van Finland met hout voor België bestemd, welk hout in lichters moet worden overgeladen. Voor dergelgk werk bestaat een contract met de bootwerkers, naar de bepalingen waar van met de lossing werd aangevangen, dus tegen betaling per vadem Wgl het hout echter wat langer was dan gewoonlyk het geval is, vroegen de werklieden een hooger loon, wat door de cargadoors, overleg met den kapitein, werd toegestaan. Na eenigen tjjd op dien voet gewerkt te hebben, achtten de bootwerkers hunne ver diensten nog te gering en stelden zg den eisch per uur te worden betaald. Dit werd geweigerd, op grond dat een derge- lgke wgze van betalen zeer moeilyk is in te voeren, en ook m geen enkele haven wordt de werklieden algemeen 14jarige De Graaff van Poortvliet het geluk een paar personen, opvarenden van het ichip van GebrB Landa van Bergen op Zoom, te redden, die op een omgeslagen boot ter hoogte van Stryenham op de Ooster-Schelde dreven. Te Oud-Vossemeer beschikt het weezen-armbestuur over ruime fondsen, zoodat elk jaar een aanzienlijk bedrag als bate over blijft en het eigendomskapitaal sterk vet- eerdtsedert eenige jaren komt het bestuur gemeentekas te goed in de kosten van het lager onder wys en in die van den genees kundigen dienst tot een bedrag van 600 voor beide thans is aan Gedeputeerde Staten weder machtiging gevraagd om gedurende twee jaren deze bgdragen te eontinueeren. Te IJ zendgke gaf - - naar men ons meldt de verkiezing van een ambtenaar van den burgerlijken stand.ijl. Dinsdag aanlei ding tot eene niet alledaagsche vraag van het raadslid Hendrikse Wie is de dienstdoende ambtenaar, de oudste in functie, de oudste jaren, of moet men om den zetel vechten Spreker zeide dat hg de oudst benoemde is enkele jaren gefunctioneerd heeft, totdat hg op zekeren dag zgn zetel zag ingenomen door den burgemeester De Vob en later door den wethouder Calon. Hg wilde daarover toen geen debat uitlokken omdat het »een rom meltje" was, maar hg vond de handel wgze van den toenmaligen burgemeester èn van den tegenwoordigen wethouder Calon min. Nu, onder den nieuwen voorzitter, achtte hjj bg deze benoeming het moment gekomen dat punt tot klaarheid te zien gebracht. De voor. zitter antwoordde dat, volgens zgn gevoelen, de ambtenaren onder elkaar moeten uitmaken wie de dienstdoende zal zgn. De heer Car- preau was van oordeel dat het de oudste in aren wezen moest. Het punt bleef onbeslist omdat de wet daarin niet voorziet, en de bur gemeester Neeteson werd, in plaats van zgn voorganger, tot derde ambtenaar van den burgerlijken stand benoemd. Als wethouder werd de heer J. A. Bekaar met algemeene stemmen herkozen. kon. besluit is aan J. A. Neeteson der gemeente IJ z e n d y k toestemming verleend om, tot 1 November 1901, te Schoondgke te wonen. In de plaats van den heer Crinee is op het post- en telegraafkantoor te IJ z e n- dyke geplaatst de heer Voskamp te Am sterdam. Werd door de directie van de IJzendijksche ïramwegmaatsckappij bekend gemaakt, dat de tram met 1 September alleen aan de bestel huizen zou stoppen, nog steeds bljjft zg stoppen op twee plaatsen, als tot dusver. Dit staat in verband met de gemeente-subsidie is verleend op voorwaarden, die met het stilhouden in IJzendyke rekening houden. straf, en W. L., 14 j., en M. F., 15 j., beiden dienstboden, Middelburg, beiden tot 2 b. s. d. h.; diefstal en verduisteringD. Z., 21 j., zonder beroep, Kampen, uit andere hoofde gedetineerd de strafgevangenis te Groningen, tot ljaar gev. straf; landeling L. F. d. M., 88 j., dienstknecht, vroeger te Schoondgke, thans te Sluis, tot f 10 i. 10 d. h. wederspannigheidA. K. Cz., 15 j., arbeider, Kapelle, J. H., 44 j., touwslager, Cortgene, en 16 j., zonder beroep, Middelburg, uit andere hoofde aldaar in hechtenis, allen tot 14 d. gev. straf, en huisvredebreukH. S., 26 j., landbouwers- knecht, en W. D., 24 j., werkman, Oostkapelle ieder tot 1 m. gev. straf. VrijgesprokenJ. F., 36 j., werkman, Middel burg, beklaagd van mishandeling. LANDBOUW Het aanbinden ol vastpinnen van vee. LETTEREN EN KUNST. Het September-nommer van De Nieuwe Gids bevatZonhoeden en Buigen of bersten van Guido GezellePortugeesche Brieven (ver volg) vertaald door A. van Schendel; Een dissonant (vervolg) van J. Hora Adema; Buiten van J. Reddin giusVerzen van J. H. de Veer Ondergang (vervolg) door Reyneke van Stuwe Verzen van Jac. van LooyGeertje door J. Meester Verzen van Willem Kloos Aantee- keningen van Historie en Kunst door dr. H. J. Boeken en Literaire Kroniek van Willem Kloos. Naar aanleiding van een artikel voorkomen de Landwirtschaftliche Presse van 3 Augustus 1901 no. 61, 28en jaargang over bovenstaande, wensch ik hier enkele beschou wingen te leveren over deze wjjze van weiden van vee, omdat het mg voorkomt dat zjj, hoewel hier in Zeeland misschien niet geheel onbekend, toch, behoudens een enkele uitzon dering, nergens in praktjjk wordt gebracht. meen, dat een zomer als deze, waarin al gemeen, en zeer terecht wordt geklaagd over weinige eten in de weide, gereede aan leiding geeft tot het bespreken van eene methode van weiden, die naast enkele nadoe len, te wjjzen heeft op zeer groote voordeelen, speciaal wat besparing en benuttiging van voeder betreft. Waarin de methode bestaat wordt reeds voldoende aangeduid door den naam. In plaats van dat de dieren, zooals in de gewone ge vallen, losloopen in de weide, worden zjj door middel van een 4—6 meter lange ketting of touw aan een paal bevestigd, die in den grond wordt geslagen. Om den snoet is een ketting d en van de mondhoeken gaat een touw of ketting-halster om den nek. Hieraan is ket touw of de ketting bevestigd, welks ander einde, zooals reeds werd gezegd, vast gehecht is aan paaltje van hout of jjzer, dat met een houten hamer in den grond wordt geslagen De dieren zijn dus bg deze methode, wat het weiden betreft, beperkt tot de ruimte, die het touw hun laat. Is deze plaats afgeweid dan wordt de paal uitgetrokken en op een andere plaats in den grond geslagen. Het voordeel dat deze manier aanbiedt is hu tameljjk wel in het oog springend en van verschillenden aard. Dat op deze wjjze de veel beter en gelijkmatiger wordt afgeweid is duidelgk. De dieren, als zg er eenmaal aan gewend zgn, weiden rustiger en bovendien worden slechts zeer weinig planten vertreden Dit laatste iB geen te versmaden voordeel, daar bg het losloopen een groot aantal voedende planten wordt vernield. Vooral bg eenjarige klaverweiden en ge durende regenperioden is ook in dit opzicht het aanbinden van veel nut, daar bg vrgen weidegang in deze omstandigheden vaak 20 tot 30 procent der aanwezige planten wordt vernield. Een ander voordeel is dat plaatsen, welke als minder uitlokkend door het vryweidende dier worden overgeslagen, thans door het vaststaande moeten worden afgeweid, terwgl men door bet gelijkmatig gebruik der weide steeds beschikt over frisch gras, dat uit teere sappige planten bestaat. Tevens be hoeft het geen betoog dat men door het gron dig gebruiken van de weide, door het niets laten verloren gaan, met minder weide toe komt dan anders, zoodat men of met dezelide hoeveelheid weiland een grooter aantal koeien kan houden of het overgebleven voor bouw land kan gebruiken. In het nummer der bovengenoemde Landwirtschaftliche Presse wordt een voorbeeld aangehaald waarbg op een be zitting in Angeln door het aanbinden van 70 koeien circa 10 H. A, aan bouwland werd ge- Hierop staakten het werk. De cargadoors e: RECHTSZAKEN. Arrondissements-Rechtbank te Heden, Vrjjdag, zjjn veroordeeld wegens het door schuld veroorzaken van lichamelijk letsel: J. C. v. W., 28 j., varensgezel, Terneuzen, tot 14 d. hechtenis diefstal: J. v. 'tW., 28 j., arbeider, Baar land, tot 14 d., en V. D. R., 28 j., hvr. van A. v. E., en R. V., 37 j., hvr. van S. W., zon der beroep, Zuiddorpe, iieder tot 3 d. gev. wonnen. Als verder voordetl wordt genoemd dat door het gelijkmatige weiden en de daarmede gepaard gaande gelijkmatige voeding de op brengst der melkkoeien verbeterd wordt, daar bg een konstante voeding de melkopbrengst evenzoo konsfcant bljjft. Ook zal het rustige weiden en herkauwen zeer zeker van gunstigen invloed zgn op de melkopbrengst. Beweerd wordt dan ook, dat by deze wgze van weiden de totaal opbrengst van de melk grooter is dan bg de vrge weidegang. Van veel belang bg deze methode is ook de gelijkmatige mestverdeeling over de weide.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1901 | | pagina 1