MIDDELBURGSCHE COURANT. N\ 227, 141" Jaargang, 1898 Dinsdag 27 September. Deie courant verschijnt dagelijks, met uitzondering ran Zon- en Feestdagen. Prijs, per kwartaal, soowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., f.— Afzonderlijke nummers kosten 5 eent. Thermometer Middelburg 26 Sept. 8 u. vm. 57 gr. 12 u 64 gr., av. 4 a.62 gr. F. Verw. zw. wind. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór één uur aan het bureau bezorgd zijn. AdvertentiSn: 20 oent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten ®n Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 oont. Reclames 40 cent per regel Groote letters naar de plaats die zij innemen. AdvertentiSn bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis aan het bureau te bekomen. Agenten.' Te Zierikzee: A. C. de Mooij, te Tholen: W. A. van Nieu wenhtjijzen. Middelburg 26 September. Brieven van een Hagenaar. De feesten zijn voorbij, althans de officieele hofstedelijke, en het werk wordt door de Ha genaars weer hervat. Ook door de Staten- Generaal, wier zitting Dinsdag geopend is. Het Haagsche publiek was blijkbaar den aan blik van de Koningin, dien het in de laatste twaalf dagen zoo veelvuldig heeft bunnen ge nieten, nog niet moede, want er was meer ge drang en meer samenloop van personen langs den weg naar en van het Binnenhof dan op den dag van den intocht of van de illuminatie. Hetgeen trouwens niet te verwonderen is, daar de weg ditmaal veel korter was dan toenzoo dat de ophooping van volk nu grooter was. Het is echter zeker, dat de residentie Dinsdag lang niet zoo vol vreemdelingen was als den negenden September; de wonderlijke afzet- manie schijnt onze overheid echter niet meer geplaagd te hebben. Wel was er alweder meer voet- en paardenvolk op de been, dan voor ons volk noodig en bij eene parlementaire handeling behoorlijk is, maar ze lieten de menschen rustig hun gang gaan en ageerden alleen by het voorbijgaan van den stoet. Van de troonrede is niet veel te zeggen, vooral geen kwaad. Ik beschouw het als eene groote verdienste dat er betrekkelijk weinig beloften in voorkomen. Herziening van de drankwet, voorziening in woningtoestanden ('t is nog de vraag wat zal worden voorgesteld) en regeling van den fabrieksarbeid in 't alge meen, afschaffing van de watertollen, regeling van de secundaire spoorwegen, verbetering van de Indische geldmiddelen, wijziging van de regeeringsreglementen van Suriname en Curagao, ziedaar reeds werk genoeg voor de boeg. Bovendien wordt in de rede herinnerd aan het werk dat liggen bleef, althans niet verder dan de voorbereidiog kwam, de verzekering tegen ongevallen, de invoering van den leerplicht en de drie ingrijpende en belangrijke wets ontwerpen betrekkelijk de bescherming dei- kinderen. Men kan zeggen dat met dit alles reeds vrij veel beloofd wordttoch zyn het alle onder werpen van urgenten aard. De nadering van de tariefsherziening en de onbestemde zinspe ling op „andere gewichtige ontwerpen", die voorbereid worden, had men waarlijk niet be hoeven te vermelden. Zonder haar zullen de Staten Generaal in de nieuwe zitting genoeg te doen vinden. Mij zal het zelfs zeer ver wonderen, indien van de reeds aanwezige en direct toegezegde wetsontwerpen een groot deel kan worden afgedaan. Op het verschijnen van al de vijf aanhangig gebleven wetten in het Staatsblad valt, dunkt mg, niet te rekenen. Ik heb hier niet het oog op den tegenstand, dien de leerplicht hier en daar ondervindt, noch op de bezwaren, die sommigen tegen de ver zekering tegen ongevallen hebben ingebracht, en die al aanleiding gaven tot het societeits- praatje, dat de regeering deze twee maatregelen er zeker niet door zou halen, en dat het maar de vraag was welke van de twee het eerst in behandeling zou worden gebracht, om te be slissen op weikeu van de twee het ministerie zal vallen. Ik heb hier alleen het oog op de kwestie van 's lands tyd, meenende dat die ontbreken zal om een eenigszins beduidend gedeelte van het opgesomde af te doen. Uitstekend dat men de regeering van de jonge vorstin wil ingaan met eene verjongingskuur van werkkracht en werklust; uitstekend dat de aandacht vooral gevestigd blijft op de sociale wetgeving, het geen zooals reeds door de redactie van dit blad is opgemerkt trouwens van dit mini sterie te verwachten was; maar al wordt er nog zoo zwaar, nog zoo ernstig, nog zoo on vermoeid door de Kamers gewerkt, het afdoet van meer dan twee gewichtige wetsontwerpen in één zitting gaat hare krachten te boven. Wanneer er „in de belangen van den dienst zal zgn voorzien", hetgeen, uit de parle mentaire in de gewone taal overgezet zijnde, beteekentwanneer de Indische en de Neder- landsche begrootingen zijn vastgesteld, wan neer de vele kleine wetjes zijn afgedaan, die telken jare op de legislatieve agenda verschij nen, en wanneer 't gelukken mag de ongevallen verzekering en den leerplicht in 't Staatsblad te krygen, dan zal er nauwelgks voor de voor bereiding van de drie voorstellen van den minister van justitie tgd genoeg beschikbaar zijnwanneer daarover in dit zittingjaar nog voorloopig verslag wordt uitgebracht, zal men al tevreden mogen wezen. Want men moet niet vergeten dat versterking van de Indische geldmiddelen eene zaak van urgentie is welker afdoening niet kan worden uitgesteld, flet komt my daarom zeer onverstandig voor dat bla-.len, die overigens de Rogeering ondersteunen, nu reeds hunne teleurstelling uiten dat zekere regelingen in de troonrede niet zijn toegezegd. Het Handelsblad had de administratieve rechtspraak, Het Vaderland herziening van de Wet op het armbestuur aangekondigd willen zien, twee onderwerpen van wetgeving, die zeer zeker niet in een vloek en een zucht zijn af te doen. Beide noodig, beide urgent zelfs; toegegeven, maar er is zoo ontzettend veel noodig en urgent, dat de wijze les van te doen wat de hand te doen vindt, aan de Kamers den besten leefregel geeft. En toch, al is het tameiyk zeker, dat er van het op 20 September toegezegde maar een zeer klein gedeelte in vervulling zal kunnen komen in het aangevangen zittingsjaar, toch noem ik de regeering bescheiden in hare beloften en prijs ik haar omdat ze niet alles overhoop haalt. Zg gaat met het voorbereiden van den Iegi8latieven arbeid rustig en met beleid voort. Wat nu toegezegd is, en waarvan de ontwerpen de Kamers wel zullen bereiken, ligt geheel in de richting, welke het ministerie van den aanvang af genomen heeft. Het wil hervor mingsgezind zijn, en het neemt het werk der hervorming met vastberadenheid ter hand, niet opziende tegen moeilijkheden, niet bevreesd gemaakt door luidruchtige oppositie. Maar de vastberadenheid wordt door overleg en beleid beheerscht; er wordt gewerkt naar een vast stelsel, met beperking van de stof en met concentratie. Er zijn in Nederland onvervulde behoeften bij de vleettallooze hervormingen, de een al noodiger en wenschelijker dan de andere, worden verlangd. Bg het optreden van de regeering, meerendeels samengesteld uit homi nes novi althans nieuwe mannen in bestuurs zaken heb ik wel eens gevreesd dat zg, door een prijzenswaardigen ijver bezield, alles tegelgk zou willen aangrijpen, het probate middel om niets tot stand te brengen, omdat het de werkkracht vermoeit en de belang stelling verkruimelt. Maar gelukkig is mijn vrees beschaamdhet werkplan dezer regeering, scherp afgebakend en stelselmatig opgemaakt, concentreert alle krachten achtereenvolgens op de vooruit aangewezen onderwerpen en laat een regelmatigen arbeid toe, die voor den belangstellende te volgen is, zonder hem te verwarren en op den dwaalweg te brengen. Alle vooruitstrevende liberalen in den lande zullen deze wijze van doen ten hoogste waar- deeren, want daardoor verkrijgt de democratie als regeester a fair trial, zooals deEngelschen het noemen. Gaat de regeering op dezen weg voort, dan kan zg hetzelfde voor hare richting doen, wat Thorbecke in 1849, ook nadat een nieuwe vorst de regeering had aanvaard, voor de liberalen heeft gedaan, de degelijkheid hun ner beginselen, de organiseerende kracht en bekwaamheid tot regeeren van de partij aantoon end door goede wetten, die de wen- schen en behoeften van den dag door doelma tige hervormingen wisten te vervullen. Reeds onder het bestuur van de Regentes heeft deze regeering dien weg ingeslagen met de tot stand ;ekomen afschaffing van de dienstvervanging; wat er volgen zal indien de meerderheid hare medewerking blijft verleenen is uit het lijstje der voorhanden en aangekondigde voorstellen en uit de volgorde, waarin zij ge noemd zijn, op te maken. Zal die medewerking worden verleend Zal de regeering voor al die gewichtige maatre gelen kunnen rekenen op den steun van allen, die onder de liberale vlag gekozen zijn, ook al was de daarbij gevoerde wimpel niet altoos geheel van dezelfde tint Ziedaar wat ik even min weet als ieder ander. Maar ik wil niet verzwijgen, dat ik eenige hoop heb, gegrond op de stemmingen voor de nominatie van het presidentschap der Tweede kamer, waarbij de heer Veegens tot tweeden candidaat verkozen is. Veegens is zeer zeker vrij van eenige con servatieve velleïteitenop hem kan de regee ring voor haar hervormingen zeker rekenen. De keuze van hem tot tweeden candidaat, zon der dat er een ernstig tegencandidaat van de meer naar rechts overhellende liberalen over- stond, kan niet anders worden verklaard dan als een bewgs van toenadering en samenwer king, dat voor de plannen der regeering de beste beloften inhoudt. De techniek van de opening van de Staten heeft mij wakker gemaakt voor eene groote tegenstrijdigheid. Bij de huldigingsfeesten zijn de vreemde journalisten hier te lande bgzon- der gefêteerd en gecajoleerd, met woord en daad. Overal hadden ze eereplaatsen, overal ontving en onthaalde men hen en de Neder- landsche vakgenooten daarbij. Dezelfde autori teiten nu plegen, nadat de feestklanken nauwe lijks verstomd waren, weder de onhebbelijkheid van bij de opening der zitting de journalisten van hunne tribune te verjagen, om aan de dames van Haagsche bureau-ambtenaren de gelegenheid te geven de Koningin van nabij te zien en de troonrede te hooren uitspreken. Zulk eene onbeleefdheid, hier trouwens eene gewoonte veler jaren, stemt kwalijk overeen met de ultra warme beleefdheden, waarmede gisteren pas de pers van alle kanten overladen werd. Den Haag, 22 Sept. 1898. Dankbetuiging. De directeur van het Kabinet der Koningin maakt bekend, dat hij het onderstaand schrij ven ontvangen heeft van Hare Majesteit de Koningin, en gelooft niet beter aan de beve len van Hare Majesteit te kunnen voldoen, dan door dien brief in zijn geheel publiek te maken, door middel van de Ned. Staatscourant. „'s Gravenhage, 24 September 1898. Bij het aanvaarden der regeering en ter gelegenheid mijner inhuldiging mocht ik zoo wel uit het vaderland, als uit de overzeesche bezittingen en van Nederlanders, in bet buiten land vertoevende, zoo tallooze blijken van liefde, gehechtheid en trouw ontvangen, dat het mg, tot mijn groot leedwezen, onmogelgk is ge weest aan een ieder afzonderlgk mijnen dank te doen overbrengen. Daarom verzoek Ik U Hoogwelgeboren mijne diepgevoelde erkentelijkheid te betuigen aan allen, die mij in deze dagen blijken heb ben gegeven van hunne liefde en verknocht heid, en mijnen warmsten en hartelgksten dank uit te spreken voor de gelukwenschen en hul debetuigingen, die ik van alle zijden mocht ontvangen in den vorm van adressen, brieven en telegrammen. WILHELMINA". Audiëntie Volksvertegenwoordiging bij H. M. de Koningin-Moeder. Omtrent deze audiëntie, waarvan in 't kort reeds melding is gemaakt, vinden wij in de Arnh. Crt. de volgende bgzonderheden, stellig afkomstig van een lid der Tweede kamer wieD, valt niet moeilgk te raden. Voor die audiëntie vervoegden zich Vrgdag middag ten bepaalden ure een 40tal leden der Eerste en een 80tal leden der Tweede kamer in ambtsco8tuum ten paleize, waar zij in de groote danszaal, naar de volgorde der distric ten in de kieswet, in een kring werden ge plaatst, waarbinnen bij de deur, waardoor H.M. zou verschijnen, de voorzitter bad post gevat. Koniogin Emma in zwart zijden japon gekleed, met van het kapsel neervallenden witten sluier op den mg, trad binnen, gevolgd door twee hofdames en twee kamerheeren. In naam der Tweede kamer werd H.M. toegesproken door mr Gleichman, die, uitdrukking gevende aan dankbaarheid der natie voor hetgeen Konin gin Emma als Regentes en als Voogdes had gedaan, en Haar Hulde brengende voor den nieuwen luister, door Haar regentschap aan het Huis van Oranje toegevoegd, nu met het eind daarvan een belangrijk en zegenrijk tijdperk in ons staatsleven was afgesloten, namens de natie en hare Vertegenwoordiging tot H. M. Koningin Emma den wensch uitsprak, dat Haar een lang en gezegend leven mocht be schoren worden en Zij zoo nog tal van jaren getuige zou mogen zijn van eene gelukkige re geering harer Dochter, Koningin WilhelmiDa. De Koningin-Moeder gaf in eenige korte, maar met zichtbare warmte uitgesproken woor den baren dank te kennen voor de gevoelens, waaraan de heer Gleichman uitdrukking had gegeven, en sprak ten slotte Hare beste wen schen uit voor de vruchtbare samenwerking van volksvertegenwoordiging en Koningin. Hierop onderhield Hare Majesteit zich achtereenvolgens met alle leden hoofdelgk, die door mr Gleichman werden voorgesteld, op de inne mendste wijze, daarbij zich met groote gemak- kelijkheid van de Nederlandache taal bedienen- welke bewonderenswaardig correct en duidelijk werd uitgesproken. De audiëntie der leden van de Eerste Kamer, die te vier uren waren ontvangen, had ge heel een Boortgelgk verloop en was binnen uur afgeloopen, terwijl het bijzonder gehoor, aan de leden der Tweede Kamer te vijf uur verleend, rnim vijf kwartier tijds vorderde, zoo dat H. M. de Koningin-Moeder, nagenoeg twee uren achtereen staande, met ongeveer 125 per sonen zich over onderwerpen van den meest uiteenloopenden aard heeft moeten onderhouden. waarlijk geen gemakkelijke taak VEREENIGINC VAN STATISTIEK. In de Zaterdag te 's Gravenhage, onder lei ding van den minister van financiën, gehouden vergadering der Vereeniging voor de staathuis houdkunde en statistiek bleek uit het jaarver sla? dat het ledental geregeld klimt en van 630 tot 655 gestegen is. Daartegenover staan verliezen van 28 ledenII door overlijden 17 door bedanken. Verder deed de secretaris eenige mededeelingen omtrent den arbeid der Vereeniging, waaruit o. a. bleek dat bet deel der Utrechtscke armenverzorging door mr H. Smissaeit dit jaar zal verschgnen, ter- wgl de gewone uitgaven geregeld worden voortgezet. Tot bestuursleden, wegens periodieke aftre ding van mr H. Goeman Borgesius en mr N G. Pierson, die niet herkiesbaar zijn, werden gekozen mr R. Macalester Loup te 's Graven hage en C. J. H. van den Broek te Middel- harnis. Als plaats voor de volgende algemeene ver gadering is Amsterdam aangewezen. Vervolgens kwamen in behandeling de be kende praeadviezen van mr S. van Houten, mr H. Krabbe en mr F. S. van Nierop, over de werkzaamheid van Staat en Gemeente ter verbetering der volkshuisvesting Het bestuur had eenige punten aangegeven, waarop bgzon der aandacht wordt gevestigd, te weten: 1°. bevoegdheid van gemeentebesturen en eventueel daaraan te geven uitbreiding; 2°. wyziging welke ter verbetering van volks huisvesting het onteigeningsrecht zou behoo- ren te ondergaan (regeling der schadeloosstelling); 3°. onbewoonbaarverklaring als middel ter verbetering van den woningstoestand 4°. middelen ter voorkoming dat bruikbare woningen door overbevolking en andere oor zaken gebrekkig worden 5° instelling van bgzondere colleges tot uit voering der in het belaag van volkshuisvesting te maken wettelgke bepalingen 6°. financieele zyde van het vraagstuk. Mr. J. A. Levy bepleitte, in tegenstelling met mr Yan Houten, staatsbemoeiing en ver langde een woningenwet. In strijd met bet advies van mr Krabbe wilde hij minder vrg- heid van beweging voor de gemeentelijke bouwverorderingen. 't Rijk moet voor de ge- eenten de onteigening vergemakkelgken. Mr Kruseman behandelde meer bijzonder de verbetering van het onteigeningsrecht en de onbewoonbaarverklaring, en wenschte een af zonderlijke wet tot regeling van de onteigening voor volkshuisvesting, toe te passen op bouw gronden en 8tadsterreinen. De heer Menno Huizinga deed uitkomen, dat de sanitaire eischen, aan woningen te stellen, steeds minder en minder worden bevre iigd. Naar verbetering moet door 't ingrgpen van den rijkswetgever worden gezocht. Onbewoon baarverklaring moet reeds toegepast woi den op slechte en vervuilde woningen. Mr Engelen van Zu'phen vestigde de aan dacht op het Basebche stelselwoningverbe tering door eigenaren met behulp van den Staat. Dr Ringeling van Amsterdam, op 't nuttig werkend hygiënisch toezicht aldaar wyzende, opperde het denkbeeld een stelselmatig en practisch onderzoek Daar woningtoestanden. Prof. Drucker verlangde dat de Staat aan de plaatselijke besturen de middelen verstrekke om te werken. Nauwkeurig wil hij de bevoegdheid der gemeentebesturen omschrijven bg uigente woningwet. Prof. Oppenheim zag in art. 145 der Grond wet (vernietigingsrecht) een belemmering voor de gewenschte wettelijke regelingen de heer Van Assendelft de Coningh zou gaarne bij de wet onderscheid gemaakt zien tusschen onbe woonbare en ongezonde woningen. Daarna verdedigden de preadviseurs hunne stellingen. Conclusiën werden niet genomen. Accijns vrijstelling voor wijn uit versche boomvruchten. De minister van financiën heeft thans bij de Tweede kamer ingediend het in de Kamer zitting van 23 December 1897 aangekondigd ontwerp, betreffende vrystelling van accijns voor wijn, die hier te lande uit versche boom vruchten wordt vervaardigd. De minister herinnert dat deze zaak reeds in 1892 ter sprake kwam en van verschillende zijden, o. a. door maatschappijen van land- en tuinbouw enDijverbeid,was aanhangig gemaakt. Volgens het nu ingediende ontwerp worden onder wijn begrepen alle gegeste dranken, die geheel of gedeeltelijk bereid zijn uit het sap of de aftreksels van druiven, rozijneD, krenten en alle andere versche of gedroogde boom vruchten. Ook worden als wijn belast vloeibare moeren en droeven, alsmede ongegeste sappen of af treksels van de hierboven genoemde vruchten, :hikt om wgn te vervaardigen, te versnij den of aan te lengen. Van den accijns zijn vrijgesteld gegeste of ongegeste dranken, die hier te lande worden vervaardigd uit versche boomvruchten. Verboden wordt in bergplaatsen, dienende tot opslag van wgn onder verlengbaar krediet, te slaan of voorhanden te hebben versche of gedroogde boomvruchten, ongegeste sappen en aftreksels van druiven, gegeste of ongegeste sappen en aftreksels van andere boomvruchten. Overtreding van dit verbod wordt gestraft met een boete, ten laste van den handelaar die de bergplaats in gebruik heeft, van ten minste f 200 en ten hoogste f 1000. Bovendien kan de minister den handelaar, die het verbod heeft overtreden, het recht ontzeggen om wgn onder verlengbaar krediet op te slaan. De minister kan onder de noodige voorzie ningen vergunnen, dat de rekening ook worde aangezuiverd door uitvoer van den wijn naar het buitenland. In de wet wordt voorbehoud gemaakt om bij algemeenen maatregel van bestuur, ond<-r de noodige voorzieningen tegen misbruik, vrij dom van accgns te verleenen voor wyn, die gebezigd wordt om daaruit cognac te stoken. BEITOEMlAUlüA ENZ. Bij kon. besluit is de apotheker 2de kl. bij de zeemacht F. M. Rasker bevorderd tot apotheker lste kl., met bepaling dat by voorshands in het genot zal biyven van de inkomsten, aan den rang van apotheker 2de klverbonden is de kapitein ter zee H. O. Feith, np zijn verzoek, op pensioen gesteld en het bedrag van bet pensioen bepaald op ƒ3150 'sjaars; is benoemd tot landmeter 2de kl. van bet kadaster C. Wondergem, te 's Hertogenboscb, thans 3de kl. is herbenoemd bij de naamlooze vennoot schap De Nederlandsche Bank tot president directeur mr N. P. van den Berg; is aan den directeur van het telegraafkantoor te Zwolle J. W. F. Kngff, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit 's rijks dienst; is de met verlof in Europa aanwezige majoor der infanterie van het leger in N.-I. J. H. A. Kroll, op zijn verzoek, wegens lichaamsgebreken, eervol uit den militairen dienst ontslagen, met toekenning van pensioen is de 0.1. ambtenaar met verlof J. F. E. ten Klooster, laatstelijk waarnemend vendu meester, tevens kassier en boekh< uder, bij het vendukantoor te Pekalongan, op zijn verzoek, wegens physieke ongeschiktheid, eervol uit 's lands dienst ontslagen, met toekenning van pensioen is de heer W. C. Klaassen, arts, benoemd en aangesteld tot officier van gezondh. 2de kl. bg het pers. van den geneosk. dienst van het leger in N.-I. Woensdag a. s. verleent de minister van justitie geen audiëntie. UIT STAD EN PROVINCIE. Heden middag leidde de bewoner van een perceel in de Segeerstraat alhier uit een hevigen rook, die zich ontwikkelde, af dat er in zgn kelder, welke tot bergplaats dient van huishoudelyke benoodigdheden en pakkisten, brand was ontstaan. Hij riep de hulp in van de gemeente-fabri- cage, die spoedig met den slangenwagen ver een slang op de waterleiding schroefde en zoo het vuur bluschte. De oorzaak is on bekend. Hr. Ms. kruiser Holland is heden morgen uit de haven van V1 i s s i n g e n naar het Niewediep vertrokken. Door het departement van marine is aan de koninklijke maatschappij de Schelde te V li s sin gen opgedragen, het vervaardigen leveren van de stoomwerktuigen en stoom ketels voor het op 'srykswerf te Amsterdam nieuw aan te bouwen pantserscbip. Met ingang van 1 November a. s. worden de kommiezen der le klasse bg 's rijks be lastingen J. Snoodijkte St. Maartensdgk en I. Deuning te Vlissingen (stad) ver plaatst naar Rotterdam. Aanstaand^ Woensdag, 'smiddags te twee ureD, houdt de gemeenteraad van Vlissin gen een openbare zitting. Daarin zullen mededeelingen worden gedaan en stukken overgelegd en zal eervol ontslag verleend worden aan Cbr. v. d. Poel, als eer sten boekhouder bij de bank van leening. Voorts zal de benoeming plaats hebben van de leden der vaste commissiën uit den rand, van eene onderwgzeres aan school A en van een lid der gezondheidscommissie. Daarna komen de volgende voorstellen ter tafeltot afwgzende beschikking op het adres van N. J. de Vey in zake het sluitingsuur der tapperijen en tot het verleeDen van vergunning tot het leggen van voetbruggen aanP. Lou- werse, H. Stormezand en I. Hubregtse. Door de scbietvereeniging Prins Hendrik te Vee re werd Zaterdag haar jaarlijkschen huishoudelijken sckietweds'ryd gehuuder. 'tWas fraai weer en er werd goed geschoten. Da uitslag was ah volgt Op 150 M., personeele baan, Beaumont-geweer 5 schoten, verkregenK. Dekker 51 punten, A. A. Geldof 50 p., H. de Zeeuw 46 p., J. Geijp 43 p., Jac. J. van Beveren 42 p., J. Florusse 40 p., A. Cuveljé 39 p., Jan J. van Beveren 37 p. J. s. 7, W. Dekker 37 p. 1. s. 5, J. W,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1898 | | pagina 1