BUITENLAND.
Door Gedeputeerde Staten werd vergunning
Toen de eene helft van de begraafplaats te
Domburg na meer dan 20 jarige rust weer in
gebruik was genomen en de meeste lijken nog
lang niet bleken te zijn vergaan, werd het
gevoelen van den geneeskundigen inspecteur
ingewonnen omtrent de vraag of een aangren
zend stuk grond by de begaatplaats moest
worden gevoegd of een ander terrein voor
begraafplaats moest worden ingericht.
By onderzoek moest geheel het gevoelen
van burgemeester en wethouders worden ge
deeld, dat het uit een hygiënisch oogpunt en
uit een gevoel van piëteit wenschoiyk moest
worden geacht bedoelde begraafplaats te slui
ten, omdat het nog jaren kon dureD, alvorens
met zekerheid mocht worden verwacht, dat de
overblijfselen van lij ken voldoende zouden zyn
vergaan wegens het zoutgehalte van den
bodem.
Een meer van de kust verwijderd terrein
werd daarop voor begraafplaats uitgekozen
is thans reeds als zoodanig in gebruik.
Zonder eenig motief dan alleen om ze later
te verhuren, verzocht C. Aarnoutse binnen den
afstand van 35 M. van de begraafplaats te
Vlissingen huizen te mogen bouwen.
Op ongunstig advies van burgemeester en
wethouders en van den geneeskundi)
specteur werd door Gedeputeerde Staten het
verzoek geweigerd.
Op verzoek van het gemeentebestuur van
Goes werd een oordeel uitgesproken over de
openbare school aan de Singelatraat.
Dit oordeel moest ongunstig luiden, daar er
tal van gebreken waren aangetroffen, die in
meer of minder mate nadeel aan de gezondheid
der schoolgaande kinderen konden berokkenen.
Onder meer werd gewezen
lo. op de primitieve ventilatiemiddelen in
alle lokalen, ook in dat van de voor bert
klasse, gepaard met het zelden kunnen openen
van de ramen aan de oostzijde wegens
rook eener bakkerij, terwijl de meeste ramen
.daarbij nog uitzien in een steeg, waarin bij
windstilte geen voldoende luchtverversching
plaats vindt
2o. op de onvoldoende verwarmingsmidde
len, daar geen rekening is gehouden met de
grootte der lokalen noch met eenige beschut
ting der kinderen, die het dichtst by de kachel
gezeten zyn
3o. op slecht invallend licht in enkele
lokalen
4o. op de kilheid van het groote en holle
lokaal der voorbereidende klasse bij eenigzins
koud en winderig weer, door zyne groote ven-
tilatierameD, op het kerkplein uitkomende
5o. op de ligging van de school aan een
kerkplein, dat met zyne tochtige winden aan
spelende en dan weer, rustende kinderen zoo
licht tot koudevatting aanleiding moetgeveD;
60. op de overdekte eu kleine opene speel
plaats, beide grenzende aan een schuur, waarin
veel vee wordt gestald, hetgeen de oorzaak
moet zyn, mede ook door de privaten en uri
noir der schoollokalen, dat de atmospheer
dier speelplaats en vooral by warm weer
paald onfriach moet genoemd worden.
Summa summarum werd op de wenschelijk-
heid gewezen om dit schoolgebouw door nieuwe
schoollokalen op eene meer geschikte plaats
der gemeente te doen vervangen.
Aan het verzoek van het geneeskundig
staatstoezicht om de banken in het 5de en 6 de
leerjaar van school B te Vlissingen zoodanig
om te laten zetten, dat het licht ten opzichte
der schoolgaande kinderen links invalt werd
door het gemeentebestuur gereedeiyk voldaan.
Omtrent drinkwater, lezen wij in de Han
delingen
De noodige voorziening in de behoefte aan
drinkwater te Turkye {een gehucht der ge
meenten IJzendijke en Waterlandkerkje) is
reeds bij „typhus" medegedeeld.
Het daarop betrekking hebbende rapport
van prof. Saltet omtrent het bacteriologisch
onderzoek van de 2 drinkwatersoorten waar
mee de bewoners zich thans moeten behelpen
luidt als volgt
Van de beide watersoorten werden platen
gemaakt met gewone voedingsgelatineten
einde de soorten bacteriën na te gaan, welke
in deze watersoorten voorkwamen. Het bepa
len van het aantal culturen, die zich ontwik
kelden werd achterwege gelaten, omdat deze
bepaling bij water, hetwelk lang nadat het
verzameld is en wel zonder byzondere voor
zorgen, zonder beteekenis is te achten.
Verder werden met het doel om meer spe
ciaal typhus- en colibacillen op te sporen
grootere boeveelheden, telkens 100 c. M3.
water genomen en daaraan toegevoegdpep-
ton 1 chloornatrium l/3 en carbolzuur
0,05 In een andere vloeistof, waarin 1
pepton, chloornatrium !/a on joodkalium 1
by het te onderzoeken water gevoegd wer
den, werd eveneens de ontwikkeling van even
tueel aanwezige darmbacteriëa beproefd. Beide
proeven werden tweemaal genomen. De vier
broed kolfjes werden 24 uren bij lichaamstem
peratuur gesteld en daarna door middel van
gelatine- en agarplaten op de zich onder deze
omstandigheden ontwikkeld hebbende micro-
organismen onderzocht.
Ten slotte werd bij 10 c. M3 van elke wa
tersoort een gelijke hoeveelheid zure bouillon
toegevoegd en nagegaan na hoeveel tijd deze
vloeistof bij 37° C. geplaatst, troebel was
geworden. Bij B. coli is dit na korten tijd
het geval.
De resultaten van dit onderzoek waren de
volgende
lo. in het eerste water van een put in de
weide bleken aanwezig te zijnpenicillium
glaucum, micrococcus aurantiacus, en Bacillus
mesentericusin het water van den nieuwen
put een staphylococcus albussoort, B. fluores
ces nm. liquefaoiens, B. subtilis en een vibrio-
aoort.
Naast deze organismen werd in beide wa
tersoorten nog éan bacteriëasoort aangetrof
fen, welke zoowel microscopisch als in enkele
cultuureigenschappen overeenkomst vertoonde
ten deele met B. typhosus, ten deele met B.
coli. Indol en gas maakte dit organisme even
wel niet. Door middel van de agglutinatiere-
actiën met coli- eu typhnssernm bon echter
uitgemaakt worden, dat dit organisme noch
als typhus- noch als colibacil te definieeren
was. B. coli en B. typhosus werden dus niet
de onderzochte watersoorten aangetroffen.
Beide watersoorten zijn evenwel als veront
reinigd te beschouwen. Het betrekkelijk groot
aantal bacteriënsoorten, die er in werden aan
getroffen en de aanwezigheid van B. fluores-
cens nm. liquefaciens geven tot deze conclu
sie het recht.
Bij de visitatiën der apotheken bleken in
Zeeland voldoende 49 en onvoldoende 4 by
geneeskundigen, voldoende 21 en onvoldoende 1
bij apothekers en voldoende 1 drogistwinkel.
In Zeeland werden verricht 4814 vaccina-
tiën en 3 revaccinatiën. Het aantal gevacci-
neerden was beneden het jaar 437, van 13
1754, van 3—6 2280, van 612 323 en boven
de 12 jaar 20.
Verschillende Berichten.
In de kriogen der Vredesconterentie ver
luidt dat reeds omgezien wordt naar een ge
bouw, dat voor gemeenschappelijke rekening der
mogendheden tot vestiging van een arbitrage-hof
te 'sGravenhage zou worden aangekocht en
ingericht voor het geval de conferentie het
beginsel aanvaardt.
Of de heeren reeds zoover gevorderd zijn,
dat men aan dit onderdeel ban denben
Het hoofdbestuur van den Nederlandschen
bond Maatschappelijk Belang heefc aan den
minister van binnenlandsche zaben een adres
gericht, waarin het dezen verzoebt te willen
bevorderen het indienen en totstandbrengen
van een wet, regelende de oprichting van
laboratoria om vervalsching van levensmiddelen
te bunnen controleeren en als een gevolg
daarvan overtredingen te kunnen vervolgen en
hier niet hebben wou eu de raadsleden oven-
min en dat ge het wel wat vreemd zoudt vin
den. Maar hy antwoordde, dat volgens art.
43 de raadsvergaderingen in het openbaar
moeten worden gehouden en dat de heeren
aan dat vreemde wel zouden wennen. We
moeten hem dus wel toelaten, maar laten we
ons^ voor hem iu acht nemen."
en ander raadslid„Zoo'n brutale vent
Wat heeft hy met onze zaben te maken? Maar
we zullen er wel niets aan kunnen doen, als
burgemeester het zegt."
Wordt besloten den verslaggever toe te laten,
die even daarna verschynt en door de meeste
raadsleden met wantrouwige blikken wordt
beloerd. Het natuurwonder, dat men ter
G'8che raadsvergadering nog nooit had waar
genomen, was de verslaggever van de D. en
Gr. Crt.
Vrydag middag, na afloop van de inspectie
van verlofgangers van de nationale militie, is
te Veendam een milicien van Muntendam by
het Beneden-Dwarsdiep in de vaart gesprongen
en verdronken. In dronkenschap wierp hij eerst
zijn kleeren in het water, sprong er daarna
zelf in en zoek dadelyk.
De assistent der posterijen te Workum
is, na een ter plaatse door de justitie inge
steld onderzoek, als verdacht zich te hebben
schuldig gemaakt aan het misdrijf, strafbaar
gesteld bij art. 247 Wetb. van Strafr., aange
houden en in verzekerde bewaring naar Leeuwar
den overgebracht.
Te Venlo is tijdens de afwezigheid van
de moeder, het kind van een remmer, zoodanig
met brandwonden overdekt, door het spelen
met lucifers, dat het nog dienzelfden dag in
het gasthuis is overleden.
Het bericht, volgens hetwelk te Boxtel
brand zou zyn ontstaan door een minder goed
geïsoleerde electrische leiding, in de schuur,
behoorende bij de pastorie, is, naar van be
voegde zyde wordt medegedeeld, onwaar. Er
bestaat geen electrische geleiding Daar die
Donderdag avond was er een heel standje
in de Palmstraat te Rotterdam, waar een man
zyn vrouw ernstig mishandelde. Spoedig kwa
men een paar agenten van politie er by, die den
wildeman te lijf gingen. Zij kwamen echter
van een slechte reis, want de kerel, geholpen
door zijn paar zoons, sloeg er in het portaal
van zyn woning zoo duchtig op los, dat beide
agenten verwond werden, een nog al ernstig.
De man verschanste zich daarop in zijn woning,
dreigende ieder, die hem te na kwam, met een
revolver te zullen neerschieten. Dat deed hij
ook een commissaris van politie, die hem som
meerde zijn woning te openen.
Doordat het publiek in de buurt door deze
oneelen zeer opgewonden was, de woning
van den woesteling bedreigde met een bom
bardement, en hem te lyf wilde, was de politie
nog genoodzaakt hem en zyn woning tegen dit
publiek te beschermen. Den geheelen nacht en
den ganschen Vrydag stond er van politiewege
een vaste post voor het huis. Hy was Vrydag-
avond nog niet uit zijn woning te voorschyn
gekomen en nog altyd bedreigde hy wie van
overheidswege durfde binnentreden.
Aldaar is een bootwerker van een aan 't dek
van een stoomschip staande stelling in 't laad
ruim gevallen. De man overleed tydens zijn
vervoer naar het ziekenhuis.
- De trein van Rotterdam naar Gouda heeft
Vrijdagmiddag nabQ Capel/e op den verbin
dingsweg een man overreden en gadood.
Het ongeluk aan de werkplaats van het
station van den H. IJ. Spoorw. te Haarlem,
waarvan wij in ons vorig nommer onder
Laatste berichten in 't kort melding maakten,
heeft zich als volgt toegedragen.
Er was een machine warm geloopen, en drie
werklui zouden die weder klaar maken, en
lagen daarom er onder, een hunner met de
beenen over de rails, de beide anderen er
tusschen. Nu schijnen de stootblokken van
den tender zich te hebben begeven, want
hoewel die waren aangezet, evenals de rem,
kwamen machine en tender in beweging, toen de
machinist, om de koppelpeu te verwy deren,
eenige stoom toeliet.
Het gevolg was, dat van den man die over
de rails lag, de heide beenen werden atgeretei,
dat een ander de borstkas werd ingedrukt en
ook de ruggegraat werd gekneusd, terwyi de
derde, die zich aan de as gegrepen had, er
met lichte verwondingen afkwam.
De beide eerstgenoemden zyn naar het gast
huis vervoerd.
Betreffende de onregelmatigheden in de
administratie der IJzendoornsche diaconie,
wordt thans medegedeeld, dat het vermoeden
bestaat, dat een armvoogd verschillende pos
ten opzettelyk te hoog heeft gebracht. Het
onderzoek in deze zaak levert zeer veel
moeilijkheden op. Men spreekt van een te
kort van f 600 a f 700.
Te Wijthmen onder Zwollerkerspel is een
boerenwoning afgebrand. De bewoners eE
hunne kinderen hebben zich met moeite kun
nen redden, daar ze eerst wakker werden, toen
het vuur reeds viel op een wiegje waarin het
kleinste kind sliep. De levende have is nog
gered kunnen worden, slechts een schot met
varkens is omgekomen. Het verbrande was,
hoewel niet geheel, verzekerd. De oorzaak van
den brand is onbekend.
Onze vroede vaderen zoo schrijft men
aan den Stand, uit Gr. in Overijsel d.d. 21
Juni 1899 waren heden ter raadsvergade
ring vereenigd.
Hevige ontroering verwekte de mededeeling
van den voorzitter
„Myne heeren er staat een reporter buiten
die op de vergadering wil komen."
Een der edelachtbaren, bedeesd„Is dat een
gevaariyk dier, burgemeester"?
Voorzitter„Gevaarlijk welmaar 't is g
dier. 't Ia zooveel als een verslaggever aan
een krant." Ik heb hem al gezegd, dat ik hem
Behalve alle opvarenden, de geheele mailen
specie is het gelukt voldoende provisie en
water aan land te brengen, hetgeen in dit
onherbergzaam oord een levensvoorwaarde
geacht moet worden.
Een Fransehman, die te Rio Grande
gevangen zat, wegens een misdaad tegen een
kind van drie jaar gepleegd, is een slachtoffer
der lynchwet geworden. Het gepeupel drong
de gevangenis binnen, martelde den misdadiger
en eindigde met hem lerend te verbranden.
Door den geneeskundigen raad in Kou-
stautinopel zyn pelgrimstochten uit Perzië
naar Mesopotamië verboden, terwyi mede een
verbod is uitgevaardigd omtrent het vervoeren
van lyken tusschen deze beide landen.
Een 16 jarige joDgen te Breda, begaf zich
in het begin dezer maand in het kanaaltje
aldaar ten einde een meisje, dat spelende
te water was geraakt, te redden. Hy be
zeerde zich daarby aan den voet door in
een spijker te trappen, en sloeg op het wondje
geen acht, met het gevolg, dat hy onder de
hevigste pijnen aan bloedvergiftiging overleed.
Te Antwerpen, op de plaats tegenover
Austruweel is volgens het H. v. A. een prachtig
schip verloren gegaan.
De noorsche bark Lyna, van Pensacola daar
aankomend met eene volle lading hout en
veel deklast, kwam, door een Hollandsche boot
gesleept, de rivier opgevaren.
In 't zwaaien kwam het schip op de plaat
en bleef er zitten.
Bij laag water is het schip doorgebroken.
Voor- en achterdeelen zakten in de diepte,
terwijl het middengedeelte omhoog kwam.
Het want brak, en de masten raakten over
boord.
Het schip is reddeloos verloren. De Redder
van de firma Gerlinck en lichters zyn ter
plaatse om de lading te bergen.
Het blijkt dat Walmacq, de soldaat die
den moord op de Place Royal te Brussel pleegde,
zijn slachtoffer heeft bestolen. Het horloge
van den vermoorde werd door hem aan een
anderen soldaat verkocht, en is sedert terug-
Te Auderlechbij Brussel heeft een kat
een kind van vijf maanden, dat in een wieg
lag, gedeeltelijk verscheurd op een wyze, welke
den tygerachtigen aard van het dier verried,
Men heeft nog hoop de zwaar gekwetste kleine
te behouden.
Een landbouwer uit de Belgische gemeente
Rollegem, die Dinsdag avond met een aanzien-
lyk bedrag, dat hij voor een paard had ont
vangen, uit de naburige gemeente Moescroen
huiswaarts keerde, werd onderweg aangevallen,
vermoord en geplunderd. Men vond Woensdag
morgen het lijk op den weg liggenhet hoofd
was van den romp gesneden.
De justitie uit Kortryk heeft ter plaatse
een onderzoek ingesteld.
Te Parijs is een complot ontdekt van
een tiental winkelbedienden, die er zich op
toelegden aan hunne patroons goederen tp
ontstalen, waarmede zij onderling ruilhandel
dreven. Phonografen, kunstwerken en tal van
andere artikelen bleken als ruilmiddelen ge
bezigd te zyn.
Te Havue bestaat een beetje opwinding
onder de winkelbedienden, over de vraag van
den vrijen Zondagmiddag, door de meeste
winkeliers toegestaan, maar door enkelen nog
De hertog van Cambridge woonde te
Richmond het huwelijk bij van Prinses Marie
van MecklenburgStrelitz met den Graaf
Jametel, welke plechtigheid Donderdag werd
voltrokken.
In het dorp Liidinghausen, een gemeente
in de provincie Westfalen, sloeg Donderdag
de bliksem in een woning waar men bruiloft
vierde. Een der bruiloftsgasten werd onmid
dellijk gedood, terwyl negen andereD, die met
hem aan tafel zateD, verlamd werden.
Omtrent het vergaan van het Ned. stoom
schip Prins Maurits van den K, W.I.M. blijkt
uit particuliere berichten, dat het stoomschip
Zondag 28 Mei des voormiddags 9.40 van
Cumana vertrok en te 11.20 v.m. hevig op
een onbekende klip stootte.
Spoedig bleek de noodzakelijkheid het schip
op de wal te sturen, alwaar het 8 min. later
met zinkend voorschip aankwam. Vyf minuten
later waren passagiers en bemanning (108
personen) alsmede de mail in de sloepen.
Ten 1 uur nm. ging het achterschip met
vreeslyk gekraak de grond in en redden zich
de gezagvoerder en drie man, die aan boord
gebleven waren, door in de sloep te springen.
Een klein gedeelte van het voorschip met de
brug en rookkamer zijn nog zichtbaar.
Algemeen Overzicht.
Het best wordt het nieuw kabinet in ons
oog geteekend, door Paul de Cassagnac, den
bekenden bonapartist, die opmerkte, dat de
ministers waarschijnlijk zei ven niet weten, wat
nog meer op hun programma zullen plaat-
n, dan de redding der republiek.
Alleen wat Cassagnac als hatelykheid
bedoelt, is in ons oog een deugd. De ervaring
der laatste jaren bewijst, dat mooie programma's
met veelbelovende hervormingen niets baten,
zoolang niet een betere grondslag is verkregen,
waarop regeering en kamer kunnen gaan ar
beiden.
Het is daarom niet alleen een nuttige, maar
zelfs een benydenswaardige taak, welke het
nieuwe kabinet gaat ondernemen. Immers de
verdediging der republiek mag niet bepaald
biy ven tot maatregelen tegen enkele individuen,
die zich de laatste weken het meeste bloot
gaven. Er is, voor wie de republiek wil
vestigen, meer, veel meer te doen.
Of de nieuwe regeering daarbij niet zal
stuiten op het bezwaar, dat het kabinet heet
uit Dreyfusards te bestaan, zelfs reeds een
Dreyfus-regeering wordt genoemd Geheel
onmogelijk is dit niet. Maar toch, het aantal
invloedrijke en zelfstandige manneD, die nog
te goeder trouw aan de schuld van den kapi
tein gelooven, zal de laatste weken wel zoo
geslonken zijn, dat die weinige overblijvenden
verwaarloosd kunnen worden.
Anders staat het natuurlijk met de talloozen,
by wie het politieke doorzicht minder ontwik
keld is, in elk geval niet genoeg, om de ware
beteekenis der groote zaak te begrijpen.
Immers sedert eenige weken is Dreyfus geen
persoon, maar een beginsel. Dreyfusard is hij
die strijdt voor zekere groote beginselen, welke
in gevaar zyn. En zoo aan dezen strijd al den
naam van Dreyfus verbonden is en langen tyd
verbonden zal blyveD, dan is het daarom, dat
zyn zaak aan het licht deed komen het ont
zettende gevaar, dat niet alleen de Fransche
republiek, maar wij mogen wel zeggen gansch
Frankryk bedreigde.
Dat het optreden van het huidige kabinet,
dat conservatieve en socialistische elementen
bevat, getuigt van het diep besef van den
ernst van den toestand, was nit de persbe-
schouwingen over het verloop der crisis ge
bleken. En als wy nu in een der bladen van
de rechterzijde lezeD, dat men uit de samen
stelling van het kabinet mag afleideD, dat de
republiek ook door haar vrienden wordt be
dreigd geacht, dan is dat onnoodige moeite.
Men kan het duidelijk lezen in alle bladen,
die het ministerie willen steunen. De een
verkondigt het luide om te rechtvaardigen dat
Millerand naast De Gallifet gaat zitten, de
ander om te verklaren, waarom De Gallifet
geen bezwaar .ziet met Millerand samen te
werken.
Toch blijft het voor velen een hard gelag
een socialist aan de regeeringstafel te zien.
Maar Yves Guyot roept dezulken toe, dat dit
alles eigen schuld is. Da republikeinen zyn voor
anderhalf jaar genoeg gewaarschuwd, dat als
zy zich de zaak van het recht niet aantrokken,
de eindelyke zegepraal van het recht, den
socialisten ten goede zou komen.
Maar men weet wat gebeurd is. De repu-
blikeinsche party in en buiten de kamer heeft
by na een jaar lang Méline door dik en dun
gevolgd.
Dat de echte Mélinisteu woedend zyD, is
natuurlyk, en men spreekt er van, dat zij
reeds Maandag zullen toonen tot de oppositie
te behooren.
Wij hopen dat dit waar zal bly ken. De regee
ring kan den steun dier groep best missen, en
hoe meer deze zich by de rechterzijde aansluit,
hoe zuiverder de toestand wordt.
Erger zou het zyn, als waar is dat Camille
Pelletan een gedeelte der radico-socialisten
tot afval overhaalt.
Men verwacht daarom Maandag een hevigen
aanval op het kabinet.
De nieuwe ministers hielden Vrydag hun
eerste zitting. De gewone nota, welke na
afloop aan Hams werd gegeven, houdt in, dat
de premier mededeelde, dat hij den prefecten
zal aanschrijven, dat zij in staatkundige en
electorale aangelegenheden de grootste onpar-
tydigheid moeten in acht nemen en elk
incident behooren te onderdrukken, dat de rust
zou kunnen verstoren.
Generaal De Galliffet verklaarde, dat hij den
generaals een rondschryven zal zenden, waarin
zij worden uitgenoodigd aan de militairen,
van welken graad ook, in herinnering te
brengen den volstrekten eerbied voor de
krygstucht.
De ministerraad besloot eenige opperofficie-
ren, die zich hadden te buiten gegaan in be-
toogingen, onvereenigbaar met de discipline,
over te plaatsen.
Terwyl in Frankrijk dus een crisis werd
opgeloat, wordt de toestand van andere regee
ringen dreigender. De flnancieele voorstellen
van de Spaansche regeering wekken veel ver
zet, zoodat men na reeds sprak van een aan
staand aftreden van het kabinet. Silvela ont
kende dergelyke voornemens te hebben. Maar
toch is de toestand niet geheel bevredigend,
vooral door de obstructie der minderheid.
Met deze heeft ook de Italiaansche kamer
te kampen, met hetzelfde gevolg als in Spanje,
dat gesprokeD wordt van een dreigende crisis,
welke haar oplossing in kamerontbinding zou
vinden. Maar van meer gewicht is de toe
stand in Duitschland. De regeering is niet bij
machte geweest den keizer voor een groot
échec te bewaren. Want, wie let op de per
soonlijke uitingen des keizers, welke ten grond
slag lagen aan het ontwerp, betreffende de
werkstakingen, weet dat het votum van den
rijksdag in de eerste plaats den keizer trelt,
ook al hebben de staatssecretarissen niet alleen
de volle verantwoordelijkheid voor het ontwerp
aanvaard, maar zelfs van hun warme instem
ming doen blyken. Dat onder deze omstan
digheden slechts de conservatieven, de anti
semieten en een tiental nationaal-liberalen met
de regeering medegingen, is dus een ernstig
échec.
Of Von Hohenlohe het lang zal overleven?
Ziedaar de vraag, welke hier en daar wordt
gesteld. Geheel onmogelijk achten wij het
niet, dat de rykskanselier heengaat. Op zijn
leeftyd nog zoo zwaren stryd te atryden, moge
aantrekkelijk zyn voor uitnemende mannen,
die wat verplicht zyn aan een grootsch ver
leden, of die weten een groote taak te moeten
vervullen.
Maar Von Hohenlohe heeft nooit een plaats
ingenomen welke hem verplichtingen oplegt,
en, wat hy te doen heeft en doen kan, is niet
zoo belangrijk, dat hij zich de rust behoeft te
ontzeggen, waarop een meer dan 80jarige aan
spraak heeft.
Tegenover deze teleurstelling welke den
keizer en der regeering werd bereid, staat
slechts óen troost, de gunstige afloop van de
beraadslagingen over twee onderwerpen van
internationaal belang, de handelsrelaties tot
Engeland en den aankoop van een deel der
Spaansche kolonies. Maar tegenover dat succes
dat Von Bülow den gravenkroon deed ver
werven staat weer een ernstige moeilijkheid
in den Pruissischen Landdag, waar de groote
kanaalplannen op ernstig verzet stuiten.
Beknopte Mededeelingen.
In de Belgische kamer heeft Vanden-
peereboom Vrijdag voorgesteld de behande-
ing der kieswet 5 Juli te doen aanvangen.
Na een opgewonden debat zou tot stemming
worden overgegaan. Maar Vandervelde ver
zette zich daartegen, op grond dat volgens het
reglement van orde stemmingen alleen tusschen
tweeën en vijven mogen plaats hebben. Dit
werd door Vandenpeereboom betwist en door
anderen volgehouden. Toen toch tot stemming
werd overgegaan, verliet de geheele linker-
zijde als protest de zaal. De kamer was daar
door onvoltallig, zoodat toch geen stemming
kon plaats hebben.
Men houdt zich te Brussel zoo bang, dat de
behandeling der kieswet zal leiden tot ongere
geldheden, dat men het garnizoen met twee
bataljons van het 10e regiment wil versterken.
Quesnay de Beaurepaire belooft voor den
krijgsraad te Rennes twee getuigen van onver
dacht gehalte voor te brengeD, die de schuld
van Dreyfus onwraakbaar zullen aan toonen.
Men verwacht te Parijs het aftreden van
den prefect van politie Blanc, die van plaats
zou verwisselen met een zijner ambtvoorgan
gers Lepine, thans lid van den Raad van state.
Zoowat alle Parysche bladen van eenige
beteekenis hebben buitengewone verslaggevers
naar Brest en naar RenneB gezonden. Waar
nu die heeren ongaarne niets doen, heeft de
telegraaf naar Parijs het erg druk. Uit de
vele kolommen stippen wy deze bijzonderheid
aan, dat er nog een bijzonder schot voor het
raam van de kamer van Dreyfus komt, om te
beletten, dat een nabij wonend looier in de
kamer van den gevangene kan zien.
Vrijdag heeft Labouchère in het Lager
huis gevraagd of de regeering besloten heeft
de troepenmacht in de Kaapkolonie te ver
meerderen tot 40.000 man. De staatssecretaris
van oorlog, de heer Wyndham antwoordde be
slist ontkennend.
De Volksraad van Oranje Vrijstaat be
sloot het artilleriekorps uit te breiden cn het
Mausergeweer in te voeren.
Engeland had te Peking het ontslag ge-
eischt 7an een der gouverneurs, die den moord
op een zendeling zou hebben begunstigd. Het
Tsung-li-Yamen heeft deze eischen echter af
gewezen, tengevolge waarvan eenige opwinding
heerscht.
Burgerlijks Stand.
Van 1724 Juni 1899.
Vlissingen. OndertrouwdJ. N. D. BIJJ,
jm. 23 j. met H. van der Weel, jd. 24 j. N. J.
Fieget, jm. 23 j. met J. M. van Hoek, jd. 30
j. B. J. A. Pleijte, jm. 23 j. met J. Sporrij,
jd. 22 j. P. J. Lindhöut, jm. 29 j. met C. M.
Horians, jd. 28 j.-
Getrouwd A. E. L. Carton, jm. 20 j. met
A. S. Blondjd. 20 j. A. Sanderse, jm. 23 j.
met J. Looijse, jd. 24 j. L. Kooman, jm. 24
j. met M. Gillissen, jd. 25 j.
Bevallen: G- L. Timmermans, geb. Den
Boer, d. M. de Boo van Uijen, geb. Dees, d.
C. L. van de Velde, geb. Smies, d. G. Schipper,
geb. Rijkse, d. W. H. Tollenaar, geb. Wilhelmus,
d. J. Sponselee, geb. Acda, d. S. M. de Plaa,
geb. Beenhouwer, z. E. C. Snellen, geb. Van
der Lugt, z. J. C. W. Kesteloo, geb. Kemeling, z.
OverledenF. M. Bakker, d. 9 j. M. A. P.
Corveleijn, d. 3 m.
Goes. Getrouwd: J. Meijaard, jm. 26 j.
met C. Heijnsdijk, jd. 25 j.
BevallenJ. C. Bosdijk, geb. De Brandt, z.
N. Verboom, geb. Karelse, d. J. Reyerse.geb.
Kraak, z. H. P. Stieger, geb. Boosteu, d. E.
C. Magielse, geb. Timmerman, d. W. A. M.
van Kalmthout, geb. Vriends, d.
I Stoomdrukkerij - D. G. Kröber Jr. - Middelburg.