MIDDKLBIIIGSGHE GOMT.
N°. 202.
143° Jaargang.
1000.
Dinsdag
28 Augustus.
Middelburg 27 Augustus.
UIT STAD EM PROVINCIE.
Deze courant verschijnt d a g e I k e, met uitzondering ran Zon- en feestdagen.
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., f t.~
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 21 Aug. 8 n. vm. 59 gr. 12 u. 60 gr.
av.4u.59gr.F.Verw. m.N.O. w.,be w.weinsg ver and.v.t.
Agenten?
TeTernauzen: H.db Jonsi; te Oostburg firma A!
J. Bbonswijk.
AdvertcntiSn: 20 cent per regel. Geboorte-, dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 1—7 regels 1.60elke regel meer 80 cent. ïeelames 40 cent per regel
Groote letten naar de plaats die sfj innemen.
Tot ie plaatsing van advertentiën eu reclames, niet afkomstig nit Zeeland, betreffende
Handel, Nijverheid en Geldwezen, is uitsluitend gerechtigd bet Algemeen Advortontte-Burear
A. BB LA MAR Aan* N.Z. Voorburgwal 9«6, Ameterciem.
ONZE HOU3INC TEGENOVER
ENCEL4ND.
Door eenige bladen wordt verlangd, dat
onta regaerintr, wegens veel wat den laatsten
tyd In Zuid-Afrika ia gebeurd, krachtige pro
testen bij de Brioche regeering zal indienen.
De schandelijke behandeling, der Nader-
landiohe ambulance aangedaan, geeft daartoe
aanleiding en de plaat vao het weekblad De
Amsterdammer van deze weck zinspeelt daarop.
Wij voor ons geven, in de tegenwoordige
omstandigheden, aan een ljjdelijka houding
de voorkeur.
Uit een ,practiacU oogpunt baten protesten
niets. Wat geschied ir, is geschied, en vol
doening cf schadeloosstelling is niet te ver
wachten.
Zooals de zaken nastaan, iydt ons nationaal
prestige meer onder protesten, die niet op
passende wjjze ondersteand kunnen worden,
dan onder het uitblijven van protoaten.
De beer Fischer beeft, toen iemand zeide
„leefde Napoleon of Bismarck nog maar", het
zoo terecht gezegd: „Da Boy ter was meer
dan voldoende
Belaas, wij zijn nu niet zoo machtig ala in
de dagen van dien held
Mr. S. van Houten en het
huidige kabinet.
Mr. S. van Houten heeft weer een epistel
In 't liebt gegeven, no. lb van zijn Nieuwe
Staatkundige Brieven.
Deze is faoofdzakelgk gewijd aan den mi
nister Pierson, die, volgens den heer Van
Houten, niet geschikt is voor premier van
een en allerminst van het huidige kabinet.
H9 tracht dit te bewezen door een berin
nering aan het verledene.
Mr. Pierson leidt niet, maar wordt geleid.
Tegen s$n bedoeling maakt dit ministerie
er eene levenstaak van aan de wetten van
het vorige te peuteren en bij hare behandeling
verworpen amendementen op te rakelen; wat
niet ia overeenstemming is met de op dit
■tak gebruikelijke, uit de ©ontinuiteit der
Regeerine afgeleide traditiën en ook tot niets
nat is; zegt mr. Van Honten. Aan wetten
die grenslijnen hebben kan men ten eeuwigen
dage bezig zjjn.
Daar heeft men b. v. de kieswet.
„Met hen die ook de armen tot kiesrecht
willen roepen, bestaat een pricoipiëal geschil,
waarover de kiezers in 1991 of later moeten
beslissen. Daarover te strijden is de moeite
waard. Zij echter, die er niet toe kunnen
komen voor goed ter uitvoering van artikel
80 der grondwet in cjjfdra van belasting, huur
waarden, inkomen of spaargelden, blijvende
grenspalen te zetten, veroordeolen ksmer en
volk tot eeuwigdurend gehaspel over onderge-
icbikte vragen, welke slechts party krakeel,
geen volksbelang kannen bevorderen."
Mr Van Houten geeft in deze wcêr eene
orjaiste voorstelling der feiten.
Vooreerst zij opgemerkt, dat b|] zelf door
zijne treurige kieswet aetauU heeft aan al hei
gehaspel en krakeel, dat ontstaan is.
En dan i« het thans niet de kwestie om
armen tot kiesrecht te roepen, maar om on
rechtvaardigheden te herstellen, die ontstaan
zijn door de enge en dwaze bepalingen van zjjn
eigen wet, waardoor tal van personen, die
volstrekt niet arm zjjn, van het kiesreebt
werden buitengesloten.
Had h£ maar voortgewerkt in de richting
van Thorbeoke, die zelf indertyd de noodsa
keiykheid van algemeen kiesrecht bepleitte;
mr Van Honten zon gehandeld hebben over
eenkomstig zijn eigen verleden en ons land
hebben behoed voor een strgd, waarover bi)
aeif thans den stat breekt.
Overigens maakt mr Van Honten verder in
sfjn brief eenige opmerkingen die, al zgn wij
het daarmee niet geheel eens, tocb, van ons
standpunt beschouwd, wel iets waars bevatten.
Mr Van Houten sohryft dan
Twee belangrgke politieke nitingen hadden
mr Borgesins zelfs moeten nopen, ook nadat
Pierson's goedigheid hem daarvoor vrg spel
had. gelaten, klein kieiwetgeknoei achterwege
te laten. Vooreerst de erkenning by bet be
stuur der Uberële Unie en zgue getrouwen,
dat het verfohii inderdaad loopt over artikel»
80, 127 en 143 der Grondwet en vervolgens
het lot der motie Troelstta waarbij socialis
ten, radicalen en vrysionig-demccrateD, in.
olusief mr Borgerias zelf en zija collega Lely,
dia artikelen hebben veroordeeld en zich ten
gunste van algemeen kiesrecht hebben ver
klaard. Desniettemin komt hij er nu juist
mede voor den dag, onder mededeeling nog
wel, in slechts nooddruftig bedekte termen,
dat by door zyne collega's is teruggehouden,
om ook verlaging van de tabellen der kieswet
voor te «tellen.
Een wezeniyk Premier zou hier halt hebben
geroepen. Kleine verruimingen dor kieswet van
1896 hebben slechts zin voor hen, die na die
verruimingen bevredigd zy«», niet voor de
voorstanders van algemeen kiesrecht. Door met
uir Troelstra te etemmen voor algemtea kies
recht verviel niet alleen voor mr Borgesius
en de zynen de waarde van zulke kleine
verruimingen, maar ook voor het kabinet de
veronderstelling, waarin deze op het ministe
rieel program waren toegelaten. Zoodra mr
Borgesins ze mocht hebben tot stand ge
bracht, zon by tooh evenzeer en met geljjk
reoht weder tegen zyne eigene wet moeten
agiteereu, ala hij het nu tegen de my na
doet. Wist men nog met zekerheid, dat
door eene verlaging der cijfers met 5 of 10
een kiözerzcorps verkregen werd, dat gunstiger
voor grondwetsherziening en losmaking van
het kiesrecht van elk teeken van welstand
gestemd was, dan zonden da voorstemmers
der motie haar als eerste étappe naar de
door hen gewenschte wijziging van stelsel
kannen verdedigen, maar kreeg het voorstel
ook een heel ander karakter. Ook ia zulk be
wijs niet te leveren. Ntar mate de uitbreiding
verder gaat, slinkt het aantal en belang der
uitgestotenen. Als de S .aten-generasl bij hunne
tegenwoordige samenstelling geneigd mochten
«ga het algemeen kiesrecht te bevorderen, zou
het van zyne voorstanders opvallend onver
standig zija, nog eerst tot een kleinere uit-,
(weiding te besluiten, op gevaar af dan eene
meerderheid inde S;aten-Ganeraal te scheppen,
die nog verdere uitbreiding afwees. Zijn daar
entegen de tegenwoordige Staten-Genaraal aan
algemeen kiesrecht vijandig, dan zullen zij ook
wel zoo verstandig zijn, zich er niet langs een
omweg te laten heen leiden.
't Gaat den heer Pierson hier als mat zyne
eigene tariefwet. Toon by deze begon te ont
werpen, was eenige vermeerdering van ryks-
middeien te verdedigen. Na is echter bet ont
werp drie jaren onderweg geweest en vraagt
oy de S:aten-G moraal f 1.800.000 nienwo
middelen te voteeren, terwijl de bestaande
belastingen in bet eerste halfjaar van 1900 ca.
f 5.000.000 meer hebben opgebracht dan ia
1899. Een politiek leider moet op zalke
veranderingen letten. Hg had nu naast zgue
tariefwet bet«y een voorstel moeten leggen tot
vermeerdering der staatsuitgaven, in verband
waarmede meerdere miUioenen belasting noodig
zyn of een voorstel tot afschaffing of vermin
dering van andere belastingen. Zonder zalke
begeleidiig wordt de tariefsverhoogiog voor
de meeste artikelen eene daad van zniver
protectionisme.
Het idee eene? technische herzienicg der
kieawot kwam by mr Borgesins op, toen door
zijne vrienden en hem zelf nog geen party
was gekozen voor algemeen stemrecht en
grondwetsherziening. Als een middel tot
dourzamen vrede in de liberale party kon men
er eenige sympathie voor hebben. Na da
partijkeus voor de motie-Troelstrs is vrede
toch onmogelijk en de indiening euner kleine
kieawetberzieniog een anachronisme.
Nederland en China.
De ArnhCrt. vindt in het, ook door ons
medegedeeide advies van den heer W. P.
G.oeceveldt, lastst vioe-president van den
Baad van Indië, inzake onsa houding tegen
over China, aanleiding om te waarschuwen
tegen het voeren van een politiek onzerzijds
zoosli de heer Groeneveldt dia aangeeft
Diens advies luidt toch onvoorwaardelgk dat
Nederland behoort mede te doen aan deEaro-
peesche actie, indien het op eene verdeeling
van China nitloopt of zelfs maar dreigt nit
te loopeD, maar ook ai komt het niet of nog
niet daartoe, zon Nederland tooh nu reeds
„kunnen beginnen met het verkrygen van een
stennpont aan de Zuidkust van China." Ia éeo
woord, Nederland zon ten aanzien van China
niet anders dan het slechte voorbeeld van bru
tale roofpolitiek van Rusland, Dnitschland,
Engeland, Frankrijk en Italië hebben te vol
gen I W|j voor ons, zegt do Arnh. Crtaarzelen
geen oogenblik daartegenover den wenioh nit
te spreken, die, naar wij ons vleien, door tal
van Nederlanders wordt gedeeld, dat geen
enkele Nederlanaaoha regeering ooit aan dezen
raad van den beer Groeneveldt gevolg geven
zal. Zelfs al ware zoodanige roofpolitiek in 't
beïzpg van Indië, dn» ook van bet Moederland,
werbeiyk noodzakelijk ea „voor de rustige
ontwikkeling van onze koloniën een levens
voorwaarde", watwijintnsichenbetwyfdlen,
ook dan nog zonden er voor ons twee
redenen voor éme wezen om tegen het volgen
van zulk eene politiek ons zoo mogelijk te
verzetten en, mocht het er ooit toe komen,
ia elk geval daartegen ten krachtigste te
protesteeren.
Maar, gelijk gezegd, wij betwyfalen zeer of
het wel voor de verschillende belangen, door
den heer Groeneveldt genoemd, noodcakeiyk
is dat ook Nsd-'rl&nd op roof van een stak
Chineeachen grond uitgaat. De koelie-emigratie
ten beboava van den mijnarbeid op Banka en
Billiton en van den veldarbeid in Deli en bet
handelsverkeer met China, iu 't bijzonder de
afzet der voortbrengselen van Nod.-Intfië in
dat onmetelijk rijk, zonden, naar de beer
Groeneveldt verzekert, het zoeken van een
steunpunt aan de zuidelijke koet van China
noodzakeiyk maken, maar is dit zoo, dan ver
klaren wy niet te begapen, hoe dat steunpunt
„natuurlijk overbodig" zon zyn, zoo China
«yn eigen meester bljjff, maar Nederland zyn
slag moet slaan als China verdeeld, „das
gesloten" wordt. Of is 't niet waar, d*t
mat den vermeerderenden invloed van de
Weatarsche staten in China dit' onmetelyke
rijk juist meer en meer voor den bnitanland-
scben handel toegankelijk ia geworden, terwyi
ook de tegenwoordige troebelen bun oorsprong
vinden in de zacht van strenge afslniting, die
ondanks de veranderde omstandigheden nog
altijd het hoofdkenmerk is der Chineetche
staatkunde. Daarom zou, naar onze opvatting,
de bezetting van een punt aan de Cbiaeescbe
kast nog r a i e o n koenen hebben, indien de
Chineesche regeering de macht erlangde om
tot hare tradstioneele iaoleerings politiek terug
te kearen, ten eiade eene deur in ons bezit te
hebbeE, waardoor de aanvoer nit Nad.-Iadië
het Chineesche rp'k zou kuo»ea binnentreden.
Maar by ease verdeeling ven Chin* komen do
handelshavens natuurlijk in handen van Enro-
peesche Mogendheden, de Noord Amerikaansche
Uoie of Japan, zoodat alsdan verschillend© Groeneveldt terecht herinnert, B»en fijnen neus'
toegangen tot bet Cbineeeche rijk ook voor
den Nederiandsch-Iadiiohen handel zullen
openstaan.
Ti 't das, naar onze opvatting, allerminst
noodig dat ook Nederland aan den root deel
neemt, ala het tot eene verdeeling van China
mocht komen, wy zouten zulk eene poli
tiek anders en meer noemen dan „niet
pleizierig," zooals den beer Groeneveldt wordt
in den mond gelegd, en welroekeloos en
onverantwoordelijk, omdat zy ons onvermjjda-
iyk in verwikkelingen zou medealeepan, waarby
voor ons niets te winnen, daarentegen wel
alles te verliezen zou zyn. Dat eene verdeeling
van het Hemelsche Rijk in vrede en vriend
schap geschieden zoa, is by den b-kenden
ouderlingen nay ver der Mogendheden nauwe-
tyks denkbaar, zoodat Nederland, ook aaa de
verdeeling willende deelnemen, onvermijdeiyk
betrokken zou worden in de twisten, welke
naar aanleiding daarvan ontstaan. En zelfs al
leidde de verdeeling van den buit niet tot
vyandeiykheden tusicben da roovers, denkt
mes dan dat, als werkeiyk de provinciën
Fakien en Kwangtieng een begeerlijke „in
vloedsfeer" voor Nederland zyn, het in het onge
stoord bezit daatvau gelaten sou worden door
de Mogendheden, voor wie ze ten minste even
begeerlijk zouden wezen Wanneer dan ook de
heer Groeneveldt Nuclei land aanraadt„mede te
doen aan de Earopeeeebe actie, indien het op
een verdoelen van China uitloopt of dreigt
uit te loopen, en wel in dien vorm, dat onze
belangen daar op den d n u r beschermd wor
den," dan zyn naar onto stellige overtuiging
de twee deelen dezer zinsnede onderling in
lijnrechte tegeoBpraak, omdat voor de bescher
ming onzer belangen en dan nog wel op
den daar, de eerste voorwaarde is, ook
voor het behoud onzer Indische bezittingen
dat wg one bniten het gedraog honden der op
land;oct beluste Mogendheden ea voor een
cocflict met een barer ons zorgvuldig wachten.
Eene politiek, als door den heer Uroeneveldt
wurdt aangep.-ezen, zou zeer waarlotyaiyk
eindigen met het verlies onzer ryke koloniën
in Oost-Aiië.
Maar ook al ware te bowyzen, dat eene
roofpolitiek tegenover China in 't belang van
Moederland en Koloniën zoo al niet strikt
noodzakeiyk, dan toch zeker zeer gewensebt
zou zyn, en ook al bestond er hoegenaamd
geen reden te vreezen, dat 't Nederland, zoo
het in dezen de groote Mogendheden wildé
nsapen, gaan zon als den kik vorach inde fabei,
die zich tot een os wilde opblazen, dan
nog zouden wy onze stem verhtffon tegen eene
politiek als de heer Groeneveldt gevolgd zon
willen zien. Het klinkt eenigszins paradoxaal,
maar tooh is 't een waarheid, dat bet voor
een kleinen Staat gemakkeiyker is, ook in
het internationaal verkeer naar de item Tib
humaniteit en moraliteit te luisteren dsn voor
eene groote Mogendheid, die ter wille van
haar prestige zich niet kan laten o ver vl engelen
door een andere mogendheid, wier egoïsme
en roofsnoht geen perken kent. De handha
ving van het politiek evenwicht kan voor een
grooten 3'xat nog all motief dienst doen
de hebzucht van andere in toom te houden,
door geiyke hebzuchtige neigingen aan den
dag te leggen, en ze te breidelen door den
eisoh van compensatie te stellen.
Voor de kleine Staten echter ontbreekt zelfs
dat voorwendsel en laten zy dsn daarom ook
van hunne in dit opzicht gunstiger positie
gebruik maken en door bun voorbeeld toonen
dat ook in hat verkeer der volkeren de be
ginselen van eerlijkheid, recht en zedelijkheid
toepasaiog kunDea vioden. Laat allereerst
Nsderlaud zich ontbonden van elke handeling,
tegenover weiben staat ook, die in het maat-
sehappeiyk leven by el kon eerlijk denkenden
meoBcU afkeuring «eu vindenlaat elke N«
deriandsobe regeering er zioh voor wachten
aanleiding te geven tot gruwelen, als in de
laatste maanden in China gepleegd werden
door eene gesarde en verbitterde bevolking,
wier goed recht cok door den heer G oene-
vellt erkend wordt. Ea ondanks allen eer
bied voor de kennis en ervaring van dezen
oud Iadiechen ambtenaar, zondvn wy, speciaal
met 'toog op Nederland's politiek tegenover
China, et nog de waarschuwing willen by voe
gen, om tooh vooral het oor te sluiten voor
de inblazingen van den boozen.genius, die
Nederland uit valscho schaamte tot een poli
tiek van roof en moord zon willen verlokken.
Het is toch onwaar, wat de heer Groene
veldt zijnen interviewer ten slotteseid?:
„indien onze deelneming aan den Chineeschen
oorlog zich niet verder zal nitatrekken dan
tot een vlaggeavertoon, dan z«l de reden
daarvan wel de dubbeltjee-quaestie zyn." Dit
mocht, geheel in overeenstemming met den
toen heer schenden geest, zoo wezen in den tijd
onzer voorvaderen, die voor de uitbreiding
van Ntêrland'a handelsrelaties, geiyk de heer
hadden, in onze dagen is het niet alleen en
allereerst het stoffsiyk voordeel, hetwelk de
handelingen van een Nederlandsche regeering
besturen mag. Nederland heeft, naar bet ge
vleugeld koniakiyk woord, iyae grootheid te
zoeken in die zaken, waarin ook een kleine
staat groot kan zyn, en dat ia zeker niet in
'tberooven van anderen, maar wel in 'thoog
bonden van reoht en zedeiykheid.
Hoewel wy in het algemeen met hef betoog
van de ArnhCrt. instemmen, moet ons echter
dm opmerking uit de penChina is voor ons
niet gesloten. Wy hebben op dit oogenblik
vryen koelieuitvoer. Maar het is reeds meer
gebleken, dat, als EageUnd ergens invloed
krijgt, de koelieuitvoer een monopolie word;
ten bate van da Britaobs kolonies.
Geheel wegcijferen mag men de koelie-kwestie
dus niet.
DE KILOMETERBOEKJES EN DE
CONCURRENTIE.
Dat de concurrentie in de spoorwegtarieven
een verwarring heeft gesticht, die door de
maatsehappyea zelve niet meer is te overzien,
is een overbekend fait
Overbekend zal 't mizzohien ziet zyn, dat
door de eonourrentie met de JZ. 8. Jf. ook de
houders van kilometer boek jas dit *yn zy
die in den waan verkeeten per afgelegde
kilometer te betalen ook reeds genoodzaaki
zyn voorat rekenmisatertje te spelen om er
niet voor eenige kilometers sin te vliegen".
De reiziger b.v. van Amsterdam naar N_
megen, die, na een baiven dag in Arnhem te
hebben vertoefd, zyn reis gaat voortsettea,
doet wel zyn boekje te laten afstempelen
Amttwdam Njjmegan, waarvoor 100 K.M. be
rekend worden. Laat by eerst een traject
Amsterdam-Arnhem en daarna een Arnhem-
Nymegen afstempelen, dan betaalt by voor
93 -f- 19 K M. 112, of twaalf K.M. meer.
Wil hg uaar Kutten donzeitdeu dag doorgaan,
inplaats van naar Nymegen, by zorge er voor
zyn kilometerboebjtot Zatfen te laten gel
dig maken. Neemt ny weer eerst Amsterdam-
Arnhem, en daarna Arnbem-Zatfen, dan komt
hem de xeia op 123, in plaats van op 102,
kilometer te staan.
Wordt het geen tyd aan dit gescharrel een
einde ta maken vraagt de redaotie van het
Sociaal Weekblad.
KORTE MEOEDEELINCEN
VERCADERINCEN.
Zaterdag werd te Rotterdam de algemeene
vergadering gebonden van leden der Neder-
landsche vereeniging voor gemeentebelangen
Tot lid van het beatnnr werd o.a. herkozen
i. k«r A. <g VnW»r»«n Nnndoa to Mi4-
Het aantal leden bleek op 1 Jzn. jl. 533 te
bedragen.
Een vroeger door den heer jhr C. van Cit-
fiers gedaan voorstel aangaande pensioneering
van gemeente-ambtenaren werd behandeld eu
aangenomen.
Aan dan heer A. de Volder van Noorden
werd balde gebracht voor al hetgeen hy ge
daan heeft tot bet verspreiden van lioht over
het pensioenvraagstnk.
Iu een Zondagochtend te Arnhem gehouden
eerste party vergadering van de Katholiek
Democratische Volktp %rty in N iderland werd
aan de orde gesteld een motie van de sfdeeling
Nymegen, luidende:
„Da Katholiek Democratische VolkspsVly in
Nuderland, overwegend dat velen, waaronder
niet weinige katholieke medebroeders, de vol
gelingen van bovengenoemde party uitmaken
voor Daensisten of Scheurmakers, mede blijk-
baar niet anders bedoelende dan bovengenoemde
party verdacht te maken, alsof s|j elke houding
van abbé Daens tegenover zQa bisschop goed
keurde
overwegende, dat het, ter wille van de waar
heid, meer dan tyd is, dezen aantygicgen den
kop in te drukken;
betrenrt het ontstane geschil timchen abbé
Daens en zyu bisschop, zoowel als denonehriste-
iyken toon, door veie katholieken tegenover
abbé Daens geuit, en spreekt de hoop uit, dat
het abbé DaenB gegeven zy, onder volledige
gehoorzaamheid aan kerkiyke overheid, nog
vele jtreu werkzaam te zija ter eere Gods en
tot heil van het volk."
Hierover werden langdurige debatten gevoerd,
waarby er op gewezen werd, dat van aanae-
miog dezer motie het bestaan en de oprichting
van enkele aflaeliagen afhangt.
Ten slotte werd door de afdeel ingen de motie
aangenomen met 4 stemmen voor, een tegen
en een blanco.
By kon. besluit i
is A. B. Hirsch, hoofd eener byzondere
inrichting van onderwye te Ttel, benoemd tot
ridder in de orde van Oranje Nassau
is de kap. L. C. Vervooren, van den staf
der infanterie, werkzaam by bet dep. van
oorlog, in zynen rang overgeplaatst by het
reg. gr en. en jagers.
Donderdag a. a. verleent de minister van
oorlog geen audiëntie.
Z. A.. O.
Het was Zondagavond in den grooten
Schuttershof tnin alhier zoo mogeiyk nog
voller dan by de vorige Zondagavondoonoerten.
Men schat het aantal bezoekers op rnim
2500. Ea geen wonder dat het bezoek zoo
druk was, want dien avond weid een bui
tengewoon ooneert gegeven, ter eere van het
vyfjarig bestaan dezer cncerten, terwylbydie
gelegenheid de tuin schitterend verlicht was.
Boven den muziektempel stoud in vurige
letters en cyfers 1896 Z. A. O. 1900en door
den gabeelen tuin waren, met andere versie
ringen, schitterende sterren, bollen en derge-
iyke verspreid. Al dit licht gaf, met de
gewone guirlandes van gaspitten, aan don tnin
een prettig en opgewekt aanzien, wat niet
oaliet om, mot de vrooiyke toonen dermnziek
onzer dd. sohuttery, de velen, die concert waar te
getogen waren, tot een dankbaar en met genot
teisterend auditorium te maken.
Na de pauze kreeg men den nieuwen Feest-
martch (ter herinnering aan het vijfjarig be
staan der Zondagavondoonoerten), door den
heer Morks voor deze gelegenheid gecompo
neerd, te booren, welke minob niet dien
byval mooht verwerven, dien men van een
nieuw gelegenheidznommer had mogen ver
wachten. Anders was dat, als steeds, met
Liszt's Bhapsoiio Eongroise no. 2.
Na de uitvoering van dit nommer beklom
de beer L. K. van der Harst, voorzitter van
het comité, het podiom van de muziektent en
sprak den heer Morks in korte doch warme
woorden toe.
De heor Van der Harst begon met erop te
wyzen, dat hy niet als commissielid sprak,
maar namens alten die aanwezig waren, uaraeua
de trouwe bezoekers der Zondagavondoonoerten,
Spreker vestigde de aandacht op het 25-jarige
jabilé, dat door den heer Morks onlange ge
vierd iseen feest dat zioh door zyu karakter
niet leende voor een gelegenheid om den
yverigen direotenr in het openbaar hulde te
brengen, maar dat in den kring van familie
leden en vrienden heeft plaats gehad.
Da heer Van der Harst wensohte echter den:
heer Morks nu niet te huldigen naar aanleiding
van dat jabilé, maar hem en zyn korps hnlde
en dank te brengen voor ge uitnemende wtfoe,
beiden, nu reeds Mder* tgf d|