liiMlscle Com De inhnldigingsfeesten. BIJVOEGSEL Zaterdag 10 September 1898, no. 213. Middelburg 9 September. Do intocht in 's Gravenhage. (Vervolg van de courant). Door de aanzienlijke vertraging op de rijks telegraaf, kwamen onderstaande telegrammen ons te laat in handen, om ze in het hootdblad te plaatsen. 's Gravenhage Vrijdagmiddag. Ook de koninklijke vereeniging Het Eerc- tceTcen voor belangrijke krijgsverrichtingen is langs den weg geschaard, evenals de oud strijders van land- en zeemacht, de Haagsche afdeeling van den Bond van oud-onderofficieren burgerlijke corporatiën en de Oranjebond. Voor het paleis van den prins von Wied waren de verpleegden uit de weeshuizen en oudelieden-gestichten in de gelegenheid gesteld den stoet te zien. Met algemeen gejuich werden de in het paleis terugkeerende groothertog van Saksen en de prins en de prinses Von Wied ontvan gen. De geheele vorstelijke familie was aan het open raam getuige van den intocht. Bij de eerepoort van het hoofdcomité speel den de Vlaardingsche schutterij muziek het volkslied. De ridders der Militaire Willemsordedie de vorstinnen geestdriftig toejuichten, ontvingen afzonderlijk een groet van de Koninginnen, die welgevallig luisterden naar een lied der Een barer bood der koningin een bloem ruiker aan met een album, waarin het gezongen lied gecalligrafeerd was. Van het balcon van den schouwburg daalde De tribune voor het departement van marine trok aller aandacht door de schitterende uni formen en damestoiletten. Op dat punt juichte de koloniale-reserve de vorstinnen toe. Op het voorplein van het Paleis staan ge schaard de civiele eerewachtde Indische prinsen en de generaals, die HH. MM. met hun steken toewuiven. Daar nadert statig de plechtige stoet met de rijk gecostumeerde herauten voorop. Beeds uit de verte wordt de verschijning van HH. MM. gehoord door de echos dei- juichende kreten. Als de stoet uit de Paleisstraat komt, barst een ware storm van toejuichingen los; alles zwaait met hoed of zakdoek. Leve de Ko ningin hoerahoezeeklinkt het van alle kanten en uit alle monden de Koningin tegen, die met hare moeder steeds het tot geestdrift overgeslagen publiek toeknikt en toelacht. Enkele oogenblikken na aankomst versche nen de Koninginnen op het balcon. De geest drift steeg nu ten top en van de omliggende woningen klonken de Koninginnen toejuichingen tegen uit duizend keelen. De Koningin antwoordde door vriendelijk te buigen en gracieus met den zakdoek te zwaaien. Thans gunde de Koningin een meer langdu- rigen blik aan de versiering van het paleis, welke een hoog verrassenden indruk op IIM. scheen te maken. En nu was het lang verbeid oogenblik daar dat het volk tot naast het ruiterstandbeeld van den grooten Zwijger werd toegelaten, om de Koningin te mogen begroeten. Dit ge schiedde in uitmuntende orde. De muziek der grenadiers speelde, maar werd overstemd door éen jubelkreet, welke uit dui zend monden opsteeg, toen men de Koningin nen langs de bovenvensters van het Paleis naar het balkon zag voortschrijden. De vensterdeuren werden opengeslagen en daar stond „onze Koningin" onder den rijken baldaquin voor het volk. De geestdrift, welke zich toen van de menigte meester maakte, was onbeschrijfelijk, maar onvergetelijk. Een hartverheffend tooneel is het waar alles juicht en vreugdekreten aanheft, zwaait met hoeden en zakdoeken. En dat donderend gejuich davert van af het paleis tot de Oranjestraat van daken en vensters. Daarop speelt de Kon. kapel het oude Wilhel mus iedereen zingt mede, en klapt in de handen. De grenadiers der eerewacht voor het paleis zwaaien met hun geweren naar de Koninginnen en roepen herhaaldelijk: Hoezee! Leve de Vijf minuten lang duurde deze grootsche, onvergetelijke manifestatie. De Koningin straalde van geluk en was zichtbaar aangedaan. Nog lang bleef een ontzaglijke menigte voor het paleis het uitrijden van de koningin naar de kerk afwachten. De orde is uitstekend gehandhaafd. De godsdienstoefening in de Groote kerk werd heden middag bijgewooud door de Konin ginnen, den prins en de prinses Von Wied met hunne kinderen en den groot hertog van Saksen. De hofprediker, de heer Van der Flier, hield een aanspraak, waarin aan de verdiensten van de Oranjevorsten werd herinnerd. De plechtigheid werd opgeluisterd door een gemengd koor, dat psalmen van Sweelinck en Valerius zong. Toen de Koninginnen de kerk verlieten, werd haar pad door weeskinderen met rozen bestrooid. Door de felle hitte vielen vele personen flauwde broeders van St. Johannes de Deo en de pleegzusters van het Roode Kruis ver leenden hulp. Nabij de Parkstraat ontving een der lakeien, naast het gala-rijtuig gaande, van een der cavaleriepaarden een trap tegen het been. H. M. de Koningin boog zich terstond over den galakoets heen. Het ongeval liep echter gelukkig goed af; het paard werd terstond gegrepen en de lakei kon zonder noemenswaardig letsel te hebben bekomen, den weg vervolgen. Bij den ingang van de Parkstraat werd een oogenblik de orde verstoord door een sujet, dat met een ij zei en schroefpen een der cavaleriepaarden in den buik stak. Dit werd gezien door een der journalisten, die den man bij den kraag pakte, hem het scherpe voorwerp afnam en dit aan een poli agent overgaf. Amsterdam, Vrijdagmiddag. Aan den burgemeester van Amsterdam zond de Koningin heden middag het volgende telegram „Burgemeester. Bij mijn terugkomst in de residentie is het mij eene behoefte nog eens mijne gevoelens van innige dankbaarheid te uiten voor de zoo hartelijke en schitterende ontvangst mij in de hoofdstad te beurt geval len. Ik ben diep getroffen door de ontelbare bewijzen van liefde, gehechtheid en trouw, welke ik in Amsterdam ontving. Onvergetelijk zullen mij de dagen zijn, in uw midden doorgebracht. Ik verzoek u mijn diep gevoelden dank over te brengen aan allen die, bezield met gevoelens van verknochtheid en aanhanke lijkheid, bijdroegen tot een zoo uitstekend slagen van de schoone feesten, welke mij aangenaam verrast hebben. Voor de zoo prach tige versiering der stad, de schitterende illu minatie en voor de voorbeeldige orde welke overal heerschte en welke ieder hielp hand haven, ben ik zeer erkentelijk. Amsterdam heeft mijne moeder en mij heer lijke feestdagen bereid, die onze harten met groote blijdschap vervullen. WILHELMINA." Behalve de reeds vermelde f 10.000 aan de algemeene armen, schonk H. M. f 1000 aan de politie en f 250 aan de brandweer. Stoomdrukkerij - D. G. KrÖber Jr. - Middelburg.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1898 | | pagina 5