waarde voor het in wezen blijven der levende
schepping.
Het geheel, door middel van het sciopticon
met lichtbeelden van bacteriën verduidelijkt,
was een belangrijke bijdrage tot de kennis
dezer waarheid, dat de natuur in groote din
gen groot, doch in kleine dingen oneindig groot
ia. Den spreker viel dan ook een warm en
hartelijk applaus ten deel.
Dezer dagen werd door eene oommissie,
aangewezen door aandeelhouders in de meestoof
te Sint-Ann aland, een onderzoek ingesteld
naar de inrichting van de cichoreifabriek te
Dreischor. Het voornemen bestaat nl. om de
meestoof' door eenige veranderingen voor die
industrie in te richten, daar het bewerken van
meekrap er slechts weinig plaats heeft, zoodat
hot gebouw renteloos staat.
Werken In de Abdij te Middelburg.
Op de Staatsbegrooting voor 1899 komt
onder hoofdstuk V (Binnenlandsche zaleen) onder
het hoofd Zeeland o. a. voor, art. 23f,
onderhondverbetering en schoonhouden der
gebouwen, f 45.142.00. Voor 1898 was daarvoor
toegestaan f 47.300.00.
Onder dien post zijn begrepen de inwendige
inrichting van de nieuwe Staten-zaal en de
nieuwe sectie-kamers, alsmede een eerste ter
mijn voor een lokaal ten behoeve van het
nieuwe archief, waartoe bestemd zal worden
een oud verwaarloosd gebouw, dat geheel
brandvrij te maken is, en voor den bouw van
een viertal bureau-lokalen, waaraan behoefte
bestaat.
Deze post gaf, blijkens het voorloopig ver
slag der Tweede kamer, aanleiding tot de
volgende opmerkingen
Door zeer vele leden werd opgekomen tegen
de voortdurende stijging van dezen post, met
name van het onderdeel sub f. Het laatstge
noemde bedroeg op de begrooting voor 1892,
f 6300. Van 1893 af is, met inbegrip van de
thans voorgedragen som, uitgegeven en ge
raamd f 201.842, derhalve f 157.742 meer dan
by geiyke raming als in 1892, gedurende die
7 jaren zoude zyn besteed. En nog is het
einde niet te voorzien. Aanvankelijk was de
totale uitgave voor de sub f bedoelde verbou
wing en herstellingswerken geraamd op onge
veer f 60.000. Ofschoon op de begroo
tingen voor 1897 en 1898 ruim dat be
drag is toegestaanwordt thans weer
eene groote som voor hetzelfde doel aange
vraagd. Daarby komt dan nog de post sub g
(aankoop en onderhoud van meubelen f 7200),
die de reeks verhoogingen dreigt voort te zet
ten. Men vreesde dat van 's lands gelden een
te kwistig gebruik wordt gemaakt. Een der
leden, van zeer nabij met de inrichting der
gebouwen en de behoeften van den dienst
bekend, betwistte de noodzakelijkheid van het
bouwen van een nieuw archiefgebouw, vermits
men het archief weer, gelgk vroeger, bergen
kan boven de nieuwe Statenzaal, waarvan de
muren nu hersteld zgn. Evenmin is er zijns
inziens behoefte aan bureaulokalen, al zgn de
bestaande niet ruim.
Wat de meubileering van de Statenzaal be
treft, die kon, meende men, bescheidener zijn.
Als f 6000 de eerste termijn daarvoor is, op
hoeveel zal dan het geheel wel komen te staan
Gaarne wenschte men te vernemen
lo. hoeveel onder den post sub f begrepen
is voero inwendige inrichting der Statenzaal
en sectiekamerb het nieuw archiefgebouw
c vier bureaulokalen
2o. hoeveel de werken sub lo., a, b en c
in het geheel zullen kosten.
3o. hoeveel de totale kosten zullen bedragen
van de meubileering der Statenzaal
4o. of voor de inwendige inrichting of meu
bileering van archiefgebouw en bureaulokalen
nog geld noodig zal zyn.
Sommige leden merkten op, dat de op deze
wijze uitgevoerde en nog uit te voeren her
stellingswerken aan de Abdij te Middelburg,
door wie ze kenden, niet geacht worden eene
voorziening in de behoeften van bet provin
ciaal bestuur te zyn. De daarvoor benoodigde
uitgaven moesten huns inziens veeleer onder
de Vile afdeeling „Kunsten en Wetenschappen"
zyn uitgetrokken.
Op deze bedenkingen nu heeft de minister
Goeman Borgesius, die, zooals men weet, on
langs Middelburg bezocht, het volgende ge
antwoord
Het wil ondergeteekende voorkomen, dat het
hem niet moeilijk zal vallen aan tetoonen,dat
de aanmerkingen op don post tub f voor de
gouvernementsgebouwen te Middelburg en de
vrees dat van 's lands gelden een kwistig ge
bruik wordt gemaakt, ongegrond zyn.
Men mag niet uit het oog verliezen, dat het
hier geldt eene aaneenschakeling van een tien
tal gebouwen, dagteekenend uit de Xlllde en
XVIde eeuwen, en door ouderdom, verwaar-
loozing of vroegere onoordeelkundige ver
bouwingen meerendeels in slechten, op meerdere
punten in gevaarlijken toestand verkeerende.
Die toestand is herhaaldelgk aan de Kamer
blootgelegd, meer dan eens hebben Gedepu
teerde- en Provinciale Staten op voorziening
aangedrongen en de Staten-Generaal hebben de
voor deze gebouwen aangevraagde gelden steeds
bewilligd. Daarby is door de regeering weer
stand geboden aan den wensch om denoodige
verbeteringen spoedig tot stand te brengen,
hetgeen wel aantoont, dat de zorg om de
staatsbegrooting niet te zwaar te drukken in
het oog gehouden is. Zoo is de verbetering
der oude Statenzaal, waartoe de bouwvallige
west- en zuidmuren geheel moesten vernieuwd
worden, over vier jaren (18931896) ver
deeld de verbetering en afwerking der
vroegere concertzaal over drie jaren (1897
1899). De thans voorgenomen bouw van
buteaulokalen en van een archieflokaal is, zoo-
sis in 1896 aan de Eerste Kamer der Staten-
Generaal is medegedeeld, reeds in 1895 dpor
de provincie gevraagd; de ambtsvoorganger
van den ondergeteekende zeide toen„Inder
daad bestaat niet slechts de mogelijkheid, maar
de zekerheid dat voor andere deelen uitgaven
gevorderd zullen worden, want verschillende
deelen eischen herstelling en de provinciale
dienst vraagt vermeerdering en uitbreiding van
lokalen. Deswege is het onderzoek nog han
gende, zoodat omtrent den omvang en de
kosten dezer voorzieningen thans geene mede-
deelingen kunnen worden gedaanVoor
alsnog is niet getreden in een voorstel om
voor f 27.500 vier ruime lokalen en een archief
lokaal by de griffie te bouwen en hiervoor
in 1896 f6500 uit te trekken. De aanvraag
voor dit doel is aanvankelgk beperkt tot
f 3000."
Uit dit krediet is oen nauwkeurig onderzoek
bestreden van dejoude fundeeringen, waarop de
verlangde bureaulokalen zouden op te trekken
z'ijn, en van het bouwvallig gebouw, dat voor
archief te bestemmen ware, en waarvoor eerst
thans gelden aangevraagd worden tot een be
drag respectievelgk van f 4000 en van f3927.
Met de aangevraagde f 27.4G5 is de inwendige
inrichting van Statenzaal en sectielokalen af-
geloopen, behoudens de herstelling van de
historische behangseltapgten. De totale kosten
van de bureaulokalen zijn geraamd op onge
veer f 17.280, die van het archieflokaal op
ongeveer f 20.000.
De menbileering van Statenzaal en sectieka
mers zal gelijke som vorderen als die te Zwolle,
namelijk ongeveer f 15- a f 16.000. Het bedrag,
noodig voor de inwendige inrichting of meu
bileering van archief- en buraulokalen, is nog
niet geraamd, doch zal van geringe beteekenis
zyn.
Tegen de bedenkingeu, in het voorloopig
verslag ontwikkeld door een lid, van zeer nabij
met de inrichting der gebouwen en de behoef
ten van den dienst bekend, staat het feit dat
op de thans voorgedragen werken reeds lang
is aangedrongen door Gedeputeerde en Provin
ciale Staten, die geacht kunnen worden niet
minder goed op de hoogte te zijn van den be-
staanden toestand.
De ondergeteekende heeft zich overigens
persoonlijk door een onderzoek ter plaatse
vergewist, dat het verlangen dezer colleges
alleszins billijk en gegrond is. De behoefte aan
een geschikt en brandvrg lokaal voor het ar
chief is niet te weerspreken; het denkbeeld
om bet archief weder, gelijk vroeger, te bergen
boven de Statenzaal werd reeds gevolgd, voor
zooveer dit mogelijk bleek, doch de vroegere
toestand, waarop gezinspeeld wordt, mag en
kan niet in zyn geheel worden hersteld. De
bedoelde bovenverdieping was vroeger over-
kropt volde stukken waren tot aan de zol
dering opgestapeld, zoodat de raadpleging
Hiterst moeiiyk, voor meer bejaarde ambtena
ren nagenoeg ondoenlijk was. Deze overbe
lasting is daargelaten het brandgevaar
ook voor het gebouw in hooge mate nadeelig
en dit blgft ook na de herstelling van het
gebouw waar.
Maar buitendien was de bedoelde bovenver
dieping reeds lang, trots hare o vervulling, on
voldoende geworden, en heeft men zgne toe
vlucht moeten nemen tot allerlei zolders, ka
mertjes, gangen, trappen en hokjes; geregelde
berging is daar ondoenlijk, de raadpleging der
stukken zeer moeiiyk en het bederf en de ver
nieling door vuil, vocht en ratten niet te weren.
In één woord, zooals de toestand nu is mag
die gerust onhoudbaar genoemd worden en
zulks niettegenstaande, ingevolge eene in 1896
uitgevaardigde ministerieele beschikking, de
waardelooze papieren worden opgeruimd.
Ten aanzien der bureaux, wordt door bo
venbedoeld lid erkend, dat de bestaande niet
ruim zyn. Inderdaad zgn zij geheel onvol
doende en ongeschikt, zooais terechtjdoor Ge
deputeerde Staten van Zeeland opgemerkt is.
Niet alleen is er groot gebrek aan ruimte,
zoodat meerdere ambtenaren letterlgk op el
kaar gedrongen moeten zitten en zich nauwe-
lijks bewegen kunnenmaar ook zijn onder
scheidene vertrekken zoo vochtig en kil dat
het verbiyf daarin voor de gezondheid zeer
schadelijk is.
De ondergeteekende zou niet verantwoord
zgn, indien hg het uitstel der gevraagde voor
zieningen langer rekte.
De opmerking van sommige leden, dat de
bovenbedoelde werken niet geacht kunnen
worden eene voorziening te zijn in de be
hoeften van het provinciaal bestuur, zal
naar de ondergeteekende vertrouwt na
bovenstaande mededeelingen als ongegroud
erkend worden. Dat de daarvoor benoodigde
uitgaven dan ook niet „onder eene andere
afdeeling, bijv. Kunsten en Wetenschappen,"
moesten zijn uitgetrokken, volgt hieruit van
zelf.
Een sociale beweging in 't klein.
Jl. Dinsdag zou te Hulst aldus schrijft
men aan de Vliss. Crt. van gemeentewege
eene verkooping plaats hebben van eene aan-
zienlgke party populieren, groeiende op de
stadswallen aldaar. De notaris, diens klerk,
de gemeente secretaris, de veldwachter, bene
vens een vgftigtal koopers, (meest allen klom
penmakers nit Hulst en omliggende dorpen)
waren tegenwoordig. Vóór tot de verkooping
over te gaan, werden de voorwaarden voorge
lezen. Deze bestonden, behalve uit de gewone,
nog uit een extra-artikel van de Edelachtbare
heeren uit Hulst. Nauwelijks was het bijzonder
artikel, ongeveer luidende: „Het gemeentebe
stuur behoudt zich 't recht voor, den houder
van 't hoogste bod na twee dagen kennis te
geven, of de koop hem al dan niet gegund
wordt" voorgelezen, of er ontstond een alge
meen gemor in de gelederen der koopers.
Het gemeentebestuur had zeer waarscbijniyk
die bepaling gemaakt, om te voorkomen dat
door samenwerking der koopers (en die bestaat
zooals men weet sinds ettelijke weken in den
vorm van eene klompeümakerBvereeniging, die
zicb ten doel stelt gezamenlijk 't te verwerken
hout aan te koopen, hier of elders geen opbod
zou plaats hebben en de boomon beneden de
waarde zouden verkocht wordeD. Of't gemeen
tebestuur verantwoordelijk voor de behartiging
der gemeentebelangen, goed gezien had
Het gemor, als eerste uiting der verbonden
koopers, verging weldra in ongeregeld heen-
en weergepraat. Hoofden werden bij elkaar
gestoken en uitdrukkingen als„Het is onge
hoord" „het is ons tergen"„men gunt ons
ons broodje niet"; „men laat ons komen om
de markt te maken en wil in stilte den koop
aan anderen gunnen", behoorden niet de zeld
zaamste.
Weldra echter smolten al de rumoerige stem
men meer tot eene enkele, tot die van den
commissaris der vereeniging, J. L. Deze was
in een groepje aan 't woord geraakt en zijne
woorden schenen weerklank te vindeu, want
spoedig waren alle koopers geheel oor, en be
sprak hg de kwestie voor geheel't gezelschap.
Hij besloot zyne toespraak met de woorden:
„Indien gij mijn zin doet en in uw belang wilt
handelen, volgt gij mij en laat de verkoopers
alleen achter."
Een algemeen „hoera" en „leve onze com
missaris" volgden op deze woorden en onder
't zingen van een lustig lied, verliet men ge
zamenlijk de stadswallen. De heeren verkoo
pers zagen toen wel in, dat zij ook niet langer
meer behoefden te biyven, aangezien de ver
kooping bij gebrek aan koopers niet kon door
gaan.
Welke de gevolgen dezer beweging zullen
zijn, zal ons de toekomst leeren. Zijn deze in
't voordeel van de klompenmakersvereeniging,
dan zal men weldra in ons stadje hooren
„bakkers, schilders, metselaars, timmerlieden,
schoenmakers, enz. vereenigt u!" Wie weet?
IET TOONEEL.
Uit Vli8singen schrgft men ons
Donderdagavond waren in de ruime zaal van
het Vereenigingsgebouw velen vereenigd, die
liefde tot de kunst bezitten, en daarvoor tijd
en geld over hebben, tot bijwoning van de
voorstelling, door het TïèJo/j-gezelscbap uit
Rotterdam gegeven. Opgevoerd werd hettoo-
neelspel Geketenduit het Duitsch van Ludwig
Fulda.
Dit stuk, dat, indien wg mogen afgaan
op het applaus, dat weerklonk by het einde
van ieder bedrijf, het Vlissingsche publiek
scheen te voldoen, dit stuk is modern, zeer
modern, in opzet en voortgang, zoowel als in
de oplossing. Het handelt in hoofdzaak over
de in deze dagen alom besproken vrouwen
kwestie en werpt een schel licht over de on
volkomenheid der wetten betreffende de rech
ten van man en vrou«en ten opzichte van de
echtscheiding.
Een korte schets van den inhoud vinde hier
een plaats.
Eugenie Waldeck, eene ongelukkig gehuwde
vrouw, die door haren man, een egoïstisch,
laaghartig persoon, wordt getyranniseerd en
getreiterd tot krankzinnig wordens toe, ont
vlucht, na hevige huiselgke scènes en nadat
haar man haar, in een bui van dronkenmans
opgewondenheid en gedreven door de boop op
een voordeeligen koop, door een zijner vrien
den, den hotelhouder Steffens, een ouden
viveur, heeft willen doen kussen, in een
vlaag van wanhoop haar woning en keert
terug tot hare ouders. Deze, de gepensioneerde
post-ambtenaar Kolb en zyne vrouw, die, met
hunne ouderwetsche ideeën van huwelgkstrouw
en liefde, zich altijd voorstelden, dat Eugenie
met haren rijken man per se gelukkig moest
zijn, keuren hare handelwijze ten strengste af
en doen al bet mogelgke om baar van eene
echtscheiding te weerhouden.
De advokaat van Eugenie, de jonge Ebeling,
die in 't begin van 't stuk een amourette heeft
met het jonge hoteliers-vrouwtje, Susanna
Steffens, en die optreedt als een verdediger
van de rechten der vrouw, wendt al zyne
rechtsgeleerde kennis aan om voor Eugenie
echtscheiding te verkrijgen, of ten minste het
recht dat zg vrg vau haren man zal mogen leven.
De wetten evenwel verbieden het. In haar
ongeluk vindt Eugenie een troost in de liefde
van de vroolgke 15-jarige Kilthe, de dochter
van haar vriend, den architect Lukas. Deze
laatste, die in het stuk een sympathieke rol
speelt, brengt de ongelukkige vrouw in twee
strijd, door haar voor te stellen eene tweede
moeder voor Kathe te worden, en zij bekent
hem, dat zy niet alleen zijne dochter maar ook
hem lief heeft.
Deze bekentenis, waarover zij dadelijk weer
berouw gevoelt, wordt baar later verweten
door haar man, die hierin een wapen meent
te vinden om baar weer aan zijn wil te onder
werpen. Eindelijk wordt zij tot het uiterste
gedreven, en onverschillig voor de gevolgen,
verbreekt zij de boeien, die haar aan haar man
ketenden, en verbindt zich met Lukas, den man
dien zg bemint en die getoond heeft baar lief
te hebben.
Dit tooneelspel, dat als tendenz-stuk meer
waarde heeft, dan wel als kunstwerk, werd
door de verschillende spelers goed weergegeven.
Henri Poolman was als Rudolf Waldeck, een
huistyran, die echter steeds lief is tegenover
de buitenwereld, uitmuntend. In mevr. Mul
derRoelofszen, als Eugenievond hij eene
zeer goede partner. Haar zouden wij echter,
heel in 't laatst wel wat minder klagend ge-
wen8cht en wat resoluter hebben willen zien
optreden.
De heer Frits Bouwmeester en mevr. Pool
manHugsers gaven zeer goed het eenvoudige
echtpaar Kolb weer. Bij 't wynproef-partgtje
in 't tweede bedrijf vooral wist Bouwmeester
de lachspieren in beweging te houden.
Mej. Staas was als Kilthe een aardig bak-
viscbje, dat vlug en vrooiyk haar lieve, harte-
lgke rol speelde. .Tammer dat haar vader, de
heer Mulder, niet in vlug- en losheid een wei
nig het voorbeeld zijner dochter volgde, want
boewei bjj zijn orgaan en stembuiging zeer tot
zyn voerdeel heeft, zoo laat zgne houding op
het tooneel nog al veel te wenschen over.
De heer Holkers en mej. Wertwgn vervulden
hunne bescheiden rollen goed en met groote
ambitie, evenals de heer Morriën, die evenwel
in zgn vrij saaie rol van advocaat geene gele
genheid had zich in zijn volle kracht te toonen.
Wanneer wy nu ook nog het aardige, brutale,
dus ook weer moderne dienstmeisje genoemd
hebben, welke rol aan mej. G. Faassen ten
volle was toevertrouwd, dan kunnen wij hier
mede ons tooneelpraatje afbreken.
Eéne opmerking, aan het adres der zaal
directie, moet ons echter nog van 't hart.
Laat zg toch het eindigen der pauze beter aan
kondigen in de rookzaal en de corridors.
Daardoor zal het hinderlgke binnenkomen
onder het spelen vermeden worden.
RECHTSZAKEN.
Arrondissements-Rechtbmk te Middelburg
Heden, Vrgdag, deed bovengenoemde recht
bank uitspraak in de zaak tegen G. W.,57j.,
onderwgzer aan de Christelgke school teWis-
sekerke (Camperland), beklaagd van het plegen
van ontuchtige handelingen met eene minder
jarige, en tegen wien door het openbaar mi
nisterie 9 maanden gevangenisstraf was ge-
eischt, met ontzetting van het ambt als onder
wijzer.
Beklaagde werd vrijgesprokenen wel
op grond dat de rechtbank de door den be
klaagde voor den kantonrechter te Goes
afgelegde bekentenis wel niet ontzenuwd acht
door zyne ter terechtzitting gedane opgaven
en mitsdien die bekentenis aanneemt, doch
dat zij deze niet voldoende bevestigd acht
door de ter terechtzitting buiten eede afge
legde verklaring van de tienjarige Sara Imanse,
tegen wie de beklaagde te laste gelegd is het
misdrijf gepleegd te hebben, of door de ver
klaringen der onder eede gehoorde getuigen,
en dat mitsdien het wettig bewys in deze
niet is geleverd.
Voorts zgn veroordeeld wegens
huisvredebreuk en mishandeling: A. B.,35j.,
klompenmaker, HeinkenBzand, tot 14 d. gev.
straf
diefstal: B. J. d. J., 16 j., koewachter, Ste-
kene (België), thans alhier in hechtenis, tot 2
m. gev. straf, met minderiDg van den tgd, in
verzekerde bewaring doorgebracht, en W. F. S.,
12 j., slagersjongen, VlisBingen, tot 1 m. gev.
straf, en A. C. v. B., 12 j., zonder beroep,
Ellewout8dijk, tot f 5 b. s. 5. d. b,
verstoring der orde door dronkenschap en
wederspannigheidP. M., 42 j., timmermans
knecht, Kruiningen (Hansweerl) tot f 3 b. s.
3 d. b. en 14 d. gev. straf
strooperj: T. M., 21 j., bakkersknecht, en
C. B., 22 j-, schildersknecht, Domburg, ieder
tot 7 d. gev. straf; en
mishandeling: J. F. d'H., 22 j., arbeider,
Boschkapelle, tot 1 m. gev. straf.
ONDERWIJS.
Aan de leeraren in de Geschiedenis aan
de H. B. scholen met vgfjarigen cursus is door
de heeren N. D. Doedes en Herman Snyders,
leeraren aan de R. H. B. scholen te Leeuwarden
en te Middelburg, een uitvoerige circulaire
gezonden, waarin zg hun gevoelen kenbaar
maken over de inrichting van het historisch
onderwgs op de drie laagste klassen van die
inrichtingen.
Deze circulaire is ook gezonden aan alle
leeraren in de geschiedenis aan de H0 B. scholen
met driejarigen cursus, aan de leeraressen in
Geschiedenis aan meisjes-Burgerscholen en aan
alle directeuren en directrices van H. B. scholen
met vgfjarigen cursus.
Tot directeur van de spaarbank van het
Ned. onderwijzers Genootschap is herbenoemd
de heer A. L. Roest, tot commissaris van de
levensverzekering-maatschap pg de heer H.
Bonman en benoemd tot lid der hoofdcom
missie van het ondersteuningsfonds de heer
G. J. Lubbers.
Verschillende Berichten.
Door den heer C. C. van Rysbergen, se
dert 1883 directeur der gemeentewerken te
Dordrecht, is tegen 1 April, of zooveel later
als mocht gewenscht worden, eervol ontslag
verzocht.
De majoor H. G. J. Swaving heeft het
bevel aanvaard over de lie afdeeling van het
le reg. veld-art. te Amersfoort.
De Maatschappij tot Exploitatie van
Staatsspoorwegen zal binnenkort een nieuw
tarief voor abonnementskaarten voor werk
lieden invoeren.
Door het bestuur der Vereeniging tot ver
betering van den maatschappcljken en den rechts
toestand der vrouw in Nederland is den minister
van binnenlandsche zaken verzocht, dat voort
aan ook aan de vrouw eene plaats in het
toezicht van rgkswege op het lager onderwy's
worde toegekend.
Te Rotterdam is op de Blaak aan een
kantoorlooper een portefeuille met f 5C0 ont
stolen.
Aldaar sloegen Woensdag drie half beschon
ken bootwerkers nit louter moedwil den in
ventaris kort en klein in een bierhuis, waar
zij ruzie hadden gekregen. Bovendien mishan
delden zij nog de huishoudster vanden houder-
van het bierhuis en verwondden haar. Er
wordt eene strafvervolging tegenhen ingesteld.
Te Alfen a/d Rijn heeft brand gewoed
in het gebouw der Martha-stichting. De oorzaak
is onbekend. Gelukkig heeft niemand eenig
letsel gekregen. Verbrand zijn het magazijn
en de werkplaatsen met kleederen. Het ver
brande was niet verzekerd. Te Veenhuizen
brandden twee woningen afde brand ontstond
door het omvallen van een petroleumstel.
Een in een slaapkamer staande kachel,
waaruit zich kolengas ontwikkelde, kostte aan
twee gebroeders te Schoonhoven bijna het
leven. Hunne moeder, die niet begreep waarom
ze zoo laat opstonden, begaf zich naar hun
slaapkamer en vond beiden bewusteloos, ter
wijl ook de hond voor dood in de kamer lag.
Nadat geneeskundige hulp was ingeroepen
kwamen beiden personen wêer by.
Te Amsterdam is dezer dagen bet
klinkt ongelooflgk met een joDge weduwe
getrouwd een persoon, die, den 16 Juli 1873
geboren, als meisje was aangegeven en al die
jaren ook in kleeding enz. daarvoor was door
gegaan.
Nabij Laren is een schoenmaker uit Hil
versum, tevens gepensioneerd Indisch ambte
naar, door de Gooische stoomtram overreden
en kort daarna overleden. Hij was te Laren
getracteerd geworden, en is vermoedelijk in
eenigszius benevelden toestand op de rails ge
vallen. De machinist heeft zooveel mogeiyk
geremd, doch de afstand was te kort.
Te Uithuizen wondde bg eene vechtparty
tusschen twee schooljongens de een den ander
zoo met een mes, dat de knaap niet buiten
gevaar is. De dader is aangehouden.
Te Wildervank zag iemand iets dryven
in de z. g. wijk. Toen het op het droge was
gebracht, bleek het te zijn het lyk van zgn
eigen dertig jarigen zoon.
In de afgeloopen maand zyn uit Neder
land langs hot grensstation Eeschen naar België
verzonden 908 waggons vee, tegen 803 wag
gons in November 1897. De totale uitvoer
bedroeg 8464 stuks vee, ter waarde van ruim
f 750.000.
In vele landen bestaat een belasting op
de aanplakbiljetten. Geschilderde aankondi
gingen op muurvlakken waren tot heden vrg,
maar in België wil de regeering deze onge
lijkheid opheffen.
Een rijke AmerikaaDsche, die te Pary's
woonde, is te Londen om het leven gekomen
door een ongeluk met een automobiel. By de
opening van haar testament bleek, dat zij baar
vermogen, dat wel tien miljoen francs bedraagt,
heeft vermaakt aan de te Parys bestaande
nachtverblijven voor dakloozen. De familie
betwist de geldigheid van het testament.
De sirdar Kitchener richt zich tot het
publiek voor de bijeenbrenging vaneen fond»,
groot 100,000 pond sterling, voor de Gordon
Memorial College in Karthoem. Koningin Vic
toria verklaarde zich bereid als protectrice
op te treden, de prins van Wales en Salisbury
zegden reeds steun toe.
Aan een maaltyd in de Royal Society deelde
Kitchener mede, dat in enkele dagen reeds
40,000 pd. st. was ontvangen.
Op het kerkhof te Highgate worden toe
bereidselen gemaakt voor de opening van het
graf van Charles Druce. Daaromheen wordt
zelfs een schutting gebouwd, waarachter op
lOdezer, des ochtends te elf uur de opening zal
plaats hebben. De weduwe Thomas Druce blijft
zich verzetten.
Bij Reichenberg (Bohemen) ontstond
brand ten huize van een timmerman. Deze
ging naar boven osu zijn beide slapende kin
deren te wekken. Maar hij kwam met beide
kleinen, meisjes van 6 en 7 jaar, om het leven,
Te Triëst spreekt men van een nieuw
uitgevonden rem voor schepen, welke snel
werkt en aanvaringen bijna onmogelijk maakt.
Ia Warschau viel de tooneelspeelster
Alexandra Rakewitsch gedurende de opvoering
van het drama Taborita plotseling dood neder.
Van het tooneel af werd door den regisseur
aan het zeer verschrikte publiek medegedeeld,
dat de dood van de geliefde tooneelspeelster
een gevolg van een beroerte was.
Op Madagascar worden, evenals in Indië,
de Europeanen door de pest gespaard. De
gouverneur nam alle mogelijke voorzorgsmaat
regelen, om te beletten dat repatrieerendon de
ziekte naar Europa overbrengen.
Uit een officieel rapport van de regeering
der Kaapkolonie blijkt, dat door de toepassing
van Koch's methode tegen de veepest 700,000
Btuks vee behouden bleven.
In het zuidelgk deel van Groot-Namaland
zijn vele diamanten gevonden. Reeds vroeger
was daar zoogenaamde biauwaarde gevonden,
welk in den regel op de aanwezigheid vau de
kostbare steenen wijst.
Dr A. Kuyper
sprak Zaterdag 12 November, te Chicago
in de Congregational Collegevoor hoogleera
ren, studenten en genoodigden over het veld
winnend ritualisme, als lijnrecht tegen het be
ginsel van bet Calvinisme gekant. Des Zon
dags was bij de gast van den voorzitter van
de Holland Society. Dinsdag sprak hg te
Cleveland, Ohio, daartoe door de reetoren van
alle colleges in Ohio uitgenoodigd, over de
politieke beginselen van het Calvinisme, na in
een korte voorafspraak de leden der vier Hol-
landsche kerken aldaar te hebben toegespro
ken. Donderdag bezocht hij de Niagarafalls,
en Vrijdag sprak hg te Rochester (NY.) voor
de Colleges Womenclub, met de hoogleeraren
uit Rochester als gasten, over het onrecht,
door Motley in zijn Barnevelt, aan het karak
ter van prins Maurits en in geheel zijn be
schouwing van onzen opstand aan het Calvi
nisme aangedaan. Zaterdag bezichtigde hij, te
Rochester, de nieuwe stemmachine, bij de
jongste verkiezingen aldaar voor het eerst
gebezigd, een machine die uitmuntend voldaan
heeft, en zoowel het geheim der stemming
waarborgt, als onverwijld na afloop, den uitslag
der stemming aaBgeeft. Daarna keerde hij naar
New-York terug.
Dr Kuyper zal in de eerste helft van De»
cember, van New-York uit, de terugreis on
dernemen. (Stand.)