MIDDELBIRGSCHE COURANT. 142e Jaargang 1899, Donderdag Vader en kind. II Mei. Middelburg 10 Mei. N°. Ill- Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prgg, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2. Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. Thermometer Middelburg 10 Mei 8 u. vm. 51 gr. 12 u. 58 gr. av. 4 u. 57 gr. F. Verw. zw. wind, betr. Donderdag a., Hemelvaartsdag, ver schijnt de Middelburg ache couran' niet. AdvertentiSn voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór één uur aan het bureau bezorgd zijn. AdvertentiSn: 20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 1—7 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent por rej Groote letters naar de plaats die zij innemen. AdvertentiSn bij abonnement op voordeelige daarvan zijn gratis voorwaarden, aan het bureau te bekomen. Agenten. Te Zierikzee: A. C. de Moon; te Tholen: W. Al van Nieüwenhünzen; te Terneuzen: M. de Jonge. De wereld hangt toch van eigenaardige toevalligheden aan elkaar. Daar had nu mr Van Houten, de gewezen minister van binnen- landsche zaken, die ons znlk een heerlijk kunstwerk als de kieswet verschafte en daardoor den arbeid van zijn gewezen collega Tak van Poortvliet, dat toch eigen lijk maar prullewerk was, zoo uitmuntend verbeterde, zich verdiept in het voor hem zoo kostelijk verleden, waarvan hij nog altijd de schoone vrnchten plakten de herinneringen daaraan nog eens te boek gesteld om een lofrede te honden op de Liberale Unieen zie, daar gewerd hem plotseling de tijding, dat in de Tweede kamer dertig stemmen zich verklaarden vóór de motie-Troelstra. Wij hebben een stil vermoeden, dat daarop iets van „de nijdigheid," welke, altijd vol gens hem, sedert het gebeurde met Tak's kieswet en den uitslag der verkiezingen na de kamerontbinding, „in de Unie het hoogste woord voert", zich van hem meester maakte. Maar daarvan te doen blijken, dat is geen daad voor een man als mr Van Houten. Hij gaf liever op zoetsappige wijze uiting aan de gewaarwording, die bij hem opkwam, toen hij van die dertig stemmen vernam en de pers, waarop zijn vijfde staatkundige brief, nieuwste serie, werd afgedrnkt, moest even „stoppen" om een gebrnikelijken term te bezigen en de schrijver liet nog by zijn brief voegen deze regelen „Bij bet afdrukken dezes vernam ik, dat de motie-Troelatra 30 stemmen heeft verkregen Dit getal is groot, maar de stemmen zijn ge paard gegaan met allerlei verklaringen, zoodat men dit schijnbaar voor den heer Troelstra gunstig resultaat niet volledig kan beoordeelen, zonder den tekst dier verklaringen voor zicli te hebben. Oppervlakkig beschouwd, Bchijnt succes mQ te groot en het stemmen vóór de motie veeleer eene machtelooze recriminatie, dan uitgangspnot van krachtige en eendrach tige politieke actie. Toch bevestigt zy reedt op zich zelve mijne politieke diagnose, dat de naaste toekomst alle liberalen zal stellen voor het dilemma: Liberaal- Liberaal ofDbjcocraat." sociaal* Of nu in alle exemplaren van dien vijfden brief die gulden woorden zijn opgenomen weten wij niet; maar het zou jammer zijn als een der koopers ervan ze moest missen Z0 zgn eigenaardig, omdat ze getuige: van een teleurstelling, die de schrijver niei heeft kunnen verbergen. Dertig stemmen voor een motie, waarbij de staf is gebroken over zijn werk. En dan nog: als mr Van Houten de be raadslagingen goed leest, zal hg nog minder gesticht zijn. Niet éen enkele lofrede op zijn werk. Zelfs dr Kuyper en de zijnen die niet eens stemden voor de motie, zijn evenmin met de huidige kieswet, kind van znlk een groot vader, ingenomen. En dat alles, terwijl deze dat kind, vroeger door hem zelf reeds een, mensche- ïgkerwgs gesproken, volmaakt prodnet ge noemd, nog in dienzelfden brief verheer- lijkte als een werk van liberalen van volkomen onverdacht allooi. Men leze deze boutade: „Nog wordt de vrucht dezer overwinning (in 1897 op de clericalen behaald) door de nawer king der van de Unie uitgegane verdeeldheid schraal, omdat de woordvoerders en protegéf der Unie, tegenwoordig herdoopt in liberaal democraten, nog altijd er van droomen, bet door de vorige regeering op het gebied van het kiesrecht tot stand gebrachte omver te werpen. Alsof dit niet een werk was van liberalen van vólkomen onverdacht allooi. alsof niet in steeds toenemende mate in libe rale kringen werd ingezien, hoe weinig ge rechtvaardigd de felle besteding daarvan is geweest". Voor de meening omtrent de onrechtvaar digheid van die felle bestrijding hopen wij in een volgenden brief van mr Van Houten nader de bewgzen te lezen. Want het is zeker zeer gemakkeigk, met voorbgzien en miskenning zelfs van de gebeurtenissen en de gevolgen van de kieswet, waaronder wg thans leven, dergeiyke beweringen ter neer te schrgvenmaar men dient toch gegronde motieven te hebben om ze te staven. En wie na weet hoe mr Van Honten zelf slachtoffer werd van zijn eigen werk; hoe, als gevolg jnist van zijn kieswet, de poli tieke toestand van ons land ongezond is geworden en er nog niet te voorzien valt iioe en wanneer daarin verbetering zal ge bracht worden die zal toch eer geneigd zijn te erkennen dat zij, die tegen de vrncht van zgn vindingrijk vermogen op kieswet- gebied ernstig zich verzetten, toonden een voomitzienden blik te hebben. Stont is niet minder de bewering van mr Van Honten, dat het hnidige kabinet natuur lijk, evenmin als eenig ander liberaal kabinet, in staat is sneller te gaan dan de rechter- zijde zijner aanhangers verkiest en dat het program der Liberale Unie nu toch terzg is gesteld. Wij vragen met welk een blik beschouwt mr Van Houten toch de geschiedenis der hedendaagsche politiek in ons land Is al wat het kabinet voorstelt op schooi en sociaal gebied niet jnist in de richting der Liberale Unieen is het niet een ver blijdend verschijnsel, dat in de kamer eene meerderheid zich bereid toont het ministerie in deze te volgen En dat wy niet harder knnnen gaan, is dat ook alweer niet een gevolg van den 1,geboren nit de kieswet-Van Honten? Wij hebben ons met opzet, nit eerbied voor de oude betrekkingen, die er tnsschen mr Van Houten en ons hebben bestaan, onthouden van herhaalde bestrgding vat hetgeen hg in zgne jongste brieven heeft geschreven, al was daartoe ruimschoots stof. Men denkt zoo licht aan een parti-pris; al geven wij ook steeds mr Van Houten de eer die hem toekomt maar ditmaal was de drang om eenige bedenkingen te opperen ons te sterk. En dat wg in onze meening niet alleen staan, bewijst wel een opmerking van d- redactie van Bet Vaderland. In zijn brief, hoofdzakelgk gewijd aan de Liberale Unie zegt mr Van Houten „Het lijdt geen twgtel of zoowel een even tueel geschiedschrgver van de Liberale Unie als een biograaf van mr Tak van Poortvliet, zullen eenige moeite hebben van het samen gaan, hetwelk het begin was van den later gevoerden politieken strijd, eene goede ver klaring te vinden. De Liberale Unie heeft in hare toenmalige voorliefde eerst voor den belastiDg-census der grondwet van 1848, later voor een vry hoogen in de grondwet vastgelegden huurwaarde-censns de plannen van grondwetsherziening van de beeren Knppeyne en Tak in 1879 en naastvolgende jaren fel bestreden en in 1884 de neder laag der Kappeynianen, o. a. van mr Tak te Amsterdam, bewerkt. Niet minder fel stonden mr Tak en de Unie ook nog iD 1891 tegenover elkander bg de behandeling van de legerwet-Bergansius. Bg de voorbe reiding der verkiezing van 1891 werd op eens bg de Liberale Unie de geheele mili taire politiek k la Bergansius over boord geworpen en een programma aangenomen, dat in hoofdtrekken van mr Tak afkomstig was. Sedert dien tijd figureert de heer Tak onder de heiligen der van de Liberale Unie athankelgke of met haar verbonden persor ganen, terwijl feitelgk reedB in 1894 zgn profetenmantel stillekens is afgezakt op mr Borge8ius, hoewel zy, die jaren lang met beiden gewerkt hebben, nooit groote geestverwantschap tnsschen hen hebben knnnen ontdekken. Waarlgk, eene Carmen kan nauwelgks grilliger zijn met hare gunst dan de Liberale Unie getoond heeft te zyn." „In zekeren zin was het" zoo beweert de schryver verder „een goede politieke gedachte van mr Tak van Poortvliet, toen hg in 1891 trachtte de leiding zoowel van de Kamerpartg als van de Unie in handen te krggen." Nu is het, zoo merkt de redactie van Bet Vad. op, eenigszinsmoeilgk dat samen gaan, het begin van den lateren strijd te verklaren, op grond van de geschiedenis der Liberale Unie. Behalve, dat hier wederom de legende gepropageerd wordt, dat het pro gram van 1891 van mr Tak, afkomstig is, wordt aan de L. U. een houding toegedicht in de jaren 1879 en 1884, toen zij nog niet hestond." Zoo schrijft mr Van Houten historie Tak is, volgens den heer Van Honten, ten slotte ook door zijn verbinding met de Unie ten val gebracht. Op grond van 'tamend.- Van der Kaay, in opdracht van de liberale Kamerclub ontworpen (ook deze voorstelling is zeker voor velen nienw), zon by de kieswet wel overeen stemming verkregen zyn, indien er geen Liberale Unie had bestaan, die bij mr Tak en zijn aanhang de illusie wekte, dat hg slechts naar Kamerontbinding had te grijpen om een volgzame meerderheid te erlangen". Men ziet: mr Van Houten blijft zgn eigen aardige inzichten in de geschiedenis van het verleden en het heden behouden. En die bestrgden, vonden wij te meer gewenscht, omdat in de kamer zijn kind, dat in die dagen het levenslicht aanschouwde en door ons nooit met welgevallen is gadegeslagen, zoo hard het te verduren had. Niet door verwyten of harde slagen aan zijn adres neen door een stilzwijgen erover, dat wel sprekender was dan felle betoogen ertegen door een krachtige vingerwijzing in andere, in betere richting. Van hoe weinig practisch nut de behande ling der motie-Troelstra ook moge geweest zijn, de besprekingen waren niet onbelangrijk. Een raadsel big ft het ons echter waarom er steeds in ons parlement aan de zyde der sociaal-democraten een scherpe toon moet worden aangeslagen, wanneer zy een poli tieken tegenstander ontmoeten. Het jongste lid der Kamer, de heer Schaper, drukte ook reeds dadelijk dat voetspoor. Hg wist eigen lijk niet anders te doen dan aan het adres der leden van de fractie-Kerdgk en de heeren Pyttersen en Ketelaar onhebbelijk heden te zeggen, die weer gereciproceerd werden, o. a. door laatstgenoemden afgevaar digde, die den heer Schaper vergeleek by „een jongen die voor een spel op de kermis staat en met ballen naar bokjes gooit om de poppen, welke in de hokjes staan, te voorschyn te doen komen." Geen wonder dat de beer Kerdijk den heer Schaper even terecht weeso.a. over diens bewering dat de „arbeiders" misleid worden door mr. Kerdijk en de zijnen. Wie op den duur de „arbeiders" «n's-leiden» zal nog te bezien staanmaar wij vragen Kan men toch niet belangrijke kwesties op politiek gebied bespreken zonder onaan genaam tegenover elkaar te zijn En lag het nu niet voor de band, dat de vooruit strevende liberalen meegingen met de motie, waarmee niet anders werd beoogd dan „de neuzen te tellen," zooals de voorsteller zeide, waarvan het indienen wat wij vooral willen doen uitkomen eigenlijk niets was dan het vragen naar den bekenden weg, benevens propaganda maken voor eigen poli tieke partij, waarvoor men trouweDS, naar bekentenis, ook in het parlement zit. ij de behandeling der kieswet-Tak toch is duidelgk gebleken dat de radicalen en voornitstrevende liberalen in beginsel voor algemeen stemrecht zgn. En voor dat zelfde beginsel kwamen dezen nn weer op. Terecht merkte de heer Kerdgk op: „De heer Schaper zeide tot ons„Gg zult wel een beginsel-verklaring afleggen, maar verder Welnu, op 30 November sprak de heer Troelstra, tot inleiding en toelichting an zgn motie: „Mgn motie is niet anders ian een beginsel-verklaring". En verder wy spreken nu niet over de vraag, wan neer en op welke wijze het algemeen kies recht zal worden ingevoerd". Is juister standpunt denkbaar, waar de leden der fractie-Kerdgk stemden voor de motie Er werd daarbij toch niets geprejudi- De beslissiDg bleef vrij of ter be reiking .van het doel terstond voor eene herziening van de grondwet gestreden be hoort te worden, dan wel of eerst zoo ruim mogelgk uitbreiding van het kiesrecht bin nen de grenzen der bestaande grondwet dient te worden veroverd, opdat daarna met te meer kans van slagen het wegnemen van grondwettelijke belemmering worde be proefd. Hoog was de verwachting omtrent de resultaten van die motie nietzij liet man nen als Kerdijk c. s. onverschillig en on- aandoenlgk. Maar dit belette niet dat dezen met beide handen de gelegenheid aangrepen om, door haar te steunen, weer te getuigen voor de beginselen, die zy omtrent het kiesrechtvraagstuk steeds hebben beleden, en die zy nog heden huldigen, lgnrecbt tegenover de opvatting van mr Van Houten. In die uitbreiding van het kiesrecht heb ben wy steeds gezien en zien wg ook nog een middel tot verbetering van den toestand. Wy zijn daarom verheugd, dat de motiè- Troelstra dertig stemmen verwierf. Er zal eenmaal, wellicht spoedig, een tyd komen dat men, op grond van dien uitslag, een beroep kan doen op de medewerking van de huidige kiezers, om voor te bereiden eene betere regeling van dat kiesrecht, op gezon der en hechter grondslagen dan mr Van Honten dat heeft gedaan. Wie weet of in 1901 dit niet de lenze kan worden, waarop men ter stembus gaat. De oud-minister steke vry de loftrompet over zyn werkde praktijk heeft anders geleerd. En menigeen, al is hy geen libe raal-democraat, of zelfs al noemt hg zich niet eens eenvoudig liberaal, zal allesbehalve sympathiseeren met den vader, die, als zoo menigeen, blindelings ingenomen blgkt te zyn met zgn kind. Mr Van Houten heeft twee nieuwe poli tieke partyen op het oog: die van liberalen en die van liberaal- of sociaal-democraten. Het zgn nieuwe namen voor oude party- verhoudingen. Aan hem zeiven de schold dat er een krachtige strooming in de liberale partij zich heeft geopenbaard, die velen aanspoorde zich van hem af te wenden. Hoe hg nu de beide richtingen in de partg, waarvan hij eens aan de uiterste zg- de stond, wil betitelen, is ons hetzelfde. Hg zelf staat nu geheel er buiten en be hoort eigenlijk slechts tot de conservatieve partij, voor wie kiesrechtuitbreiding een schrikbeeld is. gaande, in de Ned. St. Ct van 2 dezer by de krygaverrichtingen in Atjeh gesneuveldde le luit. der inf. van het N--L leger H. M. Vis, en de fuseliers J. van der Stroet en B. G. W. Riebe. Volgens de Indische berichten is de dood van Toekoe Oemar „officieel bevestigd," d. w. z. dat de van verschillende zyden ingekomen berichten zoozeer met elkander overeenstem men, dat twyfel niet meer mogeUjk is. ÜIT STAD EN PROVINCIE. Door de vereeniging Handelsbelang alhier, thans bestaande nit 45 leden, allen te Middelburg gevestigde winkeliers, is heden een adres gezonden aan den gemeenteraad, houdende verzoek om van de aanstaande jaar markt te weren kramen of inrichtingen, die door middel van verloting allerlei voorwerpen aan het pnbliek trachten te kwyten. zy wyst er in dat adres op dat het geen nader betoog behoeft in hoe groote mate de winkelstand hier ter stede daar door wordt benadeeld dat zy gelooft dat het niet in de bedoeling van den raad kan liggen, waar znlke. hande lingen aan de inwoners van Middelbarg niet dan onder zeer scherpe voorwaarden vergund worden, het aan vreemdelingen onder veel gun stiger condities toe te latenen dat de concurrentie reeds sterk genoeg is en den handel in 't algemeen door dergelijke practyken nog meer schade wordt berokkend. is alhier aangekomen het ss. van de maatschappy Zeeland, om te dokken. Het vaartuig kwam heden middag in het natte dok. Meldden wg in ons vorig nommer dat Dinsdag alhier twee paren hun gouden huwelgksfeest vierden, thans bericht men ons, dat heden een ander echtpaar, op het Molen water, alhier zyn 60-jarig huweiyk herdenkt. BENOEMDiilBN ENZ. Bij kon. besluit is de schout by nacht F. J. Stokhuyzen, adjudant in buitengew. dienst van H. M. de Koningin, commandant der zeemacht en chef van het departement der marine in N.-I., be vorderd tot vice-admiraal met bepaling dat voorloopig aan deze bevordering geene ver hooging van tractement zal verbonden zgn zijn benoemd tot commies der postergen en telegraphie de surnumerairs der postergen en telegraphie G. Wolters, C. A. Otten, F. H. Schoemaker, J. W. Schouten, A. Donkersloot, M. F. Schram de Jong, M. P. Buys, J. S. Hus- J. Tieks Koening, J. G. M. J.Langeraap, J. P. A. Kater, C. A. van den Briel, A. Veen- hoven, H. Gorter, J. Vierhout, J. W. van Schagen, H. J. Leerink, B. F. Beerents, M. C. Keukenmeester, I. Emanuel, C. Gilhuys; is de met verlof in Europa aanwezige lste-luit. der inf. van het Indisch leger, E. van Zydveld, ter zake van lichaamsgebreken, hetgavolg vaD verwonding, in den stryd bekomeD, eervol nit den militairen dienst ontslagen, met toekenning van pensioen. Aanstaanden Zaterdag verleent van binnenlandsche zaken geen andiëntie. Uit Vlissingen. Het reserve-loodsvaartnig no 12, dat Dins dagnamiddag, in de Marinehaven moest wor den binnengebracht, liep, doordat een uitge brachte tros van de paal glipte, met zulk een vaart tegen de Marinebrng, dat een gedeelte der brnglenning werd omvergeworpen, terwyi ook aan de onderlagen van de brng belang rijke schade moet zgn aangebracht. Het vaar tuig zelf beliep geen nadeel van eenige be tee kenis. Door de politie aldaar zyn, op aangifte van hun patroon, den heer Van S., twee te Middel burg wonende meubelmakers gearresteerd, ver dacht van ontvreemding van aan dien patroon toebehoorende trijp. Dit trgp werd gevonden in den broodtrommel van een hnnner, die door zyn maat werd medegenomen, wyl de eigenaar van den trommel, die bg een particulier werkte, direct van zgn karwei naar de tram ging. De maat beweert van den inhoud van den trommel niets te weten. Krankztnnlgenverpleging. In een deel der oplaag van ons vorig nom mer werd nog opgenomen een bericht nit 's Gravenhage, omtrent de Dinsdag daar ge- honden jaarvergadering der Wilhelmina Ver- jing tot verbetering van de krankzinnigen verpleging. Daarin werd gemeld, dat tegenwoordig waren )le afgevaardigden van provinciale en plaat- seiyke comités. De minister van binnenlandsche zaken was verhinderd, maar betnigde zijn sympathie. Dr Ruysch wees op de eendrachtige samenwerking i comités met meer dan 1000 leden. Hy herdacht dankbaar de gnnstige beschik king der Koningin, om de school tot opleiding van vroedvrouwen te Amsterdam tydeiyk ter beschikking van de vereeniging te stellen. Voorts wees hg op het voorloopige su< van de pogingen om een tehnis voor de zus ters te stichten en te streven naar verbetering van het onder wys in de psychiatrie. In alle provincies zyn comités. De heeren Verspeyck en Pleyte werden her kozen. Een voorstel om de besturen der krankzin nigengestichten financieel te doen medewerken zal worden overwogen. ATJEH. Blijkens een van den Gouverneur Generaal van N.-I. ontvangen telegraphiscb bericht, zyn sedert de jongste mededeelingen dienaan Men meldt ons uit Arnemniden: Op grond dat de heer G. Bom een der ver" eisebten voor het lidmaatschap van den raad zon hebben verloren, nl. dat hy zou hebben ingezetene te zyn, hebben burg. en weth., wijl de heer Born, die zelf wet houder is, daarvan geen kennisgeving aan den raad beeft gedaan, overeenkomstig het derde lid van art. 25 der gemeentewet, den belang hebbende gewaarschuwd. Deze, gebrnik makende van de vryheid, hem in hetzelfde art. 25 der gemeentewet gegeven, heeft de kwestie aan de beslissing van den raad onderworpen. Het geschil in deze loopt over de vraag of de heer Born al dan niet geacht moet worden ingezetene van Arnemniden te zyn. De meerderheid van het college van burg: en weth. beweert dat dit niet het geval is; omdat de heer Born kennelgk zijn woonplaats naar eene andere gemeente heeft overgebracht; terwyi de heer Born van een tegenovergesteld oordeel is, wijl hy te Arnemuiden nog een kamer in huur heeft. De gemeenteraad van Dom burg heeft aan de heeren mr Van Nierop en C. v. d. Zee c.s. te Br enkelen concessie verleend, voor den tyd van dertig jaren, tot den aanleg en de exploitatie eener gasfabriek. Deze fabriek zal gas leveren gefabriceerd uit gasoline en damp- kringslucht. De heer C. Reynierse, cand. t. d. H. D. te Koudekerke, is beroepen in de Hervormde te Wilbelminadorp. Heden was het vyftig jaren geleden dat M. HuysBoon zijn eerste reis deed als bode van Wissekerke op Middelburg en sinds dien tyd bezoekt hy yverig en trouw telken week de stad, „zgn Middelbarg", om daar tal van boodschappen te verrichten. Duizenden guldens gingen hem in dien tyd door de handen, zonder dat er ooit een cent aan mankeerde. Zeker zal het den, niettegenstaande stjn

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1899 | | pagina 1