MIDDELRURGSCHE COURANT. Dinsdag 3 Januari. FEUILLETON. UBALDO ZIAHI. N°. 2, 142° Jaargang, 1899. V Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k smet uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2.- Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. Thermometer Middelburg 2 Jan. 8 u. vm. 37 gr. 12 u. 42 gr., av. 4 u. 40 gr. F. Yerw. Z. W. w., mat. t. kracht. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór één uur aan het bureau bezorgd zijn. Advertentiën: 20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten eil Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën by abonnement op voordeelige voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis aan het bureau te bekomen. Agenten! Te Zierikzee: A. C. db Mooij; te Tholen: W. A) vak Nieüwbnhuijzen; te Terneuzen; M. de Jokse. Middelburg 2 Januari. BEMOEMINUEJ* ENZ. By kon. besluit zijn F. H. baron Mulert, burgemeester van Dalfsen, en W. A. te Wechel, geneeskundige te Hellendoorn, benoemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassau is aan mr J. C. de Koning, op verzoek, eer vol ontslag verleend uit zijn betrekking van waarnemend Rijksadvocaat in Noord-Holland en Utrecht, onder dankbetuiging; zijn benoemdtot inspecteur der directe be lastingen, invoerrechten en accijnzen te Delft jhr S. Trip, insp. derzelfde middelen te Hel der en tot adj.-inspecteur te Arnhem F. P. Wethmar.adj.-insp. dier middelen te Amsterdam; is mr M. I. Duparc, te 's Hage, benoemd tot adjunct-commies bij bet depart, van binnenl. zaken is de heer M. van Willigen, arts, met 16 Jan. benoemd tot off. van gez. 2e kl. bij de zee macht zijn de luits ter zee 2e kl. F. C. Schaalje en P. A. Bik, uit Oost-Indië in Nederland teruggekeerd, op non-activiteit gesteld. Bij beschikking van den minister van bin nenl. zaken is, op verzoek, eervol ontslag ver leend aan L. J. Hooisma als opzichter bij 's Rijks musenm te Amsterdam. het 7de regiment infanterie kunnen voorloopig geen vrijwilligers voor het reserve kader worden aangenomen. Nachtarbeid In militaire bakkerijen. Door den minister van oorlog zijn ten aan zien van den arbeid in de militaire bakkerijen, voor zoover daartegen vooralsnog in een of meer van die inrichtingen geen bezwaren van tecbnischen aard bestaan, de volgende maat regelen ingevoerd: o. De dienst in de militaire bakkerijen mag niet aanvangen vóór 4 uur des morgens. b. De normale arbeidsdag wordt vastge steld op 10 uren. o. Voor verricht overwerk wordt aan het vaste personeel op daggeld een vergoeding per uur toegekend, berekend naar */10 gedeelte van het bedrag van het gewone daggeld, waarbij gedeelten van uren, grooter dan uur, voor volle uren worden gerekend. d. Tot het verrichten van den arbeid mogen geen militairen gebezigd worden. e. Op de dagen, waarop zulks, in verband met het hiervoren a, b en d bepaalde, noodig wordt geacht, mogen handlangers (noodhulpen) worden in dienst genomen. De machtiging tot het in dienst nemen van bedoeld hulppersoneel wordt door den hoofd intendant verleend. De zolderknechts vormen een afzonderlijke categorie van werklieden. Rotterdamsch blad onder handen te hebben genomeD. Wij sloegen onze couranten van December 1897 en Januari 1898 nog eens na en vonden daarin niets in dien geest. Maar stel al dat wij dit deden, dan zou er alleen kunnen gezegd worden, dat wij thans op den nu bewandelden weg gedrongen zijn, omdat, zooals meermalen tegenwoordig op journalistiek gebied, menige redactie gestuurd wordt in eene richting, die zij niet toejuicht, maar toch volgen moet, wil zij eigen werk niet zonder waarde of vruchteloos doen zijn. Voor het overige zijn wij het volkomen eens met onzen Goeschen collega, dat bet beter ware wanneer alle bladen met deze min of meer pieuse zaak wachtten tot het jaar werkelijk om is. En wat nu onzen bediller betreft, wij heb ben al lang er van afgezien aan diens opmer kingen aandacht te schenken. Hij schijnt, alsot wij midden in een verkiezingscampagne zijn, te lijden aan een zekere nachtmerrie, waarbij de Middelburgsche Courant hem steeds door het hoofd spookt. Mocht hij een oogenblik uit dien droom ontwaken, dat hij dan eens aandachtig leze Mattheus VII vers 5. Als een bewijs hoe vlug de postgemeen- schap met Indië is, kan dienen, dat een stad- gjenoot op 1 Januari per eerste bestelling een nieuwjaarskaart uit Indië kreeg, welke den 7en December was verzonden en in den laten avond van Zaterdag hier was aangekomen. De kaart had de reis dus in 24 dagen volbracht! UIT STAD EN PROVINCIE. Nu de Ooesche Crt eene opmerking over het vroegtijdig openbaar maken door ons vaD de z. g, „doodenlijst" over 1898 verder ver spreidt, willen wij even meedeelen, dat wij ons niet herinneren daarover het vorig jaar eeD Uit Vlissingen. Men schrijft ons van daar: Onder de weinige kaartjes die men my bij gelegenheid van den Nieuwjaarsdag toezond iets wat pleit voor 't gezond verstand van myn vrienden en kennissen was er maar een, dat den naam van den wenscher met toevoeging van „en echtgenoot®" bevatte. Dat is, meende de dienstbode, die een prachtig gedrukt, kleurig kaartje er op na houdt, er nog een uit de oude doos. Gunst, de fatsoenlijke menschen bedienen zich al lang van een stukje karton met de „heer en mevrouw" er op, of anders de namen apart Hoe ond! Ja wel, we gaan vooruitDaartoe werken ook meê, de schoenmakers, bierslijters, bakkers enz., die, door aanbieding van een kalender, hun klanten trachten te believen. Vroeger, een goede dertig jaar geledeD, trachtte alleen de vuilnisman van zijn bestaan te doen blijken door huis aan huis een stuk papier met een akelig verge er op te bezorgen. Vooruit gaan we, soms hard zelf. Een jaar geleden hadden we voor publieke vermakelijkheden, concerten, enz. de beschik king over een, amper aan min gestelde eischen voldoend lokaal. Nu hebben we twee gelegen heden, die ja, niet beter kunnen zijnen waarin wij nu dikwijls voorstellingen hebben Als dat maar stand houdtvraagt menigeen zich af. Natnuriyk heeft eene dergelijke wedijver ook zijne goede zyden voor het publiek. Zoo ook zou op ander gebied navolging niet zoo kwaad zijn. Of zou 't geen aanbeveling verdienen als sommige heeren van sommige gemeenteraden Novelleuit het Fransch, VAK CHARLES TOLLET. In het jaar 1523 woonde er te Venetië een zeer ryk en voornaam heer, Ubaldo Ziani genaamd. Jong en knap, prachtlievend, ge nietende van alle wereldsche vermaken, meer dan iemand anders gesteld op weelde en genot, gaf Ubaldo zich over aan zulke groote ver kwistingen, dat alle rijkdommen ter wereld, behalve de zijnen, er door uitgeput zouden geraakt zyn. De Doge en de Raad van Tien, gewaar schuwd door hunne spionnen en sbirren dat Ubaldo er evenmin aan dacht om samen spannen tegen het patriciaat, als om zich te laten met de plannen van den Keizer, d Paus of den Koning van Frankrijk, lachten over zijne dwaasheden, grillen en buitenspo righeden en lieten hem alle mogelijke vrijheid om zyne ducaten te verspillen voor den glans, ten bate van hnnne heerlijke stad, die beroemd was om hare vroolijke en schitterende feesten, Ubaldo kende dus geen andere zorgen dan die om zich te vermaken en zijne begeerten Je prikkelen, ten einde die terstond te bevre- eens een lesje namen bij onze vroede mannen. Of 't komt door de heerlijke zeelucht; door 't aanschouwen van De Ruyter's standbeeld of door de innige overtuiging, dat veel gerede neer in een raadzaal wel gemist kan worden; wie zal 't zeggen? Bewonderens- en aanbevelenswaardig toch is de spoed, waarmee nu de vorige week de voor 't algemeen zoo gewichtige beslissing genomen werd, tóen de reorganisatie van een paar scholen aan de orde kwam. 't Zaakje scheen dan ook goed voorbereid te zijnen de vroede mannen steunden op het advies van de deskundigen. Ik ken wel een gemeente waar men verba zend veel meer redeneert en niet op zulk een wijze spy kers met koppen slaat! Bij eene Zaterdag middag door den majoor commandant, den heer Job. van Raalte, in die gemeente voor de dienstdoende schutterij gehouden inspectie, werd het eereteeken voor eervollen, langdurlgen, werkelijken dienst uit gereikt aan den kapitein W. G. Beker en de le-luitenants J. M. Hessing Jr. en C. N. de Vey Mestdagh. Aldaar zijn door de politie aangehouden een zestienjarig meisje, dat in haar dienst kleeren enz. bad weggenomen, en twee jongens die nit een winkel twee paar schoenen had den ontvreemd. Een stoker van de mailboot Engeland viel heden aldaar van de loopplank te water, waarbij hy kneuzingen aan 't hoofd bekwam, die door een ontboden dokter ver bonden werden. 'tMoet veel tot zijn ontnuch tering hebben bijgedragen. Dezer dagen logeerde te Goes een onge veer vyftigjarige juffrouw, voorgevende J. Hel- mer te heeten, van Amsterdam afkomstig te zijn en in dameahandwerken te doen. Opeen goeden morgen was zij echter zonder betaling verdwenen. De politie deed nog pogingen om baar op te sporen, maar te vergeefs. Zy heeft waarschijnlijk ook nog getracht een manufac turer op te lichten. Zy was deftig in 't zwart gekleed met fraaien mantel. Bij den Logement houder gaf zy voor ook in Middelburg ver toefd te hebben. De af deeling Werkverschaffing van den Christelyken Volksbond te Goes ontving van de KoniDgin f 50. Te Hansweert zijn in 1898 gepasseerd 22145 schepen, waarvan 11612 bestemd naar Dnitschland en Nederland en 10533 naar België. TeWissekerke werd Zaterdag j. 1. een alleenwonende vrouw vermist. Zoudae ochtend werd haar lijk gevonden in een sloot op ongeveer 100 passen van haar woning af. Omtrent de oorzaak van het ongeluk is Diets met zekerheid bekend. In dezelfde gemeente ontving Zaterdagavond een jeugdig landbouwer van een achteruit slaand paard zulk een hevigen trap tegen de onderkaak, dat hy bewusteloos uit den stal werd gedragen en onverwyid geneeskundige hulp moest worden ingeroepen. Hoewel den zelfden avond nog tot bewustzyn gekomen, was zijn toestand Zondag nog zorgwekkend. Naar men ons nit Z u i d d o r p e meldt, heeft men het spoor van de koe, gestolen bij den landbouwer Th. B. aldaar, kunnen volgen tot Lokeren, alwaar het der Belgische politie gelukt is een der dieven in handen te krijgeD, die reeds zijne makkers genoemd moet hebben n. Het begon hem zoo moeilijk te vallen nog naar iets te verlangen, dat hij zeker diep te beklagen zon geweest zyn, indien hy geen buitengewone voorliefde had gehad, om ge prezen te worden. Men begrijpt dat de dames het daaraan niet lieten ontbreken by zulk een groot heer; doch heel spoedig raakte Ubaldo, ondanks de vindingrykheid der schoone Venetiaanschen, zelfs verzadigd van de loftuitingen, en verklaarde gekscherend dat een onverwacht en nieuw compliment van de meest verwelkte lippen hem alleraan genaamst zou wezen. Het paleis Ziani weerkaatste zijne rose witte gevels van marmër uit Istria, zyne sierlijke booggangen, zyne doorzichtig bewerkte balkons in het Groote Kanaal. Door de groote vensters, die openstonden om den welriehenden zeewind binnen te laten, zag men ryk geschilderde zolderingen, prachtig met goud geborduurde draperieën, mosaïken, rood zijden en satynen gordijnen en honderden andere schatten. Herhaaldeiyk landden 's avonds geheele vloten van sierlyke gondels aan de aanlegplaats en zetten er gemaskerde dames, gecostumeerde edellieden af, en dan was het muziek maken, dansen, comedie spelen, intri geeren, kaart spelen, minnekoozen tot het aan breken van den dag. Somtijds ook begaf de heer Ubaldo zich naar het paleis van den Doge of naar eenig ander schitterend feest, doch altijd onder oen koninklijk geleide van Te Oostburg is Vrydag de laatste oud strijder, gerechtigd tot het dragen van het me talen krnis, de heer S. Cuveljé overleden in hoogen ouderdom van 92 jaren. schildknapen, pages en bedienden, die in last hadden om op de pleinen en kaden de bede laars te verwijderen, die steeds getrokken werden door den roep van rykdom en mild dadigheid, welke van den heer Ubaldo uitging. Door de voorzorgsmaatregelen, die deze goed bezoldigde dienaren namen, had de erf genaam der Ziani's nooit last van de armen en wist niets van hun lot af. Op zekeren avond had by beloofd een zoek te brengen aan Monna Maglia, die destyds zyne uitverkorene was, en uit verveling kwam hy op den inval om alleen uit te gaan, zonder eide, en niet in een gondel, maar te voet, wel door een achterdeur, die anders alleen door de bedienden gebruikt werd. Peinzend bereikte hy Ia Zecca door een smal afgelegen Zyn bekende persooniykheid bracht de geheele arme bevolking, op de Piazzetta in opschud ding; en ofschoon hy geheel alleen was, biel den de stakkerts zich op een eerbiedigen af stand, bewonderden in stilte zyn, met goud en paarlen geborduurd gewaad, zyn bandelier, met edelsteenen bezet, en groetten hem onderdanig. Ubaldo werd aan zyne mymerijen onttrokken door het eenigszins stoutmoediger gebaar eener oude bedelaarstermaar de anderen trokken haar bij hare lompen terug en fluisterden haar toe„Wend n niet tot hemUbaldo Ziani is een veel te hooghartig heer om zich met onze geringe behoeften in te laten". FORMALDEHYDE. In ons verslag van de jongste vergadering van den geneeskundige raad in Zeeland maak ten wij melding van de mededeelingen van den heer J. J. Berdenis van Berlekom over formal dehyde als ontsmettingsmiddel. Als leeken meenden wij beter te doen te zwijgen over deze alleen voor desknndigen gestelde voordracht. Nu wy in een der bladen iets vinden over een bespreking van hetzelfde onderwerp in den geneeskundigen raad van Friesland en Groningen, ontleenen wij daaraan het volgende Omtrent deze kwestie bestaat nog verschil van meening. Gas- of dampvormige ontsmet tingsmiddelen als zwavelzuur enz. zyn reeds lang, Binds eeuwen, aan de orde geweest. In de laatste jaren heeft formaldehyde in gas vorm eenigen opgang gemaakt. Tal van metho den zyn aangegeven ter aanwending van deze stof als ontsmettingsmiddel. Volgens een rap port, het vorig jaar door spreker uitgebracht, is het resultaat van de toepassing van formal dehyde niet betrouwbaar, in concrete gevallen slechts gunstig. Andere rapporten stemmen hiermee overeen. Na het uitbrengen van ge- nd rapport zyn nog eenige nieuwe metho- gepubliceerd, die ook nog slechts een opper vlakkige ontsmetting geven en groote prac- tische moeilijkheden opleveren, evenals de vroegere. De conclusie, waartoe de voorzitter kwam, was, dat de methode FlUgge nog de beste is, doch dat zy nog gecontroleerd moet worden, dat zij Blechts van beperkt nut is, dat voor landelijke gemeenten ook deze methode nog veel practische bezwaren heeft en dat ook hierby het noodig is, dat de desinfecteurs eerst practisch opgeleid worden voor bun taak. .Uit de thans door den heer Van Berlekom idane mededeelingen bleek intusschen, dat latere pogingen betere resultaten hebben op geleverd. Volgens de onderzoekingen toch van prof. Flügge te Breslau, medegedeeld in het Zeitschrift für Hygiëne und Infektionskrankheiten, is, als üj de verdamping van formaldehyde tevens overvloed van waterdamp wordt aangewend, het ontsmettend vermogen veel grooter. Ook prof. Spronck te Utrecht, die de methode van Trillat (verdamping van formaldehyde in een autoclave) controleerde, laat zich zeer gunstig over het bacteriën doodend vermogen uit. remmend en niet voortstuwend werkt, ja zelfs afbrekend en niet opbouwend en dat iedere openbaring van zelfstandigheid dezen een gruwel is. Emile Zola werkt in zyn afzondering aan een roman, die over eenige maanden zal ver- schynen. Middelerwyi verscheen in de IAbrai- rit Fasquelle een novelle van den auteurLa fite li Coqueville, geïllustreerd door Andró Devambez. LETTEREN EN KUNST. De heer dr J. D, E. Schmeltz, directeur van 's Rijks Ethnographisch Museum te Leiden, zegt, in een uitvoerig stuk in de N. E. Crt., ;ijn meening over de polemiek tusschen den minister Van Honten en dr Hofstede de Groot inzake diens ontslag. De heer Schmeltz schaart zich beslist aan de ide der regeering en van den heer Victor de Stuers. Hy protesteert, op grond van eigen ervaring, ten sterkste tegen de bewering van den heer De Groot dat de heer De Stuers Ubaldo Ziani hoorde die woorden onve r schillig aan, maar de wanhopige uitdrukking dier arme vrouw, die stomme smart in hare blauwe oogen, die smeekende blik troffen hem. Na een laatste aarzeling rnkte zy zich los en trad op Ubaldo toe. Het was inderdaad eer at een onaangename gewaarwording voor hem, toen hy zag dat die magere, gerimpelde hand hem aanraakte, ver volgens werd hy verlegen, want daar hij in geheel Venetië bekend was en overal een onbegrensd crediet genoot, gaf hy zich nooit de moeite om zelf iets te betalen noch om het kleinste geldstuk in zyn gordel te dragen. Hy had dns wat men noemt geen cent op zak. Maar de oogen van die vrouw smeekten zóo dringend dat hy zonder eenig besef van het geen er in hem omging, eensklaps denprach- tigen gesp van zyn bandelier afrnkte en dien in de hand der bedelaarster legde. Verbluft verschoot zy van kleur en vroeg, daar zij aan zulk eene vrijgevigheid niet kon gelooven „Vergist gy n niet edele heer Ia het geen verstrooidheid of spotterny? Geeft my aldus, zonder eenig blijk van leedwezen, dit schitterende kleinood Over deze vraag verbaasde Ubaldo zich nog meer en antwoordde op luchthartigen toon: „Heusch, die gesp is voor u; ik geef hem u van ganscher harte." Toen vestigde de vrouw hare donkere blauwe oogen op hem, zag hem lang aan en sprak na KERKNIEUWS. WckeVyksche opgaaf betreffende de Ned. Óerv. kerk. Beroepen naarLeksmond T. Lekkerkerker te Hagestein; Dassen E. Klaassen Dz., cand.; Hoorn H. W. ter Haar te Franeker; Heer Hugowaard (toez.) H. G. Brink Rz., cand.; Moerkapelle G. A. van den Akker, cand.; Kantens B. Gnst te Losdorp; Opwierda(toez.) A. M. van der Most van Spyk, cand.; Gar- relsweer (toez.), Ommelanderwyk en Zuid wen ding J. Thyssen, cand.; Waal en Koog op Texel J. M. Lammers, cand.; Moeidyk J. A. van Boven te Oud-BeierlandVisvliet c. a. (toez.) J. E. de Vries, cand.; Groot-Ammers W. Zijlstra te Waddingsveen c. a.; Jutfaas C. Lingbeek te Kubaard; Nieuwland G. J. R. Langen, cand.; Urk K. Janzen te VeesenLut- jegast (Gron.) G. Meijer te BorgerAbbekerk (N.-H.) W. H. Roobol te Oostvoorne; en naar Wijngaarden en Ruilbroek H. J. van Rooyen, cand. ingenomen naar: Havelte door J. Wilod Versprille te OldeholtpadeHaaksbergen door G. Hille Ris Lambers te Veenbaizenen naar Heemse (toez.) door J. C. F. van Herwerden, cand. Bedankt voor Borssele door J. Goeverneur, cand.; Oudelande door J. M. Lammers, cand.; Hoek door A. F. C. Pont te Nisse; Otto- land door D. Niessen te DrnnenBerlikum c. a. (N.-Br.) door A. A. Schouten te Wamel Oude- en Nieuwe Wetering en Poederooien c. a. door H. C. Briët, cand.; Vlieland door P. H. Kapteyn te OterleekOosterwijtwerd (toez.) door J. Thijssen, cand.; Huisduinen door A. Gelderman te Bunschoten Cater door J. C. E. van Herwerden, cand.; Mynsheerenland door C. Verhage te Zuilen (Utr.) en voor Mid woud door H. Klimp, cand. Evangelisch Luthersche kerk. Beroepen naar Maastricht H. J. Loman te Bergen op Zoom. Oereform. kerken. Beroepen naarRotterdam J. Visser te Ier- sekeAalten A. A. P. Lanting te Gameren en naar Zuidland C. Oranje te Berkel enRoo- denrys. Aangenomen naar Tienhoven door J. Langen te Oldebroek. Bedankt voor Grootegast door T. Rispens te Oenkerk. LANDBOUW. Blijkens het jaarboekje van den Nede landschen Boerenbond bedraagt het aantal leden thans 20.250, met uitzondering van Groningen verdeeld over alle provinciën terwijl Noord- Brabant en Limburg zyn aangesloten onder den specialen naam van Christelyken Boerenbond Het aantal afdeelingen in Noord-Brabant is 81, in Limburg 78, in Gelderland 43, in Noord- een oogenblik van stilte, met hare beverige, oüdd stem, die door BBikken geschokt werd, en toch oneindig liefeiyk klonk „Signor Ziani, gy zyt goed 1" Zy legde znlk een klank van dankbaarheid en vertrouwen in die woorden, dat Ubaldo, wien men dit nog nooit gezegd had, een rilling over geheel zyn lichaam kreeg en zich als het ware door een liefelyke aandoening gestreeld, gewiegd, omhuld voelde. Toen hy die zonderlinge gewaarwording af- schndde, had de bedelaarster zich bescheiden verwyderd en was in het gewoel verdwenen. Hy vervolgde peinzend zyn weg. II. Monna Maglia bewees haren vriend de ge wone vriendeiykheden, en na een poosje be gaven zy zich arm in arm op het terras, dat uitzag op den tain en de zee. Magli zette zich op Turksche kussens aan de voeten van Ubaldo neer, sloeg bare armen om zyne knieën en zag verliefd naar hem op, terwyi haar goudblonde haren, aan het netje ontgleden, over hare schouders vielen. Ubaldo tuurde heel ver in de zee, of aan de lucht naar iets, dat Maglia niet kon onderscheiden en liet werktuigeiyk zyn hand rusten op haar zydeachtig baar, totdat zy, om zyn aandacht te trekken, zyn arm vast hield en met zyne vingers ging spelen*

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1899 | | pagina 1