ELBURGSCHE COURANT.
25 December.
143° Jaargang.
1900.
uitzondering van Zon- es Feestdagen;
voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2.-
lers kosten 5 cent.
Agenten.
Te Zierikzee: A. G. oi Moon; te Tholen: W. A.
van Nnuwirauuzi*.
Adverteitiën20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 1—7 regels 1.50elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel
Groote letters naar de plaats die zy innemen.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig uit Zeeland, betredende
Handel, Nijverheid ea Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algemeen Advertentie-Bureau
Ajj DE LA MAR Azn., M.Z. Voorburgwal 266, Amsterdam.
II.
(Slot).
Laat de Kinder kens tot mij komen
Gij suit uwen naaste liefhebben t
u selven.
Leer van Jezus.
Doe wel aan anderenniet opdat sij
&p hun beurt ook u sullen weldoent maar
omdat gij zoodoende goed doet aan uw
eigen siel. Geef aalmoezen en wees wel
dadig want dit is noodig voor een mensch.
Boven allesleer liefde koesteren en
medegevoel.
Leer v an Boeddha
Hervorming of wijziging van den ma at-
schappelijk en toestand kan
drie wegen bereikt worden. Vooreerst door
de burgerlijke overheid en de wet; ten
tweede door de dienaren van het Evan
gelie; maar de krachtigste werking zal
verkregen worden door den invloed op
de jeugddaar langs dien weg en op
weg alleen het kwaad met wortel en tak
kan uitgeroeid worden.
Aartsbisschop lillo t s on,
Wy hebben in ons vorig opstel de kwestie
van kindervoeding en kleeding bezien van
algemeen standpunt, beschouwd zooals zij
dit doen die hadden gewenscht dat ten deze
door onze vertegenwoordiging in de wet op
den leerplicht een bindend voorschrift ware
opgenomen.
Nu wordt het verstrekken van voeding
en kleeding slechts facultatief voorgeschreven.
Willen de gemeenteraden dit doen, dan
dient op de gemeentebegrooting een post te
worden uitgetrokken, zoodanig omschreven
dat daarnit duidelijk blijkt of het bedrag
bestemd is om reohtstreeks van gemeente
wege aan schoolgaande kinderen voedsel
en kleeding te verstrekken, dan wel of dat
bedrag bestemd is, om subsidie te verleenen.
Indien met beiderlei doel geld wordt uit
getrokken, moet dit in afzonderiyke posten
geschieden.
Zulk een besluit wordt niet genomen,
dan nadat alle hoofden van scholen en be
sturen van scholen, na ingewonnen bericht
van de schoolhoofden, in de gelegenheid zyn
gesteld verslag uit te brengen aangaande
de behoefte die er voor kinderen van
hunne school bestaat om voeding en klee
ding te ontvangen.
Op dit laatste, voorgeschreven by kon,
besluit van 19 November, vestigen wy de
bijzondere aandacht.
Vooraf moet dus een onderzoek plaats
hebbendit wenscht de wetgever.
En nn zal elke gemeenteraad, die iets
gevoelt voor het idee, hoe ook uitgevoerd,
vóór hy eene principieel© beslissing neemt,
of zelfs al is hy nog niet besloten daartoe
Wie in deze loei belang «telt, leze het
te 'sGravenhage op de drukker# Vrede ver
tekenen werkDe ziel van een VolleHet
Boeddhisme ale volksgeloof in Burma door H.
Fielding, vertaald door Felix Ortt.
Ia dit boek, iu eenvoudige eo poëtische
teel gesohreven door eten Engelscbmaa, wordt
ons een blik gegund io het leven en het geloof
der Barmanen, maar tevena gewezen op de
afaehuweiyke rol, die Engeland ook tegenover
dit aaohtaardige en v* eedzame volk In Achter-
lodië heeft vervuldhoe het daar oorlog
bracht en wapengeweldhoe bet daar oproer
verwekte en biaudatic fating en plundering in
i#a rustige wonden;; boe het hoogmoedige,
imperialistische Albion aan dit sober volk
van geheel onthoud»; den sterken drank deed
te gaan, gaarne eens weten hoe de
tand op dit punt in zyne gemeente is.
oen de kwestie nu in den gemeenteraad
iddelburg ter sprake kwam, in zoo
dat burg. en weth. verzochten diligent
irklaard te worden, haastten zich een vier-
leden getuigenis af te leggen, dat zij
>o goed als tegen het principe waren.
In de zitting van Woensdag 11. werd hun
antal vermeerderd en tien leden van ge'
loemd college verklaarden zich tegen het
■eginsel om subsidie te verleenen voor zulk
ion doel.
Onder de voorstanders merkten wij met
genoegen op den heer Van Teyiingen, den
voorzitter van het burgerlijk armbestuur;
iemand die dns door die betrekking op de
hoogte kan zyn van den toestand der armen.
Over de bezwaren, door een tweetal
tegenstanders aangevoerd, schreven wy
reeds in ons eerste beschonwing. Wij hopen,
hoewel wy ons daarmee niet byzonder vleien,
dat wy hen tot eenigszins andere gedachten
zullen hebben gebracht.
Maar eene tweede kwestie isof de gang
van zaken in deze wel de rechte is ge
weest en of bet niet beter ware zoo vooraf
het door de regeering verlangde onderzoek
badde plaats gehad
En daarop geven wij een beslist beves
tigend antwoord.
Zeker, znlk een onderzoek eischt veel
werk van de schoolhoofden, maar kannen
zy in onze stadSniet een krachtigen steun
daartoe vinden by het bestuur der vereeni-
ging Kindervoeding?
Die toch mag spreken van eene jaren
lange ervaring; dat bestunr weet waarin
de vereeniging by haar pogen te kort
schiet, hoeveel hnlp zij verleent, welke
vruchten haar arbeid draagt.
En tal van armbesturen en beheerders
van liefdadigheidsvereenigingen kannen ook
over deze kwestie haar licht doen schijnen.
Vele handen maken in dezen den arbeid
licht.
De angstvalligheid van ons dagelykseh be
stuur kwam ons daarom wel wat overdreven
voor.
Wanneer men eerst het onderzoek had
ingesteld, had het beroep op de particuliere
liefdadigheid en de Ghristeiyke barmhartig
heid met cyfers en feiten kunnen worden
beantwoordt
Als daarna een concreet voorstel, om by v.
aan de vereeniging Kindervoeding een zekere
som als snbsidie toe te kennen, aan den
raad ware gedaan, had men dit beter kunnen
verdedigen; ook met voorbeelden van ge
vallen, waarin vroeger de raad wel voor
velerlei andere zaken subsidies heeft gegeven,
wanneer het particulier initiatief te kort
schoot.
s
Wij willen nn hopen dat juist het bestuur
van Kindervoeding het werk zal aanvatten
om den toestand in deze te overzien; de
wonden zal peilen, die er in onze naaste
omgeving zyn te vinden, en met die gege
vens aan de hand zal trachten de meerder
heid in den raad, geheel of gedeelteiyk, te
bekeeren.
En in andere gemeenten sullen, naar wy
>pen, de voorschriften van den wetgever
voor het bestnur een spoorslag zy'n om eerst
met een onderzoek te doen aanvangen en
dan te beslissen.
Zelfs voor de particuliere liefdadigheid
heeft zulk een onderzoek zyn groot nut.
Door het peilen der wonden kan licht
opgaan, voor de algemeene armenzorg heil
zaam; de resultaten van dat peilen kannen
een spoorslag worden om die wonden te
genezen.
Maar vooraf reeds stellig uit te maken
dat men niet genezen wil, heeft zyne be-
denkeiyko zijdeen is ook van christelyk
standpunt niet te verdedigen.
WolUebt komen later meer uitvoerig op
dit belangwekkend boek terug. Red,
raden kunnen handelen, willen zij het alge
meen belang bevorderen.
En waar ook onder zoovelen op dit punt
nog alles behalve menschlievende ideeën
ichen; gedachten die weinig bevorder
lijk zyn om onze regeeringamaunen aan le
sporen in die richting werkzaam te zyn;
waar een rnimte van hart in deze kwestie
nog niet algemeen gevonden wordt, daar
achtten wy bet zoo nuttig, die kwestie eens
van naderbij te beschouwen.
Wat het algemeen betreft, zouden wy
voorloopig tevreden zy'n wanneer de door
ons neergeschreven ideeè'n aanleiding gaven
tot nadenken en tot overweging, vooral in
dezen tyd, in de Kerstdagen, waaraan zulk
een heeriyk beginsel, zoo'n edele, mensch
lievende gedachte ten grondslag ligt.
Als men dan door dit nadenken tot de
overtuiging is gekomen dat ons de nood-
zakelykheid is opgelegd wonden in onze
maatschappy, ook in deze, te peilen wie
weet of men dan ook niet, gedachtig aan
de christelyke leer, tot het besef komt van
den dringenden plicht van ons allen om
die ook te helpen genezen.
Wij hebben onze meening ten beste ge
geven over een vraagstuk, dat reeds vele
pennen in beweging heeft gebracht; tot
ernstige gedachtenwisseling aanleiding heeft
gegeven.
En het zal dit nog meer doen wanneer
met 1 Januari de wet op den leerplicht is
ingevoerd; eene wet waarin eene duid*
vingerwyzing wordt gegeven hoe gemeente-
De huwelijkswetten.
Heel fijn gedacht vinden wy die toelichting
niet.
Znlk een bijbedoeling, om het geld, dat het
land sohonk, weer te doen terugkaeren in lijn
midden, moet een zonderlingen indruk maken
b# don batrokken persoon.
Vau andere zijde verdedigt men znlk een
idee met het oog op den „hoogen staat" dien
de Hertog zal moeten voesen; en beroept
men zich op de toelage, die men een Prins
van Oranje geeft.
Ons dankt dat dit niet gelRk staat.
Een troonopvolger gaat b|| zyn meerder
jarigheid een af zonder ïyk paleis bewonen»
moet op zich zelf reeipieeren, heeft een ge-
heele afzonderiyke hofhouding en een eigen
bedienend personeel. Hy moet veel meer doen
dan de aanstaande gemaal der Koningin
erplioht zal wezen, die bovendien in hetzelfde
paleis als zyne echtgenoote verbiyft. Wy mee-
nen dan ook dat op grond van die overweging
de regeering besloot haar voorstel te doen,
terwyi dit ook wel ingediend ztl sQn na onder
ling overleg en ruggespraak met de hooge
personen, wier belangen hierbij betrokken zyn.
Een amendement, als men nu wil indienen,
heeft geen reebt van bestaan. Wy hopen
daarom dat het achterwege Wijven zal.
Met belangstelling hebben zeker velen in
den lande met ons kennis genomen van de
vier ontwerpen, by de Tweede ksmar Inge
diend met het oog op het aanstaands hnweUjk
van onze Koningin.
En niet het minst zal die belangstelling
hebben gegolden de vraaghoe de regeering
zich zou kwyteu van haar taak ten opzichte
van de moeilijks, teers kwestie van eene apa
nage, den aanstaanden gemaal van H. M. te
verleenen.
Met voldoening nn lazen wy dat de Regee
ring niet voorstelt om den Hertog reeds dade-
2tik by zf)n huwelijk een jaargeld toe te ken
nen, maar dit eerst te doen na het overlijden
van zyn gemalin.
Het Nederlandsohe volk zal zeker hopen
dat dit oogenblik nog verre zij 1
Na gaan er echter stemmen op om het in
komen van den gemaal der Koningin niet
aan den wednwnaarstaat te verbinden
wordt zelfs beweerd, zooals onze lezers weten,
dat eenige leden der Tweede kamer in overleg
zyn getreden om op bet desbetreffende aan
hangige wetsontwerp een amendement in te
dienen, om Z. H. als gemaal reeds een jaar
geld toe te kennen.
Tegeiykertyd schr#ven een tweetal Roomsoh-
katholieke bladen en het Ghristeiyk-Historisoh
orgaan ia ons land eigenaardige en zeld
zame overeenstemming tnisohen die beide I f
over dit onderwerp in geheel denzelfden geest.
Zon nn van die twee kerkelijke zijden in de
Kamer da bewuste poging worden gedaan om
den Hertog aldus een jaargeld te verschaffen t
Wy zouden het indienen van een amende
ment daartoe betreuren, vooral omdat het
aanleiding ban geven tot allerlei disoussiën
en opmerkingen, die beter zyn te vermyden,
en het voor de vorsteiyke familie alles be
halve aangenaam zyn moet, evenmin als voor
den Hertog zelven, wanneer znlk een voorstel
werd verworpen.
En daarop is alle kans.
Vooreerst bepaalt de Grondwet welke
leden van het Koninkiyk Hnis een jaargeld
kunnen ontvangenin welke gevallen zulks
kan geschieden en tot welk bedrag. Nu
men waar voor de weduwe van een Koning
een jaargeld wordt bepaald bjj analogie
redeneerende, ook een jaargeld toekennen aan
den weduwnaar van een Koningin, maar het
i. niet geourloofd de in de Grondwet
nitdrnkkeiyk voor het ontvangen van een
jaargeld aangewezen leden van genoemd Huis
b# gewone wet te vermeerderen, en kan dns
de gemaal van de Koningin evenmin een
jaargeld ontvangen als de gemalin van een
koning.
En toch wil men een jaargeld reeds in den
hnweiyksstaat Z. H. verleenen, aan de eene
z#de met de enrieuoe by voeging: „om dat
bedrag naar eigen inzicht tot ondersteuning
van wat goéd en «eboon is in Nederland te
gebruiken."
dan zonden velen zeker voor de waarneming
van het regentschap allereerst denken aan de
Vrouw, die met zoo grooten takt en toewy-
ding die taak reeds gednrende geroimen tyd
heeft vervuld en op de hoogte is van het
bestnnr van ons laud, zoowel als van aard en
karakter van ons volk. Doet zich later znlk
een toestand voor, dan zal voorzeker ook de
gemaal van H. M. daarvoor iu aanmerking
komeu.
Maar daarvan kan bi) voorbaat nog niets
met zekerheid worden gezegd.
Het hangt geheel van den persoon ai. Eu
hoeveel goeds men ook moge melden van
ïu H. Hertog Hendrik, of hy de gpsohikte, de
beste persoon van bet oogenblik zyn zou,
valt met geen mogeiykheid nn reeds te zeggend
Daarom te moer zon het hoogst bedenkelijk
zijn zelfs al verzette de Grondwet zich
daartegen niet thans zioh te binden en
voor zulk een gewichtig ambt iemand aan te
wijzen, dien men nog zoo weinig van nafa#
ken» en van wiens bekwaamheden, taot en
karakter wy nog zoo goed als niet op de
hoogte zijn.
Wy gelooven dan ook niet dat het zonder
linge idee van V. eenige sympathie zal vinden.
Eene andere kwestie wordt tegeiykertyd aan
gevoerd en het is weer de bekende V., re
dacteur van Het Nederlandteh Dagblad, het
genoemde Ghristeiyk-Historisoh orgaan, die,
eooals meermalen door hem geschiedt, de ver
bazing opwekt van velen, thans door de vraag:
waarom niet nn reeds de Prins-Gemaal als
regent wordt aangewezen, zoodra het hnweiyk
zal zyn voltrokken?
Op die onnoozele vraag kan als antwoord
eenvoudig dienen eene verwyzing naar de
vierde afdeeling van het tweede hoofdstuk
van onze Grondwet, handelende over het
Regentschap. Daaruit blijkt duideHjk dat die
wet zioh verzet tegen een regeling, zooals V.
wensebt.
Slechts in twee gevallen kan een regent
worden aangesteldlo gedurende de minder
jarigheid van den Koning, waarvan tbanB
geen sprake isen 2o volgens art. 38 „i n g e-
val de Koning hniten staat ge
takt ie regeering waar te ne-
m e n."
Uitdrnbheiyk wordt daarbij bepaald dat,
wanneer de hoofden der ministerieele departe
menten, in rade vereenigd, oordeelen dat dit
geval aanwezig is, zy van hunne be
vinding kennis geven aan den Raad van State,
met nitnoodiging om binnen een bepaalden
termyn advies nit te brengen.
Biyven zy na afloop van den gestelden
termyn by hun oordeel, dan roepen zy de
Staten-Generaal in vereenigde vergadering
een, om huu, onder overlegging van het advies
van den Raad van State, zoo dit is ingeko
men, van het voorhanden geval ver
slag ie doen.
De wet spreekt dns dnideiyk van een b e-
taand geval.
Een en ander nu sluit, van zelf, ten stelligste
nit het idee van V. om vooraf regelingen
te maken voer een regentschap in deze-
Eerst moet wel degeiyk de toestand daar
zyn, die dit noodig maakt.
Ei nn moge de grondwet niet hebben voor
zien in gevallen, waarop V. doelt, en die,
naar wy hopen, ook zich niet sollen voor
doen toch geeft dit niet het recht de uitdruk
kelijke bepalingen dier wet op z# te schuiven.
Om das aan zyn verlangen te voldoen, zou
men eerst die wet moeten herzien.
En daartoe bestaat voor dit doel allerminst
reden.
Slechts in zeer buitengewone gevallen, die,
naar wR' hopen, niet zullen voorkomen, b. v.
eene hoogst ernstige en langdurige ziekte van
H. M., dient gehandeld zooaio de grondwet
thans voorschrift.
En dat is ook zeer gewenscht.
De taak van een Regent of een Regentes
toch is eene zeer gewichtige; en men dient
goed te overwegen in weike handen men die
legt.
Mooht zioh spoedig na het huweiyk, wat
wy niet hopen, een toestand voordoen, die
het aanstellen van een regent noodig maakt
UIT STAD EN PROVINCIE.
By beschikking van den minister van
binnenlandsohe zaken is benoemd tot secre
taris by den geneeskundigen raad voor
Zeeland en Westelijk Noordbrabant de beer
J. J. Berdenie van Berlekom, arts te Mid
delburg.
Wy ontvangen uit onderscheidene ge
meenten in Zeeland opgaven van de op
brengst der inzamelingen voor het huldebiyk
aan H. M. de Koningin.
Natnnriyk kannen wy die niet allen opnemend
Waarschijnlijk zal de provinciale com
missie ter gelegener tyd wel eene algemeene
opgaafedoen, die dan kan vermeld worden.
-— Onze stadgenoot, de heer L. K. van der
Harst JJz., vierde Zaterdag zRn vyt-en-twin-
tig-jarig jubileum als apotheker alhier.
Hy ontving vele biyken van belangstelling,
ook van de zijde zRner colleges, die hem een
stoffeiyk bewfjs van sympathie aanboden.
Het kind te V1 i s s i n g e n, dat Zater
dag jl. ernstige brandwonden bekwam, is aan
de;gevolgen overleden.
Vrydag avond gaf de zangvereeniging
Oefening kweekt kunst te Rittbem haar
tweede uitvoering in het kerkgeboaw, dat,
ofschoon het donkere maan was, toob over
vol was met toehoorders.
Een vijftiental nummers werden te gefaoore
gebracht, welke naar men ons sehryft
allen, maar vooral de Leeuw van Juia (Richard
Dame), flink werden gezongen en het publiek
een genotvollen avond versohaften. Twee
dames zongen in de panze, begeleid door het
orgel, een paar zangstakjes en de nalieten
kweten zich zeer goed van hnnne taak.
Zeer goed was op te merken, dat de ver
eeniging sinds ie vorige uitvoering veel was
vooruitgegaanals men onder leiding van
den yverigen directeur zoo voort biyft gaan
belooft da vereeniging een goed koor te zullen
vormen. Na afloop bleef men noch eenigen
tyd gezellig byeen.
Te 'sGraveuhage olaagde sooals nog
in een groot deel der oplaag van ons vorig
nommer werd gemeld de heer A. Verhage
nit Goes voor het examen wiskunde 1. o.,
art. 65.
Zaterdag avond hield telerieke de
heer J. A. G. Nonhebei te Hilversum een lezing
over Wereldvrede, waarin, mede naar aanlei
ding vinden stryd in Znid-Afrika, het dwaze
heillooce, menscbonteerende en onohristeiyke
van den oorlog werd uiteengezet en geschil
derd. De conclusie van spreker was eenvoudig
de volkeren, de menschbeid moeten doordrongen
worden van het denkbeeld, dat al dat bloed
vergieten onnoodig isen daar dit van de
regeeringen niet te verwaehten is, moet men
hulp in de laagte zoeken.
De faeele opvoeding moet er naar ingericht
worden om het ideaal van een algemeenen
vreie te verwezeniyken.
We aobten het zoo sohryft onze bericht
gever verder in het belang van de goede
zaak niet aanbevelingswaardig, meer van den
inhoud te zeggen. Veel liever zagen we, dat
de heer Nonhebei zelf op verschillende plaat
sen gehoord werd, en dit zal door een breed
voerig venting van zyn lezing waarsohyniyk
niet bevorderd wordea.
Dit willen we er alleen nog van zeggen,
dat de heer Nonhebei te denken geeft, en dat
komt o. a- doordat hy zyn eigen gedachten