De inhnldigingsfeesten. Dit bracht wellicht de etikette mee, maar opwekkend waa het niet. Men kon aan de jengdige Koningin bemerken, dat zij niet recht wist hoe zij het had. Gewend aan het apelen van het Wilhelmus, aan gejuich, had de ont vangst nu wat stijfs en H. M. iets gedwongen?. Weer datzelfde angstige zien naar hare moeder toen boog zij en nam haar plaats in. De uitvoering van het program was onbe rispelijk. De keuze van de liederen van Ver huist kwam ons niet gelukkig voor, al zong Kogmans ze weer heerlijk. Mevrouw Noordewier-Reddingius behaalde veel succes met haar liederen, en het Halleluja van Handel was overweldigend schoon. Onder de aanwezigen voor ons bemerkte ik de ministers Pierson, Goeman Borgesius, Eland en Cremer. Dat onze Koningin Mengelberg, De Lange en Bernard Zweers complimenteerde, weten onze lezers; ook wat H.H. M.M. hebben gezegd, althans volgens sommige verslaggevers. Het meerendeel verstond er natuurlijk niets van. En den volgenden dag was 'sGravenhage aan de beurt. Het eerst wat me daar in de hand werd gestopt was een roepstem van de Jonge- mannen-Vereeniging Thimotheus om toch vooral tot Jezus te gaan; hem „aan te nemen alsnw Heer en Heiland." Heel goed bedoeld voorzeker, maar vrij on- practiseh om daarmee juist nu die vroolpke, goedgezinde menigte lastig te vallen. Men schonk er dan ook geen aandacht aanmaar meer aan een tegelijkertijd verspreid biljet, waarop vermeld stond, bij wien men goed bier kon krijgen. Toevallig dat Timotheus ook ge vestigd is op de Dunne BierkadeHet eenige wat op het biljet van die vereeuiging mij trof, was het uitstekend portret der koningin, dat daarop voorkwam. Ik zou haast zeggen, bij alle afschuwelijke conterfeitsels van H. M. verdient dit een woord van waardeering. Dat het uitmuntend gelijkt, bleek me toen ik kort daarop H. M. op het perron van den Staatsspoor van zeer nabij weer aanschouwde. Na de gewone complimenteering door den burgemeester der residentie, den commissaris der koningin in Zuid-Holland en andere auto riteiten begon voor H. M. de drukte op nieuw. Weer een intocht, op dezelfde wijze als in Amsterdam! Weer gejuich, gegroet, en weer buigen en toewuiven. In Den Haag was ook een zeer fraaie eete- wacht, in Amsterdam door het volk beeren- wacht genoemd; maar in de residentie had men nog een allersierlijkst eerevendel. De versieringen in Den Haag vóór het paleis was schitterend en artistieker dan in Amsterdam. Onder de eerepoorten trok die der Trans- vaalsche studenten zeer de aandacht; zij stak verre uit boven die van de Fransche automo- bilen club te Amsterdam, die alles behalve fraai was. Ik heb onze koninginnen niet verder gevolgd op haar tocht door Den Haag. Anderen ver vulden de taak daarvan verslag te leveren. Ik kan me echter beat voorstellen hoe het daar zal geweest zijn en zijn zal in de volgende dagen: H. M. zal weer ontmoeten allerlei au toriteiten; vele zenuwachtige menschen, die ang stig zijn te zondigen tegen de etikette of vree zen te laat te komen, terwijl zij uren te vroeg zijn; sieriyk gekleede dames en stijf uitgedoste heeren. Zij zal toespraken moeten aanhooren, waarvan zij den inhoud al vooruit kent; en complimenten die haar zullen benauwen. Dat alles gelijkt als twee droppelen water op elkaar. Voor de Koningin hoop ik dat daaraan spoedig een einde zal komen; en zij rust zal kannen nemen. Na dan nog eenige dagen later revue over vloot en leger te hebben gehouden, komt weldra de werkelijkheid. Die werkelijkheid met hare streDge eischen, hare ernstige plichten. En dan zal men vragenwat zal de toe komst ons openbaren? Wat zal die zijn voor u, o Koningin, jong, ischoon en bekoorlijk? Wat zal die zijn voor Nederland? De tijd zal komen, dat de „eerbied voor uw jeugd en jonge jaren" zal wijken voor de ernstige vraagwat gij zijt voor uw volk. Veel, zoo niet alles zal in deze afhangen van uwe omgeving. Zij kan u en ons ten goede, ten zegen zijn maar ook het omgekeerde is denkbaar. Het is toch niet onmogelijk, dat uw goed hart, uw karakter bedorven worde door laffe vleierij. De hemel beware u en ons daarvoor Men spreekt veel van uwe goede eigenschap pen van vader's trekken en moeders deugden. Men aanbidt u omdat gij zoo liefderijk zijt, zoo bekoorlijk. Dat al het goede wat u siert de overhand behoude Men heeft u lief om uw rang. Men juicht u toe, ook omdat gij zulk een hooge positie inneemt. Eu zoo zal het blijveDwant het Nederlandsche volk is goed voor zijne koningen. Maar die rang eischt eenmaal Majesteit en karakter; die positie vordert dat gij, zooals menige uwer voorgangsters, wier invloed be grensder was dan de uwe, den luister van ons land hoog houdt, onder anderen op het gebied van kunst en wetenschap. En voor u is op zooveel ander terrein veel te doen ten nutte van het algemeen. Wij weten het Uw voornemens zijn heerlijk. Uw hart is goed. Uw wil is als uw hart. Dat dit alles zich meer en meer in goede rich ting ontwikkele door de wenken van eerlijke raadslieden. Dat men niet alleen uwe aandacht vestige op al wat uwe hofhouding betreft, of wat het leger vordert veel tijd zal men daarvoor van u vragen maar ook en vooral op de be hoeften des volks in 't algemeen. Die te leeren kennen is een eerste eiscb. En dat gij zei ven daartoe moet meewerken door u te onttrekken aan de eenzijdige voor lichting van ben,, die u steeds omgeven en het volk niet goed kennen, en tot u te roepen mannen en vrouwen, meelevende met het volk, in ruimen zin opgevat, het kennende in zijne algemeene nooden en behoeften. Vrouwen en mannen, die u de waarheid zeggen wijlen uw vader hield ervan, dat men ook hem rond weg de toestanden blootlegde zooals'ze wareD, mannen en vrouwen die zonder hoofsche vleierij, zonder achterdocht, zonder bijbedoe lingen u voorlichten naar waarheid en eerlijkheid. Uw taak zal er ja, wel zwaarder door wor den, maar de vervulling ook des te schooner. Er zal meer van u geëiacht worden, doch heerlijker zal uw loon zijn En des te gezegender zal in de geschiedenis van Nederland en onder het volk blijven voort leven de herinnering aan het plechtig oogen- blik, waarop gij in de Nieuwe Kerk te Amster dam werd gehuldigd UIT STAD EN PROVINCIE. De kommiezen-verificateur 3e cat. bij rijks belastingen A. G. Roozen te Vlissingen (haven) en J. Zuidema te Hansweert zijn bevorderd tot kommies-verificateur 2e cat., in gaande 1 October a. s. Door den minister van marine is, met ingang van 1" October, aan den zeeloods bij het Ned. loodswezen te Vlissingen J. P, Baljé, wegens lichaamsgebreken, eervol ontslag uit den dienst verleend, behoudens aanspraak op pensioen. Maandagmiddag is te Vlissingen een vijfjarig knaapje, dat op het ijzeren hek op den muur rondom de rotonde was geklommen, daar afgevallen en in den gang terechtgekomen, die naar het Hoofd voert. Deerlijk gewond werd de kleine naar het gasthuis vervoerd, waar hij Donderdag is overleden. Men schrijft ons uit Bruinisse Nadat wij in een heele poos op de Zeeuwsche stroomen geen Zeenwsch mosselzaad konden bekomen, hoeft de zaadbank, welke den 6 de zer op de Grevelingen is geopend, werkelijk wonderen gedaan. Den eersten dag werden aldaar met ongeveer 300 vaartuigen 6000 tonnen zaad geviseht; den tweeden dag met. 200 vaartuigen 3000 tonnen en den derde met ongeveer 150 vaartuigen 3250 tonnen die allen van f 1 tot f 75 opbrachten. ONDERWIJS. Na het gehouden tweede toelating s- en herexamen zijn nog tot de Rijks hoogere bur gerschool alhier toegelaten tot de 1 e klasse H. R. Hatting, A. H. Polak, R. P. de Rooy, L. J. A. van der Harst, P. P. D. Anschiitz, F. B. den Boer, S. 0. de Casembroot, P. W. de Kan, en H.H. Ebrenburg; tot de 2e klasse: A. H. Bouman, tot de 3e klasse: J. Oost Lievense, en tot de 4 e k 1 a s s eR. J. Bra- kema en H. J. Karei. Voor het toelatingsexamen voor de burger avondschool te Goes hadden zich 16 candi- daten aangemeld. Daarvan slaagden P. Mange, J. Goedbloed, D. Boone, P. A. Reijerse, J. Wolfera, I. Rooze, J. A. Boel, G. Kosten (amb. school), allen van Goes en L. Beenhakker van Kloetinge, D. Beun van Colijnsplaat en J. Augustijn van 's-Heer Arendskerke. Dit bericht is nog opgenomen in een deel der oplaag van ons vorig nommer. De intocht in 'sGravenhage. (Vervolg van ons vorig nommer.) Door de aanzienlijke vertraging op de rijks telegraaf, kwamen onderstaande telegrammen ons te laat in handen, om ze in onze geheele vorige oplaag te plaatsen. 's Gravenhage Vrijdagmiddag. Ook de koninklijke vereeniging Het Eere- teeken voor belangrijke krijgsverrichtingen was langs den weg geschaard, evenals de oud strijders van land- en zeemacht, de Haagsche afdeeling van den Bond van oud onderofficieren, burgerlijke corporatiën en de Oranjebond. Voor het paleis van den prins von Wied waren de verpleegden uit de weeshuizen en oudelieden-gestichten in de gelegenheid gesteld den stoet te zien. Met algemeen gejuich werden de in dat paleis terngkeerende groothertog van Saksen en de prins en de prinses Von Wied ontvan gen. De geheele vorstelijke familie was aan het open raam getuige vau den intocht. Da ridders der Militaire Willemsorde, die de vorstinnen geestdriftig toejuichten, ontvingen afzonderlijk een groet van de Koninginnen, die welgevallig luisterden naar een lied der weesmeisjes. Een barer bood der koningin een bloem ruiker aan met een album, waarin het gezongen lied gecalligrafeerd was. Bij de eerepoort van het hoofdcomité speel den de Vlaarding8cbe schutterijmuziek het volkslied. Van het balcon van den schouwburg daalde een bloemenregen neer. De tribune voor het departement van marine trok aller aandacht door de schitterende uni formen en damestoiletten. Op dat punt juichte de koloniale-reserve de vorstinnen toe. Op het voorplein van hot Paleis stonden ge schaard de civiele eerewacht; de Indische vorsten en de generaals, die HH. MM. met hun steken toewuifden. Daar naderde statig de plechtige stoet met de rijk gecostumeerde herauten voorop. lieëds uit de verte werd de verschijning van HH. MM. gehoord door de echos der juichende kreten. Toen de stoet uit de Paleisstraat kwam, barste een ware storm van toejuichingen los; alles zwaaide met hoed of zakdoek. Leve de Ko ningin hoerahoezeeklonk het van alle kanten en uit alle monden de Koningin tegen, die met hare moeder steeds het tot geestdrift overgeslagen publiek toeknikte en toelachte. Enkele oogenblikken na aankomst versche nen de Koninginnen op het balcon. De geest drift steeg nu ten top en van de omliggende woningen klonken der Koninginnen toejuichin gen tegen uit duizend keelen. De Koningin antwoordde door vriendelijk te buigen en gracieus met den zakdoek te zwaaien. Onderwijl gunde de Koningin een meer lang- durigenblik aan de versiering van het paleis, welke een hoogverrassenden indruk op H. M. scheen te maken. Toen was het lang verbeid oogenblik daar, dat het volk tot naast het ruiterstandbeeld van den grooten Zwijger werd toegelaten, om de Koningin te mogen begroeten. Dit ge schiedde in uitmuntende orde. De muziek der grenadiers speelde, maar werd overstemd door éen jubelkreet, welke uit dui zend monden opsteeg, toen men de Koningin nen langs de bovenvensters van het Paleis naar het balkon zag voortschrijden. De vensterdeuren werden opengeslagen en daar stond „onze Koningin" onder den rijken baldaquin voor het volk. De geestdrift, welke zich toen van de menigte meester maakte, was onbeschrijfelijk, maar onvergetelijk. Een hartverheffend tooneel was het waar alles juichte en vreugdekreten aanhief, zwaaide met hoeden en zakdoeken. En dat donderend gejuich daverde van af het paleis tot de Oranjestraat van daken en vensters. Daarop speelde de Kon. kapel het oude Wilhel mus iedereen zong mede, en klapte in de handen. De grenadiers der eerewacht voor het paleis zwaaiden met hun geweren naar de Koninginnen en riepen herhaaldelijkHoezeeLeve de Koningin l Vijf minuten lang duurde deze grootsche, onvergetelijke manifestatie. De Koningin straalde van geluk en was zichtbaar aangedaan. Nog lang bleef een ontzaglijke menigte voor het paleis het uitrijden van de koningin naar de kerk afwachten. De bijzondere godsdienstoefening in de Groote kerk werd bijgewoond door de Konin ginnen, den prins en de prinses Von Wied met hunne kinderen en den groothertog-van Saksen. De hofprediker, de heer Van der Flier, hield een toespraak, waarin aan de verdiensten van de Oranjevorsten werd herinnerd. De plechtigheid werd opgeluisterd door een gemengd koor, dat psalmen van Sweelinck en Valerius zong. Toen de Koninginnen de kerk verlieten, werd haar pad door weeskinderen met rozen bestrooid. Geheel zonder incidenten is de intocht niet afgeloopen. Door de felle hitte zijn vele personen flauw gevallen de broeders van St. Johannes de Deo en de pleegzusters van het Boode Kruis ver leenden hulp. Nabij de Parkstraat ontving een der lakeien, naast het gala-rijtuig gaande, van een der cavaleriepaarden een trap tegen het been. H. M. de Koningin boog zich terstond over de galakoets heen. Het ongeval liep echter gelnkkig goed af; het paard werd terstond gegrepen en de lakei kon zonder noemenswaardig letsel te hebben bekomen, den weg vervolgen. Bij den ingang van de Parkstraat werd een oogenblik de orde verstoord door een sujet, dat met een ijzeren schroefpen een der cavaleriepaarden in den buik stak. Dit werd gezien door een der journalisten, die den man bij deu kraag pakte, hem het scherpe voorwerp afnam en dit aan een polie- sgent overgaf. DE ILLUMINATIE. 's Gravenhage Vrijdagnacht. Als het mogelijk is een illuminatie te beschrij ven, dan verdiende die van beden dat zeker. Maar te beschrijven wat men zag, is nu eenmaal onmogelijk. Ten hoogste kan hier en daar een greep worden gedaan. Eu dan verdient in de eerste plaats genoemd, de Vijverberg. Wat een prach tige lichtschakeering Wat tintelden en flon kerden die vlammetjes langs alle lijnen van de gebouwen van Eerste kamer en verdere Rijks gebouwen in de door geen windje bewogen waterspiegel. Hier en daar in de hoogte mocht een enkel lichtje ontbreken, het geheel was prachtig. En dan die ballons tusschen het groen! 't Was als een tooversprookje. Dat pakte, dat sprak, dat greep in. Trouwens, overal handhaafden de oude ver lichtingsmiddelen zich op de eerste plaats. Want wat men ook zeggen moge èn cartou ches èn de nieuwerwetsche lampions die niet uitregenen en niet uitwaaien kunnen, leggen het af tegen de laat 'tons dan maar noemen ouderwetsche vetglaasjes en de ballons met kaarsen. Vandaar enkele teleurstellingen. De indruk van de verlichting voor het Paleis was niet zoo overweldigend als men zich had voorge steld. Wel maakten de ballons een aardig effect maar men miste dat levendige, dat flonkeren, dat aan eene illuminatie het mooie effect geeft. Zoo is het ook met den Scheveningschen weg. 't Is niet dat wat men zich had voorgesteld niet wat men noemt een zee van licht. Hetzelfde kan gezegd worden van het Stadhuis. Maar wat toch eigenlijk het voornaamste was, de stad was schoon verlicht, en de stemming was zeldzaam opgewonden, zooals men nooit te voren hier zag. Do rijtoer van de Koninginnen, welke eenige uren duurde en eerst tegen elf uur was afge loopen, werd een ware triomftocht, welke na tuurlijk het hoofdmoment van den avond vormde. Overal werden ovaties gebracht, hier door een zanguitvoering, elders door het aanbieden vau bouquetten, maar overal, overal juichte men de Koninginnen toe met een geest drift, welke men hier geheel niet gewend is. De eerste en grootste feestdag liep dus af, zoo goed als men slechts kon wenschen. Per telegraaf. DE AUBADE. Zaterdag middag. Heden ochtend werd der Koningin in don tuin van het Paleis eene aubade gebracht door schoolkinderen. 1400 kinderen, knapen en meisjes, brachten H. M. een ochtendgroet, waarbij slechts enkele uitverkorenen waren toegelaten, o. a. het kra nige keurvendel der Haagsche burgerscholieren en voorts de ouders der medezingende kinderen. Onder aanvoering van de hoofden der scho len marcheerden de kinderen het plein op, de meisjes meestal in het wit met Oranjebloesem. Te half elf kondigde trompetgeschal de komst der Koningin aan en terstond werd toen het Wilhelmus gezongeD, onder leiding van het hoofd der school, den heer Van der Laan, waarna mej. Cath. van Rennes de Oranje-Nassau- cantate dirigeerde, woorden van Van Dokkum. Deze cantate muntte uit door eenvoud, frisch- heid en ernst. De zang klonk liefelijk schoon en, waar de jongens alleen het woord kregen, krachtig en flink. Eï werd met groote eenheid gezongen en het gebed klonk aangrijpend, vooral de slotstrophe ervan, die begeleid werd door de muziek der grenadiers. De Koninginnen, die onder eene marquise op het bordes hadden plaats genomen de Koningin in licht blauw en hare moeder in parelgrijs toilet waren zichtbaar diep ge troffen. Achtereenvolgens werden de schrijver van de cantate Van Dokkum, de onderwijzer Van der Laan en mej. Van Rennes ontboden en werd hun door de Koninginnen dank gebracht voor hun uiterst welgeslaagd streven. Vooral met de componiste onderhielden de vorstinnen zich vrij lang, terwijl de kinderen hoezeel riepen. Ook Graaf Van Bijlandt, voorzitter van het uitvoerend comité, jhr Gevers Deijnoot en de heer Couvee, leden der sub-commissie voor de aubade, mochten persoonlijk den dank der Koninginnen ontvangen. Na afloop der plech tigheid dankten de Koninginnen van het bordes. Het geheele schoolcorps defileerde nu in mili taire houding en verwouderlijk juist voor de vorstinnen. De meisjes legden in het voorbij gaan bloemen aan den voet van het bordes, en de jongens zwaaiden, hoezeeroepende, met de petten. Ook het keurvendel der Haagsche Hoogere burger school defileerde en onder de luide toejuichingen van alle aanwezigen traden de Koninginnen het paleis weer binnen. Bloemencorso. Dit corso, dat te half twee aanving, was zeer schoon. De stoet had eene lengte van 1500 meter en besloeg de geheele laan van nieuw Oost-Indië en een groot gedeelte van het Be- zuidenhout. Zoo opgesteld, geleek zij een veelkleurige serpetine, waarin de Oranjekleur domineerde. Schitterend waren o. a. de Florawagen van den Bond met zes opgetuigden vossen, waarin Flora door haar kinderen gehuldigd wordt en geflankeerd door vrouwenfiguren, voorstellende de Nederlandsche bloem. De con8ulgroep van Zuid-Holland en de A. N. W. i?.-wag en trokken zeer de aandacht en het bloemenschip niet minder. Een typische groep was gewijd aan czaar Peter den Groote en diens bezoek aan den molen „De grootvorst in 1716", een prettig tafreeltje van oude tijden, met Oud-Hollandsche figuren. De Zaanlandsehe vereeniging Wilhelmina heeft eer van haar werk. Ontelbaar waren overigens de enkele figuren en groepenvooral de kindergroepen, waren bekoorlijk. De hoofdfiguur van het corso was eene hulde aan Hare Majesteit, een reusachtig bloembed, gedekt door de koningskroon, ge vlochten uit Oranjekleurige Afrikaanders. Alle overige bloemen waren creme en lila kleurige violieren. Op de wanden de wapens der provin ciën, voor en achter op den wagen twee maagden, gekleed in het wit met Oranjesjerp. Deze wagen werd getrokken door acht appelschim mels. Bij de Koninklijke tribune werden aan de Koningin, aan hare moeder en aan de priuses Von Wied bouquetten aangeboden. De muziek korpsen speelden het Wilhelmus 6n met de vaandels werd gesalueerd. De Koningin betuigde haar bijzonderen dank aan mevr. Constant de Rebecque voor de regeling wat het damesgedeelte betreft en hare bewondering aan graaf Van Bylandt. Het dagelij ksch bestuur van den bond werd voorgesteld en de Koningin onderhield zich met den voorzitter en den secretaris. Na het corso bezochten de Koninginnen het smaakvol en prachtig getooide Scheveningen. De ontvangst was daar luisterrijk en ongekend geestdriftvol. De Koninginnen brachten ook een bezoek aan het Kurhans, waar een volksconcert ge geven werd. Daar, evenals op Scheveningen, werden haar weder bouquetten aangeboden. NAKLANKEN UIT DE HOOFDSTAD. *Aan den burgemeester van Amsterdam zond de Koningin Vrijdag middag het volgende telegram „Burgemeester. Bij mijn terugkomst in de residentie is het mij eene behoefte nog eens mijne gevoelens van innige dankbaarheid te uiten voor de zoo hartelijke en schitterende ontvangst, mij in de hoofdstad te beurt geval len. Ik ben diep getroffen door de ontelbare bewijzen van liefde, gehechtheid en trouw, welke ik in Amsterdam ontving. Onvergetelijk zullen mij de dagen zijn, in uw midden doorgebracht. Ik verzoek u mijn diep gevoelden dank over te brengen aan allen die, bezield met gevoelens van verknochtheid en aanhanke lijkheid, bijdroegen tot een zoo uitstekend slagen van do schoone feesten, welke mij aangenaam venast hebben. Voor de zoo prach tige versiering der stad, de schitterende illu minatie en voor de voorbeeldige orde, welke overal heerschte en welke ieder hielp hand haven, ben ik zeer erkentelijk. Amsterdam beeft mijne moeder en mij heer lijke feestdagen bereid, die onze harten met groote blijdschap vervullen. WILHELMINA.'^ De burgemeester van Amsterdam, heeft als voorzitter van de hoofdcommissie tot het aan bieden van een nationaal huldeblijk aan H. M. de Koningin-Moeder, van H. M. het volgend schrijven ontvangen. „Hoogedel Gestrenge HeerIk veroorlooi Mij uwe bemiddeling in te roepen om allen, die door hunne bijdragen hebben deelgenomen aan het nationaal geschenk, Mij bij het neerleggen van het Regentschap aangeboden, daarvoor Mijn oprechten en diopgevoelden dank te be tuigen. In het bijzonder ook dien dank te willen overbrengen aan de commissies en per sonen, die in deze hunne medewerking hebben verleend. Het geschenk is grooter dan Ik Mij had mogen voorstellen. De deelneming is meer algemeen dan Ik had mogen verwachten; het stemt Mij tot groote dankbaarheid en Ik gevoel behoefte u te verzoeken dit namens Mij openlijk uit te spreken. Moge de stich ting, die Ik wensch in het leven te roepen, niet alleen velen ten zegen worden, maar een waardig gedenkteeken zijn van de liefde en trouw, waarmede het Nederlandsche volk Mij bij de vervulling Mijner taak omringde en steunde, een blijvend gedenkteeken tevens van mijne oprechte en innige dankbaarheid. EMMA." Behalve de reeds vermelde f 10.000 aan de algemeene armen, Bchonk H. M. f 1000 aan de politie en f250 aan de brandweer. Het Politiefonds ontving van I. B. f 1000, en de brandweer f 500. Bovendien kreeg het Politiefonds van de directie der Holl. spoor weg mij f 500. De ontzaggelijke menschen massa, die men in Amsterdam verwacht heeft, jis niet gekomen, zoo zegt de Amst. Crt. Wel zijn er bij Kras dageljjks ongeveer 40.000 fi 45.000 personen door het tourniquet gegaan, maar natuurlijk, wie komt nu ook in Amsterdam en niet bij Kras Daar staat tegenover, dat er hotel- en caféhouders zijn, die zich niet in zoo'n druk bezoek hebben mogen verheugen, en hoe vreemd het ook klinken moge, in 't centrum der stad zijn goede hotels, die niet eens alle kamers verhuurd hebben gehad. Trouwens, het vervoer van gasten per trein is zeer tegengevallen, en de uitgebreide extra- dienst bleek zoo goed als geheel overbodig. Er zijn extra-treinen uit Utrecht aangekomen met plaats voor ongeveer 600 menschen, die maar 20 passagiers hadden. Volgens een betrouw bare opgaven zijn er in de feestweek, naar schatting aan de beide stations pl. m. 25000 menschen aangekomen, waarvan er hoogst waarschijnlijk niet meer dan 10000 in de stad zijn gebleven. De A. O. M. vervoerde van Zondag 4 tot en met Donderdagavond 8 Sept. 511.000 passagiers. Het hoogste aantal, dat ooit per dag door de Maatschappij vervoerd is geworden werd Zondag bereikt. Zij vervoerde toen 137.500 personen. De rijdende artillerist, wiens paard Don derdag middag in de Damstraat te Amsterdam met de beide voorbeenen het koninklijk rijtuig raakte, zal op uitdrukkelijk verlangen van H. M. de koningin niet gestraft worden. H.M. heeft onmiddellijk na haar terugkeer ten paleize den plaatselijken commandant laten weten dat de artillerist aan het ongeval niet de minste schuld had. Tevens heelt zij laten vragen naar den toestand van den man, die by het achterwaarts brengen van zijn paard is gevallen. De met een. geteekende berichten zijn reeds in een deel van onze vorige oplage opgenomen. Vergaderingen, Concerten enz. Middelburg. Dinsdag 13 Sept. Verg. Middelb. Zieken fonds. Sociëteit St. Joris 7—8 u. Zondag 18 Sept. Vierde Zondagavond con cert. Schuttershof 8 u. W o e n s d. 21 Sept. Concert Orelio, Woltcrs, Mann. Concert- mgehoorz. Zaterdag 24Sept. Najaarsz. polder Walche ren. Polderhuis Abdij 10 u. Vlissingen. Zondag 11 en Maandag 12 Sept. Concert Wiener-Dameti Or Chester. Grand-Hotel 8 U. Zondag Matinée 27s u. TE HOUDEN AANBESTEDINGEN. Dinsdag 13 Sept. Middelburg. Raadhuis l1/., u. Bekram- inen dijken afgesneden gedeelte van voormalige Middelburgsche haven. Vrijdag 16 Sept. Vlissingen. Raadhuis. Levering 150.000 trottoirklinkers. Bestek en inlichtingen bij den gemeente-bouwmeester. Vrijdag 23 Sept. Middelb urg. Gebouw van het Provin ciaal bestuur. Het uitvoeren van buitengewone herstellingen aan de havenwerken te Veere, behoorende tot de zee- en oeverwerken in de provincie Zeeland. (Raming f 6650.) Aanwij zing 16 September.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1898 | | pagina 2