MiddeliiursscliB Cm! SS BIJVOEGSEL VAN DE VAN Maandag 12 Februari 1900, no 36. Plantenvoeding - Bemestingleer, VI. (Slot). Wij zeiden de vorige waak, dat wij nog een opmerking hadden te maken by het gebruik van Chili-aalpBter- Daze meststof bevat, zooals men weet, van 15l/s tot 16 stikstof in don vorm van sal peterzuur en is dus onmiddellijk ia water op losbaar en door de plant opneembaar. Daarin verschilt zij van de stikstof, die in het ammouiak-suporphosphaat aaawezigis. De ammonia moet, wil ztj door de plant opneem baar zyo, e6refc omgezet worden in salpeter zuur. Het gevolg daarvan is, dat de werking van ammoniak-auperphosphaat eene langzame, maar voortdurende, die van Chili salpeter eene plotselinge is; van daar dan ook, dat men binnen acht dagen de working van het strooien van "Chili-salpeter kan waarnemen. Hierbij komt nog, dat ammoniak zich vast legt aan den grond en door den regen niet wordt weggespoeld, wat mat Chili salpeter juist het tegengestelde is. Strooit men derhalve to veel Chili-salpeter in eenmaal, dan wordt daarvan een gedeelte door de plant gebruikt; een ander gedeelte, dat onmiddellijk in water oplost, wordt weg gevoerd door den regen naar den ondergrond en ia dus geheel zo ader nut. Het gald, daarvoor bestead, is weggeworpen. Wil raea door Chili-salpeter sen8 nuttige inwerking op de plant veroorzaken, dan moet iaën het in twee, drie of viermaal tosdienen. Vandaar dat wij groofce voorstanders z§a van het gebruik van ammoniak euperphos- pksat, later versterkt door een toevoegsel van Chili-salpeter, wanneer we merken, dat de planten niet gezond genoeg zijn. Wanneer een stuk land bemest wordt met stalmest, dan wordt die mest gewoonlijk in hoopen op het land verdeeld. 't Gobmrt, dat, nadat die hoopen gelegd zijn, een paar regenachtige dagen het ver spreiden en onderwerken beletten. Wanneer men nu op dat land een graan oogst zaait, dan zal men al de plaatsen, waar de hoopen gelegd en gedeeltelijk uitgeregend zjjn, gedurende maanden kunnen waarnemen. De planten, die daar welig, donker groen tieren, tooncn aan, hoeveel mest bet land noodig hadde planten daarnaast, hoe nadeelig het te kort aan mest werkea kan. Door dat te kort by tij da mat wat Chili- salpeter te verhelpen altijd in de veronder stelling, dat er phoaphoszuur en kali genoeg in den grond w zoude men een meer gelijk matig en meer voldoend gewas hebben. w Wanneer men onderzocht heeft op de wijze, die wy vroeger omschreven, of de grond rijk genoeg is aan kali en men heeft bevonden, dat zulks het geval is, daa achten wij in het algemeen gesproken de beste bemesting per HA: 400 kilogram ammoniak-superphoephaat, 200 kilogram auperphosphaat, 150 tot 250 kilogram Chili-salpeter in drie maal; daarbij in het oog houdende, dat van tijd tot tp ease groene bemesting of eene bemesting met stalmest gewenscht blijft, om den noodigen humus in den grond te brengen, die, zooals wy gezïon hebben, den grond toegankelijk maakt voor lacht, warmte en lucht zijne structuur verbetert. Maar nu nog een woord over het Chili-salpeter. Men zal zich herinneren, dat wij in ons eerste opstel mededeelden, dat het protoplasms, het voornaamste deel der planfceneel, bestaat uit stikstof, zwavel, waterstof, zuurstof, kool stof, phosphorus enz. en dat het hoogst waar schijnlijk ontstaat uit eese verbinding van druivensuiker met stikstof. Een groote toevoer van stikstof bevordert dus de vermeerdering van protoplasms, dus de toeneming van cellen, dus het groote* wor den der plant: maar ten koste van het suiker gehalte. Dr Julius Kühn zegt daarvan in De doelmatigste voedering van het rundvee „het aanvankelijk suikergehalte dezer voedingsmid- dalen (gras, beetwortels, koewortels, pasfciaaken enz.) is ook op zich zelf zeer afwisselend naar de soort van bemesting, de verscheidenheid en de grootte der woEtels. Sterke stikstofsijke bemesting begunstigt meer de proteïa-vorming dan het ontstaan van suiker. Met de grootte der wortels neemt het suikergehalte, evenals het voedselgehalte der wortels in 't algemeen af." Wy raeenen hierop by zonder de aandacht te moeten vestigen by het toenemend verbou wen van suikerbieten. Daarbij zijn twee wijzen van contracteeren in zwanghet contract op gehalte en gewicht en het contract, uitsluitend op gewicht. Heeft men op de eerste wijze gecontracteerd, dan zal een te ruim gebruik van Chili salpeter het gewicht hoogst waatschynlijk wel ver meerderen, maar bet gehalte aan suiker ver minderen. Komt dit daardoor onder het ge contracteerde normaaloyfer, wij meenen, dat dit tegenwoordig opgevoerd is tot 15 dan heeft dit eene vermindering tengevolge van den geeontracteerden prys. Heeft men alleen gecontracteerd op gewicht, dan doet het suikergehalte niets af bij de pry$bepalisg en daarom kan iu dat geval eene bemesting met Chili-salpeter nooit tot nadeel strekken. Het komt ons daarom zeer gewenscht voor, dat èa door de Commissie heiast met het toe zicht op de proefvelden in Zeeland èn door de afdeeling Terneuzen van de Vereeniging van Landbouwers die suikerbieten verbouwen, in de zoo even besproken richting nauwgezette proe ven worden genomen, met éane, hoogstens twee soorten van bieten, die op hetoogenblik voor de meest aanbevelenswaardige worden gehouden. Ia de richting van cultuurproavenis, duukt ons, reeds genoeg gedaan, om aan een paar soorten cp goede gronden de voorkeur te kunnen geven. Ia het Verslag van de proef velden over 1898 zegt de Rijkslandbouwleerasr op bladz. 25 by eene bespreking van drie proefvelden, welke aangelegd waren te Zonn8- maire, Rilland en Groede: „De beide variëteiten Klein Wmzfoben original en Oebr. Dippe W 1 hebben haar goeden saam gehandhaafd en kunnen beide gerust worden aanbevolen. De eerste leverde by eene hoeveelheid van 47.051 KG bieten per hectare 7625 KG suiker, de tweed8 by 47934 KG bieten 7833 KG suiker. Met deze beide soorten, die wat gewicht en gehalte betreft, niets te weuschen overlaten, zouden wy nu gaarne bemestiagsproevea zien nemen en wel op de volgende wgze Het geheale proefveld worde verdeeld in tien geiyke dealen, die genummerd worden van 1 tot 10 on waarvan de grond zooveel mogelijk van gelijke samenstelling moet zyc. De oneven nummers worden gemest met auperphosphaat van 14 tegen 700 KG per HA; de even nummers met 300 KG ammo niak superphosphaat en 500 KG auperphosphaat eveneens per HA. Gedurende den zomer worden de suikerbieten overgemest met Chili-salpeter, de oneven nummers respectievelijk tegen 300, 350, 400, 450 en. 500 KG per HA; de even nummers met 100, 150, 200, 250 en 300 KG, in driemaal te strooien. Het zaaien, bemesten, overbemesten, de overige bewerkingen, de bepaling der srand- wijdte geschieden overigens op de wijze, zooals men zulks gewoon is te doen. Komt men nu aan het einde van den oogst nog tot geen maximum, d. w. z.komt men, vóór men het hoogste cijfer van bemesting gebruikt heeft, nog tot geen hoogste opbrengst, dan wordt de proef het volgend jaar herhaald mei nog grootere giften van Chili salpeter. Heeft men op deze wyze het maximum van opbrengst bereikt, dan neme men het jaar daarna prosven met de hoeveelheid Chili- salpeter, die het maximum van opbrengst versohaft en verandere op de verschillende deelen, de hoeveelheden auperphosphaat. Wanneer zoodanige proeven gedurende drie of vier jaar op nagenoeg gelijksoortige gron den in een tiental streken van Zeeland geno men werden, dan zouden wij zeer zeker tot een uitslag komen, die voor de suikerbieten- teelers, en die zijn er velen, van dadelijk practisch belang zouden zijn. We zonden dan ook tot de oplossing komen van de vragen, wat voor den landbouwer beter iste contracteeren volgens gewicht of volgens gehalte, suiker pry 3 en gewicht, en faoe'fajj zijn land in beide veronderstellingen moet bemesten, om tot de grootste opbrengst te geraken. Chili-salpeter brengt stikstof in den grond. Die stikstof wordt teruggevonden in het protoplasm». Stikstof geeft dus aanleiding tot het vormen van groote, welige planten. Groote, welige planten kunnen groote op brengsten opleveren, mits zij in den grond het voedsel vinden voor die groote opbrengsten. Ontbreken die men denke op den regel van het minimum dan krijgt men groote planten, die op een gegeven oogenblik flauw vallen van gebrek, legeren en niets opleveren, of iets van zeer weinig waarde. Dan wordt er door de tegenstanders van het gebruik van hulpmeststoffen, die zich hebben laten verleiden tot het gebruik van Chili-sal peter, met heel veel zelfvoldoening luide ver kondigd Nu, ik heb dea raad om kunstmest te ge bruiken ook eens opgevolgd één, twee jaar ging het wel, maar het derde jaar had het zout den grond zoo uitgeput Heen lezers,, gelooft dien proefnemer niet. Het Chili-salpeter heeft den grond niet uitge put, maar het onverstand van den proefnemer heeft zulks gedaan. Wg vergeiyken dien proefnemer, by een gastheer, die een grooten maaltyd aanrichtte en daarop drie achtereenvolgende dagen gasten noodigde. Tegen den eersten dag verzocht hij zijne vrienden en dezen genoten volop. Tegen den tweeden dag had fay zyne arbei ders gevraagd met hunne vrouwen en kinderen. Dezen teerden op 'fc overschot, vonden enkele spijzen zeer lekker, maar verzadigd waren zy niet. Te huis was het niet zoo lek ker, maar er was meer. Tegen den derden dag had hg de armen uitgenoodigd om het overscbot te gebruiken. Deze aten, wat nog voorradig- was, maar keerden zeer onvoldaan huiswaarts. Zy getuigden tegen den gastheer. Wie Chili gebruikt, moet andere meststoffen gebruiken, anders bedriegt hem zyne zuinigheid. De grond, de plant, het vee laten zich niet bedriegen. Wij eindigen ons opstel met eene gedeelte- lyke herhaling van hetgeen wy reeds vroeger gezegd hebben. Geen meststoffen moeten gekocht en gebruikt worden, dan na behooriyk onderzoek aan een rykslandbouwproefstation en op voorwaarde, dat by een te kort aan gehalte van 2 of meer percenten de meststof niet behoeft aanvaard te worden. Superphosphaten bevatten 12, 14,16,18 of 20 phosphorzuur, oplosbaar ia water. Ammoniak-snperpiiosphaat bevat 7 stik stof en 9 phosphorzuur. Chili-salpeter 15 a 157s stikstof. Gezuiverde zwavelzure kali-magnesia 25 a 27 kali. Zwavelzure ammoniak 20 stikstof. Thomas phosphaat moet 75 fijomeel heb ben, dat wil zeggen, van 1 KG moet 750 gram vallen door een zeef met een draadsafstand van 0,168 millimeter. Hat raoetb3vattenl5— 20 phosphorzuur, oplosbaar in sterke zuren. Omtrent het gehalte van phosphorzuur, hooger dan 14 nog deze opmerking, dat hoe hooger het gehalte is, hoe hooger de prgs wordt per graad. Hierbij valt dus te bereke nen, of de meerdere prijs evenwicht maakt met of minder bedraagt dan h9t daartegen- overfitaande arbeidsloon. Een goed landbouwer moet een nauwlettend rekenaar zijn. Middelburg 10 Februari. Volksweerbaarheid en geloof- Op een Woensdagavond te Amsterdam ge houden vergadering tot stichting van eene afdeeling der Vereeniging Volksweerbaarheid maakte een der sprekers by het debat, dé op merking dat „de Transvalere vooral krachtig zy» door hua geloof, en dat wy, Nederlanders, tot dat geloof moesten worden opgewekt in onze Nederlandsche scholen," Op dat aambeeld wordt tegenwoordig onop houdelijk geslagenen bg velen met succes, getuige ook het applaus, dat op die woorden in de bedoelde bijeenkomst volgde. Een Amsterdammer laat hierover nu een verstandig woord hooren in het Ebld. Hy schrijft nl. Met allen eerbied voor de warme overtui ging, die dezen spreker biykbaar bezielt, spyt het mg toch dat op diens woorden geen pro test is gevolgd. Immers, mij wil voorkomen, dat velen in den lande zich eene eigenaardige voorstelling maken vau de invloeden, die de moderne oorlogskansen beheerschen en dat uitspraken als bovenstaand er veel toe bij dragen om bij oppervlakkig denkenden de meaning te vestigen, dat het succes der Transvalera in hoofdzaak ia toe te sehryven aan de kracht hunner godsdienstige overtui ging, en dat zonder deze geen goede volks weerbaarheid kan worden bereikt. Maar nog bedenkelijker vind ik het laatste gedeelte der aangehaalde tirade„dat wy Neder landera tot dat geloof moesten worden opge wekt in onze Nederlandsche scholen"; want zou de by val van de vergadering zich ook naar buiten uitstrekken, en én deze dagen van spanning en bewondering bestaat hiervoor by velen kans, dan voorzie ik daarin een ernstig gevaar voor onze grondwettige opvatting van gewetensvrijheid en voor de zoo moeiiyk ver kregen inrichting van ons tegenwoordig open baar onderwys. Trouwens is het in den laataten tijd vaak gezochte verband tusschen geloof en oorlogsgeluk ra. i. ten eenenmale onjuist, daar geen enkel feit in de geschiedenis hiervoor ook maar het geringste bewijs levert. In alle oor logen vertrouwden beide partyen meestal op hoogeren bijstand en toch was er altijd één, dis verloor. Ia de talrgke oorlogen der middeleeuwen en der latere tQden vindt men hiervan voldoende voorbeelden, evenzoo in de vele maer locale twisten tusschen verschillende godsdienstige secten van hetzelfde land. Ia den Spaansch-Amerikaansehen oorlog waren beide volken bszield door een sterk ge loof, het Spaaaachs voorzeker niet het minst, en toch werd het laatste verslagen. Eu in dazen beldensfcHjd onzer broeders kan het ongeluk der Eogelschen toch evenmin aan hun „ongeloof" geweten worden, waar juist het Engelsche volk vau alle Europeesehe vol keren het meest godsdienstig is. Neen, zonder de zedeiyke waarde van den godsdienst in 't minst te willen onderschatten, geloof ik, dat wy bij een modernen oorlog, die meer en meer een wiskunstig probleem wordt, met andere invloeden rekening hebben te honden. Ik ben op militair gebied niet bevoegd, maar naar mija bescheiden meaning leveren terrein kennis, gehardheid tegen het klimaat, het be zit van het nieuwste en beste gesehut, en de bekwaamheid om dit juist en nauwkeurig te bedienen, e. d., grootere voordeelen op. Wil men daarbg ook nog een idealen factor, den geestdrift, voegen, mij goed, maar dan vergete men niet, dat hef niet voldoende is dat deze geestdrift alleen uit het geloof voort spruit (want dat bezitten de Eogelschen ook), maar uit het hooge en heilige ideaal, te stry- den voor recht en voor vryheid, voor huis en haard. Eu in zulk een strgd en onder geiyke om standigheden zonden ook minder geloovige volkeren de zege kunnen verwerven. NASPEL VAN DE VREDESCONFERENTIE. Het Vaderl. bevatte dezer dagen eene mede- deeling over Engelanda toetreden tot de Vredesconferentie, waardeer weer eenïg licht valt op de beteekenis, die aan deze bijeenkomst te hechten is. Engeland had van den beginne af bezwaar gemaakt tegen art. 10 van de conventie tot toepasseiyk verklaring der Genèver stipulatiën op den zee oorlog, omdat de daarby toegestane interneering van krygsgevangenen werd be schouwd als iu atryd mat de Britsche wet geving, speciaal met de zoogenaamde Habeas corpus act. Toen nu onlangs lord Pauncefote de con venties kwam teekenen, was hy alleen dan gemachtigd de bedoelde overeenkomst te aan vaarden als aan art. 10 geen bindende kracht werd gegeven. Onze minister van buitenl. zaken moest, in deze optredende als gemachtigde van de Rus sische regeering, tegen de onderteekening onder die reserve bezwaar maken, doch stelde na overleg met en met goedkeuring van 't kabinet van St. Petersburg, aan de contraeteerende staten voor, om Engeland toe te laten tot onderteekening van de conventie mst bedoeld voorbehoud. Hiertegen werd van geen enkele zyde bezwaar gemaakt en lord Pauncefote teekende toen de overeenkomst. Maar thans wilden de Vereenigde St., Duitsch- land en Turkije óók niet teekenen dan onder die reserve, en dit kon nu op geen onkelen grond worden geweigerd. Doch dit was weer onbillijk tegenover de staten die reeds geteekend haddien, en daarom is onze regeering geëindigd met (steeds in overleg met de Russische) aan alle contrae teerende mogendheden, die op de Haagwshe conferentie vertegenwoordigd waren, bij circu laire het voorstel te doen om, by de ratifioatiën van de conventies, die, welke op toepassing van 't Gecèrertraetaat op zeeoorlogen be trekking heeft, definitief vast te stellen „met voorbehoud van art. 10." Daarna kan dat artikel als vervallen wordeD beschouwd. BESröjEMJLN «AEN ENZ. By kon besluit: zyn bevorderd tot kapitein-luit. t./z., de luit. t./z. 1ste kl. jhr J. F. Coertzende Koek; tot luit. t./z. 1ste kl., de luit. t./s. 2de kl. jhr H. L. Qaarles van Ufford, en tot luit. t./ï. 2de kl. de adelborst 1ste kl. A. ten Broecke Hoekstra. is by het dep. van waterstaat, handel en nijverheid, benoemd tot adjanct-commies F. E. van Hennekeler, civiel-ingenieur, thans tij ieiyk adjunct-ingenieur bg den algemeenen dienst van 's rijks waterstaaten is de heer F. H. Qegewertb, arts, benoemd en aangesteld tot officier van gezondheid 2de kl. by het pers. van den geneesk. dienst van het leger in N.-I. Da minister van waterstaat en nyverheid breDgt in de St. Ct ter kennis van belangheb benden, dat zy, die in aanmerking wenschen te komen voor de betrekking van adjunct- inspectrice van den arbeid aan welke be trekking eene jaarwedde ie verbonden van 1500, die by gebleken geschiktheid kan opklimmen tot 2500 zich vóór l Maart a. s. by gezegeld adres aan zyn departement kunnen aanmelden. Voor nadere inlichtingen verwyzen wy naar de St. Ct. Stenograghle. Vrydag&vond werd in een der benedenzalen van de sooieteitDe Vergenoeging alhier van wege de afdeeling Middelburg der Vereeniging tot bevordering van fabrieks- en handwerks- nijverheid in Nederland eene byeenkomat ge houden, die ook toegankeiyk was voor de dames der leden en voor geïafcrodueeerden. De kegelbaan was half gevuld. De voorzitter, de heer Harm. Snijders, de vergadering openende, herinnerde er aan dat op de punten van beschrijving voor de alge- meene vergadering er een voorkomt, luidende „Op de hoogere burgerscholen wordt onderwys gegeven in schoonschrgven en boekhonden. Ware het niet gewenecht voor de opleiding van den aanstaanden industrieel en koopman dat da stenographic als leervak werd opge nomen" Hy deelde verder mede dat het bestnur, van oordeel dat het wenschelgk zou zyn dit punt eens door een deskundige te doen toelichten, zoo gelukkig was geweest den heer A. W. Groote, le luit. der infanterie te Amersfoort, bereid fe vinden eene voordracht over deze kunst te houden. Daarvoor bracht hy hem by voorbaat dank. De heer Groote begon daarna zyne voor dracht over het door hem, na een studie van vele jaren, uitgevonden stelsel voor kortschrift. Hy zette de eenvoudigheid ervan uiteen 6n de gemakkelijkheid vau toepassing, niet alleen voor de Nederlandsche maar ook voor de vreemde talen. Zyn systeem uitleggende, toonde by aan dat. zijn alpbabeth, evenals het gewone, bestaat uit 26 teekens, die ieder een letter vaa het alpha betic weergeven, doch die zoo eenvoudig zyn dat zy «n het gebruik een belangrijke bespa ring van tyd geven. Als voordeel van zyn stelsel wees hy er op dat de vorm der teekens ontleend is aan de gewone schrij flatters, en met voorbeelden toonde hy aan hoe gemakke lijk zijn kortschrift is te begrypen en aan te leeren, en hoe het, waar hy voor elk woord alle letters neerschrijft, veel dnideiyker is dan stenographie volgens andere stelsels. Na de pauze stelde de heer Groote bet laatste in het licht, daarby tevens trachtende te doen uitkomen dat zyn stelsel, zoo niet korter dan toeh zeker niet langer is dan kortschrift vol gens andere methoden. Daarby drukte bij er vooral op dat, waar de andere stelsels vaa vreemden oorsprong zyn en door vertalers voor het Nederlandacb pasklaar gemaakt, zyn stelsel geheel berust op de Neder- Sandscha taal, wat echter niet uitsluit dat het evengoed voor Fransah, Duitscb en Engolsch dienstbaar is. Een der aanwezigen, de heer De Steur uit Vlissingen, maakte van de door den spreker geboden gelegenheid, om van gedachten te wisselen, gebruik. Deze, volger van het stelsel- Sfeolze, brak daarvoor een lans- Hy trachtte, ook met voorbeelden, aan te toonen dat deze methode niet ingewikkelder is dan die door den heer Groote is gevonden en zeker ook niet langer. Hy verklaarde, wyi het late uur hem verb ia- derde dat stelsel beter uit een te zetten, zich gaarne bereid om daarover ter gelegener fcgd voor de afdeeling eene voordracht te houden. Waar de heer Groote de voordeelen van zij a stelsel besprak ter invoering op do hoogere burgerscholen, meende deze spreker nog ver der te kunnen gaan en reeds de toepassing van het kortschrift op de hoogste klasse der lagere scholen te mogen aanbevelen. De voorzitter der afdeeling sloot daarop de byeenkomat, echter niet zonder den heer Groote dank te hebben gezegd voor zijne voordracht, waaruit de hoorders zeker zich een juister begrip van de stenographie in het algemeen en van het Bteisel-Groote in het bijzonder zullen heb ben kunnen vormen. EENE HERINNERING. Morgen, Zondag, zal hefc vgftig jaar geleden zyn dat te Middelburg het laatste dood vonnis werd voltrokken. Op Maandag den Hen Febr. 1850 werd op de Groote Markt aldaar, ten aanscbouwe van vele duizenden, aan dea scherprechter over gegeven en door dezen gehangen de gewezen heelmeester te Koewacht Jean Bsptiste de Loeil, veroordeeld tot de straf des doods ter zake van moedwilligen doodslag, vooraf gegaan en vergezeld van aan- en vasthouding zonder bevel der gestelde machten, gedurende eanen tyd van meer dan eene maand en aan houding gepaard met lichsmeiyke pyniogen (tortures corporelles). By bet veel gerucht gemaakt hebbend, voor hefc provinciaal gerechtshof in Zeeland gevoerd proces was, zooaïa meer bejaarden in onze omgeving zich nog zeer goed herinneren, ge bleken, dat de beschuldigde sedert minstens twee jaren zgne vrouw het noodige voedsel en kleeding had onthouden en haar nu en dan met slagen deeriyk bad mishandelddat by zyne vrouw, minstens gedurende acht maanden, te rGkenen van da maand Maart 1848, tot haren dood toe, met uitzondering van slechts twee dagen, heeft opgesloten gehouden op den zolder, zonder daartoe eenige machtiging van de bevoegde autoriteiten te hebben gehad en op het valsche voorgeven by anderen, dat zij krankzinnig zoude zyn; dat hy haar daar op dien zolder heeft gehouden tot haren dood toe, en wel nog in de laatste dagen, zonder dat van den juisten duur daarvan genoegzaam wettig biykt, aan een hondenketting heeft vastgelegd, hetzy dan die ketting zelf om het bloote lyf der vrouw heefc vastgezeten, hetzy dat deze ketting aan een baud of koord, rond het lichaam der vrouw geslagen vaat was. Verder was gebleken, dat de beschuldigde sjjne vrouw aldaar op dien zolder heeft gehou den, zonder licht, zonder vuur, iu een aan naaktheid grenzenden toestand, vergaande van het walgeiykate ongedierte, ten prooi aan koude, zonder reiniging en zonder oppassing, en steeds kermende van den onlijdelijken hon ger, zoodat zy zelfs rauwe witte boonen te Igf geslagen heeft, en eindeiyk dat de beschuldigde, na dit alles, zijne gemelde vrouw in den nacht tusschen Donderdag en Vrydag den 2en en 3en November 1848 moedwillig verwondingen aan het hoofd heeft toegebracht, welke na een kort tijdsverloop haren dood ten onmiddellijken gevolg hebben gehad, zonder dat eehter de voorbed&chteiykheid (prêméditatien) aan den hove wettigiyk bewezen is geworden. By de behandeling van zyn zaak bleef de beschuldigde steeds ontkennen de daden ge pleegd te hebben, die hem waren te laste gelegd, terwyi hy ook na zijne veroordeeling daarby bleef volharden. Eindeiyk kwam hy eenige dagen vóór het verstaken van den wettigen ter my n ertoe om, in een request aan den koning, zyne schuld te belijden eu gratie te verzoeken. Op dat verzoek werd afwijzend beschikt, wat De Loeil drie dagen vóór de ten uitvoer legging van hefc vonnis werd medegedeeld. En op Maandag den 11 Fabr. werd hefc von nis voltrokken dat een „schriktooneel vertoonde, waarvan het mensehelQk gevoel deszeifs blik ken moest afwenden, een tooneel, dat wij niet wagen in het breede te besahrijves." Zoo lezen wy in de beschryving van het rechtsgeding door mr P. J. G. van Diggelen en mr J. Snyder, advocaten te Middelburg. Kon dit nu tot leering strekken Toch waren er die door het schouwspel volstrekt niet getroffen werden. Zoo getuigde een der toeschouwers, wiea hetgeen hij als jongen aanschouwde, nog duidelijk voor den geest staat, dat het weinig of geen indruk op hem maakte. Hy herinnert zich nog goed den stoet, die den veroordeelde van het gerechtsgebouw hetzelfde waar de rechtbank nu zitting houdt onder geleide van vier gerechtsdienaren en een detachement cavallerie en infanterie bracht naar het stadhuis, van waar hy naar het schavot werd gevoerd. Drie uur lang, van twaalf tot drie uur, bleef het lgk ten aanscbouwe van velen han gen; een schouwspel dat eer stuitend dan indrukwekkend was. Daarna werd het gekist en naar de begraafplaats vervoerd. Wy achtten, gelukkig levende onder eene andere straf bedeeling dan die van vóór een halve eeuw, bet niet ongepast even te herinne ren aan het drama, dat den 11 Febr. 1850 te Middelburg werd afgespeeld, omdat, zooalswij boven reeds opmerkten, dit het laatste dood vonnis was, dat te Middelburg werd ten uit voer gelegd. LANDBOUW. BESMET VEE. In het Hdbl. v. Antw. vonden wy een ingezonden stuk vau iemand, die zich tee kende V. Boer, geschreven „naar aanleiding van een artikel in het te Brugge verschynende blad Patrie. Het laatstgenoemde blad had

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1900 | | pagina 5