MIDDELRIRGSCHE COURANT. 1901. W oensdag 8 Mei. N°. 108. 144J Jaargang. Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met u'dzondering van Zon- en Feestdagen, Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor a.le plaatsen in Nederland franco p.p., ƒ2.- Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. THERMOMETER EN VERWACHTING. 7 Mei8 u. vm. 49 gr., 12 u. 52 gr., ar. 4 u. 52 gr. F. Verwacht: matige tot krachtige W. wind, zwaar bewolkte lucht, onweer, weinig verandering van temperatuur. Advevtentien20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en Dankbotaigingen van 1—7 regels 1.50-, elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cont per regel Groote letters naar de plaats, die zij innemen. Tot de plaatsing van advertentiè'n en reclames, niet afkomstig nit Zeeland, betreffende. Handel, Ngverheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algemeen Adï«rtetttle«BHiW»u A. SP 33 Ï,A MAJBt Aan., 31.8. Voorburgwal 266, Amsterdam. Middelburg 7 Mei. De motie-Van Gijn c. s. Tweede kamer. in de {Slot.) De vraag komt daardoor op een e enigszins ander terreinzoo sprak de minister ten slotte. Zg betreft nu niet meer alleen mijn Departement, het geldt nu niet meer een uitsluitend waterstaatsbelang, maar zy wordt nu vastgekoppeld aan de verbetering van ons vestingstelael, met dit ongelukkig gevolg, dat waar men wellicht tegen een uitgaaf van 2 millioen gulden geen overwegend bezwaar zou hebben gehad, de uitgaaf au werd verhoogd met 2.800.000 en daardoor gebracht op minstens 4.5 of rond 5 millioen gulden. Ik noem reeds dadelijk iets meer dan door de Commissie is gedaan, omdat de mogelijkheid niet is buitengesloten, dat, behalve de verbe tering van het Hellegat, verbetering van de vaargeul in het zuidelijk gedeelte van het Volkerak ook noodig zal worden, waardoor de uitgaven niet onbelangrijk zouden sty gen. Een nader onderzoek zal dienaangaande nog wen- schelijk zijn. Nu kan men er verschillend over denken, of een uitgaaf van rond 5 millioen al dan niet te veel is voor de hier besproken belangen; het staat in ieder geval vast dat zulk een uitgaaf zeer belangryk is. Toen dan ook een paar jaar geleden de finaneieele toestand niet zoo bjjzonder gunstig was en niettemin mijner zijds tal van aanvragen werden gedaan tot aanleg van verschillende tramwegen, tot ver betering van het Noordzeekanaal, tot aanleg van een haven te Seheveningen, enz., toen was het begrijpelijk, dat by den Minister van Financiën bezwaar bestond om te gelijkertijd zijnerzijds tot een uitgaaf van 5 millioen mede te werken. Intusschen heeft de Regeering, toen zij haar standpunt in de gewisselde stukken mede deelde, niet verklaard, dat zij daarom er van zou afzien om deze zaak ter hand te nemen. IntegendeelIn de Memorie van Antwoord op hoofdstuk I der Staatsbegrooting voor dit jaar, een stuk geteekend door mjjn ambtge noot van Financiën, is uitdrukkelijk in het licht gesteld, dat de geheele zaak uitsluitend wordt beheerscht door de kosten, in verband met de defensiewerken, en dat, aangezien het een uitgaaf gold van 4V, millioen, het be- grypelyk was te achten dat finaneieele over wegingen aanleiding hebben gegeven, om het voldoen aan de wenschen van Dordrecht en andere belanghebbenden eenigen tijd uit te stellen. In de vergadering dezer Kamer van 5 Decem ber 1900 is dit door den Minister van Finan ciën nog uitdrukkelyk in het licht gesteld, toen hg zeide Wat ik gezegd héb moet in verband worden ge bracht met hetgeen in de Memorie van Antwoord staat en dat sluit volstrekt niet vaardige niet juist is. In den bestaanden toestand, ook zelfs indien onder gunstige om standigheden een schip van 57 d.M. kan bin nenkomen, zooals geschied is, behoeft geen wijziging gebracht te worden in de defensie werken, welke wel noodig wordt wanneer men tot verbetering overgaat. üit het feit dat een 3chip met 57 d.M. diep gang het Hellegat binnengekomen is, heeft de geachte afgevaardigde afgeleid, dat die ver dere verbetering van het Hellegat gemakkelgk tot stand zoude zgn te brengen wanneer men echter de graphische voorstelling inziet, die bier voor mij ligt, de diepte van het Helle van af 1861, dan zal men zien, dat de tegenwoordige toestand zich ook reeds vroeger heeft voorgedaan en weder gevolgd is door een periode van mindere diepte. Ik geloof dus, dat de diepte ook nu niet zal aanhouden en men binnen korten tgd weer tot den ouden toestand zal zgn teruggekeerd. De geachte afgevaardigde heeft er ook op wezen, dat men nu jaarlgks 50.000 uit geeft tot verbetering van het Aardappelengat en dat het dus veel meer aanbeveling ver diende tot rationeele verbetering van het Hellegat over te gaan, maar daartegenover moet ik wel verklaren, dat men met een jaarlyksche uitgave van 50.000, ook na verbetering van het Hellegat, tot onderhoud van dat vaarwater er niet zou komen. De reden, welke ik straks op het oog had en welke elke Regeering, welke ook, aanlei ding zal moeten geven het geheele vraagstuk opnieuw onder de oogen te zien, is echter een andere. Zg is deze, dat het Aardappelengat, dat door baggering in de eerste jaren na 1896 vrgwel op de gewenschte diepte kon worden gehouden, in den allerlaatsten tgd door ver loop van de stroomgeulen byna niet meer op diepte te houden is. Ik heb daarin aanleiding gevonden den hoofdingenieur over de rivieren onderzoek op te dragen naar hetgeen thans te doen staat. Vermoedelyk zal het lg hiervan zgn, dat niet ban worden voortgegaan met baggeren voor een bedrag van 50.000 in het Aardappelengat, maar dat een andere geul in het Haringvliet gevolgd al moeten worden, waarmede een grootere itgaaf, althans voor eens, gemoeid zal zgn. Het komt mg voor, dat het wenschelgk is dit onderzoek af te wachten. De Regeering kan thans bezwaarlgk eenige toezegging doen omtrent haar voornemens en mede in verhand daarmede komt het mij voor, dat er geen aan leiding bestaat voor de Kamer om op dit oogenblik een bepaalde wensch uit te spreken omtrent een wel is waar hoogst gewichtig, maar tevens duur werk. Wat ia dus nu het standpunt van de Regee ring Zg erkent in het algemeen de wensche- lgkheid van verbetering van het vaarwater, maar betreurt het dat deze moet worden vastgekoppeld aan belangryke uitgaven voor defensiewerken. En met het oog op de groote uitgaaf van ongeveer 5 millioen, heeft zg tot dusverre, ook in verband met de vele andere voorstellen die op waterstaatsgebied zgn ge daan, het tijdstip nog niet gekomen geacht, om reeds thans een daartoe strekkend voorstel te doen en zg moet zich wegens de groote uitgaaf die er mede gemoeid is in verband met andere eiBchen die aan de schatkist zgn ge steld, uitdrukkelgk onthouden van het doen van eenige toezegging om binnen bepaalden tgd een voorstel in die richting te doen. Trouwens een dergelgke belofte zou weinig overeenkomen met de bescheidenheid, welke de Regeering in de tegenwoordige politieke tydsomstandigbeden behoort in acht te nemen. Afgescheiden hiervan zgn er andere redenen, waarop ik zoo aanstonds terugkom, die binnen niet langen tgd, dezen zomer of althans dit jaar, elke Regeering, welke ook, zullen nopen de aanhangige quaestie opnieuw onder de oogen te zien. De geachte afgevaardigde heeft ei op gewe zen, dat de natuur ter. hulp is gekomen door verdieping van het Hellegat in den laatsten tgd, waardoor nu reeds met het oog op den toestand een verbetering van de defensiewer ken noodig zoude zgn. Als dit juist ware, dan zou de water wegquaes tie, naar het mg voorkomt, voor Dordrecht gemakkelgk tot een einde kunnen gebracht worden. Intusschen is mg uit een overleg met mijn ambtgenooten van Oorlog en Marine gebleken dat de onderstelling van den geachten afge- Ten slotte kwam hierna de heer Fan Gjjn nog eens aan het woord. merkte het volgende opMynheer de VoorzitterLaat ik beginnen met den Minister van Waterstaat dank te betuigen voor den steun die hg mg verleend, al is kg tot een andere slotsom gekomen dan die waartoe ik hoop dat de Kamer zal komen. Uit het door den Minister gesprokene is dui- delyk gebleken, dat bij volkomen overtuigd is dat de eenige weg om Dordt te helpen is de weg door het Hellegat. Nu wijst de Minister er op, dat reeds by de vorige behandeling der zaak is gezegd, dat hier sprake is van uitstel, niet van afstel. Voor een handelsstad is echter dergelijk uitstel la mort sans phrase. Wanneer zg maanden van het jaar haar waterweg niet kan gebruiken, moet de handel doodgaan, en bg langer wachten zal de handel dood zgn, wanneer de waterweg verbeterd is. Waar Zgn Excellentie heeft medegedeeld, dat volgens door hem ingewonnen berichten het Aardappelengat zonder groote kosten niet meer bruikbaar te maken is, vraag ik of nu de tgd niet aangebroken is om een weg te kiezen die men erkent dat de eenige weg is. Over de technische zijde der quaestie zal ik niet spreken, na hetgeen daarover gezegd is door ons geacht medelid Conrad. De heer Lohman heeft het voorgesteld alsof hier sprake zou wezen van een concurrentie tu8schen Dordt en Rotterdam. Ik zou wen schen dat dit het geval kon zgnmaar Dordt zal Rotterdam niet meer kunnen af dringen van de plaats die het inneemt, maar Dordt zou gaarne houden wat het heeft. Ik meen en ik weet dat verscheidene knappe kooplieden dit oordeel onderschrijven dat het voor Rotterdam een groot voordeel kan zgn een haven dichtbij te hebben, voor het geval er iets gebeurt m den Rotterdanischen Waterweg, of wanneer een groote toevloed van schepen in Rotterdam behoefte aan ruimte en werkkracht doet ontstaanvan concurrentie kan echter geen sprake zgn. Wat het fort aangaat, wil ik gaarne aan nemen, dat op het oogenblik de diepte van dien aard is, dat het fort niet noodig zal zgn, maar wie waarborgt de Regeering dat over een week de diepte niet 1, 2 of meerder meters grooter is Zal de vijand dan wachten tot het fort er is Ik geloof dat het fort toch noodig blyft, en wie de geheime, stukken gelezen heeft, zal met mij eens zijn, dat, terwgl nu het fort geschoven wordt op den Waterweg, de Stelling-Willemstad in den tegenwoordigen toestand onbruikbaar en de vervanging door een tort in elk opzicht gewenscht is. Een en ander by een genomen, meen ik dat de Kamer wel degelijk in deze zaak uitspraak kan doen, waar door deskundigen erkend is, dat het de weg is die gevolgd moet worden en waar het alleen de quaestie is of het wat vroeger of later zal zijn. Ik voel volkomen, dat een bedrag van 4'/a millioen een groot bedrag is, maar men be hoeft het niet in een jaar te verwerken. Het kan verdeeld worden over verscheidene jaren, en ik meen dan ook, dat gerust de zaak kan worden aangevat en handhaaf derhalve mjjn motie. Hierna kwam de motie in stemming. Voor stemden de heeren Tydens, Roessingh, ueenge, Troelstra, Meesters, Ferf, Donner, Drucker, Van Gyn, Willinge, Ketelaar, Harte van Tecklenburg, Passtoors, Pyttersen, Trava- glino, De Ram, Mutsaers, Lucasse, Goedkoop, enge, Michiels van Verduynen, Knyff, Merckelbach, Sohaepman, Krap, Van Kempen, Jansen, Van Kerkwgk, Van Heemstra, Van Gilse, Fokker, Brummelkainp, Geertsema, »ens, Hennequin, Kerdgk, Heldt, Groen van Waarder, De Klerk, Van Raalte, Verhey, Van den Heuvel, Van de Velde, Pgnacker Hordgk, De Ras, Tydeman, Van den Berch van Heemstede, Van der Kun, Noiting, Kolkman, Mees, Conrad, Van Deinse, Houwing en Kool. Reeds is gemeld dat tegen stemden de heeren Van Bylandt (Apeldoorn), Pjjnappel, Van Limburg Stirum, De Savorniu Lobman, Maefcay en de Voorzitter. Zooals zg is aangenomen, luidt de motie thans »van oordeel dat het maken van een water weg voor diepgaande schepen van Dordrecht naar zee is in het belang zoo van deze haven stad als van de binnenlandsche schippery en van de binnenvaart tussclien Zeeland en Noord brabant eenerzgds en de andere deelen des lands anderzgds in aanmerking nemende dat, al moge's lands finaneieele toestand niet gedoogen dit werk ten laste van een begrootingsjaar te brengen, bg verdeeling over eenige jaren de kosten niet van zoo overwegend gewicht zgn dat de totstandkoming van dit werk van groot alge meen belang, nog langer zou moeten worden uitgesteld ipreekt de wenschelgkheid uit dat zoo moge- ljjk nog in den loop van dit zittingjaar, het ontwerp van wet tot het verbeteren van den waterweg van Dordrecht door het Hellegat langs Brouwershaven naar zee worde ingediend". theologische: politiek. Onder dit opschrift wydt de heer J. A. alp er Sesbrugger, te Amsterdam, in het Hbld. aan het woord, door dr. Kuyper gesproken bg de opening der Deputaten vergadering, een beschouwing, waarvan het slot aldus luidt Theologische politiek is principieele politiek en omgekeerd. Theologische politiek is de po litiek van het Christelijk volksdeel, dat zich schaart om den politieken Christus en om het Evangelie. Hier wordt opzettelyk met groote woorden gespeeld om de »kleyne luyden", die bekrompen van blik zgn, te misleiden. Ik tart toch iedereen, dr. Kuyper zoowel als anderen, om mg één zinsnede van Christus te noemen waaruit big kt dat h ij aan politiek heeft ge daan, dat w g het in navolging van hem moe ten doen, dat onze vroomheid minder is, ja niet deugt, als wg niet aan politiek doen. Ik vraag verderwat beteekent zonder nadere toelichting het gescherm met het groote woord het Evangelie"? Welk evangelie bedoelt men hier, dat van Mattheus, van Markus, van Lu cas, of Johannesde evangelie-prediking van Johannes den Dooper, van Jezus van Nazareth, van Paulus van Tarsus of van den Apocalipti- cus Luidt het antwoord alles wat in het Nieuwe Testament geschreven staat, dan wordt het Oude Testament dus weggelaten, en ge schiedt dit opzettelgk, want niemand weet beter dan dr. Kuyper dat in Calvinistische kringen het Oude Verbond evenzeer het woord van God is, als het Nieuwe. Als lokmiddel voor met-Calvinisten wordt dus het vage woord »het Evangelie" gebruikt, waar elders van »de Schrift" wordt gesproken.. Dr Kuyper zegt: »Er is aan alle politiek een vuile kant die afgeeft". Wat is nu de vuile kant der Theologische Politiek van dr. Kuyper Het is allereerst de valsche nederig heid of de nederige hoogmoed, die hem met Koning David doet zeggenHeere, mijn hart niet verheven, en mijne oogen zgn niet hoog. Ook heb ik niet gewandeld in dingen mg te groot en te wonderbaar". In de verbeelding wandelt dr Kuyper toch wel in groote en won derbare dingen. Ziet hg zichzelf reeds Minis ter, ziet hg zichzelf reeds premier, roept hg zgnen volgelingen toe»Onze mannen in den Raad der Kroon", hetwelk overgezet zynde beteekent: »ik, Kuyper, de leider, van God aan de anti-revolutionnairen gegeven, aller eerst er in." Wie ziek zoo bloot geeft, doet ons glim lachen als wg hem zgn volgelingen hooren toeroepen «Vergiftige vooraf geen bedenke- lyke eerzucht uw heilig bedoelen" Van de sociaal-democraten beweert dr Kuy per «wat anders is heel de sociaal-demoerati- sehe beweging dan een jagen naar stoffelyke verryking" Zoo iets schandelyks beoogen de anti-revolutionairen niet. En toch, het vuil dat de theologische, de anti-revolutionnaire, de schriftuurlijke politiek in dezen afgeeft, zet zich om in de volgende woorden »Er zgn er die op posten, er zgn er die op subsidiën, er zgn er die op pensioen, er zgn er die op verhooging van Balans azen", allemaal anti-revolutionnai ren, die volgens dr Kuyper zoo gezind zgn. En wat antwoordt hg aan deze menachen nu Ik zeg niet, dat dit alles niet kan komen, noch ook ontken ik dat veel in zulk begeeren rechtmatig zou zgn". Welk eene partijdige aanmatiging dus, om kortweg den sociaal democraten als doel «stoffelijke verrijking" toe te dichten, terwgl men dit euvel in eigen kring erkend en volstrekt niet afkeurt. Maar het doel van den politieken atrgd mag niet buit zjjn, oreert de antirevolutionnaire leidsman, «al kan de atrgd buit brengen, buit mag het doel van uw strgd niet zgn, of ge voert rooverpolitiek". Zulke woorden, zgn, goed overwogen, louter onzin. Ieder die mee doet aan den politieken strgd, beoogt toch «overwinning" van zgn partjj of de partijen die hem het naast zgn het vuil dat ten slotte alle politiek, incluis de theologische, afgeeft, is het vuil van roof en diefstal, van eerroof, karakterroof, van berooving van alles wat den inensch iets meer doet zgn dan een roofdier. Politiek gewin, is ten slotte vuil gewin. Er zgn geen christelgke volken, geen ohris- telgke regeeringen en er bestaat allerminst eene christelgke politiek. Wat zich zoo noemt, is theologische politiek, is de vuilste van alle vuile politiek. Christelyk in de gewone, dat is de kerkelyke beteekenis, staat vrgwel gelgk met «clericaal". In het werkelyk Christendom, d. i. het Chris tendom van Jezus, is politiek eenvoudig een ondingen onbestaanbaar.*/?! derMenschengesell schaft, die Jesu als Ideal, als »Reich Gottes11 vorsch- webt, und aus der all seine Sittenléhren abgeleitet sind, nehmen Friedfertigkeit und Brilderlichkeit die Stelle der Herrschaft und Gewalt, freie Sittlich- keit, Liébe, die Stelle des Gesetzes einda wider- strebt man nick tnü Gewalt dem Uebel, da giébt n Militür, keinen Krieg, leein Gericht, keinen Eid, keine Vorrechte, keine Ausbeutung, kein reich und arm, hoch und niedrig, keine Herr- scher und Vornehmen, keine Staatm, keine Natio- tiale Schranken mehr". (Dr Bruno Wille, Fhiloso- phie der Befreitungp. 186 en 187.) op verzoek, eervol ontslag verleend als leeraar aan de R. H. B. S. te Zaltbommel bevorderd tot ingenieur van den rgks- waterstaat 8de kl. M. C. E. Bongaerts, thans adspirant-ingenienr. Deze week verleenen de ministers van finan ciën en van koloniën geen audiëntie. Door de arr.-rechtb. te Zwolle is, ter ver vulling oener vacature van rechter in dat college, opgemaakt de navolgende alphabeti- lijst van aanbevelingmr F. 3. Camphuis, rechter in de arr.-rechtb. té Winschoten; mr W, H. van Nee van Meerkerk, rechter in de arr.-reeht. te Alkmaar, en mr P. 0. A. Sich- terman, griffier der arr.-rechtb. te Zwolle. Tegen de helft van September dezes jaars er gelegenheid tot plaatsing van leerlingen aan de Rijkskweekscholen voor vroedvrouwen te Amsterdam en te Rotterdam. Voor bijzonderheden zie men de St. Cl van Dinsdag 7 Mei. In het laatst van September 1901 zal een vergelykend onderzoek worden gehouden voor de betrekking van adspirant-opzichter der telegraphie, waarvoor vyf plaatsen worden No. 105 der St. Ct. bevat nadere bijzonder heden hieromtrent. TERKIEZINGEN. Onze lezers zullen wel bemerkt hebben, dat wg hen slecht op de hoogte houden van de voorloopige candidaten, die in de ver schillende districten in ons land worden ge steld voor de Tweede kamer-verkiezingen. Wg doen dit met opzet. Niet alleen dat, naar onze meening, die op gaven weinig belangstelling kunnen wekken, worden maar ze zoo herhaaldelijk weêr tegen gesproken, dat de waarde ervan zeer gering is. Bjj de stemmingen geven wij weer het ge- bruikelgk overzicht van de gestelde candi daten enz. BENOEMINGEN MZ. Bg kon. besluit is mr C. 3. Sickesz, direet.-gen., chef der 'd. «Landbouw" van het Dep. van Binnenl. Zaken, aangewezen als commissaris, bedoeld in het tweede lid van art. 110 der Grondwet, en hem opgedragen den minister van Binnenl. Zaken bg te staan bg de behandeling in de vergaderingen der Staten-Geneiaal van het ontwerp eener wet, houdende bepalingen be treffende de Staatszorg voor de paardenfokkerij is de Commissaris der Koningin in Gelder land gemachtigd tot het bijeenroepen van de Staten dier provincie in buitengewone verga dering op 5 Juni a.s., ten einde dan aan de orde te stellen de verkiezing van eeu lid van de Gedeputeerde Staten, ter voorziening in de vacature, ontstaan door het overlyden van den heer H. C. van der Houven van Obrdt; is aan F. Brinkgreve en aan S. P. UIT STAD EN PROVINCIE. De eerste uitvoering van de opera Fi garo's Hochzeit is zooals nog in een groot deel der oplaag van ons vorig nommer onder Laatste berichten is gemeld een dag verzet en nu bepaald op Donderdag a., des avonds te zeven uren. Naar wg vernemen, zjjn voor die opvoering op alle rangen nog plaatsen te verkrygen. De tweede uitvoering blgft bepaald op Vrij dag. Gelegenheid om daarvoor plaatsen te bespreken bestaat Donderdag. Wg verwyzen daarvoor naar de desbetreffende advertentie in dit nommer. De korporaal-tisanier J. C. Thomassen, gedurende bgna 30 jaren werkzaam in het hospitaal alhier, is overgeplaatst naar bet hospitaal te Breda. Uit Vlissmgen PrinB Christiaan van SleeswykHolatein kwam Maandagavond met den sneltrein aldaar aan en vervolgde de reis naar Engeland per nachtboot. agmorgen kwam met de nachtboot prins Louis van Battenberg, die per aanslui- tenden trein de reis naar Mainz voortzette. De uitgever dor VI. Cl. brengt in het nommer dier courant van heden, met diep leedwezen ter kennis van de lezers dat de P, L. Mets, sedert vele jaren lid der redactie van dat blad, op het alleronverwachtst is overleden. De liberale kiesvereenigïng te V e e r e heeft voor lid der Tweede Kamer tot voor- loopig candidaat gesteld den heer Arie Smit, oud burgemeester van Vlissingen. De raad van Arnemuiden besloot Maandag om op zgn eerstgenomen besluit terug te komen tot vergrooting der O. L. school met drie lokalen, en voorloopig een lokaal te bouwen aan bet Zuideljjk ge deelte der thans bestaande school. Men meldt ons uit Zierikzee: Maandagavond vergaderde, ten huize van mej. de wed. Kanaar, de liberale kiesvereeni gïng, afdeeling A. Er waren met het bestuur tegenwoordig 62 leden, waarvan 6t steinheb- benden. Na voorlezing der notulen van de vorige vergadering en mededeeling door den voor zitter, den heer J. A. de Bruyne, dat de can didaat der vereeniging, de heer C. J. Hocke Hoogenboom, was gekozen tot.lid der Provin ciale Staten, werd overgaan tot de keuze van candidaten ter vervulling der plaatsen, open te vallen bg de periodieke aftreding der heeren J. H. C. Hejjse, M. Bolle en C. J. Hocke Hoogenboom. De heer F. A. Kloppert noemde als candi daten de aftredende drie heeren. Daar verder geene namen werden genoemd, werd overgegaan tot stemming en vereenigden de aftredende heeren alle stemmen op zich. Van deze eandidaatstelling zal proces-ver baal worden opgemaakt en dit toegezonden aan het bestuur der Centrale liberale kies- vereeniging. Tot afgevaardigden ter vergadering van die vereeniging werden, zoowol voor de Prov. Staten als voor de Tweede kamer, lig accla matie benoemd dezelfde heeren,' die als zoo danig in de laatste vergadering waren gekozen. Daarna werd gelegenheid gegeven om de candidaténlgst voor de verkiezing van een lid der Tweede kamer, thans bestaande uit de

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1901 | | pagina 1