IHIDDELBIRGSGHE COURANT. 24 Juli, N°. 172. Woensdag 144® Jaargang. 1901. Deae courant verschijnt dagelijks, met uitsondering van Zon- en Feestdagen, Prijs, per kv73ït&Bl, zoowel voor Middelburg als voor a Je plaatsen in Nederland franco p.p., f 2.- Afzondarlijke nummers kosten 5 cent. THERSIONETEB EN VERWACHTING. 28 Juli8 u. vut. 64 gr., 12 u. 71 gr., av. 4 u. 71 gr. F. Verwacht! zwakke W. wind, zwaar bewolkte lucht, regenachtig weer, weinig verandering in temperatuur. AdvertentiSn20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberishten en Dankbetuigingen van 1—7 regels l.BOj elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per trage). Groote letters naar de plaats, die zij innemen. Tot de plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende i QeidW6z0n, is uitsluitend gerechtigd het Algemeen Advnrtaffille-Biif^aü Handel, Njjverheid A» Dïffi LA MAR Azn,, N.I. Voorburgwal 366, AnuterdsnE. Middelburg 23 Juli. IS HET GEBRUIK VAN VI-BBSCH OVGRBOHIG Het vegetarisme koos de heer dr R. Bijlama te Middelburg tot onderwerp van eene beschouwing in de Hygiënische bladen. Dit vraagstuk is al heel oud en de leer van het vegetarisme heeft zich voorgedaan in ver schillende vormen en met uiteenloopende eischen. Terwijl toch sommigen het gébruik van alle dierlijk voedsel verwerpen, hebben in 1847 de volgelingen van Simpson in Londen 9en bond gesticht, die het eten van vleesch verbiedt, maar dat van eieren, melk, boter, kaas en honing veroorlooft. Het is duideljjk dat er tusschen deze beide stelsels een zeer groot onderscheid bestaat. De heer Bjjlsma houdt nu zjjne lezers bezig met het laa'ste. dat het slachten van dieren, ter wille van onze voeding, afkeurt omdat le vleesch schadeljjk is voor ons lichaam 2e omdat het kostbaar is en oorzaak van allerlei excessen wordt 3e omdat het nadeelig is voor ons gemoed; 4e omdat het in ieder geval overbodig is. Van algemeen standpunt komt ons het be langrijkste voor wat de heer Bijlsma omtrent het laatste punt schrjjft Het slot van zjjn beschouwing over de vraag of het gebruik van vleesch overbodig is, luidt dan als volgt Zeker is het dat verschillende volks stammen zich schier uitsluitend voeden met plantaardig voedsel. De Japanneezen gebrui ken nagenoeg geen vleesch of visch. De be woners van Tabra, de Bergschotten, de last dragers van Smyrna, de herculische water dragers van Constantinopel, de boeren van Brefcagne verorberen bjjna niets dan planten- kost. Met hoeveel negers en bewoners dei- warme streken is dit ook het geval? In het kinderhuis te Gehlsdorf laat de ge zondheid der verpleegden niets te wenschen over, ze krjjgen de voeding der vegetariërs En dan die worstelaars en vuistvechters uit de Griekache oudheid. In de gymnasia, hunne opleidingsschool voor de ontwikkeling van de spierkracht, leefden ze van vjjgen, noten en maïsbrood. In den bloei van Griekenland en Rome, toen onmatigheid en ongebondenheid hun roem en grootheid nog niet hadden doen tanen, leefden hunne zonen van fruit, rogge meel enz. En 't was zeker geen vleeschspjjs die de Spartaansche patriotten met den vurigen moed bezielde waarmede zij de passen der Thermopylae verdedigden of die de over winnaars van Galamis en Marathon tot on tembare dapperheid en geestdrift prikkelde. De heer S(toffel), die onlangs een reisje maakte naar de binnenlanden van Rusland, vond daar een ras van boeren, krachtig en volhardend, die nooit vleesch proefden en hunne kinderen waren minstens even sterk als de zijne die volgens Westersche manier worden volgepropt met vleesch, eieren en melk, zoodat hjj zich onwillekeurig had afge vraagd of onze voeding wel doelmatig was. Ik heb gedurende eenige jaren gepraktiseerd in het klooster der Trappisten by Deventer. Deze monniken eten nooit vleeschtoch waren zjj zeer sterk want zy verrichten veel en zwaar werk by weinig nachtrust (akkerbouw, boschcultuur) en gezond en zy worden zeer oud. Het valt absoluut niet tegen te spreken, en de bekende hygiënist Uffëlmann stemt het toe in zjjn handboek over voeding, dat er legioenen volwassenen zyn, die gezond en sterk bljj ven by het gebruik van uitsluitend plantaardig voedsel. Vleesch zal alzoo voor de meeste menschen wel overbodig zyn bet schynt my toe, dat zy, die een zittend leven hebben, onmogelyk den ballast kunnen verwerken, dien ze moeten innemen om de be- noodigde hoeveelheid eiwit uit plantenvoedsel te bemachtigen. Ik meen dat een ruini gebruik van eieren, boter, melk en kaas (vooral ook vruchten en vermoedelijk suiker) dus wel degelyk noodig bljjft voor hen, die bet zon der vleesch willen doen, en niet veel spierarbeid verrichten. Immers doen ze dat niet, dan zal naast een overmatige vetvorming s digeBtiestoornis optreden. Zy die een proef nemen met de onthouding van vleesch zullen onder de gestelde voor waarden al spoedig ontdekken dat men zich daarbij heel prettig gevoelt; vooral is het aangenaam voor hen die vatbaarheid hebben voor arthritis. Om het echter in onze huisge zinnen door te voeren, dat gaat niet zoo ge makkelijk om verschillende redenen 1 en dat is toch bepaald noodig om zelf op den duur dit dieet te houden. Wjj zouden dus tot deze conclusie komen dat eene matige vleeschvoeding niet schade lijk is voor lichaam of geest, maar wel voor de beurs en bovendien overbodig voor gezonden. Daarom moet dus het slachten van vee, alleen om het te gebruiken als voedsel, sterk worden a/ge keurd. Maar hiermee is de zaak niet afgehandeld. In de eerste plaats meen ik dat een geheel onthouding van vleesch voor oudere menschen die er aan gewend zyn, of zwakkere gestellen, jst nadeelig, ja zeer gevaarlijk zal wezen. Men dient hier te individualiseeren en in alle gevallen trapsgewijze te werk te gaan. Men springt de trap niet af maar doet dit trede na trede. Bij kinderen gaat 't gemakkelijk. In de tweede plaats zullen de menschen wel gedwongen blyven om jacht te maken op wild en gevogelte, dat zich misschien te sterk zou vermenigvuldigen en groote schade zou toebrengen aan onze vruchten. De struggle for life dwingt ons vaak dieren te doodenwelnu dat vleeschzoo het overigens geschikt is, zal men natuurlijk aan de consumptie niet willen onttrekken. In de derde plaats heeft men ge raagd wat er met al die overbodige koeien nz. moet gebeuren Wel die moeten we houden voor onze zuivelproducten en we heb ben het in onze macht den veestapel te be perken zoo die te groot is of wordt. Het streven der vegetariërs wordt in ons land te weinig gewaardeerd misschien een gevolg van overdrijving. Mij komt het voor dat het tjjd is dat de medici vooral eens eene proefneming met geheel-onthouding van vleesch doen, eerst voor een korten tijd, dan voor langer, eindelijk misschien voor goed. Ik vertrouw dat ze zich daarbjj, evenals by de gebeel-ontouding van alcohol, wel zullen bevinden, en zoo niet, dan toch zullen toe stemmen dat de vleeschvoeding tegenwoordig zeer eenzijdig wordt overdreven. EEN ZIEKENFONDS VOOR RIJKS AMBTENAREN. In een der jongste nommers van het Tijd schrift voor Posterijen en Jelegraphie betoogde de heer J. P. Haanschoten, commies der pos teryen te Amersfoort, de wenschelykheid van de »instelling van een ziekenfonds voor alle Rijksambtenaren, liefst van Staatswege inge steld." Nog beter, doch hy durfde het haast niet opperen«evenals bjj de militairen vrjje geneeskundige hulp en vrij geneesmiddelen van Rjjkswege aan alle ambtenaren en hunne gezinnen." Hij lichtte zyn denkbeeld verder aldus toe: «Zulk een fonds zou recht hebben, ingesteld te worden in onzen tjjd, waarin, men de mee ning voorstaat, dat de werkgever (hier de Staat) hen, die het werk uitvoeren (hier de Rijks ambtenaren) moet verzekeren tegen schade door ziekte, ongelukken, enz. By groote on dernemingen en maatschappijen bestaan die fondsen, en 't is meermalen gebleken boe nut tig zy werken. Door een zoo billy k mogelyk berekende korting op hun jaarwedden hebben o.a. by de Maatschappij tot Exploitatie van Staats spoorwegen de ambtenaren alle geneeskundige hulp en geneesmiddelen vrijbetalen zy 8 per jaar, dan genieten zy dit ook voor hun echtgenooten, terwyl dan tevens hun kinderen in het fonds worden opgenomen, waarvoor zy 2 per jaar en per kind betalen." Volkomen beseffend, dat er nog heel wat water door den Rijn zal moeten vloeien eer de Staat dit Ziekenfonds beeft opgericht, wendde de heer Haanschoten zich tot zyn mede-ambtenaren in alle takken van Rijks dienst om dit zoo nuttig fonds te helpen stichten. »lk twijfel niet, zoo ging hy voort, of bjj de oprichting van zulk een fonds zullen zicb groote bezwaren voordoen; doch aan welk nieuw voorstel zijn die niet verbonden! >Die trachten uit den weg te ruimen, zou mede behooren tot de taak van het voorloopig bestuur. Misschien werpt men my tegener bestaan reeds ziekenfondsen genoeg; die wil, kan daarvan lid worden. My is dit wel bekend, doch, goede eigen hulp is de beste hulpeven- tueele baten komen ten goede van alle ambte naren en vloeien niet in andermans zak de toetreding van allen is dus gewenscht, en mocht de vrjje geneeskundige hulp of de instelling van een ziekenfonds nog eens ooit van rjjks wege kowen uit te gaan, dan is dat voor ons allen zeer zeker de beste oplossing." Het verwondert ons niet dat met dit, naar wij ook meenen, uitmuntend idee, tal van collega's van den schrijver hunne sympathie betuigden. In het allerjongste nommer schreef de heer B. v. G. daaromtrent het volgende «Volkomen kan ik my met het aangevoerde vereenigen en zoo ik hoop en wensch zal de stem van den heer H. by velen weerklank hebben gevonden. Inderdaad, elk ambtenaar of beambte zal bjj ervaring weten, dat op het huishoudelijk budget hoogst bezwaarlijk kos ten kunnen gebracht worden voor geneeskun dige hulp, daar de inkomsten hiertoe meestal ontoerekenbaar zijnen heeft men het onge luk eens een jaar van ziekten te hebben ge had, dan baart het volgende jaar zorg en be krimping van uitgaven om dokter en apothe ker te kunnen betalen. Wat geeft dus meer gerustheid aan de hoofden des gezins dan de zekerheid, dat men steeds zonder bezwaar voor de beurs verzekerd is van geneeskundige hulp, wanneer men genoodzaakt is, die te moeten inroepen. Ook in deze kan weder de zoo schoone en krachtige coöperatie ons helpen. «Eendracht maakt macht" wordt ook in deze weder be waarheid, en als men de handen wil daan, dan zal, dunkt my, het tot stand brengen van een ziekenfonds voor ambte naren en beambten niet tot de onmogelijk heden blijken te behooren, hoewel wjj het ons niet mogen ontveinzen, dat er moeilijkheden, ja veel moeilijkheden zullen zyn te overwin nen voor een dergelijke nuttige instelling het levenslicht zal hebben aanschouwd. Met een enkel woord wil ik mijn gedach ten hieromtrent gaarne mededeelen wellicht geven zjj aanleiding tot bespreking of over weging en zoodoende zouden wij misschien tot een oplossing der quaestie kunnen komen want waar blyft het spreekwoorddu choc des opinions jaillit la vérité. Moeilijkheden om in groote plaatsen, waar veel ambtenaren zyn, een ziekenfonds op te richten, behoeft men, dunkt mjj, niet te vree zen. Daar kan men zeer gemakkeljjk tot overeenstemming komen en coöperatief op treden ook op dit gebied. Een aantal leden is gemakkeljjk te vinden, een arts is ook spoedig gereed zjjne diensten te verleenen, een pharmaceut opent gewillig zyn schat der gezondheid en klaar ia het Ziekenfonds. De verschillende en zeer soliede zoogenaamde ziekenbussen, die allerwege in groote plaatsen bestaan, geven hiervan een klaar en afdoend bewijs. Een andere zaak ochi/t. is hoe men in kleine plaatsen, waar slechts enkele ambtenaren of beambten zijn, in deze zal slagen, daar ook evenzeer zy als lranne ambtgenooten in groote plaatsen van een Ziekenfonds zouden willen genietenen juist voor hen zou zulk een instelling dubbel heilzaam zyn, omdat op kleine standplaatsen veelal de traktementen ook lager zijn dan in groote gemeenten. Om nu de kleine luyden ook te kunnen helpen dient men naar myn meening geheel coöperatief te werk te gaan by de oprich ting van de door den heer Haanschoten bedoelde instelling. Want werkt men in deze niet coöperatief, helpen de grooten de kleinen niet, dan zouden dezen verstoken moeten blijven van hetgeen genen kunnen verkrijgen juist omdat zjj zich, wat stand plaats aangaat, in gunstiger omstandigheden bevinden. Om nu alle ambtenaren, zoowel in groote als kleine plaatsen, bjj ziekte geneeskundige hulp te kunnen verschaffen, riekte men éen fonds op, waarvan de zetel in een der hoofd steden (byv. Amsterdam of Utrecht) is geves- Men heffe van alle leden een vaste jaarlyksche bijdrage per persoon, man en vrouw elk afzonderlijk en kinderen volgens leeftijd naar een lager tarief. Voor deze con tributie waarborge men den leden geheel vrjje genees- en heelkundige behandeling en ge neesmiddelen. Voor het verschaffen van ver loskundige hulp kan men afzonderlijke bepa lingen maken. Maar nu doet zich de vraag voorhoe op kleine plaatsen, waar weinig leden zyn, dus ook weinig contributie wordt ontvangen, mede genees- en heelkundige hulp kan verschaft worden Mjj dunkt op de volgende wijze Men heffe, zooals ik hierboven zeide, een geljjke contri butie van alle leden. Nu kan men natuurljjk in groote gemeenten met veel leden goed- kooper overeenkomsten aangaan met artsen enz., dan in kleine plaatsen. Welnu, daarom kan men dan in de laatste iets meer besteden van het in de grootere gemeenten overschie tende. Men trachte in de kleinere plaatsen, bjj wyze van abonnement, overeenkomsten aan te gaan met geneesheeren, tegen een vast bedrag 's jaars van elk persoon of gezin, waarvoor de arts zich verbindt, zijn hulp en c. q. de noodige geneesmiddelen te verschaffen. Het bestuur van het fonds, dat natuurlijk aan de leden rekenplichtig moet zyn, rekene jaarljjks met de betrokken geneeskundigen enz. af en, my dunkt, de administratie zou zeer eenvoudig kunnen zijn. Nog ditom zoo flink mogelyk te kunnen werken, zou ik als leden willen opnemen alle rijksambtenaren die zich willen aansluiten. Vooral in het belang der kleine plaatsen zou ik dit aanbevelen, daar het dan natuurlyk gemakkelijker zou vallen, met geneeskundi gen overeenkomsten te treffen. Het ligt toch voor de hand, dat een arts zich eerder laat vinden tot een billy k abonnement voor meer leden dan voor een enkel persoonen uit den aard der zaak is op kleine plaatsen het aan tal rijksambtenaren al zeer luttel. Dus alle rijksambtenaren aannemen als lid en dan kan er met goeden wil een flink fonds tot stand komen. Als er maar esprit de corps en solida riteit aanwezig is, kan men veel doen, al is ook alle begin moeilyk." HININTEBIEELE CRISIS. Volgens Ret Vad. is er voldoende grond voor het gerucht, als zon de leider van het nieuwe kabinet de instelling van een negende ministerieel departement wenschen. De zoo- aamde «natte Waterstaat" zou het nieuwe departement vormen en men voorspelt dat aan het hoofd daarvan zal bomen de heer De Marez Oyens, thans administrateur van spoor- en. Het beheer van de landsgebouwen zou dan weder onder bunsten en wetenschappen, dep. van binnenl. zaken, komen te ressorteeren. TERKIEZINGEN. De liberale kiesvereeniging te Smilde heeft met algemeene stemmen tot candidaat voor de Tweede kamer in het district Weststelhng- werf gesteld den heer dr H. Blink. De vrijzinnige kiesvereeninging te Moor drecht stelde voor het district Gouda by ac clamatie candidaat den heer inr H. Ph. de Kanter. KORTEMEDEDEEEINGEN VERGABEBIKOEIV. Onder leiding van den heer Conrad is Maandag te Amsterdam de jaarvergadering van de Vereenigmg tot veredeling van het am bacht gehouden. Het ledental is met 88 toegenomen en be staat thans uit 241. gewone leden met 26ver- eenigingen. De voorzitter deelde mede, dat by den pen ningmeester was ingekomen eene schenking van f 100 van do Maatschappij tot. bevordering van nijverheid tot stjjving der kas. De aftre dende leden der technische commissie dr P. J. Cujjpers en de heer J. A. Frederiks uit iddelburg werden herkozen. In de plaats van de heeren mr A. Bloembergen en G. A, van Schsrmbeek (overleden) werden tot bestuursleden gekozen de heeren J. Troelstra, te Leeuwarden, en Deking Dura, te Zwolle. De rekening en verantwoording, m ontvangst en uitgaaf bedragende 4819 met een batig saldo van 20, werd goedgekeurd. BENUEiHINUM ENZ. By kon. besluit is benoemd tot leeraar aan de R. H. B. S. te Leeuwarden A. L. Brouwer, thans leeraar aan de H. B. S. en het gymnasium te Sneek benoemd tot leeraar aan de R. H. B. S. te Tilburg W. G. van der Meer, tjjdelyk leeraar aan die school, en aan die te Roermond C. J. A. Meerdink, tjjdelyk leeraar aan die school zyn benoemd tot leeraar aan de R. H. B. S. te Utrecht L. G. J. C. Landry, dr D. J. Janssen, B. Gonggrjjp en K. Later, allen aldaarmet machtiging aan dr D. J. Janssen voornoemd om, te geljjk met zyn ambt van leeraar aan de R. H. B. S., dat van leeraar aan het gym nasium te bekleeden is aan P. H. Vreede, inspecteur van den waarborg en de belasting der gouden en zil veren werken bij het dep. van financiën, tevens belast met den contröledienst by het kantoor van den waarborg te 's Gravenhage, op ver zoek, eervol ontslag uit 's rjjks dienst ver leend, onder dankbetuiging is aan de gepensioneerde kolonels J. B. van Oudendjjk Pieterse, commandant van het 1ste reg. veat.-art., en J. J. Schluiter, commandant van het 2de reg. veld-art., te rekenen van den dag waarop hun pensioen ingaat, alsnog de rang verleend van generaal-majoor is aan den commies der posteryen 4de kl. D. J. H. de Wys, op zyn verzoek, eervol ont slag uit 's rjjks dienst verleend. De verkiezing voor een lid van de Tweede Kamer in het kiesdistrict Weststellingwerf, noodig door het bedanken van den heer G. yan der Zwaag is bepaald op 30 Juli, de stemming, zoo noodig, op 6 AugB. en de her stemming, zoo noodig, op 13 Augustus. MEVROUW KllUGER'S DOOD. Haar dood moet niet geheel onverwacht gekomen zyn. Men wist dat mevrouw Kruger zich vooral het overlyden van haar dochter; echtgenoote van Peter Smit, sterk had aangetrokken, Smit was gesneuveld; de En- gelschen verbrandden de hoeve by Waterval en brachten mevrouw Smit naar een kamp Krugersdorp, waar zy ziek werd en stierf. Sedert is mevrouw Kruger zeer onder den indruk van dit verlies gebleven en dit heeft haar gezondheid benadeeld. Volgens berichten uit Hilversum ontving president Kruger de droeve tyding met ge latenheid; hjj zat een oogenblik in gepeins en zeide toen langzaam«Zy was een beste vrouw nooit hebben wjj een woord gehad zes maanden na ons huwelyk over een onbeduidend meeningsverschil." Daarop trok de president zich in zyn kamer terug. Zyn gezondheidstoestand is uitstekend en hy is niet in het minst moedeloos, integen deel zoo veerkrachtig als in den laatsten tyd zelden het geval was. Niemand wordt echter voorloopig tot den president toegelaten. In het overlydenstelegram van Eloff aan den president werd, zooals gemeld, meegedeeld, dat de laatste woorden van mevrouw Kruger waren»Zeg uw vader, dat hy zyn ver trouwen moet stellen op den Heer." De president ontvangt natuurlyk uitgansch de wereld blyken van belangstelling. Maandag is mevrouw Kruger begraven. Bijzonderheden daaromtrent zyn nog niet bekend. bladen wyden waardee- rende woorden aan de overleden vrouw andere bepalen zich tot de eenvoudige ver melding van haar doodenkele kunnen niet nalaten schampere opmerkingen te maken naar aanleiding van haar heengaanook aan het adres van president Kruger. De Times zegt o. a. dat het Engelsche volk sympathie zal gevoelen voor den president van Transvaal, in het groot huislyk leed dat bem heeft getroffen. Daily Chronicle merkt opWat men van president Kruger ook denken moge als staats man, zjjne liuiselyke zeden worden oprecht geacht in Engeland. De slag die hem getrof fen heeft, zal de sympathie van de heele wereld op hem vereenigen. De Standard zegt dat het niet edelmoedig zou zyn van de Engelsehen om hunne sym pathie te weigeren aan den gebannen patriarch Den Haag. Het blad voegt er by Men mag hopen, zonder er echter veel op te rekenen, dat de dood van mevrouw Kruger hem handelbaarder en redely ker zal maken De minder welwillende getuigenissen laten wjj liefst voor hetgeen ze zyn. Ter eere van de militaire autoriteiten te Pretoria moet gezegd worden dat zy de echt genoote van den president bet was diens tweede vrouw met eerbied steeds hebben Ware mevrouw Kruger in gewone tijden gestorven, het feit zou zeker niet zulk een diepen indruk maken en niet zoo algemeene belangstelling wekken. De overledene was eene vrouw die, hoezeer zy ook deelde in het lief en leed van haar volk, de bescheiden rol van huismoeder ver vulde. Zooala wjj reeds opmerkten, met de politiek bemoeide zij zich niet. Nu echter haar dood plaats had onder voor baar volk en haar gemaal zoo tragische om standigheden, nu treft het bericht van haar overlijden algemeen. UIT STAD EN PROVINCIE. Het was Maandagavond een heerlijk zitje in den tuin van het Schuttershof. Het weêr was gelukkig koeler geworden en dan waardeert men des te meer hoe goed beschut men daar zit. Een talrijk publiek was opgekomen en men genoot bljjkbaar zeer van de verdienste lijke uitvoering, door het stafmuziekkorps van het 3e regiment infanterie, van een programma dat veel aantrekkelijks bevatte. Een fantaisie op de opera Faust, voor het groote publiek zoo dankbaar omdat men daar bjj de opera zelf, die bjjna iedereen gehoord heeft, in zjjne gedachten laat voorbjj gaan, lokte luide toejuichingen uit. Trouwens, zjj werd zeer goed uitgevoerd evenals de fantaisie op de lannhauserwaarmee het programma werd besloten. De heer Vroolyk vond niet minder by val na zyn verdienstelijken piston-solo. De heer Barbe had een gelukkigen avond en men zou niet gezegd hebben dat een zjjner goede krachten door een plotseling opgekomen ongesteldheid onmogelyk in zyn volle kracht kon meewerken. De composities van den heer Van dor Hegge jnenMoments capricieux en Elegie bekoorden het publiek bjjzonder. Ze werden ten minste warm toegejuicht, vooral het eerste. Aan een oordeel daarover wagen wjj ons nietwjj laten dit liever aan meer bevoegden overonze muzikale medewerker was door uitstedigheid verhinderd daarover zyn gevoelen te zeggen. Het concert laat stellig een aan gen a- men indruk achterzoo dat velen zeker met belangstelling zullen vernemen dat het muziek korps in Augustus, waarschynlyk Donderdag den 22sten, hier weerkeert om nog een con cert te geven.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1901 | | pagina 1