MIDDELRURGSCHE COURANT.
N°. 9.
142s Jaargang.
1899J
Woensdag
11 Januari.
Aideeling Zeeland
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prjj», per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., ƒ2.-
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 10 Jan. 8 u. vm. 41 gr. 12 u. 50 gr.
av. 4 u. 46 gr. F. Verw. matige Z. W. wind.
Advertentiën voor het eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór één uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Advertentiën20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
Advertentiën by abonnement op voordeelige
voorwaarden. Prospectussen daarvan zyn gratis
aan het bureau te bekomen.
Middelburg 10 Januari.
Heeft ie Tweede kamer zich inzake
het revisie-ontwerp aan opzette
lijke vertraging schuldig
gemaakt
Ia ons nommer van Zaterdag wezen wij er
op hoe de redactie van de Arnhemsche courant
de Tweede kamer verdedigde tegenover de
beschuldiging van obstructie, zooals o. a. de
heer P. L. Tak in De Kroniek had geuit.
In het jongste nommer van dat weekblad
bestrRdt de heer Tak de meening van den
heer mr J. A. van Gilse, hoofdredacteur der
Arnhemsche courant en schrijft o. a.
Mijne conclusie dat de behandeling van dit
voor een bepaald geval ingediend wetsontwerp
het karakter van obstructie had, kan aan de
Arnhemsche Courantniet bevallen en nu het
zoo uitkomt dat de redacteur, die de eer van
de voortreffelijk oppositioneele en democrati
sche traditiën van die courant heeft op te hou
den, behalve journalist ook staatsman is en
lid van de Tweede kamer, verdient zgn woord
te meer onze volle aandacht.
Veertien dagen geleden werd hier de vol
gende chronologie van het geval gegeven:
23 September, indiening van het ontwerp.
23 November, voorloopig verslag.
10 December, memorie van antwoord met ge
wijzigd ontwerp.
24 December, nieuw onderzoek in de afdee-
lingen.
De kamer gaat gewoonlijk zes weken rusten.
Wat zegt nu mr Van Gilse van de twee
maanden die verliepen, eer bet voorloopig
verslag kwam Hoort hem„Ook al had dit
(verslag) vroeger kunnen het licht zien, kan
toch voor de kamer daaruit geen verwijt wor
den gedestilleerd". Waarom niet, o kamerlid
Is de kamer, uwe kamer, niet mans genoeg
om, als zij voort wil maken, daartoe het mid
del te vinden
En is zij zoo gedesorganiseerd, waar blijft
dan uw protest
Daarna komt eerst recht het bezwaar tegen
het stukje dat ik „obstructie" betitelde.
Mr Van Gilse schrijft
„Nu kan men klagen over de vertraging,
welke door het voorloopig onderzoek
spoedeischende zaken ondergaan, maar dan
mag men daarvan de Kamer geen verwijt
maken, omdat de Grondwet dat onderzoek
voorschrijft. En dit op den voorgrond stel
lende, zal ieder onpartijdige moeten erken
nen dat, vergeleken met alle andere
ontwerpen van eenige beteekenis, het
revisie-voorstel met spoed is behandeld.
Ware het oorspronkelijk ontwerp gehand
haafd en bad zoo een tweede onderzoek
in de afdeelingen kunnen achterwege blij
ven, het zou zeer waarschijnlijk nog vóór
Kerstmis in openbare zitting behandeld
zyn. Dat dit niet kon, is niet de schuld
der Kamer.
Toch schreef de heer Tak: „Intusschen
brengen de Gebroeders Hogerhuis krach
tens een vonnis, waarvan de gronden
afdoende in twyfel zyn gesteld, hun Kerst
dagen in de cel door, zonder dat huD
recht kan geschieden door een nieuw on
derzoek voor een anderen rechter.
van de
Nederlandsche Vereeniging tot bescher
ming van dieren.
I.
Ons eerBte jaarverslag, dat wg het genoegen
hebben, u hierbij aan te bieden, moge u toonen,
dat wg niet werkeloos gebleven zijn. Hieruit
moge tevens blijken, dat de voorspelling van
hen het waren er trouwens slechts enkelen,
die zoo iets durfden beweren dat eene afdee-
ling van de Nederlandsche Vereeniging tot be
scherming van dieren hier geene raison d'etre
zou hebben, volkomen fiasco heeft gemaakt.
Integendeel is het ons gebleken en zal het
ongetwyfeld hoe langer hoe meer blijken, dat
er hier nog een groot arbeidsveld voor ons
open ligt.
De tot standkoming van de Afdeeling Zee-
iand ia voornamelijk te danken aan den heer
jbr L. J. Quarles van Ufford, ondervoorzitter
van het hoofdbestuur, die zich geen moeite
hiervoor ontzien heeft. En door tal van brieven,
èn door persooniyk bezoek, èn door zgne
boeiende rede op de alhier den 21en April
1898 gehouden constitueerende vergadering,
heeft hy den grooten stoot tot de oprichting
gegeven. Als blgk van erkentelgkheid onzer
zijds werd hem daarop in de algemeene ver
gadering van 4 Juli 1898 het ©erelidmaatschap
„Maar de Kamer deert zoo iets niet."
Deze voorstelling is eenvoudig onwaar
en den beer Tak onwaardig. Want hij
weet zeer goed, dat een den 23 September
ingediend gelegenheidswetje tot uitbreiding
der revisie in strafzaken nooit en nimmer
zou tengevolge kunnen hebben, dat de
Gebroeders Hogerhuis reeds met Kerstmis
de gevangenis zouden hebben verlaten.
Maar een groot deel zijner lezers weet dit
niet, en zoo vormt zich onder het volk
de leugenachtige legende der „Schandelijke
Obstructie" en der „koude gevoelloosheid"
van de Kamer.
Schrgft de Grondwet voor dat in spoedei
schende gevallen moet getraineerd worden?
Zijn trage gewoonten een excuus voor traag
heid in elke omstandigheid
In den laatsten volzin van den heer Van
Gilse is een onaangename en niet te excusee-
ren list, waarop even de aandacht moet wor
den gevestigd. Ik schreef, en de heer VanG.
citeert, dat de veroordeelden de Kerstdagen in
cel doorbrachten, zonder dat hun recht
kon geschieden door nieuw on.
d e r z o e k. Maar in zijn conclusie maakt de
redacteur ervan, dat ik ze met Kerstmis vrg
zou hebben gewenscht. En op deze verdraaiing
van mgn woorden, grondt hy een oordeel, dat
mij onder deze omstandigheden wel niet deren kar.
Als de kamer in volle drie maanden zulk
een ontwerp niet kan aannemen of verwerpen,
is dit de schuld van de kamer. En als een
kamerlid als den heer Van Gilse, die nu bij de
woorden van prof. Simons, waar deze op spoed
aandringt, zich „met volle instemming" aan
sluit, niet openlgk in de kamer zelve op het
verzuim wyst, dan is deze late instemming in
zijne courant maar van zeer betrekkelijke
waarde.
Nu zou men denken dat mr Van Gilse, zoo
verontwaardigd over mijne uitdrukking: „De
kamer deert zoo iets niet," eenig bewgs zou
geven van de belangstelling, door hem en zijn
medeleden in dit geval getoond. Integendeel,
en dit is de tweede evenmin aangename lis
tigheid, hij verzwijgt zelfs dat het tweede
afdeelingsonderzoek op 24 Dec., in vijf afdee
lingen, door slechts 25 leden is bygewoond.
Is dit een nieuwe vorm van groote belang
stelling is het een nog ongekende uiting van
plichtsgevoel; legt het ons, die het aanzien,
den noodzaak op om voor deze kamer respect
te hebben?
Het heette zoo noodig om het voorstel uit
te breiden tot herziening van den ganschen
titelhet was zoo onvermijdelijk om het in
zijn nieuwen vorm nog eens te bekyken in de
vgf en twintig leden
En
Komaan, waarde Arnhemsche confrère
ik spreek tot den redacteur en niet tot den
staatsman laat nu mijn waardigheid maar
met rust, want wij hebben van dat begrip
blijkbaar ongelijke voorstellingen en worden
het er toch niet over eens. Ik althans hand
haaf de door u afgekeurde woorden volkomen,
en zou, moest ik nog eens schrgven, de uit
drukking gaarne nog iets scherper maken.
Maar leg my nu liever eens uit het verband
van de waardigheid der kamer met het bezoek
der afdeelingen op 24 December.
En vertel my dan ook eens nu spreek ik
tot den staatsman welke maatregelen gij,
die zoo hartelijk met prof. Simons instemt,
onzer afdeeling opgedragen.
Veel dank zijn wg ook verschuldigd aan
heeren Prins, luitenant-kolonel, commandant
van de le divisie Koninklgbe marechaussée
te 's Hertogenbosch, en den heer Van Geuns,
inspecteur van de rijks veld wacht alhier, die
ons hun gewaardeerden steun en medewerking
toezegden. Overste Prins verzocht ons zelfs
om hem of den districts commandant te Sas
van Gent te willen in kennis stellen met
dierenmishandelingen, die ons ter ooren mochten
komen, ook al bestond er maar een vermoe
den, opdat hij zgne manschappen zou kunneri
aanschrijven daar nog nauwlettender op toe
te zien en de heer Van Geuns was o. a. zoo
bereidwillig om aan alle rijksveldwachters in
Zeeland mede te deelen dat zij, na ieder proces
verbaal ter zake van dierenmishandeling in
den ruimsten zin, zoo dat proces-verbaal door
een veroordeelend vonnis gevolgd werd, kans
hadden op eene, door onze afdeeling, toe te
kennen gratificatie.
Ook de heer Wester burger, commissaris van
politie te Middelburg, nam op zich om dit aan
de politie-agenten alhier mede te deelen.
Bg ons ingekomen klachten over den erbar-
melijken toeatand van de paarden van den omnibus-
dienst HulstWalsoorden en over dien van de trek
honden in het land van Aiel hebben wij daarop aan
overste Print medegedeeld. In een volgend verslag
hopen wjj te kunnen melden, dat daardoor ook werkelijk
verbetering door gevolgd is.
Agentenü
Te Zierikzee: A. c. de Moon; te Tholen: w. Al
van Nuuwenhdijzen; te Terneuzen; M. de Jonge.
nemen zult om het uitstel der behandeling tot
half Februari te voorkomen. Zult gy uwe
medeleden flink radicaal onder de oogen bren
gen den proffessoralen eisch, dien gy tot den
uwe maakt?
Het is een les van eenvoudige en zeer voor
de hand liggende politieke wijsheid, dat men
kwesties als deze, waaraan men toch niet
ontkomt, niet moet laten verzuren, maar ze
wakker en snel afdoen. Noch de regeering,
noch de Kamer hebben zich naar dat voor
schrift gedragen, en zij hebben er niet geringe
schade bij geleden. Eene erkenning als ge
schiedde door het voorstel der vijf leden uit
verschillende groepen van de Kamer, wijst op
de mogelijkheid en de noodzakelijkheid van
vlugge afdoening, en mocht deze in 't algemeen
met de mannen der Kamer in stryd zyn, dan
moet deze maar eens voor een enkele maal
uitzondering op haar sleurleven maken.
Van een Kamerlid-journalist zou een hartig
woord in deze richting tot de Kamer grooter
indruk van waardigheid geven dan deze droevige
en ook niet zeer bekwame pogingen om in zgn
krant te pleiten voor een wijze van doen
die werkeiyk niet excusabel is.
Ook de redactie van het groene weekblad
De Amsterdammer neemt den handschoen op
voor den heer Tak tegenover den redacteur
der Amh. Crt. en schrgft ten slotte
Toch, men zou verkeerd doen, wanneer men
juist om deze onaandoenlgkheid der volksver
tegenwoordiging haar zoo bijzonder hard viel.
De wgze, waarop het revisie-wetje behandeld
werd, is slechts een illustratie van ons volks
karakter. Zoo zijn wij nu eenmaal, zoo ge
dragen wg ons niet alleen bij een aangele
genheid van recht, maar bg elke andere, die
eenige inspanning vordert en tot spoed aan
maant Daar zgn wel honderd onderwerpen
te noemen, die wy reeds lang de noodige eer
hadden behooren te bewijzen* en waaraan we
maar niet toe kunnen komen, op elk gebied.
Wij hebben bv. in ons verlicht koninkrgk
niet eens administratief recht. Onze handels
wetgeving heeft iets van een mummie. Ons
burgeriyk wetboek zal wel nooit herzien
worden. En denk nu eens, dat we in minder
dan een jaar tijds, misschien wel binnen een
half jaar, nieuwe bepalingen krijgen op de
revisie van strafvonnissen niet waar, wat
moet er dan toch wel gebeurd zgn daar tus-
schen de Schelde en de Dollard Het is zoo,
ij begrijpen er nog iets van, omdat we de
heele geschiedenis hebben meegemaakt maar
onze kinderen en kindskinderen, als zij, wat
immers te hopen is, het Nederlandsch bloed
van vreemde smetten vry in de aderen zullen
behouden, hoe moeten zij het zich verklaren
dat er eens in ons land in zóo korten tyd een
revisiewetje is aangenomen, terwgl er dan toch
niet meer dan drie personen in de gevangenis
zaten, aan wier schuld werd getwgfeld?
Wie weet, of over b. v. vgf en twintig jaar,
als ook de voorwaardelgke veroordeeling in
ons wetboek zal worden opgenomen, er niet
heethoofden zullen zgn, die op hetgeen thans
hier te lande gebeurt, zich beroepen, om te
betoogen, dat men zonder in den haastigen
spoed van de jaren 1898 en 1899 te vervallen,
toch wel, tot op zekere hoogte, het schoone
voorbeeld had kunnen volgen, destgds door
de volksvertegenwoordiging gegeven I
Voor Nederland en de zeer vooruitstre
vende heer Van Gilse is daar om het te hel
pen getuigen, blijft de snelle afdoening
van bet revisie-wetje ale vel een sterk stuk.
Naar aauleiding van deze polemiek wenaohen
wy alleen een paar vragen te doen.
Ten eerste: zou de weinige belangstelling
j de behandeling van het aangevnlde revisie-
ontwerp ook kunnen zyn voortgekomen uit het
besef, dat het goed in orde was en uit het feit
dat bet bij de afwezigen volkomen sympathie
ondervond?
Nu het nader onderzoek niet over het
beginsel, maar over de uitwerking daarvan
liep, zullen tal van leden waarschyniyk van
meening geweest zgn, dat zy de zuiver techni
behandeling der materie met gerustheid
aan hun meer deskundige afgevaardigden
konden overlaten.
Ten tweede: was het, met het oog op de
urgentie van dat ontwerp en de noodzakelgk-
heid van zgn tot-standkoming, verantwoord
van mannen als mr Troelstra, die zich voor de
't bijzonder op de bresstelleü,
dat zij den nationalen tgd zoo zeer iB beslag
namen als geschiedde by de behandeling der
staatsbegrootiDg?
Ons dunkt, zy hadden alleB moeten doen wat
zij konden om den kostbaren tyd te sparen
en uit te winnen, ten einde het zoo dringend
noodige ontwerp nog zoo spoedig mogeHjktot
wet te
EERSTE HAMER.
De Kamer heeft Maandagavond hare werk-
werkz&amheden hervat.
Nadat mededeeling was gedaan van ingeko
men stukken en boekwerken, werd de verga
dering verdaagd tot een nader te bepalen dag
UIT STAD EN PROVINCIE,
By kon. besluit:
is benoemd (herbenoemd) tegen 17 Jan., tot
burgemeester van G r o e d e en van Nieuw-
v 1 i e t J. G. Gerritsen
is een pensioen toegekend van f 349 aaii
mej. A. G. Kosters, onderwijzeres aan deO.L.
school te Goes; van f 634 aan den heer J.
Kousemaker P.zn, hoofd der 0. L. school te
N i s s evan f 400 aan J. Gelderblom, onder-
er aan eenzelfde school te Poortvliet;
en van f 356 aan A. J. de Nood, adjunct
commies der 2a klasse ter provinciale griffie
van Zeeland.
Blgkens een door den minister van bin-
nenlandsche zaken aan de Tweede Kamer over-
gelegden staat, bedroeg in Zeeland op 31
Dec. 1897 het aantal kiezers voor de Tweede
Kamer 26,729, de Provinciale Staten 26,658 en
den Gemeenteraden 25,937.
Ten einde te gemoet te komen aan het
verlangen van vele teleurgestelden zal Zaterdag
a. in den schouwburg te Middelburg eene
tweede opvoering plaats hebben van de opera
Das Nachtlager in Granada.
Dinsdag 17 Jan. zal te Middelburg,
iu het Schuttershof eene openbare vergadering
worden gehouden, uitgaande van de daar ge
vestigde afdeeling van den Christelijk Histo
rischen kiezersbond.
Zulke gratificaties werden dit jaar toegekend
aan A. Abrahamse, agent van politie te Vlib-
singen, D. V. Bloois, rgksveldwachter, brigadier
titulair te Sint Maartensdijk, N. de Bruine,
wachtmeester brigade-commandant der mare-
chaussées te Aardenburg, voor de marechausséeB
J. B. Goossens en Pieter Looff (thans gemeente
veldwachter te IJzendijke) en aan J. van Sluis,
brigade-commandant der marechaussée te Axel
voor de marechaussées Johannes Engels en
Cornelis de Krom (thans te Sas van Gent.)
Met veel waardeering maken wij ook mel
ding van het optreden van de heeren H. Gil"
jam en M. Kloet te St. Maartensdijk, die aan-
gifce deden van eene aldaar gepleegde dieren
mishandeling, waarop eene veroordeelicg volgde.
Hetzelfde deed ook de elfjarige Jacob Stoute
Hzn. te Oosterland. De gratificatie, die wij
voor hem beschikbaar stelden, mochten wij
zenden aan den heer J. C. van der Have,
burgemeester van die gemeente, die zich op
ons verzoek bereid verklaard had, dat bedrag
voor Jacob Stoute op de rijkspostspaarbank
te beleggen.
De arrondisseraents-rechtbank te Middelburg,
veroordeelde éen persoon tot eene gevangenis
straf van eene maand wegens het steken van
een paard met een mes; de arrondissements
rechtbank te Zierikzee twee personen ieder tot
eene gevangenisstraf van veertien dagen, wegens
mishandeling van een hond en van eene koe;
dó kantonrechter te Oostburg een persoon
wegens het door een hond doen trekken van
een last, welke kennetijk zgne krachten te
boven gaat, tot eene geldboete van f 3, sub
sidiair 3 dagen hechtenis, en de kantonrechter
te Hulst een persoon wegens het doen plaatB
hebben van het vervoer door een paard op
eene noodeloos pijnlgkeof kwellende wijze, tot
eene boete van f 10, subsidiair hechtenis van
3 dagen.
Verscheidene personen werden verder nog
vrijgesproken of van rechtsvervolging ontslagen.
Van twee dergelijke vonnissen ging de sub
stituut-officier van justitie bg de arrondisse-
ments-rechtbank te Zierikzee in appèl, waarvan
de uitslag echter nog niet bekend is.
Aan hen, die zoo bereidwillig ons op de
hoogte hielden van de uitgesproken veroor-
deelingen, zy hierby onze welgemeende dank
gebracht.
Het hoofdbestuur zond ons een aantal boeken
en brochures, op het gebied van dierenbe
scherming betrekking hebbende. Ons mede
bestuurslid, de heer J. Kraamer Jzn stond ons
een aantal jaargangen van het maandschrift
Androcles af. Het bestuur teekende verder
ook op dat tgdschrift in, zoodat wy reeds
eene aardige verzameling litteratuur op dit
gebied bezitten, waarvan onze leden steeds
gebruik kunnen maken.
Langzamerhand hopen wg die verzameling I
zooveel mogeiyk te completeeren. Mocht de I
een of ander ons nog iets daarvoor willen J
Als sprekers zullen daarin optreden de heeren
dr J.Th. de Visser,lid der Tweede kamer, en
mr H. Verkouteren, hoofdredacteur van Het
Nederlandsch Dagblad.
Er zal gelegenheid gegeven worden tot debat.
De Maandag door het armbestuur der Israë
litische gemeente alhier, ten behoeve zyner
armen gehouden collecte, bracht f 174.18" op.
In de hedenmiddag in de sociëteit St.
Joris alhier door de afdeeling Zeeland
van de Nederlandsche Vereeniging tot bescher
ming van dieren gehouden vergadering werd
door den secretaris, jhrmr. J. A. Schorer,
uitgebracht het eerste jaarverslag, waarvan
onze lezers op een andere plaats in dit nom
mer het eerste deel aantreffen.
Na voorlezing daarvan en dankbetuiging aan
den secretaris voor dit zeer uitgebreide verslag,
werd door den heer Van Teylingen het idee
geopperd om daaraan publiciteit te geven.
De voorzitter merkte op, dat door het bestuur
dit reeds in overweging is genomen en een
verzoek aan het hoofdbestuur was gereed ge
maakt, om daarvan 300 ex. te doen drukken.
De heer Van Panhnys vroeg of het niet mo
gelijk zou zyn dit als bgblad, evenals het ver
slag van de provinciale staten, by de Middel-
burgsche Courant te doen verzenden.
De secretaris merkte op dat het versing aan
alle leden wordt toegezonden en or nog 300
exemplaren zijn aangevraagd ier verspreiding!
De heer Van Teylingen meende, dat de leden
minder behoefte hebben aan het verslag, maar
dat dit juist aan niet-leden onder de oogen
moet komen.
Ten slotte zegde de voorzitter toe met de
redactie der Midd. Crt over een plan tot ver
spreiding nader in overleg te zullen treden.
Blgkens dat verslag zijn er thans 161 leden
der afdeeling.
De voorzitter deelde, als aanvulling op bet
verslag, verder mede, dat het slachten op straat
in een gemeente, waarvan in het verBlag mel
ding wordt gemaakt, nog steeds gebeurt. Het
bestuur zal bg de betrokken autoriteiten er
op aandringen dit te doen ophouden.
De voorzitter dankte namens het bestuur voor
de medegedeelde feiten van dierenmishandeling,
deze zgn echter nog veel te weinighg is over
tuigd dat veel meer, ja als het ware eiken dag
dergelgke feiten voorkomen. Hg drong er op
aan dat deze, wanneer zij gezien worden, steeds
er nauwkeurig aan het bestuur gemeld zul-
n worden.
De rekenicig der afdeeling, die in ontvang
f 280.90 en nitg. f 190,93 bedraagt, alzoo met
een goed slot van f 89,97 sluit, werd goed
gekeurd.
De heeren Hugenholtz en Panhuys, die aan
de beurt van al treding waren, werden met
algemeene stemmen als bestuursleden herkozen.
Naar een mishandeling van otters, die in
België plaats heeft, zal door het bestuur een
onderzoek worden ingesteld. Die dieren worden
gevild en dan in het water geworpen.
In verband met deea bespreking doet het ons
genoegen, dat wjj reeds aan het verlangen op dit punt
waren legcmoet gekomen. K e d.
Wy zgn Maandagavond niet opgewekt
naar 't Schuttershof gegaan. Een vergadering
r een onderwerp, dat theoretisch en prac*
tiach van alle zijden is besproken, waarover
zenden, zoo honden wy ons daarvoor ten zeerste
aanbevolen.
Reeds kort na de oprichting van onze
afdeeling kwam ons ter ooren, hoe in Zeeuwsch
Vlaanderen met de
Klkvorschen
werd omgesprongen. Deze werden daar nl.
door een paar Belgen in groote menigte ge
vangen en in een paar, voor dat doel gegraven
putten geworpen. Wanneer er een voldoende
aantal bgeen was, werden ze dan eenvoudig
in tweeën gesneden. De achterdeelen werden
dan gestroopt, aan stokjes geregen en in ijs
verpakt ter verzending naar Brussel ofParys.
De voorste deelen kop, borst en voorpooten,
werden op hoopen geworpen, waar ze nog wel
6 a 7 uren lagen te zieltoogen.
Om zekerheid te hebben, dat deze gruwelyke
handelwijze inderdaad geheel onnoodig was om
het beoogde doel te bereiken, wendden wy
ons tot dr Hamburger, leeraar aan 's Ryka
veeartsenyschool te Utrecht, die zoo bereid
willig was ons mede te deelen, dat dat werke
iyk niet noodig was, maar dat die diertjes ge-
makkeiyk eerst konden gedood worden door
met een scherpe schaar in eens de kop, dicht
achter de oogen af te knippen.
Daarop wendden wij ons tot de burgemees
ters der betrokken gemeenten, die ons huune
medewerking toezegden, om zoo mogelijk aan
dien gruwel een einde te maken. Inderdaad