MIDDELBliRGSCHE COURANT.
25 Juli.
N°. 172,
141s Jaargang.
1898.
Maandag
Dese courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen,
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2.-
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 23 Juli 8 O. vm. 63 gr. 12 n 70 gr.,
av. 4 o. 68 gr. F. Verw. tarn. kr.W. w. regenachtig
Advertentiën voor het eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór óSeï onr
aan het bnreau bezorgd zijn.
Advertentiën: 20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per re;
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige
voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratia
aan het bnrean te bekomen.
Bij deze courant behoort een Bijvoegsel.
Onze landbouwtentoonstellingen.
Wij hebben hierbij uitsluitend het oog
op die tentoonstellingen in onze provincie.
Jaarlijks heeft er men weet het
van wege de Maatschappij tot bevordering
van landbouw en veeteelt in Zeeland een
algemeens vergadering plaats. Aan die
vergadering wordt steeds een tentoonstelling
verbonden, die dus telkens in eene andere
gemeente, afwisselend naar de afdeeling,
welke aan de beurt is, wordt gebonden.
De Maatschappij betracht alzoo in deze de
billijkheid, door elk harer afdeelingen het
voorrecht van zulk eene vergadering en
expositie te gunnen.
Over die tentoonstellingen nu is onlangs
een oordeel uitgesproken, dat, wellicht slechts
ter loops geuit, toch naar ons inzien eenige
nadere beschouwing verdientin elk geval
ons aanleiding gaf tot eenige opmerkingen.
Het was op de vergadering, Woensdag
13 Juli te VlissiDgen gehouden door de af
deeling Zeeland van de Vereeniging Het
Nederland8ch Rundvee stamboekdat een der
aanwezigen, bij het bespreken van een post
voor het uitloven van premiën op de aan
staande landbouwtentoonstelling, verklaarde
die uitloving weinig waard te achten, omdat,
naar zijne meening, de afdeelingstentoonstel-
lingen haar tijd hebben gehad.
Het is ons niet bekend, op welke gronden
dit oordeel rust, omdat het niet nader weid
gemotiveerd; maar wellicht zien wij later
die wel eens hier of daar ontvouwd. Des-
verkiezende stellen wij ons blad daartoe be
schikbaar; in de overtuiging dat het hierbij
geldt eene kwestie van niet gering belang
voor onze Zeeuwsche landbouwers en vooral
veetelers.
Wij zeiven gevoelen ook wel iets voor
het geuite beweren; maar wij zouden tocb
niet gaarne durven aanraden die tentoon
stellingen op te heffen.
Waarschijnlijk ligt dit ook niet in de be
doeling van hem, die het bewuste oordeel
ten beste gafen stond zijn uitspraak in
nauw verband met het bewustzijn, dat dU
exposities, laten wij het zoo eens mogen uit
drukken, „haar eigen dood wel zullen sterven."
Dit zouden wij nu niet zoo grif beamen
want de ervaring leert dagelijks, dat zulke
instellingen een taai leven hebben.
Wij kunnen ons dan ook niet goed voor
stellen hoe eene jaarlijksche algemeene ver
gadering van de landbouwmaatschappij kan
plaats hebben zonder de traditioneele ten
toonstelling, de daarmee gepaard gaande
feestelijkheden en den gebruikelijken maaltijd.
En nog veel minder hoe zonder dat alles
het aantal leden der Maatschappij zoo groot
sou zijn als het tegenwoordig is.
Laten wij het toch maar eerlijk bekennen
het aantal van hen, die uit waarachtige,
zuivere belangstelling lid van zulk eene
Maatschappij worden, is niet zoo heel groot.
En een gewoon verschijnsel is bet, dat
telken jare in de afdeeling, waar zulk een
samenkomst met den aankleve van dien
wordt gehouden, het ledental toeneemt.
Dit is hoofdzakelijk een gevolg van het
aangenaam vooruitzicht dat er gezellige
bijeenkomsten zullen worden gehouden dat
er een en ander zal plaats hebben, waarbij
menigeen gaarne tegenwoordig is; dat aan
het nuttige zooveel aangenaams zal worden
verbonden.
Dat alles oefent groote aantrekkingskracht
uit.
Toch willen wij de Zeeuwen, die wezen
lijk in den landbouw en de veeteelt in hun
gewest belangstellen en dat toonen door hun
lidmaatschap der zoo nattige landbouw
maatschappij, niet wegcijferen; maar waar
telkens de klacht wordt geuit, dat haar
ledental nog niet de hoogte heeft bereikt, die
de Maatschappij om haar goed doel verdient
waar zoo velen zich verre van haar houden
daar zouden wij opheffing der afdeelings-
tentoonstellingen hoogst gevaarlijk vinden,
omdat zij meer dan waarschijnlijk vermin
dering van het ledental zouden tengevolge
hebben.
Uit dat oogpunt hebben die instellingen
dus zeker nut.
Pf dit ook het geval is voor den land
Agenten.'
Te 's GravenhageDe Gebk. Belinfante te
AmsterdamA. de La Mar Azn.
bouw en de veeteelt in het algemeen in
onze provincie, ziedaar eene andere kwestie.
Wij willen ons niet de bevoegdheid toe
kennen in deze een beslist oordeel nit te
spreken; maar de bewering, die ons aan
leiding gaf tot dit opstel, kwam nit den
mond van ecu deskundige en getuigde van
zooveel twijfel aan dat nut, dat wij ons
daarop gerust kunnen beroepen.
Trouwens, het twijfelachtige van dat nut
ligt voor de hand.
Op elke tentoonstelling, zooals die nu
plaats heeft, zijn de inzendingen met
uitzondering van die van werktuigen, af
komstig van handelaars vanzelf hoofdza
kelijk beperkt tot de afdeeling, waarin de
tentoonstelling wordt gehouden, en zijn de
bezoekers voor het meerendeel bewoners van
gemeenten, in die afdeeling gelegen.
De kring is dus in alle opzichten beperkt.
Gering zijn veelal de inzendingen en zij,
die het geëxposeerde aanschouwen, zien
meestal niet andeis dan hetgeen zij van
nabij reeds kennen. Hun gezichtskring wordt
dus niet verruimdvergelijkingen zijn door
hen bijna niet te maken. Voor ben is er
trouwens altijd, buiten de tentoonstelling
om, gelegenheid om een kijkje te nemen op
anderer vee of bedrijf. Eene wandeling in
gewone tijden heeft bijna hetzelfde resultaat
als een bezoek aan de expositie.
Om de belangstelling gaande te houden
en de lust tot inzenden, ook van elders, te
prikkelen, zijn er indertijd driejaarlijksche
wedstrijden gehouden, doch zij zijn afge
schaft èn omdat ze te veel geld kostten èn
wijl het moeilijk viel altijd iets belangrijks
voor een wedstrijd te vinden.
Na al het voorgaande zouden wij nu
willen vragenis er niet een beter middel
om het doei te bevorderen, dat men met
tentoonstellingen op landbouwgebied beoogt
En als antwoord daarop bieden wij ter
overweging aan het idee, om eens om de vijf
of eens om de tien jaren eene groote
algemeene Zeeuwsche tentoon
stelling te honden.
Zij zou moeten geschoeid zijn op dezelfde
leest als die in Zuid-Holland en Gelderland.
Flinke prijzen zouden daarbij moeten worden
uitgeloofdzoo flink dat de veeteler in ons
gewest, met zijn eigenaardige ligging der
verschillende deelen, daarin ruimschoots ver
goeding zou kunnen vinden voor het zeer
lastige vervoer en de stalling van zijn vee.
Het vervoer van goed en duur fokmaterieel
over water levert altijd risico op en inzending
daarvan zal alleen plaats hebben, als er uit
zicht op zulke prijzen bestaat.
Vooral het uitloven van prijzen voor vee-
familiën zou zeer zijn aau te bevelen, omdat
deze zeker een spoorslag zouden zijn tot
verbetering van het ras.
Het ligt voor de band dat eene dergelijke
tentoonstelling zeer kostbaar zal zijnde
landbouwmaatschappij zal die alleen niet
kannen dragenmaar het talrgk bezoek
kan daaraan tegemoet komen, terwijl voor
het overige uit de provinciale kas en door
steun van particulieren de noodige subsidies
wel zullen zijn te vinden.
Daarbij zou op de provinciale of de
vanwege de provincie gesubsidieerde booten
vrij vervoer van de inzendingen voor de
tentoonstelling gevraagd kunnen worden, en
aan de spoorwegdirectie eene belangrijke
reductie daarvoor. Aan dergelijke verzoeken
zal zeker wel worden voldaan; waardoor
aan de kosten van inzending zou worden
tegemoet gekomen.
Op het groote nut van znlk eene vijfjarige
tentoonstelling de termijn van tien jaar
komt ons wel wat al te lang voor behoe
ven wij niet uitvoerig te wijzen. Het bestaat
hoofdzakelijk in de gelegenheid, die zij biedt
om veeteelt en landbouw in onze g e h e e 1 e
provincie te vergelijken. De expositie kan
veel interessanter worden dan eene afdee-
lingstentoon8telling ooit wezen kan en worden
zal. In de gansche provincie zal zij de
belangstelling opwekken en zelfs buiten
Zeeland de aandacht trekken. Uit alle
deelen zal zij de producten en het vee
samenbrengenen de bezoekers, die, eerder
dan nu, van verre en nabij zullen komen om
haar te aanschouwen, zullen daar meer leering
kunnen opdoen dan nu op de jaarlijksche
expositie het geval is.
Of nu zulk een tentoonstelling zou moe
ten treden in de plaats van die jaarlijksche
Wij zouden niet gaarne daartoe advi-
seeren en wel om de hiervoren aangegeven
redenen, die het belang en het bestaan
der groote Maatschappij raken.
Slechts voor een tweetal afdeelingen vra
gen wij opheffing van zulk eene tentoon
stelling; en zij zullen er niet slechter door
worden.
Men wijze nl. uitsluitend de afdeelingen
Walcheren en Heinkenszand aan
voor het houden van zulk eene groote, al
gemeene Zeeuwsche tentoonstelling, opdat
die om de vijf jaren óf te Middelburg óf te
Goes plaats hebbe. Beide gemeenten zijn,
van de hoofdplaatsen in alle afdeelingen
der Maatschappij, het gunstigst gelegen, bet
gemakkelijkst bereikbaar en bieden ook
tevens de beste gelegenheid, om zulk eene
expositie te houden.
Middelburg, als hoofdplaats der provincie,
kan zeker eenig recht daarop doen gelden;
als er ten minste van recht in d
ook sprake mag zijn en Goes
niet minder als het middelpunt van eene
landbouwende streek, waarin tevens de
Wïlhelmina-polder is gelegen.
De hoofdvraag in deze is wat brengt
het belang van zulk eene tentoonstelling
meewaar heeft zij, wat betreft de inzen
dingen en het bezoek, de meeste kans van
slagen
En dan zal zeker geen andere, geen be
tere regeüug zija aan te wijzen dan de
door ons voorgestelde.
Wanneer die afdeelingen slechts eens
de tien jaren zulk eene tentoonstelling in
haar midden hebben, zullen zij zeker gaarne
eenige buitengewone opoffering zich getroos
ten en ook bij de gemeente besturen niet te
vergeefs kloppen om steun voor het uitloven
van prijzen.
Iu de andere zes afdeelingen kunnen de ge
wone tentoonstellingen beurtelings behoudeD
blijven tot tijd en wijle werkelijk blijke,
wat nu reeds beweerd is, dat zij haar tijd
hebben gehad, zij van zelf te niet gaan of
hare opheffing kan geschieden zonder dat
daarvan gevaar te duchten valt voor de
Maatschappij van landbouw en haar ledental.
Ziedaar een idee, dat bij ons opkwam ns
de bewering, te Vlissingen geuit.
Wij geven het voor beter.
In elk geval meenen wij dat het overwe
ging verdient.
Daarvoor bevelen wij het met ernst aan
bij allen die met ons belang stellen in aj
wat ten nutte kan strekken van den land
bouw en de veeteelt in Zeeland.
Laat men vooral het eens bespreken in
het hoofdbestuur en in de afdeelingen dei
Maatschappij tot bevordering van Landbouw
en Veeteelt in Zeeland!
Middelburg 23 Juli.
Een halve maatregel.
Als gevolg der resultaten van het onderzoek,
door de regeeriDg ingesteld naar de maatrege
len, die konden worden genomen tot het tegen
gaan der necrose, de verschrikkelijke ziekte,
die de arbeiders in de lucifersfabrieken teistert,
verscheen een koninklijk besluit, waarbij wordt
verboden een persoon beneden 16 jaren of een
vrouw arbeid te doen verrichten in de daarbij
aangewezen werkplaatsen.
Dit noemt de Nieuwe Amh. Crt. een balven
maatregel.
Het blad wijst er op, dat men in Zwitserland
reeds tot de overtuiging is gekomen dat „noch
bet verbod van vrouwen- en kinderarbeid, noch
de zorg voor betere voeding, noch het zorg
vuldig schiften en uitkiezen der meest geschikte
arbeiders, het gevaar op eenigszins afdoende
wijze zouden vermogen te temperen". (Dr Luage
das Verbot der Phosphorzündhölzchen in der
Schweiz).
En mocht men beweren, dat dit alles betrek
king heeft op het verleden, en dat na 1882 de
hygiënische wetenschap reuzenschreden heeft
gedaan, en er thans wel middelen bestaan om
het gevaar tot een minimum te beperken, dan
verwijst het blad naar het besluit van den
Zwitserschen Nationalen Raad, die met alge
meene stemmen het wetsontwerp, den aanmaak,
verkoop, invoer en uitvoer van met gelen
(witteD) phosphor vervaardigde lucifers ver
biedende, heeft aangenomen.
Ook in Frankrijk, waar Bedert 1890 de luci-
fers-fabricage staatsmonopolie is, heeft i
diergelijke ervaring opgedaan. Daarom werden
proeven genomen met de Amerikaansche auto
matische machine, een gesloten werktuig, waar
door de uitwaseming van den phosphor naar
buiten wordt geweerd. Over de resultaten
wordt weinig medegedeeldhet schijnt evenwel
bij proefnemingen op enkele fabrieken te zijn
gebleven.
In den loop van dit jaar werd echter door
den ingenieur Sévène eene nieuwe samenstel
ling van de pate ontdekt, waarin de witte
phosphor geheel wordt gemist. Dit procédé is
het eerst toegepast op de staatsfabriek te
Trélazé, welke thans dagelijks 10 millioen
lucifers van deze soort fabriceert, terwijl de
andere fabrieken hiervoor worden ingericht,
zoodat naar alle waarschijnlijkheid het gebruik
van witten phosphor in Frankrijk weldra tot
het verleden zal behooren. (G. Dumont Diet,
de Commerce et de VIndustrie.) In België is,
door bijzonder streng toezicht, het aantal sterf
gevallen in den laatsten tijd verminderd doch
dat ook hier geen afdoende resultaten zijn ver
kregen, bewijst de omstandigheid, dat de Bel
gische regeering eene prijs vraag heeft uitge
schreven betreffende de vervaardiging van luci
fers zonder witten phosphor.
Het blad betwijfelt of door het bovenver
melde koninkl. besluit het kwaad in ons land
zal worden gekeerd.
't Kan zijn, zegt het, dat door deze maat
regelen de gevallen met doodelijken afloop
zeldzamer worden, wellicht geheel ophouden,
maar niets waarborgt ons, dat de gezondheid
der arbeiders, in weerwil van al deze bepa
lingen, niet onherstelbaar verwoest. Boven
dien wordt bet gevaar grooter, dat de clan
destiene uitoefening van het bedrijf, buiten
alle toezicht, zal toenemen, evenals zulks in
Zwitserland het geval was.
Wellicht zal de uitvinding van den heer
Sévène het gebruik van den witten phosphor
in de naaste toekomst overbodig maken; zou
het instellen van een deskundig onderzoek in
Frankrijk, namens de Regeering, niet gewenscht
zijn? zoo niet dan zal het voorbeeld,door
Denemarken en Zwitserland gegeven, ook hier
vroeger of later moeten worden nagevolgd.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Bij kon. besluit is aan J. A. Frederiks te
Middelburg, vergunning verleeDd tot het aan
nemen der versierselen van Officier d!Académie,
hem door den minister van openbaar onderwijs
en schoone kunsten der Fransche Republiek
geschonken.
Verder is benoemd tot leeraar aan de R.
H. B. school te Den Helder G. C. C. Bethe,
thans leeraar aan de H. B. school te Goes.
De kolonel A. J. Prins, commandant van
het 3e regiment infanterie te Bergen op Zoom,
hield heden een inspectie over het 4e bataljon
te Vlissingen en zal dit a. s. Maandag doen
over het 2e bataljon te Middelburg.
- Vrijdagnamiddag had de 18-jarige K.,
werkzaam in de machinewerkplaats van de
Staatsspoorwegen te Vlissingen, het onge
luk met een zijner handen, in aanraking te
komen met een machine, waardoor dat lichaams
deel zoodanig werd beleedigd, dat tot ampu
teering ervan moest worden overgegaan.
- Het op de werf der kon. maatsch. De
Schelde te Vlissingen in aanbouw zijnde
stoomschip Prins Willem I voor de Mij. Neder
land, dat, zooals gemeld, den 13n Aug. van
stapel zal loopen, zal, zoo mogelijk, reeds op
het laatst van September naar Indië moeten
vertrekken.
In een Vrijdag middag te Koudekerke
gehouden raadsvergadering is aan mej. Holm,
onderwijzeres aan de openb. lagere school, op
verzoek om gezondheidsredenen, tegen 1 Aug.
een driemaandelijksch verlof verleend. Door
eene oproeping zal getracht worden gedurende
dien tijd een plaatsvervangster te verkrijgen.
Vei der besloten de leden aan de commissie
voor de inhnldigingsfeesten eene ruime sub
sidie uit de gemeentekas te doen toekomen.
Die, benevens de rijkelijk toegevloeide gaven
der inwoners zullen het mogelijk maken een
feest te organiseeren der koningin waardig.
Bij den schietwedstrijd, Vrijdag door de
vereeniging Nuttig en Aangenaam te Oost-
kap el ie gehouden, waren prijswinner:
Op de perBoneele baan, 5 schoten, deheeren
C. den Hollander met 57 p., I. Koole met 52 p.
P. Geldof met 49 p., J. Koole met 46 p., J.
Geldof met 36 p. en A. de Kam met 35 punten.
Op de vrije baan, 3 schoten, de heeren C.
den Hollander met 41 p., P. Geldof met 39 p.
A. de Kam met 38 p., 1. s. 14, J. Geldof met
38 p., 1. s. 13 en J. Koole met 37 punten.
Op de vrije baan, 5 schoten, de heerenI.
Koole met 63 p., A. de Kam met 53 p., P.
Geldof met 50 p., 1. s. 14, en J. Geldof 50
punten, 1. s. 12.
Een bejaard ingezetene van Ovezand
die jl. Dinsdag nog naar Goes was geweest, en,
van daar teruggekeerd, tegen den avond nog
iets in het veld had te verrichten, bleef zoo
lang weg, dat de huisgenooten ongerust wer
den. Na eenig zoeken vond men den man leven
loos in het veld. (G. Crt.)
De werkzaamheden voor den aanleg
van de stoomtram Zierikzee—Steenbergen zijn
thans zoo ver gevorderd, dat de rails worden
aangevoerd voor St. P h i 1 i p s 1 a n d.
Bij herstemming is gekozen tot lid van
den raad te
Duivendijke de heer C. van Staalen
met 25 van de 48 geldige stemmen. Op den
heer J. Viergever (aftr. lid) waren er 23 uit
gebracht. Het aantal kiezers bedraagt 71.
Zaam slag de heer M. de Jonge met 181
stemmen tegen 137 op den heer W. de Klerk Jr.
Van de 463 kiezers stemden er 335terwijl
17 stemmen van onwaarde waren.
In de Vrijdag gehouden vergadering van
den raad der gemeente Oostburg werd over
gelegd de gemeenterekening dienst 1897, welke
in ontvang bedroeg f 13.800.01 en in uitgaaf
12.716.40 en dus een vermoedelijk goed slot
zal opleveren van f 1083.61.
Op voorstel van burg. en weth. werd met
algemeene stemmen aan de commissie voor
het inhuldiflgsfeest een vast crediet van ƒ250
toegestaan, terwijl op nog f 50 voor onvoor
ziene uitgaven voor diezelfde commissie werd
Ook werd een vertrek in het raadhuis afge
staan ten gebruike van de afdeeling Oostburg
der landbouwmaatschappij voor het houden
van een winterlandbouwcursus. Besloten werd
ongeveer f 60 beschikbaar te stellen yoor het
in orde brengen van het lokaal.
De benoeming der gemeente-vroedvrouw, mej,
F. Brevet-Pa8ma werd met één jaar verlengd.
Na afloop der vergadering werd, met een
korte toespraak van den voorzitter, in de raad
zaal opgehangen een door de gemeente aange
schaft portret van H. M. Koningin Wilhelmina,
uitgevoerd naar de bekende schilderij van
mevr. Th. Schwartze.
Een merkwaardig uurwerk.
Aan den voorgevel van een smidse te Oud-
Vosmeer bevindt zich een merkwaardig uur
werk, dat waarschijnlijk nergens zijn wederga
vindt en toch Blechts door een eenvoudigen
smid, Janns Verkerke, een voormalig bewoner
der smidse, voor ruim een eeuw werd vervaar
digd. Een gedeelte van den gevel toch is ver
sierd met figuren en beeldjes, voorstellende
een schildwacht, ruiters, een moleD, een klok
kenluider, een smidse, een scharenslijper enz.,
die allen door het uurwerk in beweging wor
den gebracht.
De klokluider meldt steeds de geheele nren
door met een hamer op een groote bel te
slaan, terwijl op de halfuren de deuren der
smidse worden geopend en de smid op het
aambeeld het aantal halfuren slaatintusschen
draait de molen vroolijk rond, rijden de ruiters
in galop, en trapt de scharenslijper lustig het
wiel, terwijl de schildwacht zonder ophouden
met het geweer op den rug het geheel laDgs
wandelt om weder naar het schildwachthuisje
terug te keeren. In den laatsten tijd weigerde
het uurwerk echter zijn diensten en moesten
tal van vreemdelingen, die zich steeds door
het werkelijk kunstige voelden aangetrokken,
teleurgesteld vertrekken; een nieuwe bewoner
der smidse laat thans het uurwerk herstellen
en weldra kunnen dus schildwacht, molenaar
enz. hunne oude functies weer met denzelfden
lust van vroeger vervullen. (Hbld).
ONDERWIJS.
Te Goes had heden de bevordering
plaats van leerlingen der meisjesschool E,hoofd
mej. C. G. Slothouwer.
Bevorderd werden:
van de eerste naar de tweede klasse M. Mas-
see, J. Dormaar, S. Greep, C. Yereeke, M Black-
stone, T. Quist, Joh. de Jonge; voorwaardelijk
E. Claus in aardrijkskunde6 leerlingen wer
den niet bevorderd
van de tweede naar de derde klasse P. v.
de Linde, E. van Vijven, M. v. Heel, F. Kake-
beeke, M. Kakebeeke, E. Donner, J. Donner,
A. N. Franken, J. Vermeule, R. Goemans;
voorwaardelijk Th. van Dellen voor't Fransch;
5 leerlingen werden niet bevorderd
van de derde naar de vierde klasse J.
Nieuwenhuijze, N. Meulman, Cl. Sprenger, Cor.
Sprenger, F. Fransen van de Putte, S. Sturm
1 leerling werd niet bevorderd;
van de vierde nasr de vijfde klasse M#