MIDDELRERGSCHE COURANT.
N°. 106.
141e Jaargang.
1898.
Vrijdag
6 Mei.
Middelburg 8 Mei.
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en feestdagen.
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2.—
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 5 Mei 8 u. vm. 53 gr. 12 u 62 gr.,
av. 4 u. 55 gr. F. Verw, Z. W. wind.
Advertentiën voor bet eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór één uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Advertentiën: 20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50 elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel*
Groote letters naar de plaats die j
Advertentiën bij abonnement op voordeelige
voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis
aan het bureau te bekomen.
Agenten.
Te Zierikzee: A. C. de Mooij, te Tholen: W. A.
VAN NieüWENHUIJZEN.
Nog eens; de Lombok-telegrammen.
De beer Van Sandick is moeilijk te overtuigen.
Blijkens het jongste nummer van Insulinde
handhaaft bij zijn beweren, dat generaal Vetter
na de Lombokramp had willen terngkeereu
om de expeditie later te hervatten, en dat de
gouverneur-generaal daarentegen bevel had
gegeven dat generaal Vetter op Lombok zou
blijven.
Dit volhouden is merkwaardig, vooral om de
metbode van bewijsvoering. Nadat uit de
onthulling van mr Broosbooft was gebleken,
dat de generaal in zijn telegram van den 27en
Aug. «iet van terugkeeren had gesproken,
kwam de heer Van Sandick met de mededee-
ling, dat het als een paal boven water stond,
dat er een voorafgaand telegram was geweest,
waarin de generaal zich wel in dien geest had
uitgelaten. De heer v. S. wist niet alleen dat
dit telegram bestond; hij deelde ook mede
op welken tijd en op welke plaats de gouver
neur-generaal het had ontvangen.
Het onwaarschijnlijke verbaal, dat buiten het
openbaar gemaakte nog een ander telegram
zou hebben bestaan, is sedert door den gene
raai zelf in de Amsterd. Cour. tegengesproken.
Voor iedereen moest de zaak nu uit zijn,
alleen voor den heer v. S. is zij het niet. Deze
toch zoekt, nu zijn verhaal onwaar is gebleken,
het bewijs voor zijn beweren in het telegram-
Brooshooft, dat hem reeds sinds zes weken be
kend was.
Op zichzelf is het zeker merkwaardig, dat de
heer Van Sandick eerst nu deze ontdekking
doet in plaats van in MaaTt.
Maar nog zonderlinger is de grond voor de
nieuwe stelling van den heer v. S.
Hij toch beroept zich op de volgende woor
den, voorkomende aan het slot van het door
mr Brooshoott openbaar gemaakte en door
generaal Vetter als echt erkende telegram
„Of een offensief optreden met de aanwezige
troepenmacht en onder de gegeven omstandig
heden, met het doel Mataram en Tjakra met
geweld te veroveren, resultaat zoude hebben,
betwijfel ik, ook al werd daaraan een verscb
bataljon toegevoegd. De expeditie zal opnieuw
gereorganiseerd en uitgerust moeten worden,
en van veel artillerie voorzien moeten worden".
Aldus seinde generaal Vetter een paar uur
nadat hij het strandbivak bij Ampenan had
bereikt.
Teneinde nu zijn beweren te bewijzen, wijst de
heer v. S. op de tegenstelling tusschen de
mededeeling, dat naar 's Generaals oordeel te
betwijfelen was of een offensief optreden met
de aanwezige troepenmacht resultaat zoude
hebben, al werd daaraan ook een versch batal
jon toegevoegd, en het advies aan het slot om
opnieuw de expeditie te organiseeren en uit
te rusten.
Daaruit is, volgens den heer v. S., niets
anders te lezen, dan dat de generaal betwijfelde
te zullen slagen, ook al werden hem veiscbe
troepen toegezonden, en dat hij alleen heil zag
in een opnieuw uitrusten en organiseeren van
de expeditie, wat natuurlijk op Java,
niet op Lombok, moest geschieden-
Deze laatste woorden, door den heer v. S.
er aan toegevoegd, geven den doorslag en
toonen aan dat het eenige bewijs, door den heer
v. S. aangevoerd, neerkomt op zijn persoonlijke
opvatting ten aanzien van de vraag, waar
expeditie opnieuw georganiseerd zou moeten
worden.
Op zich zelf is het steeds gewaagd een be
schuldiging te gronden op een persoonlijke
opvatting. Maar dubbel lichtvaardig is dit
hier, waar de heer v. S. kon en moest weten,
dat zijn opvatting geheel verkeerd was.
De expeditie kon en is nl. op Lombok ge
reorganiseerd. En wie, met het oog op de door
v. S. opgemerkte tegenstelling tusschen twee
uitdrukkingen van den generaal, nog mocht
vragen, of, wat in de eerste week van Septem
ber op Lombok voorviel, wel was „het opnieuw
organiseeren en uitrusten der expeditie" kan
van den gouverneur-generaal-zelf antwoord
krijgen.
Jjamers na afloop van de zitting van den
Raad van Indië op 28 Augustus schreef de
gouverneur-generaal in het te 3.30 namiddag
aan den minister van koloniën verzonden regee
ringstelegram no 444: „Binnen 4 dagen gaat
tweede bataljon naar Lombok en aanvulling
geleden verliezen, zoomede sterke ar
tillerie en al wat noodig is tot
reconstructie expeditie."
Beter bewijs voor ons beweren, dat de expe
ditie op Lombok gereorganiseerd ia, schijnt ons
al niet denkbaar.
Maar bedoeld telegram van den landvoogd is
nog om een andere reden merkwaardig.
De geheele strekking van de betoogen des
heeren v. S. is aan te toonen, dat de gouver
neur-generaal dien 28en Augustus geheel is
afgeweken van het advies van den generaal.
Welnu, het telegram aan den minister be
wijst onwederlegbaar, dat de gouv.-generaal
geheel volgens het advies van generaal Vetter
heeft beslist.
Diens advies luidde: „De expeditie zal
opnieuw georganiseerd en uitgerust
en van veel artiljerie voorzien moe
ten worden."
Welnu, een halven dag na de ontvangst van
dit telegraphisch advies van den opperbevelheb
ber der expeditie, kon de Gouv.-Generaal aan
den minister seinen, dat door hem was besloten
tot het zenden van sterke artiljerie en
van al wat noodig is totreconstructie
der expeditie.
Ons dunkt dat uit een vergelijking van beide
telegrammen het onwederlegbare bewijs volgt,
dat de Gouv.-Generaal in overeenstemming met
het advies van den generaal handelde.
Hoe de beer v. S. het tegendeel kan vol
houden, is ons onverklaarbaar.
Maar even onbegrijpelijk is het ons waarom
hij dat doet.
In zijn eerBte opstel teekende hij zijn optre-
sn als een poging om uit de schaduw op de
voorgrond te doen treden de persoonlijke
verdiensten van den Gouv.-Generaal. Deze wor
den, gelooven wij, door niemand betwist.
aar wel worden zij verdacht gemaakt door
den heer v. S., die tracht de voorstelling in
gang te doen vinden, dat de gouverneur-gene
raal tegen het advies van den opperbevelhebber
heeft beslist; dat hij den generaal de door deze
gevraagde middelen onthield dat hij van uit
Batavia met klem er op aandrong coute que
coute Tjakra Negara te nemen, zelf op een
oogenblik, dat de opperbevelhebber der expeditie
daarin groote bezwaren zou hebben gezien.
Waarlijk een handige vriend schijnt de
heer v. S. ons niet toe.
Ons ten minste komt de gouverneur-generaal
veel grooter voor als bij waarde beeft gehecht
aan het oordeel van den veldoverste, als hij
dezen de middelen zond welke gevraagd wer
den, en als hij verder met vertrouwen de lei
ding van de operaties aan den generaal overliet.
om de gelden, uitgetrokken voor de inhnldi-
gingsfeesten, maar, als althans de heer Van
der Zwaag kan gelden als hun woordvoerder,
ook omdat ze de heele marine-begrooting wil
len afschaffen.
KORTZICHTIGE POLITIEK.
Met al het geld, dat de Spanjaarden nu reeds
voor de onderwerping van Cuba hebben op
geofferd, en misschien wel met de helft of
een derde van dat bedrag, hadden zij, zegt
Het Ned. Dbld., Cuba tot den hoogsten trap
van bloei en ontwikkeling kunnen brengen.
De Cubanen zouden dan hunne dankbare
bondgenooten zijn geworden in plaats van
hunne meest verbitterde vijanden. Cuba zou
dan een actief zijn en geen passiet. Nu heeft
het vermoedelijk aan het moederland reeds meer
gekost, dan het ooit aan Spanje heeft opgele
verd, en al dat geld is sn te vergeefs besteed.
Omdat het moederland weigerde de kolonie
naar behooren te behandelen, breDgt de kolonie
het moederland ten val. Wat is eene oneer
lijke staatkunde toch ongelooflijk kortzichtig
Het gaat Spanje nu als vroeger onze Oost-
Indische compagnie, die bankroet maakte, om
dat zij door ongeoorloofde middelen groote
winsten wilde behalen.
BEST OEMI4 GEi\ MZ.
Bij kon. besluit
is benoemd tot directeur van bet post- en
telegaaafkantoor te Ede W. Ribbink, thans
commies der posterijen 2de kl.
is de O.-I. ambtenaar met verlof A. J. H. W.
baron van Heeckeren, laatstelijk secretaris der
residentie Madioen, op zijn verzoek, wegens
pbysieke ongeschiktheid, eervol uit 's lands
dienst ontslagen, met toekenning van pensioen
de O.-I. ambtenaar met verlof P. L. G.
Weiter, laatstelijk zoutverkooppakhuismeester
te Palembang, op zijn verzoek, eervol uit
's lands dienst ontslagen, met toekenning van
pensioen
is de officier van gezondh. late kl. van het
leger in N.-I. H. Breitenstein, op zijn verzoek
eervol uit den militairen dienst ontslagen, met
toekenning van pensioen.
In de St.-Crt zijn opgenomen de in de artt.
6, 7, 12, 27, 65 en 79 van het kiesreglement
voor de Kamers van arbeid bedoelde lijsten,
aangifte, formulier, oproeping, stembriefje, ver
klaring en processen-verbaal.
EEN ERGERLIJKE UITVAL.
Over het Woensdag, bij de behandeling der
begrooting voor Marinein de Tweede kamer
voorgevallene men zie de desbetreffende
rubriek in dit nommer schrijft Het Vad.-
Een klacht over de voeding en een klacht
over de jeneververstrekking, beide zeer over
dreven, liepen bij den beer Troelstra uit op een
min vriendelijken uitval tegen bet militarisme,
dien de heer Verhey releveerde, zoodat er nog
een soort van standje uit voortvloeide. Men
had den uitval knnnen laten rusten, als men
had willen onderscheiden tusschen „het mili
tarisme" en „de militairen". Waar is het echter,
dat de beleedigende bedoeling onmiskenbaar
was, maar als het feit juist is, dat de heer
Troelstra aanleiding gaf tot zijn woorden, dan
de verleiding voor hem zeker zeer groot.
Intusschen weet de beer Troelstra zoo goed als
ieder ander, dat het Nederlandsche volk het
„zuipen" niet in den militairen dienst behoeft
te leeren.
Eindelijk wekte nog het loodswezen veler be
langstelling. Hoofdzaak uit het debat was, dat
de minister niet van zins bleek een commissie
voor de reorganisatie van het loodswezen in
te stellen, en ook het rapport der commissie
voor de Loodsgelden voorloopig wilde laten lig
gen. Men kan er vrede mee hebben, nu de
invoering van stoomloodsdienst met ernst ter
hand zal worden genomen. De minister was
blijkbaar van oordeel, dat men moet weten,
hoeveel het loodswezen kost, alvorens aan de
loodsgelden en den loodsdienst te gaan tornen.
In het late middaguur werd de begrooting
aangenomen met algemeene stemmen op 3
die der heeren sociaal-democraten, niet alleen
TWEKaK HAMER,
Zooals in een deel der oplaag van ons vorig
nommer nog is gemeld, werd Woensdag dooi
de kamer de begrooting voor Marine a an ge
nomen met 70 tegen 3 stemmen.
Bij de behandeling van art. 36 werd dooi
den beer Verhey gewezen op de wenscheüjk-
heid om de adspirant-administratenrs aan de
Handelsschool te Amsterdam op te leiden.
De minister verklaarde de verantwoordelijk
heid voor de nu voorgenomen opleiding op
zich te nemenhet bleek hem bij onderzoek
onmogelijk, om die van Willemsoord naar
Amsterdam naar de Handelsschool over te
brengen. De minister ontwikkelde nader zijn
bezwarende Handelsschool sluit zich aan bij
de driejarige H, B. S. en het vakonderwijs
voor de adspirant-administrateurs moet aan
sluiten bij dat van de H. B. S. met vijfjarigen
cursus. De Handelsschool zou geheel veran
derd moeten worden, om het onderwijs, dat
gericht is op de eischen van den handel, voor
de officieren van administratie bruikbaar en
nuttig te maken. Dit geldt zoowel voor de
talen als voor warenkennis en technologie; de
kosten zullen hooger zijn en de militaire vor
ming zou door den omgang met burgerlijke
leerlingen lijden. De minister durfde geen
proef aan, overtuigd, dat men er een jaar mede
achteruit zou zijn.
Bij art. 40 had een onverkwikkelijk incident
plaats.
De beer Troelstra, erkennende dat er wel
eenige verbetering in de voeding bij de marine
is gekomen, verklaarde toch dat daaraan nog
veel ontbreekt. Hij toonde dit aan uit een
schrijven over de voeding met erwten aan
boord van de Adolf van Nassau, die geheel
bedorven waren. Hij vertoonde er een monster
van. Ook aan boord van de Kortenaer werd
soep verstrekt van bedorven erwten eindelijk
werd betzelfde voedsel aan boord van de
Eitertsen toegediend en op de Friso werden
koolrapen verstrekt, die in staat van ontbindirig
waren. Wel verschaft men eenige vingerhoeden
jenever, maar geen goed voedsel. Er wordt
nochtans 36 a 38 cents per man voor het voedsel
verstrekt, wat de heer Troelatra ruim voldoende
acht voor goed voedsel. Hij kwam voorts op tegen
het verstrekken van jenever aan de schepelin
gen, zoowel buiten- als binnengaats. Waar de
kamer gelden heeft toegestaan aan de reg. om
drankmisbruik te bestrijden, mag deze niet
medewerken, om den kanker, die aan de wel
vaart van ons volk knaagt, aan te wakkeren
Al zijn de schepelingen vrij om jenever te.
weigeren, het gaat daarmede als met de gods
dienst-oefeningen wie weigert wordt bespot.
Aan boord van een onzer schepen te Antwer
pen werden vreemdelingen ontvangen en men
zag daar een ton met de nationale kleuren, een
wapen en een oranje-lint, waaropjenever.
Dat iB het symbool van ons militairisme
vechten en zuipen onder de leus: Voor Vader
land en Oranje!'
De voorzitter verklaarde de laatste woorden
liefst als niet gesproken te beschouwen.
Volgens den minister is in het algemeen de
verstrekte voeding aan boord uitstekend de
hem vertoonde erwten zijn echter niet geschikt
voor voeding. Zijn ze aldus als voeding ge
geven, dan is dat at te keuren. De min. zal
dit onderzoeken, want ook naar zijne meeniDg
zijn de voor de voeding uitgegeven gelden
voldoende oin ze uitstekend te doen blijven.
Wat de jenever aangaat, het gebruik er van
is afgenomen; er zijn er die liever het geld
nemen. De minister fs geen voorstander van
jenever-verstrekking, maar waar zelfs genees-
heeren een zoodanige verstrekking tegen vocht
en zeelucht op reis gewenscht achten, daar is
het moeielijk er mede te breken. Men gaat
echter meer en meer dien weg op en geeft nu
en dan koffie. Langzamerhand wordt het jene
ver-gebruik minder en kan het dan zal de
minister gaarne tot de geheele afschaffing
medewerken.
De heer Staalman verklaarde, dat het voed
sel in het algemeen voldoende is, zelfs best.
Maar de fout ligt in het verbruiken van voor
raad, die reeds eenige reizen heeft medegemaakt.
Daaraan make de minister een einde.
De heer Verhei) kwam op tegen de uiting
van den beer Troelstra; bij noemde die
een lichtvaardigheid en een hoogst ongemoti
veerde bewering. Dit protest werd met teeke
nen van goedkeuring begroet.
De heer Troelstra handnaafde zijn meeningy
dat de door hem genoemde leuze het militai
risme karakteriseert: vechten en zuipen onder
de leuzevoor Vaderland en Oranje.
De voorzitter riep daarop, nu de heer Troel
stra deze woorden herhaalde, den spreker tot
de orde. Die woorden zijn niet alleen belet di-
gend voor de marine, maar voor het geheele
volk.
De heer Troelstra hield vol, dat niet allé
militairen drinkers zijn, maar wel, dat door de
heerschende begrippen en gewoonten het mili
tairi8me de afgekeurde fouten kweekt.
Het debat werd gesloten waarna de artt. 40
en 41 werden goedgekeurd.
Bij art. 47 kwam het loodswezen ter
sprake.
De heer De Smid zou gaarne voor de kwestie
der vervanging van zeil- door stoomloods-
vaartuigen en voor de tarieven een commissie
ingesteld zien, die de geheele zaak van het
loodswezen zou hebben te onderzoeken en
deswege voorstellen te doen. De commissie
van 1894 had een te veel beperkt mandaat;
nochtans had de regeering tegen baar voor
stellen bezwaarhet was alleen een financieel
bezwaar en daarop mag toch de instelling
eener nieuwe commissie met ruimer mandaat
niet afstuiten. De minister heeft op dien
aandrang met geen woord geantwoord.
De heer Groen van Waarder drong bij dei.
minister aan op bespoediging eener beslissing
in deze zaak en hij ondersteunde het denkbceJu
eener uitbreiding van de samenstelling en van
het mandaat der commissie. Hij uitte de hoop
dat de regeering niet aan finaucieele bezwaren
zal vasthouden, waar het een zoo groot belang
voor handel en scheepvaart betreft.
De minister verzekerde aan dit onderwerp
ernstige aandacht te hebben gewijd. Bij zijn
optreden bleek hem, dat de vorige regeeringen
zijn teruggedeinsd voor hervormingen, omdat
de eisch steeds werd gesteld, dat de inkomsten
uitgaven moeten compenseeren. Daardoor
ook was het mandaat der commissie van 1894
beperkt. De min. acht, na al hetgeen voor
en scheepvaart is gedaan, den eisch,
dat de uitgaven door de inkomsten worden ge
dekt, niet onbillijk. Nu de inkomsten belang
rijk toenemen, acht de min. het financieel be
zwaar minder gewichtig. Men moet nu begin
nen met het uitstekend maken van het loods
wezeneerst daarna kunnen de tarieven her
zien worden en eerst bij dat laatste kan het
gewenscht zijn den handel te hooren en daar
voor een commissie te benoemen. Het rapport
der commissie is nog niet in 'smin. handen
maar het zal spoedig inkomen en strekt om
van den Hoek van Holland en IJmuideu de
huidige gehuurde zeilschepen door rijks-atoom
schepen voor het loodswezen te vervangen.
Dat beoogt de min. ook. Het zal een zeer groote
verbetering zijn. Of men ook den loodsdienst
te Dungeness zal kunnen vervangen is de
vraag nogwant daarvan znllen de kosten nog
veel belangrijker zjjn.
Na repliek van den heer Smidt, die in het
bijzonder constateerde dat de zaak der her
ziening van het tarief van de baan is, —wat
de minister ontkende, omdat bet rapport van
1896 basis blijft zoodra de tarieven aan do
orde komen werd art. 47 goedgekeurd, even
als artt. 48—53.
Bij art. 54 drong de heer Lucasse aan op
verbeterde bezoldiging van de kwartiermcea-
sters en roeierB bij bet loodswezen te Vlissingen.
De minister erkende dat de Belgische lood
sen meer verdienen dan de Nederlandsche en
beloofde de zaak nader te zullen onderzoeken.
Bij art. 62 drong de heer De Klerk aan op
maandelijksche aflossing van de wachters op
de lichtschepen, evengoed als de kapiteins,
stuurlieden en machinisten. Als er geen ern
stige bezwaren zijn pleit alles ook voor het
mindere personeel voor spoediger aflossing.
De heeren Lucasse en Staalman ondersteun
den dit verzoek. De 10 a 11.000 gulden, die
het meer zon kosten het cijfer is h. i. ech
ter niet meer dan f 6000 mag geen belem
mering zijn.
De minister hield vol, dat de berekening
der meerdere kosten ad 10.000 juist is.
Het art. werd goedgekeurd, evenals artt. 63—
75, na eenige opmerkingen van den heer Lu
casse over den leeftijd der loodsen voor pèn-
aioen, dieu hij gaarne verkort zag, en over pen
sioneering bij verminking.
Inlichtingen op het adres van den gemeenteraad
van Naar den, over het wonen van officieren
aldaar in garnizoen buiten de
De commissie, in wier handen is gesteld de
nota van inlichtingen van den minister van
oorlog op bovengenoemd adres, spreekt als
baar gevoelen uit, dat in den regel de officie
ren behooren te wonen in de gemeente waar
de troep, waarbij zij zijn ingedeeld, garnizoen
houdt, doch dat de minister van oorlog de
vrijheid moet hebben om van dien regel at te
wij keu in gevalleu waar dit, zonder nadeel
voor den dienst, in het belang van de geziü-
nen der officieren noodig is.
De commissie stelt voor den minister dank
te zeggen voor de gegeven inlichtingen.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Bg kon. besluit is benoemd tot 2e luit.
bij de dd. schutterij te Zierikzee A. C. van
der Vliet, thans schutter.
In de St. Cl. van heden is opgonomen de
iyBt van hoogstaangeslagenen in de rijks direc-
te-belastingen in de provineié Zee I an d de lijst
telt 132 namen. De bevolking der provincie be
draagt 199.234 personen.
Het laagste gezameüjk bedrag, dat tot de
plaatsing op de ljjst heeft geleid, is f 452,81.
De vereeniging Handelsbelang alhier
heeft in eene Woensdag gehouden vergadering
besloten, een adres te richten tot den gemeente
raad, strekkende om adhesie te betuigen mét
het voorstel der zea raadsleden om den prijs
van het stook- en lichtgas te verlagen.
Dit adres zal bg verschillende boekhandelaren
voor belanghebbenden ter teekening worden
gelegd.
BIjjkens het zgn. Maandboekje overleden
gedurende de maand April te Middelburg
23 personen.
De ziekten der overledenen warenhart- en
vaatziekte 5, keelziekte 3, onvoldoende ontwik
keling, kliertering, longtering en longontste
king ieder 2 en voorts waterzucht, verzweering,
beroerte, ruggemergsziekte, slepend longlijden,
kinderdiarrhoea en nierziekte ieder 1.
De ouderdom der overledenen wasbeneden
het jaar 5, van 1 tot 5 jaar 2, van 5 tot 10
jaar 1, van 25 tot 30 jaar 1, van 45 tot 60
jaar 1, van 55 tot 60 jaar 1, van 60 tot 65
jaar 1, van 65 tot 70 jaar 4, van 70 tot 75
3, van 75 tot 80 jaar 2, van 85 tot 90
jaar 1 en van 90 tot 95 jaar 1.
Gedurende de maand April zijn door het
centraal-bureau van de telefoon alhier 1814
aansluitingen tot stand gebrachtte V l i s sin-
gen 1955.
De raad van Sta ven is se heeft in zijho
Woensdag gehouden zitting besloten aan ihr
1. van der Lek de Glercq van StavenisBe voor
f 800 te verkoopen de oude school met annexe
onderwijzerswoning. De bedoeling van den
kooper is in bedoelde perceelcn een bewaar
school te stichten, waaraan daar groote behoefte
bestaat.
In de Belgische gemeente Koewacht
is heden in een beerput gevonden het lijkje
van een kind van het mannelijk geslacht,
twee dagen oud, en dat waarschijnlijk een
Nederlandsche moeder heeft.
De Belgische en de Nederlandsche politie
hebben een onderzoek ingesteld.
Te Graauw werd Woensdag op de hof.
stee van wijlen den burgemeester dier gemeen,
te, den heer P, Verbaegen, een van de mooiste
Mei-koopdagen gehouden, die sinds