BUITENLAND. Ieder kan daarvan de proef nemen en we kuonen verzekeren, dat men daarbij niet het minst gevaar loopt een speld naar binnen te krijgen, zelis niet wanneer men op kruiersma- nier het glas in eens „omslaat." De spelden, waarmee de proef werd genomen waren, vrij klein en dus van de bewegelijkste soort. Te Brussel is een proces wegens diefstal en heling gevoerd tegen een echtpaar en de drie kinderen, twee meisjes en een zoon. Deze laatst en waren in winkels geplaatst, waar zij geregeld stalen, terwgl de ouders een winkel hielden van het gestolen goed. Slechts een der dochters was aanwezig en kreeg 4 maan den. De vier anderen, die de grenzen waren overgegaan, werden by verstek tot drie jaar veroordeeld. Er is uitspraak gedaan in de zaak van de bende van Nenilly, d. w. z. van de 30 jonge mannen, die in de omstreken van Parijs moord den en roofden. In strijd met de verwachting werden geen doodvonnissen geveld. Slechts 2 beklaagden werden tot levenslange tuchthuis straf veroordeeld, 3 kregen 20 jaar, 2 15 jaar enz. De helft der beschuldigden werd vrijge- heeft hij dat op een schip overgebracht, door aan het einde daarvan, rechthoekig op de lengte-as, een sterke dwarsstang te bevestigen, die naar achteren in elastische stalen veeren uitloopt. Wordt nu het schip door een golf opgeheven, dan buigt zich het vrije einde van dat veeren stel naar boven en de zich daaronder opgehoopte watermassa duwt de boot vooruit* Komen de stalen veeren weer in hun normalen toestand, dan dringen zij het water terug en geven het schip opnieuw een voorwaartsche In den omtrek van Abbeville (Frankrijk) trouwde dezer dagen een rijk landbouwer van 75 met een meisje van 22. Drie dagen lang vierden zij feest. Op den vierden kwam een jeugdig vriend van de joDge vrouw bij het paar eten. Hij beviel den bejaarden echtge noot zoo goed, dat deze een allerbijzonderst fijne flesch uit den kelder voor hem ging ha len. Het aardige vrouwtje zou hem bijlichten. Toen hij echter goed aan het zoeken was, maakte zij zich uit de voeten, deed den kelder op slot, roofde 70,000 frcs uit de kast van haar man en verdween met haar jeugdigen vriend. Zij was reeds ver weg, toen de oude heer verlost werd. Een oomzegger van dezen spoorde het paartje te Parijs op, maar werd zeer teleurgesteld, toen de politie weigerde zijne tante voor hem op te pakken, o. a. op grond, dat de wet diefstal tusschen echtelieden niet erkent. Er zijn plannen in de pen, het Victoria- station te Londen aanzienlijk te vergrooten. Nu kunnen niet meer dan acht personentreinen tegelijk onder de overkapping reizigers opne men, doch volgens de nieuwe plannen zouden alle platvormen tweemaal zoo lang worden en zullen er achttien treinen kunnen staan. Ook de ingang en de standplaatsen van cabs en omnibussen zouden tevens verbeterd worden Men schat de kosten ruw op 1.500.000 pd. st. Het admiraliteitshof heeft inzake de aan varing van de Cromatyshire en de Bourgogne alle schuld op het Fransche schip geworpen. Aan boord van het bij Alicante verbrandde stoomschip Victoria bevonden zich twee zgn. blinde passagiers, die zich hadden verborgen om de reis gratis mede te maken. Men ver denkt hen de oorzaak van den brand te zijn, waarom beiden werden aangehouden. Een onbekende heeft in het begin dezer week 's nachts een schot gelost op de woning van Lombroso. De kogel bleef in den muur der woonkamer steken. Tegen den zomer gaat een expeditie naar Groenland om te trachten wat van Andrée te vernemen. Een van de groote New-Yorksche geld mannen is gevangen genomen wegens het ma ken van een valschen wissel van 100.000 pd. st. In het rapport van een der chefs van den militairen geneeskundigen dienst, aan de Ameri- kaansche regeering uitgebracht, wordt bijzonder gewezen op het nut dat de Röntgenstralen te velde hebben. Dr Senn meent dat elk leger corps moet worden voorzien van alles wat noodig is om de gekwetsten met dit nieuwe hulpmiddel te onderzoeken. Dezelfde stralen blijken ook goede diensten te bewijzen tet het constateeren van brood- vervalsching, daar het licht door zuiver meel heendringt, terwijl meel, dat met minerale stoffen is vermengd, de stralen tegenhoudt. Gemakkelijk is, dat daarbij de zakken meel niet geopend behoeven te \rorden. Volgens eene mededeeling van het pan tent en technisch-bureau Richard Liiders in Görlitz, heeft de heer Lindner, secretaris van het Zoö logisch station te NapelB, de kracht der golven toegepast op het voorstuwen van schepen. De grondgedachte voor zgn uitvinding is geweest het gebruik, dat door de visschen wordt ge maakt van hun vinnen. Op eenvoudige wijze mijn bewustzijn. Bijkomende, lag ik tusschen de struiken vlak bij de spoorbaan en iemand bette mijn hoofd met een natten zakdoek. Dat was Sparrow Maccay. „Ik geloof dat ik u Diet alleen kan laten," zei hij, „ik wil niet op een dag twee moorden op mijn geweten hebben. Gij hadt uw broeder lief; maar niets meer dan ik; of schoon gij zeggen zult, dat ik een vreemde manier had om het hem te toonen. Hoe het zij, het zal een vreemde, leêge wereld voor mg zijn, nu hg weg is en ik geef er geen lor om of gij mg aan den beul uitlevert of niet." Hij had bij den val zijn voet verstuikt en daar zaten wg nu, hij met een lammen voet en ik met mijn gewond hoofd, en wij praatten totdat ik van lieverlede mijn wrok voelde afnemen en overgaan in iets dat naar genegen heid zweemde. Wat zou het mij baten om Eduards dood te wreken op den man, die er evenzeer door getroffen was als ik. En toen mijn bewustzijn langzamerhand terugkeerde, begon ik te beseffen dat ik niets tegen Maccay kon beginnen, dat niet op moeder en mij zou terug werken. Hoe konden wij hem aanklagen, zon der een volledig verslag van mgn broeders leven openbaar te maken juist hetgeen wij bovenal wilden vermijden? Het was evenzeer in ons belang als in het zijne, om de zaak te sussen en in plaats van aanklager werd ik een samenzweerder tegen de gerechtigheid. De plaats, waar wij ons bevonden, was een van Uit Amerika. Ongeveer een jaar geleden vertrok een land bouwer uit de omgeving van Zwolle naar Amerika en vestigde zich daar in de nieuwe kolonie Friesland, Hinkley Pine County, in den staat Minnesota. Hij zond aan de Zwolscho Crt een beschrijving van zgn nieuw vaderland en zg ontleent aan dien brief de volgende bijzonderheden. De streek, waar hij gevestigd is, heeft men voor vier jaar over de geheele wereld hooren noemen door den verschrikkelijken boschbrand, die er toen gewoed heeft. Zij is gelegen in 't Noorden van Minnesota, ten Westen van de meren. Men zal zich nog wel de verschrikke lijke verhalen van den brand heriunereD, waar bij zelfs een trein verbrandde, en de stad Hinckley deerlijk gehavend werd. Deze stad nu weer bijna opgebouwd. Het hout der bosschen is niet geheel verbrand, alleen 't dunne en droge't groene en dikke hout is meeren- deels blijven staan, maar een dergelijke brand zal wel niet weer voorkomen, want nu die brand, 't z.g. „klaren" van terrein, 't kappen en gereed maken voor de ontginning gemakke lijker heeft gemaakt, hebben er zich veel land bouwers gevestigd. De nieuwe kolonie Friesland ligt 80 mijlen van de steden Minneapolis en St. Paul en 70 mijlen van de steden Dulutch Superior en West Superior. Per spoor is 't ongeveer drie uur naar die plaatsen. De Hollanders leggen zich hoofdzakelijk toe op veeteelt en boter maken, en de streek is er zeer goed voor geschikt. Men heeft er groen gras tot laat in den herfst. In de Zuidelijke Staten en ook wanneer men verder Westelgk gaat, verbrandt en verdroogt het gras in den zomer spoedig, doch door de nabijheid van de meren krijgt men in deze streek steeds vol doende water. Voor den landbouw ruimt men eerst de hoornen weg en ploegt het land een of twee jaar. Alles kan men erop verbouwen, tarwe, maïs, aardappelen en alle groenten, zonder het land eerst te bemesten. De vrucht- boomen kunnen echter den harden kouden'winter niet uitstaan ze springen stnk, soms met 't ge luid als van een pistoolschot. De landbouwers van de kolonie Friesland willen in 't voorjaar een zuivelfabriek oprichten, 't Geld ligt er voor gereed en in Maart zal men met den bouw beginnen. De brief getuigt van groote tevredenheid; het ging den schrgver dan ook heel goed. Algemeen Overzicht. Dat zou ten minste eens iets nieuws zgn, als de World gelijk had en de Amerikaansche Senaat een vredesverdrag verwierp, omdat te veel geannexeerd is. Tot dusver beleefde men zoo iets wel in het klein, bv. te Nieuw- en Sint Joosland, waar men er voor een paar jaar niet op gesteld bleek een stuk van Middelburg te annexeeren. Maar dat een van de grootste rijken der wereld fier een geheelen archipel verwerpt, dat is ten minste nog niet beleefd. Men zal natuurlijk moeten afwachten wat er van komt, en wij twgfelen geen oogenblik of vóór de beslissing valt, zullen wij nog wel eens een tegenspraak vernemen. Wg zullen ons daarom nog maar niet ver diepen in de vraag, wat, als de Vereenigde Staten de Philippijnen verlaten, dan wel met deze eilanden zal gebeuren. Maar men vindt reeds beschouwingen van hen, die de verschillende mogelijkheden be spreken, teruggaaf aan Spanje, overlaten aan de Philippino's en afstand aan een andere groote mogendheid, bv. Engeland. Van meer belang is de door enkele opge worpen vraag in hoever het waar is dat Duitschland betrekkingen heeft onderhouden met don Parijschen vertegenwoordiger van Aguinaldo. Sommigen beweren dat er een be paalde verstandhouding heeft bestaan. Andere berichten gewagen van elders ge voerde onderhandelingen, zelfs van intriges, waarin 's keizers broeder prins Heinrich be trokken zou zijn, terwijl een derde bericht meldt, dat de Duitsche kolonie op de Philip pijnen zich zeer ingenomen toont met het bestuur der Philippino's, die van Duuitsche zijde wapenen en krijgsvoorraad zouden ont vangen. Dat er zoo vele berichten komen over een inmenging van die zijde bewijst, daarom nog niet dat ze waarheid behelzen. Maar toch is het een merkwaardig iets, dat men achter alles wat daar voorvalt Duitschland zoekt. Dat was reeds bij het begin van den oorlog het geval, toen telkens berichten kwamen over de partij digheid der Duitsche bevelhebbers ten gunste van de Amerikanen. Wat den toestand op den archipel zelf be treft, deze is ook volgens den correspondent van de N. Y. Herald zeer slecht. Te Manilla, zoo seint hij, wordt de toestand van uur tot uur ernstiger. Aguinaldo heeft een tweede proclamatie uitgevaardigd, waarin hij zegt, dat, als de Amerikanen trachten Ilo Ilo te bezetteD, dit het sein zal wezen voor het uitbreken der vijandelijkheden. In het iel zouden er 30.000 Philippino's om Manilla verzameld ziju. Bij een bezoek, dat de correspondent aan Aguinaldo bracht, bleek hem dat de haat tegen de Amerikanen zeer groot is. De sol daten van Aguinaldo zijn tot het gevecht bereid en verklaren, dat zg van geen schikking met de Amerikanen willen weten, en tot eiken prijs vrij willen zgn. ïjit Ilo Ilo was bericht, dat de Amerikaansche troepen nog altijd niet ontscheept waren. Een regiment dat een week van te voren was in gescheept om naar Ilo-Ilo te gaan, was weer ontscheept. Men leidde daaruit af, dat gene raal Otis had afgezien van zgn aanval op Ilo- Ilo en dat alle Amerikaansche krachten zou den worden geconcentreerd om Manilla te verdedigen. Volgens een over Hongkong ontvangen be richt waren daar velen uit Manilla aangekomen, met het oog op de troebelen aldaar de stad hadden verlaten. Op deze wijze heeft de oorlog, welke meer en meer blijkt een groote onrechtvaardigheid te zgn geweest, een nasleep vol jammeren. In Duitschland trekt men van gebeurde niet alleen partij om zoo mogelijk zgn koloniaal bezit wat uit te breiden bv. door den aan koop der Carolinen. Maar men wil aan den strijd ook een argu ment ontleenen voor den uitbreiding van het leger. Die oorlog toch, zoo betoogt de regeering, heeft bewezen hoe geducht gemis aan zorg vuldige voorbereiding in vredestijden zich wreekt in den oorlogdaarom zal het te allen tijde een axioma blijven, dat een sterk, goed georganiseerd leger de hechte hoeksteen is van den Staat, tevens de zekerste waarborg voor het behoud van den vrede. Jammer maar, dat deze hoeksteen voor den ;aat, tevens een ruïne voor de finantien is. Want al heeft de regeering voor het oogen blik om de kosten het plan opgegeven om een nieuw legercorps op te richten, toch zijn er weer een 70 miljoenen gemoeid met de beschei den uitbreiding, welke het leger weer zal onder gaan en 28.277 soldaten omvat, waardoor de vredessterkte op ruim een half miljoen wordt gebracht. Langzamerhand zal de sterkte zoo worden uitgebreid, dat die in 1902 zal bestaan uit 626 bataljons infanterie, 482 escadrons cavalerie, 574 batterijen veldartillerie, 38 bataljons ves tingartillerie, 26 bataljons genietroepen, 11 bataljons pontonniers en 23 treincompagnieën, Dat is o. a. eene vermeerdering van 17 eskadrons cavalerie 2400 man en van 80 batterijen vestingartillerie. Het ontwerp is na een tweedaagsch debat naar de begrootingscommissie verwezen. opstand. Hij wien een belangrijke premie was toegekend voor het door hem verzamelde caoutchouc zou tegenover de inboorlingen allerlei wreedheden hebben gepleegd. rS" F,,ailsoho kamer heeft het ié laag niet beleefde genoegen, dat haar houding iï? het binnen- en buitenland een goeden indruk heeft gemaakt. Het beruchte Parijsche Jezuïetenblad, de Croix, verhaalt dat den dag vóór de beslissing van het hof in de zaak van de regeling der rechtsmacht betreffende Picquart, bij den oud minister Thevenet een diner plaats had, waar tegenwoordig waren Trarieux, Bard, Mathieu Dreyfus, Athalin, Mornard en Labori. Het blad gaf zelfs de plaatsing aan tafel. Maar Trarieux noemt het geheele verhaal een leugen. In de Dreyfus-zaak zijn Donderdag en Vrijdag twee jubilö's gevierd, 't Was een jaar dat Zola's J'Accuse verscheeD, en een halfjaar dat Picquart gevangen zat. Het regent op het oogenblik enquêtes. In de eerste plaats die naar de houding van de strafkamer, (klacht Quesnay de Beaurepaire). Dan is er een disciplinair onderzoek ingesteld tegen Grosjean, wegens het openbaar maken in het Petit Journal van den brief, dien deze aan den minister schreef. En nu zal moeten worden onderzocht hoe Cavaignac kennis heeft gekregen van het rapport, door kapitein Herqué aan den militairen gouverneur van Parijs uit gebracht. De Siècle heeft dezer dagen een geïllu streerd bijvoegsel gegeven, waarin o. a. een reeks valsche photographieën, verkregen door het bekende kunstje, om uit deelen van ver schillende portretten één groep voor testellen. Op deze plaatjes ziet men telkens de grootste tegenstanders uit de Dreyfus-zaak twee aan twee in de hartelijkste verstandhouding. Deze plaatjes zijn vooral aardig, omdat de Jour indertijd als bewijs tegen Picquart had aan gevoerd een photographie, waarop men den kolonel met v. Sehwarzkoppen zag. Aan Cabanes, den advocaat van Ester- hazy, worden de volgende mededeelingen toe geschreven over de verklaringen, welke zijn cliënt schriftelijk aan het hof van cassatie zal doen toekomen. Esterhazy zal alles ophelderen, zoowel de zaak van het bordereau als die van de val sche telegrammen aan Picquart en hij zal be wijzen dat zijn betrekkingen tot Sehwarzkop pen op last van zijn chefs werden aangeknoopt. Op bevel van kolonel Sandherr deelde hij Von Sehwarzkoppen onbeteekenende documenten mede, om andere belangrijke dingen daarvoor te krijgen. Esterhazy zal mededeelen hoe hij er toe bij droeg het verraad van Dreyfus te ontdekken, door de gesprekken, welke hij met Von Sehwarz koppen had. Hij brak met deze in de dagen toen Picquart het petit bleu kreeg trouwens de relaties met den Duitschen attaché hadden bij den dood van Sandherr opgehouden. Tevens verscheen een nieuwe aflevering met onthullingen van Esterhazy, welke natuurlijk even onbetrouwbaar zijn als de rest. Een te Marseille aangekomen boot bracht twee Fransche onderofficieren en zes Senega- leezen van de expeditie-Marchand mede, die wegens ziekte langs den Nijl waren teruggekeerd. Het gezelschap werd door generaal Metzinger en de plaatselijke overheid ontvangen en ge fêteerd. Volgens Daily Graphic zou het programma voor de ontwapeningsconferentie reeds de vol gende week openbaar worden. In de buurt van St. Etienne wordt een groote werkstaking van mijnwerkers verwacht. Het hooggerechtshof in Oostenrijk heeft beslist, dat in Bohemen beide talen gelijk ge rechtigd zijn voor de justitie, en dat niet alleen op grond van de bekende taal verorde ningen maar bovendien van een keizerlijk besluit van voor 50 jaar. Door Spaansche bladen wordt aangedron gen op een wijziging der douane-tarieven, met iet doel het land voor de behoefte aan petro leum en tabak onafhankelijk te maken van de Vereenigde Staten. De berichten over den in het voorjaar uit te breken opstand in Macedonië houden dit jaar wat ernstiger stand dan andere jaren, Beknopte Mededeelingen. Te Brussel ontvangen brieven van Paul Coureur houden in, dat de bekende majoor Lothaire de schuld draagt voor den jongsten die fezanten boschjes, die men in Engeland zooveel vindt, en terwijl wij daardoor heen kropen, bemerkte ik dat ik den moordenaar van mijn broeder raadpleegde in hoever wij het geval zouden kunnen stilhouden. Ik begreep spoedig uit hetgeen hij zei dat, tenzij mgn broeder papieren in zijn zak had gehad, waarvan wij niets af wisten, er geen enkele aanwijzing voor de politie zou zijn om te weten wie hij was, of hoe hij daar kwam. Zijn kaartje was in den zak van Maccay, evenals het bewijs voor e6n koffer, dien zij aan het depot hadden afgegeven. Gelijk vele Amerikanen had hij het goedkooper en ge makkelijker gevonden om zijn uitrusting in Londen te koopen, dan die van New-York mee te brengen. De tasch, met den stofman tel, dien ik uit het raampje gegooid had, was zeker tusschen doornstruiken gevallen, waar hij misschien nog hangt, of wellicht is hij door een landlooper opgeraapt, of in het bezit der politie gekomen, die het geval voor zi§h heeft gehouden. Ik heb er ten minste niets van gezien in de Londensche couranten. De horloges waren een keuze uit die, welke mgn broeder als agent toevertrouwd waren. Mis schien bracht hij die voor de zaak naar Man chester maar het is nu te laat om daarnaar te vorschen. Ik laak de politie niet, dat zij gefaald heeft want ik zie niet in, hoe het anders had kun nen zijn. Er was slechts éen klein spoor, dat zij had kunnen volgen, maar het was heel klein. Ik bedoel dat kleine, ronde spiegeltje, dat in mgn broeders zak gevonden werd. Dat was niet iets heel gewoons voor een jong mensch om bij zich te dragen, niet waar? Maar een kenner zou u kunnen zeggen wat zulk een spiegeltje beteekent voor een val schen speler. Wanneer gij een weinig van de tafel verwijderd zit en gij legt zoo'n spie geltje, met het glas naar boven, op uw schoot dan kunt gij, als gij geeft, elke kaart zien, die gij aan uwe tegenpartij overhandigt. Het is niet moeielgk om van iemand te winnen als gij zijn kaarten even goed kent als uwe eigen, Het behoort even goed tot de uitrusting van een valschen speler als het elastiek om den arm van Maccay. Wanneer de politie dit in verband had gebracht met de jongste bedrie gergen en afzetterijen in de hotels, zou zij het einde van den draad in handen hebben gehad. Ik geloof niet dat ik nu veel meer te ver tellen heb. Wg begaven ons dien avond naar een dorpje, Amersham, als twee heeren, die een wandeltocht maakten, en later vervolgden wij kalm onzen weg naar Londen, van waar Maccay naar Caïro scheep ging en ik naar New-York terug keerde. Moeder stierf een paar maanden daarna en het doet mij genoe gen, dat zij tot den dag van haar dood niet geweten heeft wat er gebeurd is. Zij ver keerde steeds in den waan dat Eduard eerlijk INGEZONDEN STUKKEN. Ingezonden stukken worden ii Aardenburg, 12 Januari 1891 Geachte heer, Het lust mij niet, den strijd met u voort te zetten over de Belgische grenskwestie in ver band met de betooging te Souburg. Wij be zien beid8 zaken uit zoo geheel verschillende oogpunten, dat we wel niet tot overeenstem ming zullen komen. Door u toch worden de materieele belangen buiten spel" gelaten; ik plaats ze op den voorgrond. Gij huldigt de betoogers te Souburg als uwe geestverwanten; ik hecht hoegenaamd geene waarde aan vriendschapsbetuigingen van eenige zijn brood verdiende in Londen en ik heb nooit den moed gehad om haar de waarheid mee te len. Hij schreef nooit, maar dat deed hij anders toch ook niet dus dat viel haar niet op. Zgn naam was het laatst op hare lippen. Er is echter nog iets dat ik u wilde vragen mijnheer, en ik zou het als een heerlijke be looning voor deze mededeelingen beschouwen, indien gij mij dezen dienst wildet bewijzen. Gij herinnert u wel dat bijbeltje, dat opge vraagd is? Ik heb het altijd in mgn zijzak en het moet er bij mijn val uitgegleden zijn. Ik stel het op hoogen prijs, want het was het familieboekje, waarin vader mijn geboorte en die van mijn broeder opgeteekend had. Ik verzoek u dus er naar te willen informeeren en het mij te zenden. Het kan voor niemand eenige waarde hebben. Indien gij het adres seert aan den boekhandelaar Bassano, Bond- straat te New-York, dan komt het zeker in mijn handen. EINDE weinigen, als deze ongeroepen optreden als de vertegenwoordigers van een geheel volk, door ":s regeering de stoffelijke belangen van zoo- velen mijner landgenooten benadeeld worden. En nu moge het waar zijn, dat het niet aan gaat ongelijksoortige grootheden met elkan der te vergelijken, in de practijk des levens zijn alle grootheden gelijksoortig, als verte genwoordigende een zekere waarde en de waarde van vriendschapsbetuigingen van iemand, die mij stoffelijk tracht te benadeelen, is voor mij gelijk aan nul. Na deze korte opmerkingen zoude ik de pen kunnen neerleggen, hadde ik nog niet twee punten aan te stippen, waarin door u een onjuist, om niet te zeggen „onbillijk" oordeel over mij geveld wordt. Gij zegt: „niet aau België alleen ligt de schuld van den toestand, waarop de heer Vorsterman van Oyen uitsluitend wijst." Ik meen juist in het stuk over de Grens kwestie duidelijk uiteengezet te hebben, dat Nederland, om den uitvoer van levend vee naar Engeland te bevorderen, begonnen is met het sluiten der grenzen, en daardoor in België kwaad bloed heeft gezet; ik heb daarin aan gedrongen, dat Nederland ook thans beginnen zoude zijne grenzen, onder behoorlijke waar borgen, open te stellen voor den invoer van vee uit alle landen. Daaruit blijkt, dat ik niet uitsluitend de schuld aan België geef van den ongelukkigen toestand; veeleer wordt die door my geweten aan de achtereenvolgende Nederlandsche mi- nisteriën, die uit Zeeuwsch-Ylaanderen millioe- nen schats vergaarden, door Zeeuwsch-Vlaan deren van Nederland af te sngden, en geen enkele poging hebben aangewend, om, bij het sluiten van zoovele verkeerswegen, andere te openen. Geef ik dus niet uitsluitend aan België de schuld van den tegenwoordigen toestand, evenmin heb ik er u en den Zeeuwschen bladen een verwijt van gemaakt, dat gy dat stuk over de Grenskwestie niet hebt opgenomen of overgenomen, maar wel daarvan, dat gy allen het doodzweegt, alsof het niet der moeite waard was, even stil te staan bij eene lang zame maar zekere verovering van Zeeuwsch- Vlaanderen en van een groot gedeelte van Zeeland. Daar, waar Zeeuwsche belangen besproken worden, past het m. i. Zeeuwschen bladen, daarvan op eene of andere wijze kennis te nemen. Geloof mij, geachte heer, ik zin niet op plagerijen uit lust tot plagen; ik wees slechts op maatregelen van zelfbehoud; ik zie niet alleen op de belangen van de streek, waar ik woon; gaarne zag ik de Nederlandsche behartigd, zonder dat die van Zeeuwsch-Vlaanderen daarbij worden verwaar loosd mijn idealisme gaat nog niet geheel op in egoïsme en materialisme maar bg den thans bestaanden toestand zgn voor my de vele woorden van vriendschap en verbroedering slaapmiddeltjes, alleen geschikt om in Neder land de mannen, die de pen voeren en niet volledig met den bestaanden toestand bekend zgn, de oogen te doen sluiten voor de achter stelling der stoffelijke belangen en men moge idealist zijn, zooveel men wil men moet toch eten. Idealen bij gebrek aan spijzen kan ik my niet voorstellen, wel wanhoop. Aangezien ik er prijs op stel, dat ook uwe lezers van deze mijne zienswgze kennis nemen, vraag ik voor dit schrgven een bescheiden plaatsje in uw eerst uitkomend nummer. Zij weten dan, hoe wg beiden over de zaken denken en zullen van ons wel niet verlangen, dat wg verder eenige poging aanwenden tot wederzijdsche bekeering. Geloof my als altgd met de meeste hoog achting en gevoelens van vriendschap Uw dw. G. A. VORSTERMAN VAN OYEN. Hiervan zien wij dan ook af. Alleen metken wij op dat de heer Van Oyen niet het recht heeft om te epreken van „doodzwijgen". Hij kan de redenen weten, waarom de Zeeuwsche bladen zijn stuk niet opnamen. Zij hebben zich altijd tegen- hem gastvrij en welwillend getoond. Daarom had hij ook tegenover hen anders kunnen handelen. En dan nog dit tot slot: Wij laten de materieele belangen volstrekt niet bui ten spel. Wie onze beBchonwingen op dit punt met aandacht heeft gelezen, zal dit ook niet beweren. En waar het Zeeuwsche belangen betreft, wij toonden dit meer dan eens, staan wij steeds op de bres. Maar dat het behartigen dier belangen zeer goed gepaard kan gaan met idealisme en een gevoel voor iets hoogers, dat bewijzen wel de mannen nit Antwer pen die, met Jan van Bijswijck aan het hoofd, toch waarlijk genoeg toonden het welzijn van hunne groote handelstad te behartigen en zoowel daar als bij het graf van Marnix, niet uit naam van gantch België maar wel namens hunne geestverwanten, getuigden van hun warmte en hun gevoel voor vrijheid en onafhan kelijkheid; van afkeer van elericale heerschappij. En wij zijn vast overtuigd dat, mochten die mannen aan het roer komen, de heer Vorsterman van Oyen en de zijnen, onder wie wij cok ons zeiven rekenen, lang niet zooveel reden tot klagen zouden hebben als thans. Bij de bewuste kwestie is toch vooral het belang der agrariërs, het platteland van België, betrokken, en deze zijn grootendeels, zoo niet geheel clericaal. Red. De Middelbwrgsche courant wordt 's avonds te acht uur in Goes uitgegeven. Dagelijks worden, tegen twee gulden per kwartaal, abonnementen aangenomen door den agent A. C. BOLUIJT, firma Wed. A. O. DE JONGE aldaar. TE HOUDEN AANBESTEDINGEN. Vrijdag 27 Jan. Vlissingen. Raadhuis 2 u.Levering haver en paardeboonen. Inlichting opzichter reinigingsdienst. Zaterdag 28 Jan. Middelburg. Oost-Indisch Huis 11 u.: a het onderhouden, gedurende 1899, 1900 en 1901 van de Rijksgebouwen in dat huis en b uitvoeren eenige werken. Aanwijzing Woens dag 25 Jan. 11 u. Inlichtingen hoofdopziener I.L. van Wuyckhuise. Stoomdrukkerij - D. G. Krober Jr. Middelburg,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1899 | | pagina 6