IMIDDELBURGSCHE COURANT.
N°. 176
1898.
Vrijdag
29 Juli.
141e Jaargang.
Deie courant verachfjnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en feestdagen.
Prijs, per kwartaal, aoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 28 Juli 8 u. vm. 69 gr. 12 u 75 gr.,
av. 4 u. 71 gr. T. Verw. zwakke wind.
Advertentiën voor het eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór hirn nur
aan het bureau bezorgd zijn.
AdvertentfSn20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent por regel.
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige
voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis
aan het burean te bekomen.
Agenteni
Te 's GravenhageDe Gebb. Belineante te
Amsterdam A. de La Mae Azn.
deze courant behoort een Biji
Middelburg 28 Juli.
Zal Jantje overgaan?
Die vraag stellen zich dezer dagen de moe
ders en vaders van vele Jantjes, want een
groot gedeelte van de Nederlandsche spes
patriae verkeert in deze gelukkige Juli-dagen
in een ware „overgangs"-periode.
Zal Jantje overgaan
Er zijn geruchten van het tegendeel tot papa
doorgedrongen. Jantje heeft al een maand of
wat gesukkeld met zijn huiswerk. Hij moest
dikwijls nablijven, omdat er veel fouten in
waren of omdat 't slordig was. Zou Jantje
wel overgaan?
Papa besluit naar de school te gaan om by
meneer zelf te informeeren.
Ja, ziet u, ik vrees, dat het niet gaan
zal. 't Is Jantje op den duur te machtig ge
worden. Hij is als een jongentje met korte
beentjes onder een troep langbeenen. Hij kan
het niet bijhouden. We hebben het geprobeerd
met goede en met kwade woorden, met over
maken van zijn werk, met strafmaar
het heeft niet gebaat. Ik vrees werkelijk
Maar meneerz'n geestvermogens zijn
toch uitstekend
Wel zeker, dat gaat vrij goed. Maar we
staan met dat al voor 'tfeit, dat hij de ande
ren, ondanks alle moeite van zijne en onze
zijde, niet heeft kunnen bijhouden. En die an
deren, geloof me meneer, zijn ook niet alle
maal genieën
Wel, wel, wat zal dat 'n teleurstelling
wezen
U bedoelt voor 't ventje zelf?
Ja, en voor ons
Och komU wilt er toch geen drijfjacht
van makenKan Jantje dit jaar niet mee, het
volgende zooveel te beter. Met dat éene jaar
is niets verloren.
't Zal hem zelf ook zoo teleurstellen
Maar u weet toch wel, dat kinderverdriet
gauw vergeten is. Let eens op. Eer er een week
is voorbijgegaan, is hij 't geheele geval verge
ten, en weet niet beter of 't hoort zóo. En
bovendien, 't is voor hem zelf werkelijk beter.
Hij kan in de nieuwe klas niet mee. Plaats ik
hem er toch in, dan zal hij zich den eersten
tijd vreeseiyk inspannen, om mee te gaan en
't slot zal niettemin wezen, dat hij 't eindelijk
toch moet opgeven
Papa naar huis, waar hij de Jobstijding ver
telt Mama in tranen, Jantje niet over,
wel, wel! En wat zullen de Brnijns daarvan
zeggen, en de Yan Duren'sEn wat zullen die
brutale jongens van den bakker aan de over
kant, die „natuurlijk" wel overgaan, haar
aankijken.
Ze besluit, er zelf eens op uit te gaan.
Vrouwelijke overtuigings- en overredingskracht
slaagde zoo vaak waar de man faalde. Wie
weet, of het nog niet helpt.
Maar m'neer, wat hoor ik nu toch Gaat
Jantje niet over? En ze put al harewel-
sprekenheid, die niet gering is, uit, om den
man die de moeilykste kunst ter wereld be
oefent, de kunst kinderen op te voeden en
ouders tevreden te stellen, tot hare meeniDg
over te halen.
Och mevrouw, ik zou zelf ook graag
willen dat hij over kon. Maar werkelijk, 'tis
onmogelijk. Hg is zóó ver achtergeraakt. En
geloof me, 't zou voor hem óók beter zijn, als
hij bleef zitten
Voor hem
Ja mevrouw, want geloof me, hy heeft
zelf z'n best gedaan zooveel hij kon. Maar
het was hem te machtig.
wilt toch niet beweren dat hij dom is
O, neen, dom niet. Maar men behoeft
ook niet altgd dom te zijn, als men anderen
niet kan bgbonden
Anderen, juist dat is 't. Anderen zullen
wèl overgaan, maar Jantje niet. Ik zal me
dood schamen
Maar mevrouw, werkeiyk, daar is geen
reden voor. Ik zou er veeleer reden tot
schaamte in vinden, als u van uw kind een
inspanning vergde, die boven zgn krachten
gaat. (Hy zegt er niet bij, wat hij denkt
„om aan uwe ijdelheid te voldoen)."
Och toe, meneer, denk er nog eens over.
Probeer 't nog eens met hem. Kunnen pri
vaatlessen niet meer helpen?
Ja en neen. Ze kunnen helpen, maar dan
moet 't kind zich inspannen boven zyn kracht
en biyft later toch zitten. Werkeiyk mevrouw,
men kan de natuur niet dwingen.
Mevrouw gaat heen, nog ontstemd. En ze
is van meening, dat pa, als Jan niet overgaat,
't er niet by moet laten. Dan moet Jan des
noods maar by meneer A. van daan genomen
worden, en by meneer B. op school
De groote overgangsdag komt, en Jantje
behoort niet tot de gelukkigen. Pa schrijft
aan meneer A. een scherp briefje, waarin hij
hem mededeelt, dat hij Jantje van school neemt.
Het slot van dit verhaal kan de lezeres of
lezer krijgen net zooals zij of hij wil.
Meneer B, het schoolhoofd waar Jantje nu
heengaat, is óf een verstandig man öf hg is
het niet.
Is hy het wel, dan bewijst hij Jantje den
besten dienst dien hg hem bewijzen kan. Hy
plaatst hem nl. even hoog als hij op de vorige
school zat. Daarover vallen eerst tranen,
maar binnen een week is het verdriet vergeten.
Is hij een onverstandig man, dan plaatst hg
Jantje in de klasse waar papa en mama hem
zoo gaarne wilden zien zitten. Mama kan
dientengevolge met opgeheven hoofde de bru
tale jongens van den bakker passeeren, en het
verdriet blijft haar bespaard
Aan haar, ja maar aan Jantje niet.
Want in de hoogere klas kan hg hier even
min mee als ginds. Hij blijft achter, telkens
meer achter. De onderwijzer beproeft het on
mogelijke, om hem gelijken tred met de ove
rigen te doen houden. Maar Jantje k&n het
niet. De jongens van zijn klasse kijken hem
er al op aan, hy wordt de uitbgter onder hen.
Tot zgn verdriet komen pa en ma dat ook
te wetenoch, je kunt toch ook niet altgd je
verdriet verbergen als de jongens op school je
nooit anders dan „de stommerik" noemen.
't Radicale middel is privaatlessen.
Yan het oogenblik af dat dit onzalig kunst
middel op hem toegepast wordt, is Jantjes
pleizier voor goed bedorven. Weg zijn de
heerlijke Woensdag en Zaterdagmiddagen, weg
het pleizier van den kinderleeftijd En
dat allemaal om te maken dat papa en mama
zich niet over hem behoeven te schamen
Aan 't eind van 't jaar gaat Jantje dageiyks
door de sleepboot „Privaatonderwys" in 't
zog zgner lessen voortgetrokken werkeiyk
over. 't Is wel op 't randje af; 'n stuivertje
op z'n kant. Maar hij is er dan toch. De
vrengde in den huize Jantje's is groot.
Maar als Jantje na de vacantie zgn joyeuse
entrée in de nieuwe klas gedaan heeft, begint
't weer van voor af aanPrivaatlessen op
de heerlijke Woensdag- en Zatermiddagen's
avonds hulp bg z'n lessen. Och wat 'n verdriet.
Zoo gaat de heerlijke kinderleeftgd voor ons
arme Jantje voorbg. Hg ziet wel wat bleek,
hij eet wel slecht, klaagt over nare droomen,
over hartkloppingen, enz.En ook zijn de
vooruitzichten per slot van rekening niet zoo
heel gunstig, want meneer en de privaatonder
wijzer verzekeren, dat hij trots alles en allen't
volgende jaar bepaald niet mee zal kunnen.
Doch dat is een zaak van later zorg. Jantje
is nu overgegaan, dat is de hoofdzaak. Papa
en mama behoeven zich over hun jongen
niet te schamen
Neen.
Maar over zich zelf? Zutph Crt.)
BMOE9UNUEN ENZ.
Bij kon. besluit
is voor het tijdvak van 1 Juni tot en met
31 Augustus 1898, ter ondersteuning in zijne
studiën, van rykswege eene beurs van \f 800
verleend aan H. Postma, student in de facul
teiten der geneeskunde en der wis- en natuur
kunde bij de rijks-universiteit te Groningen;
is aan J. Zaager Pzn., te Dirksland, op zijn
verzoek, eervol ontslag verleend als schoolop
ziener in het arr. Sommelsdijk;
is benoemd hij den plaatselijken staf, tot
tweede-luit., plaatselgke-adj. te Den Helder, de
sergeant W. C. A. Veldman, van het 5de reg. inf.
is aan den heer mr W. van der Jagt, op zijn
verzoek, eervol ontslag verleend als adjunct
commies bij het dep. van koloniën.
De St. Ct. van heden, Donderdag, bevat de
wet van den 14den Juli 1898, tot regeling der
personeele belasting naar den grondslag rij wielen.
A T J E H.
De jongste mail uit Oost-In die, gedagteekend
28 Juni, bracht het officieele verslag aan om
trent de voornaamste gebeurtenissen in het
gouvernement Atjeh en Onderhoorigheden,
welk verslag loopt van 7 tot en met 12 Juni.
In Groot-Atjeh viel in het gebied buiten de
Sagi's niets meldenswaardigs voor. Zoowel bg
hoofden als bij bevolking van dit gebied was
niet de minste belangstelling waar te nemen in
hetgeen er tegenwoordig in het Pedirsche
gebeurt.
Onder de bevolking van de Sagi der XXYI
Moekims kwamen vele gevallen voor van zware
koortsen en buikziekte, soms met doodelgken
afloop.
De rust bleef in deze Sagi geheel ongestoord.
Nog steeds houden zich verscheidene aanhan
gers van T. Oemar in het Lehongsche op. Pang
Mat van de VI Moekims en Ketjik Amin van
KroeDg Kala, die T. Oemar naar Pedir gevolgd
waren, keerden, na aldaar hunne geweren ver
kocht te hebben, naar Lehong terug.
Tn de XXII Moekims deden vijandige benden
zeer weinig van zich hooren.
De tot verre afstanden uitgerukte patrouilles
kregen nergens voeling met vijandige benden.
Slechts enkele malen werd een patrouille van
Selimoen op verren afstand licht beschoten.
Den 6den Juni werd het bivak te Reung-Reung
uit een op pl. m. 350 M. afstand gelegen klapper
bosch vry hevig beschoten.
De hoofden en bevolking dezer Sagi toonden
wel belang te stellen in de gebeurtenissen in
Pedir en legden veelal een duidelgk leedver
maak aan den dag wegens de smadelgke wgze,
waarop de in Groot-Atjeh van hunnen moed
en hunne macht zoo hoog opgevende Pedireezen
zich overal tot de vlucht hadden gedwongen
Op de Noordkust werden door de expedi-
taire colonne in het Pedirsche, die den 5den
Juni naar Padang Tidji oprukte, vijandige
benden van verschillende heuveltoppen verdre
ven; slechts een dier benden hield goed stand,
en liet na hare verdrijving, waarby wg geen
verliezen leden, twaalf dooden achter.
In de Moekim Toedjoe viel geen schot; Imam
Beurabo meldde zich dadelgk bij den aanvoer
der; enkele andere Imams volgden dit voorbeeld.
Bij eene verkenning, den 6den Juni gemaakt
naar Gedeh Breuëh en aangrenzende kampongs,
werden geene vijandelijkheden ondervonden.
Den 12den zou in twee colonnes van Segli
worden opgerukt naar de Moekims Sama Indra
en Tjoemboek, waar de vijand zich, volgens
ingekomen berichten, versterkt had. Een van
deze colonnes ontmoette hardnekkigen tegen
stand nabij Kota Poetoh; twee versterkingen
werden door de marechaussee stormenderhand
genomen, waarbij de vijand 71 dooden met
hunne wapens in onze handen achterliet, ter
wijl onze verliezen bedroegen 5 minderen ge
sneuveld en 7 minderen gewond; deze colonne
rukte door naar Kemangan.
T. Oemar bevindt zich te Tjot Moerong,
terwgl T. Bintara Kemangan schriftelijk aan
het bestuur heeft kennis gegeven, dat Pangli
ma Polim met zijn gezin bg hem was aange
komen.
T. Bintara Reubèë meldde zich den lOenbij
het bestuur.
De gezondheidstoestand was in Groot-Atjeh,
behalve in de XXVI Moekims, vrij gunstig
bij de in de Pedirstreek ageerende colonnes
zeer goed. Te Segli is overvloedig water voor-
In den veestal der Atjeh associatie te Oleh-
leh werd mond- en klauwzeer geconstateerd.
Vermoedelgk door clandestien vervoer van
besmet vee uit Lehong of Paroi (alwaar de
veestapel bijna geheel uitgestorven moet zijn)
naar de XXV Moekims, kwamen vele ziekte
en sterfgevallen van runderen en karbouwen
voor in de VI Moekims, de III Moekims Daroe,
Longbatta en Lamsajoen. Voor zoover bekend
zgn in die Moekims sinds 6 Juni gestorven
24 runderen en 14 karbouwen.
De fungeerende gouvernementsveearts con
stateerde runderpest. Overeenkomstig de aan
wgzingen van dien ambtenaar zijn de strengste
maatregelen getroffen ter voorkoming van uit
breiding dier ziekte.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Op grond van de gunstige berichten, die
van elders tot ons komen in ons volgend
nommer hopen wij onze eigen bevinding mee te
deelen herinneren wij dat de voorstellingen
in het goed bekende Theater-Wallenda op de
kermis alhier heden (Donderdag) avond aan
vangen en er slechts een beperkt aantal wor
den gegeven.
Volgens mededeeling van den commissaris
der loodsen te V 1 i s s i n g e n, 6de District,
dd. 25 dezer, is in het Oostgat, Zeegat van
Vlissingen, 6de District, de Belgische visch-
sloep O. no. 9 (St. Pierre) gezonken, in O'/a vm.
water, op de peiliDgtoren van Zoutelande Z.
48°0. op ongeveer 1.1 zm.
Het wrak ligt ongeveer 100 M. buiten de
hoofden en is dus alleen voor kleine schepen
gevaarlgk.
Nabij het wrak is een groene wrakton
Ligging ongeveer 51° 30' 36" NB. en 1® 25'
42" WL.
Bij herstemming is Dinsdag tot lid van
den raad te St Philipsland gekozen de
heer J. A. Stols (aftr.) met 90 stemmen. De
heer Th. A. Boudeling had er 50.
Te Zuiddorpe kreeg Woensdag
tienjarig zoontje van den landbouwer De M.,
terwijl het op het erf rond het huis speelde,
van een daar losloopend paard een slag tegen
het hoofd, waardoor de hersenpan gedeeltelijk
verbrijzeld werd. Toch moet er nog hoop op
herstel bestaan.
Dezer dagen werd ontdekt, dat in een
stuk rogge, toebehoorende aan een landbouwer
onder Philippine, doch even over de Neder
landsche grens, onder de Belgische gemeente
Bouchaute, gelegen, een groot rund of eene
koe geslacht was. Ingewanden, kop en pooten
waren achtergelaten. Vermoedelijk is het ge
slachte dier bij een der omwonende eigenaars
gestolen, wat in den laatsten tgd meer voor
komt. Gewenscht ware het, dat de Nederland
sche en Belgische justitie de handen ineen sloe
gen, om te trachten den brutalen dieven hun
handwerk af te leeren.
- De raad van Biervliet besloot tot
aankoop, ten behoeve der raadzaal, van een
portret der Koningin en maakte, voor twee
leden van het college van zetters, twee voor
drachten op. Op de eene komt de heer M.
Wadde van Roon, wethouder, aftredend lid,
als no. 1 voor, terwijl in plaats van den heer S.
van der Hooft, die niet meer in aanmerking
wenschte te komen, als no. 1 werd
de heer P. L. Dossche, lid van den raad,
LANDBOUW.
teelt, dat op 11 September aanstaande, te
10 uren, te Antwerpen, ten stadhuize zal ge
houden worden, onder het eere voorzitter schap
van den minister van landbouw en openbare
werken.
De personen, die dit congres willen bywo-
nen, en een punt, betreffende de bijëateelt, wil-
behandeld zien, worden dringend verzocht,
een inschrijfbiljet te vragen aan den heer E.
van Dieren, voorzitter der Kempensche Bg maat
schappij te Herenthout, of aan den heer P.
Rondou, voorloopigen secretaris van het con
gres, te Oud-Heverlee.
EEN LASTIGE LOGE.
Onder voorzitterschap van den heer H. J. E.
Gerlach van St Joosland de heer G. Bom
was uitstedig werd heden op de bovenzaal
van de sociëteit De Vergenoeging alhier eene
buitengewone vergadering gehouden van leden
der Vereeniging tot verbetering van het Paar
denras in Walcheren en Kieuw- en St Joosland,
volgens het citatiebiljet om te spreken over
den hengst Lion Beige.
De opkomst was druk.
De voorzitter opende de vergadering, heette
de leden welkom en deelde mede dat de tegen
woordige staller van den hengst Lion Beige,
de heer Nieuwenhuijze, die dit van den heer
Born heeft overgenomen, het dier niet langer
wil houden, op grond dat dit erg humeurig is.
De commissie vau toezicht is homogeen om
den hengst een andere verblgfplaats te geven,
ook in het belang van het dier zelf.
Op een vraag van een der leden deelde de
heer T. J. Voorbeijtel mede, dat de tegenwoor
dige houder van den hengst het dier niet geven
kan wat het behoeft, nl. beweging en ver
schooning. Hij, de heer Nieuwenhuijze, is
zqowel als zijn knechts bang voor het dier.
Een der leden meende, dat de heer Bom op
zich genomen heeft den hengst voor een jaar
te Btallen, en dat hg dus verplicht is dat dier
gedurende den overeengekomen tgd te houden.
Dat lid, de heer Mesu, stelde voor de zaak
thans niet af te doen, maar te wachten totdat
de heer Bom zelf aan de leden mededeeling
kan doen van den stand der zaak.
De voorzitter verklaarde namens de com
missie van toezicht, dat voorstel wel in behan
deling te willen brengen, maar deelde mede dat
de commissie dan van hare verantwoordelgk-
heid wenscht te worden ontslagen.
Een der andere leden verklaarde, dat de hengst
onhandelbaar is, dat hij niet uit zijn stal komt
en niet verzorgd kan worden ook dit lid meen
de, dat de heer Born verplicht moest worden
zijn overeenkomst gestand te doen, te meer
daar de tegenwoordige houder gezegd heeft
den hengst niet langer dan tot Maandag te
willen stallen.
Daar tegenover werd er op gewezen, dat de
omstandigheden voor den heer Bom zgn ver
anderd dat hij dikwijls op reis is en geen ge
legenheid heeft om den hengst de noodige op
passing te geven»
Het voorstel van den heer Mesu werd daarop
bij acclamatie aangenomen.
De voorzitter deelde nog mede, dat volgens
van den heer Bom ingekomen bericht, deze geïu-
formeerd had of er in België gelegenheid zou
wezen om den hengst te dresseeren. Een zoo
danige gelegenheid is gevonden, maar die zou
voor drie maanden een uitgaaf van 900 francs
vorderen.
De voorzitter deelde verder mede, dat zich
staande de vergadering twee leden hebbeD
aangemeld, die den hengst willen houden op
dezelfde voorwaarden als door den heer Bom
zyn gesteld.
Na nog eenige discussie over de vraag wan
neer de volgende vergadering zal gehouden
worden, werd die bepaald op aanstaanden
Donderdag 's middags te twaalf uren.
Naar men ons uit Koudekerke
meldt, gaat het mesten van varkens tegenwoor
dig niet naar wensch. Uit het fonds, dat on
geveer twee honderd leden telt, zyn in de laatste
dagen iederen dag eenige dier dieren geslacht;
Woensdag zelfs zes stuks en heden morgen
wederom drie. Men zal nu eene vergadering
houden ter bespreking van eene inenting der
varkens tegen de vlekziekte.
Alle byëntelers van België en Nederland
worden uitgenoodigd om deel te nemen aan
het Vlaamsch-Nederlandsch congres van bi
Proefvelden In Zeeland.
(Slot.)
Uit het verslag van de uitkomsten op de
door het rgk gesubsidieerde proefvelden van
Zeeland in 1897, uitgebracht door den ryks-
landbouwleeraar I. G. J. Kakebeeke, waaraan
wij reeds het een en ander ontleenden, laten
wij ten slotte nog deze mededeelingen volgen
Zeeuwsch-Vlaanderen.
De heer J. van Hoeve te Axel nam op
proefveld 17, op zwaren kleigrond een proef
om de nawerking van een paar kalksoorten na
te gaan. Die proef is als mislukt te beschouwen.
De heer P. Hiel te Hontenisse nam op
proefveld no. 18, op lichten kleigrond, een
cultnurproef met rogge-variëteiten.
Uit de resultaten volgt dat de Zeeuwsche
rogge het gewonnen heeft, gevolgd door de
Schlanstiidter en daarna de Probsteier. Volgens
deze proef bestaat er dus geen reden om den
invoer van nieuwe rogge-variëteiten aan te
bevelen. Dat de inheemsche rogge beter be
stand is tegen zeer slecht weer, waaraan in
dezen de hoogere opbrengst mag toegeschreven
worden, is toch wezenlijk een groot voordeel
dat niet over het hoofd gezien mag worden.
De proefnemer schrijft, dat de Schlanstiidter hem
overigens ook goed beviel, en hij daar een
volgend jaar nogmaals van uit zal zaaien.
De heer K. J. A. G. baron C o 11 o t
d'Escury te Hontenisse nam op proefveld
no. 19, op lichten kleigrond, een proef om de
werking van kalihoudende meststoffen op aard
appelen na te gaan.
Het doel, met deze proef beoogd, om te zien
of naast het gebruik van ammoniak-superphos-
phaat door de toevoeging van kalihoudende
meststoffen of kalk, nog een verhoogde op
brengst zou worden verkregen, is in zoo
ver bereikt, dat gebleken is, dat noch door
zwavelzure kali magnesia noch door kalk een
verhooging is verkregen, doch wel door toe
passing van kaïn iet. De beide eerste toevoe
gingen hebben zelfs nadeelig gewerkt, want,
werd door een enkele toepassing van ammo-
niak-superphosphaat f 595.87' per HA. gemaakt,
door de toevoeging van kalk werd slechts
f 551 gemaakt en door die van zwavelzure
kali magnesia slechts f 552.90. Door de be
mesting met kaïniet is een meerdere opbrengst
verkregen van f 16.725 per HA. Dit bedrag
is niet hoog, doch bewijst toch, dat de planten
van deze meststof hebben geprofiteerd. Hoe
nu te verklaren, dat wel kaïniet en niet zwa
velzure kali magnesia heeft gewerkt, is moei-
lijk. Als conclusie van deze proef kan dus
eld worden, dat kaïniet gunstig gewerkt
heeft; kalk en zwavelzure magnesia ongunstig,
volgend jaar zal deze proef herhaald
worden.
Op proefveld no 20, op zwaren kleigrond,
nam de heer J. A. Pateer te Kuitaart een
proef om de werking van groen-bemesting na
te gaan.
Daarbij bleek dat groene bemesting op klei
grond door middel van wikken met wat haver,
goed werkt en aan te bevelen is.
Aan het verslag is nog toegevoegd eene
mededeeling omtrent het wetenschappelgk proef
veld in den Wilhelminapol&zT op lichte klei.
Proefnemer was de heer H. A. Hanken, direc
teur van dien polder.
Door hem werden twee proeven genomen.
Het doel der eerste proef was, om bij aard
appelen na te gaan het verschil in werking
in opgeloste Peru-guano, ammoniak-superphos-
phaat en Chili-salpeter-superphosphaat zoo
gegeven, dat door de verschillende bemestingen
een gelijk aantal KG. stikstof en phosphorzuur
op het veld gebracht worden.
Uit het beschot valt at te leiden dat de
kunstmest dit jaar beter gewerkt heeft dan 't
voorgaande jaar. De conclusie van de beide
vorige jaren, dat superphosphaat en Cbili-
salpeter voor aardappelen niet aan te bevelen
zijn, biyft ook voor dit jaar gehandhaafd. Het
verschil met de beide andere bemestingen is
zelfs zeer aanzienlijk.
Het verschil tusschen de bemestingen met
ammoniak-superphosphaat en met opgeloste