MIDDELBURGSCHE COURANT.
Yrijdag
13 Juli.
Onze marine-schepen.
BP» 163.
143e Jaargang.
1900.
Deze courant verschijnt d a g e 1 fj k s, met uitzondering van Zoa- m feestdageQ3
£tys, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederiand franco p.p., f i»-
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
T h r im im t r
Middelburg 12 Juli 8u. vm. 67 gr. 12 a. 78 gr.
av.4u.80gr. F. Verw. z. t. m. 0.w.,opkhw.ger.afn.int.
A g sa t ni
Te Vlissingen: C. N. J. de Vet Mestdagh fc®
Goes; A. C. Bonnra, firma Wed. de Jon&b.
AdverfcentiSn; SO cent per regel. Sleboorte-, dood- en alle anders familieberichten es
Öaskfeetuigingen van 1—7 regels 1.50; elke regel meer 10 cent. Seolames 40 «ent per regel
üroote letters naar de plaats die *jj innemen.
Tot Se 'plaatsing van advertentiSn ess reclames, traEoft afkomstig uit Zeeland, betreffende
Handel, Nfverheid en Geldwezen, 3® uitsluitend gereshtigc! het A8g®me>®tt Advertentle-BureaS'
A. DB LA MAR Ain., M.Z. Voorburgwal 2CÖ» Amsterdam.
Bij deze courant behoort een Bijvoegsel.
Middelburg 12 Juli.
„Daar ginds in den Archipel en
in de Cbimeeache zee, waar de groote
Mogendheden elkaar by de verdee
ling van den bait de tanden laten
eien, waar een nieuwe mededinger
zich in onze buurt heeft gevestigd,
daar ginds kas ieder oogenblik wat
gebeuren, waardoor ook ons koloniaal
bezit zou kunnen bedreigd worden."
Bovenstaande woorden werden door den
heer De Ras gesproken in de zitting der
Tweede kamer van 15 December van het
vorig jaar bij de behandeling der begrooting
voor Marine. En de afgevaardigde voor
Maastricht drong er tevens bij den minister
op aan, den aanbouw van het materieel voor
Indië en den algemeenen dienst wat te be
spoedigen.
De jongste gebeurtenissen in Zuid-Afrika
en Azië, en ons vertoon daarbij hebben van
zelf in den laatsten tijd op nieuw de aan
dacht gevestigd op onze marine-schepen en
verhoogen de waarde van hetgeen de heer
De Ras heeft gezegd.
In hoever het materieel van onze vloot
geschikt is tot verdediging van onze onaf-
hankelgkheid, willen en kunnen wij niet
beoordeelende minister erkende zelf dat
dit niet het geval was en daarom moest
hierin worden voorzien. Maar er zijn nog
andere eischen, waaraan dit moet voldoen;
de verdediging van onze koloniën bij even-
tueelen aanval, die in de toekomst volstrekt
niet onmogelijk is, vooral met het oog op
de stemming welke zich tegenwoordig by de
groote politici openbaart; en het hoog hou
den van ons prestige, waar dit noodig is
om onze neutraliteit te handhaven of de
belangen van onze landgenooten in vreemde
gewesten te behartigen. Is ons materieel
voor die verdediging sterk genoeg
geschikt
De minister erkende dat voor Indië gedaan
is wat noodig was.
Welnu, wy stemmen gaarne toe dat er in
de laatste jaren veel verricht is tot verbe
tering van den toestand.
Sinds 1893 is het materieel inderdaad in
waarde zeer vermeerderd.
Rekenden wy voor dien tijd tot onze
grootste oorlogsschepen slechts de zooge
naamde fregatten, die wy dea wijdsehen
naam van „kruisers" gaven, hoewel zij ge
heel uit den tijd waren en nagenoeg geen
waarde als oorlogsschip hadden, en ©enige
gepantserde schepen als de Stier, Scorpioen
enz,, die al evenmin slagschepen waren,
welke aan de eischen des tyds beantwoordden,
sedert kwamen wij in het bezit van veel
moderner materieel.
Het eenige schip van waarde in Oost-
Indië was destijds de Sumatraeen kleine
pantserdek korvet van 1720 ton, behoorend©
tot de Indische militaire marine, die even
wel het grootste deel van haar tyd in
reparatie lag op de werf te Soerabaija.
Eenmaal kwam het voor dat dit schip ge
wichtige diensten had kannen bewijzen, nl.
by het bombardement van Mataram en Tjakra
Negara op Lombok; toen echter hebben
wy den stem van d© Sumatra moeten missen
omdat o o zy te Soerabaija op de werf lag
om grondig te worden onderhanden genomen
en dientenvolge al het geschut eraf genomen
was,
't Was juist het eenige schip dat Tjakra
behoorlijk onder vuur had kunnen nemen
Om ons uitgestrekt Insulinde tegen Euro-
peesche vijanden te verdedigen, wordt door
het moederland het auxiliair eskader aldaar
gestationneerd, bestaande officieel uit
zes groote en krachtige schepen.
Dit eskader bestond in 1894 uit niets dan
de fregatten Koningin Emma der Nederlanden
en Trompbenevens de geheel verouderde
pantsersehepen Koning der Nederlanden en
Prins Hendrik, omstreeks 1865 gebouwd.
De Koning kon in genoemd jaar zelfs nau
welijks meer stoonaen en werd dan ook
in 1895 afgekeurd. De flottielje vaartuigen
(Indische militaire marine) werden en worden
beschouwd als dienende om Inlandsche
vijanden t© bevechtener waren in 1894
daarbij meerendeels oude en slecht bewoon
bare, doch sedert is dat veel verbeterd door
aanbouw van nieuwe vaartuigen.
De Iudische militaire marine was wijders
nog in het bezit van één torpedoboot.
Waarin bestaat nu de verbetering van
het materieel sinds 1893
Eerst dient nog vermeld dat in 1892 te
water werd gelaten het pantsei'dekschip
in Wilhelmina der Nederlandengroot
4600 ton. Dit schip was in dien tijd de
trots van de marine, de krachtigste man of
trdien wij bezaten.
Bedoeld schip is echter noch kruiser; noch
slagschipals kruiser heeft het veel te weinig
en als slagschip mist het zijn
pantser; een pantserdek is daartoe geheel
onvoldoende. Het ging zich in November
1894 voegen by het auxiliair eskader in
Oost-Indië. In 1899 heeft het hier te lande
zeer gcoote herstellingen ondergaan in het
belang van zyn zeewaardigheid en om een
beetje te worden gemoderniseerd.
kwamen evenwel sinds 1893 in het
bezit van drie pantsersehepen of liever
pantserscheepjes, type Kortenaervan slechts
3500 ton, met een bewapening en pantser,
die aan deze kleine afmeting natuurlijk
geëvenredigd zijn.
Ook werd onze vloot verrijkt met zes
kruisers (pantserdekschepen), type-Bolland,
van ongeveer 4000 ton en 20 myis snelheid.
Dit alles mag met ingenomenheid worden
geboekstaafdmaar de vraag dient gedaan
is het voldoende?
En dan zouden wij op die vraag niet
gaarne oen bevestigend antwoord willen
geven.
Het ligt toch voor de hand dat, ontstaan
er voor ons in Indië moeilijkheden, die
komen van de zyde van een der groote
Europeesche mogendheden, van de Ver-
eenigde Staten of van Japan. In dit geval
zal, by totale afwezigheid van vestingwerken,
pantserforten of andere havea-verdedigings-
werken aldaar, geen geringe eischen gesteld
worden aan de Indische zeemacht tot hef
verhinderen van vijandelijke landingen.
En wanneer wij nu ons materieel verge
lijken met dat van die mogendheden, dan
zinkt het daarby vrij wel in het niet.
Beschouwt men b. v. onze zoo even ge
noemde pantsersehepen en kruisers, met de
wetenschap, dat Duitschland pantserschepen
heeft van 12.000 ton en Engeland en Japan
zelfs van 10.000 tot 16.000 ton, dan zal
men moeten erkennen, dat de onze daarby
kinderen zijn.
Zoo is het ook met de kruisers.
Wel hebben wij, blijkens de geschiedenis,
menigmaal met kleine oorlogsschepen met
succes gevochten, maar in onsen tyd, met
zijn moderne krijgstoerustingen, is het zeer
twyfelachtig of onze kleine kruisertjes en
pantserscheepjes, met hun zooveel lichter
pantser, met hetzelfde succes de groote
zouden kunnen bevechten.
Onlangs is nu het pantserschip Koningin-
egentes van 5000 ton te water gelaten,
terwyl twee andere pantserschepen van dat
type op stapel staan. Deze drie pantser-
schepen zijn voor buitenlandschen dienst
en zullen vermoedelijk het auxiliair eskader
in Oost-Indië gaan versterken, terwijl de
drie pantserschepen, type Kortenaerbestemd
zijn om de vaderlandsche kust te bescher
men, hoewel d© Piet Hein toch verleden
jaar tydelyk naar Indië is gezonden. Maar
deze drie schepen in aanbouw hebben als
slagschip eene betrekkelyk geringe betee-
kenis, wanneer men ze vergelykt met de
buitenlandsche vaartuigen van dien aard.
Voegt men daarbij, dat aan uitbreiding
of verbetering van onze torpedovloot, hoe
noodzakelijk ook, sinds 1891 niets kon
worden gedaan; dat de oude booten weinig
snelheid hebben en dikwijls reparatie be
hoeven; dat wy de weelde van zooge
naamde topedoboot-vernielers of torpedojagers
in 't geheel niet kennenterwijl Engeland
zulke booten heeft met 33 mijls-snelheid,
haalt ©en groote model forpedoboot van ons
met moeite 19 of 20 mijl; dan zal men
moeten toestemmen dat er nog heel wat
verbeteren valt.
Met ingenomenheid vermelden wij daarom,
dat thans een tweetal torpedobooten in aan
bouw zyn voor den dienst in Oost-Indië,
•waarvan een dezer dagen te Nieuwediep is
aangekomen.
Bovendien is er nog eene kwestie van
groot belang die in deze de aandacht verdient.
Het nieuwe materiaal der laatste jaren
heeft bij het gebruik, naar men beweert,
heel wat teleurstelling gewekt, vooral ten
opzichte der machinerieën en de snelheid.
Wy herinneren slechts aan hetgeen met
de Zeeland is gebeurd, waarvan door de
minder goede aansluiting van de schroefas-
kokers de bevestigingsbouten gebroken zyn.
Eu in de Hollanddie op 's rijks werf werd
gebouwd, lieten de machines ook heel wat
te wensches over. Het schip was daarvan
voorzien door de Koninklijke fabriek van
stoom en andere werktuigen te Amsterdam
en voor de aflevering moest het verschil
lende malen proefstoomen, waarbij telkens
het een of ander brak, waarna het dan
weder geruimen tijd in reparatie bleef.
Door ontzaglyk veel olie te gebruiken, heeft
het schip eindelijk op een proeftocht voldaan.
Op zijne eerste reis naar Indië kon echter niet
eens met volle kracht worden gestoomd,
terwyl in Indië zelf steeds met de machines
werd gesukkeld en herhaaldelyk belangrijke
reparaties moesten worden verricht. Er is
zelfs sprake van geweest dat het schip
verleden jaar naar Nederland zou „gesleept"
worden, om daar een grondige reparatie te
ondergaan. Bovendien was het verblijf aan
boord voor de equipage bijna onmogelyk door
de ontzettende hitte, die in de verschillende
verblyven heerschte.
Als men nu daarmede eens vergelijkt hef
Amerikaansche oorlogsschip Oregon, bekend
om zyn snellen tocht tydens den Spaansch-
Amerikaanschem oorlog van San Francisco
om Zuid-Amerika naar de Cubaansche wateren,
welk vaartuig als slagschip bovendien niet
aan zulke hooge eischen, wat betreft snel
heid, behoefde te voldoen als een kruiser,
dan zal men moeten bekennen, dat onze
kruiser Rolland daarby vrij ongunstig afsteekt.
i meenen, op dit oogen-
Zoo is, naar
blik de toestand.
Vergeleken by eenige jaren geleden is
er stellig veel verbeterdmaar toch blijft
er nog te wenschea over.
Niet aan ons natuurlijk om de middelen
tot verbetering aan te gevendit is de
taak der deskundigen.
Maar er zyn kwesties van algemeenen
aard, die in deze hun invloed doen gevoelen.
Een feit is het dat ons land zich voor
den bouw van groote schepen niet meten
kan met het buitenland, al mag het, wat
minder groote betreft, gerust daarmee op
n lijn worden gesteld.
Voor het bouwen van de kolossen, die
in Engeland en Amerika worden vervaar
digd, zijn onze werven niet ingericht. Tér
nauwernood kunnen daarvan schepen met
een diepgaBg van 23 a 24 voet te water
worden gelaten en de groote slagschepen
van de genoemde naties hebben veel meer
diepgang.
In het buitenland heeft men bovendien
op dit gebied natuurlijk meer ondervinding,
omdat er zooveel meer oorlogsschepen ge
bouwd worden.
En hiermee dient men, nu de aanvallen
van buitenaf zullen komen, wel degelijk
rekening te houden.
Dit deed Japan, dat èn op zjjn eigen wer
ven maar ook in Engeland zijne schepen
liet bouwen, zoodat het in enkele jaren een
uitmuntende oorlogsvloot verkreeg.
Eischt nu de verbetering van onze mari
ne denzelfden weg, als Japan bewandelt,
in te slaan, men doe dit.
Een natie, die de weelde zich veroorlooft
van koloniën, welke tal van voordeelen aan
bieden, moet zich opofferingen getroosten
om die te behoudenwant zij loopt anders
gevaar die te verliezen, vooral in den tegen-
woordigen tyd.
Maar, waar dat ©enigzins mogeiyk is, ga
men voort met den aanbouw van oorlogs
schepen in ons land, edoch op practische
wijze, zonder, met overdreven angstvallig
heid, voorwaarden te stellen, die de mannen
van het vak nooöelpos ©n nutteloos binden.
Er staan in deze te groote belangen op
het spel; belangen die nu vaak achteraf
gezet worden of niet voldoende behartigd,
met het oog op allerlei overwegingen, die
geheel buiten de hoofdzaak staan.
Zoo ook dunkt het ons zeer gevaarlijk
dat in deze de vertegenwoordiging te veel
over détails oordeelt. Iu Engeland stellen
beide huizen jaarlijks het marine-budget
vast, maar laat het parlement de wjjze van
besteden der toegestane gelden voor aan
bouw, binnen zeer ruime grenzen, over aai
de Admiraliteit.
Waarom kan dit ook hier niet geschieden
De vraag of politieke overwegingen, zoo
als men wellicht beweren zai, by deze
kwestie haar invloed doen gevoelen, willen
wy met stilzwijgen voorbijgaan. Wij geloo-
ven niet dat dit nu meer het geval is,
zouden het ook betreuren, wanneer bjj
dit vraagstuk, van zuiver practischen aard
en van zoo veel gewicht voor ons land, de
eeuwige politiek''* haar macht zou doen
gelden.
Maar wel gelooven wy, dat reeds veel
gewonnen zou zyn, wanneer by den bouw
van onze schepen er meer samenwerking
bestond, meer een streven om het werk aan
zyn doel te doen beantwoorden, tusschende
beide afdeelingen die daarin als gezagheb-
benden optredendie voor den bouw van
het schip en die voor de machines.
Er zyn toch nl., hier zoowel als in het
buitenland, by dezen gewichtigen bouw zoo
veel moeilijkheden, zoovele technische be
zwaren te overwinnen, dat men waarlyk
wel uitsluitend bedacht mag zyn op
een eendrachtige samenwerking, teneinde
een goed geheel te verkrygen.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Bg kon. besluit zyn benoemd tot ambte
naar van het Openbaar Ministerie by de kan
tongerechten te Oostburg, Terneueen en Hulst,
standplaats Middelburg, mr J. baron van
Lamaweerde, advocaat fe Hertogeaboscb, en
tot leeraar aan de Rgks Hoogere Burgerschool
Middelburg de heer dr R. van der
Laan, than» tijdelijk leeraar aan die school
Dit bericht werd nog opgenomen in een
groot deel der oplaag vm ons vorig nomrner.
Er zyn weer rozenplakfcers op onze Bol
werken alhier aan den gang geweest.
En dit waren, volgens beweren van hen die
dit zagen, jongeheeren, van wie men het niet
verwachten zou en die zich zelfs niet schaamden
daartoe over de omrastering been te
klimmen.
Da politie doet onderzoek.
Wy deelen een en ander mee ter waarschu
wing van anderen, en tevens om hen, die
dergeiyke plukkeryen waarnemen, aan te
raden daarvan kennis te geven aan de politie.
Dit kan strekken om ze te doen ophouden.
In den laatsten tyd had men daarover anders
weinig te klagen.
De officier van gezondh. 2e klasse G,
M, van der Wal alhier wordt op 13 dezer
getaoheerd by het 3e bataljon van het 7e rege-
ment infanterie te Rotterdam, al waar dat
bataljon tydelyk garnizoen houdt.
De militairen, die aan een strengere tucht
het „Depot van Discipline", te Vliss
gen werden onderworpen, zag men vroeger
daarheen geleiden in het van alle versierselen
en kleuren ontdane uniform van die inrichting,
hetgeen onnoodig opzien baarde, onneodig
oateerend was voor de betrokken personen.
Op een voorstel, reeds in het vorige jaar
gedaan door den humanen tcgenwoordigen
commandant, is naar wg in de Opr. Haarl.
Crt lezen besloten, hen voortaan eerst in
Vlissingen van uniform te doen veranderen,
Het getal der voor straf by het Depot ge
plaatsten bedraagt thans nog geen 40.
Een der te Vlissingen bestaande
Eogeleche bookmakers-kantoren is verplaatst
naar Guernsey (Kanaal-eilanden.) In een ad
vertentie in een bekend Engelauh sportblad
wordt o. a. als reden daarvan opgegeven„de
vaderlandsliefde van den eigenaar, die niet
langer meer wilde wonen in een land waar
zooveel haat tegen de_Engelsehen gekoesterd
wordt, (siol) {Vlis. Crt.)
Te Philippine zyn Dinsdag oandidaat
geBteld voor den gemeenteraad (vacature E.de
Bock en E. Cuelenaere), de heeren A.
Arbroaoheer, J. Barbé, Aug. Claeys en E.
de Mul.
De stemming is bepaald op Dinsdag 17
JbU
Provinciale Staten van Zeeland.
Zitting van heden (Donderdag) ochtend
te 10 uur.
Voorzitter de commissaris der Koningin.
Tegenwoordig 38 leden en de griffier.
Afwezig de heeren Van den Have, Fokker,
Bolle en Noqrdjjke.
De voorzitter atelt in de eerste plaats aan
orde het onderzoek der geloofsbrieven van
den heer D. Wisboom Verstegen, onlangs in
het disfriet Middelburg tot lid der Staten ge
kozen, en benoemt daartoe eene commissie,
bestaande uit de heeren Hammaoher, Moerdyk
Loois.
De heer Hammaehee brengt rapport uit,
strekkende tot toelating van den heer Wisboom
Verstegen.
Couform die conclusie wordt besloten»
De heer Wisboom VerBtegen wordt daarna
door den griffier binnengeleidhfj legt in handen
van den voorzitter de voorgeschreven eeien
af, wordt door dezen geluk gewenscht en
neemt zitting.
Daarna worden de notulen van het verban*
delde in de vorige zitting gelezen en goedge
keurd.
Vervolgens deelt de voorzitter mede, dat tot
voorzitters en ondervoorzitters der afdeelingen
zyn benoemd:
van de eerste ie heeren De Ceaembroot
Pompe van Meerdervoort
van de t w e e d e de heeren Hennequin en
De Smidten
van de d erde de heeren Vader van's Gra
venpolder en Huvers.
De voorzitter stelt aan de orde de benoeming
van hef lid der Staten, bedoeld by art. 89
der provinciale wet®
Tot leden van het stembureau wpt hy aan
heeren Van Teyiingen, De Jonge, Oggel
en Hombach.
Ingeleverd worden 38 stembiljetten.
Benoemd wordt hef aftredend lid, de heer
J. M. Kakebeeke, met 35 stemmen.
Verder werd een stem uitgebracht op de
heeren Van der Meer, Vader van 's Graven
polder en Hennequin.
Op een desbetreffende vraag van den voor-
zitter verklaart de heer Kakebeeke zieh, onder
dankbetuiging aan de leden voor bef in hem
gestelde vertrouwen, bereid de betrekking op
zich te nemen.
Daarna komen achtereenvolgens aan de orde
voorstellen van Gedeputeerde Staten met
de algemeen© verslagen der afdeelingen.
Naar aanleiding van het verzoek, namens
i afdeeling Middelburg van den Algemeenen
Neder Icmdschcn Typografenbond gedaan, om
loopende overeenkomst betreffende het
drukken van een verslag der handelingen van
Provinciale Staten op te zeggen en de
voorwaarden van aanneming voor het drukken
van hef verslag fe wyzigen, stellen Gedepu
teerde Staten voor aan adreseanten te kennen
te geven, dat hun verzoek niet voor inwilliging
vatbaar ia.
Het algemeen verslag der afdeelingen wordt
uitgebracht door den heer Moerdyk.
Al de leden van deze afdeelingen vereenigen
zieh met het voorstel van Gedeputeerde Staten.
ykens mededeeliiog van den voorzitter
vinden Gedeputeerde Staten in dit verslag geen
aanleiding tot het brengen van walging in
hun voorstel.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming
wordt daarna het voorstel aangenomen.
Het voorstel van hef Gedeputeerd college
ten opzichte van de pensioneering van N. M°
Harte te Terneuzen, eervol ontslagen besteller
den provincialen stoombootdienst op de
Wester-Sehelde, strekt om hem met ingang
van 1 October a. een jaariyksoh pensioen van
f 182.50 toe te kennen.
Het algemeen verslag der afdeelingen wordt
uitgebracht door den heer Den Boer
in al de afdeelingen veraenigde men zieh
met het Voorstel van Gedeputeerde Staten.
Biykens mededeeling van den voorzitter
vinden Gedeputeerde Staten ia dit verslag geen
aanleiding tot het brengen van wjjziging in
hnn voorstel.
Zonder discussie of hoofdeiyke stemming
wordt het voorstel aangenomen.
Het voorstel van Gedeputeerde Staten tot
wyziging van het reglement van politie voor
de polders strekt om al. 3 van art. 16 van
het reglement van politie voor de polders in
Zeeland Provblad no 92 van 1867) te lezen
als volgt
»Da in de dammen zieh bevindende buizen,
kokers of andere openingen moeten door de
gebruikers van de landen, waartoe die dammen
den toegang geven, steeds in goéden staat van
onderhoud en zuiver worden gehouden.
Het voor de eerste maal aanbrengen van
nieuwe, alsmede het verruimen of verlagen