IMIDDELBURGSCHE COURANT. N°. 176 1898. Vrijdag 29 Juli. 141e Jaargang. Deie courant verachfjnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en feestdagen. Prijs, per kwartaal, aoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2 Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. Thermometer Middelburg 28 Juli 8 u. vm. 69 gr. 12 u 75 gr., av. 4 u. 71 gr. T. Verw. zwakke wind. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór hirn nur aan het bureau bezorgd zijn. AdvertentfSn20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent por regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis aan het burean te bekomen. Agenteni Te 's GravenhageDe Gebb. Belineante te Amsterdam A. de La Mae Azn. deze courant behoort een Biji Middelburg 28 Juli. Zal Jantje overgaan? Die vraag stellen zich dezer dagen de moe ders en vaders van vele Jantjes, want een groot gedeelte van de Nederlandsche spes patriae verkeert in deze gelukkige Juli-dagen in een ware „overgangs"-periode. Zal Jantje overgaan Er zijn geruchten van het tegendeel tot papa doorgedrongen. Jantje heeft al een maand of wat gesukkeld met zijn huiswerk. Hij moest dikwijls nablijven, omdat er veel fouten in waren of omdat 't slordig was. Zou Jantje wel overgaan? Papa besluit naar de school te gaan om by meneer zelf te informeeren. Ja, ziet u, ik vrees, dat het niet gaan zal. 't Is Jantje op den duur te machtig ge worden. Hij is als een jongentje met korte beentjes onder een troep langbeenen. Hij kan het niet bijhouden. We hebben het geprobeerd met goede en met kwade woorden, met over maken van zijn werk, met strafmaar het heeft niet gebaat. Ik vrees werkelijk Maar meneerz'n geestvermogens zijn toch uitstekend Wel zeker, dat gaat vrij goed. Maar we staan met dat al voor 'tfeit, dat hij de ande ren, ondanks alle moeite van zijne en onze zijde, niet heeft kunnen bijhouden. En die an deren, geloof me meneer, zijn ook niet alle maal genieën Wel, wel, wat zal dat 'n teleurstelling wezen U bedoelt voor 't ventje zelf? Ja, en voor ons Och komU wilt er toch geen drijfjacht van makenKan Jantje dit jaar niet mee, het volgende zooveel te beter. Met dat éene jaar is niets verloren. 't Zal hem zelf ook zoo teleurstellen Maar u weet toch wel, dat kinderverdriet gauw vergeten is. Let eens op. Eer er een week is voorbijgegaan, is hij 't geheele geval verge ten, en weet niet beter of 't hoort zóo. En bovendien, 't is voor hem zelf werkelijk beter. Hij kan in de nieuwe klas niet mee. Plaats ik hem er toch in, dan zal hij zich den eersten tijd vreeseiyk inspannen, om mee te gaan en 't slot zal niettemin wezen, dat hij 't eindelijk toch moet opgeven Papa naar huis, waar hij de Jobstijding ver telt Mama in tranen, Jantje niet over, wel, wel! En wat zullen de Brnijns daarvan zeggen, en de Yan Duren'sEn wat zullen die brutale jongens van den bakker aan de over kant, die „natuurlijk" wel overgaan, haar aankijken. Ze besluit, er zelf eens op uit te gaan. Vrouwelijke overtuigings- en overredingskracht slaagde zoo vaak waar de man faalde. Wie weet, of het nog niet helpt. Maar m'neer, wat hoor ik nu toch Gaat Jantje niet over? En ze put al harewel- sprekenheid, die niet gering is, uit, om den man die de moeilykste kunst ter wereld be oefent, de kunst kinderen op te voeden en ouders tevreden te stellen, tot hare meeniDg over te halen. Och mevrouw, ik zou zelf ook graag willen dat hij over kon. Maar werkelijk, 'tis onmogelijk. Hg is zóó ver achtergeraakt. En geloof me, 't zou voor hem óók beter zijn, als hij bleef zitten Voor hem Ja mevrouw, want geloof me, hy heeft zelf z'n best gedaan zooveel hij kon. Maar het was hem te machtig. wilt toch niet beweren dat hij dom is O, neen, dom niet. Maar men behoeft ook niet altgd dom te zijn, als men anderen niet kan bgbonden Anderen, juist dat is 't. Anderen zullen wèl overgaan, maar Jantje niet. Ik zal me dood schamen Maar mevrouw, werkeiyk, daar is geen reden voor. Ik zou er veeleer reden tot schaamte in vinden, als u van uw kind een inspanning vergde, die boven zgn krachten gaat. (Hy zegt er niet bij, wat hij denkt „om aan uwe ijdelheid te voldoen)." Och toe, meneer, denk er nog eens over. Probeer 't nog eens met hem. Kunnen pri vaatlessen niet meer helpen? Ja en neen. Ze kunnen helpen, maar dan moet 't kind zich inspannen boven zyn kracht en biyft later toch zitten. Werkeiyk mevrouw, men kan de natuur niet dwingen. Mevrouw gaat heen, nog ontstemd. En ze is van meening, dat pa, als Jan niet overgaat, 't er niet by moet laten. Dan moet Jan des noods maar by meneer A. van daan genomen worden, en by meneer B. op school De groote overgangsdag komt, en Jantje behoort niet tot de gelukkigen. Pa schrijft aan meneer A. een scherp briefje, waarin hij hem mededeelt, dat hij Jantje van school neemt. Het slot van dit verhaal kan de lezeres of lezer krijgen net zooals zij of hij wil. Meneer B, het schoolhoofd waar Jantje nu heengaat, is óf een verstandig man öf hg is het niet. Is hy het wel, dan bewijst hij Jantje den besten dienst dien hg hem bewijzen kan. Hy plaatst hem nl. even hoog als hij op de vorige school zat. Daarover vallen eerst tranen, maar binnen een week is het verdriet vergeten. Is hij een onverstandig man, dan plaatst hg Jantje in de klasse waar papa en mama hem zoo gaarne wilden zien zitten. Mama kan dientengevolge met opgeheven hoofde de bru tale jongens van den bakker passeeren, en het verdriet blijft haar bespaard Aan haar, ja maar aan Jantje niet. Want in de hoogere klas kan hg hier even min mee als ginds. Hij blijft achter, telkens meer achter. De onderwijzer beproeft het on mogelijke, om hem gelijken tred met de ove rigen te doen houden. Maar Jantje k&n het niet. De jongens van zijn klasse kijken hem er al op aan, hy wordt de uitbgter onder hen. Tot zgn verdriet komen pa en ma dat ook te wetenoch, je kunt toch ook niet altgd je verdriet verbergen als de jongens op school je nooit anders dan „de stommerik" noemen. 't Radicale middel is privaatlessen. Yan het oogenblik af dat dit onzalig kunst middel op hem toegepast wordt, is Jantjes pleizier voor goed bedorven. Weg zijn de heerlijke Woensdag en Zaterdagmiddagen, weg het pleizier van den kinderleeftijd En dat allemaal om te maken dat papa en mama zich niet over hem behoeven te schamen Aan 't eind van 't jaar gaat Jantje dageiyks door de sleepboot „Privaatonderwys" in 't zog zgner lessen voortgetrokken werkeiyk over. 't Is wel op 't randje af; 'n stuivertje op z'n kant. Maar hij is er dan toch. De vrengde in den huize Jantje's is groot. Maar als Jantje na de vacantie zgn joyeuse entrée in de nieuwe klas gedaan heeft, begint 't weer van voor af aanPrivaatlessen op de heerlijke Woensdag- en Zatermiddagen's avonds hulp bg z'n lessen. Och wat 'n verdriet. Zoo gaat de heerlijke kinderleeftgd voor ons arme Jantje voorbg. Hg ziet wel wat bleek, hij eet wel slecht, klaagt over nare droomen, over hartkloppingen, enz.En ook zijn de vooruitzichten per slot van rekening niet zoo heel gunstig, want meneer en de privaatonder wijzer verzekeren, dat hij trots alles en allen't volgende jaar bepaald niet mee zal kunnen. Doch dat is een zaak van later zorg. Jantje is nu overgegaan, dat is de hoofdzaak. Papa en mama behoeven zich over hun jongen niet te schamen Neen. Maar over zich zelf? Zutph Crt.) BMOE9UNUEN ENZ. Bij kon. besluit is voor het tijdvak van 1 Juni tot en met 31 Augustus 1898, ter ondersteuning in zijne studiën, van rykswege eene beurs van \f 800 verleend aan H. Postma, student in de facul teiten der geneeskunde en der wis- en natuur kunde bij de rijks-universiteit te Groningen; is aan J. Zaager Pzn., te Dirksland, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als schoolop ziener in het arr. Sommelsdijk; is benoemd hij den plaatselijken staf, tot tweede-luit., plaatselgke-adj. te Den Helder, de sergeant W. C. A. Veldman, van het 5de reg. inf. is aan den heer mr W. van der Jagt, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als adjunct commies bij het dep. van koloniën. De St. Ct. van heden, Donderdag, bevat de wet van den 14den Juli 1898, tot regeling der personeele belasting naar den grondslag rij wielen. A T J E H. De jongste mail uit Oost-In die, gedagteekend 28 Juni, bracht het officieele verslag aan om trent de voornaamste gebeurtenissen in het gouvernement Atjeh en Onderhoorigheden, welk verslag loopt van 7 tot en met 12 Juni. In Groot-Atjeh viel in het gebied buiten de Sagi's niets meldenswaardigs voor. Zoowel bg hoofden als bij bevolking van dit gebied was niet de minste belangstelling waar te nemen in hetgeen er tegenwoordig in het Pedirsche gebeurt. Onder de bevolking van de Sagi der XXYI Moekims kwamen vele gevallen voor van zware koortsen en buikziekte, soms met doodelgken afloop. De rust bleef in deze Sagi geheel ongestoord. Nog steeds houden zich verscheidene aanhan gers van T. Oemar in het Lehongsche op. Pang Mat van de VI Moekims en Ketjik Amin van KroeDg Kala, die T. Oemar naar Pedir gevolgd waren, keerden, na aldaar hunne geweren ver kocht te hebben, naar Lehong terug. Tn de XXII Moekims deden vijandige benden zeer weinig van zich hooren. De tot verre afstanden uitgerukte patrouilles kregen nergens voeling met vijandige benden. Slechts enkele malen werd een patrouille van Selimoen op verren afstand licht beschoten. Den 6den Juni werd het bivak te Reung-Reung uit een op pl. m. 350 M. afstand gelegen klapper bosch vry hevig beschoten. De hoofden en bevolking dezer Sagi toonden wel belang te stellen in de gebeurtenissen in Pedir en legden veelal een duidelgk leedver maak aan den dag wegens de smadelgke wgze, waarop de in Groot-Atjeh van hunnen moed en hunne macht zoo hoog opgevende Pedireezen zich overal tot de vlucht hadden gedwongen Op de Noordkust werden door de expedi- taire colonne in het Pedirsche, die den 5den Juni naar Padang Tidji oprukte, vijandige benden van verschillende heuveltoppen verdre ven; slechts een dier benden hield goed stand, en liet na hare verdrijving, waarby wg geen verliezen leden, twaalf dooden achter. In de Moekim Toedjoe viel geen schot; Imam Beurabo meldde zich dadelgk bij den aanvoer der; enkele andere Imams volgden dit voorbeeld. Bij eene verkenning, den 6den Juni gemaakt naar Gedeh Breuëh en aangrenzende kampongs, werden geene vijandelijkheden ondervonden. Den 12den zou in twee colonnes van Segli worden opgerukt naar de Moekims Sama Indra en Tjoemboek, waar de vijand zich, volgens ingekomen berichten, versterkt had. Een van deze colonnes ontmoette hardnekkigen tegen stand nabij Kota Poetoh; twee versterkingen werden door de marechaussee stormenderhand genomen, waarbij de vijand 71 dooden met hunne wapens in onze handen achterliet, ter wijl onze verliezen bedroegen 5 minderen ge sneuveld en 7 minderen gewond; deze colonne rukte door naar Kemangan. T. Oemar bevindt zich te Tjot Moerong, terwgl T. Bintara Kemangan schriftelijk aan het bestuur heeft kennis gegeven, dat Pangli ma Polim met zijn gezin bg hem was aange komen. T. Bintara Reubèë meldde zich den lOenbij het bestuur. De gezondheidstoestand was in Groot-Atjeh, behalve in de XXVI Moekims, vrij gunstig bij de in de Pedirstreek ageerende colonnes zeer goed. Te Segli is overvloedig water voor- In den veestal der Atjeh associatie te Oleh- leh werd mond- en klauwzeer geconstateerd. Vermoedelgk door clandestien vervoer van besmet vee uit Lehong of Paroi (alwaar de veestapel bijna geheel uitgestorven moet zijn) naar de XXV Moekims, kwamen vele ziekte en sterfgevallen van runderen en karbouwen voor in de VI Moekims, de III Moekims Daroe, Longbatta en Lamsajoen. Voor zoover bekend zgn in die Moekims sinds 6 Juni gestorven 24 runderen en 14 karbouwen. De fungeerende gouvernementsveearts con stateerde runderpest. Overeenkomstig de aan wgzingen van dien ambtenaar zijn de strengste maatregelen getroffen ter voorkoming van uit breiding dier ziekte. UIT STAD EN PROVINCIE. Op grond van de gunstige berichten, die van elders tot ons komen in ons volgend nommer hopen wij onze eigen bevinding mee te deelen herinneren wij dat de voorstellingen in het goed bekende Theater-Wallenda op de kermis alhier heden (Donderdag) avond aan vangen en er slechts een beperkt aantal wor den gegeven. Volgens mededeeling van den commissaris der loodsen te V 1 i s s i n g e n, 6de District, dd. 25 dezer, is in het Oostgat, Zeegat van Vlissingen, 6de District, de Belgische visch- sloep O. no. 9 (St. Pierre) gezonken, in O'/a vm. water, op de peiliDgtoren van Zoutelande Z. 48°0. op ongeveer 1.1 zm. Het wrak ligt ongeveer 100 M. buiten de hoofden en is dus alleen voor kleine schepen gevaarlgk. Nabij het wrak is een groene wrakton Ligging ongeveer 51° 30' 36" NB. en 1® 25' 42" WL. Bij herstemming is Dinsdag tot lid van den raad te St Philipsland gekozen de heer J. A. Stols (aftr.) met 90 stemmen. De heer Th. A. Boudeling had er 50. Te Zuiddorpe kreeg Woensdag tienjarig zoontje van den landbouwer De M., terwijl het op het erf rond het huis speelde, van een daar losloopend paard een slag tegen het hoofd, waardoor de hersenpan gedeeltelijk verbrijzeld werd. Toch moet er nog hoop op herstel bestaan. Dezer dagen werd ontdekt, dat in een stuk rogge, toebehoorende aan een landbouwer onder Philippine, doch even over de Neder landsche grens, onder de Belgische gemeente Bouchaute, gelegen, een groot rund of eene koe geslacht was. Ingewanden, kop en pooten waren achtergelaten. Vermoedelijk is het ge slachte dier bij een der omwonende eigenaars gestolen, wat in den laatsten tgd meer voor komt. Gewenscht ware het, dat de Nederland sche en Belgische justitie de handen ineen sloe gen, om te trachten den brutalen dieven hun handwerk af te leeren. - De raad van Biervliet besloot tot aankoop, ten behoeve der raadzaal, van een portret der Koningin en maakte, voor twee leden van het college van zetters, twee voor drachten op. Op de eene komt de heer M. Wadde van Roon, wethouder, aftredend lid, als no. 1 voor, terwijl in plaats van den heer S. van der Hooft, die niet meer in aanmerking wenschte te komen, als no. 1 werd de heer P. L. Dossche, lid van den raad, LANDBOUW. teelt, dat op 11 September aanstaande, te 10 uren, te Antwerpen, ten stadhuize zal ge houden worden, onder het eere voorzitter schap van den minister van landbouw en openbare werken. De personen, die dit congres willen bywo- nen, en een punt, betreffende de bijëateelt, wil- behandeld zien, worden dringend verzocht, een inschrijfbiljet te vragen aan den heer E. van Dieren, voorzitter der Kempensche Bg maat schappij te Herenthout, of aan den heer P. Rondou, voorloopigen secretaris van het con gres, te Oud-Heverlee. EEN LASTIGE LOGE. Onder voorzitterschap van den heer H. J. E. Gerlach van St Joosland de heer G. Bom was uitstedig werd heden op de bovenzaal van de sociëteit De Vergenoeging alhier eene buitengewone vergadering gehouden van leden der Vereeniging tot verbetering van het Paar denras in Walcheren en Kieuw- en St Joosland, volgens het citatiebiljet om te spreken over den hengst Lion Beige. De opkomst was druk. De voorzitter opende de vergadering, heette de leden welkom en deelde mede dat de tegen woordige staller van den hengst Lion Beige, de heer Nieuwenhuijze, die dit van den heer Born heeft overgenomen, het dier niet langer wil houden, op grond dat dit erg humeurig is. De commissie vau toezicht is homogeen om den hengst een andere verblgfplaats te geven, ook in het belang van het dier zelf. Op een vraag van een der leden deelde de heer T. J. Voorbeijtel mede, dat de tegenwoor dige houder van den hengst het dier niet geven kan wat het behoeft, nl. beweging en ver schooning. Hij, de heer Nieuwenhuijze, is zqowel als zijn knechts bang voor het dier. Een der leden meende, dat de heer Bom op zich genomen heeft den hengst voor een jaar te Btallen, en dat hg dus verplicht is dat dier gedurende den overeengekomen tgd te houden. Dat lid, de heer Mesu, stelde voor de zaak thans niet af te doen, maar te wachten totdat de heer Bom zelf aan de leden mededeeling kan doen van den stand der zaak. De voorzitter verklaarde namens de com missie van toezicht, dat voorstel wel in behan deling te willen brengen, maar deelde mede dat de commissie dan van hare verantwoordelgk- heid wenscht te worden ontslagen. Een der andere leden verklaarde, dat de hengst onhandelbaar is, dat hij niet uit zijn stal komt en niet verzorgd kan worden ook dit lid meen de, dat de heer Born verplicht moest worden zijn overeenkomst gestand te doen, te meer daar de tegenwoordige houder gezegd heeft den hengst niet langer dan tot Maandag te willen stallen. Daar tegenover werd er op gewezen, dat de omstandigheden voor den heer Bom zgn ver anderd dat hij dikwijls op reis is en geen ge legenheid heeft om den hengst de noodige op passing te geven» Het voorstel van den heer Mesu werd daarop bij acclamatie aangenomen. De voorzitter deelde nog mede, dat volgens van den heer Bom ingekomen bericht, deze geïu- formeerd had of er in België gelegenheid zou wezen om den hengst te dresseeren. Een zoo danige gelegenheid is gevonden, maar die zou voor drie maanden een uitgaaf van 900 francs vorderen. De voorzitter deelde verder mede, dat zich staande de vergadering twee leden hebbeD aangemeld, die den hengst willen houden op dezelfde voorwaarden als door den heer Bom zyn gesteld. Na nog eenige discussie over de vraag wan neer de volgende vergadering zal gehouden worden, werd die bepaald op aanstaanden Donderdag 's middags te twaalf uren. Naar men ons uit Koudekerke meldt, gaat het mesten van varkens tegenwoor dig niet naar wensch. Uit het fonds, dat on geveer twee honderd leden telt, zyn in de laatste dagen iederen dag eenige dier dieren geslacht; Woensdag zelfs zes stuks en heden morgen wederom drie. Men zal nu eene vergadering houden ter bespreking van eene inenting der varkens tegen de vlekziekte. Alle byëntelers van België en Nederland worden uitgenoodigd om deel te nemen aan het Vlaamsch-Nederlandsch congres van bi Proefvelden In Zeeland. (Slot.) Uit het verslag van de uitkomsten op de door het rgk gesubsidieerde proefvelden van Zeeland in 1897, uitgebracht door den ryks- landbouwleeraar I. G. J. Kakebeeke, waaraan wij reeds het een en ander ontleenden, laten wij ten slotte nog deze mededeelingen volgen Zeeuwsch-Vlaanderen. De heer J. van Hoeve te Axel nam op proefveld 17, op zwaren kleigrond een proef om de nawerking van een paar kalksoorten na te gaan. Die proef is als mislukt te beschouwen. De heer P. Hiel te Hontenisse nam op proefveld no. 18, op lichten kleigrond, een cultnurproef met rogge-variëteiten. Uit de resultaten volgt dat de Zeeuwsche rogge het gewonnen heeft, gevolgd door de Schlanstiidter en daarna de Probsteier. Volgens deze proef bestaat er dus geen reden om den invoer van nieuwe rogge-variëteiten aan te bevelen. Dat de inheemsche rogge beter be stand is tegen zeer slecht weer, waaraan in dezen de hoogere opbrengst mag toegeschreven worden, is toch wezenlijk een groot voordeel dat niet over het hoofd gezien mag worden. De proefnemer schrijft, dat de Schlanstiidter hem overigens ook goed beviel, en hij daar een volgend jaar nogmaals van uit zal zaaien. De heer K. J. A. G. baron C o 11 o t d'Escury te Hontenisse nam op proefveld no. 19, op lichten kleigrond, een proef om de werking van kalihoudende meststoffen op aard appelen na te gaan. Het doel, met deze proef beoogd, om te zien of naast het gebruik van ammoniak-superphos- phaat door de toevoeging van kalihoudende meststoffen of kalk, nog een verhoogde op brengst zou worden verkregen, is in zoo ver bereikt, dat gebleken is, dat noch door zwavelzure kali magnesia noch door kalk een verhooging is verkregen, doch wel door toe passing van kaïn iet. De beide eerste toevoe gingen hebben zelfs nadeelig gewerkt, want, werd door een enkele toepassing van ammo- niak-superphosphaat f 595.87' per HA. gemaakt, door de toevoeging van kalk werd slechts f 551 gemaakt en door die van zwavelzure kali magnesia slechts f 552.90. Door de be mesting met kaïniet is een meerdere opbrengst verkregen van f 16.725 per HA. Dit bedrag is niet hoog, doch bewijst toch, dat de planten van deze meststof hebben geprofiteerd. Hoe nu te verklaren, dat wel kaïniet en niet zwa velzure kali magnesia heeft gewerkt, is moei- lijk. Als conclusie van deze proef kan dus eld worden, dat kaïniet gunstig gewerkt heeft; kalk en zwavelzure magnesia ongunstig, volgend jaar zal deze proef herhaald worden. Op proefveld no 20, op zwaren kleigrond, nam de heer J. A. Pateer te Kuitaart een proef om de werking van groen-bemesting na te gaan. Daarbij bleek dat groene bemesting op klei grond door middel van wikken met wat haver, goed werkt en aan te bevelen is. Aan het verslag is nog toegevoegd eene mededeeling omtrent het wetenschappelgk proef veld in den Wilhelminapol&zT op lichte klei. Proefnemer was de heer H. A. Hanken, direc teur van dien polder. Door hem werden twee proeven genomen. Het doel der eerste proef was, om bij aard appelen na te gaan het verschil in werking in opgeloste Peru-guano, ammoniak-superphos- phaat en Chili-salpeter-superphosphaat zoo gegeven, dat door de verschillende bemestingen een gelijk aantal KG. stikstof en phosphorzuur op het veld gebracht worden. Uit het beschot valt at te leiden dat de kunstmest dit jaar beter gewerkt heeft dan 't voorgaande jaar. De conclusie van de beide vorige jaren, dat superphosphaat en Cbili- salpeter voor aardappelen niet aan te bevelen zijn, biyft ook voor dit jaar gehandhaafd. Het verschil met de beide andere bemestingen is zelfs zeer aanzienlijk. Het verschil tusschen de bemestingen met ammoniak-superphosphaat en met opgeloste

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1898 | | pagina 1