MIDDELBIRGSGHE COURANT.
tr. 224-
142" Jaargang
Vrijdag
22 September.
De Woningwet.
1899é
Deie courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland frene® p.p., 1,—
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 21 Sept. 8 u. vm. 56 gr. 12 u. 6
av. 4 u. 60 gr. F. Verw. mat. W. wind, bew.
Advertentiën voor het eerstvolgend
nnmmer moeten des middags vóór één uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Advertentiën: 20 cent per regel. Geboorte* dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige
voorwaarden. Prospectussen daarvan zgn gratis
aan bet bureau te bekomen.
Agenten^
Te AmsterdamA. de La Ma» Azk, te Rotteri
dam: Nijoh vak Ditmar.
Reeds in 1897, in de eerste troonrede
na baar optreden, werd deer de tegenwoor
dige Regeering de toezegging gedaan, del
de indiening eener Woningwet weldra kon
worden verwacht. Aan die belofte is thans
voldaan.
Bij Koninklijke Boodschap toch van 11
September 1899 werd aan de Tweede
kamer een ontwerp ingezonden, waarin
regeling der volkshuisvesting wordt voorge
steld.
Dat inlossing der gedane belofte reeds
zóo spoedig geschiedde, behoeft geen ver
wondering te baren. In vergelijking met
het bnitenland immers komen wij vrij wel
in de achterhoede. Ia bet Vereenigd Ko
ninkrijk verheugt zich Schotland sedert 1867
in een Public Health Jet, terwijl eene ge
lijksoortige wetgeving werd uitgevaardigd
voor Engeland in 1875 en voor Londen,
dat niet in die voor Engeland was begrepen,
in 1891.
Toch was de toestand hier te lande niet
gunstiger dan elders. Wel is waar geeft
art. 135 onzer gemeentewet aan den plaat-
aelijken wetgever de bevoegdheid om bepa
lingen in het leven te roepen in het belang
der openbare orde, zedelijkheid en gezond
heid, maar de ervaring leert dat, voor
zoover de zedelijkheid en gezondheid be
treft, daarvan behoudens zeer gunstige
uitzonderingen óf geen óf een zeer
beperkt gebruik werd gemaakt.
Er diende daarin dns verandering te wor
den gebracht, vooral ook, waar de hier te
lande bestaande ongunstige toestanden in
een zoo fel daglicht traden op verschillende
gezondheidscongressen en in het bekende
rapport over Ret Vraagstuk der Volkshuis
vestingin opdracht van de Maatschappij tot
nut van 't algemeen bewerkt door de beeren
mrs H. L, Drucker, H. B. Greven en J.
Kr use man.
Uitstel kon dan ook van eene regeering,
die eene sociale politiek drijft, moeilijk wor
den verwacht. Maar ook bij hen, die anders
geen voorstanders zijn van staatsbemoeiing
en meer tot ontbonding aanzetten, ontstond
allengs een drang naar wettelijke regeling,
omdat werd ingezien, dat verbetering van den
onhoudbaren toestand onmogelijk was zonder
ingrijpen van het centraal gezag.
Is reeds uit dit oogpunt staatsbemoeiing
te verdedigen, evenzeer dient er op te wor
den gewezen, dat andere even belangrijke
factoren het ingrijpen van het oppergezag
rechtvaardigen.
In de eerste plaats behoeft het nauwelijks
betoog, dat eene goede volksgezondheid
nauw verband houdt met en in zekere mate
afhankelijk is van eene goede volkshuis
vesting, terwijl in de tweede plaats te groote
ophooping van bewoners in enge en benanwde
woningen de onzedelijkheid in de hand werkt.
Beide regelingen nn, zoowel die ter bevor
dering van de volksgezondheid als die tot
beteugeling der onzedelijkheid, behooren tot
de taak van den algemeenen wetgever, waar
door zich tevens de wettelijke regeling der
volkshuisvesting als factor van de volks
welvaart laat verklaren en billijken.
De wetgever had daarbij de keuze uit
twee stelsels. Hij bad zich zonder meer
kunnen bepalen tot eenvoudige regeling van
het woningtoezicht. Dit stelsel is meermalen
aanbevolen als vooral hier te lande prac-
tisch uitvoerbaar roet bet oog op de geringe
kosten, die daardoor zouden worden gevergd.
Terecht heeft echter de regeering inge
zien, dat dit stelsel niet het hare mocht zijn,
waar het zulk een gewichtig volksbelang
gold. ZQ stelt dan ook, voor bepaald om
schreven gevallen, mogelijke onteigening
voor of wel de vestiging van een publiek
servituut ten laste van den eigenaar.
Eene tweede moeieigkheid doet zich voor
bg de beantwoording van de vraag, door
wien de uitwerking eener regeling omtrent
de volkshuisvesting behoort te geschieden.
Het ontwerp draagt dit op aandenplaat-
selijken wetgever.
Ons dunkt, dat dit 'goed gezien is. In
verschillende steden toch, ja zelfs inonder-
dorpen behooren de verordeningen
naar gelang van plaatselijke behoeften te
worden ingericht, eene taak, waarvoor de
algemeen© wetgever zoo in hoofdzaak als
in bijzonderheden niet berekend zijn zou.
Of het eehter noodig is voor den Rijks
wetgever uitdrnkkeigk in de wet onmacht
te erkennen, zooals geschiedt in art. ï'van
het ontwerp, is eene vraag, die wij gaarne
ontkennend zouden beantwoorden. Dat de
volkshuisvesting een voorwerp behoort te
zijn van de aanhoudende zorg der gemeente
besturen, wordt in ieder artikel van het
ontwerp erkend, waar het den gemeentebe
sturen opdraagt desbetreffende voorschriften
te geven.
Bovendien opent eene dergelijke bepaling
de deur voor de strydvraag, of dan niet ten
onrechte door den algemeenen wetgever eene
regeling dezer materie wordt voorgesteld.
Ten slotte nog eene derde twistvraag.
Over welk gebied behoort zich eventueele
wettelyke regeling uit te strekken
Neemt men de uitdrukking „volkshuis
vesting" in eene zeer beperkte beteekenis,
dan zou men kunnen beweren, dat alleen
bepalingen behoorden te worden gemaakt
ten opzichte van huizen, bewoond door de
onderste lagen der maatschappij, de zooge
naamde „paupers", en ten voordeele der ar
beidende klasse.
Een dergelijke opvatting is evenwel
moeieigk te verdedigen en door de Regee
ring terecht verworpen, omdat ook voor hen,
die maatschappelijk hooger zijn geplaatst,
het belang eener goede woning niet kan
worden geloochend. Eene behoorlijke rege
ling brengt dan ook mede ze algemeen, d. i.
op alle woningen toepasselyk te maken.
In nauwe aansluiting hieraan staat de
omvang van het nit te oefenen toezicht. De
grenzen daarvan hangen af van de oorzaken
der slechte woningtoestanden. De Memorie
van Toelichting noemt als zoodanig:
lo. de mogelijkheid om slecht ingerichte,
voor de gezondheid schadelyke woningen
bij voortduring te verhuren
2o. de weinige geneigdheid om aan
woningen, welke dreigen onbewoonbaar te
worden, de noodige verbeteringen aan to
brengen
3o. de aanbouw van insolide, aan de
matigste eischen niet voldoende woningen,
welke zoo niet terstond dan toch na eenige
jaren het aantal krotten zullen vermeerderen
4o. onvoldoende aanbouw van goede
woningen
5o. finantieel onvermogen, waardoor velen
genoodzaakt zijn zich met een slechte
woning te behelpen.
Door deze grenzen zal dus het woning
toezicht worden beheerscht.
In dit opzicht schijnt ons de ontwerper
niet ver genoeg gegaan te zijn. Reeds in
een met zorg bewerkt, in Mei jl. aan de
universiteit te Amsterdam verdedigd proef
schrift vestigt dr Jenny Weyerman, die door
zijn werkkring uitstekend in de gelegenheid
was zich op de hoogte te stellen van dien
tak van dienst, er de aandacht op, dat bet
gebruik van sommige woningen hier en daar
bijna onmogelijk is, doordien eventueele
bewoners niet voldoende tegen gevaar, hinder
of schade in de omgeving worden beschermd.
Wel is waar wordt in sommige gevallen
door de Hinderwet daarin voorzien, doch
deze schijnt geenszins voldoende ter beteu
geling van andere verkeerde praktijken.
Zoo vond hij in geen enkele verordening
bepalingen omtrent het houden van paarden
en hier en daar slechts voorschriften omtrent
het rein honden van het bg een woning
behoorend erf. Nu zal men misschien hier
tegen willen aanvoeren, dat den gemeente
besturen het betreden van dat terrein
geenszins is ontzegd, omdat art. 135 der
Gemeentewet uitdrukkelijk in het ontwerp
wordt gehandhaafd, doch hier staat tegen
over, dat art. 135 geenszins gebiedend is,
zoodat het iederen localen wetgever volkomen
vrij staat daaromtrent al of niet verbindende
bepalingen vast te stellen.
Jaist in de Woningwet zou het wellicht
goed zijn ook omtrent deze materie regelen
van gebiedend recht voor te schrijven.
De regeling in het ontwerp omvat dus, in
verband met den door de Regeering aange
geven leiddraad: het bouwen van nieuwe
woningen, geheele of gedeeltelijke ver
nieuwing van woningen en bestaande wo
ningen, terwijl bovendien door de gemeente
raden bepalingen behooren te worden ge
maakt nopens behoorlijke bewoning in het
belang van gezondheid en zedelijkheid.
De gebruikelijke weg om nl. te spreken
van openbare gezondheid en zedelijkheid is
hier terecht door den ontwerper verlaten
omdat zy het dan ook wellicht reeds door
de elasticiteit en het daardoor vage van het
begrip „openbaar" de private gezondheid
en zedelijkheid eveneens door deugdelijke
bepalingen behoort te worden verzekerd.
Dat bestaande en nieuwe woniDgen niet
op voet van gelijkheid kunnen worden be
handeld, lijdt geen twijfel. Eene wetgeving,
die dit wilde, zon, hoe schoon ook in theorie,
eene caricatnur blijken in de praktijk. Kan
men ten opzichte van nieuwe huizen met
recht zekere eischen stellen omtrent rooilyn
en hoogte, iets dergelijks zou ten opzichte
van bestaande gebouwen onbillijk zyn.
Wel kunnen daaraan echter, evenals aan
nieuwe woningen, in het oog springende ge
zondheids- en veiligheidseischen worden ge
steld.
Is nu de voorgestelde regeling in alle
opzichten voldoende In hoofdzaak is be
vestigende beantwoording niet uitgesloten.
Men lette er evenwel op, dat de voorge
stelde eischen minima zyn en voor uitbrei
ding naar gelang van plaatselijke behoeften
vatbaar. Zoo kunnen o. m. eischen worden
gesteld omtrent de afscheiding der slaap
plaatsen en de ruimte der vertrekken in
verband met het aantal bewoners. Of bot
wellicht niet beter ware geweest ook hier
gebiedende voorschriften te stellen, is eene
kwestie van meer of minder, die wij niet
dnrven beslissen, doch die, naar het ons
toeschijnt, niet van belang ontbloot is.
Dat het den ontwerper ernst is en bij
gaarne zoo spoedig mogelijk deze materie
geregeld ziet, blykt nader uit art. 9, waarin
y de tuchtroede zwaait tegen onwillige
gemeentebesturen. Zijn binnen twee jaren
een naar wij hopen voor verkorting vat
baren termijn geen verordeningen dooi
den plaatselyken wetgever gemaakt en
goedgekeurd, dan wordt de materie door
Gedeputeerde Staten geregeld behoudens
nadere regeling door den betrokken gemeen
teraad, die te laat de gevolgen zyner schro-
meigke nalatigheid, waarvan verwaarloozing
van een zoo gewichtig belang het gevolg
was, besefte.
Mb A. TAK.
Haarlem, 18 Sept. 1899
BEAOEMW «fe» EXZ.
Bg kon. beslnit:
is E. C. baron Sweerts de Landas Wyborgh
benoemd tot burgemeester der gemeente
Arnhem
zgn benoemdbg het wapen der infanterie,
tot kapitein, de eerste-Iuit. J. P. Weitzel, van
bet wapen, gedet. bg het leger in N.-I.bp het
8ste regiment, tot kapitein de eerste-luit.-adj.
W. D. A. Ophorst, van het 4de regiment
is aan den, met toekenning van den titnl.
rang van referendaris, op zgn verzoek, eervol
ontslagen hoofdcommies bg het dep. van
koloniën H. G. van den Toorn, toegelegd een
jaarlykEch ponBioen van i 1718 ten laste van
den staat.
Middelburg 21 September.
Een tolverbond met DnitscMand.
ws b ebben over deze kwestie tot heden met
opzet gezwegen, omdat wg reden hebben hierbg
r te denken aan een reclamemakerg voor
een paar bladen, die dit balletje slechte
opwerpen voor eigen glorie, dan aan eene
ernstige zaak.
In staat van wgzen, zooals men dat noemt,
is bet vraagstuk allerminst en wg gelooven
ook niet, dat het in de eerste jaren tot een
ernstig punt van bespreking of als een be
paald voorstel in behandeling zal komen.
Daarvoor is het te veel anti-Nederlandsch.
De strooming in ons land is alles behalve
in die richting.
Eu wij zgn het volkomen eens met mannen
als mr Cohen Stuart te Amsterdam, mrM. Mees
en A. Plate te Rotterdam, en R. A. de Moncby
te Hengelo, die uit handels oogpunt zulk een
Duitsch-Nederlandsch tolverbond ten zeerste
afkeuren en een gevaar achten voor onze:
standigheid.
Zgn er wellicht voor wie dit geen bezwaar
is, hun zg aanbevolen eerst in Noord Sleeswyk
eenig onderzoek in te stellen aangaande het
lot dat, onder beerschappg van het Deutsch-
thum, eene aanverwante nationaliteit te wach
ten staat I
Verder zal bet zeker gemakbeigker zijn
in zeer moeilijk, zoo niet onmogeigk uit
zoodanig tolverbond te komen.
Dat men in Duitscbland naar zulk een
ooren heeft, is licht te begrypeu. Maar deB
te meer reden voor ons om zulk een protec
tionistisch plan beslist af te wijzen. Er is
bovendien geen zaak, waarin men meer in
dachtig moet zijn aan het gezegde van den
vinger en de hand.
Wg zouden zeggeneen tolverbond iï goed,
maar dan met alle landen over de geheele
wereld.
ZONDERLINGE REDEN EERINC!
Voigens het Utr. Dbld hebben wg, door in
onze boscbouwir g, in verband met do sl ui i in ga-
rede van Zaterdag 11., te schrgven over eene
erfenis, „wei wat ontijdig gespeculeerd op het
overigden van het kabinet."
Waar haalt de redacteur van dat blad, die
dit schreef, zulk een conclusie van daan
Wg schreven toch Diet over de erfenis van
het kabinet, maar, figuurlyk natuurlijk, over
erfenis, nagelaten door het afgeloopen par
lementaire dienstjaar 1898—1899.
op de moeiigke positie, waarin zg gekomen
zgn door het besluit van den minister der
Belgische spoorwegen.
Door dat besluit moeten adressanten eeu
vermeerdering van 10 fr. per 1000 kilo batalen
voor elke verzending, door hen gedaan, willen
zg gebruik maken van de lijn der maatschappy
MechelenTerneuzen, wanneer het directe
tarief een anderen weg a&nwyet dan die der
genoemde maatschappy.
Verdor wgzen adressanten erop, dat de Mg
MechelenTerneuzen uitsluitend in het bezit
is van het grootste gedeelte van de installaties
van de haven en dat die maatschappy bare
terreinen, hangars, kraneu en enkele epoor-
ïynen slechts ter beschikking stelt tegen beta
ling van 3 fr. per ton, d. i. 30 tr. per waggon
voor koopwaren op hare terreinen en kaaien
of opgeslagen of geborgen in hare hangars.
Om aan dezen abnormaleu toestand eeu
einde te maken, verzoeken adressanten den
minister zyn invloed te willen doen gelden bg
nieuwe Belgische regeering, ten einde te
verkrygen dat het beruchte beslnit van den
votigen minister van spoorwegen worde inge
trokken en dat hun verleend worde de dub
bele tarief-noteering, die zg gevraagd hebben,
maar die onder nietige voorwendsels is ge*
EERSTE KAMER.
Het gewyzigd ontwerp-adres van antwoord
op de Troonrede luidt aldus
„Mevrouw
De EerBte kamer der Staten-Generaal ver
heugt zich, dat Uwe Majesteit, vergezeld van
Hare Koninklijke moeder, de gewone zitting
van de Scaten-Generaal heeft mogen openen.
Met ingenomenheid vernamen wg, dat de
algemeene toestand van het vaderland en zyae
overzeesche gewesten ïuime stof geifc tot
dankbaarheidtoch zyn wij met U we Majesteit
van oordeel, dat er op menig gebied behoef en
bestaan, die voorziening vereisohen.
De mededeelingen van Uwe Majesteit omtrent
den zeer vriendschappelyken aard der betrek
kingen met de buitenland6Che mogendheden
en die betreffende de Vredesconfei en tie, te
dezer stede gehouden, trokken onze belang
stellende aandacht.
Ons verblydende over hetgeen wg van Uwe
Majesteit mochten vernemen van den toestand
in Atjeh, sluiten wg ons gaarne aan bg de
warme hulde, door Uwe Majesteit gericht aan
bet Nederlandsoh-Indische leger, aan de vloot.
i hare landingsdivisie.
De arbeid, die de Eerste kamer in het
nieuwe zittingjaar wacht, zal, naar ook wg
vertrouwen, onder Gods zegen dienstbaar zyn
aan de belangen van het kocingryk."
UIT STAD EN PROVINCIE.
BS kon. besluit zyn, zooals nog in een
;eel der oplaag van ons vorig nommer is ge
meld, benoemd bg het 3de reg.tot kapitein
de eerste-luits. C. D. Schlosser van het 8ste,
eu J. C. L. Oberholzer van het 6de reg., tot
eerste-luit. de tweede-luit. J. Gouwe, van het
korps, benoemd administrateur van het militair
hospitaal te Bergen op-Zoom.
Met ingenomenheid meiden wg dat de
adressen aan mevr. Dreyfus, die bg de ver
schillende boekhandelaars hier ter stede
ter teekening liggen, met
worden overdekt.
Meerdere boekhandelaars moesten reeds een
tweede exemplaar aanvragen, omdat bet eerste
geen plaats meer bood voor sympathiebetuiging
met de vrouw van het slachtoffer der kuiperg
en van den Franschen generalen staf.
Ook te Nieuw-enSt. Joosland cir
culeert zulk een adres.
Men zie Laatste berichten.
De fourier Speerstra, van de
nie 2e bataljon a 1 h i e r, is bevorderd tot
sergeant-majoor bg de 2e compagnie le batal
jon te Bergen op Zoom.
Ook de heereu A. M. Tak te Middelburg
en J. Q. C. Wabeke te Rilland hebben
benoeming als bestuurslid van de afdeeling
Goes en omstreken der Nederlandsche
Mij voor Tuinbouw en Plantkunde aangenomen.
Tot lid van den raad te Wemeldinge
is gekozen de heer A. Ruisaard met 102 van
de 186 geldige stemmen.
De heer F. Burger kreeg er 84.
Aantal kiezers 252.
In eeu meer dan eens besproken kwestie
is door expediteurs, cargadoors en bandelaren
te Terneuzen aan den minister van water
staat enz. een adres gericht, waarin zg wgzen
In Terneuzen liep Woensdag het
gerucht dat aan eeu tweetal meisjes door een
manspersoon geld ontroofd was.
Dit gerucht vond zelfs, als feit, zyn weg
tot een der Hollandsche bladen.
Het blijkt echter onwaar en het gebeurde
eenvoudig eeu familie-tafereel te zyn.
Daaromtrent meldt de Tem. Crt het volgende
Van eene naburige gemeente waren naar
Terneuzen gekomen eene gehuwde vrouw met
twee dochters, voddenkoopvrouwen, die den
man wegens wangedrag hadden verlaten, met
medeneming .van het huishouden.
De man was nu echter achterop gekomen en
wist zich weer met zy ue vrouw en hare dochters
verzoenen. Men zou te Terneuzen bi y ven
wonen, doch daar de gehuurde woning nog
niet betrokken kon worden, tot zoolaDg naar
oorspronkelijke woning terugkeeren. De
vrouw ging voorop en de man volgde met de
dochters.
Met mooie praatjes wist de man zich ten
zakdoek, waarin f 100, door een harer te doen
afgeven. Toen hij deze in handen had, gaf hg
meid een trap mat den voet dat zg er bg
neerviel, en zette het toen op een loopen.
De meisjes hem achterna, dwars door de
velden, tot hg geen mogeiykheid zag om te
ontkomen en het geld weer terug gaf.
t Was op 't gerucht van vorenstaande, dat
politie was gewaarschuwd en uitgereden.
Na korten tijd kon zy het drietal, dat weer
gezameniyk den weg naar Axel voortzette,
achterhalen. Uit het verhoor bleek het boven
staande 6D waren geen termen aanwezig voor
verdere inmenging der politie.
Te W e s t d o r p e is een 21-jarig meisje
ia hechtenis genomen, verdacht van kinder
moord. Zy ontkent echter.
Zekere M., uit Eede afkomstig, verdacht
van verschillende kleine diefstallen, o- a. by
den landbouwer B. onder Oostburg, werd
Woensdag avond door de maréchaussee uit
Aardenburg aldaar aangebracht en is heden
naar het huis van bewaring te Middelburg
overgebracht.
Te IJzendyke sloegen Dinsdag
twee voor een wagen gespannen paarden op
hol. By het omslaan van een hoek werd een
73-jarige man, F. Hamelinck geheeten, die de
paarden niet had zien aankomen, omverge
worpen en overreden. Een oogenblik later
gaf by den geest.
RECHTSZAKEN.
te Middelburg.
Woensdag zyn veroordeeldwegens straat-
schenderyL. F., Vlissiogen, tot f 5 b. a. 2
d. b.onbeheerd laten staan van een trekdier
op den opeub wegF. K., Middelburg, tot f 3
b. s. 2d. b.in eene werkplaats den arbeid
van 8 personen beneden 16 jaren later doen
eindigen dan te 7 uren L. B., Vlissiogen, tot
3 X f 2 b. s. 2 d. h. iedere b.drankwetJ.
C. S., VlissingeD, tot f 10 b. s. 4 d. b., G. B.,
hnisvr. v. F. M. C., Vlissingen, tot f 10 b. s.
5 d. h.bevi88chen van een anders viech water:
A. W. K., Vlissingen, F. B. S., Haarlem, tot
f 3 b- s. 2 d. h.zyne aangespannen honden
niet voorzien van mailkorvenJ. M., Middel
burg, tot f 2 b. s. 1 d. h.zwemmen to Mid
delburg op verboden plaats: J. M# W., Mid
del bnrg, tot f 3 b. s.ld. h.; by herschouwiDg
als onderhoudsplichtige van een niet toe afloop
van het polder binnenwater dienende sloot te
M. niet zorgen dat deze is schoongemaaktH.
C. d. V., A. J., Middelburg, tot f 5 b. s. 2 a.
b., D. d. V-, Middelburg, tot f 6 en f 7 b. o. 2
en 3 d. h werpen van vuilnis in een goot
te MiddelburgM. B., vrouw v, I. 0., Middel
burg, tot f 1 D, B, 1 d, fe.