MIDDELBIRGSCHE COURANT.
7 Juni.
N°. 132-
142° Jaargang
1899,
W oensdag
Middelburg 6 Juni.
Geheim of openbaar.
Deie courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prfj*) per kwartaal, noowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2.—
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 6 Juni 8 u. vm. 69 gr. 12 u. 81 gr.
av. 4 n. 76 gr. P. Verw. zw. N.W. wind,licht be w.
Advertentiën voor het eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór één uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Advertentien20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reolames 40 cent per rege
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
Advertentiën bij abonnementep voordeelige
voorwaarden. Prospectuseen daarvan zijn gratia
aan het bureau te bekomen.
Agenten.
Te AmsterdamA. de La Mau Azn. te Rotteri
dam: Ni/oh van Dijmar.
Nu in Middelburg op dit oogenblik de
gevoelens verdeeld zijn over den geest en
de letter van artikel 44 der Gemeentewet, ii
het zeker ook in verband met de aan
staande raadsverkiezing en het gezag, dat
daarbij eene zekere vereeniging wil doen
gelden niet ondienstig daarover een enkel
woord in het midden te brengen.
Niemand zal willen tegenspreken, dat de
geest, waarvan ook onze gemeentewet door
trokken is, een vrijzinnige is, zich bewegend
in de richting van volledige openbaarheid
omtrent zaken, de gemeenschappelijke be
langen der gemeente betreffende.
Niet anders kan zeker het streven ge
weest zijn van hen, die in 1851 deze wet
in het leven riepen.
Het beginsel, dat destijds overal zich deed
gelden, werd ook hierbij gehuldigd, maar
in éen enkel opzicht heeft de groote man,
waaraan wij die wet te danken hebben,
eenige reserve in acht genomen.
En dit betrof juist de kwestie, die thans
te Middelburg aan de orde is.
Slaan wij hierover na het verdienstelijk
werk van mr J. Oppenheim Het Neder-
landach Gemeenterechtdan vinden wij
daarover op bladz. 146 tot en met 148
aangeteekend het volgende
„Op een punt intusschen heeft Tborbecke
zijne voorliefde voor verplichte openbaar
heid ten offer gebracht. Op dat van
den aankoop van onroerend goed. In het
oorspronkelijke regeerings-ontwerp was ook
déze handeling opgesomd onder de onder
werpen, over welke altijd en onder alle
omstandigheden het licht der openbaarheid
moest schijnen. Hare vermelding moest te
meer de aandacht trekken, omdat zij in het
Statën-ontwerp niet was te vinden en mei
name de Staten van Zuid-Holland nog wel
uitdrukkelijk hadden doen uitkomen, hoe
de openbare behandeling van het voornemen
tot dergelijken aankoop hoogst nadeelig voor
ffe .belangen der gemeente kon werken. In
het verslag der commissie van rapporteurs
werden de bezwaren herhaald en daarop
uit artikel 44 de zinsnede gelicht nopens
bet aankoopen van onroerend goed.
„De toepassing van artikel 44 heeft tol
menig vraagpunt aanleiding gegeven. Wie
aan de uitvoering der gemeentewet mede
werkt, heeft gelegenheid gehad te ontwaren
dat over den omvang van het in art. 44
neergelegd verbod de gevoelens zeer ver
deeld zijn. Mogen over de onderwerpen, in
dit artikel genoemd, voorloopige besprekin
gen worden gehouden in comité? Hoe is
het verbod sub c in het artikel op te vatten
Is in het verbod om over het aangaan van
geldleeningen achter de tralies te handelen,
ingeweven het verbod om over eene geld-
leening, die zal worden aangegaanin het
geheim een contract te sluiten Deze en
andere vragen hebben de gemoederen wel
eens warm gemaakt. Mij is het altijd voor
gekomen, dat, als men aan de letter van
art. 44 blijft hangen, de openbaarheid, die
in bet belang der gemeente is voorgeschreven,
haar tot schade kan worden. Vat men de
bepaling van littera c naar de letter op, ook
de aankoop van onroerend goed zoude altijd
in het openbaar moeten worden behandeld.
En boven bleek dat de wetgever dit juist
wilde verhoeden. Gelijk bij iedere andere
bepaling is het by artikel 44 zaak in te
dringen in den geest van den wetgever.
Deze geest was niet, kan niet geweest zijn
dat, als het gemeentebelang de eerste
en laatste factor van beoordeeling het
gebiedend vordert, niet ook over de in art.
44 bedoelde onderwerpen voorloopige bespre
kingen, discussies „onder de roos" zouden
mogen gehouden worden. Wat de wetgever
heeft willen voorkomen is, dat immer de
daar genoemde zaken zonden omgaan buiten
de ingezetenen. Is er sprake van de pensio-
neering van een ambtenaar, van de belooning
van uitstekende verdiensten, van het begif
tigen van een jubilaris, van den aankoop
jf»n voor de gemeente waarde hebbende
zaken of panden, niets belet, ondanks het
verbod, om in besloten vergaderingen tot
uitgaven te besluiten op de begrooting niet
voorkomende of de daarop uitgetrokken
posten te boven gaande, over zaken als de
genoemde in besloten kring tot overeen
stemming te komen. Als maar deze
beteekenis hecht ik aan art. 44 de uit
gaaf, waarmede, tengevolge van zoodanig
besluit, de begrooting wordt bezwaard, in
het openbaar op de begrooting verschijnt;
opdat het publiek kennis krijge van bet feit
en in de gelegenheid zy na te gaan hoe
met de gemeenteUJke inkomsten door zyne
vertegenwoordiging wordt omgegaan. Tot
welker gevolgen te groote letterdienst
brengt, blijkt, uit de leer, dat over de in
art. 44 genoemde onderwerpen niet in af-
deelingen mag worden gehandeld. Dus
zoude by voorbeeld de plaatselyke begroo
ting en rekening niet in de afdeelingen
mogen worden onderworpen aan een voor-
loopig onderzoek Niet want ook dit
moet dan zijn verboden ter beoordeeling
mogen worden gesteld in handen van eene
commissie voor een arbeid, als het onder
zoek der plaatselijke rekening de eenig ge
schikte macht Wie weet of deze leer niet
koren is op den molen van menig dage-
lyksch bestuur, van menigen gemeente-ont
vanger Maar wie kan ernstig in bare
juistheid gelooven? De grondwet 't werd
boven opgemerkt schrijft de openbaar
heid voor van de vergadering van de Staten-
Generaal. Toch gelast zij afdeelings-onder-
zoek nog wel van ieder voorstel."
Men ziet dus hieruit duidelijk hoe ouge-
groud bet ie en tegen den geest der wet en
de bedoeling vau den oorspronkeiyken maker
om in alles en in alle omstandigheden zoo
hoog op te geven van het beginsel der open
baarheid, omdat in tal van gevallen daar
door bet belang der gemeenschap kan wor
den geschaad.
Wanneer b.v. een gemeente zich gaarne
in het bezit zag van bet een of ander
roerend óf onroerend goed, dan zou bet vrij
onhandig zijn dit aan de groote klok te
hangen, wyl dit een voor het algemeen
nadeeligen invloed op den koopprijs zou
kunnen uitoefenen.
Natuurlijk is het dringend voorschrift dat
daarover in openbare zitting ten slotte
gelegenheid tot discussie worde gegeven en
de beslissende stemming plaats hebbe.
Een andere kwestie is bet vervreemden van
gemeente-eigendommen. Maar het kan, zegt
men, in sommige gevallen noodig zijn eenig
overleg ook daaromtrent in geheime zitting te
doen plaats hebben. Men denke b.v. aan de Ab-
dy-geschiedeniSjdieden heer Van Dunnéaan
leiding gaf ontslag als raadslid te nemen.
In hoeverre er toen gegronde motieven
waren om in deze eene uitzondering te
maken op een gulden regel, waarvan af-
wyking hoogst gevaarlijk ia, verklaarden
wij in ons nommer van 27 Maart niet tc
kunnen beoordeelen. Daarvoor ontbraken ons
de noodige gegevensen dit maakte, naar
wij opmerkten, het ook voor de kiezers zoo
moeilyk een juist oordeel te vellen over het
goed recht van den heer Van Dunné.
Thans heeft men een tweede bezwaar gevon
den in betgeen voorafging aan het besluit,
Vrijdag 28 April genomen, tot aankoop van
gronden en wederverkoop van gedeelte
daarvan en het aangaan van eene geldlee-
ning, alles ter verkryging vaneen oefenings
terrein ten dienste van het garnizoen.
Er is weer, zoo beweren sommigen,
gehandeld tegen de gemeentewet.
Wy ontkennen dit en beroepen ons daar
voor o. a. op hiervoren gedane aanhaling.
In deze staan wij beslister aan de zijde
van den raad, dan by de kwestie van de
Abdij.
Bovendien, veel geheimzinnigheid is er niet
betracht. Al wat den raad in geheime
zitting is gezegd, betrof de vraag of men
het behoud van het garnizoen een zekere
som waard achtte en volmacht wilde ver-
leenen de onderhandelingen onder nadere
goedkeuring voort te zetten.
Deze volmacht werd verleend en een uit
voerig voorstel van bnrgemeester en wet
houders is daarop gevolgd.
De Handelingen en ook ons blad deden
daarvan in extenso mededeeling.
In deze is dus geheel overeenkomstig den
geest van de gemeentewet gehandeld. Natnur-
lijk is over het vervreemden in openbare
zitting beslist.
Na moge men bezwaar hebben tegen de
autocratische handelwijze van „oorlog,"
daarvan is echter het gemeentebestuur geen
verwijt te maken.
Het garnizoen missen willen de ingezetenen
zeker niet; en met dat voor oogen, was
geen andere beslissing mogelyk.
Allerlei insinuaties, die men te dezer
zake direct of tusschen de regels door aan
het adres van leden van ons gemeentebe
stuur heeft gesproken, kunnen wy laten
rusten. Zulke uitingen wonden slechts hem
die ze bezigt. Tegenover het gevoelen van
enkelen, die in een klein clubje beweringen
uiten, ook omtrent de duurte der gekochte
gronden, stellen wy hooger de verklaring van
iemand, die den toestand en de waarde der
gronden bij en rond Vlissingen kent en
beweerde hoe het hem onbegrijpelijk voor
kwam, dat de gemeente het bewuste terrein
voor de betaalde som heeft kunnen krijgen.
Trouwens, de eigenaren, die eerst alleen
met „oorlog" te maken hadden, waren vol
strekt niet tuk op dat punt; een hunner
weigerde zelfs beslist een ander stuk, ook
gevraagd, af te staan.
Doch dit is bijzaak. De groote vraag is
of de raad van Middelburg, en ook die van
Vlis9ingen, mocht handelen, zooals zij deden.
En daarop geven wy een beslist bevesti
gend antwoord.
Hoe bedenkelijk bet is een ander stand
punt in te nemen en dan als voorlichter
van het algemeen op te tredöD, bewyst wel
de vereeniging Gemeentebelang te Middel-
bnrg, die, als ware zij het orgaan van de
gansche of een groot deel der burgerij,
hare motie's alom bekend maakt. Niemand
zal vermoeden, dat het aannemen daarvan
onlangs geschiedde door nog geen twaall
men8chen.
In de laatste vergadering toch, 30 Mei
gehouden, stemden elf voor de motie, be
vattende een protest tegen het houden van
eene besloten zitting inzake dien aankoop;
drie onthielden zich en een had vóór de
stemming de vergadering verlaten.
Door de uitspraken, in de jongste bijeen
komsten van die Vereeniging gedaan, is
hemelhoog verheven een raadslid, aan wiens
vardiensten in menigerlei opzicht wij hulde
hebben gebracht, al konden wij ons met zijn
standpunt, inzake de Abdij ingenomen, niet
ten volle vereenigendoch wat moeten de
ieden van die Vereeniging nu doen met de
vier andere raadsleden, die hielpen de aange
vallen raadsbesluiten nemen
Deze moeten zy, als zy ten minste die
kwestie tot de leus bij de aanstaande ge
meenteraadsverkiezingen willen maken, los
laten, willen zij consequent blijven.
Het gevolg zou dus moeten zijn dat de
heeren mr K. W. Brevet, mr S. Gratama,
I. H. C. Heyse en L. K. van der Harst J Jzn.
van die zyde geen candidatunr kan worden
aangeboden.
En zelfs meenen wij dat, al bood de
Vereeniging hun die aan, zij die niet
zonden kunnen aanvaarden, tenzy men de
hoofdkwestie, waarover men zich nu zoo
warm maakt, ter zyde Btelt.
Eene Vereeniging, die blykbaar inconse
quent handelt, eenzijdig voorlicht, derge
lijke zonderlinge besluiten neemt, kan on-
mogeiyk beschouwd wordendoor de burgerij
als een gids; door de betrokken raadsleden
als een gezaghebbend orgaan der ingeze
tenen en der kiezers.
Elke poging van die zijde, om zich bij
de a. verkiezingen te doen gelden, moet aus
worden gewraakt.
Wenscheiyk was het daarom dat eenige in-
vloedryke mannen in Middelburg de leiding
in handen nameneene openbare vergade
ring belegden ter bespreking van de aan
staande verkiezingenom langs dezen of
anderen weg te geraken tot het proclameeren
en, overeenkomstig de kieswet, opgeven van
geschikte candi laten op Dinsdag 27 Juni.
In de eerste plaats zouden daarvoor dan
in aanmerking kunnen komen de vier hier
boven genoemde aftredende leden, terwijl
in de vacature-De Stoppelaar een nieuwe
candidaat in het derde district zon gesteld
moeten worden.
Wat den heer J. F. van Dunné betreft, hij
zou zelf moeten beslissen in hoever hij het
met zijn beginsel omtrent openbaarheid kan
overeenbrengen om nog zitting te nemen in
den tegenwoordigen raad.
Zooals wy 25 Maart schreven, kan hij
volgens de letter zijner woorden zich echter
niet meer verkiesbaar stellen, tenzy het
dagelyksch bestuur en de raadsleden ver
klaren, dat voor het vervolg geen geheime
afdoening van zaken als na plaats had
meer zal geschieden; iets wat natuurlijk
onmogelijk is.
In elk geval is dit zijn zaak.
Maar wij meenen dat het ook hem, even
min als den anderen aftredenden leden, aan
genaam zijn kan een candidatuur aan te
nemen uit handen van eene vereeniging, die
zulke zonderlinge sprongen maakt, en zich
leent voor uitspraken, welke getuigen van
weinig kennis van de zaken, waarover men
oordeelt.
BMOËSUNUEAI EMZ.
Bij kou. besluit:
is benoemd tot ridder in de orde van Oranje-
Nassau jhr W. F. Trip van Zoudtlandt, predi
kant bij de Ned. Herv. gemeente te Hatteru
is aan dr J. H. Gunning jr, met ingang van
19 September 1899, eervol ontslag verleend als
hoogleeraar in de faculteit der godgeleerdheid
aan de Rijksuniversiteit te Leiden, met dank
betuiging; en benoemd tot hoogleeraar in de
faculteit der godgeleerdheid aan de Rijks
uuiversiteit te LeideD, om onderwys te geven
iu de encyclopaedie der godgeleerdheid, de
geschiedenis der leer aangaande God en de
zedenkunde dr P. D. Ghantepie de la Saussaye,
hoogleeraar aan de Gemeentelijke Universiteit
to Amsterdam.
A T J E H.
De correspondent der N. R. Crt. seinde
Maandag uit Batavia
„Van Heutsz begon zyn tocht door de
noordoostelijke staten. Een klein gevecht had
in Keumangan plaats. Tapa heeft versterkin
gen opgericht iu Matang Koli. In Kertoi heeft
Tji Pöusangan zich onderworpen."
UIT STAD EN PROVINCIE.
In de St. Ct is opgenomen de wet van
den 23 Mei 1899, houdende toekenning van een
renteloos voorschot nit 's Rijks schatkist ad
f 95.070 voor den aanleg van een stoomtram
weg van Hulst naar Walsoorden.
In eene Maandagavond, door comarissa.
asen van de vereeniging Vit het volkvoor
het volk alhier gehouden vergadering is, in
plaats van wylen den heer mr G. N. de
Stoppelaar, tot voorzitter gekozen de heer
L. K. van der Harst J.Jz en tot onder-voor
zitter de beer W. H. Hasselbach.
Blijkens het zgn. Maandboekje overleden in
de maand Mei te Middelburg 33personen.
Hun leeftyd was beneden het jaar 5, van
5 tot 10 jaren, van 10 tot 15, van 30 tot 35,
van 35 tot 40 en van 40 45 ieder 1, van 45
tot 50 jaren 2, van 50 tot 55 jaren 4, van 55
tot 60 jaren en van 60 tot 65 ieder 2, van 70
tot 75 jaren 4, van 75 tot 80 jaren 5, van
tot 85 en van 90 tot 95 jaar ieder 2.
De ziekten der overledenen warenbart-
vaatziekte 6, ingewandskanker 5, beroerte en
nierziekte ieder 3, levenszwakte en rheuma-
homus ieder 2 en voorts: ouderdom, been
ziekte, hersenontsteking, longtering, slepend-
longiyden, slepend maaglijdeD, leverabsces en
gewelddadige dood ieder 1. Een persoon
werd niet behandeld en elders overleden
personen.
Uit VliBsingen.
Maandag middag te half vyf is vandaar
het lyk der dochter van den Zwitserschen
gezant per lykwagen, gevolgd door een rytuig,
waarin drie hoofdambtenaren van de staats
spoor en de commissaris van ryks- politie, van
het ziekenhuis naar het station gebracht.
Twee prachtige kransen dekten de kist.
Deze werd geplaatst in een bagagewagen, in
rouw gedrapeerd.
De adjunct-inspecteur der staatsspoor, de
heer Gorissen, begeleidt bet lyk tot Zürich.
Toen het ongeluk te 's Gravenhage bekend
werd, mocht dr Arnold Roth, eerste gedele
geerde van Zwitserland ter vredesconferentie
en vader van de overleden jonge dame, groote
deelnemende belangstelling ondervinden van
alle gedelegeerden en verdere tot de conferentie
in verband staande personen, benevens nit de
kringen waarin hy sedert de opening van het
vredescongres in de residentie ontvangen werd.
De heer Roth keert heden naar Zwitserland
terng.
De vereeniging Hulp in Nood hield Maan
dagavond haro zeventiende algemeens ver
gadering.
Met inbegrip van hst bestuur waren slechte
15 leden tegenwoordig.
Door den penningmeester, den heer A. F.
Krahmer, werd rekening en verantwoording
gedaan van zyn gehouden beheer. Daarbij
bleek, dat de ontvangsten bedroegen f 602,
waaronder t 385 90 aan jaariyksche contribu-
tiën, en de uitgaven f460.90, waaronder een
nadeelig saldo van het vorige jaar groot f 16.20.
Dank zij den pogingen van het bestuur
waren in de laatste maanden nog buitengewone
bijdragen ingekomen, zoodat de kas by het
einde van 1898 nog f 141.10 bevatte.
Met algemeens stemmen werd, op advies der
financieele commissie, de rekening goedgekeurd,
onder dankbetniging aan den penningmeester
voor zijn nauwkeurig beheer en de vele moei
ten, die hy zich gestroost.
Uit het niet opwekkend verslag van den
secretaris bleek, dat de toestand der vereeni
ging niet roosklourig is en dat het zeer nood-
zakeiyk is, dat de vaste jaariyksche bgdrsgen
worden vermeerderd, wil het bestuur op den
langen dunr met vrncht werkzaam biyven.
Door overlyden, vertrek naar elders of be
danken ging het ledental weder achteruit,
terwijl slechts enkelen toetraden.
Het bestuur hield zes bijeenkomsten en be
handelde daarin 47 aanvragen, waarop, met
uitzondering van zeer enkele, eene gnnstige
beschikking genomen werd.
De aan de beurt van aftreding zijnde bestuurs
leden, de heeren A. F. Krahmer, I. Harder en
J. Krul, werden met algemeene stemmen her
kozen, zoo ook de leden der fioantieelo com
missie, de heeren P. L Mets, J. F, op don
Zieke en W. Klomp.
In de later gehouden bestnars7ergaderir.g
verklaarde de heer Krahmer zich bereid met het
penningmeesterschap zich te biyven belasten.
Een onderwyzer aan eene openbare lagere
school aldaar, de heer V. d. W., heeft Bede.rt
eenige dagen zonder verlof de gemeente ver
laten. Met hem is verdwenen zijn hospita,
eene gehuwde vrouw, die hare drie kinderen
schijnt te hebben medegenomen.
Op de in de Leidsche Lakenhal eehondea
tentoonstelling is door den heer Fabery de
Jonge te Goes eenig Zeeuwscb zilverwerk
ingezonden, dat zeer wordt geroemd.
Men schrijft ons nit Zierikzee:
Maandagavond hield de liberale kiesvereeni-
ging, afd. B, ten huize van mej. de wed. W.
Kanaar alhier eene vergadering tot het stellen
van vyf candidaten voor den gemeenteraad,
voorziening in de periodieke aftreding van
heeren J. Franse, mr J. C. van der Lek de
Glercq, M. G. Mulock Houwer, mr A. J. F.
Fokker en mr J. Lechner.
Er waren tegenwoordig 43 leden, waarvan
40 kiezers.
Alvorens over te gaan tot het noemen vafl
candidateD, uitte de heer L Koopman, lid vafl
het bestuur der kieavereenigiug, oen paar
grieven aan het adres van den gemeenteraad,
1® wegens het veelvuldig houden van bosloteö
vergaderingen en 2° wegens de vele benoemin
gen in onderscheidene commissiën van vreem
delingen, althans van personen, die nog zeef
kort in de gemeente woonachtig zijn, ter wyl
vele ingezetenen daarvoor worden gepasseerd*
Daarna ging men over tot het noemen van
candidaten.
De heer M. A. Polak noemde de heeren
Franse, mr Van der Lek de Clercq, mr Fok
ker, mr Lechner en den heer L. Koopman.
De heer M. Koole Rz. beval al de aftredende
raadsleden aan en werd hierin ondersteund doof
den heer C. J. Bethe.
Hierna ging men over tot stemming, waaf-
van de uitslag was dat tot candidaten werden
geproclameerd de heeren J. Franse met 35;
mr J. C. van der Lek de Clercq met 36, M.-
C. Mulock Houwer met 28, mr A. J. F. Fokker
en mr J. Lechner, elk met 33 stemmen. De
heer L. Koopman verkreeg 12 stemmen.
De voorzitter, jhr A. C. Röell, beval do
verkiezing van de candidaten ten zeerste aan
en hoopte, dat daarby persooniyke grieven
zouden worden ter zyde gesteld.
Gedurende de vorige week werden weer
van Bruinisse verzonden naar België
(Antwerpen, Mechelen en Brnssel) 650 ton
mosselen ad f 1 tot f 1.50 per ton. De kwa
liteit begint weder te verbeteren, doch is nog
verre van puik te noemen.
De aanvoer van mosselzaad bedroeg 2000
ton van de Zuiderzee.