MIDDELBURGSCHE COURANT.
N". 239.
143" Jaargang.
1900.
Woensdag
10 October.
Voorwaardelijke ver
oordeeling.
Middelburg 9 October.
Deze courant verschijnt d a g e 1 ij b b, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franeo p.p., 2.-
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 9 Out. 8 a. vm, 62 gr. 12 u. 74 gr.
av.4a.69gr.F.Verw.c.Z.W.windliohtbew.weinigv.v.t.
Agenten.
Te VUssiugeu: C. N. J. m Vit Mestdagh U
Goes: A. C. Boitttï, firma Wed. n Joxei.
Advertentiën20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames, niet afkomstig nit Zeeland, betreffende
Handel, Ny verheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd het Algemeen Advertentie-Bureau
A. DE LA MAR Azn., N.Z. Voorburgwal 266, Amsterdam.
Het is ons natuurlijk niet mogelijk van
de voorstellen der regeering tot herziening
van ons Wetboek van Strafrecht uitvoerig
melding te makenhoe belangrijk zij
ook zijn.
Wij moeten ons dus bepalen tot enkele
grepen uit het allergewichtigste, zooals wij
dan ook reeds deden, en zooals wij nu even
willen doen.
Het is jammer, dat, zooals nog dezer
dagen door Het Vad. reeds is opgemerkt,
er zeer weinig kans bestaat dat die voor
stellen zullen behandeld en afgedaan worden.
De omstandigheden zijn niet gunstig voor
zulk eene behandeling. Er ligt nog zoo
veel af te doen voor dit zittingsjaar, dat
wij gerust kannen zeggen: ook daarvan
komt de helft niet gereed.
Dit is te betreurenhet pleit zeker niet voor
de wijze van arbeiden van onze Tweede
kamer, dat er niet meer werk wordt afge
daan, maar wij dienen toch ook dankbaar
te erkennen dat zij in het vierjarig tijdvak,
hetwelk met dit jaar sluit, toch hoogst ver
dienstelijk zich heeft gemaakt door haar
arbeid.
De regeering deed niet minder van haar
goeden wil blijken, al gaf zij wel eens te
veel op eens.
Reeds zijn er verschillende wenken ge
geven om den arbeid der Tweede kamer
meer vrnehtdragend te doen zijn. Die
wenken overwegen, dienovereenkomstig eene
andere regeling maken, zon de eerste taak
kannen eyn van de nieuwe Kamer in het
volgend jaat.
Dit eehter ter loops.
Thans is ons hoofddoel te wijzen op een
der belangrijkste veranderingen, die de regee
ring voorstelt in het wetboek van strafrecht.
Zy wil nl. de voorwaardeiyke veroordeeling
invoeren en de voorwaardelijke invrijheid
stelling, welke nu reeds bestaat, uitbreiden.
Omtrent de eerste stelt zij in hoofdzaak
voor te bepalen, dat bij veroordeeling van
iemand, die vóór het plegen van het feit
18 jaar was, wegens misdrijf of overtreding
(met uilzondering van stroopery d. i. veld-
diefstal bedelarij en landlooperij) tot ge
vangenisstraf of hechtenis van zes maanden
ot minder, de rechter kan bepalen, dat die
straf niet ten uitvoer zal worden gelegd,
tenzij hij binnen een termijn, bij zijn uit
spraak te stellen, voor misdry ven minstens
2 en hoogstens 5 jaar, voor overtredingen
minstens 6 maanden en hoogstens 1 jaar
na den dag dat de nitspraak onherroepelijk
is geworden zulks nader mocht bevelen.
In geval van recidive binnen den proeftijd
kan op vordering van het O.M. de veroor
deeling ten uitvoer worden gelegd.
Voor personen beneden de 18 jaren werd
de invoering der conditioneele veroordeeling
reeds opgenomen in het ontwerp betreffende
de strafrechtspleging ten aanzien van jeug
dige personen.
Dat voorstel ia in 't algemeen zeer gun
stig ontvangen.
Men erkent het groote nut van de voor-
waardelgke veroordeeling.
Hoe licht begaat iemand eene overtreding,
waarvoor de rechter gevangenisstraf eiscben
moet, zonder dat het als ernBtig feit behoeft
gekwalificeerd te worden. De betrokken
persoon, die voor het eerst met den straf
rechter in aanraking komt voor een mis-
dryf, hetwelk hem nog niet als een misda
diger stempelt en bedreven werd onderden
invloed van allerlei byomatandigheden, die
het verklaarbaar maar daarom nog geenszins
als niet-strafbaar maken, zon das met de
gevangenis in aanraking moeten komen.
En wee dengene wien dit overkomt l
Voor zijn gansche leven is hij als'tware
gebrandmerkt.
De harde wereld kent op dit punt geen
onderscheidzij geeft geen pardon.
Eenmaal in de gevangenis geweest, wordt
men steeds als mei den vinger aangewezen
ea is het moeilijk, zoo niet onmogeiyk, zich
tc heratellen, eene positie te krijgen in de
maatschappij.
Straft de rechter, de menschen doen dit
fiaama nog veel harder.
Zoo komt menigeen licht van kwaad tot
erger, en maakt een enkele misstap
een oogenblik van zwakheid begaan 1
diep ongelukkig voor het leven en gevaar-
lijk voor de maatschappy.
Aan dit bezwaar komt het voorstel van
den minister van justitie tegemoet. De voor
waardelijke veroordeeling zal dit euvel kun
nen wegnemen en daardoor menigeen weten
te behoeden voor algeheelen ondergang. De
statistieken van de landen, waar deze uit
nemende maatregel werd ingevoerd, bewijzen,
zegt Het Centrumwelks redactie ook hare
sympathie met dit idee betuigt, dat zy, die
conditioneel werden veroordeeld, in verreweg
de meeste gevallen geen gevangenisstraf be
hoefden te ondergaan en hun veroordeeling
opvatten als een waarschuwing, die hen
weerhield van recidive. De schande, aan
het „zitten" verbonden, bleef hun bespaard,
en hiermede ook de ellende, welke daarvan
onvermijdelijk het gevolg is.
In hare Memorie van toelichting citeert
de regeering het een en ander uit de rap
porten en mededeelingeu, welke elders te
dezer zake werden gepubliceerd.
Zoo schreef de Belgische minister van
justitie in zyn rapport van 30 Juni 1897,
betreffende de werking der voorwaardelijke
veroordeeling gedurende 1895„De uitkomst
heeft de verwachtingen overtroffen". En nit
de door hem overgelegde cijfers blijkt, dat
van deze soort van veroordeeling procents-
gewijze steeds meer gebruik kon worden
gemaakt, omdat de resultaten een aanmoe
diging waren om dit systeem in altijd broe
deren kring toe te passen.
Zoo ging het ook elders. Blykens de
door den Franschen minister van justitie
betreffende de strafrechtspleging in 1895
verstrekte mededeelingen, wordt allereerst
de afneming der criminaliteit in het alge
meen en der recidive in 't bijzonder ge
constateerd. Geen andere verklaring kan men
voor dit verschijnsel vinden, dan de voor
waardelijke veroordeeling. Gedurende de
jaren 18911895 werd de straf in 94.725
gevallen opgeschort, en slechts in ruim 4000
gevallen behoefde zij te worden toegepast.
Het aantal recidive-gevallen werd daardoor
aanmerkelijk verminderd. Wanneer die ge
vallen van 189095 in dezelfde mate waren
toegenomen als in de jaren 188090, zou
men in 1895 meer dan 130.000 recidivisten
geteld hebben, terwijl hun aantal nu de
100.000 nog niet bereikte.
Znlke cijfers spreken meer dan boek-
Als bedenking tegen de voorwaardelyke
veroordeeling geldt, dat door het wegblijven
der straf het misdrijf niet wordt geboet.
Men vergeet daarbij echter," zegt de
minister in zyn Memorie van toelichting,
,dat het leed, dat den schnldige door het
veroordeelend vonnis wordt aangedaan,
meestal waar men niet te doen heeft met
boosdoeners van aanleg of gewoonte, veel
intenser is, dan het verblijf in de gevange-
Het uitspreken van het vonnis
geeft reeds zonder het by komende physieke
leed een groot moreel leed, en dit te dragen
is, met behoud van de beste dryfveeren des
ischen, eene waarachtige boete, een
prikkel tot beronw en middel tot verzoening
met die zedelijke orde, die de schnldige
had verstoord."
Een zeer goede argumentatie dunkt ons.
Niet minder juist lijkt ons ook het vol
gende: „Met verstand toegepast, zal de
voorwaardelyke veroordeeling eene preven
tieve werking uitoefenen, die nimmer van
het ondergaan van korte vrijheidsstraffen te
wachten is. Ongetwijfeld zullen er ook
overtreders der strafwet zyn, by wie de
verwachte psychische werking uitblijft, doch
het is beter, dat enkelen hunne gerechte
straf ontgaan, dan dat velen noodeloos
gekweld worden en gekrenkt."
Men ziet: er is zeer veel te zeggen vóór,
weinig aan te voeren tegen het voorstel der
regeering.
Jammer te meer daarom dat de voor
waardelijke veroordeeling nog niet in het
Wetboek van Strafrecht is opgenomen en,
om te voren aangegeven redenen, nog wel
in de eerste jaren daarin geen plaats zal
innemen.
Zooals wy reeds zeiden, de minister wil
ook tegelijkertijd de nu reeds bestaande
voorwaardelyke invrijheidstelling uitbreiden.
Zy zal, indien de voorgestelde wijziging
doorgaat, in 't vervolg worden toegelaten
voor tot gevangenisstraf of plaatsing in een
werkinrichting voor den tijd van een jaar
of meer veroordeelden, die minstens drie
vierden van hun straf hebben ondergaan.
Thans moet men minstens drie jaar ge
vangenisstraf hebben ondergaan, om voor
waardelijk in vrijheid te kunnen worden
„Ook dit lijkt velen, en ook ons, een ver
betering, wanneer men althans deugdelijke
voor die invrijheidsstelling blijft
handhaven. Te groote zachtzinnigheid werkt
verkeerd en kan de misdaad bevorderen.
Maar daartegenover staai, dat straf niet
slechts te beschouwen is als boete voor een
gepleegd misdrijf, maar ook als middel tot
verbetering. Wie tot dit laatste meewerkt,
zonder aan de straf haar karakter van
schulddelging te ontnemen, verricht
een goed werk."
Wij wenschen even op te merken dat die
laatste verklaring omtrent het doel van een
straf niet uit onze pen is gevloeid, maar uit
die van de redactie van Het Centrum.
Wy namen ze over, omdat het ons bijzon
der trof van die zijde aldus te hooren
getuigen.
„Straf is niet slechts te beschouwen als
boete voor een gepleegd misdryf maar ook
als middel tot verbetering."
Volkomen juist.
Maar er ontbreekt, helaasnog veel aan
de strafstelsels, die worden toegepast, willen
zy aan dat doel bevorderlijk zyn. Uit dat
beschouwd, dienen zij nog h
wat gewijzigd te worden.
Maar hoe is nu met die bewering te rij men
het voortdurend streven van kerkelijke zijde,
en thans met het oog op de voorstellen van
den minister van justitie opnieuw, om de
doodstraf weer in te voeren
Wy verwachten van dat pogen wel geen
heilhet zou ook te betreuren zjjn wan
neer dit slaagde maar het herhaaldeiyk
voortdurend aandringen op het herstel
van die Btraf is kenteekenend genoeg om
daarop eens te wijzen en op de inconsequen
tie in deze.
Straf een middel tot verbetering van
het individu.
Maar wanneer men een veroordeelde zijn
misdryf met zyn leven laat boeten, sluit men
daartoe den weg geheel af, laat staan dat
men tevens den strafrechter de gelegenheid
ontneemt zijne eigen misslagen in deze
herstellen.
Dit alles ligt zoozeer voor de hand, dat
wij ons nog altijd maar niet kunnen voor
stellen, hoe velen willen aandringen op
wederinvoering van de doodstraf en dat
tot die voorstanders behooren zoovelen,
die juist nit christelijke liefde een geheel
tegenovergesteld standpunt moesten innemen.
3o. dat thans hunne oogen geopend zyn en
hun geweten ia ontwaakt;
besluit
Hanne harteiyke sympathie te betuigen met
de loffeiyke daad der Engelscha werklieden,
en hun te verzoeken zich niet te bepalen alleen
tot bet zich tegen dan oorlog verklaren, doch
met alle gepaste middelen, inzonderheid door
het zich wenden tot de kroon van Engeland,
te agiteeren voor het ctaken van hetgruwelyk
onrecht, opdat de oorlog eindige en de on
af faanbelykheid van beide republieken ge
waarborgd blgve.
Allo besturen van werklieden- en vakver-
eenigingen die, met het bovenstaande hunne
instemming betuigen, of werklieden die buiten
vereenigingen staan, worden verzocht hiervan
vóór den 20 October kennis te geven aan den
secretaris van het comité W. P. J. O vermeen
Linachotenstraat 41, Haarlem.
HULP VAR DE „FRIESLAND."
Aan het weekblad De Amsterdammer schreef
de heer Nic. van Zeebnrgh, te Groningen, ter
wederlegging van de bewering van dat week
blad, als zou de uitzending van de Friesland
niemand baat hebben verschaft, o. m. het vol
gende
Hot verwondert mij, dat u blikbaar onbe
kend zijt gebleven met het feit, dat, kort na
de occupatie van Pretoria door de Engeischen,
eenige Hollandsohe mannen en vrouwen met
kinderen een zeer gastvry tehuis hebben ge
vonden, gedurende eenige weken, aan boord
van het pantserdeksehip Frieslandtoentertijd
liggende in de Delagoabaai.
In strijd met uwe meening, dat niet eenige
landgenoot gebaat is kunnen worden, geef ik
uit eigen ondervinding, de verzekering, dat
wy nit zeer groote moeielykheden zQn geraakt
door de opname aan boord van de Friesland.
De eommaudant van het Duitsehe oorlogsschip
de Sehwalbe, ook ia Portugeesche wateren lig
gende by Louranq o-Marques, scheen geen orders
van zgn regeering uit Berlijn te hebben, zoo
holpbiedend op te treden als dit met den com
mandant van den Hollandsohen oorlogsbodem
het geval bleek te zyn.
Verscheidene Daitschers heb ik gesproken
die te vergeefs onderzoek hadden gedaan om
op de Sehwalbe te worden opgenomen, die
hulpeloos in Louren§ o-Marques rondliepen en
ons Hollanders benijdden. Dg hulpbiedendheid
van den commandant van de Frieslandden
kapt. ter zee Römer, die ons met raad en daad
ter zyde stond, herbaaldeiyk met den Hol
landsohen consul Pott confereerde om onze
belangen te behartigen, werd algemees zeer
gerespecteerd, te?wip de behandeling, die wy
zoowel van de officieren als manschappen on
dervonden hebben, niet genoeg valt te roemen."
BMOEM0GÜN ENZ.
By kon. besluit:
ia aan J. J. Veurmau A.zn., op verzoek,
eervol ontslag verleend als burgemeester van
Hengelo (Overyssel);
i benoemd tot lid van het hoog militair
gerechtshof, Hr. Ms. adjudant in buitengewonen
dienst, de generaal-majoor jhr H.LamanTrip.
commandant der 1ste divisie inf.
Donderdag verleent de minister van financiën
geen andientie.
EENE BETUIGING VAN SYMPATHIE.
De commissie, gevormd nit eene vergadering
van verschillende werklieden- en vakvereni
gingen te Haarlem, daartoe opgeroepen door
den Chr. Hat. Werkmansbondafd. Haarlem,
overwegende
lo. Dat de Engelsche werkliedenverbonden
zich tegen den oorlog hebben verklaard, daar
zy thans inzien dat Chamberlain hen heeft
misleid
2o. dat zy, zoo Chamberlain hen dadelijk
het ware doel de vermeestering der goud-
mynen en de vernietiging van hetHollandsch
element bekend had gemaakt, zy niet met
bem medegegaan zonden zynen
UIT STAD EN PROVINCIE,
De St. Crt. van heden, no 236, bevat
de statuten der Middelburgsche Schutterij-
schietvereeniging te Middelburg.
Daze vereniging, opgericht 7 Februari 1896,
heeft ten doel de geoefendheid in hef schieten
by de leden der dienstdoende schutterij te
Middelburg te bevorderen, en daardoor hare
militaire waarde te verhoogeu in het belang
van 's lands weerbaarheid.
De by het Se regiment infanterie be
noemde tweede luitenants H. C. van der Leiy
en H. A. Fischer worden ingedeeld by het 2e
bataljon te Middelburg; zy zullen 13
October a. s. in fnnctie treden.
Maandagavond was de groote Markt
alhier in rep en roer.
De velen, die hnn avond doorbrengen met
het versiyten van het trottoir en bun schoen
zolen, liepen te hoop in den hoek by de Gra
venstraat en staarden in ademloos zwijgen
omhoog.
De maan scheen helder en tooverde een ver
rukkelijk spel van zilveren licht en blauwen
schaduw over de daken.
Was het de maan die de opgeheven gela
ten der menigte groen kleurde die aoozeer
de aandacht trok
Maar neen: witte rookwolken kringelden
omhoog boven de dakener was brand.
De ontzetting was groot!
Bhn inspecteur en agenten van politie snel
den aan met bluichmiddelen. Brandmeesters
lieten den huiselijke» haard in den steek.
Steeds meer vulde zich de Markt met belang
stellenden, die reeds tuk op een flink brandje
werden.
Zy zagen zich echter teleurgesteld.
Al die drukte, al die belangstelling, al die
opwinding ging slechts om wat smeulend roet
in ie kachelpijp van een perceel in
Lange Delft.
Weldra verdwenen dan ook de agenten met
de bluichmiddelen, toen de rookwolken, en
niet lang daarna keerden de teleurgestelde
kijkers zich af van bet zilveren maanlicht, de
nekken atyf van het omboog staren.
len oogenblik later ging het gewone voet
geschuifel over het Markttrottoir weer zyn
ouden gang.
De scbuifölaars waren het er allen over eens,
dat het „een storm in een glas water'.' was
geweest.
Eu Middelerwijl speelde het muziekkorps
der dd. schutterij, dat in het stadhuis zyue
wekeiyksche oefening liield, er dapper op los.
Het was Maandag 25 jaren geleden dat
de acte vau oprichting der Koninkiyke maat
schappy De Schelde te Vlissingen werd
verleden.
Hr. Ms. Bulgia, commandant de luit. t/z.
Ie kl. W. van Voss, schoot gisteren en hedeu
pchijf op de Ribben. Woensdag vertrekt die
bodem naar zyn station Vlissingen.
Omtrent den brand teWestkapelle,
waaromtrent wy met een enkel woord nog
onder de Laatste berichten in ons vorig nom-
mer melding maakten, deelt men ons nader het
volgende mede: Een gebouw in de Noord
straat, bewoond door H. Minderhoud Pa., be
staande uit woning met schuurtjes, links eu
rechts daaraan vast, is geheel afgebrand. Uit
bet woonhuis is nog het meeste kunnen gered
worden. Een groote hoeveelheid graan en
aardappelen bleef in den brand. Daar de brand
in de kom der gemeente was, leverde hy da
eerste oogenblikken gevaar op, dat hy zich
aan belendende pereeelen zou mededeelen.
Een woonhuis, onmiddeliyk aan het bran
dende vaststaande, bleef eehter gelukkig ook
nog gespaard.
De brand ontstond, doordien by het olie
bollen bakken de vlam in aanraking kwam
met de olie.
Te Reneaae werd Zaterdagavond de
16e jaarvergadering gehouden van het Toelaag-
fonda voor werklieden.
Uit de gehouden administratie bleek dat aan
toelagen in het afgeloopen vereenigingsjaar was
uitbetaald f 176, en het fouda thans een kapitaal
van f 740.04 bezat. Het aantal leden be
draagt na 50.
Besloten werd om voor leden, die gaan
wonen in een andere gemeente, waar ook een
fonds is, zooveel te storten in dat fonds, dat
zy dadeiyk trekkend lid kunnen worden. Ook
werd .bepaald, dat leden, die een vaste betrek
king krijgen, voortaan moeten bedanken voor
hun lidmaatschap.
Blykens te G r o e d e gedane waarnemin
gen viel in September jl. 83.1 ml, regen tegen
133.2 ml. in dezelfde maand van 1899. De
wind was op 10 dagen Z.W., 7 dagen N.O., 6
dagen N.W., 2 dagen N., 2 dagen W., 1 dag
Z., 1 dag Z.O., 1 dag O. De te 8 nar 's mor-
s waargenomen barometerstand was het
hoogst den 13en 778.5 mM. en het laagst den
ten 760 mM., de thermometer Fahr. het
hoogst den 18en, 66 graden, den 5en het
laagst 52 graden.
Voor de scholen met den bybel is ge
collecteerd te Aardenbnrg met Eede en St.
Kruis f 12, Ierseke met Iersekendam f 93.51
en te Goiynsplaat met Cats f 118.777a
Verschillende Berichten.
De auditeur-militair mr A. C. Wesenhagen,
heeft, ra zyn langdurig verlof tot herstel, van
gezondheid, dezer dagen zyn ambt hervat, dat
gedurende zyn afwezigheid waargenomen werd
door mr Wüppermann.
In de byeenkomsf, welke Woensdagavond,
jaardag van Paul Kruger, iu de Nieuwe kerk
te Amsterdam zal worden gehouden, zal ook
als spreker optreden dr Van Mansveldt, super
intendent voor het onderwys in Transvaal.
De raad van Wimhritseradeel heeft op
de begrootïng voor 1901 den hoofdeiyken
omslag uitgetrokken op f 35.000 en de kosten
van 't armwezen op f 34,064, zoodat daarvoor
de hoofdelijke omslag byna geheel moet worden
besteed.
De Spectator stelt ons, in zyn jongste
nommer, den keizer van China voor, het tele
gram lezende van keizer Wilhelm
„ik stel niet uwe majesteit persoon
lijk aansprakeiyk maar ik stel daarvoor aan-
sprakeiyk de raadslieden van den troon vau
uwe majesteit, de ambtenaren, op wie de
bloedschuld rust van de misdaad, weike alle
Christelijke natiën met ontzetting vervult."
De keizer van China leest het stuk en zegt
„Verkeerd bezorgd I Dat is natuurlijk een tele
gram voor myn keizerlijke zuster te Londen.'
Te Rotterdam is des nachts, door het
openen van een raam, ingebroken in een
schoenwinkel.
Uit een gesloten kist werd een bedrag aan
geld ontvreemd.
Aldaar is een oude bootwerker, die tydens
de staking aan den arbeid bleef, door een
collega aangevallen en mishandeld.
Het publiek trok voor den grRiaard party