MIDDELRURGSCHE COURANT. N°. 248. 141° Jaargang, 1898 Vrijdag 21 October. De*e courant verschijnt dagelijks, met uitzondering ran Son- en Foestdage», Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franeo p.p., Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. Thermometer Middelburg 20 Oct. 8 u. vm. 50 gr. 12 u 56 gr'. KV. 4 u. 52 gr. F. Yetw. Z. wiml. AdvertentiSn voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór één uur aan het bureau bezorgd zijn. AdvertentiSn: 20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 17 regels 1.50} elke regel meer 20 cent. Reclames cent per rogcl Groote letters naar de plaats die zij innemen. AdvertentiSn bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis aan bet bureau te bekomen. Middelburg 20 October. Evonals de beer G. A. Vorsterman van Oyen in ons blad herhaaldelijk deed, wijst de heer P. van Konijnenburg, voorzitter van de Friesche Maatschappij van landbouw, in de deze uitgaande Mededeelingen en Berichten erop, hoe weinig de zoogenaamde openstelling der Belgische grenzen voor het Nederlandsche melkvee te beteekenen heeft. Tweemaal 's maands slechts wordt het toegelaten, na tien dagen quarantaine, en het slachtvee moet nog altijd rechtstreeks naar het abattoir. En welke zekerheid is er, dat die halve openstelling van eenigen duur zal zijn vraagt hij tereoht, want die zekerheid bestaat niet. „"Nadat het mond- en klauwzeer in ons land heeft aangehouden, is, aldus herinnert hij, de parelziekte tot voorwendsel gebezigd om de grenzen gesloten te houden. Nu weer wordt fok- en slachtvee uitgesloten en aan den invoer van melkvee een zeer be zwarende quarantaine opgelegd. Vrij zeker zal, zoodra voldoende melkvee binnen is gelaten, onder een of ander voor wendsel opnieuw worden gesloten. Een besmet dier is te vinden Het op dit oogenblik in Limburg weer heer- schende mond- en klauwzeer, ofschoon uit België iügesleept, vrij zeker tengevolge der gren8conventie, zal daartoe wellicht dienst moeten doen. Een halve openstelling, die eiken dag weer kan worden ingetrokken, helpt ons niet, maar veroorzaakt groote schade aan allen, die in het najaar vee moeten inkoopen." Grondbezitters, veehouders, ja aan allen, die den landbouw ter harte gaat, doet de heer Van Konijnenburg de vraag„moet deze toestand nog langer worden geduld?" Is Nederland dan weerloos tegenover eene natie, die onder schijn van vriendschap ons stelselmatig het bloed aftapt? Eerst invoerrechten op vee, toen op boter en kaas, daarna op beetwortelen, vervolgens verbod van vee-invoer uit beduchtheid voor mond- en klauwzeer, hoewel dit in eigen land in erge mate heerscht, nu weer halve sluiting voor tuberculose; ja zelfs, zooals dezer dagen ia gemeld, wordt in Overslag de invoer van melk naar het Belgisch gedeelte dier gemeente» alwaar de fabriek staat, geweigerd. Den schrijver komt het voor, dat het meer dan tijd is, dat tot represaille-maatregelen worde overgegaan en nu reeds worde begonnen met opzegging der overeenkomst omtrent het grens- veeverkeer. „Bij onze regeering worde nu reeds aange drongen op uitsluiting der uit België in Neder- MÜSIOALIA: Een niet geheel mijne bedoeling weergevende zin, voorkomende in *jjn overzicht van 17 dezer, wensch ik allereerst te rectificeeren. In de 5e bol. 5e al. staan deze woorden „Het daarop volgend overgangsgedeelte, dat, hoewel niet geheel, op fragmenten van het eerste thema ia gebouwd," enz. Voor de woorden „hoewel niet geheel" ge lieve men te lezen„weder ten deele." Het feestconcert, door de Vereeniging van Instrumentale Muziek Woensdagavond gegeven, was voor haar een groot en welverdiend succes. De concertzaal zag er recht feestelg k uit. De orkestruimte was smaakvol met bloemen en planten versierd en ook de estrade voor den directeur had door de vaardigheid en goeden smaak der drie damesmedewerksters van de „Instrumentale" een daarmede overeen stemmend aanzien gekregen. Dit laatste zeer zeker een heele aardige attentie aan hun directeur. Toen alle orkestleden voor de uitvoering van het eerste nommer gereed zaten, richtte de voor zitter van de Vereeniging voor Instrumentale Mu ziek, de heer A. W. Berdenis van Berlekom, tot den directeur, den heer Joh. Cleuver, eenige, van groote waardeering blijk gevende woorden, waarby hij o.a. eraan herinnerde, dat het vooral aan diens talent, ijver, toewijding en voorbeeld te danken was, dat de Vereeniging zoo lang had bestaan. Hij overhandigde hem tevens Namens de werkende leden van de Instrumen- Agenten. Te Terneuzen; M. de Jonge; te Rotterdam; ni36h van DlTMAK. land ingevoerde grondstoffen en materialen bij leveranciën aan het rijk en bij de van rijkswege te houden aanbestedingen, zoolang de grenzen niet formeel, dus ook voor fok vee en slacht vee, dat niet meer besmetting bij zich draagt dan melkvee, worden opengesteld. Nu reeds behoort te worden besloten producten der Belgische nijverheid door zware inkomende rechten te belasten, op den dag, volgende op dien, waarop onze landbouwpro ducten worden geweerd." Ten slotte spoort de heer Van Kongnenburg het Nederlandsch Landbouwcomité aan, om bij de regeeriDg „met klem en kracht" aan te dringen op maatregelen tegen België, als door hem worden aanbevolen. Dit is alles goed en wel. Maar waar is de grens vragen wij. Als wij den weg inslaan, dien de heer Van Konijnenburg gaarne bewandeld zag, dan vreezen wjj dat België op zijn beurt weer met represaille-maatregelen zal antwoorden. En wat zal dan het einde zijn van zulk een oorlog Dat de landbouw en de landbouwers niet gebaat zullen worden, maar dat met dezen handel en ng verheid eveneens de nadeelen daarvan zullen ondervinden. Dat is het gewone gevolg van dergelijke represaille-maatregelen. Wij begrijpen dat men daarop aandringt, i België voortdurend een loopje met ons neemt en telkens en telkens weer de belangen van onze veetelers schaadt. Maar een gunstig resultaat verwachten wij van dergelijke weder- zijdsche plagerijen niet. De groote vraag is maar wie hebben elkaar meemoodig: België: Nederland; of Nederland: Belgie? Daarvan hangt alles af. Zoo lang wij in deze niet tegenover België de overhand hebben, helpt al ons handelen in den geest van bet door den heer Konijnenburg geschrevene niets. Laat onze regeering trachten de Belgische te overtuigen van het onrechtvaardige van hare handelingen in dezevan het voor ons en ook voor een deel der Belgen onhoudbare vandeD tegenwoordigen toestand. Wij weten wel dat er reeds heel wat betoogd en geschreven isdat België zich dooi houdt voor onze gegronde klachtenmaar wij weten evenzeer dat het hierbij een uiterst moeilijke en voor ons land lastige kwestie geldt, die wij geen kans zien om langs den weg, door den heer Van Konijnenburg c. s. ons aange wezen, tot eene goede oplossing te brengen zonder benadeeling van nog meerdere belangen dan daarbij thans betrokken zijn. Uit het oogpunt van het algemeen be lang, blijven wij dat middel daarom nog altijd bedenkelgk tale vereeniging een prachtige lier van bloe men ter herinnering aan dit feestconcert. Het publiek gaf door applaus blijk met die hulde in te stemmen. En hierna ving het concert aan met Von Weber's Jw&eZ-ouverture. Is het op zichzelf al geen gewoon verschgn- sel, dat door een tachtigjarige bij de herden king van een tien jaren tellende vereeniging de muzikale feestrede wordt uitgebracht, nog zeldzamer wordt dat, indien dit, gelijk thans, op een ^nog zoo krachtige, van geestdrift tin telende wijze geschiedt. Van gelegenheids-composities is doorgaans te voorspellen dat zij leven cc que vivent les roses, Vespace Wun matin. Met Weber's tach tig jaren tellende Jubelouverture, die in 1818 voor een feestelijke gelegenheid getuige het God save the Queen als oorspronkelijk slot werd gecomponeerd, is dit zeer zeker niet het >val. Het was dan ook goed gedacht om met deze recht frissche en opgewekte feestouverture den concertavond te openen. Zooals ik reeds in mijn beknopt overzicht vermeldde, bewerkte de heer Cleuver voor deze gelegenheid het Oud-Wilhelmus als slot van deze ouverture. Dit nu miste zgn wer king op het talrijke publiek, dat dit slot staande aanhoorde, niet, en klonk dan ook werkelgk effectvol en plechtig. De ouverture zelf genoot, enkele minder ge lukkige oogenblikken der cello's daargelaten, een recht goede vertolking. Dit laatste valt ook van Brahms Symphonie te zeggen; en dat is geen geringe verdienste, TWKEDE HAMER. Io de zitting van Woensdag werd zooals in een deel der oplaag van ons vorig nommer nog is gemeld het aanhangige ontwerp In- dische mijnwet verdedigd door den minis ter van koloniën. Deze merkte op, dat de ontwikkeling vari Indië vordert voortzetting der onderzoekingen en ruime gelegenheid daarvoor, en nu beoogt het ontwerp verschaffing der zekerheid aan den onderzoeker op ontginning en wegneming der belemmeringen. Hij verdedigde het navolgen der mgnbouwwetgeving in Pruisen in hoofd beginsel. De critiek uit een juridiek en technisch oog punt overlatende aan den regeerinscommissaris, aaide de minister zich tot het economisch en financieel gedeelte. Allereerst is de vraag staats- of particuliere exploitatie? De minister is voor een gemengd stelsel gouvernements- en particuliere exploitatie, tot dusver op verschillende ondernemingen opium, zout, spoorwegen enz. toegepast. Uitbreiding der gouvernemets-exploitatie met gunstige mo- reele en financieele gevolgen wil ook hij, en daarom wordt het ingenieurscorps aangewend voor particulier onderzoek ten opzichte van watervoorziening op Java. Overigens laat deze wet het reserveeren van terreinen voor gouvernementsontginEiDg vril, zoodat de motie-Yan Kol daartoe niet noodig is. Hij verzekert dat de Indische regeering waakt tegen nadeelige gevolgen van aanraking tusschen particuliere exploitanten en inlanders. Hoewel die ontwikkeling baten oplevert, voor gouvernementsexploitatie is h6t ingenieurskorps te klein. Uitsluiting van particulieren zou vele bron nen van welvaart gesloten houden, terwijl de minister, met een beroep op de resultaten der mgnconcessiën, weerspreekt dat met particuliere concessiën schatten verdiend zijn. Particuliere ondernemingen moeten echter aangemoedigd worden. Naastingsrecht is niet noodig tot wering van vreemden invloed. De minister resumeerde zijn standpunt aldus: geen gouvernementsmonopolie voor mijnconces- 8iëD, maar voor den Staat voorbehouden van goede ondernemingen in den geest van die op Banka, zonder uitsluiting van particulieren. Is de motie-van Kol serieus, dan ontraadde de minister baar aanneming die de wet on mogelijk maakt. De regeeringscommisssris Loudon lichtte het ontwerp toe uit een technisch en juridisch oogpunt met het betoog dat er geen sprake is van onteigening^der rechten van de bevolking of van strijd met 't bestaande recht. De heeren Van der Zwaag, Pijnappel, De Savornin Lohman en Mackay voerden daarna nog het woord. Heden voortzetting. BENOESUP1UËN ENZ. Bij kon. besluit: is mejuffrouw J. G. Prins, directrice van het Wilhelmiua-Kinderziekenhuis te Utrecht, be noemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassau- zijn benoemdtot ontvanger der dir. bel. enz. te Tiel (buitengemeenten,) C. J. Tielenius Zulk een grootscb, van moeielijkbeden over vloeiend werk met een orkest, samengesteld uit ten deele dilettanten en musici, op die wijze ten uitvoer te brengen, dat dwingt respect af. Niet dat er geen vlekjes zouden zgn aan te stippen. Zeer zeker, doch de vertolking van het geheel, vooral van het Allegretto grazioso én Allegro non troppo, stond zoover boven bet middelmatige, dat ik een enkele minder geluk kigen of zuiveren inzet van hoorn, cello enz. gaarne over het hoofd zie. Den oboïst in het bijzonder een woord van lof voor zijn fraaie voordracht van het tee- dere, gevoelvolle hoofdthema van het Allegretto grazioso. Ook de hoornist, die over een zeer mooien toon beschikt, bracht, enkele kleinigheden daar gelaten, zijn niet gering te schatten party hoogBt verdienstelijk ten gehoore. Het strijkkwartet ontwikkelde doorgaans een vollen, nobelen toon, en bracht er natuuriyk niet het minst toe bij, om een zoo goed geheel te verkrggen. En nu zou ik, na het reeds door mg over deze symphonie geschrevene, hiervan kunnen afstap pen, ware bet niet dat de drie achtereenvolgende len, nl. Beethoven-Brahms-Schumann, die programma bevatte, mij iets in herinnering bracht dat m. i. nog wel vermeldenswaard is. In het Neue Zeitschrift für Musik van October 1853 plaatste SchumanD, onder den titel Neue Bahne, een opstel, getuigende van de grootste bewondering en vergoding van zyn jongen vriend Brahms. Brahms werd daarin voorgesteld als „een Messias van de muziek." „Hij is gekomen, Kruythofï, ontvanger te Avereest c. a. tot ontvanger te Nieuwersluis (gemeente Heen- vliet c. a.), D. W. Janssen,ontvanger te Horst c. a.: is aan den reserve-officier van gezondh. 2de kl. J. Prak, een eervol ontslag verleend uit zijne betrekking tot de landmacht zijn benoemd, bg het wapen der art., bij.het 3de reg. veldart,, tot lait.-kol. de majoor jhr F. J. A. des Tombe, van het korps; bij het late reg. vest. art., tot eerste-luit. de tweede- luit. A. Kooiman, van het korps; bij het 2de reg. vest.-art-, tot kapitein de eerste-luit. H. B. Schreuder, van het 2de reg. veldart.; zgn benoemd tot reserve-tweede-luit. bij het wapen der inf., en wel bij het 8ste reg., de vaandrigs W. H. de Greve, F. Muller, C. Boe- ser, G. D. Boswyk en H. F. Minkema, van genoemd korps. UIT STAD EN PROVINCIE. Een eigenaardige manier, om zich arm lastige inwoners van den hals te schuiven, schijnt het armbestuur van Dordrecht erop na te houden. Woensdagavond ontving de secretaris van het burgerlijk armbestuur alhier een bezoek van een, door een politieagent begeleid gezin, bestaande uit man, zekeren H. B., vrouw en vgf kinderen, dat per Rotterdamsche boot bier waa aangekomen en zonder geld of middelen van bestaan onderkomen en hulp verzocht. Alvorens een en ander werd verleend, stelde de ambtenaar een onderzoek in. En wat bleek toen Het bedoelde gezin, zoo verhaalde het hoofd ervan, kon in Dordrecht geen brood verdienen, wenschte dat in Middelburg te zoeken en had daarom den steun van het armbestuur ingeroepen. Dit had dien steun op eenvoudige wyze verleend door voor het gezin, dat heden uit zijn woning zou gezet worden, passage biljetten naar hier te netuen en het met zijn hebben en houden daarheen te dirigeeren. Uit den aard der zaak was het Middelburg- sche armbestuur met deze delegatie allerminst tevreden en aanvaardde het die opdracht niet. Men kon de menscheu natuurlijk niet onder den blooten bemel laten verblgven en zorgde dus dat het gezin in een der logementjes onder dak kwam, echter onder uitdrukkelgke bepa ling dat het heden weder naar Dordrecht, waar het thuis behoort, zou terug keert-n. Heden morgen werd door het armbestuur alhier dan cok de familie op nieuw in de gelegenheid gesteld een bootreisje te doen en werd voor haar door het armbestuur alhier weder passage naar Dordrecht aangeboden. Het beklagenswaardig gezin, dat eerst ge- >egen er mee nam om weer naar Dordrecht terug te keeren, treuzelde echter zoo lang met het halen der kinderen uit het logementje, waar zij den nacht hadden doorgebracht, dat de boot vertrok zonder dat het tot de passagiers be hoorde. Het gezin staat dus thans hier zonder woning en zonder brood, wat echter geheel en al eigen schuld mag heeten. Het armbestuur alhier kan toch een vreem- fiing, gezond van lijf en leden en slechts 32 jaar ond, niet als bedeelde opnemen. aan wiens wieg gratiën en helden de wacht hieldenZoo luidde o. m. Schumann's uitroep. Ook andere vereerders lieten het niet aan overdrijving ontbreken; zoo kondigden zij o. a. Brahm's le symphonie (C-mol), met het oog op Beethoven's negende, der wereld als „de tiende" aan. Dat er echter ook nog andere niter sten waren, bewgst wel een artikel van Fétis, die de ver goding van Brahms een van de onmiskenbaar- ste voorteekenen van Schumann's krankzinnig heid noemde. Men ziet dus: overdrij ving aan beide kanten; doch dit is zeker dat Brahms een toondichter van wezenlijk zeer groote beteekenis was, en stellig wel het grootste talent dat Duitschland na Wagner's dood heeft opgeleverd. En nu ten slotte nog een enkel woord over de solisten. De kennismaking met de sopraanzangeres Mej. Maria Rudolph, uit St. Johann, viel my over het geheel genomen niet mede. De aan dramatische kracht zoo rgke Scène u>id Arte der Beatrice uit Schiller's Braut von Messina van Joh. Cleuver maakte op mij niet den indrnk, welken ik my by het doorspelen daarvan had voorgestelden dat schrijf ik in hoofdzaak toe aan de voordracht. In het middenregister klonk de stem niet helder, en de tonen van het hooge register spraken blgkbaar zeer moeiiyk aan. Ook was Zooals den lezer wellicht bekend is, werd Schumann in 185i in het krankzinnigen gesticht te Endenich geplaatsten overleed aldaar in 1856. De houding, door de in deze machthebbenden te Dordrecht aangenomen, is, wanneer ten minste het verhaal van de betrokkenen juist mag heeten, zeker allervreemdst. Is het in de eerste plaats af te keuren dat een armbe stuur zich op een wijze, als hier werd iu toe passing gebracht, aan ziju plicht tracht te onttrekken, in de tweede plaats pleit het ook niet voor het humaniteitsgevoel om zoo met arme, ongelukkige stumpers te sollen. Daar wij echter zoo iets van bet armbestuur te Dordrecht niet kunnen gelooven, meenen wij tegenover dit verhaal nog eenige reserve in acht te moeten nemen. Als slot van het verhaal kunnen wij nog eedeelen, dat het gezin waarschijnlijk hier zijn tabernakel zal opslaan en op weg is een woning te huren. Heden werd vanwege het corps beambten de brandweer alhier, door een commis sie uit zyn midden, aan den voorzitter van het bestuur over dien tak van öienBt, den heer H. P. den Bouwmeester, en aan den tweeden com* mi8saris, den heer Ws. van Uye, ter gelegen heid van hun jaardag eerstgenoemde werd 45, laatstgenoemde 70 jaar oud een aardige verrassing bereid. Als een bewgs van hoogachting en waardeering werd hun namelgk aangeboden een groote, in fraaie lijst gevatte photographie, voorstellende groep van alle be&mbteD, met een deel der bluschmiddelen. De heer C. W. Bauer, photograaf alhier, die i groep vervaardigde, zette die aardig ineen en zorgde voor een zeer nette uitvoering. - Bg den heer A. K. Le Cointre alhier verscheen weer de gewone lgst van vervoer middelen in verschillende formaten, nu voor den winterdienst. - De heer jhr F. H. P. J. Gevers, adjunct directeur der gasfabriek en waterleiding alhier, staat nommer een op de aanbeveling voor directeur der gasfabriek te Beverwijk. Door den minister van oorlog zyn eenige bepalingen vastgesteld omtrent den werkelij- ken dienst van de miliciens der lichting van 1898. Daaruit blijkt o. a. dat na 29 October s. te Middelburg 68 en te V 1 i s a i n- gen 82 man onder de wapenen zullen blijven, op welken datum de overigen verlof bekomen tot 28 Febrnari 1899. Van de op 29 October a. 8. met verlof te zenden miliciens zullen er op 28 Februari zooveel terugkeeren, als noodig zyn om heD, die de wintermaanden hebben gediend, te vervangen. Op 30 Juni 1899 wor den allen in het genot van groot verlof gesteld. Een goedkoop rondreisbiljet! Op 29 April jl. werd te Goes een brief op de post bezorgd, geadresseerd aan eene zeer bc- kende firma te Weenen. Behalve dat blgkens een paar niet teontcy- feren poststempels hg nog elders is geweest, is deze tourist 24 Mei aangekomen te Batavia en dien dag van daar vertrokken naar Weltevre den. Het Indische klimaat scheen hem niet erg aan te staan, althans hij vertrok van daar den 27 Mei weder naar Europa en arriveerde den Juni te Milaan. Ook daar kon hij het niet lang uithouden, althans op 15 Juli werd bij de intonatie niet altyd boven bedenking verheven» In de liederen, na de pauze gezongen, vol deed mej. Rudolph beter. Vooral Moszkowski's Schlafiied en Mayjerhoff's Ilse waren, wat voor dracht betrof, te loven, en vielen biykbaar in den smaak. Als toegift schonk mej. Rudolph ons Hinaus lied van Mejjer-Olbersleben. De tweede Bolist, de bekende, talentvolle toonkunstenaar Julius Röntgen nit Amsterdam, bracht vóór de pauze het heerlijk G-dur con cert (No. 4) van Beethoven ten gehoore op een wyze, die mijne volle bewondering afdwong. Welk een aanslag, welk een voordracht, welk een techniek! Ik weet niet wat het meest te bewonderen. Hoe zangrgk en fijn gevoelend klonken die weinige, schijnbaar eenvoudige doch soms zoo veel zeggende accoorden in het Andante con moto/ Hoe fier en forsch daarentegen weder sommige gedeelten uit het Rondo; en hoe parelend en afgerond werden alle trillers, arpeggiën, en chromatische gangen weergegeven Ja, waarlijk, indien techniek zoo onderge schikt:, dos slechts middel is, dan komt eerst de kunst aan het woord, en verkrggt men een kleurenspel in tonen zooals Röntgen ons die Woensdagavond deed bewonderen. De orkestbegeleiding van het pianoconcert viel, evenals de begeleiding van Cleaver's Scene und Arie, te loven. Alleen had ik de pianissi mo's nog zaehter, en sommige solotrekjeB der blaasinstrumenten wat bescheidener gewenscht. De vleugel, door een onzer stadgenooten welwillend afgestaan, heeft een fraaien, vollen toon, doch bleek mg wat zwak voor do zaal*

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1898 | | pagina 1