lËMiirgscbe Coral De Paardenfokkerij. Musicalia. Verschillende Berichten. BIJVOEGSEL VAN DE VAN Maandag 18 December 1899, no 298. Het i3 algemeen bekend, en ec behoeft dua door ons ai it opzettelijk bij te worden stilge staan, djü de paardenfokkerij, oordeelkundig gedreven, bij de kooge prijzen, die thans voor goede paarden betaald wordeD, groote voor dealen oplevert. Maar om goede, schoons paarden te lokken, moet het streven zijn van iederea fokker, om daarvoor in het bezit te geraken van goed tokmateriaal, d. w. z. hg moet zich voor de voortdeeliug bedienen van goede merriën en goede hengstendiereD, die vrooljjk en opge* wekt zijn van aard, hun werk met gemak en volharding verrichten, iiilmniiten door fraaie vormen en vrij zijn niet alleen vau erfelijke gebreken, maar ook van die gebreken, welke wel niet noodzakelijk overerven, maar die toch een paard minder aanbevelenswaardig maken. Sedert door het provinciaal bestuur een reglement gemaakt is op de keuring van de hengsten, dio voor de fokkerij gebruikt wor den, zijn wij eene groots schrede vooruitge gaan op den goeden weg, maar daarom zijn we nog niet, waar wij moeten komen. Ii de hengat nu al vrg van erfelijke gebro ken, zulks ia zeer dikwijls nog niet het geval met de merrie 6n het dekken met een vol maakten hengat is betrekkelijk van zee: weinig waarde, als de merrie met erfelijke gebreken behept ia. Merries met e3a misvormd hoofd, met te smalle borst, met vlakke ribben, met te diep doorgezakten buik, met slechte hoeves, met een rattenstaart moet men voor de voortteeliug niet gebruiken, ea dewijl de grootte van de merrie van zeer veel invloed is op de grootte vau het toekomstige paard, mag men de merries niet te klein nemen. Gewenscht komt het ons voor, dat men de marries, die men ter voorfcteeling wil gebruiken, te voren door oen deskundige laat onderzoeken, of het bekken wel ruim genoeg is. Ook de ouderdom d8r fokpaardeu mag niet uit het oog worden verloren. Jonge paarden zullen hunne goede eigenschappen veel krach tiger op d9 jongen overbrengen dan de oudere, en daarom is het raadzaam hengaten en merriën voor do voortteeling te kiezeu van 3- tot 14-, löjarigea leeftijd, hoewel het niet aan voor beelden oatbreokt, dat merries van 20jarigen leeftijd uog uitmuntende veulens hebben voort gebracht. Nagenoeg gelijke ouderdom van hengst en merrie is aau te bevelen. Paarden, die slaan en bijten, of andere on hebbelijke gewoonten hebben, ziju voor de fokkerij niet dienstig. Doorgaans lijden de veulens aan hetzelfde onaangename humeur van een der ouders, of van beide. Om te weten, of een hengst waarlijk goed ia, moet mon een paar tentoonstellingen houden vau zijne kindaren, als zij éea jaar en ook wanneer zij twee jaar oud zijn. Ziet men dan, dat het kroost vele goede eigenschappen van den vader heeft overgeno men, dan moet hij in eere gehouden worden, want dan dient hij werkelijk tot verbetering en veredeling van het ras. Kan men bij datzelfde kroost weinig of geene van de goede eigenschappen van den vader terugvinden, dan zijn zijne verdiensten ten opzichte van de veredeling van het ras van weinig beteekenis. Mea doet daa goed door naar een anderen hengst om te zien. Nog eene opmerking. Indien men eene overigens goede merrie heeft, die in een enkel opzicht minder schoon gevormd is, bijv. een te zwaar hoofd, een te lage schoft, een te veel afhangend kruis heeft, dan moet men uit zien naar een hengst, die juist uitmunt in datgene, waarin de merrie te kort komt, in de aangehaalde gevallen dus door een fijn, fraai gevormd hoofd, een hooge schoft, enz. Daardoor heeft men kans een veulen te be komen, dat met die gebreken niet behept is. Vaak en het is hier de plaats om daarop te wijzen, bedriegt de zuinigheid de wijsheid by de paardenfokkerij. Men vraagt niet altijd naar den besten hengst, maar men vraagt nog al vaak naar den goedkoopsten. Daardoor ontstaat eene concurrentie, die op dit gebied niet gewenscht is. Is de eene hengsteDhouder bereid zijn dier te laten dekken tegen t 7,50 dek- en veulen- geld, dat» moet de andere, wil by ook iets te doen hebben, voor zgn paard den prgs evrn laag stellen. Zijn de prgzen gelijk, dan wordt er vaak besloten om den besten hengst te kiezeD, maar deze krijgt het dan zoo druk, dat hij feiteiyk misbruikt wordt, waarvan onvrucht baarheid het gevolg is. De lage pryzen van het dekgeld voeren dan vaak tot teleurstelling. Vóór men eene merrie bg den hengst brengt, moet men zich overtuigd hebben, dat zg toch tig is. Door sommige paardenhouders worden middelen aangewend om dia tochtigheid op te wekken, in enkele bladen zagen wg die wel eens per advertentie aangekondigd. Zy zyn in alle gevallen af te raden. Wanneer de merrie door eene goede voediDg gebracht wordt in een voldoenden gezonden toestand, dan zal de zucht tot paring zich op den behoorlijken tyd openbaren. Die tochtigheid duurt is den regel slechts 24 uur; by enkele merries iets laDger; ge- wooniyk bomt zy om de 9 dagen terug, doch telkens zwakker, waardoor de bevruchting minder zeker is. Het zekerst is men van bevruchting, wanneer men de merrie 8 10 dagen na de geboorte van het veulen weer laat dekken. Sommige land bouwers laten hunne paarden slechts om het andere jaar dekken; daarvoor bestaat geen enkele afdoende reden. Wanneer eene merrie bohoorlijk wordt gevoed en geen overmatigen arbeid moet verrichten, kan zg zeer goed ieder jaar een veulen voortbrengen. Of de morrie drachtig is kan men eerst na 5—6 maanden met zekerheid bepalen, maar zoodra zij den hengst niet meer toelaat of niet meer tochtig wordt, kan men aannemen dat zg zeer waarschgnlgk drachtig is. Natuurlijk moet zij op den duur voldoend en goed voedsel hebben: goed hooi, haver en baksel verdient in ieder opricht de voorkeur.. Het water, dat men het dier te drinken geeft, moet volkomen zuiver zgn; ban m6n de drach tige merrie op droge plaatsen laten weiden, dan is dit zeer aan te bevelen, mits op stal haver, baksel en hooi worde bijgevoerd. Het voeren van jonge klaver op stal, het weiden op een klaverveld, het grazen in natte weideD, het buitenloopen bg nat en boud weer moet vermeden worden; het kan aanleiding geven tot allerlei ziekten en tot verwerpen vau het veulen. De merrie kan gedurende de geheele drachtig heid voor den arbeid gebruikt worden, mits die arbeid niet te zwaar, niet te afmattend zg. Zy mag niet te hard trekken, niet te snel loopan, niet te veel in den rug geladen wor den en vooral niet op een oneffen weg aan een dissel voor den wagen gespannen worden. Drachtige merries moeten sa den arbeid uitblazen, vóór zy gevoederd wordenvoort durend rein houden en poetsen en afwrgveB met stroowisschen is zeer aanbevelenswaardig. De stal van de drachtige merrie mag vuil, vochtig, donker noch somber zijnintegendeel hy moet zuiver, droog, helder en luchtig ge houden worden, maar zonder tocht, Iu het laatst vau de drachtigheid is het aan bevelenswaardig de merrie in een afzonderlijk ruim hob oyer te brengen, waar zg onaange- bonden kan rondloopen, en haar daar rijkelijk van strooisel te voorzien. Er moet goed toegezien worden, dat zij zich niet overeet, omdat zulks aanleiding zoude geven tot aanvallen van koliek. Alles dient vermeden te worden, wat het paard zoude kunnen doen schrikken. Eene matige beweging in de open lucht in de laatste dagen v óór het veuletea, eene wan deling, is zeer aau te bevelen. Wanneer het paard gedurende den drachttijd goed behandeld en goed gevoederd is en het bekken de noodige ruimte bezit, dan vertoonen zich by de geboorte weinig moeilijkheden. Eet is daa ook voldoende, dat zich slechts éen persoon in de nabyheid bevindt, om een oog te doeu gaan over hetgeen er gebeurt, doeh in alle stilte, om de merrie niet te storen. Doeu zich zwarigheden "voor, dan moet er hulp verleend worden, liefst alleen door des kundigen. Eene merrie draagt gewoonlijk 11 maanden, somtyds 5—10 dagen maer. Vóór het jongen worden de hoefgzera afgenomen. Zoodra het jonge paard ter wereld is en door de mo8der gereinigd elk deskun dige kan omtrent de eerste handelingen in deze inlichingei geven en het is gewenscht die te vragen dan logge men het met den mond aan den uier; is de moeder tegen het zuigen, dan wrgve men den uier of melke de merrie eenige oogenblibben; daar na doe men het veulen zuigen, want juist die eerste melk is voor het veulen van zeer veel belang, omdat zg eene zachte afdrg vende eigen schap bezit, waardoor de opgehoopte zwarte, taaie stoffen in het darmkanaal van het veu len opgelost en afgevoerd worden. In de eerste dagen na de geboorte ontvange de merrie goed hooi en meelvoeder, dat met water is aangelengd. Van zwaren arbeid moet zg bevryd blijven, omdat het veulen rykeiyk voorzien moet worden van melk. Geeft de merrie geen melk genoeg voor het veulen, a»n voere men haar naast haver en goed hooi ook gebroken gerst. Plotselinge verandering van voederwgze moet vermeden worden. Middelburg 16 December. BEKUEMO UEN MZ. Bij kon. besluit: is benoemd tot kantonrechter te Ridderkerk mr. J. Th. F. Telting, thans adj unet commies bij het dep. van justitie; is benoemd tot notaris binnen het arr. Arn hem, ter standplaats Arnhem, C. J. Visser, candidaat-notaria aldaar, en tot notaris bin nen bet arr. Alkmaar, ter standplaats de ge meente Zgpe, G. Vrgburg, candidaat notaris aldaar is aan J. Grundel, op zyn verzoek, eervol ontslag verleend als hoogleeraar aan de poly technische school is benoemd tot commies der posteryen en telegraphic W. F. Dhont, thans surn. der posterijen en telegraphic; is mr H. van der Hoeven, te Leiden, opnieuw voor drie jaren benoemd tot secretaris van het college voor de zeevisscheryenen is de gegageerde adjudant-onderofficier der infanterie van het N.-I. leger H. J. Bruinsma, thans tweede-klerk by het departement van koloniën, benoemd tot concierge by genoemd departement. Ü8 audiëntie van den minister van water staat enz. zal a. Dinsdag, niet plaats hebben. Eij kon. besl. van 4 Dec. is een ambtskos tuum vastgesteld voor verschillende ambte naren by den dienst der poste yen en tele graphie. In de St. Crt. van heiea brengt de minister van binneDlandcche zaken ter kennis van belanghebbenden de namen en signale menten van de 14 hengsten van 's rijks heDgst- veulendepot te Bergen op Zoom, die aldaar op Dinsdag 23 Januari 1900 van rgkawege, in het openbaar, als geschikt voor dekhimgst, verkocht zullen worden. Men zie verder de advertentie, op dezen verkoop betrekking hebbende, in het nommer der courant. Het concert, dat de Vereeniging voor Inslru mentale muziek har6n leden op Vrgdag avond aanbood, mag in vele opzichten uitstekend geslaagd heeten. Uit den aard der zaak treedt een strijkorkest, dat de blaasinstrumenten niet bezet heeft, zeer zelden zelfstandig op. De moderne com ponisten toch stellen in hunne partities zulke hooge eischen, dat het thans niet meer moge lijk io om, zooale vroeger meermalen gebeurde, de blaaspsrtyen op een piano of harmonium te doen vervullen. Dit hulpmiddel is mg trouwens altgd een doorn in het oog geweest; en hoewel ik een uitvoering van een strgborkest zonder blazers het beat te vargelgben vind xaet eenschildery waarin kleuren gemist worden, zoo is mg die toch veel liever daa eene waarin kleuren wor den gebracht, welke daarin niet te huis bahooren. Zoo de componist piano ot orgel niet op zettelijk in zijne partitie heeft aangewend, komt bet de blank van het geheel zeker niet ten goede on schaadt het dus de compositie. Het is mg niet bekend of ook de Instrumentale tot dit hulpmiddel wel eens haar toevlucht nam, doch in verscheidene dilettanten orkesten elders, deed ik meermalen deze ondervinding op. Om dus aan de eischsn, die men tegenwoor dig aan een orkest stelt, te kunnen voldoen is de Iaetrumentaie vereeniging, even als elk ander dilettanten orkest, genoodzaakt zoowel voor hare eigen concerten als die der zang- vereeniging Tot Oefening en Uitspanning de bezetting met krachten va a elders te comple- teeren, doch Lieruit vloeit tevens voort dat het voor een verslaggever altgd een moeilijke taak blijft om een vereeniging als die voor Instrumentale Muziek op haar juiste waarde te schatten. Het deed mg vooral daarom aangenaam aar dat de Instrumentale ditmaal eens geheel mei eigen krachten zou toonea wat zij vei mag t( presteeren, en ik wil hierbij reeds dadelijk op merken, dat zij in menig opzicht mij a ver wachting heeft overtroSin-, Vooral was dit bet geval ia Hiiadel's D-moll Concerto en Bestaoven's Serenade. In het Maestoso (uit Hiiidel'a Concert) met zgne doorzichtige en technisch niet gemabbe ïyke fuga, werd al dadelgk het bewgs gele verd dat de vereeniging over zeer goede krachten beschikt; eu ook het Lento, dat met mooie en breede toon, alsmede bet van humor tintelende Allegro Moderato, dat op zeer pit tige wgze werd w.êrgeven, gaven blyb dat- het muzikaal gehalte van do Instrumentale een goede hoogte heeft bereikt. Ook Beethoven's Serenade (oorspronkelijk een trio voor viool, alt en violoncel) door den directeur smaakvol voor zgn orkest gearran geerd, genoot een hoogst gelukkige ver tolking De opgewekte inleiding, het breede Adagio, de pikante Menuetto, het geestige opgewekte Allegretto alla Pollacca, en niet het minst, het eenvoudige doch glanzende Andante con varia zione, waren prachtstukjes van voordracht. Hoewel St Saëns prélude Le Déluge ontegen zeggelijk verdienstelijk werd ten gehoore ge bracht, vond ik het orkest in den aanvang daar vs ri toch niet zoo gelukkig als in Handel en Beet hoven. De intonatie was niet zeker en ook de blank der alten had fraaier en zuiverdt r bunnen zh'n. Het deed mg overigens genoegen dit impo- neerende werkje, of, zooals St Siëns het noem1', dit poème bibligtue op bet programma te zieD. Nog kort geleden hoorde ik daarvan een heer lijke uitvoering door het orkest van Meögelberg. De belangrijke viool solo werd zeer muzikaal door een der orkestleden vertolkt, en ook dezelfde violist gaf later iu een duet uit een Bach'sche cantate blgk van zijn bunnen. BravoDat was zeer mooi. Een aangename afwisseling bracht Rhein- barger's Vom Ooidenen Hom, Tiirkisehes Lie- derspiel für I solo stimmen und Pianoforte. Hoewel het steeds bezwaarigk is om, na een eerste auditie, e9n werk vau die uitgebreidhei 1 naar waarde te beoordeelen, zoo valt toch wel te constateeren dat daarin vele belangrgke momenten zgn aan te stippen, en dat Rhein- berger's compositie op groote degeiykheid en oorspronkelijkheid kan aanspraak maken. Een der mooiste solo's vond ik Lüfte einmal nur den Schieter door den bas solist op zgne bekende sympathieke wgze voorgedragen. Ook de belangrijke sopraan-solo's, alsmede die der alt en tenor kunnen met lof worden vermeld. Daar het programma geen namen der uit voerenden noemde, zoo mceu ik die ook in mijn verslag te moeten achterwege laten. In de tweede afdeeling van het programma werd als vocaalnommer een verheven duet uit een cantate van Bach, voor sopraan en bas met vioolsolo, op meesteriyke wyze vertolkt. Dat de groote contrapuntist, de ernstige Bach, ook wel eens opgewekte toonen aan zyoe muze kon ontlokken, bewees wel het slot van het Duet: Nun verschtoinden alle plagen, Nun verschwindet Ach und Schmerz. Dergelijke lichte melodieëa is men van dien mee3ter niet gewend. Ten slotte wenseh ik nog even de pianiste, die de belangrybe pi-mopartg in ftheinberger's Liederspiel op zoo uitnemende wgze weergaf, mij a hulde te brengen, en tevens den directeur van de Instrumentale vereeniging, den heer Joh. Cleuver, geluk te wenschen met het wel slagen van dit concert. Dj Vereeniging voor Instrumentale Muziek heeft met deze uitvoering opnieuw het spreek woord bewaarheid „klein, maar dapper." JAN MORKS. Stukken voor den Gemeenteraad van Middelburg. Burg. en wath. stellen aan den raad voor de straat tusachen de Kleine Werfstraat en de Naderstraat, loopende o. a. langs de noord kant van de huizen der Middelburgsche coöperatieve bouw vereeniging, den naam te geven van Dampoortstraat; aan de straat, dia van do „Pantpoort" loopt naar de Kleine Werfitraat, den naam van Punt- poortstraat; aan de straat, die van het punt, waar de Pantpoortstraat8n de Pantpoort te zamon kernen, loopt naar de Ojstpunt, den naam van Havenstraat; en aan da straat, die da verbinding vormt vaa da Pantpoort straat en de Dampoortstraat, den naam van Dwarsstraat. Verder stellen burg. en wath. voor hun col lege te machtigen het aantal patroleumlantaarns op deu Noordsingel tusschan den Noordweg eu het huis, bewoond door N. F. Dikkenberg, met twee ta vermeerderen, alsmede in de straat, genaamd de Pantpoort, twee gaslantaarns te plaatsen. Ingekomen is het volgende aan den raad gericht adres Geeft met verschuldigden eerbied t8 kennen, Albert Jeronimus, in hoedanigheid van eigenaar der perceelen in de Volderylaagte wijk M, no. 80, 80' tot en mat 804s dat hij van burgemeester en wethouders aanBchry ving heeft ontvangen om vóór 11 dezer te beginnen en vervolgens met bracht voort te gaan met rioleeriug onder da daar langs loopende straat en wel met bedreiging den weg op te zullen gaaD, voorgeschreven bg de art. 133 en volgende der verordening voor algemeene plaatselijke politie dat deze aauschrgving een gevolg zou zyn van eer aau hen gericht schryven van deu arts J. J. Berdenis van Berlebom en het, naar aanleiding daarvan uitgebracht rapport van de plaatseiyke gezondheidscommissie, waardoor zij maenen dat die perceelen te laag zouden liggen eg het van de straat loopende water daaronder doordiiagt; dat bij aanhoudend nat weder een zeer enkel kelder'je van die pe-ceelon vochtig wordt, wil adressant nïet bestrijden, doch dat dit zooveel zou zgn, dat het aan d8 gezond heid der bewoners zou sctudm, durft adresiant gerust betwisten op grond van mededeeling van deekun-Jige zijde, waardoor wordt beweerd de Voldery laagte in'talgemea vau veel betere conditie is dan de buitenwijken der stad dat echter het rapport van de plaatsaiyke gezondheidecommissie is uitgebracht in den geest van het schryven van den arts J J.van Berdenis van Berlekom, laat zich begrypen, immers die commissie, uitgaande van het stand - punt: „baat het niet, het zal zeker niet scha den" en geen rekening houdende met de kosten, waarop zij den eigenaar door haar rappoTt jaagt, geeft den arts J. J. Berdenis van Ber lekom tegelijk een pluimpje voor zijne bezorgd heid voor de algemeene gezondheid het is echter te bet wg fel en of ieder lid dier commis sie individusel daarvoor die perceelen onge schikt tot bewoning zou durven verklaren dat het nog de vraag is of adressa' t verplicht is die rioleeriag aan te leggei; immers mocht het al zgn, dat er water in een der keldertjes komt, dan bomt dat even eens van achter de perceeleD, tengevolge van verstopping in het aldaar van gemeentewege, voor een groot deel op bosten van adressant, een ander deel van de gemeente en eenig»- kleine conoributiën vau de Heerengraoht bewo ners, aangelegd riool; dat dit riool niet beantwoordt aau de ver- eischten, alhoewel bg den aanleg door den gemeente bouwmeester, in tegenwoordigheid van een lid van het dagelgksch bestuur, is verzekerd, adressant daarvan nimmer last zou hebben van verstopping, en nu bijna geen en kele maand omgaat of hetzij hier, hetzy daar wordt geklaagd over onvoldoende loozing dat het adressant nu ook niet meer ver wondert dat de aannemer van den bouw der huisjes, die rioleering niet wilde aanleggen dan aan eenige honderden guldens meer, wat waarschgniyk gebleken zou wezen meer af doende te zijn geweest dat de gemeente-bouwmeester zich thans beroept op minder goede behandeling van dat riool door de bewoners, doch dat hg destgds wist welke bewoners er waren dat hij echter niet uit een oogpunt van schadelijkheid voor de gezondheid, maar wel voor de gebouwtjes zelve, bereid ia om hetzy gedeelteiyk of wel wanneer bewezen wordt, dat de gemeente daarin niet moet dragen, ge heel de rioleering overeenkomstig het advies van den gemeente-bouwmeester te doen aan leggen, ja al ware het wederom van gemeente wege, doeh dan in meer voldoenden staat, dan dit achter de perceelen het geval is dat het adressant echter verbaast dat het. dagelijksch bestuur den treurigan moed heeft, een ingezetene de duimschroeven zoo aan te zetten om binnen zeveD dagen aan een dergelgk werk te begiuneD, terwyi datzelfde bestuur gedurende drie jaren aen modderpoel aan den Korendyk laat voortbestaan tot laBt en nadeel van velen, maar voornameiyb van adressant; RedaneD, waarom hy zich tot UEdelAcht- baren wendt met beleefd verzoek ten eerste door deskundigen te doen uitmaken ot adres sant alleen of met de gemeente te zamen of wel de gemeente alleen verplicht zyn bedoelde rioleering te doen aanleggen ten tweede: zoo bewezen wordt, dat adres sant alleen dit werk moet doen verrichte»», hem dan meer tydruïmte toe te staan, daar het geen werk is om nu juist in den winter met vriezend of buitengewoon vochtig weder aan te vangenen ten derdeom den Korendyk in eene be- hooriyken staat te brengen wat toch met enkele meters bestrating te doen is. Van J. A. Mennes is een adres ingekomen waarin hy verzoekt hem een stuk grond aan den Aehtersingel voor 20 jaar in erfpacht te willen geven. Eindelijk stellen burg. en wetb. voor aan den fi -.ter van de gasfabriek en duinwaterleiding A. Ilendrikse, met ingang van 1 J*n. 1900 eu tot wederopzeggens, een persoonlijke toelage toe te kennen vau f6 per week, zij ede de helft *au het loon, dat laatstaiyk door hem vó >r zijne ziekte werd genoten. LETTEREN EN KUNST. Eigen Haard bevat in zijn jongste nom mer eeu mooi portret van Petrus Jacobus Jou bert, den krsnïgen bevelhebber van bet Transvaalsche leger, die den Eoge'schen weer een harde les beeft gegeven. Verder een af beelding vau „Oom Paul een optocht inspec teerend" hy staat daar eenvoudig m8t zen pypje in den mond en éen hand in den zak benevens verschillende andere portretten, o. a. van de drie jongelui Hjalmar Reitz, Jan Cor nelia Pretorius en Jicob du Toit, de studenten die onlangs uit Amsterdam vertrokken om hun vaderland te verdedigen. De beer J. A. Wormaer zet ia hetzelfde nommer zyne schetsen over de Zusterrepublie ken in Zuid Afrika voort. Verder komt in dat weekblad o. a. voor het Lombok monument met een kort bijschrift. Generaal Jou bert viert den 20 J <n. a.«. zijn jaa'dag. Wie hem dien dag zijne golubwecechen wil doen toekomen, behoort brieven of brief kaarten dadelijk te verzanden. Op het adres te vermelden„met de eerstvartrekkende Fransehe of Daitsche mail." Belang en recht van 15 Den. bevat: De verlichting van School en Huis door dr A. J. C. Siyde-s I. Afnemersbonden en dilettanten winkeljuffrouw- Een verkeerd type door M. WibautVan Berlekom. Een domme vraag door Vroswke. Adelina Patti, thans baronnes Cederatröm, zal op 24 December a. den dag herdenken, waarop zy vóór veertig jaren voor het eerst als zangeres optrad. De le luitenant T. L. van Wagtendonk, van bet 3e reg. infanterie te Bergen op Zoom, is by den minister van oorlog ontboden om een door hem uitgevonden nieuw systeem vau opvouwbare ry wiel en aan den minister te vertoonen en nader te verklaren. Da heer C. Kloot», gewezen ingenieur aan de Kon. maatschappg De Schelde te Vlis- sing en, is benoemd tot hoofdingenieur aan de Ned. fabriek van stoomwerktuigen en spoorweg materiaal te Amsterdam. Prinsss Elisabeth van Waldeck is weder naar haar woonplaats teruggekeerd. Onze ko ninginnen deden haar Vrydagoehtend tot aan den trein uitgeleide. Een der wielen van het rytuig, waarmede H. M. de Koningin-Moeder zich Donderdag avond bij het verlaten van den Schouwburg te 's Gravenhage naar het Paleis begaf, raakte bekneld tusschen de tramrails in 't Voorbout. Het rijtuig werd onklaar en H. M. moest iu een der hofkoetsen van het gevolg overstappen. De bevolking van Amsterdam, die in het laatBt van September 1897 de 500.000 bereikte was op 1 December 11. reeds tot ruim 523 0^0 gestegen. Het verhoor van da gearresteerde logé» van Lammetje Zondag te Amsterdam heeft tengevolge gehad, dat reeds 6 personen, drie mannen en drie vrouwen, zgn overgebracht naar het huis van bewaring. Voorts zijn 3 dar aangehoudenen, waaronder de man van Lammetje Zondag, weder op vrije voeten ge steld. 12 personen worden nog in de politie- burean's vastgehouden. Lammetje zelve ligt dua ook nog onder zware verdenking. Hare binder eu zijn by de grootouders gebracht. Uit een en ander valt op te maken, dat de justitie eenig bewys schgnfc te hebben gevon den tegen een zestal uit de bende, die reeds lang verdacht wordt van da diefstallen met braak der laatste weken. Onder de in beslag genomen voorwerpen zijn breebyzers, lantaarns, yzerboren, vijlen, sleutels en wapens. In bet kabinet, van Lammetje werden vier of vijf fraaie dolken gevonden en een geladen revolver, welke wapenen zy zich, naar baar zeggea, bad aangeschaft om zich zoo noodig tegen haar gasten te verdedigen. Voorts werden eenige splinternieuwe kleeding- stukken en ondergoed gevonden en ook een rywiel, dat Lammetje voor zestig gulden had gekocht om „er haar man mee te verrassen". Veel baar geld vond mea niet, alles te zamen ongeveer f 500. Terwyi de moeder even afwezig was, is te Rotterdam een ruim 2'/., jarig meisje in de ouderiyke woning in een waschbuip gevalbn en verdronken. Te 'sGrevelduin Capelle is een groote boerdery afgebrand. Elf koeien en drie pa«r den kwamen in de vlammen om.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1899 | | pagina 5