lUIDDELBURGSCHE COURANT. N°. 56. 14? Jaargang. 1898. Dinsdag 8 Maart. Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Pri}>> por kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2.— Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. Thermometer Middelburg 7 Maart 8 n. vm. 37 gr. 12 u 40 gr., av. 4 u. 38 gr. F. Verw. N. wind. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór één nor aan het bureau bezorgd zijn. AdvertentiSn20 cent por regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel} Groote letters naar do plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis aan het bureau te bekomen. Agenten. Te 's GravenhageDe Geer. Bemkfakte te AmsterdamA. de La Mar Azn. Middelburg 7 Maart. Volksvoeding. Van de hand van den heer dr A. J. C. Snij ders te Zutphen komt in de Maart-aflevering van de Vragen des Tijds een artikel voor ge titeld: „Maatregelen ten behoeve der Volks voeding." Daarin herinnert de schrijver aan den strijd over de volksvoeding, ontstaan naar aanlei ding van hetgeen minister Pierson in de Tweede kamer bij het debat over het adres van antwoord op de troonrede over de volks welvaart zeide. Het kamerlid van der Zwaag kwam op tegen 's ministers cijfers en conclusie. Mr A. Kerdijk, de heer V. d. Goes en mr P. Brooshooft zet ten buiten de Kamer het debat voort. Voor dr Snijders is het echter niet de vraag, of de arbeider in het algemeen nog slecht ge voed wordt, dit feit staat z. i. reeds lang vast, maar de vraag moet zijn, hoe men daarin ver betering kan brengen. Een deel der arbeidersbevolking kan zich volgens schrijver, zonder groote uitgaven een doelmatiger voeding verschaffen, dan nu ver kregen wordt, maar voor de groote meerder heid der werklieden is het een onmogelijkheid, tengevolge van lage loonen of groote gezin nen, bij de tegenwoordige prijzen der levens middelen aan de minste eischen der voedings leer te voldoen. Daarom moest, meent schr., ernstig over wogen worden, of behalve door verhooging der loonen, ook niet door andere middelen, zoo noodig met medewerking van de overheid of vereenigingen, die in het belang van het volk werkzaam zijn, een gezonde en voedzame kost voor den werkman beter bereikbaar te maken is. In zijne beschouwingen wijst schr. op de oprichting van coöperatieve verbruiksvereeni- gingen en op de volkskeukens en volkskoffie huizen, waar den werkman tegen matige prijzen uitstekende spijzen en dranken verschaft wor den, De volkskeukens zijn echter nog niet populair genoeg, en toch knnnen zij tevens medewerken om den ouden volkssmaak, vaak zoo verkeerd, te wijzigen in het rechte spoor, dat der rationeele voeding, te leiden. Met prof. Rubner vestigt schr. de aandacht op een maatregel van philantropischen aard om de sterfte onder kinderen tegen te gaan, nl. het verschaffen aan arme kinderen van gestereliseerde melk. Dan zou de regeering kunnen helpen door het tegengaan van vervalsching van levens middelen en van den verkoop van bedorven of schadelijke eetwaren. Schr. acht het ber staande toezicht geheel onvoldoende. Ook kaD de volksvoeding bevorderd worden door ver meerdering der productie. Hieraan zijn dienst baar te maken: landaanwinning, ontginning van woeste gronden, verbetering van den bodem en van de landbouwwerktuigen, bevor dering van veeteelt, het steunen van tentoon stellingen op dit gebied en van scholen, waar de nieuwste verbeteringen van landbouw en veeteelt onderwezen worden. Dan moet de invoer van voedinga- en genotmiddelen uit andere landen voor zoover zij in ons land niet of in niet voldoende mate geproduceerd wor den, in de hand gewerkt worden, en ook kan de regeering haar tusschenkomst verleenen door het bevorderen der middelen van verkeer en de regeling der tarieven. Schr. wijst hier op Amerika, waar in éen streek b.v. reusachtige hoeveelheden vruchten en groenten geteeld worden, die over al de staten van N. Amerika verspreid worden, wat alleen mogelijk is door de snelle en wel ingerichte vervoermiddelen. Zoo is het ook met het vleasch. Chicago is de reusachtige Blachtbank voor geheel N. Amerika, terwijl Minneapolis en St. Paul het meel leveren. Engeland wordt reeds uit Australië, Canada en Argentinië voorzien van bevroren vleesch, dat zich nu ook al in Duitschland een weg baant. Dnitschland gebruikt ook reeds veel uit Noor wegen aangevoerde verstijfde visch. Daarvan zou Nederland ook kunnen profiteeren en in dit voorjaar zal dan ook door onze spoorweg maatschappijen een proef worden genomen met koelwagens voor vervoer over groote afstanden van boter, vleesch, visch enz. Eindelijk vestigt schr. nog de aandacht op een mogelijke uitbreiding van onzen vruchten- handel en de verbetering van den ooftbouw. Men drijft den ooftbouw z. i. hier op te kleine schaal. Grond is er genoeg, maar er moet meer met beleid gewerkt worden, meer op deskundige wijze. Het onderwijs in de vruch tenteelt moet met zorg behandeld worden, dan kan er van den ooftbouw nog veel verwacht worden. Maar wordt die eens uitgebreid, dan jnoet men meer Amerika tot voorbeeld nemen voor snel vervoer, doelmatige verpakking en vooral voor levering van enkel prima soorten. Eén aangestoken appel kan een geheele ver zending bederven. En komt men tot een uitbreiding van de vruchtenteelt, dan moet de regeering meer helpen door afschaffing van den accijns op inlandsche vrnchtenwijnen. De voor verzen ding niet geschikte vruchten kunnen daarvoor gebruikt worden en de vrachtenwijnen kunnen dan volksdranken worden. De productie daar van maakt dan meer kuipers en flesschenfa- brieken noodig. Van de vruchten kunnen ook jams gemaakt worden, maar dan moet de suiker-accijns of afgeschaft of verlaagd worden. Wil men dezen weg uit dan is echter, oor deelt schr., geen tijd te verliezen. Amerika staat reeds gereed de Europeesche markt op dit gebied te veroveren. TWEKIIE 14 AMBB, Spoorwegovereenkomsten. De memorie van antwoord is verschenen be treffende het wetsontwerp tot goedkeuring van de overeenkomst tusschen Nederland en België betreffende de overneming van de Nederland- sche gedeelten van eenige in Nederland en België gelegen spoorwegen en van de mede tot die spoorweggedeelten betrekkelijke met de Maatschappij tot Expl. van Staatsspoorwegen gesloten overeenkomst. De regeering ontkent, en zet nader uiteen dat de koopprijzen te hoog zijn en zet nader de gevolgen uiteen omtrent de gevolgen van de met de Exploitatie-maatschappij gesloten overeenkomst. De voorstelling als zou de Exploi tatie-maatschappij in de conferente van 2 Juli j.l. eene voor Antwerpen gunstige tarief-behan deling op de Limburgsche spoorweggedeelten hebben geruild tegen de medewerking van het ;ische staatsspoorwegbeatuur om het ver voer van de H. IJ. S. Mij. met België aan die maatschappij te onttrekken, mist blijkens het protocol van die conferentie allen grond. Door de H. IJ. S. Mij werd betoogd, dat Amsterdam en vele andere voorname stations in verkeer met België en Frankrijk zullen missen de oordeelen, die de concurrentie aanbiedt; dat vele andere stations zullen moeten derven de voordeelen van het verkeer in ééne hand naar de grenspunten des Rijksdat Rotterdam niet verkrijgt waarop het recht heeft nl. met de Maats, tot Expl. van St. Sp. concurreerende tarieven naar Oostelijk België. De bezwaren der H. IJ. S. Mij zijn door de regeering aan een ernstig onderzoek onderworpen en er werd getracht ze door overleg met den directeur- meraal der Expl.-Maats. uit den weg te ruimen. Na herhaalde besprekingen verklaarde die spoorwegbestuurder zich bereid tot handhaving van de concurrentie ten aanzien van de con- currentie-stations, welke bij strenge toepassing van het beginsel van de kortste route zouden verloren gaan. Hij wilde er in toestemmen, dat voor die stations, behalve de route via Tilburg—Turnhout, die via Esschen in stand zou blijven. Aan deze verklaring werd echter uitdrukkelijk de voorwaarde verbonden, dat zij alleen zou gelden voor zooveel in den vracht brief de route via Esschen zou zijn voorge schreven. Het kwam der regeering voor, dat door die verklaring die blijkens nader schrij ven ook voor Frankrijk gold de bezwaren tegen de voorgenomen tarieisherziening ge deeltelijk werden opgelost, daar de concurren tie er zelfs door zou worden verscherpt en haar gebied er door zal worden uitgebreid. De ver klaring der Expl. Maats, aan de regeering ge geven, hoewel niet in de overeenkomst opge nomen, ligt meer dan eenige andere afspraak bij onderhandelingen over tarieven, aan de Expl. Maats, de moreele verplichting op, haar zoo veel mogelijk in de toekomst gestand te doen. De regeering heeft dan ook gemeend aan de overeenkomst met de Expl. Maats, hare hand- teekening niet te moeten onthouden. Het gevaar toch is niet denkbeeldig, dat de regeering indien nieuwe onderhandelingen moes ten gevoerd worden, er niet in zou slagen de zelfde financieele voordeelen van deExpl-maatsch. te bedingen. De regeering heeft ook na de in diening van deze wetavoordracht al het moge lijke gedaan om de Expl.-Maatsch. te bewegen ten aanzien van de H. IJ. S. Mij. eene meer tegemoetkomende houding aantenemen en het is haar aangenaam te kunnen verklaren dat hare pogingen ten slotte met goeden uitslag zijn bekroond. De Expl.-Maatsch. heeft verklaard er in toetestemmen, dat voor het verkeer van de stations naar (dus niet vanBelgië waar over de kortste route leidt via Weelde-Merxplat mits het ook thans geheel iu handen van de Hollandsche Spoorweg Maat schappij zij, niet de route via Weelde-Merx plat doch uitsluitend de route via Esschen in bet tarief zal worden opgenomen. In om gekeerde richting d. i. van België naar die stations zal echter steeds de kortste route zijn te volgen. Daardoor acht de regeering de op Jougdige overtreders der Strafwet. De N. B. Ct. verneemt, dat do regeering voornemens is eenige hoogst belangrijke wijzi gingen voor te stellen in het straffen en in de strafrechtpleging van jeugdige overtreders der strafwet, teneinde zooveel mogelijk te voorko men dat zij opgroeien tot misdadigers. Door eene verbeterde regeling van de vader lijke macht, met eventueele ontzetting uit de ouderlijke alleen en op zich zelve, kan de jeugdige verdwaalde niet van den kwaden weg teruggebracht worden. Op jeugdigen leeftijd is er voor zijne verbetering meer te hopen dan wanneer hij, na in zijne jeugd op den slechten weg zijne schreden gezet te hebben, in de eer ste jaren van zijn oordeel des onderscheids reeds als recidivist terechtstaat. Een kleine deug niet behoeft niet noodzakelijk een slecht burger te worden, en in geen geval mag ondoelmatige strafvervolging daartoe medewerken. Voeren jeugdige baldadigheid en straatschenderij op lateren leeftijd tot de gevangenis, een oordeel kundige bestraffing van die beiden kan dat anders onvermijdelijk gevolg trachten af te wenden. De groote moeilijkheden, die deze rechts- materie oplevert, hebben de regeering niet kun nen weerhouden haar ter hand te nemen, ten einde van overheidswege, althans zooveel mo gelijk, de toeneming van strafwaardige losban digheid der jeugd te breidelen en tegen te gaan. it de strafwaardigheid van het nageslacht beperkter moge worden dan die der thans levenden. gesomde bezwaren opgelost en wordt de goed keuring daarvan door de regeering met vol komen vertrouwen aanbevolen. Wat de overname van personeel betreft daar mede zal hier te lande op geheel gelijksoortige wijze gehandeld worden als in België. DeilfaatscA. tot Expl. v. St. Sp. heeft zich bereid ver klaard het op Nederlandsch grondgebied aan de over te nemen spoorwegen verbonden per soneel, zooveel het de Nederlandsche nationa liteit bezit en den leeftijd van 65 jaren niet hebbe bereikt en lichaamlijk geschikt is in haren dienst te nemen in den rang die het meest overeenkomt met de thans bij den Grand Central Beige vervulde betrekking en de daar genoten bezoldiging. BEN OEMIN GEN EMZ. Bij kon. besluit: is aan den tweede-luit. K. J. M. Brevet van het 4e reg. vest. art., op verzoek, een eervol ontslag verleend; is aan den reserve-officier van gezondheid 2e kl. dr A. N. van Praag, een eervol ontslag verleend uit zijne betrekking tot de landmacht. Aanstaanden Dinsdag verleent de minister van waterstaat enz. geene audiëntie. De St. Ct van Zondag en Maandag bevat, een kon. besluit tot herziening van artikel 2 van het kon. besluit van den 5en Jan. 1884 (Stbl no. 4), tot regeling van de vergoeding voor reis- en verblijfkosten. UIT STAD EN PROVINCIE. De navolgende kommiezen bij 's rijks belastingen zijn bevorderdS. A. Iburg te Hoedekenskerke, I. Deuning te Vlissingen (stad) en D. J. Fenijn te Hansweert tot de eerste klasse; J. de Vuijst te Ter Neuzen en J. P. Manni te Heinkenszand tot de tweede klasse; en J. Schuiling te Sas van Gent, L. Minder- houd te Hulst, J. J. de Smit te Koewacht en J. F. de Zutter te Cortgene tot de derde klasse. lijkheid vroeger door de commissie meermalen is betoogd." In eene vergadering der commissie is door het lid dr J. P. Berdenis van Berlekom uitvoe rig do noodzakelijkheid betoogd van een bac teriologisch laboratorium, waarvan de wensche- Iijkheid, zoowel uit een therapeutisch als uit een hygiënisch oogpunt, steeds meer en meer wordt gevoeld. De discussiën, naar aanleiding hiervan gevoerd, leidden er toe, dat in een volgende vergadering een globale begrooting werd gemaakt van de vermoedelijke kosten van zulk een laboratorium, terwijl tevens de wijze werd besproken, waarop eventueel een dergelijk laboratorium hier ter stede, liefst met medehulp van het openbaar gezag, zou kunnen tot stand komen. De commissie oor deelde, dat het het meest aangewezen was, dit te verbinden aan het scheikundig laboratorium der gemeente apotheek, dat aan den gemeente apotheker deze onderzoekingen behoorden te worden opgedragen en hij tevens in de gele genheid moest worden gesteld, zich tot deze werkzaamheden behoorlijk voor te bereiden. Tot het nemen van besluiten of het doen van voorstellen leidden overigens deze bespre kingen niet. - De laatste bondswedstrijd, die Ohjmpia van hier spelen moest en wel tegen Unitos te Bergen op Zoom, werd door haar gewonnen en wel met 3—2 doelpunten. Door de politie te Vlissingen is ge arresteerd en Zondag naar het huis van be waring te Middelburg overgebracht zekere P. G. timmermansknecht wonende te Serooskerke, die Zaterdagnamiddag in een herberg te Vlis singen zich schuldig maakte aan het ontvreemden van een zakje waarin f 97, welk bedrag moest, dienen tot het uitbetalen van werklieden. P. G. is een oude bekende der justitie. De heer G. van Beers, te Vlissingen, is voor ƒ27.113 laagste inschrijver voor het maken van een keiweg van Ossendrecht naar Hoogerheiden. Blijkens het verslag van de plaatselijke gezondheidscommissie te Middelburg van 1897 werd in dat jaar, nóch door burg. eD weth., nóch door den raad eenig advies der commissie gevraagd, terwijl de commissie zelf slechts omtrent één enkele zaak aanleiding had, met het dagel. bestuur in correspondentie te treden. Dit betrof den beerput van perceel A 123 in de Korte Giststraat. Hierover toch was geklaagd door den bewoner van perceel A 122, Koorkerkhof hoek Giststraat, wijl het kanaal, van dezen beerput naar het riool aan het Koorkerkbof voerende, ondragelij ken stank in laatstgenoemd perceel veroorzaakte. De com missie had eerst den eigenaar van eerstgenoemd perceel, C. Geense, aangeraden tonnenstelsel in te voeren, maar, nadat deze daartoe ongeneigd was bevonden, gaf zij van den onhoudbaren toestand kennis aan burgemeester en wethou ders. Later mocht zij van dit college vernemen, dat de bedoelde beerput was geledigd, zoodat het bedoelde riool geen faecaliën meer afvoerde Verder zegt de commissie: „Ofschoon een belangrijke sanitaire maat regel het riolenplan den raad bezig hield, werd daarover het advies van onze commissie niet gevraagd. Met belangstelling vernam zij evenwel, dat in dit plan verbete ringen zijn opgenomen, waarvan de noodzake Te Goes bestaat een R. K. rederijkers- vereeniging. Deze gaf in de laatste dagen een uitvoering voor het publiek en ten voordode der werklieden-veTeeniging St. Jozef, waarvan de netto opbrengst 131.18 bedroeg. In den laatsten tijd is het daar nog al druk voor het uitgaand publiek. De laatste week van Februari was er niet minder dan vijfmaal gelegenheid een openbare vermakelijkheid bij te wonen. Het tweede concert van de zang- vereeniging Toonkunst zal de volgende week Woensdag den 16en plaats hebbenals soliste zal optreden mej. Liiteman, sopraan, van Am sterdam. Zaterdagavond omstreeks zeven uren ontstond op de hofstede De Witte Hevel, bij den landbouwer G. de Jop tien minuten afstand van Nienwdorp, brand, in dezelfde streek dus waar ook de vorige week Zondag brand in een landbouwsehuur uitbrak. De brand was dadelijk zoo hevig, dat een groot gedeelte van het vee in de vlammen omkwam. Van de 33 stuks konden er slechts elf gered worden. Er verbrandden o. a. 6 paarden en 7 melkkoeien. Een groote boeveel heid hooi en boonen, alsmede alle landbouw werktuigen, werden een prooi der vlammen. Het huis, dat op eenigen afstand van de schuur stond, heeft men kunnen behouden. De spuiten van Nieuwdorp, 's Heer Arends- kerke en 's Heer Hendrikskinderen waren spoedig ter plaatse, maar konden niet veel uit richten, wijl aan blusschen van de met riet gedekte schuur niet te denken viel. De oorzaak is onbekend. De schade is zeer aanzienlijk, doch door assurantie gedekt. - De vorige week zijn te Waarde komen aandrijven een sloep, mast en zeil, waarvan in een bericht uit Bath reeds is melding gemaakt. Zaterdag ia de broeder van een der ver dronken personen bedoelde boot etc. wezen opeischen. Door den polder Brtiimsse is aan de Bot- terdamscJie Tramicegmaatschappij voor den aan leg van den stoomtramweg Brouwershave n— Steenbergen geheel gratis vergunning verleend voor het leggen der baan door eene in eigen dom aan den polder behoorende weide in de nabijheid van het Zijpe. Coöperatieve voorschotvereeniglng en spaarbank te Coes. Het aantal leden bedroeg bij den aanvang van bet boekjaar, loopende van 5 Febr. 1897 tot 5 Febr. 1898, 246. In bet afgeloopen jaar traden 9 leden tot de vereeniging toe, terwijl 11 leden uit de vereeniging traden, zoodat de vereeniging op 5 Febr. 1898 244 leden telde, wier gezamenlijk bedrag aan gestorte aan- deelen bedroeg ƒ48.183.26'. Op 5 Febr. 1897 bedroeg het kapitaal der gestorte aandeelen ƒ18.012 31', aan stortingen op aandeelen, daaronder begrepen het bijge schreven dividend ad 29.35 op de nog niet volgestorte aandeelen, werd ontvangen 743.95, terwijl aan gestorte aandeden werd terugbe taald ƒ573, zoodat het aandeden kapitaal op 5 Febr. 1898 bedroeg ƒ18.183.265. Het reservefonds bedroeg op 5 Feb. 1897 8705.23s. De inkomsten gedurende het afge loopen jaar bestonden uit een aandeel in de winst van het vorig boekjaar 620.82s en uit entree-gelden en verkoop-opbrengst van spaar- en statutenboekjes 43.50, samen 9369.56. Daarentegen moest een op voorschot geleden verlies worden afgeschreven groot 15.63, zoodat het reservefonds op 5 Febr. 1S98 be droeg 9353.93. Het dienstjaar werd aangevangen met een bedrag aan spaargelden groot 102.600.14. Ingebracht werd in den loop van het jaar 36.241,11, terwijl een bedrag van 38.115.59s aan spaargelden werd terugbetaald, zoodat er op het einde van het boekjaar aan spaargelden in de bank overbleef 100.725 65s. De intrest op de spaargelden uitbetaald be draagt 193.77, terwijl er bij het einde van het boekjaar aan verschenen intrest 2816.26 bij het kapitaal werd bijgeschreven, zoodat het nieuwe boekjaar begonnen werd met een bedrag aan spaargelden, groot ƒ103.541.91'. ij het begin van het boekjaar, op 5 Febr. 1897 had de vereeniging geene gelden bij par ticulieren opgenomen. Dit geschiedde ook in den loop van het boekjaar niet. Door de voorschotvereeniging werden 285 voorschotten verleend tot een gezamenlijk be drag van ƒ245.905. In den aanvang van het boekjaar waren nog aan voorschotten uitstaande 124.093.36, zoodat dc geheele voorschotreke ning beliep eene som van 369.998.36. Daar van werd in den loop van het boekjaar afge lost ƒ244 747.88, zoodat bij het sluiten van het boekjaar de nog onafgeloste voorschotten bedroegen ƒ125.250.48. De bank ontving voor de in het afgeloopen boekjaar 1897/98 verleende voorschotten aan intrest 6038.13. De gereserveerde intrest van voorschotten in het vorig boekjaar 1896/97 verleend, bedroeg 2250.68. Samen ƒ8288.81- Daarvan moet afgetrokken worden, als nog on verschenen, de rente loopende over het nu onlangs ingetreden boekjaar 1898/99 1994.05. Door de bank werd aan intrest op uitgekeerde spaargelden uitbetaald 193.77; aan versche nen intrest op spaargelden werd bij het eind van het boekjaar bijgeschreven 2816 26aan intrest op bij particulieren opgenomen gelden werd betaald nihilde onkosten der vereeni ging bedroegen 303.59; terwijl eindelijk door de bank werd terugbetaald voor vóór den ervaldag afbetaalde of door verdisconteering a de kas teruggevloeide voorschotten 36.43, zoodat de zuivere winst der bank bedraagt 2944.71. Nadat het bestuur met de commissie van toezicht besloten had dat van de zuivere winst eene som van ƒ588.81 zou worden gevoegd bij het reservefonds, werd door de algemeene ver gadering der leden Zaterdag gehouden, be paald dat 5 pet op het aandeelenkapitaal zou worden uitgekeerd, waartoe vereischt werd 835.90; dat, ter voldoening van den aanslag in de belasting op bedrijfs- en andere inkom sten een bedrag van 20 zou worden gereser veerd, zijnde 2'/i pc. van 8(J0, terwijl aan de drie leden van het bestuur, ter vergoeding van hunnen arbeid, eene som van 1500 werd toegekend. De gezamenlijke omzet der bank (ontvang sten en uitgaven) bedroeg het afgeloopen boekjaar de som van 834.872.66. ONDERWIJS. Zaterdag herdacht de heer E. Lacombló sedert 1865 leeraar in het boetseeren aan de polytechnische school, zijn 70n geboortedag. Werd hem van verschillende zijde belang stelling betoondofficieel werd hem in den na middag aan de P. 8. hulde gebracht. Door verschillende oud-leerlingen, vrienden en vereerders werd den jubilaris een album aangeboden, bevattende 55 photographieën van zijn voornaamste werken. Dit album is vergezeld van een opdracht op perkament, geteekend door den heer L. J. Senf te Delft, en vervaardigd van ruw kalfsleder door den beer J. P. A. Koumans, ook te Delft. De St. Crt vermeldt de benoeming van den jubilaris tot officier in de Oranje Nassau-orde KERKNIEUWS. Wekelyksche opgaaf betreffende de Ned. Hero. kerk. Beroepen naarCortgene A. Magendans te Tcrkapelle; Garijp T. H. Hoekstra, cand.; Tzum W. Magendans F.Gz. te Oosterzee Zwartsluis D. G. Postma te ZaaudaiuDord recht M. Buiskool te KlundertAalsuin c. a. (toez.) W. Hulsbergen te SlochterenJutfaas E. B. Gunning te Oosthem c. a.; en naar Loon op Zand c. a. W. van Slooten te Rouveen,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1898 | | pagina 1