IHIDDELBIRGSGHE COURANT.
24 Juli,
N°. 172.
Woensdag
144® Jaargang.
1901.
Deae courant verschijnt dagelijks, met uitsondering van Zon- en Feestdagen,
Prijs, per kv73ït&Bl, zoowel voor Middelburg als voor a Je plaatsen in Nederland franco p.p., f 2.-
Afzondarlijke nummers kosten 5 cent.
THERSIONETEB EN VERWACHTING.
28 Juli8 u. vut. 64 gr., 12 u. 71 gr., av. 4 u. 71 gr. F. Verwacht! zwakke W. wind,
zwaar bewolkte lucht, regenachtig weer, weinig verandering in temperatuur.
AdvertentiSn20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberishten en
Dankbetuigingen van 1—7 regels l.BOj elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per trage).
Groote letters naar de plaats, die zij innemen.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende
i QeidW6z0n, is uitsluitend gerechtigd het Algemeen Advnrtaffille-Biif^aü
Handel, Njjverheid
A» Dïffi LA
MAR Azn,, N.I. Voorburgwal 366, AnuterdsnE.
Middelburg 23 Juli.
IS HET GEBRUIK VAN VI-BBSCH
OVGRBOHIG
Het vegetarisme koos de heer dr R. Bijlama
te Middelburg tot onderwerp van eene
beschouwing in de Hygiënische bladen.
Dit vraagstuk is al heel oud en de leer van
het vegetarisme heeft zich voorgedaan in ver
schillende vormen en met uiteenloopende
eischen. Terwijl toch sommigen het gébruik
van alle dierlijk voedsel verwerpen, hebben in
1847 de volgelingen van Simpson in Londen
9en bond gesticht, die het eten van vleesch
verbiedt, maar dat van eieren, melk, boter,
kaas en honing veroorlooft. Het is duideljjk
dat er tusschen deze beide stelsels een zeer
groot onderscheid bestaat. De heer Bjjlsma
houdt nu zjjne lezers bezig met het laa'ste.
dat het slachten van dieren, ter wille van
onze voeding, afkeurt omdat
le vleesch schadeljjk is voor ons lichaam
2e omdat het kostbaar is en oorzaak van
allerlei excessen wordt
3e omdat het nadeelig is voor ons gemoed;
4e omdat het in ieder geval overbodig is.
Van algemeen standpunt komt ons het be
langrijkste voor wat de heer Bijlsma omtrent
het laatste punt schrjjft
Het slot van zjjn beschouwing over de vraag
of het gebruik van vleesch overbodig is, luidt
dan als volgt
Zeker is het dat verschillende volks
stammen zich schier uitsluitend voeden met
plantaardig voedsel. De Japanneezen gebrui
ken nagenoeg geen vleesch of visch. De be
woners van Tabra, de Bergschotten, de last
dragers van Smyrna, de herculische water
dragers van Constantinopel, de boeren van
Brefcagne verorberen bjjna niets dan planten-
kost. Met hoeveel negers en bewoners dei-
warme streken is dit ook het geval?
In het kinderhuis te Gehlsdorf laat de ge
zondheid der verpleegden niets te wenschen
over, ze krjjgen de voeding der vegetariërs
En dan die worstelaars en vuistvechters uit
de Griekache oudheid. In de gymnasia, hunne
opleidingsschool voor de ontwikkeling van de
spierkracht, leefden ze van vjjgen, noten en
maïsbrood. In den bloei van Griekenland en
Rome, toen onmatigheid en ongebondenheid
hun roem en grootheid nog niet hadden doen
tanen, leefden hunne zonen van fruit, rogge
meel enz. En 't was zeker geen vleeschspjjs
die de Spartaansche patriotten met den vurigen
moed bezielde waarmede zij de passen der
Thermopylae verdedigden of die de over
winnaars van Galamis en Marathon tot on
tembare dapperheid en geestdrift prikkelde.
De heer S(toffel), die onlangs een reisje
maakte naar de binnenlanden van Rusland,
vond daar een ras van boeren, krachtig en
volhardend, die nooit vleesch proefden en
hunne kinderen waren minstens even sterk
als de zijne die volgens Westersche manier
worden volgepropt met vleesch, eieren en
melk, zoodat hjj zich onwillekeurig had afge
vraagd of onze voeding wel doelmatig was.
Ik heb gedurende eenige jaren gepraktiseerd
in het klooster der Trappisten by Deventer.
Deze monniken eten nooit vleeschtoch waren
zjj zeer sterk want zy verrichten veel en
zwaar werk by weinig nachtrust (akkerbouw,
boschcultuur) en gezond en zy worden
zeer oud. Het valt absoluut niet tegen te
spreken, en de bekende hygiënist Uffëlmann
stemt het toe in zjjn handboek over voeding,
dat er legioenen volwassenen zyn, die gezond
en sterk bljj ven by het gebruik van uitsluitend
plantaardig voedsel. Vleesch zal alzoo voor de
meeste menschen wel overbodig zyn
bet schynt my toe, dat zy, die een zittend
leven hebben, onmogelyk den ballast kunnen
verwerken, dien ze moeten innemen om de be-
noodigde hoeveelheid eiwit uit plantenvoedsel
te bemachtigen. Ik meen dat een ruini gebruik
van eieren, boter, melk en kaas (vooral ook
vruchten en vermoedelijk suiker) dus wel
degelyk noodig bljjft voor hen, die bet zon
der vleesch willen doen, en niet veel spierarbeid
verrichten. Immers doen ze dat niet, dan zal
naast een overmatige vetvorming s
digeBtiestoornis optreden.
Zy die een proef nemen met de onthouding
van vleesch zullen onder de gestelde voor
waarden al spoedig ontdekken dat men zich
daarbij heel prettig gevoelt; vooral is het
aangenaam voor hen die vatbaarheid hebben
voor arthritis. Om het echter in onze huisge
zinnen door te voeren, dat gaat niet zoo ge
makkelijk om verschillende redenen 1 en dat
is toch bepaald noodig om zelf op den duur
dit dieet te houden.
Wjj zouden dus tot deze conclusie komen
dat eene matige vleeschvoeding niet schade
lijk is voor lichaam of geest, maar wel voor
de beurs en bovendien overbodig voor gezonden.
Daarom moet dus het slachten van vee, alleen om
het te gebruiken als voedsel, sterk worden a/ge
keurd.
Maar hiermee is de zaak niet afgehandeld.
In de eerste plaats meen ik dat een geheel
onthouding van vleesch voor oudere menschen
die er aan gewend zyn, of zwakkere gestellen,
jst nadeelig, ja zeer gevaarlijk zal wezen.
Men dient hier te individualiseeren en in alle
gevallen trapsgewijze te werk te gaan. Men
springt de trap niet af maar doet dit trede
na trede. Bij kinderen gaat 't gemakkelijk.
In de tweede plaats zullen de menschen
wel gedwongen blyven om jacht te maken op
wild en gevogelte, dat zich misschien te sterk
zou vermenigvuldigen en groote schade zou
toebrengen aan onze vruchten. De struggle for
life dwingt ons vaak dieren te doodenwelnu
dat vleeschzoo het overigens geschikt is, zal
men natuurlijk aan de consumptie niet willen
onttrekken. In de derde plaats heeft men ge
raagd wat er met al die overbodige koeien
nz. moet gebeuren Wel die moeten we
houden voor onze zuivelproducten en we heb
ben het in onze macht den veestapel te be
perken zoo die te groot is of wordt.
Het streven der vegetariërs wordt in ons
land te weinig gewaardeerd misschien een
gevolg van overdrijving. Mij komt het voor
dat het tjjd is dat de medici vooral eens
eene proefneming met geheel-onthouding van
vleesch doen, eerst voor een korten tijd, dan
voor langer, eindelijk misschien voor goed.
Ik vertrouw dat ze zich daarbjj, evenals by
de gebeel-ontouding van alcohol, wel zullen
bevinden, en zoo niet, dan toch zullen toe
stemmen dat de vleeschvoeding tegenwoordig
zeer eenzijdig wordt overdreven.
EEN ZIEKENFONDS VOOR RIJKS
AMBTENAREN.
In een der jongste nommers van het Tijd
schrift voor Posterijen en Jelegraphie betoogde
de heer J. P. Haanschoten, commies der pos
teryen te Amersfoort, de wenschelykheid van
de »instelling van een ziekenfonds voor alle
Rijksambtenaren, liefst van Staatswege inge
steld." Nog beter, doch hy durfde het haast
niet opperen«evenals bjj de militairen vrjje
geneeskundige hulp en vrij geneesmiddelen
van Rjjkswege aan alle ambtenaren en hunne
gezinnen."
Hij lichtte zyn denkbeeld verder aldus toe:
«Zulk een fonds zou recht hebben, ingesteld
te worden in onzen tjjd, waarin, men de mee
ning voorstaat, dat de werkgever (hier de Staat)
hen, die het werk uitvoeren (hier de Rijks
ambtenaren) moet verzekeren tegen schade
door ziekte, ongelukken, enz. By groote on
dernemingen en maatschappijen bestaan die
fondsen, en 't is meermalen gebleken boe nut
tig zy werken. Door een zoo billy k mogelyk
berekende korting op hun jaarwedden hebben
o.a. by de Maatschappij tot Exploitatie van Staats
spoorwegen de ambtenaren alle geneeskundige
hulp en geneesmiddelen vrijbetalen zy 8
per jaar, dan genieten zy dit ook voor hun
echtgenooten, terwyl dan tevens hun kinderen
in het fonds worden opgenomen, waarvoor zy
2 per jaar en per kind betalen."
Volkomen beseffend, dat er nog heel wat
water door den Rijn zal moeten vloeien eer
de Staat dit Ziekenfonds beeft opgericht,
wendde de heer Haanschoten zich tot zyn
mede-ambtenaren in alle takken van Rijks
dienst om dit zoo nuttig fonds te helpen
stichten.
»lk twijfel niet, zoo ging hy voort, of bjj
de oprichting van zulk een fonds zullen zicb
groote bezwaren voordoen; doch aan welk
nieuw voorstel zijn die niet verbonden!
>Die trachten uit den weg te ruimen, zou
mede behooren tot de taak van het voorloopig
bestuur. Misschien werpt men my tegener
bestaan reeds ziekenfondsen genoeg; die wil,
kan daarvan lid worden. My is dit wel bekend,
doch, goede eigen hulp is de beste hulpeven-
tueele baten komen ten goede van alle ambte
naren en vloeien niet in andermans zak de
toetreding van allen is dus gewenscht, en mocht
de vrjje geneeskundige hulp of de instelling
van een ziekenfonds nog eens ooit van rjjks
wege kowen uit te gaan, dan is dat voor
ons allen zeer zeker de beste oplossing."
Het verwondert ons niet dat met dit, naar
wij ook meenen, uitmuntend idee, tal van
collega's van den schrijver hunne sympathie
betuigden.
In het allerjongste nommer schreef de heer
B. v. G. daaromtrent het volgende
«Volkomen kan ik my met het aangevoerde
vereenigen en zoo ik hoop en wensch zal de
stem van den heer H. by velen weerklank
hebben gevonden. Inderdaad, elk ambtenaar of
beambte zal bjj ervaring weten, dat op het
huishoudelijk budget hoogst bezwaarlijk kos
ten kunnen gebracht worden voor geneeskun
dige hulp, daar de inkomsten hiertoe meestal
ontoerekenbaar zijnen heeft men het onge
luk eens een jaar van ziekten te hebben ge
had, dan baart het volgende jaar zorg en be
krimping van uitgaven om dokter en apothe
ker te kunnen betalen. Wat geeft dus meer
gerustheid aan de hoofden des gezins dan de
zekerheid, dat men steeds zonder bezwaar voor
de beurs verzekerd is van geneeskundige hulp,
wanneer men genoodzaakt is, die te moeten
inroepen.
Ook in deze kan weder de zoo schoone en
krachtige coöperatie ons helpen. «Eendracht
maakt macht" wordt ook in deze weder be
waarheid, en als men de handen wil
daan, dan zal, dunkt my, het tot
stand brengen van een ziekenfonds voor ambte
naren en beambten niet tot de onmogelijk
heden blijken te behooren, hoewel wjj het ons
niet mogen ontveinzen, dat er moeilijkheden,
ja veel moeilijkheden zullen zyn te overwin
nen voor een dergelijke nuttige instelling het
levenslicht zal hebben aanschouwd.
Met een enkel woord wil ik mijn gedach
ten hieromtrent gaarne mededeelen wellicht
geven zjj aanleiding tot bespreking of over
weging en zoodoende zouden wij misschien
tot een oplossing der quaestie kunnen komen
want waar blyft het spreekwoorddu choc des
opinions jaillit la vérité.
Moeilijkheden om in groote plaatsen, waar
veel ambtenaren zyn, een ziekenfonds op te
richten, behoeft men, dunkt mjj, niet te vree
zen. Daar kan men zeer gemakkeljjk tot
overeenstemming komen en coöperatief op
treden ook op dit gebied. Een aantal leden
is gemakkeljjk te vinden, een arts is ook
spoedig gereed zjjne diensten te verleenen,
een pharmaceut opent gewillig zyn schat der
gezondheid en klaar ia het Ziekenfonds. De
verschillende en zeer soliede zoogenaamde
ziekenbussen, die allerwege in groote plaatsen
bestaan, geven hiervan een klaar en afdoend
bewijs.
Een andere zaak ochi/t. is hoe men in kleine
plaatsen, waar slechts enkele ambtenaren of
beambten zijn, in deze zal slagen, daar ook
evenzeer zy als lranne ambtgenooten in groote
plaatsen van een Ziekenfonds zouden willen
genietenen juist voor hen zou zulk een
instelling dubbel heilzaam zyn, omdat op
kleine standplaatsen veelal de traktementen
ook lager zijn dan in groote gemeenten.
Om nu de kleine luyden ook te kunnen
helpen dient men naar myn meening geheel
coöperatief te werk te gaan by de oprich
ting van de door den heer Haanschoten
bedoelde instelling. Want werkt men in
deze niet coöperatief, helpen de grooten de
kleinen niet, dan zouden dezen verstoken
moeten blijven van hetgeen genen kunnen
verkrijgen juist omdat zjj zich, wat stand
plaats aangaat, in gunstiger omstandigheden
bevinden.
Om nu alle ambtenaren, zoowel in groote
als kleine plaatsen, bjj ziekte geneeskundige
hulp te kunnen verschaffen, riekte men éen
fonds op, waarvan de zetel in een der hoofd
steden (byv. Amsterdam of Utrecht) is geves-
Men heffe van alle leden een vaste
jaarlyksche bijdrage per persoon, man en
vrouw elk afzonderlijk en kinderen volgens
leeftijd naar een lager tarief. Voor deze con
tributie waarborge men den leden geheel vrjje
genees- en heelkundige behandeling en ge
neesmiddelen. Voor het verschaffen van ver
loskundige hulp kan men afzonderlijke bepa
lingen maken.
Maar nu doet zich de vraag voorhoe op
kleine plaatsen, waar weinig leden zyn, dus
ook weinig contributie wordt ontvangen, mede
genees- en heelkundige hulp kan verschaft
worden
Mjj dunkt op de volgende wijze Men heffe,
zooals ik hierboven zeide, een geljjke contri
butie van alle leden. Nu kan men natuurljjk
in groote gemeenten met veel leden goed-
kooper overeenkomsten aangaan met artsen
enz., dan in kleine plaatsen. Welnu, daarom
kan men dan in de laatste iets meer besteden
van het in de grootere gemeenten overschie
tende.
Men trachte in de kleinere plaatsen, bjj
wyze van abonnement, overeenkomsten aan te
gaan met geneesheeren, tegen een vast bedrag
's jaars van elk persoon of gezin, waarvoor de
arts zich verbindt, zijn hulp en c. q. de
noodige geneesmiddelen te verschaffen.
Het bestuur van het fonds, dat natuurlijk
aan de leden rekenplichtig moet zyn, rekene
jaarljjks met de betrokken geneeskundigen
enz. af en, my dunkt, de administratie zou
zeer eenvoudig kunnen zijn.
Nog ditom zoo flink mogelyk te kunnen
werken, zou ik als leden willen opnemen alle
rijksambtenaren die zich willen aansluiten.
Vooral in het belang der kleine plaatsen zou
ik dit aanbevelen, daar het dan natuurlyk
gemakkelijker zou vallen, met geneeskundi
gen overeenkomsten te treffen. Het ligt toch
voor de hand, dat een arts zich eerder laat
vinden tot een billy k abonnement voor meer
leden dan voor een enkel persoonen uit den
aard der zaak is op kleine plaatsen het aan
tal rijksambtenaren al zeer luttel. Dus alle
rijksambtenaren aannemen als lid en dan kan
er met goeden wil een flink fonds tot stand
komen. Als er maar esprit de corps en solida
riteit aanwezig is, kan men veel doen, al is
ook alle begin moeilyk."
HININTEBIEELE CRISIS.
Volgens Ret Vad. is er voldoende grond
voor het gerucht, als zon de leider van het
nieuwe kabinet de instelling van een negende
ministerieel departement wenschen. De zoo-
aamde «natte Waterstaat" zou het nieuwe
departement vormen en men voorspelt dat aan
het hoofd daarvan zal bomen de heer De
Marez Oyens, thans administrateur van spoor-
en. Het beheer van de landsgebouwen zou
dan weder onder bunsten en wetenschappen,
dep. van binnenl. zaken, komen te ressorteeren.
TERKIEZINGEN.
De liberale kiesvereeniging te Smilde heeft
met algemeene stemmen tot candidaat voor de
Tweede kamer in het district Weststelhng-
werf gesteld den heer dr H. Blink.
De vrijzinnige kiesvereeninging te Moor
drecht stelde voor het district Gouda by ac
clamatie candidaat den heer inr H. Ph. de
Kanter.
KORTEMEDEDEEEINGEN
VERGABEBIKOEIV.
Onder leiding van den heer Conrad is
Maandag te Amsterdam de jaarvergadering
van de Vereenigmg tot veredeling van het am
bacht gehouden.
Het ledental is met 88 toegenomen en be
staat thans uit 241. gewone leden met 26ver-
eenigingen.
De voorzitter deelde mede, dat by den pen
ningmeester was ingekomen eene schenking
van f 100 van do Maatschappij tot. bevordering
van nijverheid tot stjjving der kas. De aftre
dende leden der technische commissie dr P.
J. Cujjpers en de heer J. A. Frederiks uit
iddelburg werden herkozen. In de
plaats van de heeren mr A. Bloembergen en
G. A, van Schsrmbeek (overleden) werden tot
bestuursleden gekozen de heeren J. Troelstra,
te Leeuwarden, en Deking Dura, te Zwolle.
De rekening en verantwoording, m ontvangst
en uitgaaf bedragende 4819 met een batig
saldo van 20, werd goedgekeurd.
BENUEiHINUM ENZ.
By kon. besluit
is benoemd tot leeraar aan de R. H. B. S.
te Leeuwarden A. L. Brouwer, thans leeraar
aan de H. B. S. en het gymnasium te Sneek
benoemd tot leeraar aan de R. H. B. S. te
Tilburg W. G. van der Meer, tjjdelyk leeraar
aan die school, en aan die te Roermond C. J.
A. Meerdink, tjjdelyk leeraar aan die school
zyn benoemd tot leeraar aan de R. H. B. S.
te Utrecht L. G. J. C. Landry, dr D. J. Janssen,
B. Gonggrjjp en K. Later, allen aldaarmet
machtiging aan dr D. J. Janssen voornoemd
om, te geljjk met zyn ambt van leeraar aan
de R. H. B. S., dat van leeraar aan het gym
nasium te bekleeden
is aan P. H. Vreede, inspecteur van den
waarborg en de belasting der gouden en zil
veren werken bij het dep. van financiën, tevens
belast met den contröledienst by het kantoor
van den waarborg te 's Gravenhage, op ver
zoek, eervol ontslag uit 's rjjks dienst ver
leend, onder dankbetuiging
is aan de gepensioneerde kolonels J. B. van
Oudendjjk Pieterse, commandant van het 1ste
reg. veat.-art., en J. J. Schluiter, commandant
van het 2de reg. veld-art., te rekenen van den
dag waarop hun pensioen ingaat, alsnog de
rang verleend van generaal-majoor
is aan den commies der posteryen 4de kl.
D. J. H. de Wys, op zyn verzoek, eervol ont
slag uit 's rjjks dienst verleend.
De verkiezing voor een lid van de Tweede
Kamer in het kiesdistrict Weststellingwerf,
noodig door het bedanken van den heer G.
yan der Zwaag is bepaald op 30 Juli, de
stemming, zoo noodig, op 6 AugB. en de her
stemming, zoo noodig, op 13 Augustus.
MEVROUW KllUGER'S DOOD.
Haar dood moet niet geheel onverwacht
gekomen zyn. Men wist dat mevrouw Kruger
zich vooral het overlyden van haar dochter;
echtgenoote van Peter Smit, sterk had
aangetrokken, Smit was gesneuveld; de En-
gelschen verbrandden de hoeve by Waterval
en brachten mevrouw Smit naar een kamp
Krugersdorp, waar zy ziek werd en stierf.
Sedert is mevrouw Kruger zeer onder den
indruk van dit verlies gebleven en dit heeft
haar gezondheid benadeeld.
Volgens berichten uit Hilversum ontving
president Kruger de droeve tyding met ge
latenheid; hjj zat een oogenblik in gepeins
en zeide toen langzaam«Zy was een beste
vrouw nooit hebben wjj een woord gehad
zes maanden na ons huwelyk over een
onbeduidend meeningsverschil."
Daarop trok de president zich in zyn kamer
terug. Zyn gezondheidstoestand is uitstekend
en hy is niet in het minst moedeloos, integen
deel zoo veerkrachtig als in den laatsten
tyd zelden het geval was. Niemand wordt
echter voorloopig tot den president toegelaten.
In het overlydenstelegram van Eloff aan den
president werd, zooals gemeld, meegedeeld,
dat de laatste woorden van mevrouw Kruger
waren»Zeg uw vader, dat hy zyn ver
trouwen moet stellen op den Heer."
De president ontvangt natuurlyk uitgansch
de wereld blyken van belangstelling.
Maandag is mevrouw Kruger begraven.
Bijzonderheden daaromtrent zyn nog niet
bekend.
bladen wyden waardee-
rende woorden aan de overleden vrouw
andere bepalen zich tot de eenvoudige ver
melding van haar doodenkele kunnen niet
nalaten schampere opmerkingen te maken naar
aanleiding van haar heengaanook aan het
adres van president Kruger.
De Times zegt o. a. dat het Engelsche volk
sympathie zal gevoelen voor den president van
Transvaal, in het groot huislyk leed dat bem
heeft getroffen.
Daily Chronicle merkt opWat men van
president Kruger ook denken moge als staats
man, zjjne liuiselyke zeden worden oprecht
geacht in Engeland. De slag die hem getrof
fen heeft, zal de sympathie van de heele
wereld op hem vereenigen.
De Standard zegt dat het niet edelmoedig
zou zyn van de Engelsehen om hunne sym
pathie te weigeren aan den gebannen patriarch
Den Haag.
Het blad voegt er by Men mag hopen,
zonder er echter veel op te rekenen, dat de
dood van mevrouw Kruger hem handelbaarder
en redely ker zal maken
De minder welwillende getuigenissen laten
wjj liefst voor hetgeen ze zyn.
Ter eere van de militaire autoriteiten te
Pretoria moet gezegd worden dat zy de echt
genoote van den president bet was diens
tweede vrouw met eerbied steeds hebben
Ware mevrouw Kruger in gewone tijden
gestorven, het feit zou zeker niet zulk een
diepen indruk maken en niet zoo algemeene
belangstelling wekken.
De overledene was eene vrouw die, hoezeer
zy ook deelde in het lief en leed van haar
volk, de bescheiden rol van huismoeder ver
vulde.
Zooala wjj reeds opmerkten, met de politiek
bemoeide zij zich niet.
Nu echter haar dood plaats had onder voor
baar volk en haar gemaal zoo tragische om
standigheden, nu treft het bericht van haar
overlijden algemeen.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Het was Maandagavond een heerlijk zitje
in den tuin van het Schuttershof.
Het weêr was gelukkig koeler geworden
en dan waardeert men des te meer hoe goed
beschut men daar zit.
Een talrijk publiek was opgekomen en men
genoot bljjkbaar zeer van de verdienste
lijke uitvoering, door het stafmuziekkorps van
het 3e regiment infanterie, van een programma
dat veel aantrekkelijks bevatte.
Een fantaisie op de opera Faust, voor het
groote publiek zoo dankbaar omdat men daar
bjj de opera zelf, die bjjna iedereen gehoord
heeft, in zjjne gedachten laat voorbjj gaan,
lokte luide toejuichingen uit.
Trouwens, zjj werd zeer goed uitgevoerd
evenals de fantaisie op de lannhauserwaarmee
het programma werd besloten.
De heer Vroolyk vond niet minder by val
na zyn verdienstelijken piston-solo.
De heer Barbe had een gelukkigen avond
en men zou niet gezegd hebben dat een zjjner
goede krachten door een plotseling opgekomen
ongesteldheid onmogelyk in zyn volle kracht
kon meewerken.
De composities van den heer Van dor Hegge
jnenMoments capricieux en Elegie bekoorden
het publiek bjjzonder. Ze werden ten minste
warm toegejuicht, vooral het eerste. Aan een
oordeel daarover wagen wjj ons nietwjj laten
dit liever aan meer bevoegden overonze
muzikale medewerker was door uitstedigheid
verhinderd daarover zyn gevoelen te zeggen.
Het concert laat stellig een aan gen a-
men indruk achterzoo dat velen zeker met
belangstelling zullen vernemen dat het muziek
korps in Augustus, waarschynlyk Donderdag
den 22sten, hier weerkeert om nog een con
cert te geven.