maakten van de kalme en ernstige beraadsla gingen over de Fransche begrooting, is de kalmte en rust geweken. Niét door debattén naar aanleiding van interpellaties over „de zaak". Maar 't was de marinebegrooting, welke de stemming deed veranderen. Da eerste ernstige botBing was het gevolg van de bonding van dea minister van marine Lookroy, Als kamerlid heeft deze steeds een felle, maar opbouwende oppositie gevoerd, en wellicht zullen onze lezers zich nog herinneren hoe de afgevaardigde Lockroy een geheel plan tot uitbreiding der Fransche vloot ontwierp, dat ondanks zfln terugschrikkende eindcijfers by de kamer aanhangig werd gemaakt, en op weg is geweest naar een ernstige behandeling. Thans denzelfden minister den toestand te booren pryzen, terwyi deze vry wel onveranderd was, en zonder dat iets van de groote voor stellen tot uitvoering kwam, ziedaar iets, dat niet ten onrechte tot m enigen scherpen aan val leidde. De prikkelbare stemming in de kamer werd er niet beter op, doordien Lockroy als regee- lingscommiBBaris had medegebracht den obef van den marinestaf, admiraal De Cnverville, die geheel zyn positie tegen de kamer vergat en aanving met een scherpen aanval op een paar sprekers. Toen hij deswege tot de orde werd geroepen, ging hij een persooniyke rede honden, hetgeen hem terstond werd belet door den voorzitter Deschanel, die den admi raal onder het oog bracht, dat hy alleen als vertegenwoordiger van den minister had te spreken, en voor zyn persoon had te twygen. Hoewel Lockroy nog poogde den zeeman een riem toe te steken, was deze door de incidenten en door de houding van de kamer zoover van streek, dat hy de tribnne bad te verlaten, zon der zich van zijn taak te hebben gekweten. Dan volgenden dag was by weer ter plaatse, .waarby zyn aanwezigheid aanleiding vond tot een nienw incident. Maar vóór bet zoover was, was een nog ernstiger verschil gebleken, ditmaal tnsschen de begrooting8Commissie en baar algemeenen rapporteur Camilla Pelletan, die te dezer zake zyn ontslag nam. Ia de begrootiBgscommissie was met byna algemeene stemmen besloten tot verwerping van een crediet voor een administratieve be trekking, welke Lockroy geheel eigenmachtig in het leven had geroepen. Maar tot de uiterst kleine minderheid behoorde juist de rapporteur. "Vandaar dat de commissie besloot, dat niet deze, maar Pelletan in de kamer over dit punt het woord zon voeren. Zoo geschiedde en Pelletan verdedigde met klem het oordeel der commissie. Maar toen het tot stemming kwam, werd het amendement om den post te sohrappen ver worpen, terwyi bleek,dat de leden der commissie, die hen met de verdediging hadden belast, hadden tegen gestemd of zich onthonden. Van daar het besluit om onmiddeliyk af te treden. Woensdag was a&arop aan de orde het hoofdstak marinetroepen, waarby ernstige grieven werden geuit, ten aanzien van de weinige zorg, welke is besteed, om dit corps op de vereisohte sterkte te bonden. Men kenrde de voorwaarde van de dienstneming af. Een der sprekers betoogde dat de aange vraagde sommen veel te gering waren, en dat alleen het offlcierskorps zoowat verdubbeld zon moeten worden. Daarna vroeg De Montebello terugzending van het hoofdstak, Lockroy verklaarde het bijna eens te zyn met den spreker. Hy er kende dat het kader onvoldoende was, dat de aanvulling te wenschen Het. Maar hy voegde er by, dat een ontwerp om daarin te voorzien gereed was en binnen eenige dagen zal worden ingediend. De rapporteur betoogde dat de kaders der marine by de wet geregeld moesten worden, en stemde toe in de terugzending naar de commissie, waarmede Lockroy zich vereenigde. Men ging tot stemming over, waarby De Matay niet aan het woord kwam. Daarover was deze zoo verontwaardigd dat hy Deschanel beschul digde van schending van het reglement én als protest zyn ontslag nam als president der commissie voor de marine. Natnuriyk gat dit aanleiding tot eeDige op winding, die sterker werd toen Dejeante voor stelde de aalmoezeniers by de vloot af te schaffen, welk voorstel natnuriyk eenige pro testen by de rechterzyde uitlokte. Men moest zoo betoogde Dejeante een einde maken aan den tegenwoordigen staat van zaken en de marine dwingen de neutraliteit op godsdienstig gebied te bewaren. Daarbij las hy een oproeping voor om giften voor de kerk St Michel te ParQa en keurde het af dat men daaronder, naast den naam van den aartsbisschop, dien van admiraal De Cnverville vond. Een lid riep: „Leve de admiraal". Maar Sembat, van de uiterste lin- kerzyde, riep dat dit een Spaansche admiraal was, die overwinningen voorbereidde als op Cuba. Verschillende leden verdedigden den post met het oog op de vryheid van geweten, en Lockroy verklaarde waarom almoezeniers, in tegenstelling met het leger, op de vloot noodig waren. „Hoe lang is het geleden dat gy het tegenovergestelde beweerde?" zoo vroeg Car- naud, waarop Lockroy herhaalde, dat bij steeds de vryheid van geweten had geëerbiedigd en ook na het amendement ontried, dat daarop met ongeveer van de stemmen werd ver worpen. Dat wat de voornaamste kwesties betreft. Onder de andere behandelde ponten verdient vermelding de verwerping van een amendement van admiraal Riennier, die, in afwachting van proefnemingen, geen post van fr. 1.245.000 wilde toestaan voor den bonw van onderzeeache tor- pedoDooten.Lockroy voerde daartegen aan dat de raad van scheepsbouw jniBt had aanbevolen krachtig met dezen aanbouw voort te gaan. „Kom straks op myn kamer, dan zullen wy nog een uurtje samen praten." Na zich verkleed te hebben, kwam zij by hem. De onde heer ontstak de lamp, sloot de gor dijnen, stak zyn lange pijp op en bood baar een plaats op de canapé, naast hem aan. „Stort na uw hart eens voor my nitby lamplicht kan men veel beter praten." „Wat moet ik u vertellen „Wat gy gezien en beleefd hebt „Dat was niet veel." „Maar toch iets, en als gij dat trouw bewaart, wordt het een kleine schat. Ik ben maar éen jaar in Beriyn geweest en daar teer ik myn heele leven op." „Oom, wat ik beleefd heb, wil ik liever niet onthouden. Ik ben blij als ik het kan vergeten. De wereld ziet er zoo anders uit dan ik dacht." „Herinnert gy u dat gij als klein kind den bybel met platen van Doré keekt, en hoe verbaasd gy waart over den tempel van Salo mo. Gij wildet toen niet gelooven dat er een grootere kerk bestond dan die van Kirach- hasel en toen gy hoordet dat er een heele boel kerken, steden en dorpen waren, die gij niet keadet, hebt gy geschreid van ongeduld, en wildet niet naar bed eer gij die gezien hadt. Later hebt gy al die heerlykheden uit geschilderd gezien." „Maar in de werkelijkheid ia alles heel ander». Ik vind aan al die heerlykheden niet Beknopte Mededeelingen. Maandag komt by de Fransche kamer in een ontwerp tot goedkenring van de beide tractaten over Afrika, met Engeland gesloten. De Fransche Kamer heeft de credietwet voor April en Mei goedgekeurd- De verhalen over alles wat met Dreyfns verband hondt, zyn nog Bteeds zoo talryk en dikwerf een variatie op een bekend thema, dat wy reeds lang alleen maar het hoofdzake- lyke vermelden. VaH daar, dat wy dezer dagen weglieten een verhaal van de Ind. Beige dat het van Madagascar teruggekomen jongste lid van den krygsraad van 1894 (Freystatter) aan een diner (alweer een diner!) had verklaard reeds ander half jaar lang overtnigd te zyn van de onBchnld van den veroordeelde. De veroordeeling werd uitgesproken na het voor lezen van een officieel opgestelde leveusbeschry- ving van Dreytns, waarin o. a. het geheime stuk was vermeld, en na de door Henry be zworen mededeeling, dat de chefs overtnigd waren dat Dreyfns schuldig was. Freystatter vertelde gewoon weg, das zonder het minste besef van zyn vreeselyke schande, dat Dreyfus op die gronden werd veroordeeld; hy zelf had alB jongste in rang het eerst vóór schuldig gestemd. Dat rondnit te vertellen, alsof het een dood gewone zaak is dat te weten en het niet uit te schreeuwen van wroeging, dat te weten en niet den moed te hebben zyn be trekking in de waagschaal te stellen door 66d officieele bekentenis, dat te weten, en niet zooveel vertrouwen in de zegepraal van het reoht te hebben, dat hy begrypt, dat zij dié zeggen wat zij weten, niet de medeplichtige zwygera de lieden van de toekomst zyn inderdaad het moet er toch vreemd nitzien met het eergevoel en het verstand van zoo'.n kapitein van het Fransche leger. Dat wy dit verhaal mededeelen ia omdat wy het bevestigd zien. Het bedoelde diner had plaats by Lanessan, en deze weigert s nit te laten over wat by hem is voorgevallen. Geiyk wij in ons vorig nommer opmerk ten, is het niet duidelijk of Tripoli ten Oosten of ten Westen van de nienwe grens door Afrika valt. Maar eigenaardigop de baart van de Temps staat Tripoli aan de Engelsche zyde van de iyn, op de kaart van de West minster Gazette aan de Fransche zyde. In den regel is het, geiyk bekend is, juist andersom; en rekenen de partyen naar zich toé. Het aantal berichten over woelingen in Spanje neemt toe, zonder dat het mogeiyb is na te gaan of men voor weinig beteekenende, zelfstandige feiten staat, of voor ernstiger symp tonen. Te Sagarossa hebben de socialisten een groote meeting gehouden, om te protesteeren tegen het reactionnaire bewind en tegen het niet afbetalen der soldaten. Zoowat alle par tijen trachten by deze troepen in het gevlei te komen.—Indeofficierskringen te Madrid is men ontevreden, wyi een kolonel een kapitein heeft doen gevsrgen nemen, die zich tegenover een korporaal a»u handtastelijkheden had schnl- dig gemaakt. Woensdag hielden 400 repatriados daar ter stede een bijeenkomst. De politie joeg ze uit een eu nam eenige betoogers gevangen, die onder de overbrenging naar het politiebureau voortdurend maar riepen: „Vandaag krygén wy tenminste te eten Don Carlos heeft naar. Madrid getelegra- pheerd, dat nn het vredesverdrag buiten de Cortes om iB bekrachtigd, hy zijn aanhangers in den komenden stembusstrijd vryiaat zich al of niet te onthouden. In Weenen is een vergadering van de Ondkatholieke vereeniging ontbonden, omdat er een brief voorgelezen werd van den Schöne- riaan Iro met de strekking „Los van Rome I" Er ontstond een heftig rumoer, en de politie moest de zaal ontruimen. De Sultan van Tnr'kye toont de laatste weken een sterke toenadering tot Engeland. Een biykt daarvan is, dat hij lord Bosebery met byzondere onderscheiding ontving. Ook liet Abdoel Hamid te Londen dank betuigen voor de verklaringen van O'Conor ten aanzien van Macedonië en Yemen, terwyi eindelgb de Engelsche werven vry vast kannen rekenen op de opdracht om een paar pantserschepen voor de Turksehe vloot te houwen. Als bewys van vriendschap voor de En- gelschen zal de aanstaande vei jaardag van koningin Victoria te New-York worden her dacht door het uitsteken van de vlaggen van de openbare gebouwen. Het blgkt dat Sherman boewei niet dood, toch ernstig ziek was. Hy lag aan boord van de Parismaar zon op den kruiser Chicago wor den overgebracht en dan naar Hampton Boads worden vervoerd. Men is in Amerika bezig zich voor te bereiden op de presidentsverkiezing in 1900. De zilvergroep van de democratische party wenscht voor de byeenkomst der conventie een beslissing over de gedragslijn der partij, welke door allen moet worden aanvaard. Zónder dat behoort de party zich te splitsen. Volgens Daily Chronicle heeft de Dnit- aehe regeering voorgesteld de moeilijkheden, op Samoa op te lossen, door alle ambtenaren der drie betrokken mogendheden (Duitschland, Amerika en Engeland) terug te roepen. De Vereenigde Staten hebben daar niet veel ooren naar. Voor eenige weken hadden de Amerika nen het voordeel, dat een niet onbelangryk eiland dat tot den Philippynachen archipel be hoorde, Negros geheeten, hun vrywillig werd overgeleverd door de bevolking, die daarin een waarborg voor de rust zagen. Nn is echter een inlandache stam in verzet gekomen, waardoor de Spaansche bevolking voor een deel is gevlucht. De Amerikanen zullen troe- Het korte verlof, dat volgens de Times aan den Britscben gezant te Peking, sir Claude Mac Donald, was verleend^ blijkt van langen duur te zullen worden, ten minste hij vertrok over Wei-Ha-Wei en Hongkong naar Engeland. Zoowel Italië als Engeland missen op dit oogenblik das hun gezant by de Chineesche regeering. INGEZONDEN STUKKEN. len «tukken worden in geen"geval; teruggezonden. „CAVOUR" EN „BARA": Mynheer de Redacteur! Naar aanleiding van het étuk óver. heng- stenkeuring van den heer W. J. van den Boscb te Apeldoorn, voorkomende in uw no van den 21 Maart 11., heb ik de eer als mijne meening uit te spreken, dat beide kèuringscommissiën, door hem in dat schrijven bedoeld, het niel noodig hebben geacht hem- nopens hunne wyze van kenring nadere inlichtingen te verschaften en dat ze daarom het stuk, door hem het vorige jaar geschreven, eenvoudig niet hebben be antwoord. Indien genoemde heer, in plaats van nit de verte te schrijven, dat' hy van het een en ander niets meer gehoord heeft, zich de moeite getroost had, my om enkele inlich tingen te vragen, gaarne had ik hem die ver strekt en zulks ware mijns inziens vry wat heter geweest, dan twee kèuringscommissiën, veel moois, of als het er wel aan is, miste ik het vermogen om het te zien, of een gids om er my op te wijzen." „Hebt gij niets meegebracht? Dat kan ik niet gelooven. Niets dan die prallen, die daar buiten hangen?" „Niets", antwoordde zij en liet beschaamd het hoofd hangen. „Ik geloof ook dat ik dat geld te plotseling gekregen heb." „Dat heb ik ook gedacht, myn kind. Toen uw tante my vertelde dat zy n zoo verder wilde opvoedeD, juist voor het tegen deel, werd ik bang voor u. Ik begreep dat het oogenblib,waarop gy het vernemen zoudt, u ongeluk moest brengen." „Tante heeft geiyk het zou veel beter geweest zijn als ik het nooit geweten had. Geld brengt ongeluk aan." Hy zag haar vorschend aan en sprak„Dat wordt maar beweerdmaar ik geloof niet dat het waar is, kind. Bekyk dit goudstuk eens. Aan de eene zijde prijkt de adelaar en aan de andere de koning. Laat u niet grypen door de klanwen van den adelaar, opdat het goud geen macht over u krygt, met zyne boozo lusten. Word koning over het geld. Gebruik het ten goede en het zal goeds voortbrengen." „Oom, ik ben pas weer tevreden geworden sedert ik vergeten heb dat ik ryk ben. Laat ik hier biyven! Ik ben bang voor de buiten wereld. Hier voel ik my gelukkig." nIk verstoot u niet", zei hy en streek haar over het hoofd. „Blijf bier totdat geheel genezen zijt, en den vrede weder ge; vonden hebt. Maar dankzeg ik: Ylieg nit Hier is het leven te eng. Ik ben hier oud geworden en heb dit giekje lief gekregen, maar gy, kind, moet een anderen bodem hebben. Omdat gij de gevaren ducht, moogt gij het groote, dat gij volbrengen en dat gy anderen geven kunt, niet nalaten. DasNiet waar? Gy blijft hier om aan te sterken" hy en vatte hare hand. „Gy moet u gewen nen aan de gedachte dat God ti tot een rent meester over vele goederen gezet heeft, die God, Nelly, in wien ik altyd geloofd heb, en in wien ik ook u heb lëeren gelooven, die niet alleen steenachtigen grond, bezwaren en nooden, maar ook lachende dreven en de lente geschapen beeft en die in het gemoed der menschen het gevoel voor alles wat goed en schoon is, heeft gelegd. Wórdt vervolgd). Vergaderingen, Doncerten enz. Middelburg. Zaterdag 25 Mrt. KinderopvoeringSchouw burg 77. u. Zaterdag 25 Mrt. Algem. Verg. aandeelh. Stoomtr. Mij. Breshens Maldeghem. Nieuwe Doelen I n. Maandag 27 Mrt. Vergad. Landbouw afii. Walcheren. Bovenzaal Söc, Vergenoeging 11 u. diè vólkomen eefiyfeljen te. goeder tr,Qnw.:ban- delden, in verdenking te brengen. Vóór wy verder gaan, moet ik hem doen opmerken, dat er geenerykskeuringscommissie in Zeeland bestaatmaar dat daar eene ryk»* subsidie verleend wordt aan de Maatschappij tot bevordering vau Landbouw en Veeteelt, door welks Hoofdbestuur jj.de leden dèr keurings commissie benoemd worden, aan welke com missie de Minister van Oorlog een militair lid toevoegt. Nu ter zake. De provinciale commissie be stond het vorig jaar uit veeartsen, die, mis schien niet genoeg bekend met de eigenaardige vorming van bet beenderengestel van onze zware paarden, zich lieten verleiden voor een gebrek te honden, wat voor eene commissie» welke het zware paard zoo vaak onder de oogen krygt, volstrekt geen gebrek is; terwyi de geleerden het nog niet schynen eens te zyn, bij welken graad een gewone hoef in een bok- hoef overgaat. Door de provinciale commissie werd Cavour by meerderheid van stemmen afgekeurd, niet met algemeene stemmen. Door de keurings commissie ter bevordering en ter aanmoediging van de verbetering der paardenfokkerij in Zee land werd by geplaatst als eerste plaatsver vanger voor den provincialen prys V8n f 300. Deze tegenstrijdige beoordeeling werd in de voorjaarsvergadering van het Hoofdbestuur, gehouden den 14 April 1898 te Middelburg, uitvoerig besproken dadr werd besloten aan Ged. Staten te verzoeken, den hengst zoo spoedig mogelijk te doen herkeuren. Dit verzoek is verzonden, doch Ged. Staten konden daaraan niet voldoen, omdat het binnen een bepaalden termyn (zie 't Reglement op de provinciale keuring) door den eigenaar zelf had moeten geschieden en zulks verzuimd was. Laten wy hierby opmerken, dat Cavour by het N. P. 8. ingeschreven is onder no. 334, waarom de afdeeling Zeeland van die ver eeniging Cavour opnienw deed kenren, welke keuring geen aanleiding gaf, om den hengst nit het stamboek af te voeren. Daarbij is d« zaak toen gebleven. Vooral omdat de groote schade voor den eigenaar, waarover de heer Van den Bosch doleert, dat jaar nóg* wel te dragen zal geweest zyn, aan gezien Cavour by de paardenkweekers in de buurt een goeden naam had en het gebruik van afgekenrde hengsten ofschoon de heer Van den Bosch zulks belieft te beweren in 1898 nog niet verboden was. Eene vergissing kan hier plaats gehad hebben, vergissen toch is menschelgk; ook kan er verschil van meening bestaan hebben over een betwistbaar punt. De zaak behoefde waarlijk niet zoo breed uitgemeten te zyn, als de heer Van den Bosch doet, daar, geheel in strijd met zijne veronderstelling, by de provinciale keu ring wel degeiyk hooger beroep bestaat;waar van toen, omdat het gebrnik van afgekenrde hengsten nog niet verboden was, wel waar- schgnlgk geen dadeiyk gebruik is gemaakt. Bovendien zal hem nit het medegedeelde wel duidelijk geworden zyn, dat er by het hoogste ressort in deze zaak, nl. de Maatschappij tot bevordering van Landbouw en Veeteeltgeen oogenblik plan bestaan heeft, de zaak in den doofpot te steken. Ook de geschiedénie van den hengst Bara wil ik den heer Van den Bosch gaarne meedeelen. Op grond van art, lb van 't reglement voor de provincie Zeeland is de hengst Bara afge voerd 'als plaatsvervanger op de bekronings- iyatin zijne plaats kwam Pompey,eigenaar G. Luyck te Vlaks, die, omdat de hengst Brillont niet op tijd gestationneerd werd, den 5en prys ontving f 350. Men moet eene keuring hebben bijgewoond, om te kannen beoordeelen, hoe moeilijk de taak keurmeesters .is, Roe groot de verontwaar diging van eigenaars, wier paarden worden afgekeurd, omdat ze, in plaats van „van zessen klaar" te zyn, aan meer dan zes te kort komen, te weten, hoe gemakkeiyk het valt, 't publiek in te nemen tegen een zaak, die in Zeeland nog niet populair is en misschien ook nooit zal wordenmaar juist daarom is het van het uiterste belang, dat de eeriykheid en de kennis der kèuringscommissiën, ook al be staat er verschil van meening, ongerept biyve. Dat de heer Van den Bosch van al de bovenvermelde zaken te Apeldoorn niets meer gehoord heeft, verwondert mij nietswy heb ben hier ook ook al heel weinig vernomen van de Geldersehe hengsten; maar dat hy eenigszins gevoelig, schynt, dat. we hem niet speciaal op de hoogte gehouden hebben van de Zeeuwscbe paardenkenringen, gaat toch wel een. beetje ver. Hiermede eindig ik. Ik ben te ziek, om de zaak nog verder uit te pluizen, 't Voorgaande dicteerde ik aan den heer Dieho, die n de op name in uw eerstvolgend nommer vragen zal. Wil de heer Van den Bóseb, willen anderen de oude koe nog eens o'nikeeren, de algemeene vergadering te IJzendijke in Jnni a. s. daartoe de schoonste gelegenheid. De algemeene secretaris der Maatschappij ot bevordering van landbouw en veeteelt in Zeeland, G. A. VORSTERMAN VAN OYEN. Aardenburg, 22 Maart 1899. In een nader schrijven wyst de heer Vorster man van Oyen erop, dat reeds in het nommer der Midd. Crt van 6 Mei 1898 is meegedeeld dat voor Cavour herkeuring was aangevraagd en dat Bara van de Ujst der bekroonden was afgevoerd. Hierop laat genoemde heer nog dit volgen: Als de zaak den heer Van den Bosch zóo geïntresseerd had, als hy, nu ze een jaar dag oud is, komt vertellen, dan hadde dit art. hem zeker niet mogen ontgaan, 't Zou mij niet verwonderen, dat jater nog wel berichten over die hengsten wereldkundig zyn gemaakt maar ik voelde geene. roeping, om ten pleiziere van den heer Vaiu den Bosoh myn schrij vor een halven jaargang Middelburgsche Couranten te laten doorlezen.. - Na bovenstaande mededeeliag zal het den heer Van den Bosch wel duidelijk zyn, dat ik van verdere gedachten wisseling met hem over deze zaken atzio. Cavour en Bara af HERHALINGSONDERWIJS. Mynheer de Redacteur Mag ik, in verband met het hoofdartikel in uw vorig nommer, ook eens wyzen op eene beschouwing in De Standaard van 20 Maar'. Daarin komen zulke zonderlinge beweringen voor, dat eenige weerlegging ervan wel noodig my voorkomt. In de eerste plaats schrijft genoemd blad „Hoe moeten jongens en meisjes van 14, 15 en 16 jaar zitten Toch niet op de kleine tweepersoons bankjes voor drentels van 6 a 7 jaar Dan vallen ze er af, en komen zoo hoog boven de tafels nit dat ze niet schry ven kannen." Heeft de redacteur van De Standaard nooit gehoord, dat er op de lagere sohool ook 12 in 13 jarige leerlingen gaan, en zouden de .tweepereoonsbankjes" van die leerlingen niet geschikt zyn tot zitplaatsen voor het H. O. Verder lees ik daarin „Een stel nieuwe banken dus! „Maar om er die te plaatsen moeten eerst de kleine banken er nit. Denk u dat in eene school met twee verdiepingen. Eerst dat zetten en dau weer dat wegbergen, om er straks de kleintjes weer in te bren gen. Op eene school met 500 kinderen 250 znike banken in en nit, en weer in en nit, en dat alles op eenen avond, na 4 uur?" Ik kan me voorstellen, dat de schry ver zich niet ernstig heeft kannen honden, toen hij dat neerschreef. En wat moet hy weinig respect voor zyne lezers hebben om hnn znlke kost op te disschen. Zon De Standaard in ernst meenen dat op eene sohool „van 500 leerlingen" ook 250 X 2 kinderen van het H. O. zullen profiteeren Zulk eene dwaasheid te onderstellen by den schrijver vau dat artikel zou zijn: hem be- Natuurlijk is de bedoeling het H. O. te geven in de wintermaanden. Maar hoe komt dan De iaard aan het beweren, dat de jongens al vau 's morgeus vier uur „achter de ploeg" ge weest zyn Het bevel Niet slapen, jongens t zal wel niet behoeven gegeven te worden, vooral niet als de onderwyzers den jongens degeiyker kost weten op te scheppen, dan de schryver van dit artikel in De Standaard En dan die „onzedeiykheid". Waar is toch wel voorgeschreven, dat de leerlingen (en de onder wyzeressen) 's avonds om negen uur uit de school zullen gaan f Het zon immers al te dwaas zijn, het H. O. te gevea van 7—9 uur in den avond. Nergens zal het anders gegeven worden dan op de traditioneele uren van 5—7. En wat moet de redactie van De Standaard een achting voor zichzelf hebbenEen groet deel van de plattelandsbevolking is de richting van Maasbode en Standaard toegedaan. En jnist die bladen vieezen voor onzedelijke daden door de kinderen van hunne geestverwanten. Voor onze onderwijzeressen behoeft De Standaard zich werkelijk niet bang te maken. Die vrouwen weten wel wat haar past. Maar de kosten. Hoort 1 „Nieuw stel banken. Bergplaats voor die banken. Dienstpersoneel om ze in en uit te dragen. Licht en vuur. Nieuwe leermiddelen. En dan verhooging van traotementen voor twee derden der onder wijzers." „Twee derden der onderwyzers." Hoe is dat nn? Op. eene school met 500 leerlingen ook 500 leerlingen by het H. O. (zie boven) en dan maar „twee derden" van bet personeel Men merkt dat de schryver een loopje met zgn lezers heeft genomen. Als de minister van B. Z. geen ernstiger bestrijder heeft voor zyn ontwerp dan de schryver van dit artikel, dan feliciteeren wy ZExc. met zijn. succes Ook een onderwyzer. HANDELSBERICHTEN, GraanmarKten enz. Vussiaow, 24 Maart. Boter f 1.10 4 ƒ1.-- Eieren f 3.20 a f 3.40 per 104 stuks. AKSTX&Djjt, 24 Maart, lijnolie f 18*/4. Raapolie 247a a contant. Marktprijzen van Tarwe en Meel» Donderdag 23 Maart. Antwerpen. Tarwe vast. Amerikaanse!- roode no. 2 fr. 167/s- P ar ijs. Tarwe vast, loop md. fr. 20.75. Pesth. Tarwe pryshoudend. Donderdag fl 10.65. Woensdag 10.62. Beriyn. De opnieuw vrg belangryke rijzing in Noord-Amerika beeft tengevolge gehad dat heden alhier het aanbod zeer beperkt was, zoodat, by iets levendiger kooplust, per Mei- levering voor tarwe mk. 2 en voor rogge mk. 17» meer moest worden aangelegd. Ook voor loco-partyen werden, vooral wat rogge betreft, veel hoogere pryzen betaald. New-York dl». vorigen dag .*-. Chicago PRIJZEN VAN EFFECTEN Vorlr» lM-'' SS 34 Maart. Maart. Staateleeningexi. NEDERLAND. ,Ct. Rwtatg SMkku Cwt. N. W. Sch. 1000 893), 8«3/8 üto Obl8 1000 9911hg 9«8/4 iit* Cart. S 1000 9S% 9fi8/s HONS- Cfooilaaning 1881-981000 IOOI/4 ITALIË, iw. 81/81 5 Liw 100-100000 - - OOSTENBUI, OM. ÏM-Norwnbw8 fl. 1000 HVg 84 lit* Jm-Jkü 1000 841/9 841/3

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1899 | | pagina 3