buitenland. LAATSTE BERICHTEN. Wurtemberg aan het hoofd, heeft echter een bedrag van een millioen mark bijeengebracht, teneinde graaf Zeppelin in staat te stellen zjjn onderzoekingen voort te zetten. Het gerechtshof te Potenza, in Italië, heeft dezer dagen twee honderd dertig per sonen gevonnisd, behoorende tot een geheim genootschap, dat zich diefstal en moord ten doel stelde. Het totaal der opgelegde straffen bedraagt niet meer of minder dan zes honderd jaar gevangenisstraf. Er waren dan ook 230 misdadigers te veroordeelen Godsdienstwaanzin. Een blad uit Reval in Estland behelst de volgende bjjzonderhedenover een eigenaardig soort van godsdienstwaanzin, die zich by het landvolk in die streken vertoont. Eiken avond komen de geloovigen ten huize van een voorganger bpeen. Terwijl deze gebeden prevelt, wentelen de hoorders zich in het stof en huilen en snikken onophoudelijk op hartbrekende wjj ze. Zjj leveren een jammer- ljjk schouwspel op. By de meesten, de vrouwen vooral, zjjn de oogen door het vele huilen en het liggen in stof en vuil vuurrood ontstoken. Sommigen zjjn al stekeblind. Door bovenmatige overspanning van de zenuwen zjjn vele boerinnen suf of idioot gewordenwerken doen zjj niet meer, alleen maar bidden en weenen. Deze sectarische beweging, die een geheele bevolking dreigt te demoraliseeren, moet voortdurend toenemen. Zoo ziet men dat overal, in meerdere of mindere mate, zich gevallen van godsdienst waanzin voordoen. Wie zegt: hoeveleslacht offers daarvan ook in onze maatschappjj de gestichten van zenuwljjders vullen, die Bteeds vermeerderenDe dryverjj van vele voorgan gers moet de menschen wel krankzinnig maken. Het Vorstelijk ecbtpaar te Amsterdam. De cour van gelukwensching, Dinsdag middag ten paleize te Amsterdam gehouden, was zeer druk bezocht. H. M. de Koningin was in een blauw zyden japon gekleed; de prins stond aan de zjjde zjjner gemalin. Aan het gala-diner ontvingen de gasten de welgelijkende portretten van H. M. de Konin gin en prins Hendrik, in een sierljjk passe partout. Ofschoon de illuminatie in het water viel, waB het Dinsdagavond kolossaal druk op straat en was hier en daar het electrisch licht ontstoken, terwjjl ook enkele gebouwen met kaarsen waren verlicht. Een der schoonste decoratiè'n met gloeilicht was het huis van Electra op de Heerengracht. Heden seint men ons De aubade van 2000 zangers, leden van verschillende zangvereenigingen, die van inorgen, onder leiding van den heer Anth. H. Tierie, op den Dam plaatB had, werd begun stigd door frisch, droog, doch vrjj koud weder. De wind was van het paleis af, zoodat ver moedelijk een deel van den zang voor de vorstelijke familie verloren ging. De Koningin was gekleed in een crème wandelcostuum met bont. Zjj was met den prins, de Koningin-Moeder, die in een lila toilet was gekleed, en den hertog regent by het zingen van het eerste lied het koraal uit Lobgesang van Mendelsohn voor het venster van het paleiR gezeten. Het tweede liedhet zegekoor uit het oratorium Josua, van Hündel, werd door het vorstelijk echtpaar staande op het balcon aangehoord. Toen het laatste nommer der aubade, het Wilhelmuswas geëindigd, verschenen de Koningin en Prins Hendrik weder op het bal con en werden toen luide door het publiek en de zangers toegejuicht. De Koningin was, ondanks het koude weder blootshoofds. Nadat de aubade geëindigd was juist te tien uur werd de heer Tierie aan de vorste lijke familie voorgesteld. Hem werd verzocht den dank van het echtpaar aan de zangers over te brengen. Na de aubade bracht de hertog-regent een bezoek aan het museum-Six, Verder had heden ochtend weder een cour van gelukwensching plaats, waaraan vele civiele en militaire autoriteiten uit heel het land deelnamen. De Koningin en prins Hendrik reden te twee uur in de zoogenaamde Gouden koets, die met zes paarden was bespannen, stapvoets naar het rijksmuseum, om de huldebetooging van corporaties en vereenigingen in ontvangst te nemen. Op den weg naar het Museum was overal een talrijke menschenmassa geschaard, die een golvende zee geleek en de vorstelijke personen hartelijk toejuichte en toewuifde, wat door de Koningin met diepe buigingen en door Prins Hendrik met het militaire sa luut werd beantwoord. De Koningin-Moeder met den Hertog-regent maakten in een met vier paarden bespannen rytuig het bezoek aan het Museum en den rijtoer mede. Ook zjj werden overal uitbundig toegejuicht. De voorhal van het Rijksmuseum was met bloemen en planten versierd, die van stads wege waren afgestaan. De treden van de trap waren eveneens met bloemen getooid. Op een verhevenheid op de estrade waren vier gouden troonzetels voor de vorstelijke personen geplaatst, daarachter een beeld, de victori voorstellende. Op de estrade waren 100 zetels voor de officieele genoodigden. De Koningin was gekloed in een licht blauwe japon met donker bont en droeg een witten hoed. Een twaalftal jonge dames ontvingen de booge bezoekers en de dames Blooker en Eerman boden de Koninginnen bouquetten aan. De corporaties defileerden met hare vaan dels voorbjj het echtpaar, terwijl aan H. M. de Koningin een hulde-adres werd aangeboden. Dit werd overhandigd door den heer Kater met eene rede, waarin hjj, namens tiendui zenden mannen en vrouwen uit het volk, aan H. M. en Z. K. H. de verzekering gaf van hunne warme liefde voor het »van God ons ge schonken" vorstenhuis en voor de Koningin, die door het zenden van de Gelderland naar Zrtid-Afrik.a zich haren voorvaderen waardig toonde. Nu de Prins zich door het huweljjk met onze Koningin aan het lot van ons volk ver bonden heeft, uitte hjj do hoop voor het hor leven van den bloei van ons geliefd Oranjehuis, tot heil van het volk en van het vaderland. De beteekenis van hetgeen Oranje voor Nederland was en is, verheerlijkte de heer Kater nog nader in de vrjje navolging van een versje uit 1798. Het adres van hulde was een naklank van zjjne rede. Een kinderkoor zong daarna verschillende liederen. Nadat dit huldebetoon was afgeloopen, wer den door het echtpaar verschillende kunst werken in het museum bezichtigd, waarna een rjjtoer door de stad werd gemaakt. Men sckrjjic ons nog uit Amsterdam het volgende eigenaardige voorval tjjdens den intocht van het vorsteljjk echtpaar op Dinsdag Regen, regen, regen 1 En de wind zweepte de regendroppels her en der. Daar nadert de stoet Het publiek éen dak van parapluies. De hofdames ook onder parapluies. Op een brug ziet men het koninkljjk rijtuig. Een roept»de Koningin heeft niet eens een parapluie." En onmiddellijk het geroep »geen parapluies En warempel alle parapluies neerop een na, maar die kon toch geen dienst meer doen omdat een paar stokken werden gebruikt 't Regende maar altjjd door, doch heel Amsterdam volgde de Koningin en deed of het niet regende En vol dat het overal was Heden middag omstreeks vier uur had in de kazerne Korte Noordstraat alhier een ernstig ongeluk plaats. Een zware trap, die by de verbouwing ver plaatst was doch nog niet voldoende beves tigd was, viel, waarbjj de werkman E. uit Middelburg een schedelbreuk bekwam, den werkman V. uit Vlissingen de linkervoet werd gewond en de fourier M„ van het gar nizoen alhier, een been brak. YMssiaigem. Heden middag te 2 uren had ten raadhuize alhier de inschrijving plaats voor de le, 2e en 3e keuze van staanplaatsen ter gelegenheid van de jaarmarkt. Er waren 22 biljetten ingeleverd. Voor stoomcarousels, waarvoor een minimum was vastgesteld van 1000, werd ingeschreven ad 700 en 581, waarvoor de plaatsen ech ter niet gegund werden. Yoorts werd ingeschreven voor scheepjes molens, een panorama, een wassenbeeldenspel, photographietenten, poffertjes-, wafels- en an dere kramen en verdere inrichtingen, waar voor de biedingen varieerden van 5 tot 126.25. De geheele opbrengst is voorloopig 607.25, tegen 2118 in 1900. Yeeve. Bij deze gemeente is een vier- mastschip op het Noordland gestrand. De Bergingmaatschappij vertrok derwaarts. Niesaw en ®t. J®©s1um«I. Tot secretaris en ontvanger dezer gemeente is benoemd de heer P. Baurdoux, die als zoodanig tijdelijk werkzaam was. JKierakzee. De voordracht voor djjkgraaf van den polder De Vier bannen van Duiveland beBtaat uit de heeren Giljam, Ouwerkerk, Van Westen, Nieuwerkerk, en Verstraaten, Ouwerkerk. 's Gravenhage. Een groot aantal raads leden zullen in de eerstvolgende gemeente raadszitting voorstellen te besluiten van ge meentewege een nieuwen schouwburg te doen bonwen en eene raadscommissie te benoemen tot uitvoering der te nemen besluiten. Tweede kamer. In de heden gehouden zitting werd de behandeling der militiewet voortgezet en wel met het debat over amen dementen, rakende het contingent in verband met den oefeningstyd. Door den heer Kuyper werd uitvoerig zijn amendement verdedigd om vooroefeningen te doen houden door hen die twee of vier maanden later mogen opkomen. Hjj wilde daardoor 't goede stelsel der regee ring van verkorten oefeningstij d tot vier maanden verbeteren, daar de uitwerking van het plan der regeering de kracht van 't leger zou kunnen verzwakken. De meerdere kosten schatte hjj op 12 ton te bestrjjden uit een weerbelasting, die wel twee en een half milioen kan opbrengen. De heer Tydeman lichtte zjjn araendement toe om voor kortere oefening het alleruiterst aan te wjjzen lotelingen die voldoen aan de te stellen eischen van bekwaamheid. Door den heer Verhejj werd een door hom ingediend amendement toegelicht om gymnas tiek te vorderen van hen die het voorrecht hebben van de keuze van hun garnizoen. De minister van oorlog verzette zich tegen eene wetteljjke vastlegging van den oefenings- tjjd op 8 maanden 5 hjj wenscht geen breidel voor de regeering. Hij bestreed daar om alle amendementen, waardoor 8 of 8Va maand oefening in de wet zal worden opge nomen. Het amendement-Kuyper bestreed deminis- ter, daar het z. i. voor vele leden een strui kelblok zal zijn om.de wet aan te nemen. De minister nam daarentegen over het amendement-Tydeman om by besluit vast te stellen het aantal aangewezenen voor volledige en korte oefening. Verder wilde de heer Eland meegaan met een ander amendement van denzelfden afge vaardigde om voor korten oefeningstyd aller eerst in aanmerking te doen komen hen die- voldoen aan bepaalde eischen. Bij de verdere beraadslaging hebben de heeren Lobman en Van Bylandt (Apeldoorn) de houding van den minister hrachtig ver dedigd. De minister kondigde aan de formuleering van nadere wijzigingen in verband met het gesprokene. Vrijdag voortzetting. Batavia. Een patrouille, in Pidie rond trekkende, bevond Paja Renbee krachtig ver sterkt en stiet op een levendig verzet. Wij. kregen twee dooden en twee gewonden. Uit Kota-Radja zijn artillerie en troepen gezonden. Londen. De zitting van het Lagerhuis was zeer stormachtig. Balfour vroeg sluiting van de debatten over de aanvrage van 17 mil- liqen. pond. lfeï; werd toegestaan met 220 tegen 117 stemmen. Daarna werd de begrooting verder besproken. Zekere Ieren weigerden het Huis te verla ten. De voorzitter deelde hierop een houding aan den speaker mede, waarop Balfour voor stelde, dat elk hunner tydelyk zou verboden worden de zitting bjj te wonen, welk voorstel werd aangenomen, doch de beambten waren niet in staat hen te verwyderen. Dit gelukte aan 12 politieagenten, die daartoe geweld moesten gebruiken. Eenige hunner riepen by het verlaten van de zaal »God bescherme Ierland Toen allen verwyderd waren, keerde de rust terug. De Middelburgse he courant wordt 's avonds te zeven uur in Vlissingen uitgegeven. Dagelijks worden, tegen twee gulden per kwartaal, abonnementen aangenomen door den agent C. N. J. DE VEY MEST- DAGH aldaar. Algemeen Overzicht. In het Britsche Hoogerhuis heeft Maandag een discussie plaats gehad over het legerbe stuur. Lord Wolseley, de gewezen opperbevelheb ber, critiseerde ten sterkste het bestaande Btelselwaaronder de opperbevelhebber niet de minste verantwoordelijkheid bezat voor de tucht en de kracht van het leger. Hjj verklaarde dat het tegenwoordige stelsel, dat in 1895 werd ingevoerd, schadelijk is voor het leger en gevaarlyk voor de belangen van het rjjk. .-Hij wees op de noodzakeljjk- heid om daarin verandering te brengen, en drong daar krachtig op aan. Lord Lansdowne antwoordde dat de mis slagen in Zuid-Afrika niet te wjjten zjjn aan het feit dat het stelsel niet getrouw was uitge voerd. Als lord Wolseley beter gezorgd had party te trekken van de groote gelegenheden die binnen zjjn bereik waren gesteld, dan zouden de zaken misschien een an deren loop genomen hebben als hjj meer aandacht had geschonken aan de reglemen ten die hem voorschreven schema's van offensieve en defensieve operaties voor te bereiden, had hjj de regeering kunnen waar schuwen dat Ladysmith geen geschikt station voor troepen was, en dat meer dan éen leger korps noodig zou zjjn om Transvaal te onder werpen. »Ik ben overtuigd," zeide de minister 0. a., »dat lord Wolseley het ontzaglijke belang van zijn speciale plichten niet heeft ingezien, en dat hjj in gebreke is gebleven, rekening te houden met zijn groote gelegen heden." Nadat Wolseley aldus d faire was genomen, werd het debat verdaagd. Dinsdag is hef debat over de legerkwestie en hetgeen lord Landsdowne tot lord Wolseley heeft gezegd, voortgezet. Lord Landsdowne's woorden werden gelaakt door Rosebery en andere pairs, terwjjl Devons hire en Salisbury ze verdedigden. Salisbury meende, dat Landsdowne geen persoonlijken aanval bedoelde. Wolseley verzocht den leden hun oordeel alsnog niet uit te spreken, daar hjj weldra de aandacht hoopte te vestigen op een tegen hem gerichte beschuldiging. In het Lagerhuis kwam denzelfden dag de Chineesche kwestie ter sprake. De vice-minister voor buitenlandsche zaken zeide dat de Russisch-Ohineesche overeenkomst betreffende Mandsjoerjje zeer de aandacht der regeering trekt. Zy maakt een punt uit van diplomatieke gedachtenwisseling tusschen de mogendheden het zou ongepast zjjn er meer over te zeggen of er een discussie over te voeren, meende de vice-president. Verder kwamen in dezelfde zitting Jameson's mislukte rooftocht en de gevolgen daarvan, ter tafel. De minister van financieën zeide, dat het advies der rechtsgeleerde raadslieden was ge vraagd in de kwestie of de Britsche regeering of de regeering der Kolonie de schade, door Trapsvaal geleden door Jameson's inval, zou kunnen terugvorderen van de Britsche Zuid- Afrika Maatschappij. Dinsdag heeft Von Biilow in den Duitschen rjjksdag gezegd, dat het bezoek van keizer Wilhelm aan Engeland geen politiek karakter droeg en evenmin het gevolg was van de betrekkingen, die tusschen het Dnitsche en Engelsche hof bestaan, doch alleen op zuiver menscheljjke overwegingen was gegrond. De rijkskanselier noemde de vragen, hoe lang de kleinzoon aan het sterfbed van zjjn grootmoeder zou vertoeven, of hij al dan niet deel wilde nemen aan de begrafenis, bloote gevoelskwesties, die de keizer zelf slechts had uit te maken. »Dat het Engelsche koningshuis en het En gelsche volk het bezoek met warme erkente lijkheid hadden begroet, was toch verklaar baar en niets bjjzonders. Als, buiten deze zuiver menscheljjke overwegingen om, bjj deze gelegenheid in Engeland de wensch is gerezen vreedzame en vriendsehapelyke betrekkingen met Duitschland te onderhouden, dan behoeft men dit niet om politieke redenen kwalijk te nemen. Ook wjj kunnen", vervolgde graaf Von Biilow, «slechts wenschen dat het Duitschland en Engeland beschoren moge zjjn, voor den vrede en in vrede werkzaam te zijn. Natuur- ljjk is behandeling op voet van geljjkheid een conditio sine qua non voor de samenwerking tusschen beide volken, In onze verhouding met Engeland is niets veranderd sedert ik hier verklaard heb dat wjj gaarne, op den grondslag van wederkeerig ont zag en volstrekte geljjkheid, met Engeland in vrede, vriendschap en eendracht willen leven. Heeft de keizer door zjjn bezoek aan Enge land den weg bereid voor de bestendiging van zulk een gewone en goede verhouding tusschen Duitschland en Engeland, dan is dit voor beide landen nuttig. Er bestaan zekér tusschen Duitsch.and en Engeland vele wrijfvlakken, maar ook vele, en noodzakeljjke, aanrakingspunten^ Beide landen hebben belang bjj goede buurschap, en er is geen staatkundige reden waarom wjj onze betrekkingen met Engeland niet even zorg vuldig zouden onderhouden als die met andere mogendheden. De verandering op den troon heeft in de betrekkingen tusschen Duitschland en Enge land niets gewjjzigd. Er zjjn misschien men schen geweest die gehoopt hadden dat deze verandering een ongunstigen terugslag zou hebben op de Duitsch-Engelsche betrekkingen. Maar deze verwachtingen zjjn niet vervuld dit is evenzeer nuttig voor de verhouding tusschen beide landen en de algemeene rust. Het bezoek van den keizer is, zoo heeft men gezegd, in strjjd met de onzjjdige houding, die wjj ten aanzien van de troebelen in Zuid- Afrika hebben aangenomen. Ik heb ook dik wijls gelezen, hoe men het bezoek van den keizer stelde tegenover de weigering om president Kruger te ontvangen. Deze verge lijking gaat echter niet op. De reis, die presi dent Kruger van plan was naar Berlijn te ondernemen, had het erkende doel, ons in een ongewonen vorm te nopen tot inmenging in de troebelen in Zuid-Afrika, terwjjl het be zoek van den keizer aan Engeland in geen verband stond met den oorlog in Zuid-Afrika. Het i8 waar dat den Keizer in Engeland attenties zjjn bewezen en dat by deze beant woord heeft. Ik ontken echter zeer beslist dat de Keizer, op welke wjjze ook, in strijd met het welzjjn van zjjn land heeft gehandeld door zich attenties te laten welgevallen en die te beantwoorden. De verleehing van de orde aan Roberts steunde op een persoonlyk eererecht van de Pruisische kroon. Voor het overige is Roberts geen politieke persoonlijk heid en had de onderscheiding geen staat kundige beteekenis. Wat de betrekkingen met Rusland betreft, bljjf ik doordrongen van het besef dat het onderhouden van betrekkingen van goede buurtschap met deze mogendheid een van de voornaamste oogmerken van onze politiek moet zyn, maar op den grondslag van behandeling op voet van volkomen geljjkheid. De grondslag van elk vergeljjk ten aanzien van de politieke handelsbetrekkingen met een andere mogend heid kan slechts zjjnvolledige wederkeerig- heid en volledige onafhankelijkheid voor ons eigen land. Onze buitenlandsche politiek wordt niet beheerscht door vazalschap of be trekkingen van bloedverwantschap, maar door de kalm en zonder vooroordeel overwogen belangen van staat. Door deze laatste laat ook de Keizer zich leiden; met zyn houding beoogt hjj de trouwste zorg voor de welvaart en een veilige toekomst van het ryk. Ik zelf zou voor geen andere dan een nationale Duitsche politiek, in den geest van werkelijke belangen, te vinden zjjn. Bjj het debat verweet Richter den Rijks kanselier, dat hjj bjj zjjn jongste verklaringen tot uiteenzetting van zyn program niet vol doende gelet heeft op het belang, dat Duitsch land heeft bjj de bestendiging van de tegen woordige internationale en oeconomische betrekkingen. Liebermann (anti-semiet) beweerde dat Duitschland tegenover dé Boeren de onzjjdig- heid niet in acht heeft genomen. Terwjjl de Boeren de bewondering van geheel de wereld hebben verworven, wacht den Engelschen het gericht van de wereldgeschiedenis. Hij hoopte dat de Boeren zullen overwinnen en de Engelschen een pak slaag zullen krjjgen van Nederduitsche handen. De rjjkskanselier antwoordde Richter, dat de regeering er op uit moet zyn om de stry- digo belangen ten aanzien van de handels- tractaten te verzoenen, met goedgunstige medewerking van den RjjkBdag. Daarvan hangt de geheele ooconomische toekomst af. Wegens den nood waarin de landbouw verkeert, acht hjj de verhooging van de invoerrechten op tarwe en rogge onvermjjdeljjk. Aan deze ver hooging worden echter perken gesteld door het voortbrengings- en uitvoervermogen van onze nijverheid en door de zorg voor gunstige levensvoorwaarden voor de Duitsche arbeiders voor wier welzjjn de regeering evenzeer hart heeft als de sociaal-democraten. Ik kan nog geen verklaring doen over het cjjfer van de verhooging, daar de Bondsraad nog geen be sluit heeft genomen", zeide Von Biilow »ik leg er echter nadruk op, dat het onze wensch is, wederom op aannemeljjken grondslag met andere staten tractaten over het tarief te sluiten. Een meerdere opbrengst uit de invoer rechten, met name uit de invoerrechten op levensmiddelen, zal besteed worden tot op beuring van instellingen van algemeen nut in het rjjk en tot verlichting van de, in oecono- misch opzicht, minst sterke schouders. In den loop van het verder zeer levendige debat verklaarde Richthofen, de staatssecre taris van buitenlandsche zaken, dat erwerke- ljjk een groote hoeveelheid oorlogsmaterieel en verduurzaamde levensmiddelen naar Enge land is verscheept. Daar echter de andere staten tot dusver geen verbod van uitvoer hebben uitgevaardigd, zou de Duitsche regee ring, als zy zulk een verbod had uitgevaar digd, de ny verheid en den landbouw benadeeld hebben. Daarom bleef dit verbod achterwege. Maandag heeft te Washington de inhul diging plaats gehad van president Mac Kinley, hetgeen met groote plechtigheid gepaard ging. Vooral trok de aandacht een ontzagljjke op tocht van oud-gedienden, waarbjj een inlandsch contingent uit Portorico. De groote menigte toeschouwers legde veel geestdrift aan den dag. In zjjne boodschap bjj het opnieuw aan vaarden van het presidentschap, zegt Mc Kin ley, dat zyn vurige wensch is dat eventueele toekomstige geschillen tusschen Amerika en de mogendheden zullen bjjgelegd worden door vredelievende arbitrage, zonder de gruwelen van den oorlog. Machtige problemen vragen de aandacht van het Amerikaansche volk. Men kan, naar Mac Kinley's oordeel, aan de Cubanen geen regeering toevertrouwen zoo lang er geen waarborgen beBtaan voor bly- vende orde en ware vryheid. Ten opzichte van de Philippjjnen zouden de Vereenigde Staten hun pogingen om het land te bevredigen op liberalen voet voort zetten. Amerika zal de loyale millioenen niet over laten aan deloyale duizenden. Beknopte Mededeelingen. Maandag heeft in de Fransche Kamer de minister van buitenlandsche zaken, in antwoord op een vraag van d'Estournelles, gezegd, dat in China het hoofddoel is bereikt. Wat betreft het gerucht van een nieuwe expe ditie, verklaarde de minister, dat de regeering er geen plan op heeftmaar zjj kan niet zeggen dat bet er niet toe komen zal; zy zal er echter niet toe overgaan zonder ernstige motieven, welke de Kamer, naar de minister hoopte, zou billjjken. Daily Chronicle zegt, dat vele leden van het Britsche parlement van plan waren den minister van oorlog naar de waarheid te vra gen inzake Botha's zgn. overgave, doch dat zy dat niet hebben gedaan omdat de minister te kennen gaf dat die vragen niet op het ge schikte oogenblik zouden komen. Volgens de New-York^World zou Italië van zins zyn met Frankryk en Rusland een bondgenootschap te sluiten. Het bezoek van het Italiaansche eékader te Toulon zou beschouwd worden als een ge schikte gelegenheid om daarmede voordén dag te komen. Villaverda heeft beslist geweigerd een kabinet te vormen. De regentes schjjnt graaf Tejada-Valdosera, voorzitter van den Staats raad, gelast te hebben stappen te doen voor de vorming van een Kabinet. Dit is echter ook onmogeljjk gebleken want terwjjl de conservatieven Silvela de eerste viool hopen te zien spelen, hebbende liberalen hun hoop gevestigd op een kabinet- Sagasta. Dinsdag heeft de regentés met verschillende personen een onderhoud gehad. Het schjjnt, dat de Portugeesche censuur een telegram heeft aangehouden, waarin werd gemeld, dat te Oporto samenscholingen en manifestaties, met welk doel ook, op bevel van den prefect, verboden zyneveneens is de verspreiding verboden van bladen, die deze manifestaties trachten uit te lokken. De Russische geschiedschrijver Milukoff is te Petersburg gearresteerd omdat hjj den Czaar een ontwerp had willen aanbieden tot afschaffing van de wet, die dienstplicht als straf op studenten toepast. Mulikoff was tot 1896 professor te Moskou, werd toen verban nen en ook te Sofia als professor ontslagen. Sedert twee jaren iB hjj penningmeester van de Vereeniging van Russische auteurs. De Morning Post verneemt uit Peking, dat de Czaar aan China de volledige ratifi catie van het verdrag betreffende Mandsjoerjje heeft gevraagd. Engeland, Duitschland, Italië, Oostenrjjk en Japan hebben bedreigingen tot China gericht voor het geval van ratificatie. Japan schjjnt beslist een vjjahdige houding tegen Rusland aan te nemen als de onder handelaars geen steun van de mogendheden ontvangen. Naar de Pall Mall Gazette uit Peking verneemt, komt de keizer van China einde Maart daar. De lyfwacht zon zich reeds te Si-Njan-foe verzamelen. Volgens datzelfde blad eischen de gezanten den dood van twaalf hooggeplaatste ambte naren en bestraffing van 90 mandarjjnen uit de provinciën. De bevredigende gang der onderhandelingen heeft het mogeljjk gemaakt een commissie in

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1901 | | pagina 2