MIDDELBIRGSCHE COURANT.
BUITENLAND.
N°. 7.
1899,
Maandag
9 Januari.
142° Jaargang.
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2.-
Afkonderlijke nummexs kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 7 Jan. 8 u. vm. 39 gr. 12 u. 44 gr.
av. 4 u. 44 gr. F. Verw. matige Z. wind.
Advertentiën voor het eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór één uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Advertentiën: 20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 1—7 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige
voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis
aan het bureau te bekomen.
Agenten.
Te Zierikzee: A. C. de Moorj; te Tholen: W. Al
van nusu wjsnhdijzen; te Terneuzen; M. ne Jonge.
Bij deze courant behoort een Bijvoegsel.
Middelburg 7 Januari.
Revisie en gratie.
In het Hbid komt eene gedachtenwisseling
voor, waarvan het nuttig kan zijn de daarbij
door dat blad gegeven ophelderingen verder
bekend te maken.
Er zijn in de zaak-Hogerbuis, die door de
socialisten meer en meer gemaakt is tot een
party-kwestie, tot een middel om agitatie te
wekken, zoovelen die slechts gedachteloos mêe
redeneeren en napraten wat anderen zeggen.
Eu als men dan een man als Domela Nieuwen-
buis, die zich als voorlichter van bet volk
beeft opgeworpen; die zelfs in Engeland het
publiek heeft willen inlichten omtrent die zaak,
vragen ziet doen, die getuigen van totaal
gebrek aan kennis van de eerste voorschriften
voor onze rechtspleging; als men dan zulke
mannen maar altijd door boort redeneeren en
leven maken, omdat zij zich niet eens de moeite
getroosten, vóór zij spreken of schrijven, zich op
de hoogte te stellen van datgene, waarover zij
een oordeel uitspreken, dan is het toch waariyk
niet te verwonderen, dat ook het groote publiek
verkeerd redeneert en ongemotiveerde opmer
kingen maakt.
Dat publiek mag men zyn oppervlakkig
oordeel niet kwalijk nemenmaar de leiders>
die het op een dwaalspoor brengendie het
halve waarheden opdisschen, of scheve voor
stellingen geven van rechtstoestanden of var
feiten, die zijn te laken.
De heer Domela "Nieuwenhuis nn vergeleek
opnieuw de zaak Dreyfus met die van de
Gebr. Hogerhuis.
Nu is er al zoo dikwgls opgemerkt, dat dit
niet opgaat, dat wij hierover niet veel meer
behoeven uit te wijden.
Enkele punten dienen echter nog wel eens
gereleveerd te worden
In de eerste plaats zyn ze niet te vergelij
ken, omdat in de zaak-Dreyfus de militaire,
bij de zaak-Hogerhuis de burgerlijke rechter
vonnis velde. Maar zelfs al behoorden beide
bij laatstgenoemden rechter thuis, dan nog
verschilt de rechtspraak in Frankrijk in tal
van opzichten te veel van de onze, om ze ook
dan nog op een lijn te stellen. Verder: In de
zaak-Hogerhuis zijn geen geheime stukken;
is alleB openbaar geweest. In ons land komen
zelfs fouten of misvattingen, door rechterlijk
colleges gemaakt, dadelijk in het volle licht
is door onze wetten en voorschriften vanzelf
aangewezen de weg, die een zaak als die dei
meergenoemde gebroeders moet afleggenkan
er van by belangen of nevenbedoelingen geen
kwestie zyn.
Trouwens, welk voordeel kan een rechter,
die in deze uitspraak deed, erbij hebben dat
de Gebr. Hogerhuis werden veroordeeld, als
een ander de schuldige is. Zijn plicht is naar
eeriyke overtuiging hem te straffen, die in zyn
oog een misdrijf beging.
Eu dwaalt hij daarin, dan is er een hooger
college, dat zijn uitspraak nader herziet en
beoordeelt.
Van bybedoelingen dns geen kwestie. Onze
rechters mogen mistasten of een zaak verkeerd
inzieneen bewys dat zy met opzet een ver
keerd vonnis velden, moet nog geleverd worden.
Het nu aanhangige revisie-ontwerp bewgst
tevens, dat men in ons land zich beyvert om,
waar een gebrek in ons rechtstelsel bestaat,
dit te herstellen.
Doch dit is een onloochenbaar feit:derech-
teriyke macht Btaat by ons hoog, wat bare
eeriykheid en onpartydigheid betreft.
Eene vergeiyking met de Dreyfus-zaak gaat
dus niet op.
Wat nu vraagt de heer Domela Nieuwenhuis?
Dit: wat men wel zon zeggen wanneer de
zaak van Dreyfus gesteld werd ter berechting in
handen van den krygsraad, die hem indertijd
gevonnisd heeft.
„Hoogstwaarschijnlijk zoudt gij die handel
wyze ten sterkste hebben veroordeeld"; ver
klaart deze leider der niet parlementaire so
cialisten. En hy vervolgt
«Nu heeft men hetzelfde gedaan in de zaak
Hogerhuis door haar te stellen in handen van
hetzelfde rechtscollege en van denzelfden pro
cureur-generaal. Welnu, ik wou wel eens van
u een antwoord hebben op de vraagwat is
het onderscheid tusschen het stellen van de
zaak Dreyfus in handen van denzelfden krijgs
raad, die hem veroordeelde, en het stellen van
de verzoeken om gratie voor de Gebr. Hoger
huis in handen van het rechtscollege, dat hen
veroordeeld heeft."
Ziedaar nu eene opmerking, die bewijst hoe
de heer Domela Nieuwenhuis oordeelt over
een kwestie, waarvan hij niet geheel op de
hoogte is.
Te recht zegt de redactie van het Hbld.
dan ook aan het adres van haar „medeburger"
aldus onderteekent de vrager zijn stuk
„Wy beginnen met onze verwondering te
kennen te geven over de verwarring van denk
beelden en de onbekendheid met de bestaande
wettelijke bepalingen, welke nit dit briefje
van den oud-afgevaardigden ter Tweede kamer
blijken.
Art. 68 der Grondwet, dat aan den Koning
toekent „het recht van gratie van straffen,
door rechtelijk vonnis opgelegd", zegt in
de volgende alinea„Hy (de Koning) oefent
dat recht uit na het advies te hebben inge
wonnen van den rechter, daartoe bij algemee-
nen maatregel van bestuur aangewezen."
Die algemeene maatregel van bestuur is
vastgesteld bij kon. besluit van 13 December
1887 Staatsblad n* 215), en daar is bepaald
dat op elk verzoek om gratie „alvorens daarop
wordt beschikt, het advies wordt ingewonnen
van den rechter, die de straf heeft opgelegd".
Alleen wanneer meer dan drie jaren zgn ver-
loopen na den dag waarop de straf werd op
gelegd, moet het advies van de strafkamer van
Hoogen Raad worden ingewonnen. Verder
bepaalt het besluit dat de aangewezen rechter
het verzoek onverwijld in handen stelt van
het Openbaar Ministerie, teneinde hem daarvan
verslag te doen.
By de behandeling van het verzoek om gratie,
ten behoeve der broeders Hogerhuis ingediend,
is das de wetteiyke weg gevolgd, en mocht
geen andere weg gevolgd worden. De regee
ring heeft het advies gevraagd van het gerechts
hof te Leeuwarden, dat de straf had opgelegd,
en dat Hof heeft verslag gevraagd van den
procureur generaal.
Bij de vaststelling dier bepalingen is meD
uitgegaan van deze overweging, dat het rechts
college dat de veroordeeling heeft uitgesproken,
geacht moet worden het meest bekend te zijn
met alle bijzonderheden van het geval en
daarom ook het best in staat te beoordeelen
of er termen bestaan om kwgtschelding of
vermindering van straf te verleenen.
Men vergete daarby niet, dat de toepassing
van het recht van gratie berust op de onder
stelling, dat na het proces de veroordeeling
wettig is uitgesproken, doch dat de bijzondere
omstandigheden van het geval of van den ver
oordeelde kwgtschelding of vermindering van
straf rechtvaardigen.
Geheel anders is 't in geval van revisie.
Dan wordt de juistheid der veroordeeling
aangetast en een geheel nienwe behandeling
der zaak uitgelokt, welke alsdan aan een
anderen rechter wordt opgedragen dan die het
eerste vonnis heeft gewezen.
Het gaat daarom niet aan, de zaak-Dreyfus
met die der broeders Hogerhuis te vergelgken.
Van de eerste is een verzoek om revisie aan
hangig, niet een verzoek om gratieanders
om was het by de zaak-Hogerhuis.
Wanneer wg hopen binnen enkele
maanden het Wetboek van Strafvordering
is aangevuld met het bekende voorstel der
vijf kamerleden en derhalve de gevallen van
revisie worden uitgebreid, zal herziening van
het strafvonnis, tegen de broeders Hogerhuis
uitgesproken, kunnen worden aangevraagd bij
den Hoogen Raad, gelijk zulk een verzoek nu
omtrent Dreyfus bij het hof van cassatie in
behandeling is. En als dan dit hoogste rechts
college termen vindt tot een nieuw onderzoek,
zal dat door een anderen rechter worden in
gesteld dan die de zaak eerst heeft behandeld.
Zoolang echter de bepalingen over revisie nog
niet zijn gewijzigd, moeten de bestaande wet
telijke voorschriften worden toegepast, die dan
ook omtrent het verzoek om gratie gevolgd
zyn.
De heer Nieuwenhuis wart dus blijkbaar gratie
en revisie dooreen. Hy spreekt ook van „be
rechting", waar enkel sprake is van een advies
over een verzoek om kwytschelding van straf.
En vraagt men onB nn, afgescheiden biervan,
wat wy zouden zeggen, ais de Dreyfos-zaak
nogmaals werd te handut gesteld van den
krijgsraad die hem veroordeeld beeft dan
zouden wy antwoorden: Wy nemen gaarne
aan dat de krggsraad in 1894 te goeder trouw,
't ook na toepassing van onwettige midde-
heeft veroordeeld, en dat thans, na den
zelfmoord van Henry en na 't geen omtrent
Esterhazy is bekend geworden, diezelfde krijgs
raad werd de zaak opnieuw en in het open
baar voor hem gebracht den beklaagde
Dreyfus met algemeene stemmen zou vrijspreken*
Over het algemeen zijn wy het met het
Hbld. eens. De regeering moest, krachtens de
bestaande bepalingen, het advies inwinnen van
het hof dat de straf had opgelegd. Maar dit
sluit echter niet uit, dat zg bevoegd was, ook
het oordeel van een ander college, de strafkamer
van den Hoogen Raad, in te winnen (art. 13
van voormeld besluit).
Gewettigd zou dus zijn de vraag waarom de
minister zich tevreden stelde met het Leeuwarder
advies alleen.
Indien de heer D. N. daarop had gewezen,
dan zou zgn vraag gegrond zgn geweest, en
had men de kwestie kunnen beoordeelen of
het goed was, den Hoogen raad, die waar
schijnlijk eerlang een revisie-aanvraag te be
handelen krijgt, nu reeds de zaak van een
ander standpunt te doen beschouwen.
Ons dunkt dat vooral zy, die vreezen voor
gebrek aan onbevangenheid bij een rechter,
die reeds eens een zaak behandelde, het eerder
moeten loven dan laken, dat men de opinie
van den Hoogen Raad vrghoudt, tot de zaak
in haar vollen omvang voorkomt.
Maar hoe dit zg, het bovenstaande bewijst
voldoende dat de heer Domela Nieuwenhuis beter
deed niet als volksvoorlichter in deze zaak op te
tredenmaar dit over te laten aan bekwame
mannen, die op de hoogte zijn van onze rechts
pleging.
Het is heel gemakkelijk met groote woorden
te agiteeren en dat is tegenwoordig aan
de orde van den dag, al valt er ook in de
laatste jaren in deze in ons land eene kente
ring waar te nemen maar daardoor doet
men een slechte daad tegenover het volk,
tegenover het recht, tegenover de rechtvaar
Misschien laat dit „burger" Nieuwenhuis koud.
Maar ons dacht het goed nog eens te wijzen
op dit staaltje van zgn strijdvoeren in de
zaak Hogerhuis 1 En hij staat helaas! in deze
niet alleen
Wellicht worden door hetgeen wy schreven
j oogen geopend van velen, die nu slechts
gedachteloos aan de beweging meedoen en meer
door hun hart, hun gevoel dan door hun ver
stand worden geleid. Zg luisteren liever naar
verstandig woord van een man als prof.
Simons en anderen, zooals wij er ook in onze
omgeving hebben, dan naar het geredeneer van
volks-agitators als de Amsterdamsche „burger"
van Nederland.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Bg kon. besluit is aan 0. Le (le) Mahieu,
wed. M. van Kerkvoort, sluisknecht by het
kanaal van Terneuzen, een pensioen ver
leend van f 219.
is bevorderd tot adjudant-onder
officier by het 2e bataljon 3e regiment infan
terie de sergeant-majoor J. van Burg, van
het 3e bataljon te Bergen op Zoom, thans
alhier gedetacheerd.
Een soldaat van het garnizoen te VIis
s i n g e n heeft zich de vorige week schuldig
gemaakt aan oplichting te Middelburg.
By voorkeur toonde hg zich een liefhebber
van sigaren. By verschillende winkeliers haalde
hij, op naam van een kapitein en van
luitenant van het garnizoen alhier, kistjes met
dat rookgerij.
Door het krachtige en practische optreden
van de militaire autoriteiten werd hy, na
eenige moeite, ontdekt. Het bleek een persoon
te zgn wiens gedrag veel te wenschen overlaat.
Gedurende het jaar 1898 werden door de
gemeente-politiete Middelburg opgemaakt
743 processen-verbalen, en wel 2 wegens mis-
drgven tegen de openbare orde; 1 wegens
misdryf, waardoor de algemeen© veiligheid van
personen of goederen wordt in gevaar ge
bracht; 5 wegens misdryven tegen het open
baar gezag 2 wegens misdrijven tegen de
zeden 26 wegens beleediging40 wegens mis
handeling; 4 wegens het veroorzaken van den
dood of van licbameiyk letsel door schuld
61 wegens diefstal en strooperij12 wegens
verduistering7 wegens bedrog2 wegens
benadeeling van schuldeischers of rechtheb
benden 7 wegens vernieling of beschadiging
van goederen20 wegens overtredingen be
treffende de algemeene veiligheid van perso
nen en goederen 64 idem betreffende de open
bare orde3 idem betreffende de zeden 4
idem betreffende de veldpolitie10 wegens
overtreding drankwet; 329 wegens dronken
schap en 144 wegens overtredingen van alge
meene wetten en provinciale en politie over
tredingen.
Wegens dronkenschap werden 154 mannen
i 7 vrouwen tydelijk in bewaring gesteld
57 personen werden aan het commissariaat
van politie nachtverblijf verleend; 15 vreem
delingen, zonder geld of middel van bestaan,
werden uit deze gemeente uit het ryk verwij
derd 2 zelfmoorden hadden plaats 5 49 bewij
zen van besmettelijke ziekten zijn gedurende
het afgeloopen jaar aangeplakt, als5 febris-
typhoïdea, 8 roodvonk, 30 diphtheritis, en 6
mazelen.
Uit Vlissingen.
Door de regelings-commissie voor
komsten met dames, uitgaande van het Nuts-
departement aldaar, wordt zoo schrijft man
ons in dit seizoen een proef genomen, die
tot nogtoe gelukkig geslaagd mag heeten.
Worden in den regel des winters vier zulke
bijeenkomsten gehouden, in dit seizoen zulleD
het er door toevallige omstandigheden 5 zijn.
Vroeger werden de bijeenkomsten, gemiddeld
bezocht door een 60, 70tal dames en heeren,
gehonden in een der lokalen van het Loge-
gebouw, tegenwoordig wordt daarvoor echter
me ruimere gelegenheid gebruikt.
Door die meerdere ruimte kwam de com
missie er toe, om de bijeenkomsten niet uit
sluitend toegankelijk te stellen voor de leden
met hunne dames, maar de gelegenheid om ietB
goeds te hooren ook aan andere belangstellenden
te geven.
Zoo traden dan in November, evenals te
Middelburg, de heer en mevrouw Smith met
een uitgezocht programma van voordrachten
in de concertzaal van den heer W. Stofkoper
op voor een zeer talrijk en dankbaar publiek.
Den 28en November trad in de schouwburg
zaal van bet vereenigingsgebouw de heer
Julius Sabbe, leeraar aau het atheneum te
Brugge, als spreker op met het onderwerp:
Een herlevend volk"
Ook voor deze gelegenheid werden een 60tal
introductie-kaarten afgegevenen ware deze
bgeenkomst, ter wille van den spreker, niet
juist in de Kerst-vacantie gesteld, voorzeker
zou ook toen het bezoek grooter geweest zijn,
omdat men na eene bgeenkomst in een vori*;
seizoen hoogst voldaan over denzelfden spre
ker huiswaarts keerde.
Eu zoo zal nu a. s. Woensdag 11 Januari
weder zulk eene byeenkomst gehouden worden,
du weer in de concextzaal van den heer Stof
koper, waar de heer J. H. Rovers van Am
sterdam zal behandelen: „De regeling onzer
levende strijdkrachten in verband met de op
voeding van de jeugd, van den mensch en van
den burger en de gevaren van onze tegen
woordige weerloosheid"
De heer Rovers is in Zeeland geen onbekende.
In Maart van het vorig jaar trad
Middelburg als spreker op en zgne voordracht
over persooniyken dienstplicht viel toen, big kens
het verslag in dit blad, zeer in den smaak.
Dit was ook het geval onlangs te Zalt
Bommel.
Hem te hooren is een gang naar de zaal
van den heer Stofkoper zeer zeker waard.
De loop der bevolking van Hulst is
dat zij vermeerderdedoor geboorte met 87,
door vestiging met 194, samen dus met 281
personen. Zy verminderde door sterfte met
en door vertrek met 174, samen dus met
personen. De toename bedroeg dus 45
zielen, waardoor de bevolking van 2664 tot
2709 steeg.
Er werden 21 huwelijken gesloten.
Post- en telegraafbewegfng in 1898.
Het telephoonkantoor te Colgns-
plaat behandelde in bet jaar 1898 1809 tele
grammen, waarvan 875 ontvangen en 934 ver
ten werden. De drukste maand was Sep
tember met 270 telegrammen, de minste
Augustus met 99.
Door het rijkstelephoonkantoor te
Haamstede zijn gedurende 1898 behandeld
1342 berichten, als ontvangen 613 en verzonden
729 telegrammen.
-Te Hoofdplaat werden verzonden 529
telegrammen, terwijl 510 telegrammen aan
kwamen. Totaal werden dus behandeld 1039
Dinsdsg a. geven de heeren A. de Jong
van Middelburg en K. J. de Jong van Utrecht
te Goes een concert.
De by de landbo uwers Apers te Over
slag en Buijsse te Zniddorpe gestolen
koeien is men in België op 't spoor
komen. Ook met het vinden van de daders
zejven is men nu al een heel eind opgeschoten.
Naar men ons uit Terneuzen meldt,
zou er plan bestaan de wachtkamer voor
den Provincialen stoomhootdienst aan de weste
lijke buitenhaven telephonisch te verbinden
met het spoorwegstation om, wanneer de boot
even over den bepaalden tgd aankomt, den sta
tionschef te kunnen inlichten of er reizigers
voor de treinen zyn.
LOOP DER BEVOLKING.
De bevolking te Goes bedroeg op 31 De
cember 18973113 m. 3449 vr. Bamen 6762.
Geboren werden in 1898 102 m. 108 vr. sa
men 210. Gevestigd hebben zich 198 m.
218 vr. samen 416. Vermeerdering derhalve
met 300 m. 326 vr. of 626 personen. Over-
m zyn 53 m. 60 vr. samen 113; vertrok
ken 181 m. 252 vr. samen 433. Vermindering
dns van 234 m. 312 vr. of samen 546.
De bevolking nam dus toe met 66 m. 14
vr. of 80 personen en bedroeg op 31 Decem
ber 1898 3179 m. 3663 vr. samen 6842.
Huwelijken werden gesloten tusschen jong-
mans en jongedochters 29 jongmans en we
duwen 1weduwenaars en jongedochters 3;
en weduwenaars en weduwen 1 of samen 34
huwelijken.
Levenloos werden aangegeven 9 gevalleu.
(Q. Crt)
Gedurende het vorig jaar vermeerderde de
bevolking der gemeente B r u i n i s s e door
geboorte en vestiging met 136 personen en
verminderde door overlgden en vertrek met
166 personen, alzoo een vermindering van 30
zielen. Op 31 Dec. 11. bedroeg de bevolking
1259 m. en 1348 vr. Geboren werden 83
kinderen van het mannelijke en 34 van het
vrouwelgk geslacht, terwgl er twee levenloos
werden aangegeven. 14 huwelgken werden vol
trokken.
RECHTSZAKEN.
Kantongerecht te Middelburg.
Door dit kantongerecht werden in h9t jaar
1898 uitgesproken 1017 strafvonuissen, met
1100 beklaagden, waarvan 489 wegens enkel
voudige dronkenschap, 95 wegens dronken
schap bg herhaling en 15 wegens overtreding
ir drankwet.
Tegen 896 beklaagden werd verstek verleend,
terwijl 13 beklaagden werden vrijgesproken en
5 ontslagen van rechtsvervolging.
Ia burgerlijke zaken werden aangebracht
1 zaken, waarvan 64 bg verstek.
Afgedaan werden 97 zaken, waarvan 81 by
eindvonnis en 16 door afstand van de instantie.
Door het gerechtshof te Assen is P. v. A.J
notaris te Hoogeveen -die, zooals is gemeld,
vóór een jaar of vier in eene koopakte als
koopsom f 800 had vermeld, terwgl deze
f 1000 bedroeg, wat hem echter naar zijn be
weren onbekend was geweest, en die daarom
door de rechtbank was vrggesproken van
valschheid, in die akte gepleegd te hebben
veroordeeld tot 14 dagen gevangenisstraf.
Tegen een vischkooper te Huizen, die,
om zyn hond tot loopen aan te zetten, het
beest met een mes in de borst stak, en dit er
zelfs eenige oogenblikken liet inzitten, werd
door het O. M. by de rechtbank te Utrecht
3 maanden gev. straf geëischt.
Algemeen Uverzicht.
De ernstige storingen in den politieke»
dampkring houden aan, en van alle zijdon
big ven de ty dingen komen over crisissen.
Over die in Spanje wordt nu weer ge
meld, dat Sagasta vermoedelgk eerst Dins
dag in Btaat zal zyn naar de Koningin te gaan.
Men verwacht nog steeds, dat de Regentes hem
zal opdragen een kabinet van concentratie te
vormen, met geiyktgdige ontbinding van de
Cortes.
De adviezen der ministers en die van de
presidenten der beide Kamers luiden gunstig
voor de samenwerking der groepen, mits de
nieuwe groepen worden uitgesloten.
Het is echter de vraag geworden, of d«
liberalen wel zullen aanblijven.