FEUILLETON. Verschillende Berichten. zijde en ging alleen in op de kwestie van liet ontslag van invalide arbeiders. Daarbij toonde bij uit statistieken aan, dat de meeste onge lukken juist komen door oorzaken onafhanke lijk van eigenlijken fabrieksarbeid, zooals het vallen van hoogten enz. Mr Brevet betoogde, repliceerende, dat de op het convocatiebiljet omschreven vraag wel toeliet dieper op de kwestie in te gaan. Na nog eenigo discussie merkte de heer Herm. Snijders op, dat het verschil tuaschen de beide sprekers niet zoo diep gaat. Niemand acht fabrieken een ramp voor de stad. En het verschil is feitelijk ontstaan, doordat in een particulier gesprek dikwerf een paradox wordt verkondigd of, als weerslag op een uitlating, een wat te sterk woord wordt gebruikt. Dat de gestelde vraag voor bevestigende beantwoording vatbaar waB, ontkende hij niet, maar het was reeds opgemerkt: er staat een credit tegen over het debet. Bovendien zal men overal waarnemen, dat grootere bloei van een stad, zelfs al ontstaat deze door toevloed van rijken, de kosten der gemeentehuishouding doet stijgen. De geheele zaak is eigenlijk terug te leiden tot de groote sociale kwestiede nadeelen van den tegenwoordigon vorm der nijverheid en de moeilijkheid om de positie van het proletariaat te verbeteren. Hij schetste de treurige gevolgen van den ondergang eener industrie, hetzij dat deze eene bloeiende was of niet, en erkende dat het ontslag van werklieden in zulke ge vallen een der onvermijdelijke euvelen van den tegonwoordigen stand der nijverheid is. Een fabriek, die niet ;op deugdelijken grondslag gevestigd is, zal zeker een ongeluk voor een stad zijn en leiden tot vermeerdering der werk loosheid. De toevloeiing van de werkloozcn is echter niet alleen het gevolg van de groote industrie. Zij komt ook voort uit de Blechte toestan- don ten plattelande deze moet men verbete ren, en dat kan men doen door het kapitaal daar heen te leiden. Ook moet men de gebreken van de tegen woordige nijverheid opheffen door verzekering. Hij eindigde met als zijn conclusie uit te spreken, dat bet voor een stad nuttig is dat zich daar zaken vestigen, die op gezonden grondslag rusten. GEMEENTEBELANG. Ofschoon de leden van de liberale kiesver- eeniging Gemeentebelmg hunne kennissen had den kunnen introduceeren voor de vergadering die Woensdag avond in de beneden-voorzaal van de sociëteit De Vergenoeging werd gehouden, was de opkomst alles behalve groot. Dit middel om propaganda te maken en de belangrijkheid der aan de orde zijnde onderwerpen, scheen niet genoeg attractie gehad te hebben om meer dan een twaalftal personen, buiten het bestuur, bet hoekje van den haard juist op dezen „lentedag" zoo gezellig te doen verlaten. De voorzitter, de beer J. de Vos, stelde, na een openingswoord, aan de orde de rekening en verantwoording van den penningmeester. Deze werd goedgekeurd in ontvang ad f 135.75 on in uitgaaf ad f 181.77, duB met een kwaad slot van f 46.01*. Daarna werd overgegaan tot de verkiezing van een bestuurslid in de plaats van het af tredend en niet herkiesbaar lid, den heer M. S. de Zeeuw. Alvorens bracht de voorzitter een woord van dank aan den heer De Zeeuw voor denkrach- tigen steun, dien hij èn persoonlijk èn door zijn zijn blad aan de vereeniging heeft verleend. Gekozen werd dc heer W. Heyboor met 11 stemmen2 stemmen waren uitgebracht op den heer Zevenhuyzen en 1 op den heer Van Woelderen. Daarna was aan de orde de bespreking van een protest der Middelburgers tegen subsidies aan een tram VlissingenWestkapelleDom burg. Het bestuur verklaarde, bij monde van zijn voorzitter, dat het meende dat het tot standkomen van zoodanige tram zou wezen in het nadeel van Middelburgen dat het gewenscht is te achten, dat de inwoners van deze gemeente proteat aanteekenen tegen eene eventneele subsidie-aanvraag door de commissie aan de provincie en den staat. Het bestuur stelde voor van de inwoners van Middelbnrg een protest te doen uitgaan en den wensch aan den raad kenbaar te maken, dat deze, zoo subsidie aan de provincie of de regeering wordt gevraagd, zich daartegen zal verzetten. De heer Van Woelderen herinnerde eraan, dat sedert jaren reeds het denkbeeld beeft ge- EEN ZOMERSPROOKJE. 27o Novelleuit het Duitsch. VAK BI ANC A BOBERTAG. XVII. Een bosehpad inslaande, zag Koenraad een vrouwelijke gedaante voor zich uitgaan, met een kruiwagen, dien zij voortduwde. Daar zij langzaam liep, had hij haar spoedig ingehaald. „Goeden avondzei hij tot 4e groot moeder van Ernestine, die hare bossen blauw bessen, kruisemunt, lavendel, arnicabloesem, lijsterbesstruiken, Johanniskruid en wat dies meer zij, op haar wagentje voortkruide. Zij hield even op, zag hem met de haar eigen strakheid en hare doordringende oogen aan, en vroeg op spotachtigen toon„Heb je het bloempje nog niet gevonden?" „Neen". „Dat geloof ik wel; dat moet op een aparte manier gezocht worden". Een mengeling van nieuwsgierigheid, belang- stelliog en ergeroio bood hem aan die vrouw, mou8seerd om een trambaan te leggen tusschen Middelburg en Domburg, maar dat pogingen, in dien geest aangewend, niet zijn geslaagd. Waar door den voorzitter was beweerd, dat Middelburg door den aanleg van de tram Vlissingen Domburg zou worden benadeeld, wees hij erop dat, kwam die tot stand, vanwege de staats spoorwegen vele faciliteiten zouden worden gegeven om Middelburg in de verbinding op te nemen, door vele locaaltreinen tussciien laatstgenoemde plaats en Vlissingen te laten loopen en ook zoodoende de plattelandsgemeen ten en Walcheren op gemakkelijke wijze met de spoorlijn te verbinden. Spreker achtte de meening, dat door de tram Vlissingen boven Middelburg zou worden be voordeeld zeer overdreven. Hij toonde door voorbeelden aan dat door meerdere en gemak kelijker verkeersmiddelen het verkeer toeneemt. De voorzitter bleef bij zijne meening, ook die van het bestuur, dat het belang van den Middelburgschen handel zeer zou worden be nadeeld door het tot stand komen van de straks genoemde tramverbinding. Na nog eenige discussie werd door den voor zitter de vraag gesteld, of van uit Middelburg een protestbeweging zal op het getouw gezet wor den tegen het verleenen van een subsidie van wege de provincie of het rijk aan de tramver binding zooals die nu is voorgesteld. Met 11 tegen 7 stemmen werd die vraag ontkennend beantwoord. Evenzoo werd ontkennend beant woord de vraag of het wenschelijk is dat bij een eventueele aanvrage om subsidie aan de provincie of het rijk vanwege den raad van Middelburg daartegen worde geprotesteerd. Daarna werd de exploitatie van de gastabriek ter sprake gebracht. Dit punt der agenda werd ingeleid door den heer M. S. de Zeeuw- Hij achtte met het bestuur den gasprijs te hoog en was van oordeel dat bij vermindering het gasverbruik zou toenemen. Vermindering van den gasprijs achtte hij mogelijk en door de billijkheid geboden. Met algemeene stemmen werd als de conclusie der vergadering de wenschelijkheid van verla ging van den gasprijB uitgesproken en besloten daarvan aan den gemeenteraad te doen blijken. LETTEREN "EN KUNST. De Boezemvrienden is, van begin af, in de Amsterdamsche bladen algemeen geprezen, zoowel om inhoud als om spel. Thans lazen wij daarover een oordeel uit de provincie, en wel in de Arnh. Ct., in wier woonplaats het blijspel vorige week Donderdag is gegeven. Dit blad, wier recensent of liever, naar som migen beweren, recensente iemand is met een juist, artistiek oordeel, laat zich over een en ander ook zeer gnnstig uit. Na een overzicht van het stuk gegeven te hebben, schrijft de criticus: „Het viertal boezemvrienden Bruno, de raisonneur (de heer Chrispijn), Winkler, de musicus (de heer Kreeft), Hagedorn, de schilder (de heer Schulze) en Scholzde ingenieur (de heer Verenet) maakte een erg typisch ge heel uit. Het samenspel was weder bijzonder goed, niet alleen in de eerste acte, o. a. bij den „salamander", maar ook in het verdere verloop. De ruzie b.v. stormde zoo flink op. De dames waren conventioneeler in haar spel dan de heereD, maar voldeden niettemin zeer goed. Mevr. Van Ollefen overdreef het platte Vlaamsch spreken en doen wel wat te veel. De knechtsrol van den heer Wensma was weder éenig. Er zit dus veel in Boezemvrienden dat aan trekt. We kunnen er nog bijvoegen, en dit is waarlijk geen geringe verdienste, dat de dia loog dikwijls geestiger is dan in de meeste Dnitsche blijspelen, en dat de actie in leven digheid toeneemt. Omdat de vier bedrijven in dezelfde kamer spelen, kon de regie meer dan gewone zorg besteden aan de inrichting van dit vertrek een allergezelligst uitziende studeer- enz. kamer, geschikt en opgesierd zooals dat heden ten dage meer en meer smaak wordt ook al loopen de karakters van de bewoners nóg zoo uiteen. Maar, 't moet gezegd worden, voor eene kamer van dr Bruno Mmtensdie de halve wereld heeft rondgezworven en overal diepe indrukken en eigenaardigheden van land en volk vergaarde, was zij een model. Het publiek toonde zich zeer voldaan. Voort durend heerschte een aangename Btemming; men lachte nu eens ongedwongen, want er is Hij was echter te trotsch om haar nadere in lichtingen te vragen en zei dus kalm „Ik zal het wel vinden". „Waarom ook niet?" Zij liepen een eind zwijgend naast elkander voort. Zij kende zijn verhouding tot Ernestine even goed als hij de hare, maar het scheen beiden onmogelijk, daarover te spreken. Er kwam niet de minste verandering op haar schoon besneden, doch bruin, verweerd gelaat. Zij zag hem geen enkele maal aan. Hij scheen haar onverschillig,ja zelfs door haar gehaat te zijn en toen zij bij een plek kwamen, waar de weg door hooge moskanten omzoomd was, liet zij haar wagen staan en ging zitten, tot den doc- ter zeggende„Loop maar door Hij glimlachte, maar in plaats van verder te gaan ging hij naast haar zitten en zei: „Vertel mij een sprookje, grootmoeder". Dit verzoek scheen haar niet te verbazen en zij begon, hem strak aanziende. „Er waB eens een bloempje, dat had iemand uit een vreemd land meegebracht en in zijn tuin geplant en er behagen in geschept dat het wortel schoot. Toen er evenwel een nieuwe maan kwam, rukte het plantje zijn wortels uit en toog weg over land en zee, tot dat het weer in zyn geboorteland was. Daarna w»o bet tuintje JeSg voor hem," Er lag iets niets in 't stuk, dat dit belet. Er werd met veel warmte geapplaudisseerd." Zooals men weet, wordt dit blijspel van Ludwig Fulda Dinsdag a. in den schouwburg te Mid delburg opgevoerd. In een te Amsterdam gehouden bijeen komst van belangstellenden in de Nederland- sche Opera, onder directie van den heer Van der Linden, is uitvoerig gedebatteerd over middelen ozn die instelling in stand te houden. Het resultaat daarvan was, dat het voorstel der commissie een waarborgfonds van 25,000 bijeen te brengen werd aangeno men en tevens besloten werd, alle gepaste middelen aan te wenden om subsidie te ver krijgen ook van den gemeenteraad. De ter vergadering aanwezigen (een vijftigtal) teeken den gezamenlijk voor een bedrag van f 675, zoodat thans f 1875 by een is. Hans Waehenhtisen, de bekende schrijver van historische romans enz., is in den ouder dom van 72 jaar overleden. Als oorlogscorrespondent verwierf hij eene ware beroemdheid en volgde de krijgsverrich tingen in de oorlogen in den Krim, Italië, Sleeawijk-Holstein en den Fransch-Dnitschen oorlog van 187071. Verdi's gezondheid laat veel te wenschen over. Op zijn verjaardag verzocht hij van be zoeken te worden verschoond ea de reis naar Parijs is onbepaald verdaagd. Men maakt veel ophef van het feit, dat door den heer J. van Dijk Mzn., directeur der Christ, philantropische inrichtingen te Doe- tichem, 15 jongelui, meerendeeis leerlingen der hoogste klasse van het gymnasium, zijn wegge zonden, omdat zij tegen zijn verbod sigaren hadden gerookt. Over de meerdere of mindere gestrengheid van die straf kunnen wij natuurlijk niet oor- deelen, zonder de feiten te kennen, maar, af gescheiden daarvan en van de kwestie of het verbod goed wasof het betrof het rooken in de inrichting of daarbuiten, wat nog al ver gedreven zou zijn, tenzij de directeur ook daar recht heeft te bevelen, een feit is het toch dat er recht van straffen was waar die leerlingen iets deden dat hm verboden was. Tegenwoordig neemt de heerachtigheid van sommige jongelui de goede, de sjoviale, de natuurlijk-jongeluiachtige niet te na gesproken zulk een onhebbelijk karakter aan, dat er wel eens een krachtige hand noodig is om daaraan paal en perk te stellen. Woensdag was het de geboortedag van de groothertogin van SakBen, geboren prinses Sophie der Nederlanden. By die gelegenheid zijn eenige Hollandsche bladen, met voorken nis van de Koningin-Regentes, in de gelegen heid gesteld de volgende woorden, waarin de overleden prinses een laatsten groet brengt aan Nederland, over te nemen uit haar testa ment: Que Dien protégé ft jamais man cher pays nataleotntnè la Maison d1 Orange. Je dis un dernier' mot de souvenir ft mes amis de jeunesse comme a tons ceux que je connate depuis des années." (Dat God ten eeuwigen dage mijn dierbaar geboorteland bescherme, evenals het Huis van Oranje. Ik richt hierbij een laatste woord van herinnering tot de vrienden uit mijn jeugd en tot allen, die ik sedert jaren ken). Een comitó van drankbestrijders te Rot terdam is voornemens de aandacht op de geheel onthouding te vestigen door middel van een allegorische voorstelling, welke deel zal uit maken van den geschiedkundigen optocht tijdens de inhuldigingsfeesten. Zij wekken ook hunne medestrijders in andere plaatsen op aan een eventueelen optocht ten hunnent op dezelfde wijs deel te nemen. Als het dan maar geschiedt op artistieke wijze en niet zoo foei leelijk en afschrikwek kend als bij zulke pogingen wel eens gebeurt Het Hbld bevat hedeu zeer uitvoerige en lezenswaardige mededeelingen van een verslag gever, die het hoofd der openbare lagere school te Loo, gem. Duiven, den heer C. J. van Rijn, bezocht heeft, om zich op de hoogte te stellen van de toestanden op onderwijsgebied aldaar. Daarin wordt aangetoond hoe dat hoofd en zijn gezin op allerlei wijzen worden tegenge werkt door de R.-K. geestelijkheid, die het erop toelegt, zooals men weet, om de openbare school leeg te pompen. In vele gemeenten in ons land gaat het slecht met de opbrengst voor feestvieringen in bijzonder uitdagends in hare donkere oogen; maar hy hield zich dapper, knikte haar toe en zei: „dat is zoo kort, vertel er nog een." „Er was eens iemand geweeBt die uitging om het geluk te zoeken en die dacht: als ik maar altyd rechtuit loop, zal ik wel om de aarde heenkomen, en eindelgk alle dingen ge zien hebben. Waar gij dan het geluk ziet, moet gij het vast houden. Hij heeft geloopen jaar en dag, maar het geluk is niet gekomen. Doodmoede, denkende dat nergens geluk te vinden was, noch bij de Zwarten in 't Afrika, noch waar de zee geworden is tot ijs, nergens doch op een zomerdag bij het eerste hanen gekraai heeft hij het geluk gevonden en toen stond hy weer voor zijns vaders huis." „Men gaat niet alleen naar 't Afrika om zijn geluk te zoeken. De menschen hebben geen plaats meer in het oude vaderland en daarom zendt de koning eenigen hunner uit, om plaats te zoeken, ergens waar de hitte niet al te groot is, noch de koude te bar, en die moeten zien waar bet koren zou kunnen groeien en wat er aan goud of steenkolen in de bergen te vinden is. En dus moeten zij wel het geluk zoeken, maar niet hun eigen, alleen dat van anderen; en als zij daarbij genoeg te eten krijgen en de koning hun oog een kleine belooning daarvoor geeft,, Augustus of September. In Delft b.v. klaagt i de commissie steen en beendaar is zoo wei nig ontvangen, dat er zeifa niet te denken valt aan eenige feestviering. De bekende Amsterdamsche zaak van den heer F. A. L. de Gruyter zal, zegt men, geli quideerd worden. Crediteuren zuiien allen 100 pet krygen. De aandeelhouders betalen echter het gelag. En onder hen bevinden zich juist in deze zaak zeer veel kleine lieden. Men kon nl. aandeeltjes van f 12 in de zaak nemen, waarop een rente van 6 pet was gewaarborgd, terwijl men bovendien, al had men maar éen zoo'n aandeel, bij eiken inkoop 5 pet korting kreeg. En dat geld is naar de maan. Woensdag middag is het vaartuig van den beurtschipper C. Verstraeten, varende van Tholen op Rotterdam, tegen een ducdalvo van de spoorwegbrug te Dordrecht aangeloopen, met het gevolg dat het schip een groot gat in den boeg bekwam, en, om zinken te voorkomen, onder den Zwijndrechtschen wal op het droge moest worden gezet. Een 75-jarige vrouw op Urk was Zater dag bezig met visch schoonmaken, gleed uit over een vischkop, viel en was eenige uren later een lijk. Aldaar is bericht ontvangen, dat de schipper van een der van daar varende botters op de Noordzee is over boord geslagen en verdronken. De man laat een vrouw met acht kinderen onverzorgd achter. Onder Nijmegen is in den nacht van Zon dag op Maandag een boerderij met al wat er in was verbrand. De bewoners moesten zich door de ramen een uitweg banen. Te Waardenburg is bij een broodbakker brand ontstaan, die zijn huis en een ernaast gelegen smederij in de asch legde. Bij een uitgeversfirma te Enschedé ver nielde een brand het magazijn, de bindzaal en het kantoor. Al deze vertrekken brandden geheel uit. De schade is aanzienlijk, doch door assurantie gedekt. - Te Tilburg boog een jonge vrouw zich, bij het water scheppen uit een der kuipen van een fabriek te veel voorover, zoodat zij in de kuip met kokend water viel. Geheel met brand wonden overdekt, werd zij naar het ziekenhuis vervoerd. Haar toestand is hoogst bedenkeiyk. Woensdagochtend sprong een dame tus schen Boxtel en Tilburg uit den in beweging zljnden trein, om haar hoed, welke afgewaaid was, te redden. Gelukkig werd dit door het treinpersoneel bemerkt. De onvoorzichtige, die zich blijkbaar erg bezeerd had, werd in den trein gedragen en te Tilburg in het station gebracht, ter verdere behandeling. De trein had door een en ander een kwartier vertraging. Te Ferwerderadeel stierf onlangs de gemeente-secretaris en onmiddellijk daarna beroofde de gemeente-ontvanger zich van het leven. Volgens de N. R. Crt. zijn thans de volgende feiten aan het licht gekomen: Er is een aanzienlijk bedrag te kort in de administratie van den ontvanger, wegens aan hem betaalde hoofdelijke omslagen, die niet zijn verantwoord. Men is nu bezig om langs de huizen der ingezetenen te gaan om de be lastingbiljetten na te zien en te vergelyken met wat door den overledene verantwoord is. Ook is het kasboek nog zoek. Men hoopt, dat het by de ontzegeling van den boedel van wijlen den gemeente-secretaris aan het licht zal komen. De gemeente-ontvanger was geheel on der den suggestieven. invloed van den secre taris Wiesenhaan, dien hy niets durfde te weigeren, ook niet gelden uit de gemeentekas. De ongelukkige man heeft er zich tegenover zyn vrienden wel eens over uitgelaten, dat het er voor hem niet best uitzag, als Wiesenhaan eens plotseling kwam te overlijden. Deze liet vaak geld van den ontvanger halen op een eenvoudig visitekaartje, waarop slechts vermeld stond goed voorgulden, „Wat seil ik mei dy flarden as ti eris op oankwaam", zei hy dan. (Wat zaJ ik met die vodden doen als het er eens toekwam). De wanorde in zyn admini stratie schrijft men toe aan zyn vrees voor Wiesenhaan, men brengt die er althans mede in verband. De ontvanger leefde zeer zuinig, schier armoedig. De gemeente Ferwerderadeel is tegen schade gedekt door den borgtocht van f 12.000. Het Duitsche oorlogsschip Stein is Woensdagmiddag van Antwerpen naar Kiel teruggekeerd. Niet de advertentie van Philip van Coburg in de Petites Affiches, maar de mededeeling dat zyn zg daarom nog geen schurken of zotten. Nu heb ik u ook wat verteld, grootmoeder, nu gy weer." Die eenvoudige voorstelling eener expeditie van colouisatie, waarvan de kortheid haar toch trof, maakte indruk op de oude vrouw, al liet zij dit niet blijken. Maar zij was vol afkeer en wantrouwen tegen den man, die hare antieke, beproefde en toch bekrompen wijsheid door een moderne en meer omvattende versloeg, en zy scheen niet dadelgk te weten hoe zij het gesprek zou voortzetten. „Hoe oud zijt gij, grootmoeder?" vroeg Ebert op eens. Zij wist het niet of vond niet noodig om het te zeggen en begon weer „Er was eens een jonge vrouw, die zóo'n mooi gezicht had, dat zy nooit ond wilde worden en toen de jaren rimpels op haar voorhoofd begonnen te maken, zei zij„Hoe dom, men blijft jong zoolang de spiegel u niet zegt dat gij oud wordt als ik nooit meer in een spiegel kijk, blijf ik altyd jong". Zoo ver beeldde zy zich dat zij haar leven lang een mooie vrouw bleef. Op zekeren dag echter toen zij over de vyftig was, hadden eenige Heden een grap met haar, hielden haar vast en zetten haar voor een spiegel, roepende „zoo moedertje, kijk nu eens hoe mooi je nog bent. „Ach watriep ze uit^Wat doe ik deze advertentie valseh was, is nader gebleken valsch te zijn. De boodschap aan Havas was niet van de Oostenrijksche ambassade afkom stig; men had eerst per telefoon, later per telegraaf, zich bediend van den naam van graaf Berchtold, den tweeden secretaris, om Havas te misleiden. Men kan dus de advertentie, waarin gezegd wordt prinses Louise geen ere- diet te verleenen, als echt beschouwen. Den 19den Januari werd te Elsene, onder Brussel, een soldaat door eene keukenmeid, met wie hij verkeerd had, maar die hij verla ten wilde, met twee revolverschoten aan het hoofd gekwetst. De daderes, voorwaardelijk tot vier maanden gevangenis veroordeeld, heeft zich nu met haar geliefde verzoend. Arm in arm verlieten zij het paleis van justitie en zullen eerstdaags trouwen. De Fransche mailboot Ville de Rome is bij kaap Negro, 11/2 mijl van Port Mahon gestrand. Alle opvarenden en de mails zijn gered. Er waren 117 passagiers aan boord onder wie 30 dames. Men vreest dat het schip verloren is. Het onderzoek tegen den moordenaar Vacher is thans gesloten. Het strekte zich uit over 98 moorden of moordpogingen, waar van de daders onbekend zyn gebleven. Vacher heeft 12 dezer misdaden bekend, maar het gerecht beschuldigt hem nog van 16 andere, namelijk van moord in 1894 op een 9-jarig kind, in 1895 op een knaap en vier vrouwen, in 1896 op een knaap, een aan en twee jonge meisjes, in 1897 op drie jonge meisjes en drie oude vrouwen. Koningin Victoria, sedert eenigen tijd, zooals men weet, te Cimiez bij Nizza vertoe vende, bereikte Maandagmiddag op haar ge wonen wandelrit de nauwe brug over de rivier tegelijk met een schamelen begrafenisstoet. Deze bleef ter zijde staan, om H. M. door te laten, maar de Koningin deed haar rytuig stilstaan en den stoet voorgaan, eerbiedig het hoofd buigende toen de doode langs kwam. De rouw- dragenden ontblootten voor haar het hoofd en waren blijkbaar door deze heuschheid getroffen. Chevalier, de manager van Cordang en Meyers, schrijft aan het Journal des Sports dat hij met zijn beide „poulains" te Norwood is gevestigd, vlak by de Crystal Paiacebaan, waar Cordang de beschikking zal hebben over de gang- making van Dnnlop. Cordang traint aich nu voor Bordeaux-Paris, en hy zal niets verzuimen om mooi eerste aan te komen in dien wedstrijd, hoewel zij, die de beschikking zullen hebben over automobiels, zeker veel voor hebben. Meyers zal dit seizoen zeker van zich laten spreken; hij is in zeer strenge training. Tot niet geringe voldoening van het Reichsgesundheitsamt zijn te Keulen eindelijk twee manden met Amerikaansehe appelen aan gehouden, waarop de gevreesde San José- 8childluis iB aangetroffen. Ze werden dadeiyk den gelukkigen eigenaar afgekocht en naar het departement te Berlijn gezonden „om voor wetenschappeiyke doeleinden te dienen". Een courant van de oppositie te Agram de Obzor, heeft eenige dagen geleden haar 800e inbeslagneming gevierd. Zy bestaat 39 jaar. Het bekende plan om een gedenkteeken op te richten, by de plaats waar de ezaar bij zijn aankomst nit den trein stapte, heeft de goedkeuring van den Paryséhén raad verworven, De vrees, dat de pelgrimstochten naar Mekka noodlottigjzouden worden, is bewaarheid. Uit Djeddah wordt een geval van pest geseind, Een naar Klondyke bestemde bark Heletie Valmy is verlaten gevonden. Van de opva renden, 13 zeelieden en 27 passagiers, is niets bekend. Verkoopingen enz. Door het polderbestuur vau Walcheren werd heden middag in het polderhuis in de Abdij alhier in het openbaar aanbesteed a. Het leveren van eiken- en mastenhout. Hiervoor schreven in de heeren R. Clercx voor f 8290, F. Clercx voor 8100, J. H. Velzen voor f 7800, L. A. Spierings voor 6980, deze inschrijvers wonen allen te Boxtel, en J. Raaijmakers te Helmond voor f 6366. b. Het vervoeren van 292.000 straatklinkers en 40.175 straatkeien, naar de wegen des pol ders in éen perceel. Hiervoor werd ingeschreven door de volgende, te Middelburg wonende slepers: P. de Kam voor f 485, S. Vinke voor f 435.43, L. Hen- drikse voor f 408.44 en'J. Jongepier voor f 406. Door hetzelfde polderbestuur werd nog ver met zoo'n slechten spiegel, dat ben ik heele- maal niet". Toen vonden de anderen dat zij gek was en lieten haar loopen", „Zy was ook niet heelemaal wijs", merkte Koenraad aan, „Zooals men het nemen wil. Dom en wijs komt vlak op hetzelfde neer. Menigeen heeft een plekje in zyn ziel, waar mee hij niet graag in den spiegel ziet, en als een ander hem er een voorhoudt, loopt hij weg en zegt: „dat ben ik heelemaal niet." „Gij zijt wijs, vrouw Steiner." „Wat de domheden aangaat, die heb ik altyd graag aan de manslui overgelaten. Ik ken er die gaan heen, en nemen een meisje vau den weg tot vrouw, verbeelden zich dat zy haar een heele eer aandoen en het is toch alleen maar omdat zij denkenzet ik my een boom voor het huis, dan maakt hy het my wellicht donker in de kamer, maar plant ik er een struikje, dan heb ik geen schaduw en geen duisternis en misschien denken zy ook, een boom kykt mg op de vingers, bemoeit zich met mijn werk en groeit my wellicht nog over bet hoofd; maar over het struikje kan ik heen kyken en ben daarnaast altyd een held. Die heeft ook niet goed in een spiegel gekeken." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1898 | | pagina 2