n
MIDDELBURGSCHE COURANT.
Maandag
7 November.
N°. 263.
141° Jaargang.
1898
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van 35on- en feestdagen.
PrÜ8> P®r kwartaal, *oowel voor Middelbar gals voor alle plaatsen in Nederland franeo p.p., ƒ3.-
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 5 Nov. 8 u. vm. 48 gr. 12 u 42 gri,
av. 4 o. 40 gr. F. Verw. W. wind.
Advertentie voor het eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór één nor
aan het bnreau bezorgd zijD.
Advertentfén: 20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten «a
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel moer 20 oent. Reclames cent per regel
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
AdvertentiSn bij abonnement op vooideelige
▼oorwaarden. Prospectuseen daarvan zijn gratis
aan het bureau te bekomen.
Agenten.
Te 's GravenhageDe Gebr. Belinfante te
Amsterdam A. be La. Mar Aze.
Middelburg 5 November.
Brieven van een Hagenaar.
Dezer dagen verscheen in eene courant, de
Zutphensche zoo ik niij niet vergi8,eene beschou
wing, waarover ik eerst de schouders op-
baalde, maar die my bij nader inzien en over
denken toch niet onjuist gedacht toescheen. Zij
betrof het verslag van de Staatscommissie over
de pensioenverzekering met zijn aanvankelijk
veelbelovenden, maar ten slotte, wegens
vervaarlijk dissoneerend slotaccoord, teleur
stellenden inhoud. Dezelfde reden, die Richard
Strauss heeft om zijn Also sprach Zarathustra
met e9n onopgelosten dissonant te eindig
hadden de heeren van de Staatscommissie, want
ook zij zochten en zochten, doch konden niet
vinden wat ze zochten, evenals de Indische
filosoof. Het merkwaardige van hun geval was
echter, en op deze omstandigheid liet de schrij
ver der bedoelde beschouwing de aandacht val
len, dat zij, al zoekende en niet vindende,juist
hetgeen ze zochten in handen hebben gehad
maar 't weer hebben weggeworpen, omdat ze
zich van het op te sporen voorwerp eene andere
voorstelling hadden gemaakt.
De Staatscommissie had tot taak de moge-
lybheid te onderzoeken van de verzekering
van werklieden en daarmede gelijkgestelden,
dat wil zeggen van die zeer bveede klasse der
bevolking wier levensavond na harden arbeid
altoos in zorg en kommer, niet zelden in ar
moede en gebrek gesleten wordt, en, zoo
die mogelfk achten, een wetsontwerp tot het
invoeren ervan op te stellen. Nu antwoordt
zij, niet dat zoodanige verzekering mogelijk,
maar „raadzaam" is, en voegt geen wetsont
werp bij haar verslag omdat er verder in haar
midden verschil van gevoelen bestond. Zóo
motiveert zij zelf de slotsom van het inderdaad
hoogst belangrijk rapport. Doch wie dit stuk
met aandacht leest, vindt er heel wat meer in
dan een betoog van de „raadzaamheid", zegge:
theoretische wenschelijkheid van de bedoelde
verzekering alleen, die wordt ook niet getrof
fen door een zoodanig verschil van gevoelen,
dat het uitwerken van, door de groote meer
derheid vastgestelde punten van regeling on
mogelijk maken moest. Overal waar denkende
mannen, die iets anders zijn aan marionetten,
door een leider bestuurd, met een ernstig doel
bijeen zijn, zal men verschil van gevoelen vin
den dat zich ten slotte in eene meerderheid
en eene minderheid openbaart; en wanneer
eene Staatscommissie, voor welk onderwerp
ook ingesteld, alleen voorstellen mocht doen
wanneer ze éénstemmig was, zou het goed-
kooper en eenvoudiger zijn nimmermeer der
gelijke commissies te benoemen immers de
punten, waaromtrent alle deskundigen het
in eenige kwestie eens zijn, behoeven niet op
zoo omslachtige wijze geconstateerd te worden.
Deze Staatscommissie heeft wel degelgk de
mogelijkheid van de verzekering tegen ouder
dom en invaliditeit onderzocht, en aanwezig
bevonden. Zoo niet op vaBte wiskunstige
grondslagen, omdat aangaande de invalidi
teit, anders dan door hoogen leeftijd ontstaan,
geen vaststaande gegevens te vinden zijn,
maar op motieven van groote probabiliteit
heeft de commissie geconstateerd dat zooda
nige verzekering mogelijk is op de volgende
hoofdvoorwaarden (want de détails laat ik
ter zyde, om den lezer niet te vermoeien)lo
dat de werkman op zijn 16e jaar beginne pre
mie te betalen2o dat de premie-betaling ver
plicht zij3o dat de patroon of werkgever eeD
alterum tantum betale; 4o dat de Staat het
beheer van deze verzekering op zich neme
(waarvan de kosten op ongeveer een halfmil-
lioen in het jaar te stelles zijn). Derhalve
kan de eigenlijke assurantie tot stand komen
zonder subsidie van den Staat,zichzelfbedrui-
Met geheim ras eea graf sn ees
o&dsraardse&e weslag.
Een ware
De werkelijkheid is dikwerf geheimzinnige)
dan de verbeelding. Met deze woorden vangt
zoo menig voortbrengsel eener rijke verbeel
dingskracht aan.
En al zal nu zoowel de titel van het hier
volgende verhaal, als de plaats welke het ii
onze kolommen krijgt, doen vermoeden dat
het een vertelsel is van Sherlock Holmes, den
beroemden speurder, wy verklaren alles wat
wy schrijven voor volle waarheid, ontleend
de verslagen van een proces, dat gedurende
maanden voor den Engelschen rechter werd
gevoerd.
pende naar de regelen van bet assnrantiewe-
zen ziedaar bet belangwekkend en heugelijk
resultaat van dit onderzoek van welken ernst
en zorg elke bladzijde van het verslag de be
wijzen geeft, cijfers van premiën en pensioen
noem ik hier niet; in kat verslag kan ieder
belangstellende die vindengenoeg zij 't te ver
melden dat de eerste niet te hoog en de
tweede niet te laag zijn.
Toch is de commissie vastgeloopen op de
hooge kosten. Maar, zooals in de bedoelde
beschouwing duidelijk werd gemaakt, die kos
ten betroffen niet het pensioenfonds (om't zoo
eens te noemen) zelf, maar de vele millioeneD,
die de Staat zou hebben te betalen, indien hij
giDg suppleeren wat noodig zou zijn om aan
werklieden, die nu al ouder zijn dan zes
tien jaar en dus niet in het pensioenfonds
kunnen opgenomen worden dan tegen de be
taling eener verhoogde premie, die boven hunne
krachten gaat dat is ongeveer de geheele
actueele arbeidersbevolking in ons land
hetzelfde pensioen bij invaliditeit of ouderdom
te verzekeren. Een maatregel van overgang
dus, die vijftig jaren duren zou, en die
schouwd wordt als een noodwendig gevolg of
aanhangsel van de eigenlijke pensioenverzt
ring, die eerst in de toekomst zou werken,
Is deze beschouwing juist? Ik betwijfel het.
Worden al de tegenwoordige werklieden op de
beschreven wijze in de verzekering opgenomen,
dan is dit toch, zooals de schrijver, aanwien
ik ontleen, opmerkt, niet veel meer dan eene
schijn-verzekeringde lage, voor den zestien
jarige voldoende premie is voor den oudere
ten eenemale onvoldoende om hem recht op
pensioen te bezorgen, ea wat de Staat daar
ij legt is ondersteuning opdat de man niet
tot armoede zou vervallen. Is het niet onbil
lijk jegens de belastingschuldigen, telken jare
ettelijke millioenen te besteden voor zulk eene
ondersteuning, waarvoor geen ander motief is
aan te voeren dan bf medelijden met de onde
ren, die nu reeds, hetzij door hunne betrek
kingen, hetzij nifc openbare of particuliere
liefdadigheidskassen worden ondersteund, öf
de valsche redeneering, dat men, door de in
stelling van deze verzekering die eerst in hare
volle werkiDg ban treden voor het thans op
komend geslacht, aan de toekomst eene onschat
bare weldaad bewijzende, in billijkheid ook in
de behoeften der tbans levenden behoort te
voorzien
De instelling, waarvan de commissie ten
slotte de „raadzaamheid" erkende, hoewel zg
de bestaanbaarheid ervan in bijzonderheden
aangetoond had, verdient juist daarom zooveel
sympathie, omdat zij op gezonde beginselen
steunt. Waarom dan niet begonnen met haar
in het leven te roepen, en dus te decreteeren,
dat na eene halve eeuw geen enkel werkman
in Nederland meer behoeft bezorgd te zijn voor
de ellende van den ouden dag? Men is nooit
teruggeschrikt voor het opleggen van lasten
aan de belastingschuldigen van het levend ge
slacht voor werken en ondernemingen, die eerst
aan een volgend geslacht hunne volle produc
tiviteit zullen toonen; laat men nn den moed
hebben aan het opkomend geslacht de ver
plichting op te leggen te zorgen voor zyn eigen
ouden dag, zonder afhankelijk te zijn van de
openbare of bgzondere liefdadigheid, zonder
het genadebrood van nabestaanden te eten,
zonder bedeeling te trekken van den Staat.
Het rapport van de Staatscommissie toont aan
dat de wetgever thans in de gelegenheid is te
doen, wat de oude Latijnsche dichter, door
Cicero aangehaald, noemdeboomen planten,
waarvan eene volgende eeuw de vruchten zal
genieteniedere dag, die met wachten voorby
gaat, geeft een verlies, dat nimmer te her-
Mij dunkt dat de regeering in het rapport
der Staatscommissie materiaal in overvloed
vindt tot de samenstelling van een wetsont
werp tot invoering van de verplichte verzeke-
Wij behoeven zelfs niet te spreken van het
jaar 18**, maar kunnen dag, maand en jaar
invullen. Den 2en November 1898 heeft hot
LondeDSche hof van appèl last gegeven tot
het openen van het graf, waarin sinds 1864
Charles Druce heet te rusten.
En als dat graf geopend is in tegenwoor
digheid van den Coronervan een magistraat
van Queens Bench en van verschillende advo
caten, en als hun onderzoek j is afgeloopen,
dan zal het publiek wel meer van deze z
booren, genoeg in elk geval om te weten, wat
er van zooveel duistere en vreeselijke verhalen
waar is.
Een paar dagen voor bet einde van het jaar
1864 werd te Londen op de gebruikelijke
wijze aangegeven, dat in een woning aan
Bakerstreet aldaar, aan de gevolgen eener be
roerte was overleden de heer Charles Druce,
oud 50 jaar, echtgenoote van Anna Maria
ring tegen ouderdom en invaliditeit. Dat ze
dan onderneroe wat de Staatscommissie heeft
nagelaten en zulk een wetsontwerp make en
indienen. Maar ook in een tweede opzicht
ze het voorbeeld van de commissie niet moeten
volgen. Zij late de ondersteuning van Staats
wege voor hen, die buiten de reëele verzeke
ring vallen, die onder zijn dan zestien jaar,
rustenzoo wordt de verwarring vermedeo
waarin de commissie is vastgeloopen zoo blijft
de zaak der verzekering zelve van vreemde bij-
mengselen vrij, de assurantie, door premiebeta
ling wordt niet door het liefdadigheidsargument
gedenatureerd. Achten de Kamers deze onder
steuning noodig voor het tijdperk van overgang;
zien zij feaus de millxoenen daarvoor te vinden
weten zij er raad op eene of andere schikking
tot stand te brengen met de armbesturen en
lieidadige instellingen, die tegenwoordig in
bet lot der bejaarde armlastigen voorzien, en
daaraan zeker niet minder ten koste leggen
dan de offers, welke die ondersteuning, volgens
de schatting der Staatscommissie van den
Staat ei8chen zou, zooveel te beter. Zijn
de Kamers daartoe niet bij machte, en
houden zij deze ondersteuning voor zóo
billijk en zóózeer aan de verzekering van
het opkomend geslacht vastgeknoopt, dat
zij deze laatsten zouden verwerpen om de
financieele onmogelijkheid van de eerste, dan
is althans de Regeering verantwoord. Zulk een
eindresultaat zou ik betreurende wetgever
zou daardoor toonen, buiten staat te zijn tot
een daad van hooge moreele beteekenis, het
zorgen voor de nakomelingschap, door haar
de les van de zelf hulp te leeren. Ook al is
hij niet in staat in de behoeften en wenschen
van het oogenblik naar hetzelfde gezonde be
ginsel te voorzien, dit mag geen motief zijn
om de bereikbare, heilrijke toekomst aan het
heden op te offeren.
Den Haag, 3 November 1898.
BEWOEMIN «KJ* E7TZ.
By kon. besluit
is de vice-admiraal G. Kruys, op zijn ver
zoek, op pensioen gesteld, onder dankbetuiging,
en het bedrag van het pensioen bepaald op
f 4664 'sjaars;
is bevorderd tot vice admiraal de schout
bij-nacht F. K. Engelbrecht;
is aan H. J. Kalt, op zyn verzoek, eervol
ontslag verleend als bureelambtenaar van den
rijkswaterstaat lste kl.
ÜIT STAD EN PROVINCIE.
Men schrijft ons:
Ingevolge ministerieele aanschrijving is het.
sedert 1 dezer aan spoorwegmaatschappijen
verboden rundvee naar België te vervoeren
zonder deskundige verklaring, dat het vee vrij
is van besmettelijke ziekte. De vraag is gewet
tigd of de minister daarbij gedacht heeft aan
invoer op andere wijze dan per spoor, bgv. te
voet, per vaartuig of tram.
De bedoeling van den maatregel zal toch wel
zijn elk stnk rundvee te weren, waarvan geen
gezondheidsverklaring wordt overgelegd. En
de aanschrijving, gericht tot de burgemeesters
in Prov. blad no. 126, gewaagt alleen van in
voer per spoor
Weder is verschenen een door den
gemeente ontvanger, den heer M. Fokker, be
werkte statistiek der gemeente Middelburg,
thans over 1897.
Evenals vroeger, vindt men daarin op een
viertal folio bladzijden, dus in een zeer klein
bestek, tal van opgaven, de huishouding der
gemeente rakende, waardoor men, zonder lang
zoeken, zich van verschillende zaken met een
oogopslag op de hoogte stellen kan.
Een der winkeliers te Middelburg
vond heden in zgn lade een kwartje, dat alle
teekenen droeg van valsch te zijn.
leu zy dus op zyn hoedel
Druce en vader van Walter Thomas en George
Sydney Drnce.
Hoewel by deze aangiite geen genees
kundige verklaring of andere bewijsstukken
werden overgelegd, nam de daarmede belaste
ambtenaar de aangifte van overlijden naar En-
gelsch gebruik in ontvangst.
Maar al waren er geen andere papieren, er
was wel een testament, waarin volkomen in
den wetteiyken vorm aan de weduwe een jaar
geld van 2000 pd. st. werd verleend, en waarbij
de oudste zoon Walter Thomas tot universeel
erfgenaam werd benoemd.
Deze huwde met een weduwe, die hem een
stiefzoon ten huwelijk bracht, en overleed in
1880, zonder eigen kinderen, terwijl hij zijn
fortuin aan zgn vrouw achterliet.
Vóór eeBige maanden, dus 18 jaar na den
dood van haar oudsten zoon, eischte de weduwe
van CbarleB Thomas Druce voor haar zoon,
Maandag zal in Middelburg dejaar-
lyfcsche collecte plaats hebben voor de oud
strijders.
Wij vestigen op de daaromtrent in dit nom-
mer voorkomende kennisgeving de aandacht
van het publiek.
De burgemeester van Oost- en West-
Son burg ontving heden een schrijven van
den secrotaris der afdeeling „Antwerpen" van
bet Willem-Fonds, waarin wordt medegedeeld
dat eenige vereerders van Philip van Marnix
van St. Aldegonde voornemens zijn op 15
December a. s. eeno lauwerkrans te komen
neerleggen op het gedeukteeken te West-Sou
burg.
Tevens wordt in dit schrijven gevraagd of
het gemeente-bestuur van Souburg zich by die
betooging zou willen aansluiten, om dan ge
zamenlijk de plechtigheid te regelen.
De kommiezen bij 's rijks belastingen P.
M. A. van den Brandt te Vlisaingen (atad\
J. van Rooié te Heinkenszand, J. de
Bruijne Az. te Goes zijn bevorderd van de
tot de le klasse, en W. C. van de Putte
te Vlissingen (stad) van de 3e tot de 2e
Te Waarde bad heden een zeer treurig
ongeluk plaats. Een knaap werd door een
met bieten geladen wagen overreden hy was
direct dood.
Te Borsele lootte Donderdag de derde
zoon van een ingezetene vrij voor de militie,
evenals zijn twee andere broeders. Zooals zijn
oudere broeder, trok ook hij nommer 10.
De klompenmakers in Zeeuwse h-
Vlaanderen (O.-D.) willen een bond oprich
ten hoofdzakelijk tot gezamenlijken aankoop
van Russisch bout. Dit moet na genomen
proeven even goed gebleken zijn als bet inland-
sche, terwijl de prijs ervan ongeveer een vierde
deel bedraagt van den prijs, die tegenwoordig
voor het hout in die streken wordt betaald.
Door den bisschop van Breda is benoemd
tot kapelaan-assistent te St. Jansteen de
heer Th. Buysrogge, priester van het seminarie.
Tot postbode te G r o e d e, is tegen 1
Dcc. benoemd A. Verboom te Kloetinge.
Stukken van den Gemeenteraad van
Middelburg.
Door de commissie voor het ontwerpen van
•erordeningeD, tegen wier overtreding straf is
bedreigd, is aan den raad ingediend een ontwerp
verordening tot wijziging der verorde
ningvan algemeens plaatselijke
politie.
Die wijzigingen vinden haren-grond in de
groote verbeteringen, niet alleen van het riool
stelsel, welke binnen korten tijd zullen zijn tot
stuud gebracht, maar ook in de zoozeer verbe
terde wijze van ruimen van beerputten en in
het steeds ruimer wordend gebruik van duin
water sedert 1892.
De voornaamste wijzigingen zijn, dat elk ge
bouw zal moeten voorzien zijn van een of meer
secreteD, ingericht als hieronder is bepaald.
Artikel 96 wenscht de commissie te lezen
als volgt:
Het is aan ieder, die reeds vóór het inwer
king treden der Hinderwet eene bewaarplaats
van ontplofbare stoffen, bedoeld bij de wet van
April 1884 Staatsblad no 81) had, ver
boden
daarin eene grootere hoeveelheid ont
plofbare stof te hebben dan vijftig kilogram;
de bewaring daarin anders te doen ge-
ieden dan in eene afgesloten ruimte, op de
deur voorzien van een opschrift, waaruit blijkt
voor welke ontplofbare stof de bewaarplaats
dient
c. de bewaarplaats te openen tusacheo zons
ondergang en zonsopgang
in het vertrek ot op den zolder of de
George Sydney, het vaderiyk erfdeel op. Tot
rechtvaardiging van dezen eisch voerde zy aan,
dat haar gemaal niemand anders was dan de
hertog van Portland in eigen persoon, dat
Charles Druce niet in 1864 maar eerst in 1878
was gestorven, op zijn eigen Kasteel en onder
zijn eigen naam.
Wat in 1864 was gebeurd, was een vertoo
ning geweest. Er was niemand begraven en
men had een kist naar het kerkhof gebracht,
waarin zich verschillende looden voorwerpen
bevonden, tot een gewicht dat met dat van een
gewoon mensch overeenkwam.
Op grond van dit alles eischte de moeder
van George Sydney voor deze het vaderlijk
erfdeel met den titel en de majoraatsrechten
van het hertogdom Portland op.
Wat natuurlijker dan dat de weduwe van
Walter Thomas Druce tegen deze vordering
opkwam, en baar rechten op de nalatenschap
vliering, waar zich de bewaarplaats bevindt,
te stoken, licht te branden, te rooken, of
aldaar licht ontvlambare stoffen te hebben;
e. in de bewaarplaats tevens te bewaren of
voorhanden te hebben slaghoedjes, metaalpa
tronen of gekleurd Bengaalsch vuurwerk."
Artikel 111 als volgt:
„Het is verboden de faecaliën der secreten
op andere wijze te bewaren, te verwijderen of
te doen verwijderen dan
lo. door middel van tonnen. Voor elk
secreet moeten twee tonnen voorhanden zijn,
gemaakt volgens een door burgemeester en
wethouders goedgekeurd, aan het kantoor van
den gemeente-bouwmeester voorhanden model
en van een door burgemeester en wethouders
vast te stellen waarmerkteeken voorzien;
2o. door middel van eenig riool, dat deel
uitmaakt van hot riolennet in den rioolwater
gang, naar Veere uitloopende;
3o. door middel van eenen waterdichten
beerput;
4o. door middel van eenen reeds in 1892
bestaanden doorzijgenden beerput, waarvan
blijkens door burgemeester en wethouders
afgegeven schriftelijke verklaring het bestaan
en de ligging bekend zijn.
De beerputten mogen niet in verbinding staan
met eenig in kaai, gracht of vest uitloopend
kanaal.
Burgemeester en wethouders zijn ten allen
tijde bevoegd aan het gebruik van beerputten
zoodanige voorwaarden te verbinden als zij
noodig achten tot waarborg tegen misbruik."
Van de afd, Walcheren der Vereeniging voor
vrouwenkiesrecht is een adres van adhesie in
gezonden aan het adres der afd. Middelburg
van de Sociaal-democratische arbeiderspartij,
betreffende het verstrekken van voeding en
kleeding aan kinderen, die de scholen voor
onvermogenden bezoeken.
Van K. le Cointre is een verzoek ingekomen
om een subsidie van f 75 voor de uitgave
van een jaarboekje, in den trant van den laat
stelijk in 1894 verschenen Middelburg sche Naam-
wijzer.
Naar aanleiding van het adres van den
Middelburgschen Bestuurdersbond omtrent het
opnemen van bepalingen omtrent minimum-loon
en maximum-arbeidsduur bij aanbestedingen
van gemeentewerken, stellen bnrg. en weth.
voor, evenals de raad den lOen Nov. 1897
deed, afwijzend op het verzoek te beschikken.
Van L. P. de Rijke te St. Laurens is een
adres ingekomen, waarin hij, wijzende op de
in den raad gevoerde besprekingen omtrent de
puinkwestie en het brengen van pnin op de
aardenwegen der gemeente, den raad in over
weging geeft een klein bedrae jaarljjks be
schikbaar te Btellen voor het verhoogen met
puin van rond de stad liggende wegen.
Wat betreft het voorstel van burg. en wetb.
tot het aanleggen van werken ter bevordering
van aanslibbing in het afgesneden
havenkanaal der v o o r m a 1 ig e Mid-
delburgsche haven zegt de meerder
heid der commissie van fabricage van oordeel
te zijn dat de aanbevolen proefneming overwe
ging verdient. IntuBschen vereenigt zich die
meerderheid in zoover met de minderheid dat
zij 'tmede zeer gewenscht zoude achten om,
nevens het tegenwoordige rapport, te zien
overgelegd een volledig plan van afsluiting
der haven door middel van bedyking met be
grooting van kosten. Immers dan eerst zal
het mogeiyk worden om te beoordeelen wel
ken weg de gemeente in deze het voordeeligat
kan opgaan. Zoolang echter dienaangaande
geene beslissing is gevallen, zou de meerder
heid der commissie de thans voorgestelde wer
ken, waarvan de kosten betrekkelijk gering
zijn, willen zien tot stand gebracht, opdat dan
van haar man deed gelden.
Zoo oppervlakkig zou men meenen, dat haar
kansen goed staan.
Immers een hertog van Portland, opper
stalmeester van koningin Victoria, is niet de
eerste de beste, die zoo maar verdwijnen kan.
Een onderzoek naar het leven van zulk een
man schijnt zelfs zeer gemakkelijk.
Maar in werkelijkheid is het anders. Het
leven en het bestaan van den hertog vau
Portland is zoo vol geheimzinnigheid geweest,
dat men voor een geheim staat, zoo ondoor
grondelijk, dat de vreemdste verhalen, welke
den hertog betreffen, een schijn van geloof
waardigheid krijgen.
En deze verhalen krijgen nog te meer betee
kenis, omdat de held er van iemand is, die een
inkomen had van 1200 pd. sterling per dag.
{Wordt vervolgd.)