waarde voor het in wezen blijven der levende schepping. Het geheel, door middel van het sciopticon met lichtbeelden van bacteriën verduidelijkt, was een belangrijke bijdrage tot de kennis dezer waarheid, dat de natuur in groote din gen groot, doch in kleine dingen oneindig groot ia. Den spreker viel dan ook een warm en hartelijk applaus ten deel. Dezer dagen werd door eene oommissie, aangewezen door aandeelhouders in de meestoof te Sint-Ann aland, een onderzoek ingesteld naar de inrichting van de cichoreifabriek te Dreischor. Het voornemen bestaat nl. om de meestoof' door eenige veranderingen voor die industrie in te richten, daar het bewerken van meekrap er slechts weinig plaats heeft, zoodat hot gebouw renteloos staat. Werken In de Abdij te Middelburg. Op de Staatsbegrooting voor 1899 komt onder hoofdstuk V (Binnenlandsche zaleen) onder het hoofd Zeeland o. a. voor, art. 23f, onderhondverbetering en schoonhouden der gebouwen, f 45.142.00. Voor 1898 was daarvoor toegestaan f 47.300.00. Onder dien post zijn begrepen de inwendige inrichting van de nieuwe Staten-zaal en de nieuwe sectie-kamers, alsmede een eerste ter mijn voor een lokaal ten behoeve van het nieuwe archief, waartoe bestemd zal worden een oud verwaarloosd gebouw, dat geheel brandvrij te maken is, en voor den bouw van een viertal bureau-lokalen, waaraan behoefte bestaat. Deze post gaf, blijkens het voorloopig ver slag der Tweede kamer, aanleiding tot de volgende opmerkingen Door zeer vele leden werd opgekomen tegen de voortdurende stijging van dezen post, met name van het onderdeel sub f. Het laatstge noemde bedroeg op de begrooting voor 1892, f 6300. Van 1893 af is, met inbegrip van de thans voorgedragen som, uitgegeven en ge raamd f 201.842, derhalve f 157.742 meer dan by geiyke raming als in 1892, gedurende die 7 jaren zoude zyn besteed. En nog is het einde niet te voorzien. Aanvankelijk was de totale uitgave voor de sub f bedoelde verbou wing en herstellingswerken geraamd op onge veer f 60.000. Ofschoon op de begroo tingen voor 1897 en 1898 ruim dat be drag is toegestaanwordt thans weer eene groote som voor hetzelfde doel aange vraagd. Daarby komt dan nog de post sub g (aankoop en onderhoud van meubelen f 7200), die de reeks verhoogingen dreigt voort te zet ten. Men vreesde dat van 's lands gelden een te kwistig gebruik wordt gemaakt. Een der leden, van zeer nabij met de inrichting der gebouwen en de behoeften van den dienst bekend, betwistte de noodzakelijkheid van het bouwen van een nieuw archiefgebouw, vermits men het archief weer, gelgk vroeger, bergen kan boven de nieuwe Statenzaal, waarvan de muren nu hersteld zgn. Evenmin is er zijns inziens behoefte aan bureaulokalen, al zgn de bestaande niet ruim. Wat de meubileering van de Statenzaal be treft, die kon, meende men, bescheidener zijn. Als f 6000 de eerste termijn daarvoor is, op hoeveel zal dan het geheel wel komen te staan Gaarne wenschte men te vernemen lo. hoeveel onder den post sub f begrepen is voero inwendige inrichting der Statenzaal en sectiekamerb het nieuw archiefgebouw c vier bureaulokalen 2o. hoeveel de werken sub lo., a, b en c in het geheel zullen kosten. 3o. hoeveel de totale kosten zullen bedragen van de meubileering der Statenzaal 4o. of voor de inwendige inrichting of meu bileering van archiefgebouw en bureaulokalen nog geld noodig zal zyn. Sommige leden merkten op, dat de op deze wijze uitgevoerde en nog uit te voeren her stellingswerken aan de Abdij te Middelburg, door wie ze kenden, niet geacht worden eene voorziening in de behoeften van bet provin ciaal bestuur te zyn. De daarvoor benoodigde uitgaven moesten huns inziens veeleer onder de Vile afdeeling „Kunsten en Wetenschappen" zyn uitgetrokken. Op deze bedenkingen nu heeft de minister Goeman Borgesius, die, zooals men weet, on langs Middelburg bezocht, het volgende ge antwoord Het wil ondergeteekende voorkomen, dat het hem niet moeilijk zal vallen aan tetoonen,dat de aanmerkingen op don post tub f voor de gouvernementsgebouwen te Middelburg en de vrees dat van 's lands gelden een kwistig ge bruik wordt gemaakt, ongegrond zyn. Men mag niet uit het oog verliezen, dat het hier geldt eene aaneenschakeling van een tien tal gebouwen, dagteekenend uit de Xlllde en XVIde eeuwen, en door ouderdom, verwaar- loozing of vroegere onoordeelkundige ver bouwingen meerendeels in slechten, op meerdere punten in gevaarlijken toestand verkeerende. Die toestand is herhaaldelgk aan de Kamer blootgelegd, meer dan eens hebben Gedepu teerde- en Provinciale Staten op voorziening aangedrongen en de Staten-Generaal hebben de voor deze gebouwen aangevraagde gelden steeds bewilligd. Daarby is door de regeering weer stand geboden aan den wensch om denoodige verbeteringen spoedig tot stand te brengen, hetgeen wel aantoont, dat de zorg om de staatsbegrooting niet te zwaar te drukken in het oog gehouden is. Zoo is de verbetering der oude Statenzaal, waartoe de bouwvallige west- en zuidmuren geheel moesten vernieuwd worden, over vier jaren (18931896) ver deeld de verbetering en afwerking der vroegere concertzaal over drie jaren (1897 1899). De thans voorgenomen bouw van buteaulokalen en van een archieflokaal is, zoo- sis in 1896 aan de Eerste Kamer der Staten- Generaal is medegedeeld, reeds in 1895 dpor de provincie gevraagd; de ambtsvoorganger van den ondergeteekende zeide toen„Inder daad bestaat niet slechts de mogelijkheid, maar de zekerheid dat voor andere deelen uitgaven gevorderd zullen worden, want verschillende deelen eischen herstelling en de provinciale dienst vraagt vermeerdering en uitbreiding van lokalen. Deswege is het onderzoek nog han gende, zoodat omtrent den omvang en de kosten dezer voorzieningen thans geene mede- deelingen kunnen worden gedaanVoor alsnog is niet getreden in een voorstel om voor f 27.500 vier ruime lokalen en een archief lokaal by de griffie te bouwen en hiervoor in 1896 f6500 uit te trekken. De aanvraag voor dit doel is aanvankelgk beperkt tot f 3000." Uit dit krediet is oen nauwkeurig onderzoek bestreden van dejoude fundeeringen, waarop de verlangde bureaulokalen zouden op te trekken z'ijn, en van het bouwvallig gebouw, dat voor archief te bestemmen ware, en waarvoor eerst thans gelden aangevraagd worden tot een be drag respectievelgk van f 4000 en van f3927. Met de aangevraagde f 27.4G5 is de inwendige inrichting van Statenzaal en sectielokalen af- geloopen, behoudens de herstelling van de historische behangseltapgten. De totale kosten van de bureaulokalen zijn geraamd op onge veer f 17.280, die van het archieflokaal op ongeveer f 20.000. De menbileering van Statenzaal en sectieka mers zal gelijke som vorderen als die te Zwolle, namelijk ongeveer f 15- a f 16.000. Het bedrag, noodig voor de inwendige inrichting of meu bileering van archief- en buraulokalen, is nog niet geraamd, doch zal van geringe beteekenis zyn. Tegen de bedenkingeu, in het voorloopig verslag ontwikkeld door een lid, van zeer nabij met de inrichting der gebouwen en de behoef ten van den dienst bekend, staat het feit dat op de thans voorgedragen werken reeds lang is aangedrongen door Gedeputeerde en Provin ciale Staten, die geacht kunnen worden niet minder goed op de hoogte te zijn van den be- staanden toestand. De ondergeteekende heeft zich overigens persoonlijk door een onderzoek ter plaatse vergewist, dat het verlangen dezer colleges alleszins billijk en gegrond is. De behoefte aan een geschikt en brandvrg lokaal voor het ar chief is niet te weerspreken; het denkbeeld om bet archief weder, gelijk vroeger, te bergen boven de Statenzaal werd reeds gevolgd, voor zooveer dit mogelijk bleek, doch de vroegere toestand, waarop gezinspeeld wordt, mag en kan niet in zyn geheel worden hersteld. De bedoelde bovenverdieping was vroeger over- kropt volde stukken waren tot aan de zol dering opgestapeld, zoodat de raadpleging Hiterst moeiiyk, voor meer bejaarde ambtena ren nagenoeg ondoenlijk was. Deze overbe lasting is daargelaten het brandgevaar ook voor het gebouw in hooge mate nadeelig en dit blgft ook na de herstelling van het gebouw waar. Maar buitendien was de bedoelde bovenver dieping reeds lang, trots hare o vervulling, on voldoende geworden, en heeft men zgne toe vlucht moeten nemen tot allerlei zolders, ka mertjes, gangen, trappen en hokjes; geregelde berging is daar ondoenlijk, de raadpleging der stukken zeer moeiiyk en het bederf en de ver nieling door vuil, vocht en ratten niet te weren. In één woord, zooals de toestand nu is mag die gerust onhoudbaar genoemd worden en zulks niettegenstaande, ingevolge eene in 1896 uitgevaardigde ministerieele beschikking, de waardelooze papieren worden opgeruimd. Ten aanzien der bureaux, wordt door bo venbedoeld lid erkend, dat de bestaande niet ruim zyn. Inderdaad zgn zij geheel onvol doende en ongeschikt, zooais terechtjdoor Ge deputeerde Staten van Zeeland opgemerkt is. Niet alleen is er groot gebrek aan ruimte, zoodat meerdere ambtenaren letterlgk op el kaar gedrongen moeten zitten en zich nauwe- lijks bewegen kunnenmaar ook zijn onder scheidene vertrekken zoo vochtig en kil dat het verbiyf daarin voor de gezondheid zeer schadelijk is. De ondergeteekende zou niet verantwoord zgn, indien hg het uitstel der gevraagde voor zieningen langer rekte. De opmerking van sommige leden, dat de bovenbedoelde werken niet geacht kunnen worden eene voorziening te zijn in de be hoeften van het provinciaal bestuur, zal naar de ondergeteekende vertrouwt na bovenstaande mededeelingen als ongegroud erkend worden. Dat de daarvoor benoodigde uitgaven dan ook niet „onder eene andere afdeeling, bijv. Kunsten en Wetenschappen," moesten zijn uitgetrokken, volgt hieruit van zelf. Een sociale beweging in 't klein. Jl. Dinsdag zou te Hulst aldus schrijft men aan de Vliss. Crt. van gemeentewege eene verkooping plaats hebben van eene aan- zienlgke party populieren, groeiende op de stadswallen aldaar. De notaris, diens klerk, de gemeente secretaris, de veldwachter, bene vens een vgftigtal koopers, (meest allen klom penmakers nit Hulst en omliggende dorpen) waren tegenwoordig. Vóór tot de verkooping over te gaan, werden de voorwaarden voorge lezen. Deze bestonden, behalve uit de gewone, nog uit een extra-artikel van de Edelachtbare heeren uit Hulst. Nauwelijks was het bijzonder artikel, ongeveer luidende: „Het gemeentebe stuur behoudt zich 't recht voor, den houder van 't hoogste bod na twee dagen kennis te geven, of de koop hem al dan niet gegund wordt" voorgelezen, of er ontstond een alge meen gemor in de gelederen der koopers. Het gemeentebestuur had zeer waarscbijniyk die bepaling gemaakt, om te voorkomen dat door samenwerking der koopers (en die bestaat zooals men weet sinds ettelijke weken in den vorm van eene klompeümakerBvereeniging, die zicb ten doel stelt gezamenlijk 't te verwerken hout aan te koopen, hier of elders geen opbod zou plaats hebben en de boomon beneden de waarde zouden verkocht wordeD. Of't gemeen tebestuur verantwoordelijk voor de behartiging der gemeentebelangen, goed gezien had Het gemor, als eerste uiting der verbonden koopers, verging weldra in ongeregeld heen- en weergepraat. Hoofden werden bij elkaar gestoken en uitdrukkingen als„Het is onge hoord" „het is ons tergen"„men gunt ons ons broodje niet"; „men laat ons komen om de markt te maken en wil in stilte den koop aan anderen gunnen", behoorden niet de zeld zaamste. Weldra echter smolten al de rumoerige stem men meer tot eene enkele, tot die van den commissaris der vereeniging, J. L. Deze was in een groepje aan 't woord geraakt en zijne woorden schenen weerklank te vindeu, want spoedig waren alle koopers geheel oor, en be sprak hg de kwestie voor geheel't gezelschap. Hij besloot zyne toespraak met de woorden: „Indien gij mijn zin doet en in uw belang wilt handelen, volgt gij mij en laat de verkoopers alleen achter." Een algemeen „hoera" en „leve onze com missaris" volgden op deze woorden en onder 't zingen van een lustig lied, verliet men ge zamenlijk de stadswallen. De heeren verkoo pers zagen toen wel in, dat zij ook niet langer meer behoefden te biyven, aangezien de ver kooping bij gebrek aan koopers niet kon door gaan. Welke de gevolgen dezer beweging zullen zijn, zal ons de toekomst leeren. Zijn deze in 't voordeel van de klompenmakersvereeniging, dan zal men weldra in ons stadje hooren „bakkers, schilders, metselaars, timmerlieden, schoenmakers, enz. vereenigt u!" Wie weet? IET TOONEEL. Uit Vli8singen schrgft men ons Donderdagavond waren in de ruime zaal van het Vereenigingsgebouw velen vereenigd, die liefde tot de kunst bezitten, en daarvoor tijd en geld over hebben, tot bijwoning van de voorstelling, door het TïèJo/j-gezelscbap uit Rotterdam gegeven. Opgevoerd werd hettoo- neelspel Geketenduit het Duitsch van Ludwig Fulda. Dit stuk, dat, indien wg mogen afgaan op het applaus, dat weerklonk by het einde van ieder bedrijf, het Vlissingsche publiek scheen te voldoen, dit stuk is modern, zeer modern, in opzet en voortgang, zoowel als in de oplossing. Het handelt in hoofdzaak over de in deze dagen alom besproken vrouwen kwestie en werpt een schel licht over de on volkomenheid der wetten betreffende de rech ten van man en vrou«en ten opzichte van de echtscheiding. Een korte schets van den inhoud vinde hier een plaats. Eugenie Waldeck, eene ongelukkig gehuwde vrouw, die door haren man, een egoïstisch, laaghartig persoon, wordt getyranniseerd en getreiterd tot krankzinnig wordens toe, ont vlucht, na hevige huiselgke scènes en nadat haar man haar, in een bui van dronkenmans opgewondenheid en gedreven door de boop op een voordeeligen koop, door een zijner vrien den, den hotelhouder Steffens, een ouden viveur, heeft willen doen kussen, in een vlaag van wanhoop haar woning en keert terug tot hare ouders. Deze, de gepensioneerde post-ambtenaar Kolb en zyne vrouw, die, met hunne ouderwetsche ideeën van huwelgkstrouw en liefde, zich altijd voorstelden, dat Eugenie met haren rijken man per se gelukkig moest zijn, keuren hare handelwijze ten strengste af en doen al bet mogelgke om baar van eene echtscheiding te weerhouden. De advokaat van Eugenie, de jonge Ebeling, die in 't begin van 't stuk een amourette heeft met het jonge hoteliers-vrouwtje, Susanna Steffens, en die optreedt als een verdediger van de rechten der vrouw, wendt al zyne rechtsgeleerde kennis aan om voor Eugenie echtscheiding te verkrijgen, of ten minste het recht dat zg vrg vau haren man zal mogen leven. De wetten evenwel verbieden het. In haar ongeluk vindt Eugenie een troost in de liefde van de vroolgke 15-jarige Kilthe, de dochter van haar vriend, den architect Lukas. Deze laatste, die in het stuk een sympathieke rol speelt, brengt de ongelukkige vrouw in twee strijd, door haar voor te stellen eene tweede moeder voor Kathe te worden, en zij bekent hem, dat zy niet alleen zijne dochter maar ook hem lief heeft. Deze bekentenis, waarover zij dadelijk weer berouw gevoelt, wordt baar later verweten door haar man, die hierin een wapen meent te vinden om baar weer aan zijn wil te onder werpen. Eindelijk wordt zij tot het uiterste gedreven, en onverschillig voor de gevolgen, verbreekt zij de boeien, die haar aan haar man ketenden, en verbindt zich met Lukas, den man dien zg bemint en die getoond heeft baar lief te hebben. Dit tooneelspel, dat als tendenz-stuk meer waarde heeft, dan wel als kunstwerk, werd door de verschillende spelers goed weergegeven. Henri Poolman was als Rudolf Waldeck, een huistyran, die echter steeds lief is tegenover de buitenwereld, uitmuntend. In mevr. Mul derRoelofszen, als Eugenievond hij eene zeer goede partner. Haar zouden wij echter, heel in 't laatst wel wat minder klagend ge- wen8cht en wat resoluter hebben willen zien optreden. De heer Frits Bouwmeester en mevr. Pool manHugsers gaven zeer goed het eenvoudige echtpaar Kolb weer. Bij 't wynproef-partgtje in 't tweede bedrijf vooral wist Bouwmeester de lachspieren in beweging te houden. Mej. Staas was als Kilthe een aardig bak- viscbje, dat vlug en vrooiyk haar lieve, harte- lgke rol speelde. .Tammer dat haar vader, de heer Mulder, niet in vlug- en losheid een wei nig het voorbeeld zijner dochter volgde, want boewei bjj zijn orgaan en stembuiging zeer tot zyn voerdeel heeft, zoo laat zgne houding op het tooneel nog al veel te wenschen over. De heer Holkers en mej. Wertwgn vervulden hunne bescheiden rollen goed en met groote ambitie, evenals de heer Morriën, die evenwel in zgn vrij saaie rol van advocaat geene gele genheid had zich in zijn volle kracht te toonen. Wanneer wy nu ook nog het aardige, brutale, dus ook weer moderne dienstmeisje genoemd hebben, welke rol aan mej. G. Faassen ten volle was toevertrouwd, dan kunnen wij hier mede ons tooneelpraatje afbreken. Eéne opmerking, aan het adres der zaal directie, moet ons echter nog van 't hart. Laat zg toch het eindigen der pauze beter aan kondigen in de rookzaal en de corridors. Daardoor zal het hinderlgke binnenkomen onder het spelen vermeden worden. RECHTSZAKEN. Arrondissements-Rechtbmk te Middelburg Heden, Vrgdag, deed bovengenoemde recht bank uitspraak in de zaak tegen G. W.,57j., onderwgzer aan de Christelgke school teWis- sekerke (Camperland), beklaagd van het plegen van ontuchtige handelingen met eene minder jarige, en tegen wien door het openbaar mi nisterie 9 maanden gevangenisstraf was ge- eischt, met ontzetting van het ambt als onder wijzer. Beklaagde werd vrijgesprokenen wel op grond dat de rechtbank de door den be klaagde voor den kantonrechter te Goes afgelegde bekentenis wel niet ontzenuwd acht door zyne ter terechtzitting gedane opgaven en mitsdien die bekentenis aanneemt, doch dat zij deze niet voldoende bevestigd acht door de ter terechtzitting buiten eede afge legde verklaring van de tienjarige Sara Imanse, tegen wie de beklaagde te laste gelegd is het misdrijf gepleegd te hebben, of door de ver klaringen der onder eede gehoorde getuigen, en dat mitsdien het wettig bewys in deze niet is geleverd. Voorts zgn veroordeeld wegens huisvredebreuk en mishandeling: A. B.,35j., klompenmaker, HeinkenBzand, tot 14 d. gev. straf diefstal: B. J. d. J., 16 j., koewachter, Ste- kene (België), thans alhier in hechtenis, tot 2 m. gev. straf, met minderiDg van den tgd, in verzekerde bewaring doorgebracht, en W. F. S., 12 j., slagersjongen, VlisBingen, tot 1 m. gev. straf, en A. C. v. B., 12 j., zonder beroep, Ellewout8dijk, tot f 5 b. s. 5. d. b, verstoring der orde door dronkenschap en wederspannigheidP. M., 42 j., timmermans knecht, Kruiningen (Hansweerl) tot f 3 b. s. 3 d. b. en 14 d. gev. straf strooperj: T. M., 21 j., bakkersknecht, en C. B., 22 j-, schildersknecht, Domburg, ieder tot 7 d. gev. straf; en mishandeling: J. F. d'H., 22 j., arbeider, Boschkapelle, tot 1 m. gev. straf. ONDERWIJS. Aan de leeraren in de Geschiedenis aan de H. B. scholen met vgfjarigen cursus is door de heeren N. D. Doedes en Herman Snyders, leeraren aan de R. H. B. scholen te Leeuwarden en te Middelburg, een uitvoerige circulaire gezonden, waarin zg hun gevoelen kenbaar maken over de inrichting van het historisch onderwgs op de drie laagste klassen van die inrichtingen. Deze circulaire is ook gezonden aan alle leeraren in de geschiedenis aan de H0 B. scholen met driejarigen cursus, aan de leeraressen in Geschiedenis aan meisjes-Burgerscholen en aan alle directeuren en directrices van H. B. scholen met vgfjarigen cursus. Tot directeur van de spaarbank van het Ned. onderwijzers Genootschap is herbenoemd de heer A. L. Roest, tot commissaris van de levensverzekering-maatschap pg de heer H. Bonman en benoemd tot lid der hoofdcom missie van het ondersteuningsfonds de heer G. J. Lubbers. Verschillende Berichten. Door den heer C. C. van Rysbergen, se dert 1883 directeur der gemeentewerken te Dordrecht, is tegen 1 April, of zooveel later als mocht gewenscht worden, eervol ontslag verzocht. De majoor H. G. J. Swaving heeft het bevel aanvaard over de lie afdeeling van het le reg. veld-art. te Amersfoort. De Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen zal binnenkort een nieuw tarief voor abonnementskaarten voor werk lieden invoeren. Door het bestuur der Vereeniging tot ver betering van den maatschappcljken en den rechts toestand der vrouw in Nederland is den minister van binnenlandsche zaken verzocht, dat voort aan ook aan de vrouw eene plaats in het toezicht van rgkswege op het lager onderwy's worde toegekend. Te Rotterdam is op de Blaak aan een kantoorlooper een portefeuille met f 5C0 ont stolen. Aldaar sloegen Woensdag drie half beschon ken bootwerkers nit louter moedwil den in ventaris kort en klein in een bierhuis, waar zij ruzie hadden gekregen. Bovendien mishan delden zij nog de huishoudster vanden houder- van het bierhuis en verwondden haar. Er wordt eene strafvervolging tegenhen ingesteld. Te Alfen a/d Rijn heeft brand gewoed in het gebouw der Martha-stichting. De oorzaak is onbekend. Gelukkig heeft niemand eenig letsel gekregen. Verbrand zijn het magazijn en de werkplaatsen met kleederen. Het ver brande was niet verzekerd. Te Veenhuizen brandden twee woningen afde brand ontstond door het omvallen van een petroleumstel. Een in een slaapkamer staande kachel, waaruit zich kolengas ontwikkelde, kostte aan twee gebroeders te Schoonhoven bijna het leven. Hunne moeder, die niet begreep waarom ze zoo laat opstonden, begaf zich naar hun slaapkamer en vond beiden bewusteloos, ter wijl ook de hond voor dood in de kamer lag. Nadat geneeskundige hulp was ingeroepen kwamen beiden personen wêer by. Te Amsterdam is dezer dagen bet klinkt ongelooflgk met een joDge weduwe getrouwd een persoon, die, den 16 Juli 1873 geboren, als meisje was aangegeven en al die jaren ook in kleeding enz. daarvoor was door gegaan. Nabij Laren is een schoenmaker uit Hil versum, tevens gepensioneerd Indisch ambte naar, door de Gooische stoomtram overreden en kort daarna overleden. Hij was te Laren getracteerd geworden, en is vermoedelijk in eenigszius benevelden toestand op de rails ge vallen. De machinist heeft zooveel mogeiyk geremd, doch de afstand was te kort. Te Uithuizen wondde bg eene vechtparty tusschen twee schooljongens de een den ander zoo met een mes, dat de knaap niet buiten gevaar is. De dader is aangehouden. Te Wildervank zag iemand iets dryven in de z. g. wijk. Toen het op het droge was gebracht, bleek het te zijn het lyk van zgn eigen dertig jarigen zoon. In de afgeloopen maand zyn uit Neder land langs hot grensstation Eeschen naar België verzonden 908 waggons vee, tegen 803 wag gons in November 1897. De totale uitvoer bedroeg 8464 stuks vee, ter waarde van ruim f 750.000. In vele landen bestaat een belasting op de aanplakbiljetten. Geschilderde aankondi gingen op muurvlakken waren tot heden vrg, maar in België wil de regeering deze onge lijkheid opheffen. Een rijke AmerikaaDsche, die te Pary's woonde, is te Londen om het leven gekomen door een ongeluk met een automobiel. By de opening van haar testament bleek, dat zij baar vermogen, dat wel tien miljoen francs bedraagt, heeft vermaakt aan de te Parys bestaande nachtverblijven voor dakloozen. De familie betwist de geldigheid van het testament. De sirdar Kitchener richt zich tot het publiek voor de bijeenbrenging vaneen fond», groot 100,000 pond sterling, voor de Gordon Memorial College in Karthoem. Koningin Vic toria verklaarde zich bereid als protectrice op te treden, de prins van Wales en Salisbury zegden reeds steun toe. Aan een maaltyd in de Royal Society deelde Kitchener mede, dat in enkele dagen reeds 40,000 pd. st. was ontvangen. Op het kerkhof te Highgate worden toe bereidselen gemaakt voor de opening van het graf van Charles Druce. Daaromheen wordt zelfs een schutting gebouwd, waarachter op lOdezer, des ochtends te elf uur de opening zal plaats hebben. De weduwe Thomas Druce blijft zich verzetten. Bij Reichenberg (Bohemen) ontstond brand ten huize van een timmerman. Deze ging naar boven osu zijn beide slapende kin deren te wekken. Maar hij kwam met beide kleinen, meisjes van 6 en 7 jaar, om het leven, Te Triëst spreekt men van een nieuw uitgevonden rem voor schepen, welke snel werkt en aanvaringen bijna onmogelijk maakt. Ia Warschau viel de tooneelspeelster Alexandra Rakewitsch gedurende de opvoering van het drama Taborita plotseling dood neder. Van het tooneel af werd door den regisseur aan het zeer verschrikte publiek medegedeeld, dat de dood van de geliefde tooneelspeelster een gevolg van een beroerte was. Op Madagascar worden, evenals in Indië, de Europeanen door de pest gespaard. De gouverneur nam alle mogelijke voorzorgsmaat regelen, om te beletten dat repatrieerendon de ziekte naar Europa overbrengen. Uit een officieel rapport van de regeering der Kaapkolonie blijkt, dat door de toepassing van Koch's methode tegen de veepest 700,000 Btuks vee behouden bleven. In het zuidelgk deel van Groot-Namaland zijn vele diamanten gevonden. Reeds vroeger was daar zoogenaamde biauwaarde gevonden, welk in den regel op de aanwezigheid vau de kostbare steenen wijst. Dr A. Kuyper sprak Zaterdag 12 November, te Chicago in de Congregational Collegevoor hoogleera ren, studenten en genoodigden over het veld winnend ritualisme, als lijnrecht tegen het be ginsel van bet Calvinisme gekant. Des Zon dags was bij de gast van den voorzitter van de Holland Society. Dinsdag sprak hg te Cleveland, Ohio, daartoe door de reetoren van alle colleges in Ohio uitgenoodigd, over de politieke beginselen van het Calvinisme, na in een korte voorafspraak de leden der vier Hol- landsche kerken aldaar te hebben toegespro ken. Donderdag bezocht hij de Niagarafalls, en Vrijdag sprak hg te Rochester (NY.) voor de Colleges Womenclub, met de hoogleeraren uit Rochester als gasten, over het onrecht, door Motley in zijn Barnevelt, aan het karak ter van prins Maurits en in geheel zijn be schouwing van onzen opstand aan het Calvi nisme aangedaan. Zaterdag bezichtigde hij, te Rochester, de nieuwe stemmachine, bij de jongste verkiezingen aldaar voor het eerst gebezigd, een machine die uitmuntend voldaan heeft, en zoowel het geheim der stemming waarborgt, als onverwijld na afloop, den uitslag der stemming aaBgeeft. Daarna keerde hij naar New-York terug. Dr Kuyper zal in de eerste helft van De» cember, van New-York uit, de terugreis on dernemen. (Stand.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1898 | | pagina 2