MIDDELBURGSCHE COURANT.
Donderdag
20 October.
Verschillende Berichten.
N°. 247.
141° Jaargang,
1898
De*e soar ant verschijnt d a g o 1 ij k smet uitzondering Tan Son- en Feestdagen.
Prijs, per kwartaal, aoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland fresiie p.p., ƒ2.
Afzonderlijke nummers koeten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 19 Oct. 8 O. vm. 53 gr. 12 u 6
av. 4 m 58 gr. F. Vei w. tam. kr. Z. wind.
Advertentiën voor het eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór éiiü uur
aan het bureau
AdverteutiSn20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten sa
Dank betuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames *0 cent pet re,
Groot» lettors naar do plaats die zij innemen»
Advertentiën bij abonnement op voordeelige
voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratie
aan het bureau te bekomen.
Agenten.
Te Terneuzen; M; de Jonge; te Botterdam:
Nijgh van Ditmar.
Middelburg 19 October.
De Indische mijnwet in de Tweede
kamer.
Vóór de behandeling vau de Indische mijn
wet iu de kaïner nam Dinsdag de heer Loudon
bij koninklijk besluit aangewezen om den mi
nister van koloniën bij de verdediging bij te
staan, aan de ministerstafel plaats naaBt den
minister.
Op voorstel van den voorzitter werd besloten
in die zitting geen bijzondere punten te be
spreken.
De heer Van Kol was dien dag de eenige
spreker en zijn oordeel mag als van een be
kwaam deskundige wel gehoord worden. Hij
wees op het groot belang van deze zaak en
uitte de meening, dat vóór alles beslist moet
worden bepaald, dat delfstoffen ontgonnen kun
nen worden ten algemeenen nutte en dat zij
zijn eigendom van den Staat.
Z. i. moet de quaestie van het hoogheids-
recht van den Staat worden beslist en de
rijkdom van den grond behooren aan de ge
meenschap en dienstbaar gemaakt worden aaD
het algemeen belang.
Maar daarbij moet men ook waken tegeD
schending van het recht van den inlander en
dus niet eigenmachtig beschikken over het
geen volgens overoud begrip aan den inlander
behoort.
Docb daarom dan ook moet geen onderscheid
worden gemaakt tusscben den boven- en den
ondergrond. Het is een hoofdbepaling van het
Indonesisch eigendomsrecht, dat er geen verschil
is tus8chen den eigendom van den onder- en
den bovengrond. Wanneer men daarmede in
strijd gaat handelen, zal men ontevredenheid
wekken by de hoofden der onafhankelpkeStaten.
De ontginning moet overigens plaats hebben
ia het algemeen belaDg, niet in dat van hen
die zich in korten tijd rijk willen maken, gelijk
plaats heeft door den inbreng voor tonnen
gouds alleen van verkregen concessies. Uit
een door hem opgemaakte lijst biykt, dat door
16 maatschappyen ruim 6 millioen aan con
eessiebouders zijn uitgekeerd.
Aanzieniyke winsten werden behaald, zonder
eenig belangrijk voordeel voor den Staat. De
tegenwoordige concessie-aanvragen geven aan
leiding tot de grootste zwendelarijen. De heer
Van Kol trad hierbij in bijzonderheden omtrent
de petrolenm-maatschappijenspeciaal de
Koninkiyke.
Staatsexploitatie is ook hst eenig middel om
mogelijke botsing met vreemde Mogendheden
te voorkomen. Wil men daartegen waken, dan
moet de Indische mijnbouw niet worden over
geleverd aan kapitalistische winzucht.
De heer Van Kol wees er verder op, dat in
het tegenwoordig ontwerp minder cijnsheffing
wordt voorgesteld dan in de vroegere ontwer
pen en trachtte nogmaals uiteen te zetter),
zich beroepende ook op hetgeen in de Trans
vaal wordt waargenomen, dat, door de exploi
tatie van den ondergrond aan particulieren
over te laten, men aan anderen milioenen be
zorgt en de bevolking arm maakt.
Nu zal men wel niet overal kunnen hebben
Staata-exploitatie, maar waar men die dan
aan particulieren moet overlaten, moet men
ook voor de algemeene kas grooter voordeelen
dan thans bedingen.
Ten slotte stelde spreker de volgende motie
voor
„De Kamer,
overwegende dat het algemeen belang eischt,
de rijkdommen van den ondergrond in
Ned.-Indië in de eerste plaats zullen komen ten
voordeele van de gemeenschap, en
wenschende te streven naar Staatsexploitatie
der delfstoffen als regel, en particuliere exploi-
atie alleen dan toe te laten, wanneer de eerste
óf niet wenschelijk óf niet mogelgk blijkt;
gaat over tot de orde van den dag."
Deze motie werd voldoende ondersteund.
Het ontwerp waB Maandag avond besproken
in het Indisch Genootschap te 'sGravenhage.
De beraadslaging gold in hoofdzaak art. 16
der voordracht, de bepaling inhoudende, dat
de concessie tot ontginning den concession
binnen het mijnveld het uitsluitende recht tot
het winnen der delfstoffen en tot den aanleg
van alle daartoe noodige werken geeft. Daar
aan wordt echter toegevoegd: „Heeft een
ander in hetzelfde mijnveld een concessie voor
de winning van delfstoffen, die niet in de akte
van concessie zgn genoemd, dan moet de ge
wonnen hoeveelheid daarvan, tegen vergoeding
der kosten van voortbrenging, aan hem op zyn
vordering worden afgestaan."
De inleider, de heer Van der Does de I
Vaa van meeniDg, dat de minister hier te veel
de Pruisische mijnwet heeft in 't oog gehad.
Jn Pruisen zijn deskundigen by de hand, die
technische geschillen kunnen oplossen, maar in
Indië speciaal op de Buitenbezittingen -
dit het geval niet. Hij voorzag uit de bepaliug
nopens een tweede concessie groot ongerief
voor den concessionaris, en zou de aanneming
een ware ramp noemen.
De h8er Van Dijk, gewezen hoofdingenieur
van het mijnwezen in Indië, bestreed die mee
ning. Door de opsporing op 't zelfde veldaf-
hankeiyk te stellen van den concessionaris,
kon men moeilijkheden voorkomen. De beide
partyen zouden dan onderling tot overleg kun
nen komen.
De meening van den inleider vond echter
bij de aanwezigen bijval en het slot der dis
cussie was aanneming der volgende motie:
„De Oost Indische kiesvereeniging spreekt
als haar oordeel nit, dat het beginsel, neder-
gelegd in het ontwerp-Indische mijnwet, om op
een terrein, waarop reeds concessie aan een
ander is verleend, een tweede concessie aan
een ander te verleenen, tenzg met toestemming
van den eersten concessionaris, met het oog op
de toestanden in Nederlandsch-Indië verwerpe
lijk moet worden geacht."
Hit Vaderland, een motie, zooals die door
den heer Van Kol was toegezegd en nu ook is
ingediend, besprekende, deed uitkomen dat men
geen sociaal-democraat behoeft te zijn om voor
dat stelsel sympathie te koesteren, daar het
klakkeloos wegschenken van rijkdom uit den
bodem slechts aan de betrokkenen welkom kan
zijn, maar het zal, volgens dit blad, ook nu
weder blijken, dat het regeeren bg motie ver
bazend bezwaariyk is.
"Wat toch zal dio motie practisch beteeke-
nen Dat" bij elke concessieverleening van re-
geeringswege zou moeten worden gemotiveerd,
waarom „bij uitzondering" niet de weg van
Staatsexploitatie wordt ingeslagen. Maar
dan zou het geheel aan de regeering zelve
staan te beoordeelen, op welke gronden die
uitzondering zou wordeu toegelaten. En wie
zou dan kunnen beletten, dat de regeering,
telkens zeer plausibele gronden vindende om
een gevraagde concessie te verleenen, de uit
zondering tot regel maakte?
De bedoeling is natuurlijk de voordeelen der
mijnontginning voor 't algemeen te reserveeren.
ir moet dan aan particulieren alleen worden
overgelaten, wat onvoordeelig dreigt te zijn of
wat met al te veel risico verbonden scbgnt?
Dan staat het te vreezen, dat het particulier
kapitaal zich niet licht aan ontginning wagen
zal en dat de rijkdommen in den bodem blijven.
Maar ook, voor zoover dat niet het geval is,
zou het kunnen gebeuren, dat de regeering,
die met zekerheid niet vooruit kan zien, of
een ontginning op den duur rijke voordeelen
afwerpen zal en weinig risico zal medebrengen,
óf door de motie gebonden maar al te gretig
op ontginningen ingaat, die teleurstellingen
baren, óf uit angstvalligheid zich juist ontgin
ningen afsnoepen laat, die een goudmyntje
worden.
En eindelijk, als Staats-exploitatie tot regel
wordt verheven, brengt dit stelsel dan niet de
verplichting van den Staat mede, om overal
zelf te gaan exploreeren en overal zelf te gaan
exploiteeren Het gaat toch niet aan om
lijdelijk toe te zien, dat particulieren alom de
rgkdommen van den bodem opsporen om, als
hun ijver en volharding vruchten zullen gaan
afwerpen, hen er uit te zetten en zelf de zaak
over te nemen. Maar als de Staat dus zedelijk
verplicht is de hand aan den ploeg te slaan,
welk een uitbreiding van ambtenaarspersoneel
zal dan niet noodig zijn, welk een vermeerde
ring van kosten, zonder zekerheid van resultaat t
„Ons komt het voor aldus besluit het blad
dat de regeering op het gebied van myn-
exploitatie, waar noodig, altijd wel zelfstandig
zal kunnen optredeD, ja, dit met meer vrucht
zal bunnen doen, naar mate zy minder gebon
den is door een motie. En waar zij niet zelf
optreedt, kan zij voor den Staat een behoor-
lijk aandeel in de voordeelen bedingen."
BENOE9DMUEA MZ.
By kon. besluit:
zyn tegen 1 Nov. op pensioen gesteld H. M.
adjudant in buitengewonen dienst, de luitenant-
generaal J. W. Bergansius, inspecteur der ar
tillerie, de generaal-majoor C. L. Doorman,
commandant der bereden artillerie, gouverneur
der residentie, en P. A. Scheltus, commandant
der stelling van het Hollandsch Diep en het
Volkerak, tevens bevelhebber in de Ille mili
taire afdeeling, alsmede de kolonels P. J. In
de Betou, H. W. Alma en J. F. Diemer, com
mandanten respectievelijk van het 4e reg. ves
ting-artillerie, van het 3e regiment vesting
artillerie en van het 2e regiment veld-artillerie,
de drie opperofficieren en de laatstgenoemde
twee kolonels op hunne aanvrage, de kolonel
In de Betou, krachtens art. 42 2a der wet
van 28 Augustus 1851 Staatsblad no. 128)
het pensioen bedraagt voor Bergansius f4000,
voor Doorman en Scheltus elk f 2700 en voor
ieder der drie genoemde kolonels f 2100 's jaars
is aan voornoemde drie opperofficieren H. M.
dank betuigd voor de veeljarige en belangrijk
diensten, door ben aan den lande bewezen, en
ia aan den generaal-majoor Doorman voornoemd,
te rekenen van den datum waarop zyn pensioen
ingaat, de rang verleend van luitenant-generaal
is tegen 1 Nov. benoemd bij den staf van
het wapen der artillerie, tot inspecteur van hei
wapen, de generaal-majooT C. L. W. Moorrees,
thans commandant der vesting-artillerie;
ia aan den tweede-lnitenant der infanterie D.
P. Brondgeest, thans op non-activiteit, op ver
zoek, een eervol ontslag uit den militairen
dienst verleenden
is aan W. van Poppel, bediende by het ijk-
wezen, tengevolge van eene reorganisatie van
dat dienstvak, met ingang van 16 October 1898,
eervol ontslag verleend uit 's rijks dienst.
Door de arrondissements rechtbank te Am
sterdam is, ter vervulling van eene vacature
van rechter in dat college, opgemaakt de na
volgende alphabetische lgst van aanbeveling
mr L. J. A. van Lidth de Jeude, rechter in
de rechtbank te Zierikzee; mr S.Sleeswijk.
griflier der rechtbank te Arnhem; en mr Ch.
van der Zweep, rechter in de rechtbank te
Alkmaar.
In het district Eindhoven is, ter voorziening
in de vacature voor een lid der Tweede kamer,
ontstaan door het overiyden van den heer J.
Th. M. Smits van Oyen, de verkiezing bepaald
op Donderdag 3 November, de stemming-, zoo
noodig, op Dinsdag 15 Novemler en de her
stemming, zoo noodig, op Dinsdag 22 November.
De minister van koloniën houdt Vrgdag
geen audiëntie.
Financiëele regeling van de Spoorweg
overeenkomst met België.
Een wetsontwerp is ingediend tot aanvulling
en verhooging der Staatsbegrooting voor 1898
(hoofdstuk Nationale Schuld) met een post
wegens renten, door Nederland en België ver
schuldigd, ingevolge de tuasehen die rgken
gesloten overeenkomst betreffende de overne
ming van de Nederlandsche gedeelten van
eenige in Nederland en België gelegen spoor
wegen, te weten
over de jaren 1897 en 1898 van den maxi
mum koopprijs, groot dertien millioen francs,
voor de door Nederland overgenomen spoor
weggedeelten van het net van den Grand
Central Beigeen
over de jaren 1896, 1897 en 1898 van den
koopprijs, groot drie millioen francs, voor de
door Nederland overgenomen gedeelten van
den spoorweg Hasselt—Eindhoven.
Deze post wordt uitgetrokken tot een be
drag van f 504.300.
Tegenover de verhooging, die het hoofdstuk
der begrooting ondergaat worden onder de
inkomsten verantwoord: lo. f 116.029.53door
België aan Nederland verschuldigd2o. f 497.260
wegens uitkeeringeD, die de Maatschappij tot
Exploitatie van Staatsspoorwegen aan den Staat
gedeeltelijk reeds betaald heeft, gedeeltelijk nog
moet betalen voor het gebruik van de over-
lijnen.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Naar aanleiding van een verzoek aan de
Prov. Staten, van het hoofdbestuur der Mij
tot biv. van landbouw en veeteelt in Zee
land, om opnieuw een subsidie te mogen
ontvangen ten behoeve der paardenfokker y,
stellen Ged. Staten voor om aan die
maatschappy voor 1899 en 1900 een crediet
te openen ter bevordering en aanmoediging
van de verbetering der paardenfokkerij in dit
gewest tot een maximum van f 2350, ondt r
voorwaarde, dat door de maatschappg eene
jaarlijk8cbe bijdrage van f 400 woide verleend
en dat de uitvoering geschiede overeenkomstig
de nieuwe regeling.
Het lgk van den sedert Maandagavond
in Middelburg vermisten W. S. Is heden
morgen omstreeks negen uur opgehaald uit
sloot bij den Nadorstweg. De parapluie, die de
overledene bij zich had, stond schuin tegen den
waterkant. Alle waarden, die de vermiste
bij zich droeg, waren nog op het lijk aanwezig.
Dit werd per brancard naar het gasthuis
gebracht.
Naar wij vernemen, circuleert onder eige
naren van kleine panden in onze gemeente
een adres aan den raad om de z g. straatbe
lasting, volgens het voorstel der heeren Heijse
c.s., niet aan te nemen.
Terwgl heden morgen de werklieden, die
bezig waren aan de reparatie van het ss. Koning
Willem I, zich aan boord van dat, in bet droge
dok alhier liggende vaartuig begaven, sohoot
een ladder uit, waardoor een der te Vlieringen
woonachtige werklieden van de inij .De Schelde
het scheenbeen brak.
De man, die gehuwd is, werd bij een der
omwonende geneeskundigen binnengebracht, eD,
na daar de eerste verpleging ontvangen te
hebben, naar het gasthuis vervoerd.
Op de Markt te Goes werd Dinsdag
voor de Zeeuwsche blauwe aardappelen tot
f 2.90 per H.L. besteed, terwyi de uien f 2.50
golden. Curieuse prijzen werden voor de boom
vruchten bedongen. De winterappelen ,corpendues
en bellefleurs golden 8, terwgl voor handperen
tot f 15 betaald werd. Verbazend groote
handperen, in tuinen gekweekt, werden tot 25
a 30 cent per stuk verkocht; dezen mogen
dan wel bijzonder lekker zijn
Door den minister van oorlog is bepaald,
dat het detachement infanterie te T e r n en-
zen voortaan zal worden geleverd door de
bataljons, te Bergen op Zoom in garnizoen.
In verband daarmede zal het detachement
van het 2e bataljon, dat thans te Terneuzen
is, den 25 dezer worden afgelost.
- In eene Dinsdag avond te Terneuzen
gehouden byeenkomst van deelnemers aan het
uitvoeren der cantate BeetsMeijroos, bij ge
legenheid van het inhuldigingsfeest, werd door
den voorzitter van het comité voor de uitvoe
ring der cantate, den heer A. H. Donze, in eene
korte toespraak aan den dirigent, den heer J.
Bierlé, namens de deelnemers een geschenk
aangeboden, als biyk van hulde en waardee
ring voor de vele zorgen, die deze zieh heeft
getroost voor het welslagen der uitvoering.
Het bestaat uit een fauteuil met zes stoelen.
LETTEREN EN KUNST.
De Economist van October 11. bevat
In Memoriam Hendrik Maller Szn door mr M.
:S. Van Kasboekhouding II door P. H. van
der Kemp. Een lijvigmaar daarom nog geen
degelijk hoek door I. H. C. Uuyae. Economische
Kroniek en Handelskroniek.
De beschouwing van den heer I. H. C. Heijse
is gewgd aan bet Daitsche werk Das Wasser-
wesen der Niederl&ndis chen Provinz Zeeland
Von Eriedrich Müller, Koniglicher Begier ungs-
Baumeister.
Het oordeel van den heer Heyse daarover
is verre van gunstig.
Zonderlinge manieren.
De Nederlandsche opera, met hare niet-
Nederlandscbe artisten, doet tegenwoordig veel
van zich spreken, maar alles behalve ten haren
gunste.
Zoo is dezer dagen zekere mevrouw Geor-
gine van Januschowsky door de directie als
eerste zangeres ontslagen „wegens verlaten van
de stad zonder verlof." De zangeres deelt als
oorzaak daarvan mede, dat zij Dinsdagnacht
achtereenvolgens twee telegrammen uit Keulen
ontving met het bericht, dat baar zoontje
sedert twee dagen uit zyn pension te Keulen
verdwenen was, zonder dat ook de politie zijn
spoor wist te ontdekken. Natuurlgk vertrok zij
ten spoedigste daarheen, maar eerst nadat zg
te vergeefs beproefd had de schriftelijke ver
klaring van den theater-arts, dat zij Woensdag
avond niet kon zingen, en een verzoek om
verlof aan een van de directeuren der Ned. Opera
ter handte8tellen, „omdat beiden niet te vinden
waren." Zy had het geluk haar kind terng te
vindeD, dat, uit heimwee naar zyne moeder, te
voet zich naar Amsterdam had willen begeven.
Onmiddellgk daarheen teruggekeerd, vond zy
het bericht van haar ontslag.
Door de redactie van het Hbld om inlich
tingen gevraagd, heeft de heer Van der Linden,
directeur der Ned. Opera, de juistheid van het
verhaal van mevr. Von Januschowsky bevestigd J
Is dit op zichzelf reeds verbazingwekkend,
onverklaarbaarder nog is de toevoeging van
den heer Van der Linden, dat de directie het
verlaten der stad slechts als voorwendsel heelt
aangegrepen, om het contract met mevr. Janu
schowsky te verbreken. Bij het engagement,
dat te Berlijn plaats had, was „de gewone
clausule, dat het contract na een maand reali-
sabel (opzegbaar zou zijn, op verzoek van de
kunstenares geschrapt, zoodat de Ned. opera
feitelijk voor een geheel jaar gebonden was,
daar de zangeres evenmin de directie als, naar
de heer Van der Linden verzekert, het publiek
voldeed en zij weigerde in ontbinding van het
contract toe te stemmen, „nam de directie de
gelegenheid te baat, om zich van mevrouw
Januschowsky te ontdoen".
Dit is dan toch eene naïveteit, die aan het
ongeloofelijke grenstzegt de Arnh. Crt. »De
heer Van der Linden beseft niet alleen vol
strekt niet het immoreele der handeliDg van
de directie, die zelve erkent dat zij gebon
was, trouwens in het schrappen der clausule
moet hebben toegestemd, wat immers anders
niet had kunnen geschieden, maar zelfs vertelt
hy den leelijken streek met eene gemoedeiyke
openhartigheid, alsof 't de eenvoudigste zaak
ter wereld ware.
Of zouden wij misschien biyk geven van
groote onnoozelheid, -dat wg bij de uitvoering
van contracten meer hechten aan de goede
trouw van partijen dan aan de letter der
overeenkomst? Bijna zouden wg 't gaan ge-
looveD, als wij zien met welke leukheid de
Amsterdamsche bladen het geval behandelen.
Wij kunnen echter niet gelooven dat ook in
de kunstenaarswereld zulk eene handelwijze
niet als ongeoorloofd beschouwd zou worden."
In Amsterdam schijnt men de zaak toch ook
niet zoo heel kalm op te nemen. In tal van
brieven aan het Hbld wordt afkeuring uitge
sproken over de houdiDg van den heer Van
der Linden.
ONDERWIJS.
De Arnh. Crt. zegt, dat Ged. Staten van
Gelderland het ontslag aan het hoofd der school
te Duiven, den heer C. J. van Rijn, gegeven,
hebben gehandhaafd, 't Werd, zooals men zich
herinneren zal, eervol verleend, maar niet op
verzoek.
Het blad laat zich ongunstig over de be
slissing uit, zonder echter den tekst te kennen.
Mot de linkerhand schrijven.
Zou bet niet hoogst wenscheiyk zyn
vraagt een Eogelsch weekblad dat op de
scholen algemeen ingevoerd werd met de lin
kerhand te leeren schrijven Hoe licht toch
kan men door een of ander ongeluk bet ge
bruik van de rechterhand verliezen, en hoe
uiterst moeilgk is het dan zich er in te oefenen
om met de linker de pen te voeren
Maar niet alleen in het ergste geval, dat
men het gebruik van de linkerhand verliest
ook de zoo lastige schrgfkramp zou voor
komen worden, wanneer men als kind leerde
met allebei de handen even gemakkelijk te
schrijven. Schgfkramp i3 in de meeste ge
vallen niets anders dan dat de rechterband
oververmoeid is. Wat zou bet aangenaam zijn
en eene ware weldaad vooral voor snelschry vers,
als men de pen van de eene hand in de andere
kon overbrengen, zoodra die krampachtige pijn
zich in duim en handgewricht doet gevoelen,
en met dezelfde gemakkelijkheid kon voort-
schrijveD; en als het maar op school wordt
geleerd, zal het even natuurlijk zijn met de
linkerband te schrijven als met de rechter.
De redactie vau het Zondagsblad van Het
N. v. d. D. herinnert hierbg, dat in de open
bare lagere school te 's-Gravenhage van den
heer K. van der Bruijn, thans rustend hoofd,
de leerlingen leerden schrijven, zoowel met de
linker- als met de rechterhand.
Jhr mr G. J. den Tex, oud-lid van Gede
puteerde Staten van Noord-Holland, die bij de
jongste periodieke verkiezingen niet werd her
en, is thans weder te Amsterdam als lid
der Provinciale Staten gekozen. Er was geen
tegencandidaat gesteld.
- De kapt. P. Glerum, van het 3de reg.
inf., die aangewezen is als detachements-com-
mandant, wordt voor 5 jaar gedetacheerd bij
het O.-I. leger.
Het vuurwerk, bij de inhuldiging van
H. M. de Koningin op het IJ te Amsterdam
ontstoken, heeft der provincie f 20,000 gekost.
Mejuffrouw J. H. de Zwaan ip, aanvan
kelijk voor den tijd van één jaar, benoemd tot
amanuensis voor de natuurkundige vakken aan
de hoogere burgerschool voor meisjes te
Amsterdam.
Het geld om de Javaantjes, die in de In
dische kampong bij de tentoonstelling van
vrouwenarbeid zgn geweest, naar hun land
terng te brengen is voor een goed deel bgeen.
In de jongste samenkomst der Indische kies
vereeniging te 's-Graveubage deelde de voor
zitter mede, dat er f 4300 samen is gebracht,
voldoende voor de reis, maar uit een woord,
't welk de heer Pynacker Hordijk er later
bijvoegde, bleek dat deze verzekering te gunstig
was. Het benoodigde bedrag is nog niet bgeeD.
Een luitenant ter zee 2de kl. onzer
marine, die in het hotel De twee Steden te
's Gravenhage intrek had genomen, heeft bij de
politie aangifte gedaan van de vermissing eener
enveloppe, inhoudende een waarde van f 15.000.
Men zal zich herinneren, dat Zaterdag vóór
acht dagen de 91-jarige oud-stryder Kools in
Den Haag, in den avond van zijn feestdag
overleed. Nu is ook zijn vrouw ontslapen.
Vermoedeiyk zyn beide sterfgevallen een ge
volg van de feestviering, die de oudjes te sterk
zal hebben aangepakt. Waarom toch laat men
zulke menschen niet met rost en bereidt mén
hun niet een verrassing zonder hen te veel
te vermoeien?
De gevangenbewaarder te 'sGravenhage,
verdacht van medewerking tot eene geheime
correspondentie van een gevangene, is naar de
strafgevangenis te Scheveningen overgebracht.