laatöte poging beproefd, om de bij tweede
lezing verworpen kanalen bij derde lezing weer
in het ontwerp te brengen. Maar met over-
groote meerderheid weigerde de Kamer den
oorapronkelijken tekst te herstellen. Met 235
tegen 147 stemmen werd het daartoe strek
kende amendement verworpen.
Het centrum trachtte daarop nog het Dort
mundRijnkanaal te behouden, maar ook dit
voorstel viel met groote meerderheid, 275
tegen 134 stemmen. Tegen stemden de con
servatieven, de vrijzinnigen en een groot deel
der nationaal- liberaler
Daarna werd het geheele wetsontwerp ver
worpen.
Deze uitslag heeft natuurlijk een diepen in
druk gemaakt.
In de eerste plaats om het persoonlijk échec
van den keizer, maar vooral omdat de ver
werping der voorstellen ernstige gevolgen moet
hebben. Dat de kamer ontbonden zal worden,
staat vast, maar het is te verwachten, dat ook
het ministerie een paar van zijn leden zal
moeten opofferen. In Pruisen toch zijn de
ministers generaals, en dus gehouden om over
winningen te behalen.
Vóór de beslissende stemming verklaarde
prins Hohenlohe, dat het wetsontwerp, al zou
het ook thans worden verworpen, niet van de
agenda zou verdwijnen. De houding der con
servatieven zou dus van ernstig gevolg kunnen
ziju voor hunne betrekkingen tot de regeering.
Crisis-geruchten zweven ook elderB en wel
in Frankrijk. Men spreekt nl. van een bepaald
conflict tusschen De Galliffet en Millerand. De
eerste, in merg en been een man van gezag,
wil niet langer aanzien dat Guériu den spot
drijft met het gezag en had reeds aanstonds
de meest krachtige middelen willen aanwenden
om den muiter tot reden te brengen.
Maar hoe groot de tegenstelling tusschen
den antisemiet en Millerand ook moge zyn, deze
laatste wil als socialist niet medegaan met de
voorgestelde krachtige maatregelen. Of het waar
is dat het conflict tusschen beide ministers een
zoo ernstig karakter heeft, dat zij niet naast
elkander aanblijven, dat is natuurlijk moeilijk
uit te maken.
Maar in elk geval is Millerand voorloopig
aan de winnende hand. Hopen wij dat De
Gallifet zai begrijpen, dat andere belangen hem
gebieden minister van oorlog te blijven, en
dat hij dien post niet mag verlaten om een
verschil, welks beteekenis wij overigens aller
minst onderschatten.
De ernstige gevolgen van het niet hand
haven van het gezag zijn Zondag gebleken,
Ook de tegenpartij is oproerig geworden en
heeft aanleiding gegeven tot vrij ernstige
onlusten (zie hierachter), waarbij naar het
schijnt de geestverwanten van minister Mille
raad zich niet onbetuigd lieten, terwijl de
legeraanbidders zich er tusschen mengden,
De toestand is er daardoor voor de regeering
niet beter op geworden.
En nu bevat de Temps weer een viertal
brieven van kamerleden (o. a. van Castelin),
die met het oog op den ernst van den toe
stand de bijeenroeping der kamers vragen!
Slaagt deze beweging, dan is het ongeluk
van Frankrijk niet te overzien. De bijeenkomst
der kamers kan alleen tot een nieuw oproer
leiden en tot niets anders.
Beknopte Mededeelingen.
Zondag had te Zoningen een verkiezing
plaats voor een lid van de Belgische kamer. De
vereonigde linkerzijde overwon met ruim 4000
stemmen, de andere candidaat was een afvallige
liberaal, gesteund door de clericalon.
Een te Parijs ontvangen telegram uit
Soedan meldt, dat luitenant-kolonel Klobb, die
uitgezonden was om het bevel op zich te nemen
van.dejcolonne, welke gecommandeerd werd door
de kapiteins Voulet en Chanoine, is vermoord,
evenals luitenant Meunier, die hem vergezelde.
Een Londensch blad meldt dat Chamberlain
aan de Transvaal een ultimatum heeft gesteld,
op den grondslag -van de eischen, door Milner
in de conferentie te Bloemfontein ontwikkeld.
Bevestiging is evenwel noodig.
Een vriend va a luit.-generaal sir W.
Butler schrijft in de Daily Chronicledat de
generaal zelf zijn ontslag aangevraagd heeft,
omdat hg het met de politiek der Engelsche
regeeriDg en van sir A. Milner tegenover
Transvaal niet eens was en samenwerking dus
onmogelijk werd. De aanbieding om comman
dant te worden van de stelling Devopport is
hem gedaan na zijn ontslag-aanvrage.
Goluchowki en Von Bulow hadden een
langdurige samenkomst.
Te Petersburg wordt ontkend, dat met
den emir van Afghanistan wordt onderhandeld
over een verlenging van de Russische spoor
wegen op Afghaansch gebied.
Volgens de officieele berichten sluit de
jongste rekening van Rhodesia met een tekort
van 500.000 pd. st.
Het Dreyfns'proces,
DE ALGEMEENE INDRUK
over de debatten is niet zeer bemoedigend, en
dat wijl elke leiding ontbreekt. De voorzitter
laat alle oud-ministers en generaals op hun
beurt voor de balie komen en hun verhaal doen,
zonder orde of regel. Deze ontbreekt, zoowel
in de volgorde waarin de getuigen voorkomen,
als in den loop hunner voordrachten, want
getuigenissen kan men de verklaringen niet
noemen. Immers het eerste begrip eener goede
getuigenverklaring ontbreektdo door den
getuige persoonlijk waargenomen feiten, waar
uit de rechter een conclusie heeft te trekken.
Bijna zonder uitzondering doen de ministers
en generaals wat des rechters isconcludeeren
uit wat zij hoorden van anderen die door
den krijgsraad nog niet gehoord zijn. Voor
de rechters is alles wat zij hooren een chaos,
waarin slechts dit is te onderscheiden, dat alle
getuigen van deze-rubriek, dus de superieuren
van de krijgsraadleden, Dreyfus schuldig noe-
Dikwerf op de meest uiteenloopende of
elkander uitsluitende gronden. Maar wat baat
dit, waar Labori ontbreekt om telkens en
telkens de generaals naast elkander te BtelleD
aldus te doen uitschijnen hoe groot de
onderlinge tegenspraak wel is.
Thans is het aan de leden van den krijgs
raad overgelaten de urenlange redevoeringen
te ontleden in hoofdpunten en details, en dan
al deze naast elkander te stellen. Dat mili
tairen dat niet kunnen, is natuurlijk. Alleen
reeds het luisteren, d. w. z. het hooren eu
goed opnemen, is een kunst waarin een militair
zich niet kan oefenen. En nog minder geoefend
zijn zij in de nog grootere feunBt van fijne
ontleding van een zoo onafzienbare reeks van
verwarde argumenten, losse beweringen
heele en halve onwaarheden.
Hen daarbij te helpen kon alleen een Labori
Hoe noodig de leiding van een zoo in de
zaak doorkneed, scherpzinnig en vlug debatter
is, kan uit het volgende blijken.
Generaal Chanoine deelde mede dat, toen
minister werd, de dossiers reeds in handen
der civiele justitie waren. Hij heeft de zaak
daarom uit andere bronnen bestudeerd (d.
w. z. uit inlichtingen van den generalen staf)
kwam natuurlijk tot de conclusie dat Dreyfus
schuldig was. Toen in '94 ontdekt werd dat er
stukken van den staf aan den vreemde ver
kocht werden, is op een aantal officieren toe
zicht geoefend. Allengs kon dat worden inge
krompen, tot eindelijk slechts één man in den
kring bleet, Dreyfus.
Maar wat later komt Roget voor en deze
wil aantoonen, dat het verhaal van Esterhazy
betreffende den oorsprong van het bordereau
een onwaarheid was. Vóór de ontdekking van
het bordereau ruBtte niet het minste vermoeden
op Dreyfus.
Alle verhalen van het tegendeel zijn valsch,
zoo zei deze generaal, en daarom kan hei
niet zijn dat Esterhazy het bordereau schreef
op verzoek van Sandherr, die zijn moreele be
wijzen tegen Dreyfus door een materieel be
wijs wilde versterken.
Welk een heerlijke gelegenheid om de gene
raals in een confrontatie af te maken, door den
een te laten verklaren dat er vóór de ontdek
king ernstige verdenking tegen Dreyfus
stond en de ander te laten verzekeren, dat dit
bepaald onwaar en onmogelijk is.
Demange liet echter de gelegenheid voorbij
gaan.
Maar het ergste is wel dat bijna alle getui
gen van deze rubriek blijk geven van een
ONBEGRENSDE MINACHTING VOOR
HET ARREST VAN HET HOF
VAN CASSATIE,
dat door alle generaals wordt geacht niet te
bestaan. Immers bijna allen voeren de be
kentenissen en het handschrift van het bor
dereau als bewgs tegen Dreyfus aan.
Met betrekking tot het bordereau zegt hei
arrest dat [de verklaringen der experts Meyer,
Giry en Molinier, en de herroeping van de
in 1894 gehoorde experts Charavay, bene vent
de expertise van het papier pelure] tendent
démontrerque le bordereau rtaurait pas été
écrit par Dreyfus.
Wij zijn geen rechtskennera en weten dub
niet of de krijgsraad, na een nieuw verhooi
van experts, tot een andere conclusie mag
komen.
Maar in geen geval mogen de generaals,
zoolang niet een nieuwe expertise heeft plaatb
gehad, hnu vroeger door het hof van casaatk
verworpen vermoedens handhaven.
Nog sterker klemt dit bij de bekentenissen.
Het hoogste rechtscollege van Frankrijk eet.
rechtscollege, welks gezag door de loi de des-
saisi8sement nog verdrievoudigd is heeft be
slist on ne sauraiten effet, voir dans ces propos
un aveu de culpabilité. Ea dit oordeel wordi
gemotiveerd door de overweging le fet dt
Dreyfus in den mond gelegde zin aanvang)
met een betuiging van onschuld, 2e dat hei
onmogelijk is, met het oog op de tegenstrijdig
beid in de verklaringen, den juisten en volledige)
tekst van de woorden van Dreyfus vast
stellen.
Met deze uitspraak voor oogen bevesti
gen bijna alle generaals, dat hun overtuiging
van de schuld van Dreyfus steunt op de be
ssen. En majoor Cuignet voegt er bij
men kan zich in deze niet vergissen, zondei
twijfelen aan elk menschelijk getuigenis
Daarlatende in hoever de krggsraad bevoegd
anders te oordeelen dan het hof van cas
satie, hebben alleen de rechters, niet de getuigen
hun conclusies te trekken uit de feitelijke me
dedeelingen van andere getuigen en deskun
digen. Dat heeft alleen de krijgsraad te doen,
Wat de generaals doen is dus feitelijk plei
ten voor zichzelf en tegen Dreyfus, en daarbij
gronden zij zich op nog niet gehoorde getui
genissen Of laten wg het ware woord maar
poemenwat geschiedt is intimidatie, door
meerderen op hun minderen uitgeoefend.
zich zelf is het een groot bezwaar, dat
deze alleen leeken recht hebben te spreken.
De toestand wordt ernstiger door de afwe
zigheid van Labori.
Maar het allerergste ia wol dit, dat de wet,
toen deze vaststelde dat de krijgsraad zou wor
den saamgesteld naar den rang van den
schuldigde, niet heeft voorzien, in het geval,
dat een strafzaak zou voorkomen, met twee
partgen, en dat een daarvan 4 of 5 rangen
hooger zou zijn dan de beklaagde, en 1 of 2
rangen hooger, dan de voorzitter van den
krijgsraad.
DE BEWIJZEN UIT DEN VREEMOE.
Het incident met de bewijzen van buiten-
landsche herkomst, neemt steeds grooter om
vang. Reeds in de kamerzitting van 7 Juli
1898, had Cavaignac bij het voorlezen van het
valsche stuk van Henry gezegd, dat het
bureau des renseignements in den tijd van
jaar wel 1000 tusschen buitenlandsche spion-
gewisselde stukkeu had bijeengebracht
om den term te gebruiken die Vrydag aan
orgaan van den generalen staf ontsnapte
had geroofd.
Over dit geheime militaire dossier heeft de
ontslagen majoor Cuignet Zaterdag nadere
mededeelingen gedaan.
Daaruit biykt, dat de staf werkelp een
behoorlijk georganiseerde rooversbende is, die
alles steelt wat onder haar bereik komt.
Particuliere brieven, soms met zeer vertrouwe-
lijken inhoud, officieele rapporten, aanteeke-
niDgen, zelfs aanteebeniDgen over te houden
gehouden toosten.
Naar dit dossier verwees Cuignet voor het
bewijs dat Dreyfus schuldig was natuuriyk
zonder eenig bewgastuk aan te halen.
Het was daarom dat Dreyfus eindelgk op
stond en Cuignet gewoon weg een leugenaar
noemde.
Maar 't was niet alleen Dreyfus, die veront
waardigd was over de houding van Cuignet.
Zelfs de regeeringscommissaris, majoor Carrière,
heeft dezen getuige een lesje gegeven.
Cuignet besprak nl. het telegram van kolonel
Schneider, en achtte het, ondanks den ernst
den toestand, oirbair een aardigheid
te tappeD, door te herinneren dat het telegram
afkomstig was uit Ems, van waar reeds meer
een valsche depêche uitging.
Daarna zeide hg, dat het nu bedoelde Em-
ser telegram een tegenspraak bevatte op een
stuk, dat door den toenmaligeH minister van
oorlog, generaal Chanoine, was overgelegd, en
afkomstig was nit een dossier, welks echtheid
tot heden niet in twyfel was getrokken. D e
egenspraak van generaal Schnei
is dus gericht aan de Fran
che regeering, zoo zeide Cuignet, die
aldus bewees tot eiken prys een nieuw diplo
matiek incident te willen uitlokken.
Daartegen kwam de regeeringscommissarie
op, maar niet terstond. Wel een half uur
later, toen het kruisverhoor reeds aan den
gang was, stond majoor Carrière op om ti
i, dat majoor Cuignet inlichtingen had
gegeven, geschikt om een buitenlandsch offi
cier, die een diplomatieke missie in Frank
rijk vervult, in de zaak te betrekken. Nament.
regeering moest hij daartegen alle reservet.
maken.
Met betrekking tot het rapport van Schnei
der deelde Cuignet nog mede, dat men in
staat was de onnetwistbare echtheid van dai
stuk te bewgzen (Natuurlgk bleet dat bewgs
achterwege! Trouwens, toen Cavaignac hei
faux-Henry aan de kamer mededeelde, voegde
hij er by, dat hg de echtheid van dit stak uii
een' moreel en uit een materieel oogpunt had
onderzocht en toch bleek het stuk, welks
echtheid vroeger door de generaals Boisdeffre,
Pellieux en Gonse bezworen was, valsch).
Nog zeide Cuignet, dat de schryver de echt
heid van dit stuk betwist, omdat hg (de Oos-
tenrgksche attaché) in een lastig parket kwam
tegenover zgn bondgenooten (de Duitsche eu
Itaiiaanscbe attachés) en omdat hem het dementi
was voorgeschreven.
Ia verband met deze insinuatie van Cuignet
dat het telegram van kolonel Schneider op
hoog bevel werd afgezonden, verdient vermei
ding dat de regeering te Weenen stellig ver
klaart, dat de kolonel geheel op eigen gezag
en verantwoordelijkheid handelde.
lottigen slag te verzachten, -
niet mede.
dat deelde hg
Dezer dagen deelden wy een bericht uit de
Figaro mede, inhoudende dat een lid van het
instituut, tevens een vriend van den hertog
van Aumale, in staat was te getuigen dat
kolonel Von Schwarzkoppen het petit bleu
aan Esterhazy had geschreven, in het byzgn
van kolonel Schneider. Het blad meldt thans
dat bedoelde getuige is de heer Picot.
Uit de verklaringen van Cuignet stippen
wij nog aan, de bewering dat Esterhazy iater
zgn hand had veranderd, om zgn schrift op dat
van het bordereau te doeu gelijken
Villon, de beroemde getuige, die te
Beriyu een generaal en een kolonel over het
verraad van Dreyfus hoorde spreken, heeft
wegens „ziekte" Rennes moeten verlaten.
Dr Reclus heeft Labori aangeraden heden
de "zitting by te wonen, maar geen enkele
vraag te stellen. Alsof het den vurigen strg-
der mogelijk zou zyn zooveel onrecht te hooren
ju mond te houden
Mr Labori en zgn vrouw zeggen in de
pers dank voor de overtalrgke betuigingen
van Bympathie, die zy uit alle dealen der
wereld hebben ontvangen. Het is hun onmo-
geiyk ze 8chrifteiyk te beantwoorden.
Er was een zeer onverkwikkelgke stryd
uitgebroken tusschen de twee geneesheer en,
die Labori behandelen zouden.
Mr Labori zendt aan de Figaro een brief,
waarin hy met nadruk protesteert tegen
de insinuaties van dr. Doyen tegenover dr.
Reclus. Hy zegt„Noch mijn familie, noch ik
hadden dr Doyer gevraagd te komen en wan
neer ik hem heb ontvangen, was dat alleen in
zgn hoedanigheid als vriend.
Ik zelf heb niet gewild, dat hy de wond
onderzocht. Wat dr. Reclus betreft, deze was
niet toevallig by my. Ik wist dat hy te
Rennes was. Ik heb uitdrukkeiyk hem ge
vraagd mij te behandelen en ik zou hem
verzocht hebben uit Parijs te komen ais hij
niet te Rennes was geweest".
Onlusten te Parijs.
Ook in de door den staf geleide schandpers
wordt natuurlijk de waarde der tegenspraken
ontkend.
De dolzinnigheid stg gt ten top,
want de zaak staat op het oogenblik zoo, dat
alle bladen, die zoo woest het oordeel van
vreemdelingen wraken, al hun beschuldigingen
tegen Dreyfus gronden op brieven vai
de vreemde attachés
Van nul en geener waarde heeten alle behoor-
lgk ondertoekende, geschreven verklaringen
van buitenlandsche officieren, die langs regel
matigen weg inkomen en welker authenticiteit
dus vaststaat.
Maar als onwraakbare bewgsstukken worden
beschouwd alle aan dezelfde beeren toegeschre
veu papieren, die door den generalen stal
verzameld zgn en welker herkomst in hei
duister ligt, wgl de generaals ze ontvingen uit
handen van de verdachte lieden, die voor geld
de vreemde ambassadeurs berooven.
Ea over deze sujetten mag men niet eens te
min denken Want bg het
VERHOOR VAN GENERAAL GONSE
heeft deze een dier lieden aangeduid als een
zeer achtenswaardig" persoon.
De generaal had dunkt ons een zuiverdej
maatstaf dan zich zelf moeten gebraiken.
Door een vraag gaf Demange te kennen, dat
de minister van oorlog er ten minste betei
over dacht. De „zeer achtenswaardige spion"
had het Legioen van Eer gevraagd, maar de
minister had dat geweigerd.
Generaal Gon6e wist daar niets van.
Uit het verhoor van denzelfden generaal
dienen nog een paar punten aangestipt.
In de eerste plaats het zwaarwichtige argu
ment, dat Dreyfus in vele geheime stukken
is genoemd, maar nooit als een onschul
dige. Hoe treffendAlsof men aan het
ministerie de stukken, waaruit de onschuld van
Dreyfus big kt, ia het dossier zou hebben
gelaten. Fas si béte, mon ginêrall
In de tweede plaats de reeds in een gedeelte
van onze vorige oplaag vermelde verklaring, dat,
toen Hënry (destjjds majoor Henry) den gene
raal het valsche stuk overhandigde, hg er op aan
drong dat Gonse het niet aan den chef van
den dienst, kolonel Picquart, zou laten zien.
Eindelgk vernamen wg, dat ook generaal
Gonse in het geheim van de ontdekking van
de valschheid van dit stuk was. Wel een
week voor die valschheid bekend werd (dus
een week voor Cavaignac de ontdekking aan
de regeering mededeelde) had generaal Roget
er met Gonse over gesproken.
Wat hy in die week wel heeft gedaan, om
de gevolgen van dien voor den staf zoo nood-
HET FORT VAN CUERIN.
Het is niet ten onrechte, dat de laatste v?eek
door binnen- en buitenlandsche bladen gewaar
schuwd is tegen de bespotting van het gezag
en tegen de uit verdeeldheid voortkomende
zwakke houding der Fransche regeering.
De toestand toch is zeer ernstig geworden.
Eerst had de regeering, onder den invloed van
Millerand, afgezien van eiken maatregel van
geweld, en alleen voor de strenge handhaving
van het beleg gezorgd en zoo werd in berich-
van Zaterdag de toestand in de Rue
Chabrol als volgt geschetst
Het geheele gebouw is omringd door politie,
terwgl zelfs de riooigangen zgn dichtgemet
seld, en gas en waterleiding zyn afgesneden.
Niemand mag het gebouw naderen, terwijl, uit
vrees dat de buren zouden medewerken aan
de approviandeering, de belendende perceelen
eveneens worden bewaakt.
Een gedeelte der in de veBting vertoevenden
heeft getracht het gebouw te verlaten, maar
allen werden terstond gearresteerd. Eer
de 40 man der bezetting is ziek geworden
waarop verlof werd gevraagd en verkregen
om een geneesheer te ontbieden.
Deze schetste den toestand in het gebouw
als zeer ongunstig, wyi de afsluiting der
riolen vrees voor het uitbreken van typhus
doet ontstaan.
Zoo was de toestand dus Zaterdag. Dat ver
andering zon komen, bleek uit het Journal du
peupledat tegen Zondagmiddag 3 uur een
ANARCHISTISCHE, ANTI-CLERICALE
BETOOCINC
aankondigde.
Alle vrienden en kameraden werden opge
roepen om zich te vereenigen onder de kreten
A bas la calotte en A bas les jezuïtes„om op
te trekken tegen de fanatieken, die, door uit
tartingen en hun wildheid, ons geduld hebben
uitgeput."
Reeds te half drie waren de leiders en vele
groepen ter plaatse, waarop een compagnie
onbereden garde republicaine uitrukte en zich
op de Place de la Republique opstelde.
Het aantal manifestanten nam steeds toe
er waren vele socialisten, waardoor de meest
gehoorde kreet was „leve de republiekReeds
spoedig trachtte de politie de menigte uiteen
te drgven. Maar de betoogers verzamelden,
zich weer, en trokken onder aanvoering van
Sebastien Faure in de richting van de Place
de la Nation. Ook nu trachtte de politie
menigte te verspreiden. Er ontstond een hevige
vechtparty, waarbg revolverschoten werden
gelost. Een commissaris van politie werd
door twee messteken getroffen. De stoet her
stelde zich spoedig en vervolgde zgn weg. Op
de Place de la Nation had een nieuw, nog
heviger, gevecht plaats. Ook hier werd ge
schoten. Drie agenten bekwamen verwondingen.
Sebastien Faure en eanigen van diené vrien
den, o. a. Henry Dorr, vluchtten op een
tramwagen, maar werden door den koetsier
aan de politie aangewezen en vervolgens
gearresteerd.
Dorr bleek in het bezit van twee revolvers
te zgn. Onderwijl hadden nog andere arrestaties
plaats gehad, terwgl de rest der betoogers
het uitgangspunt terugkeerde.
Hier en daar werden van eenige kerken
ruiten ingeworpen, tot eindelijk een incident
plaats had, over welks beteekenis verschillend
wordt geoordeeld.
De betoogers deden een
AANVAL OP EEN KERK,
en wel op de St. Josepbskerk in de Rue d'Arboy.
Volgens de eene lezing heeft de binnenge
drongen menigte vele voorwerpen vernield,
maar zich niet vergrepen aan dat, wat den
katholieken heilig is. Maar anderen stellen bet
gebeurde voor als een modernen beeldenstorm-
De betoogers waren, naar wg lezen, gewa
pend met byien en lange messen, die zij uit
de winkels hadden weggenomen. De ijzeren
hekken voor de kerk werden met bijlslagen
vernield, waarop de zware deuren werden
opengehakt en de bende de kerk binnendrong.
Hier werd alles geplunderd. Zes altaren wer
den verwoest, de doopvonten ter aarde gewor
pen, de schildergen verscheurd, de beelden
stuk geslagen. Vervolgens vielen de woeste
lingen op het hoogaltaar aan. Het allerheilige
werd op den grond geslingerd, de heilige hosties
werden vertrapt, de meubelen verbryzeld. Da
deuren en de stukken van de.meubelen werden
neergeworpen midden op het pleintje voor de
kerk, waar een brandstapel werd gemaakt en
aangestoken. De koster der kerk slaagde erin
te ontsnappen en waarschuwde de politie.
Weldra kwamen politie en republikeinsche
gardes opdagen, doch werden genoodzaakt zich
te verdedigen tegen de gewapende manifestan
ten. Een twintigtal oproerlingen vluchtten in
een nabgzgnd huis, audereu in deu kerktoren.
De politie moest een formeel beleg beginnen,
waarvan het einde was, dat de twintig opge-
slotenen werden gegrepen en naar het politic
bureau gebracht. Toen de agenten in de
kerk kwamen, was men bezigden brand testeken
den preekstoel, dien men biykbaar niet
kon klein krygen. De kerk ziet er deerlyk
gehavend uit.
Van andere zgde wordt het vorhaal van de
groote verwoesting bevestigd. De kerk bood
het vertrek een treurigen aanblik. Overal
lagen stokken van glazen kerksieraden en ge*
broken beelden. Voor het hoofdaltaar zag een
toeschouwer den abbè Lecour, op zgn knieën
kruipende, om de heilige ouwels weer bgeen
te verzamelen.
Deze geesteiyke verklaarde, dat de schade
niet te begrooten viel, wyi verscheidene zeld
zame schilderyen waren vernield.
Latere woelingen.
Na dat tooneel, dat tusschen 5 en 6 uur
schijnt afgespeeld, bleef het natuuriyk langen
fcyd onrustig.
Talrijke kleinere betoogingen werden in den
loop van den avond door de politie uiteen
gedreven, vooral in de buurt van het station
van den Oosterspoorweg, wa ar de politie her-
haaldelgk charges moest maken.
De menigte riep„leve de republiekleve
het legerStraatjongens die pakken cou
ranten op de straat verbranden, werden door
de politie verstrooid.
Tegea tien uur hadden eenige ongeregeld
heden plaats op de Boulevards Magenta en
Strassbourg, alzoo in de onmiddeliyke naby-
heid van de Rue Chabrol. Er werden revol
verschoten gehoord, doch er waren geen gc
kwetsten. Eenige arrestaties hadden plaats.
Nog later verplaatsten de ongeregeldheden
zich naar de Rue Chabrol zelf, alzoo naar de
vesting" der antisemieten.
Omstreeks 2 uur na middernacht werd ge
seind dat er in het geheel 50 gewonden waren,
onder wie vele politieagenten. De meeste won
den waren niet door wapens ontstaan, maar
door het onder den voet raken.
Van de arrestaties werden er 25 gehandhaafd,,
INGEZONDEN STUKKEN.
lugszoaden stukken word«n in geen geval teroggesoaiten.
OE ONGELUKKEN
op de tramlyn MiddelburgVlisaingen wordeü
zoo veelvuldig, dat het m. i. meer dan tgd
wordt dat de bevoegde autoriteiten krachtig
optreden.
Van meer of minder beleefde verzoeken aan
het publiek, van het dreigen met straf en met
verwgdering uit de tram wacht ik weinig.
Een afdoende maatregel zon zgn dat de balcons
der wagens aan beide zijden door deurtjeü
werden afgesloten, die alleen door de conduc
teurs kunnen geopend worden. Op verschil
lende buitenlandsche tramlynen, o. a. op die
van Parys naar St. Germain, wordt dit stelsel
van bescherming van het niet door woorden
tot voorzichtigheid aan te manen publiek toe-.
Ik geef toe dat de afsluiting der balcons
eenigen last aan de reizigers en eenig meer
der werk aan de conducteurs zou veroorzaken,
i een en ander iB van weinig belang
tegenover de vreeseiyke ongelukken, die maar
steeds meer en meer voorkomen. T.
RECLAMES.
40 cent per regel.
HetOor,deKeel,helStroUen-
hooid en de Neus.
Het Instituut DROUET, door wylen Dokter
DROUET van de Geneeskundige faculteit te
Parys in 1888 gesticht, zet zgn weldoend werk
steeds voort door kosteloos en schriftelgk alle
noodige inlichtingen tot genezing der Oor-,
Neus- en Keelaandoeningen te geven.
Op aanvrage zendt de administratie te Brus
sel, 140 AnBpachlaan, gratis het blad voor
doofheid enz. Dit blad, „eigendom van het
Instituut", deelt alle noodige inlichtingen eu
omschrijving der laatste genezingen mede.
HANDELSBERICHTEN.
Cjrraanmarjkten enz.
Axel 19 Aug. Ter graanmarkt vanheden
(Zaterdag) waren de pry zen als volgtjarige
tarwe 7.— a 7.25; nieuwe tarwe J 7.—
a 7.25 jarige rogge f—a/—nieuwe
rogge 6.25 a 6.50jarige wintergerst
a nieuwe wintergerst 8.—
a 8.25jarige zomergerst f—a 5
nieuwe zomergerst 7.25 a J 7.50; haver
f 6.25 a 6.40; paardenboonen 8.-— a
8.25groene erwten 7.60 a 7.80kool
zaad a kanariezaad f
a vlas (per 44a. 56o.)f
w. Boter f 1,20. Eiereu 8.—»