MIDDELBURGSCHE COURANT.
N°. 146.
1898.
Vrijdag
24 Juni.
W. A. graaf van Lynden.
Mr J. G. van Deinse
J. Nelemans.
Middelburg 23 Juni.
141" Jaargang.
Do*o courant verschijnt dagelijks, mot uitzondering van Zon- en Teestdagen.
Frijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p.,/1.-
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 23 Juni 8 u. vm. 68 gr. 12 u 74 gr.,
av. <0.64 gr.P.Verw. W. wind.
Advertentiën voor het eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór óén uur
aan het bureau bezorgd zgn.
Advertentiën: 20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andore familieberichten en
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50elke regel meer 20 cent. Reclames 40 «ent per rege!|
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige
voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis
aan het bureau te bekomen.
Agenteni
Te Terneuzen; M. de Jonge; te Rotterdam:
NIJGH VAN Ditmar.
Onze geestverwanten sullen zeker wel
zooveel mogelijk huuue krachten inspannen,
om Woensdag a. de verkiezing te bevorderen
in het:
DISTRICT 1LI8SIIVGKW
DISTRICT HIICST
en
Het Gothenburger^stelsel.
In het rapport der commissie, vanwege den
VolksbondVereeniging tegen Drankmisbruik
belast met het onderzoek naar de wenschelijk-
heid van eene ingrijpende herziening der drank
wet, werd, zooals meegedeeld, ook met inge
nomenheid melding gemaakt van bovengenoemd
stelsel.
Vele onzer lezers zullen daarmee zeker niet
bekend zijn en daarom meenen wij goed te
doen met in ons blad over te nemen wat die
commissie hieromtrent schrijft
Dit luidt:
Het gronddenkbeeld van het stelsel, waar
aan het Zweedsche stadje Gothenburg zijn naam
verbond, is: de exploitatie der drankgelegen
heden te doen geschieden door maatschap
pijen, die daarmede niet meer winst
kunnen behalen dan eene matige
rente over het maatschappelijk kapi
taal, terwijl de meerdere winst gestort wordt
in den fiscus of in de gemeentekas, of wordt
aangewend ten publieke nutte. M. a. w. de
tapper, die zijn eigen voordeel beoogt, vervan
gen door maatschappijen, opgericht om het
drankmisbruik te helpen bestrijden en werkende
in het algemeen belang.
In Zweden en Noorwegen hebben dergelijke
maatschappijen den drankhandel in handen
gekregen door vergunningen op te koopen en
deze, waar zij openvielen, voor zich aan te
vragen. Een aantal drankgelegenheden zijn
gesloten de overige worden geëxploiteerd met
het doel, de nadeelen der tapperijen tot een
minimum terug te brengen en den strijd tegen
het misbruik in de drankgelegenheid zelve aan
te binden. Verschillende middelen worden
daartoe aangewend. De gelagkamers zijn ruim
en luchtigvan den publieken weg kan men
zien, wat er in voorvalt. Steeds zijn ookjver-
krijgbaar niet-alcoholische dranken en eetwa
ren, waarvan de verkoop zijdelings wordt be
vorderd, doordien deze geheel komt ten bate
van den zetbaas der maatschappij, die daar
entegen geen voordeel heeft bij de con
sumptie van gedistilleerd. Op de zuiverheid
der verstrekte spiritualiën wordt streng
toegezien, daar, zooals bekend is, het ge
bruik van met foezel en andere schadelijke
bestanddeelen vermengden alcohol de onhy
giënische werking van den drank verhoogt.
Aan alle maatregelen, door rijks- of gemeente
wetgever genomen, hetzij in het belang der
publieke orde, hetzij tot beperking van het
drankmisbruik, houden de maatschappijen nauw
gezet de hand. In den regel worden dergelijke
maatregelen nog strenger toegepast dan is
voorgeschreven. De wanden der gelagkamers
zijn niet, zooals veelal elders, behangen met
reclame-biljetten voor allerlei bedwelmende
dranken, maar worden dienstbaar gemaakt aan
de propaganda van matigheids- en geheel-ont-
hondersgenootscbappen.
Dat aan het Gothenburger-stelsel eene ge
zonde gedachte ten grondslag ligt, zal men
niet licht ontkennen. Hoe werkt het in de
practijk
Niet zelden volstaat men met, in antwoord
op deze vraag, te wijzen op het sterk vermin
derd alcoholverbruik. Toch is dit onjuistde
oer daarvan komt niet in de eerste plaats aan
het Gothenburger-stelsel toe. De geheel-ont
houders, die uit den aard der zaak geen vrede
kunnen hebben met de drankhandelmaatschap
pijen, hebben zich steeds veel moeite gegeven
aan te toonen, dat deze niet de voornaamste
bewerkers geweest zijn van den vooruitgang,
en schijnen daarin gelijk te hebben. Van meer
invloed zijn geweest eene doelmatige wetgeving
op de branderijen, alsmede de werkzaamheid
der matigheidsgenootschappen, die de openbare
jpeening heeft wakker geschud. Voor Noor
wegen iB tevens van overwegende beteekenis
het ruime gebruik, ten plattelande gemaakt
van de bevoegdheid, de tapperijen geheel te
verbieden (local option). Maar niettemin aarzelt
de commissie niet als hare meening uit te
spreken, dat ook het Gothenburger-stelsel een
der factoren is geweest, die tot verbetering
van den toestand hebben medegewerkt. Dit
telt dan ook warme bewonderaars, niet alleen
in de landen, waar het wordt toegepast, maar
in de geheele beschaafde wereld. Men behoeft
de verslagen der matigheidscoDgressen slechts
op te slaan, om den lof van het stelsel in zijne
praktische werking verkondigd te vinden.
Zelfs de geheel-onthouders erkennen, dat in
plaatsen, waar de op Gothenburger leest ge
schoeide maatschappijen de drankgelegenheden
exploiteeren, vele der nadeelen van de parti
culiere tapperijen zijn verdwenen.
Meer nog pleit voor het stelsel, dat er zoo
weinig steekhoudends tegen wordt aangevoerd
door hen, die het bestrijden. Van die zijde
wordt behalve op de min gunstige inrich
ting van vele lokalen, welke kritiek de zaak
als zoodanig niet treft in den regel gewe
zen op de groote hoeveelheden gedistilleerd, in
de gelagkamers der maatschappijen geschonken,
alsmede op het voorkomen van misstanden, die
het gevolg zijn van drankmisbruik, ook in ste
den, waar geene andere tapperijen bestaan.
Noch het een, noch het ander doet evenwel
ter zake af. Met het Gothenburger stelsel kan
men niet bereiken, dat het drankmisbruik on
mogelijk wordt, en de sluiting van een aantal
drankhuizen doet uit den aard der zaak de
consumptie in de overblij vende stijgen. Daarop
komt het intusschen hier niet aan. De vraag
is uitsluitend, of eene exploitatie der drank
huizen door de bedoelde maatschappijen niet
verre de voorkeur verdient boven die door de
particuliere tappers; en die vraag vond de com
missie nergens ontkennend beantwoord. Slechts
één argument van de bestrijders, dat in de ge
schriften over dit onderwerp de rondte doet,
raakt het hart der quaestie. Er wordt wel eens
gezegd, dat in het Gothenburger stelsel de drank
gelegenheid een karakter van fatsoenlijkheid
krijgt, hetwelk een verkeerden moreelen invloed
uitoefent op bet publiek. Volgens die rede
neering ziet menigeen, die aarzelt eene gewone
tapperij te betreden, er geen kwaad in, het
lokaal der maatschappij te bezoeken. Naar het
heet, wordt op die wijze de drinkgewoonte
verbreid onder de matige lieden. Is dit echter
wel veel meer dan een phrase? In ieder ge
val zal tegenover elk, die door de fatsoenlijke
inrichting van het maatschappij lokaal tot drin
ken wordt verleid, wel staan een ander, die
zich aldaar minder behaaglijk gevoelt dan in
de kroeg, waar hij stamgast was.
Al neemt men aan, dat het Gothenburger
stelsel somtijds boven zijn waarde is opgevij
zeld, dan blijven er toch genoeg voordeelen
over om de warme sympatie te verklaren, die
het bij velen vindt. Men kan die voordeelen
in de volgende punten samenvatten:
1° De exploitant der drankgelegenheid heelt
niet, zooals de particuliere tapper, geldelijk be
lang bij het gebruik van gedistilleerdzal dit
dus bij het publiek niet aanmoedigen.
28 In de plaats van den tapper, den natuur
lijken vijand van den wetgever in den strijd
tegen het drankmisbruik, treedt de maatschappij,
diens natuurlijken bondgenoot. Men denke
hierbij bijv. aan vroege sluiting der lokalen
op Zaterdagavond, aan algeheele of gedeelte
lijke sluiting des Zondags, op lotings- en ver
kiezingsdagen, aan het verbod van tappen aan
kinderen en lieden, die reeds meer dan genoeg
8° De aanzienlijke winsten, die de drank
handel oplevert, vloeien niet in de zakken der
tappers, maar komen ten bate van de publieke
kassen of ondernemingen van openbaar nut.
4° Er kan voor worden gewaakt, dat de
verstrekte drank zuiver zijwellicht kan op
den duur het gebruik van gedistilleerd van
lager gehalte worden bevorderd.
5° Het aantal drankgelegenheden wordt be
perkt de bedompte kroegen, verzamelplaatsen
van min wenscbelijke elementen der samenle
ving en brandpunten van ongerechtigheid, ver
dwijnen voor ruime, heldere lokalen, die als
onder het toezicht staan van het publiek.
6° In de drankgelegenheid zelve kan zijde
lings het gebruik van niet-alcoholische dranken
en van licht bier in de plaats van gedistilleerd
worden in de hand gewerkt.
Teekenen wij hierbij nog aan, dat zoowel
in Zweden als in Noorwegen de financieele
resultaten der Gothenburger maatschappijen
uitstekend zijn. Steeds blijven, na afschrijving
op de gebouwen en het meubilair, behalve eene
normale rente over het kapitaal, belangrijke
winsten beschikbaar. In Zweden vloeien deze
in de gemeentekassen, wat niet goed werkt,
aangezien zoodoende allicht voor het indivi
dueel winstbejag het collectief winstbejag in de
plaats treedt. In Noorwegen hadden tot voor
korten tijd de maatschappijen de vrije beschik
king over de overwinst, mits deze werd aan
gewend ten behoeve van instellingen van open
baar nut. Aanzienlijk zijn de sommen, uit
dien hoofde besteed aan vak- en ambachts
scholen, volksbibliotheken en leeszalen, musea,
vereeniging8lokalen voor werklieden, volksba
den, armhuizen, ziekenhuizen; zelfs aan den
aanleg van publieke parken, aan bij dragen voor
het tot stand komen van spoorweglijnen, en
aan nog vele andere nuttige zaken meer.
Door de Noorsche wet van 24 Juli 1894
kwam het Gothenburger stelsel tot zijne volle
ontwikkeling. Toen werd n. I. aan de drank
handelmaatschappijen daar te lande het mono
polie toegekend voor den gebeelen kleinhandel
in sterken drank, waartoe gerekend wordt elke
verkoop in hoeveelheden van minder dan 250
liter. Particuliere tappergen worden na het
inwerking treden van die wet in Noorwegen
niet meer gevonden. De wet is de volledige
triomf van het besproken stelsel, en het ver
dient zeker de aandacht, dat zij in beginsel
uitsluitend werd bestreden door de geheel
onthouders, die aan een volstrekt verbod de
voorkeur gaven. Algemeen was men in Noor
wegen overtuigd, vooreerst dat de geheele
vrijlating van den drankhandel een ramp zou
zijn voor de natie, in de tweede plaats, dat
exploitatie der drankgelegenheden door de
maatschappijen verre verkieslijk is boven die
door de tappers. Deze overtuiging berustte op
de meer dan tienjarige ervaring, met het Gothen
burger stelsel opgedaan.
De verdeeling der winst, die overblijft na
aftrek van alle onkosten en van een kapitaal
rente ad 5 pCt., is in de wet van 1894 als
volgt geregeld:
65 pCt. komt aan den Staat, die daarvan
een fonds vormt, dat later aan de verzekering
tegen de gevolgen van ouderdom en van in
validiteit zal worden dienstbaar gemaakt; 15
pCt. aan de gemeenten, waar de maatschap
pijen gevestigd zijnpCt. blijft aan de
maatschappijen, maar mag alléén besteed wor
den ten publieke nutte, en wel voor doeleinden,
die uit hunnen aard niet behooren tot de taak
van eenige publiekrechterlijke corporatie.
Vraagt men nu, of eene dergelijke wet ook
voor ons land wenschelijk zou zijn, dan ant
woordt de commissie zonder aarzelen bevesti
gend. Maar het behoeft geen betoog, dat
daaraan niet kan worden gedacht, zoolang de
drankhandelmaatschappijen volgens Gothen-
burgsch model hier niet alleen niet bestaan,
maar buiten de kringen, die in de matigheids
beweging belang stellen, nauwelijks bij name
bekend zijn. Toch ware bij eene herziening
der Drankwet een weg te banen, waarlanes
men op den duur in de richting der Noorsche
wet zou kunnen voortschrijden.
P E D I R.
Gouverneur Van Heutsz is Dinsdag van
Segli weêr te Kotta Radja teruggekeerd.
Hij zal zeker wel goede maatregelen genomen
hebben om te voorkomen, dat het drama van
Lombok worde herhaald.
Maandag kwamen twee compagnieën van de
Selimoen-colonne, vergezeld van kapitein Van
Daalen, over zee te Oleh-leb en keerden Dinsdag
morgen over Indrapoeri naar Selimoen terug.
Het N. v. d. D. teekent hierbij aan
Na de vorige berichten mag het geen ver
bazing wekken, dat de troepenmacht eenige ver
mindering kan lijden. Twee compagnieën van
de Selimoen-colonne zijn, niet langs den kort-
sten, maar langs den gemakkei ij ksten weg,
teruggekeerd. Zij werden te Segli ingescheept,
kwamen te Oleh-leh aan en vertrokken den
volgenden ochtend met de stoomtram over
Indrapoeri naar Selimoen, waarbij zij thans
slechts een zeer kleinen marsch hadden te ma
ken, omdat de trambaan nu wel zeer dicht tot
Selimoen zal gevorderd zijn. Binnen weinige
maanden wellicht is voor het troepenvervoer
zulk een omweg niet meer noodig, als de baan
ook Selimoen met Segli verbindt.
De in het telegram genoemde officier is de
kapitein der artillerie G. C. E. van Daalen
(ridder der M. W. en drager van de eeresabel),
die, evenals de kapiteins De Neve en Van
Rietschoten, als stafofficier de colonnes verge
zelde. Vroeger werd gemeld, dat hij wegens
ziekte niet zou kunnen meegaan, hetgeen thans
echter onjuist blijkt te zijn geweest.
Kolonel Van Heutsz, de gouverneur, is mede
over zee naar Kota Radja gegaan, vermoedelijk
echter slechts voor korten tijd. In het bevel
over de troepen in Pedir is bij waarschijnlijk
tijdelijk vervangen door den luit.-kolonel van
den generalen staf J. G. H. van der Dussen.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Bij kon. besluit zijn benoemd tot: dijk
graaf voor den Seydlitz-pol&er H. P. de
Vleeschauwer en voor den polder Reigers-
bergschen J. J. van Gorsel Hendrikszoontot
gezworen voor: het waterschap Oud-Vosmeer
M. A. Douwden polder WillemLeopold,
Nederlandsch gedeelte, J. Verhage jr.het
waterschap Waarde J. J. Molen den Schenge-
polder J. J. van Weel.
De Staatscourant van beden (Donderdag)
bevat de statuten van de vereeniging De bil-
jardclub te Vlissingen, onder de zinspreuk
Vermaak door oefeningte Vlissingen.
Zij stelt zich ten doeldoor voortdurende
beoefening van het biljartspel de onderlinge
vriendschap der leden te bevorderen.
Dezelfde Staatscourant bevat de opgave
van de sterkte van den eersten ban der
schutterijen op 1 November 1897. In de
bijbehoorende staten is de eerste ban in twee
categorieën gesplitst. De sterkte van de eerste
categorie (ougehuwden, gehuwden en weduw
naars zonder kind of kinderen) was 31.844 man,
die van de tweede (gehuwden en weduwnaars
met kinderen) 10399, te zamen 42.243 man.
Deze getallen betreffen de dienstdoende schut
terijen. Voor de rustende schutterijen zijn ze
54.635 en 19.530; te zamen 74.165. Alles met
inbegrip van de reserve. Totaal119.408 man,
tegen 117.922 man op 1 November 1896.
In Zeeland bedraagt de sterkte watdedd.
schutterij betreft van den eersten ban 1089 man
en wat de rustende schutterij betreft 4092 man.
Voor een der gezellen op de hofstoom-
drukkerij van den heer D. G. Kröber Jr.
alhier, waar ons blad gedrukt wordt, was
het heden een feestdag. De letterzetter G. C.
Romijn herdacht toch den dag, waarop hij vóór
25 jaren bij de toenmalige firma Gebr. Abra
hams in dienst trad.
Gedurende die kwart eeuw deed hij zich
kennen als een ijverig en bekwaam werkman.
Zijn tegenwoordige patroon bood hem heden
een klinkend bewijs aan hoezeer hij getrouwe,
langdurige diensten op prijs stelt, terwijl zijne
kameraden bem door het schenken van een
mooien, gemakkelijken stoel van hunne sympa
thie deden blijken.
De leden van de redactie en de administratie
der Middelburgsche Courant toonden ook hun
nerzijds, dat zij belang stelden in het feest van
dezen gezel ter drukkerij, met wien zij in 't
bijzonder veel in aanraking komen.
De heden op het Molenwater alhier ge
houden paardenmarkt was vrij belangrijk te
noemen 102 paarden waren aan de lijn. De
handel was tamelijkwel waren er heel wat
kooplieden, doeh onder de aangevoerde dieren
bevonden zich er niet weinigen van mindere
kwaliteit, met gebreken aan de hoeven en
kreupelen bovendien waren de eigenaars te
hoog met hunne vraagprijzen.
De commissie voor de verloting kocht aan
2 paarden, 3 tweejarige dito, 1 jaarling en 3
veulens. Zij plaatste 3200 loten.
Op het terrein heerschte veel drukte, eensdeels
door dat de gewone marktbezoebers ook het
Molenwater eens rondliepen, anderdeels omdat
vele stedelingen niet nalieten eens een kijkje
strung der Wirbelsaulebokken en rollen
voor lijders aan asthma, slechte ademhaling enz.
Verder een ergostat, toestel ter behandeling
van lijders aan vervetting en slechte adem
haling; een kolossaal werktuig, ons genoemd
als het roeiapparaat van dr Beely uit Berlijn,
dat voor algemeene oefening van 't geheele
lichaam dienen kan, en voorts rekstangen,
verticale stangen, halters, staven, stokken en
wat meer op het gebied der gymnastiek thuis
behoort.
Bijzonder viel ons in het oog een werk
tuig, dat men de slingerapparaten van dr
Krukenberg uit Halle betitelde. Dat toestel,
grootendeels vernikkeld, dient tot behandeling
van stijve gewrichten en kan toegesteld worden
voor voet-, knie-, dij-, hand-, vinger-, polo-,
elleboog- en schoudergewrichten.
De geheele inrichting maakt een zeer gun-
stigen indruk en toont dat geen moeite en
kosten gespaard zijn om haar aan alle eischen,
die in billijkheid mogen gesteld worden, te
doen beantwoorden, terwijl men ons verzekerde
dat bij de aanschaffing van een en ander reke
ning is gehouden met de adviezen der medici
hier ter stede.
De heer Van der Bel legde er dan ook, toen
hij ons een en ander verklaarde, bijzonder den
nadruk op, dat in zijne inrichting geen patiënten
zonder controle van den door hen te kiezen
medicus kunnen behandeld worden.
De kommies bij 's rijks belastingen H.
Bouma wordt met 1 Juli a.s. verplaatst van
Sas van Gent naar Weerdingermarke.
In het district Hulst worden bij de a.
herstemming voor drie leden der Provinciale
Staten door de centrale antirevolutionnaire kies-
vereeniging alleen aanbevolen de heeren J. F.
Heemskerk en J. van Hoeve.
Het heeft H. M. de Koningin-Weduwe,
Regentes behaagd te bepalen, dat de in 1897
nieuw bedijkte polder in bet verdronken land
van Saeftingen, onder de gemeenten G r a a u w
en C1 i n g e, waarvan de provisioneele ver-
koopiüg Dinsdag en Woensdag heeft plaats
gehad, zal worden genaamd Koningin Emma-
polder.
Te Zuiddorpe maakten eenige kennis-
vierende jongelui zulke geweldige danspassen,
dat de grond bezweek en het geheelo gezel
schap terecht kwam in een beerput. Die
konden dus „geur maken".
Het muziekkorps van bet 3e regiment in
fanterie, dat heden, Donderdag, een concert
geeft in het Schuttershofblijft morgen voor
middag ter beschikking van den commandant
van het alhier garnizoen houdend bataljon,
en zal dan, zooals gewoonlijk, te tien uur zich
voor den troep laten hooren, om vervolgens
eene wandeling door de stad te maken.
In de Langeviele alhier is door den
heer I. H. van der Bel, leeraar aan de rijks
kweekschool voor onderwijzers te Middelburg,
eene inrichting geopend voor mechanische en
manueëele heilgymnastiek, voor orthopsedie en
massage, waarvan het doel is het verschaffen
van alzijdige lichaamsbeweging ter voorkoming
van nadeelige gevolgen van een zittende levens
wijze of geringe lichaamsinspanning, het ver
beteren van den algemeenen gezondheidstoestand,
de lichaamshouding eu bevordering vau de
lichamelijke ontwikkeling van zwakke kin
deren en voorts het verbeteren en genezen
door massage van verschillende stoornissen.
De heer Van der Bel noodigde ons tot een
bezoek aan die inrichting uit en daaraan heb
ben wij eeu paar dagen geleden voldaan.
Na een oogenblik getoefd te hebben in eene
nette wachtkamer, kwamen wij in een niet
overgroote, maar toch ruime, lichte en luchte
zaal, waar zeer handig partij getrokken is van
de beschikbare ruimte om den verschillenden
toestellen, die voor de mechanische heilgym
nastiek noodig worden geacht, een plaats te
geven.
En dat beteekent nog al wat, want in een kort
bestek vindt men daar onder meer een roeitoestel
voor training, de gewone roeibeweging naboot
sende een toestel dat ons werd aangeduid als
Mac1 Faddens Outfit for Physical training,
dat op verschillende wijzen te verstellen is cn
geschikt voor volwassenen en kinderen. Zan
der-apparaten voor behandeling van ruggegraats-
verkrommingen en ter wegneming van hooge
schouders en ronde ruggeneen toestel van
Duitschen oorsprong voor gewaltsame Redres-
Gemeenteraad van Middelburg.
Zitting van Woensdagmiddag te 21/ uur.
(Slot.)
Voorzitter de heer jhr mr L. Schorer, bur
gemeester.
Afwezig de heer Van Dunné, met kennis
geving.
Bij de verdere bespreking van de vraag of
eene commissie voor de gasfabriek zal ingesteld
worden, werpt de heer Heijse verre van zich
dat hij een votum van wantrouwen zou willen
uitlokken tegen burg. en wetb.
Hij meent dat het beheer beter is in handen
eener commissie, op grond van inlichtingen, die
hij elders bij deskundigen beeft ingewonnen.
Wat betreft de niet-goed keu ring van een
besluit in dezen zin, wijst hij er op, dat hij
wel weet dat de minister van binnenl. zaken
daarvoor niet gunstig gestemd is, maar dat is
eene meeniDg, geen wet.
De heer Van der Swalme wijst er nog op
dat om een gascommissie te vormen men toch
bevoegde personen zon moeten hebben, die op
de hoogte zijn van de gasfabricage. Spreker
meent dat die niet in den raad te vinden zijn.
De voorzitter stelt in het licht, dat de com
missie van vroeger was eene van bijstand, die
echter het gansche beheer voerde onder opper
toezicht van burg. en weth.
Ecu dergelijke commissie weuscht men nu
weer.
Art. 179 der gemeentewet bepaalt dat het
beheer van de geldmiddelen der gemeente be
rust bij burg. en weth., voor zoover dat bij
de wet niet aan anderen is opgedragen. De
commissie beheerdedat was iu strijd met de
wet en daarom is de toestand veranderd.
Men zou alleen eeu commissie van bijstand
kunnen benoemen. Maar burg. en weth. ver
langen die niet. Zij zijn zeer dankbaar voor
de deelneming in bun omvangrijken arbeid,
maar zijn tot nog toe niet overtuigd dat die
arbeid hen overstelpt.
Het beheer kan aan burg. en weth. niet ont
nomen worden.
Wilden de zes heeren eene commisse van
voorbereiding, dan ware men met de wet in
't reine, maar dat wit men niet. Het benoemen
van een beheerende oommissie is niet mogelijk.
Wat betreft het gesprokene over de kwestie
van wantrouwen in burg. en weth., zegt de voor
zitter, dat die bij de stemming niet be
hoeft te wegen. Burg. en weth. zijn overtuigd
dat zij gedaan hebben wat zij meenden goed te
zijn.