MIDDELBIRGSCHE COURANT.
Dinsdag
7 Mei.
N°. 107.
Ill" Jaargang.
1901.
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor aJe plaatsen in Nederland franco p.p.,/ 2.-
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
THERMOMETER EIS VERWACHTING.
6 Mei8 u. vm. 52 gr., 12 u. 52 gr., av. 4 u. 53 gr. F. Verwacht: matige W. wind,
toenemende bewolking, neerslag, geringe toename in temperatuur.
Advevtentien20 cent per regel. Ctehoorte-, dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 1—7 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Eeelames 40 cent per regel
0roote letters naar de plaats, die zij innemen.
Tot do plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betreffende
Handel, Np verheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het ASgeaaeea Adveïteastie-Burenu
A. 'ÖB LA 81A.R Acn», M.S. 5Ê66» Asms6©iwS.®®uu
Middelburg 6 Mei.
Patrimonium en het Arbeiders
kiesrecht.
Patrimonium begeert eene zoodanige unfc
breiding van het kiesrecht, dat het verleend
worde aan gezinshoofden en daarmee gelijk
gestclden, zóo dat hierdoor aan den arbeiders
stand in zpn geheel het kiesrecht lcome.
Wjj zpn geen politiek lichaam, dat leiding
wil geven aan de politiek, wij zijn een sociaal
verbond, dat van de overheid hoopt een zoo
danig optreden, dat de sociale hervorming
voortgang hebbe en daarom steun geven wil
aan hen, die dit willen bevorderen.
Nu meent men wellicht, dat arbeiders
kiesrecht met sociale hervorming niet nauw
samenhangt, maar dit is onjuist.
Ten eerste, omdat de invloed van den
arbeideisstand bp de sociale wetgeving niet
dan tot schade van deze wordt gemist.
Wjj denken hier aan wat dr Knyper ih '95
schreef«Vandaar onze toeleg om eerst de
electorale kwestie van de baan te helpen, om
dat bovenal voor de regeling van deze (de
arbeiders-) belangen het medezeggenschap van
die volksklassen, wier belangen het geldt, on
afwijsbaar noodzakelijk is."
Dit woord legt den nadruk, waar die gelegd
worden moet.
Het gaat hier om medezeggenschap voor
den arbeidersstand bp de regeling van arbei
dersbelangen.
Waar de sociale hervorming in zoo hooge
mate raakt juist het leven der arbeiders, is
het eisch van gezonde politiek, dat zoo maar
even mogelpk de arbeiders daarbij kunnen
meespreken.
Zoo maar even mogelpk. De beslissing over
de mogelijkheid wil Patrimonium aan de man
nen van de politiek overlaten, op éen voor
waarde, dat het verzekerd zjj, dat de mannen,
op wie deze beslissing rust, tegen de zaak
zelf geen bezwaar hebben.
Wie meent, dat de arbeidersbelangen heel
goed kunnen geregeld worden buiten hen om,
stelt daarmede de arbeiders op éen ljjn met
onmondigen, wier meepraten de zaken maar
vertraagt en in de war helpt. En man
die er zoo over denken, kunnen uitnemende
mannen zpn, uitblinkende in wetenschap en
ervaring, maar zp zouden toch wel tevens
aartsbekrompen zpn, indien zp het niet ver
stonden, dat arbeiders, sprekende namens hun
stand, er anders over denken en voor zich
zelf en hun stand vragen gehoord te worden,
vragen mee te mogen spreken.
Is er wel bezwaarlijk een sterker prikkel
denkbaar voor politieke belangstelling, dan
de wetensohap, dat de politieke actie het
eigen leven raakt.
Is er dan nog niet een bezwaar tegen
onzen wensch Is het waar, dat wp voor den
arbeidersstand een bp zonder kiesrecht eischen
boven andere standen, zooals van hooggeachte
zjj de onlangs werd gezegd
Wp bekennen eerljjk, dat bezwaar niet ten
volle te verstaan. Zpn er behalve de arbeiders
standen nog andere, die het kiesrecht niet
bezitten.
Immers neen.
Of zou het moeten heteekenen, dat de ar
beiders de meerderheid vormen en daardoor
het overwicht zouden krpgen, indien hun
naast de anderen kiesrecht werd verleend?
Indien dat de strekking is van het bezwaar,
zouden wp meenen, dat het, indien het wer-
kelpk afdoend was, zich zelf ook zou opheffen.
Immers scherper oordeel kon er wel niet
worden uitgesproken over de burgerp en de
hoogere standen, dan dat zp gezamenlpk, toe
gerust met al de kracht, die opvoeding, be
schaving, finantieele, Bociale en historische
positie geven, niet opgewassen zouden zpn
teg^n den arbeidersstand.
Welk man van inzicht zal het om het even
zpn, wiens steun hp bij de verkiezingen toe
gezegd krjjgt, dien van mr Loliman of van
diens oppasser.
Wp gelooven er dan ook niets van,
dat de arbeiders eenvoudig de anderen zouden
kunnen overstemmen.
Maar ware het zoo, dan zou dit van zoo
groot en ernstig verzuim getuigen bp de au
deren, van zoo zondige nalatigheid in de ver
vulling der roeping, die bevoorrechten hebben
te vervullen tegenover anderen, dat dan zeker
aan hen, die zoozeer in gebreke bleven,
geen dag langer de behartiging van anderer
belang mag blijven toevertrouwd.
Maar wp gelooven niet, dat dit bezwaar, zoo
opgevat, juist is en wp bljjven vóór Arbei-
derakiearecht.
In dr Euyper's Ons program werd het parle
ment genoemd de geconcentreerde natie. Wie
nu die oog heeft voor dat eigenaardige rpke
leven, dat in de arbeiderswereld tot ontwik
keling komt, wie die gevoelt, hoe daar, in
tegenstelling met het leven in andere kringen,
dat zoo vaak de kwalen van den ouderdom
toont, jong frisch leven gezien wordt, wel vaak
nog zwak, maar met al de bekoring van de
jonge kracht, gevoelt niet, dat het niet aan
gaat, om bij de geconcentreerde natie den
arbeiderstand niet zpn plaats m te ruimen.
Hp behoort daar, hp behoort tot het volk, is
het volk niet, maar het volk ook zou zonder
hem met zijn.
Zeker, Patrimonium wil geen politiek drjjven
en de leiders der Christelpke partijen hebben
onder ons crediet genoeg om ons rustig te
laten wachten, maar helder en duidelijk dient
het ook nu uitgesproken, dat het om de be-
teekenis der sociale politiek voor het arbei
dersleven enom de beteekenis van den
arbeidersstand voor het volksleven komen
moet tot arbeiderskiesrecht.
Wij bieden onzen lezers deze uitknipsels j
aan uit een hoofdartikel in het jongste nom-
mer van Tatrimonium, onder redactie van den
heer A. S. Taluia; uitknipsels, waarvan de
inhoud door ons met sympathie en instem
ming vaak is gelezen.
Die lezers nemen, als zp dit eenigszins
kunnen, van het opstel in zpn geheel kennis.
En de aandachtige, onpartpdige lezer zal dan,
met ons, den grondtoon ervan nagaande, zeker
wel verbaasd staan over de slotsom.
Hp zal zich daarover te meer verwonderen
op grond van de door den schrijver aange
haalde woorden, in 1895 gesproken door dr
Kuyper over de noodzakelijkheid om de volks
klassen te doen meespreken en eerst de
electorale kwestie van de baan te helpen.
Tenzjj het in zjjne bedoeling lag wat
zeker niet het geval was om, zooals in
1901 de Deputaten m Utrecht deden, die
kwestie geheel van de baan te schuiven.
Geen enkel woord van protest, krachtig
protest komt er in het opstel van Patrimonium
voor over het besluit der Deputaten-vergade-
ring om het kiesrechtvraagstuk commissori
aal te maken.
Maar wel wringt de schrijver zich in allerlei
bochten om toch zooveel mogelpk dit goed te
praten en de arbeiders niet ontevreden te doen
worden.
Zoo behartigt men niet de belangen der
arbeiders, die men beweert niet op éen ljjn
met onmondigen te willen stellen, maar die
men toch op deze wjjze wel tot sj
maakt van de mannen der politiek.
De motie-Van Gijn c.s. in de
Tweede kamer.
Vervolg.)
Na den heer Conrad kwam de heer Lely,
Minister van Waterstaat, Handel en Nijver
heid, aan het woord.
Hp zeide«Mjjnheer de Voorzitter
Zooals het met al onze havens die voor
de zeescheepvaart toegankelijk zpn, gegaan
is, zoo is het met de haven van Dordrecht,
ook gegaan. Voor de zeevaart worden, lang
zamerhand grooter schepen met meer diep
gang gebruikt en een noodzakelijk gevolg
daarvan is, dat men tot verdieping van den
toegangswegen moet overgaan, wil men de
concurrentie met andere havens kunnen vol
houden. Het is niet onnatuurlijk dat Dordrecht,
waar een groote houthandel is en waar in de
laatste jaren voor den houthandel gebruik
gemaakt wordt van diepgaande schepen, die
op Amerika varen, de behoefte is ontstaan
aan een dieper vaarwater.
Mjjn ambtsvoorganger, die van het nood
zakelijke hiervan overtuigd was, heeft dan
ook een Staatscommissie ingesteld, om te
onderzoeken langs welken weg aan de ver
langens van Dordrecht zov» kunnen worden
voldaan.
Dat het hier een betrekkelpk groot belang
geldt, waarvoor het verantwoord is belang
rijke sommen, ook van Rpkswege, beschikbaar
te stellen, moge blijken uit een vergeljjking
van de zeescheepvaartbeweging van Dordrecht
met die van andere havens. De scheepvaart
beweging van Dordrecht over 1898 kan in
ronde cjjfers gesteld worden op ruim 400.000
M8. Wel is waar is deze scheep vaartbeweging
zeer klein, vergeleken met die van het mach
tige, nabij gelegen Rotterdam, dat thans een
scheepvaartbeweging heeft van ruim 16 mil-
lioen M3., dus ongeveer 40maal grooter, maar
in vergelijking met de scheepvaartbeweging
in andere zeehavens, waarvoor evenzeer van
Rpkswege belangrpke sommen zijn of worden
uitgegeven, en ik denk hierbij aan de havens
van Harlingen en Delfzpl, is die van Dord
recht van beteekenis. Voor Harlingen zpn
reeds millioenen uitgegeven, terwijl voor Delf
zpl belangrpke werken in voorbereiding zpn,
die, naar ik hoop. spoedig tot uitvoering zul
len komen.
De scheepvaartbeweging van Dordrecht nu
was in 1898 in ronde cpfers, ongeveer het
dubbele van die van Delfzijl en ongeveer ge-
lpk aan die van Harlingen.
De ^Staatscommissie heeft haar taak breed
opgevat en verschillende wegen, welke ter
verbinding van Dordrecht met de zee zouden
kunnen dienen, onderzocht. Toen het verslag
der Staatscommissie was ingekomen, heb ik
gemeend, ook met het oog op de omstandig
heid, dat de laatste zinsnede van dat verslag
te denken gaf de Commissie gaf namelijk
als haar meening te kennen, dat, met het oog op
de belangen van Dordrechtde vijfde waterweg
langs den Hoek van Holland door den Nieu
wen Rotterdamschen Waterweg en de Oude
Maas de voorkeur verdiende, en hieruit maakte
ik op, dat een andere waterweg wellicht met
het oog op andere belangen, de voorkeur zou
kunnen verdienen dit rapport te moeten
stellen in handen van den hoofdinspecteur en
de inspecteurs van den waterstaat.
De aangegeven oplossing, hoe goed overi
gens wellicht voor Dordrecht, bracht mede
dat de scheepvaart zou zpn bezwaard door
twee stoomtrambruggen, terwijl zp wellicht
later tot bezwaren aanleiding zou kunnen
geven, indien met het oog op de belangen
van den Rotterdamschen waterweg tot een
scheiding van de Oude Maas en den Rotter
damschen Waterweg moest worden overgegaan.
Ook nog op grond van andere technische over
wegingen kwam die water-weg niet wenscheljjk
voor, om als zeescheopvaartweg van Dordrecht
te dienen. En wat angaat den zesden water
weg langs Rotterdam, door den geachten afge
vaardigde uit Goes genoemd, zeer stellig zou
dat de meest eenvoudige oplossing zpn, indien
men geen rekening behoeide fce houden met
de overwegende bezwaren, aan dien waterweg
voor de zeevaart van Dordrecht verbonden.
Het is niet het bezwaar dat de geachte afge
vaardigde noemde, dat Rotterdam zelf als
het ware zou zpn een drempel voor de vaart
van Dordrecht, neen, het is het bezwaar van
de spoorwegbrug die gepasseerd moet worden
en die als een sluitboom zou zpn welke de vaart
naar Dordrecht afsluit. Immers een spoor
wegbrug, die 18 a 20 van de 24 uren gesloten
is, zoodat zp haast het karakter krijgt van
een vaste brug, levert voor de scheepvaart
zóo groote bezwaren op, dat ik zelfs plannen
heb laten ontwerpen tot omlegging der spoor
baan bp Rotterdam, plannen, waarvan de
uitvoering millioenen zal kosten en van welker
verwezenlijking in de eerste jaren wel geen
sprake zal kunnen zpn. Toch is het een
eerste eisch voor de zeescheepvaart, dat zp
niet worde gehinderd door spoorwegbruggen,
die slechts zelden open zpn.
Kan men dit bezwaar niet ontgaan, zooals
voor Amsterdam ten deele het geval is, dan
moet men wel tevreden zpn met hetgeen men
krpgen kan, maar zonder bepaalde noodzake
lijkheid blpft het een eisch voor een zeeha
ven, dat zp te bereiken is zonder door spoor
wegbruggen, bepaaldelpk door bruggen die
bjjna altijd gesloten zpn, te passeeren.
Rotterdam houdt te récht aan dien eisch
vast en legt alle nieuwe havens aan beneden
de spoorbrug en legt zelfs geen goederen-
spoor over de monden der havens, ten einde
de zekerheid te hebben dat de zeeschepen
de havens kunnen bereiken, zonder door een
spoorbrug gehinderd te worden.
Dat bezwaar wordt ook te Dordrecht in
hooge mate gevoeld en is zelfs een van de
redenen, waarom men aldaar, indien de ver
betering van den waterweg naar zee verzekerd
is, wil overgaan tot het maken van een nieuwe
haven beneden de spoorwegbrug, waarmede
een uitgaaf van ongeveer een millioen gulden
gemoeid is. Indien nu deze vaart wordt ge
leid langs Rotterdam, dan zou hetzelfde be
zwaar weer in het leven worden geroepen en
het komt mjj voor, dat reeds met het oog
daarop van een verbetering van den waterweg
naar Dordrecht langs Rotterdam, die ongeveer
27» millioen zou kosten, bezwaarlijk sprake
zal kunnen zpn.
Maar er waren nog andere redenen om de
zaak uit een meer algemeen oogpunt te bezien
en zich niet te beperken tot de clonclusie
waartoe de Staatscommissie is gekomen.
Bij het tot stand brengen van een verbe
tering van den waterweg van Dordrecht naar
zee kunnen ook andere groote scheepvaart-
belangen betrokken worden. Reeds langen
tijd is gevraagd een verbetering van den
j waterweg door het Hellegat, niet alleen voor
de zeevaart van Dordrecht, maar ook ter
betere verbinding van de noordelijke met de
zuidelijke provinciën. De heer Smeenge heeft
voorts er aan herinnerd, hoe hier herhaaldelijk
is ter sprake gekomen de noodzakelijkheid
van het maken van een vluchthaven aan het
Yolkerak of de Krammer nabij den polder
Galathea, ten einde, bij den ongunstigen
toestand van het vaarwater, bp ruw weer
gelegenheid te geven voor een veilige ligplaats.
Nu ligt het voor de hand, dat wanneer het
Hellegat verbeterd wordt en de dam wordt
aangelegd, die in het ontwerp der Staats
commissie is opgenomen, van een dergelijke
vluchthaven, die enkele tonnen zou kosten,
geen sprake meer behoeft te zpn, omdat dan
de schepen niet zouden behoeven te vluchten
in een vluchthaven, maar een veilige reede
zouden vinden bij den ontworpen dam.
Dit alles bp elkander genomen en voorts
overwegende, dat het Hellegat thans ook een
vaarwater is waarin, na het tot stand komen van
de nieuwe stoomtramlpn NumansdorpZjjpe,
een belangrpke passagiersvaart plaats heeft,
kwam het mp voor, dat, geheel afgescheiden
van alle andere overwegingen en van het be
lang van de zeescheepvaart voor Dordrecht,
aan de verbetering van het Hellegat op zich
zelf groot voordeel isverbonden. Nu men
eenerzpds stond voor een uitgaaf van 2'/,
millioen voor den weg langs Rotterdam, en
anderzpds voor een uitgaaf van rond 2 millioen
voor verbetering van het Hellegat, kwam het
mij uit een zuiver wate>*staatsoogpunt voör,
dat de voorkeur moest gegeven worden aan
de verbetering van het Hellegat.
Naar aanleiding van dit plan, opende ik
besprekingen met mjjn ambtgenooten van
Oorlog en Marine, over de vraag, in hoeverre
een dergelpke verbetering van het Hellegat
zoude medebrengen de noodzakelijkheid van
het maken van defensiewerken. Het resul
taat van die besprekingen is bekend. Mpn
ambtgenooten waren, helaasvan oordeel, dat
de verbetering van dit vaarwater de noodza
kelijkheid medebracht om kostbare defensie
werken te maken, werken die ook op zich
zelf een groote verbetering zonden brengen in
ons bestaand verdedigingSBtelsel, maar dié toch
niet noodzakelpk zouden zpn, indien tot ver
betering van het vaarwater niet werd over-
(Overvloed van stof dwingt ons nogmaals
te zetten Slot volgt).
Vrijzinnig-democratische Bond.
Aan het einde der, Zaterdag te Amsterdam
door dien Bond gehouden algemeene verga
dering is, zooals in een deel der oplaag van
ons vorig nommer in 't kort nog is gemeld,
besproken de voorbereiding der
Btaande verkiezingen
Door den heer Zeilmaker werd gevraagd
welk standpunt dient ingenomen bp herstem
mingen, aangezien er in dezen verschil schijnt
te bestaan tusschen de heeren Treub en
Drucker, en van andere zjjde werd gevraagd
wat fce Steenwpk ter sprake kwam
men bp eerste stemming een sociaal-democraat
mag steunen.
Prof Treub merkte op dat het moeilijk is
om nu reeds 'beslist te zeggen wat men bjj
herstemmingen heeft te doen, aangezien er
allerlei omstandigheden kunnen komen.
Niettemin blpft hp van oordeel, dat, waar
de Bond allereerst wenscht algemeen kies
recht, willen de sociale hervormingen met
vrucht tot stand kunnen komen, grondwets
herziening in de eerste plaats daarvoor noodig
is. Waar nu bp herstemming de eene candi-
daat de eerste vier jaar niets van grondwets
herziening wil weten, de sociaal-democraat
wel, daar gaat bij hem de sociaal-democraat
voor. Maar daar is b.v. de heer Rink deze
verklaart zich voorstander van grondwetsher
ziening, doch keurt scheiding in de liberale
partij af. Dit nu is wel een slap standpunt,
dat prof Treub afkeurt, doch hij zou daarom
mannen als den heer Rink, zelfs bp eerste
stemming niet willen weren. Overigens zal
lip steeds dit door hem aangenomen stand
punt handhaven.
De heer Ketelaar vroeg klaren wpn te
schenken: is de meening van prof. Treub ook
die van het voorloopig bestuur?
De heer C. V. Gerritsen, lid van het Voor
loopig Bestuur, zeide dat hp voor zich het
standpunt van den heer Treub volstrekt niet
deelt; er kunnen zich allerlei eigenaardige
toestanden voordoen bp herstemmingen. Wie
heeft er belang bp, dat men zich nu reeds
gaat uitspreken Niemand dan de sociaal
democraten. Spreker heeft er zeer groot be
zwaar bp, zich nu reeds te verklaren aan
gaande toestanden, die niet te voorzien zpn.
Gesteld de heer Ketelaar komt in herstemming
met een liberaal, en er is in een ander district
te Amsterdam ook herstemming, waarbij een
i vrpzinnig-democraat betrokken is, dan zal men
misschien water bij den wpn moeten doen
om den heer Ketelaar gekozen te krjjgen.
Het is ongeraden de partij nu reeds tot iets
te binden, wat misschien onmogelpk wordt.
Prof. Treub is het er over eens, dat de
partp zich nu zeker niet kan binden, doch
hp vertrouwt dat niets gedaan zal worden dat
een verloochening kan zijn van het verkie
zingsprogram of de beginselverklaring.
De heer Van den Bergh merkte op dat de
heer Drucker zich niet beslist heeft uitgelaten
over de kwestie of men bp herstemming een
liberaal of een sociaal-democraat zal hebben
te kiezen.
De voorzitter zeide dat het voorloopig be
stuur zjjne opinie -heeft neergelegd in de aan
de leden toegezonden circulaireoverigens
zal het definitieve bestuur in dezen ten slotte
advies hebben uit te brengen. De vergadering
zou z. i. ook verstandig doen zich ook thans
niet uit te spreken, doch af te wachten de
herstemmingen, alvorens men beslist hoe te
handelen.
De heer Gerritsen verklaarde het ongeraden
uit te maken dat men in districten, waar geen
vrpzinnig-democraat wordt gesteld, den sociaal
democraat zal steunen. Op die wjjze zal men
overal sociaal-democraten gesteld zien j het is
beter te handelen naar omstandigheden en
vrp zpn te kiezen wie men het beste acht.
Prof. Treub achtte het in dergelpke gevallen
goed eerst overleg te plegen met het definitief
bestuur. Wanneer men bp eerste stemmingen
geen eigen candidaat heeft, dient men hem
steunen, die het naast staat, doch het is
het meest aanbevelenswaardig te beginnen
eigen candidaten te stellen.
Er werd nu uit de vergadering gevraagd
een duideljjk aangeven van het standpunt in
dezende Ztvolsche Courant heeft geschreven
dat prof. Treub in Steenwpk heeft aanbevolen
er geen eigen candidaat is, den sociaal
democraat te steunen.
Prof. Treub merkt op dat dit verslag dan
onjuist is; trouwens het komt veel voor dat
de verslagen van politieke redevoeringen in de
bladen niet juist zpn, wat niet altjjd de schuld
is der verslaggevers, eensdeels omdat zjj niet
alles kunnen weergeven, anderdeels omdat
hun verslagen vaak door de redactie worden
veranderd.
Het slot der discussie was dat aangenomen
werd een motie van mr Visser, waarin werd
kennen gegeven dat het thans onmogelijk
onwenschelpk is een bepaalde gedragslijn
bp de a. b. verkiezingen en herstemmingen
aan te geven.
De benoeming der leden van het definitief
bestuur deelden wp in ons vorig nommer
reeds mee. Wjj dienen daaromtrent alleen
nog te melden, dat, behalve de heer Pjjnacker
Hordjjk, ook de, evenals hp, aanbevolen heeren
Fokker, Heldt en Schilthuis te kennen hadden
gegeven, voor eene benoeming niet in aan
merking te willen komen.
Het bestuur heeft naar wjj vernemen
uit zpn midden gekozen de heeren mr E. A.
Smidt tot voorzitter, mr A. Kerdjjk tot vice-
voorzitter, C. A. Zelvelder tot secretaris, en
J. Hoven tot penningmeester.
HOOGSTAANGESLAGENEN.
Ingevolge art, 105 der Kieswet bevat de
St. Crt. van Zondag en Maandag de, door Ge
deputeerde Staten der provinciën vastgestelde,
voorloopige ljjsten van hoogstaangeslagenen
in de Rpks directe belastingen. Deze zpn,
zooals men weet, verkiesbaar tot leden der
Eerste kamer.
Bjj het opmaken dezer lijsten is rekening
gehouden met de uitkomsten der volkstelling
van 1899, waardoor het aantal hoogstaange-
slagen thans bjjna 400 meer is dan het vorige
jaar, toen men zich nog aan de cjjfers dei-
volkstelling van 1889 had gehouden.
Het aantal op de lpst gebrachten en het
laagste bedrag van aanslagen, dat tot de
plaatsing op de lijst heeft geleid, is voor de
verschillende provinciën als volgt:
Provincie: Aantal: Laagste Bedrag:
99
281.86
523.85
222
499.70»
Noord-Brabant
369
428.80
144
441.67
187
342.45
226
453.87
Noord-Holland.
645
835.19'
167
1081.54
Zuid-Holland
762
979.80
377
670.52"
In een volgen
d nommer
geven wp de lpst
van Zeeland in haar
BUITENLANDSCH MEEL.
De Nederlandsche Vereeniging van Handelaren
in Buitenlandsch meel heeft zich met een adres
tot de Tweede Kamer gewend, om te wjjzen