BIJVOEGSEL VAN DE Donderdag 3 Maart 1898, do. 52. Middelburg 2 Maart. Kamer van Koophandel en Fabrieken te Yliasingen. Zitting van Dinsdagavond 8 uren. Voorzitter de heer Van Raalte; de heer Ver- knyl Quakkelaar is wegens ziekte verhinderd. Afwezig de heer Polak. De notulen van het verhandelde in de vorige bijeenkomst worden gelezen en goedgekeurd. Daarna wordt mededeeling gedaan van ver schillende ingekomen gedrukte stukken, die voor kennisgeving worden aangenomen. In de vorige vergadering is, op voorstel van den voorzitter, besloten aan de ministers van waterstaat, handel en nijverheid en van finan ciën een adres te zenden met verzoek te willen bevorderen dat, in bet belang van den handel» voor plak- en telegram zegels gebruik mag worden gemaakt van postzegels. Van die adressen wordt voorlezing gedaan en besloten daarvan afdrukken te laten maken, en die te verzenden aan de verschillende kamers van koophandel, met verzoek hunne adhesie er aan te willen schenken. Van het hooldbestuur van den Ned. Bond Maatschappelijk Belang is een schrijven inge komen, waarbij het adhesie vraagt voor zijn adres aan de regeering, waarin het verzoekt de wet, regelende de coöperatieve vereeniging, zoodanig te wijzigen, dat de handelaar en vooral de tuBschenhandelaar in zijne positie gehand haafd kan blijven. De voorzitter deelt mede dat vroeger naar aanleiding van een dergelijk verzoek is besloten afwijzend to beschikken. De heer Wibaut is van meening dat, waar in het adres sprake is van misbruiken en van verschillende zaken, waarbij tegen de coöperatie wordt gezondigd, het wenschelijk is het verzoek van Maatschappelijk Belang te ondersteunen. De heer Wilkens is van oordeel dat het moeilijk gaan zal do coöperatie voor ambte naren te beletten, wat door Maatsch. Belang eigenlijk wordt bedoeld. De heer Kloppers steunt het denkbeeld van den heer Wibaut. De wet op de coöperatie van 1876, gemaakt toen de coöperatie hier pas baan brak, draagt een verloopig karakter; en waar nu 22 jaar zijn verloopen sedert die wet in werking gesteld werd en in dien tijd de coöperatie groote uitbreiding verkreeg, acht hij het dringend noodig dat die wet worde her zien. Hij zet uiteen welke bezwaren de handel heeft tegen coöperatieve vereenigingen en wijst erop dat de leden der coöperatieve vereenigin gen niet alleen te vinden zijn onder de lagere ambtenaren maar ook onder de hoogere, ja tot in de hoogste standen. De winkels van Eigen Hulp bepalen zich niet alleen tot de levering van de eerste levensbe hoeften maar verkoopen ook allerlei luxe arti kelen, wat spreker door voorbeelden aantoont. Die wijze van coöpereeren drukt den winkelstand. Verder wijst de spreker nog op de illoyale concurrentie, die door ambtenaren kan gevoerd worden tegen particulieren, omdat zij door hun betrekking bekend kunnen zijn met gegevens, die een particulier mist. Ook hiervan noemt spreker een paar voorbeelden. De voorzitter herinnert eraan dat de kamer indertijd besloten heeft zich niet tegen de coöperatie te verzetten en meent dat zij het ook nu niet doen zal. Verder zet hij de voor deden van de coöperatie uiteen, zooals contante betaling, het verkrijgbaar stellen van zaken tot goedkooper prijs dan in gewone winkels enz. Hij wijst daarbij ook op Engeland, waai de coöperatie zulk een hooge vlucht heeft ge nomen. Hij wenscht geen adhesie te verleenen aan het verzoek. De heer Lagaay verklaart wel steun te wil len verleenen aan het verzoek van Maatschap pelijk Belang. Indien dit mogelijk ware, zou hij zelfs nog verder willen gaan en het ambte naren willen verbieden lid te worden van coöperatieve vereenigingen. De voorzitter meent dat na het gesprokene hij tot de conclusie moet komen dat thans de Kamer adhesie zal willen verleenen aan het verzoek tot herziening der wet op de coöperatie en de wenschelijkkeid uitspreken dat geen staatsambtenaren deel zullen uitmaken van het bestuur eener coöperatieve vereeniging. Conform dit denkbeeld wordt besloten. Alsnu wordt door de commissie, bestaande nit de heeren Van Raalte, Wilkens en Wibaut, rapport uitgebracht naar aanleiding van het adres, aan de Tweede kamer gericht door den raad van administratie der Holl. IJzeren Spoor wegmij., betrekkelijk de Spoorwegovereenkomsten van 1890 en 1897/8 en de adressen te dier zake door de kamers te Amsterdam en Deventer aan de regeering ingezonden. Rekening houdend met de daarin ontwik kelde gronden en in verband met het betref fende deze zaak in dagbladen en brochures geschrevene, meent de meerderheid der com missie als haar gevoelen te moeten uitspreken in afwij zenden zin van adressanten en kan zij niet aanbevelen aan die adressen adhesie te verleenen. Wat tooh is het geval? De overeenkomst van 1890 tusschen den Staat en de beide groote spoorwegmaatschap pijen als gevolg van de ongelukkige overname van de Rijnspoorweg mij. heeft 1° voor den Staat geene yoordeelen opgeleverd; 2° de Mij. tot Expl. van S.S. ontzaggelijk financieel nadeel berokkend; en 3° eindelijk de Holl. IJz. Spoor wegmij. mede financieel benadeeld. En welke belangen zijn er voor het publiek mede gebaat? Geene. Het personen- en goederenvervoer werd niet minder kostbaar. Het goederenvervoer nam niet toen in mate en in vergelijking met het vervoer te water. Waar het mogelijk was elkander te beaadee- len en te bestoken, werd dit door geen der maatschappijen nagelaten, doch voor het publiek bracht het geen verbetering. Het groote nadeel van het contract van 1890 bestaat dus hierin, dat de Staat, die zoo veel millioenen heeft bekostigd voor den aanleg der spoorwegen, haar eigen contract met de Mij. tot Expl. v. S.S. belangrijk finan- ciëel nadeel toebracht door aan een tweede maatschappij (waarbij de Staat slechts gedeel telijk door eenige kleine zijlijnen betrokken was) in de gelegenheid te stellen, o. a. door het libre parcoursals concurrent te laten optreden en daardoor de rentabilteit der groote Mijtot Expl. van S.S. te verminderen, zeer ten nadeele in de eerste plaats van 's lands schatkist. Een groot nadeel bovendien voor het verkeer met België door twee Nederlandsche maat schappijen ligt ook hierin dat alleen en met verwaarloozing van alle andere belangen van handel en nijverheid in de provinciën des rijks, zoowel Noord en Zuid als het centrum strijd wordt gevoerd om de voorkeur tusschen de beide groote koopsteden Amsterdam en Rotterdam. Komt het verkeer tusschen België en Neder land voor het overgroot deel in handen van een der Nederlandsche spoorwegmaatschappijen, dan zal die ook meer invloed krijgen op den Belgischen staat en zal daardoor misschien mogelijk worden dat ereene betere verbinding, o. a. van de Zeeuwsche lijn, met het buitenland tot stand kome. Het komt de meerderheid der commissie dan ook in het belang van den Staat, in dat van het publiek, den handel en industrie voordat het eene daad van goed beleid der vertegen woordiging zal zijn, wanneer do ontworpen overeenkomsten tot wet zullen worden verheven. Gelijk bekend is, loopt de concurrentie geen gevaar. Immers heeft de Mij. tot Expl. v. SS. er in toegestemd, dat in de gevallen, waarin de kortste route zal gericht zijn via Baarle Nassau, voor de concurrentestations daarnevens eene H. IJ. S. Mij.-route via Esschen in het tarief zal worden opgenomen. De Belgische staat heeft verklaard daarmede in te stemmen. Het adres van den raad van administratie der H. IJ. Sp. Mij. doet uitkomen a 1 s o f die maatschappij wordt benadeeld door de nieuwe overeenkomst, alsof haar een onrecht wordt aangedaan, alsof haar iets wordt ontnomen wat ze reeds bezit. Der commissie blijkt niets daarvan. Deze maatschappij wenscht bij de overname der Belgische sporen ook een finger in the py te hebben en als ze het kon krijgen, heeft ze gelijk dit te vragen, doch in geen geval recht om dit te vorderen. De Staat heeft het grootste belang bij het welvaren der Mij tot Expl. v. S. S., uit wier rendement zij althans een gedeelte terug krijgt van de voor den aanleg der spoorwegen uit gegeven som van 350 millioen. En al zou dus de andere maatschappij daar door eenig nadeel ondervinden, zooals door haar wordt beweerd, en al zou zij zelfs haar bestaan daardoor bedreigd zien, welnu dan zou de Staat door naasting eigenaar worden van het geheele Nederlandsche spoorwegnet en de exploitatie daarvan aan eene groote maatschappij kunnen opdragen onder behoorlijke controle, of die exploitatie zelf terhand nemen, evenals zulks door onze naburen geschiedt en welk stelsel zeer zeker in de toekomst het meest aannemelijk zal blijken te zijn. Een lid der commissie, die zich met het advies der meerderheid niet geheel kon vereenigen, vreest dat door de aanneming van de voorge stelde wetsontwerpen een monopolie zal worden gegeven aan de Mij. tot Expl. van SS., die genoegzaam al het vervoer uit België in han den krijgt. Behalve dat daardoor de concurrentie in het Nederlandsch-Belgisch verkeer genoegzaam wordt opgeheven en naast de groote onzeker heid of de SS. van de faciliteiten al dan niet misbruik zal maken tegenover den Nederland- schen handel, acht hij de groote bevoorrech ting van den Staatsspoor tegenover de H. IJ. S. Mij. eene schending van het beginsel der spoorwegovereenkomst van 1890 op den basis van concentratie en concurrentie. Hij geeft echter gaarne toe dat de over eenkomst van 1890 voor den Staat en de spoorwegmaatschappijen, uit een financiëel oog punt beschouwd, verderfelijk beeft gewerkt en dat de nieuwe overeenkomst in het belang is van 1s lands financiën. Hiertegenover wijst de meerderheid der com missie erop: lo. dat thans volgens de statistieke ver slagen over 1896 de Mij tot Expl. v. S. S. 83 van het vervoer naar België, in handen had tegen 17 %,dat in handen is van de H. IJ. S. Mij.; 2o. dat de concurrentie voor de bestaande stations der beide spoorwegmaatschappijen van Esschen blijft bestaan en 3o. dat de Mij. tot Expl. v. SS. wel in haar eigen belang den handel en de industrie zal moeten facilïteeren tegenover de concurrentie te water. Op grond van het vorenstaande adviseert de meerderheid der commissie lo. Geen adhesie te verleenen op de tot dat doel aan de kamer ingezonden adressen, en integendeel 2o. Een adres te richten tot de Tweede kamer der Staten-Generaal, waarin de kamer aandringt de ontworpen overeenkomsten onge wijzigd aan te nemen. Aan de kamer zij overgelaten of bij dat adres de hiervoren aangegeven gronden zullen worden vermeld, dan wel dat alleen wordt volstaan met de verklaring dat het der kamer, na nauwgezette overwegingen, in het belang van handel en industrie voorkomt op die aan neming te moeten aandringen. De heer Wibaut verklaart het lid te ziju der commissie dat het niet eens was met de meer derheid, waarvoor de gronden in het rapport zijn uiteengezet. De wet van 1890 heeft aan heide spoorweg maatschappijen gelijke conditiën gegeven en nu gaat het z. i. niet aan om de staatsspoor wegen te bevoordeeleu boven de H. IJ. S. Mij. De heer Kloppers brengt gaarne hulde aan het goed gestileerd en omvangrijk rapport. Juist met het oog op die omvangrijkheid echter zou hij het wenschelijk achten dat de beslissing werd aangehouden tot een volgende vergadering, om den leden alsnog gelegenheid te geven zoowel van het rapport als van de er bij behoorende stukken kennis te nemen. De beer Van Raalte verdedigt het gevoelen der meerderheid. Spreker zou het verzoek van den heer Kloppers zeker kunnen billijken, ware het niet dat de Kamers binnen korten tijd de betrok ken zaak zullen behandelen. Hij meent dat de tijd dringt en geeft den heer Kloppers in overweging zijn verzoek in te trekken. De heer Kloppers neemt zijn verzoek alsnu terug. Met 4 stemmen tegen 1 vereenigt de ver gadering zich met het voorstel der meerderheid van de commissie. Do heer Wibaut verklaart zich er tegen en de heer Kloppers blijft buiten stemming. Goedgevonden wordt een adres aan de Kamer te richten waarin er op wordt aangedrongen de ontworpen overeenkomsten ongewijzigd aan te nemen en in dat adres de motieven daar voor te ontwikkelen. De heer Kloppers toont, aan het eind der vergadering, de wensehelijkheid aan om bij de oproeping ter vergadering in het vervolg de te behandelen onderwerpen te vermelden. De voorzitter wijst er op dat, wanneer er belangrijke zaken te behandelen zijn, dit door de dagbladen wordt medegedeeld, doch zegt toe dat op sprekers denkbeeld door het bureau zal worden gelet. Hierna wordt de openbare vergadering ge sloten, doch de loden blijven nog in comité bijeen. Natuurkundig Gezelschap te Middelburg. De plaatselijke verdeeling der verrichtingen in de groote hersenen Phrenologie en locali- satieleerwas het onderwerp, dat Maandag 11. op de vergadering van dit Gezelschap behan deld werd door dr G. C. van Walsem van Meerenberg. Grondlegger der oude Phrenologie was Gall, wiens leer in het begin dezer eeuw veel op gang heeft gemaakt, vooral omdat zij een ver zoening bedoelde tusschen het determinisme en het bewustzijn van vrijheid, dat ieder mensch bezit, en bovendien een eerste toepassing was van de natuurwetenschappelijke methode op dit gebied. Spreker vermeldde als grondwaarheden, waar van Gall uitginglo. dat de hersenschors het orgaan was van den geest; 2o. dat de ziel verschillende vermogens heeft, welke zich ieder door een bepaald orgaan uiten; 3o. dat de kracht van een vermogen evenredig is aan de grootte. Met behulp van lichtbeelden werd voorts veraanschouwelijkt, hoe Gall zich de verdeeling dezer vermogens over de groote hersenen voorstelde, waartoe hij deze in een 40tal vakjes verdeelde. (Men gaf hem daarom den bijnaamGehirnzerstiickler). Weldra vond deze theorie, die o. a. op een veel te geringe feitenkennis was opgebouwd, in de wetenschappelijke wereld bestrijders, waarvan eerst Plourens, later Hitzig de voor naamste waren. De eerste besloot uit proeven, verricht met dieren, wier groote hersenen geheel of gedeeltelijk waren weggenomen, tot de onjuistheid van de conclusiën van Gall, terwijl Hitzig, o. a. door proeven met electrische stroomen, het verband ontdekte tusschen be paalde plaatsen in de hersenen en de overige lichaamsorganen, o. a. vond, dat de reehter- hersenhelft correspondeerde met de linker extremiteiten en omgekeerd, alsmede dat, hoe hooger georganiseerd een wezen is, des te meer differentiëering in deze localisatie optreedt. Oehirnkarten-malerei Voorts behandelde de heer Van Walsem nog de onderzoekingen van Bouillaud en Charcot aangaande de stoornissen in het spraakver mogen, de aphasie, in het bijzonder de be langrijkste vormen daarvan: nl. het onver mogen om te begrijpen wat men leest (woord- blindheid: cécité verbale) en het onvermogen om het gesprokene te begrijpen (woorddoofheid surditê verbale). Ten slotte vermeldde de spreker het aandeel, dat latere onderzoekers, als Munck en Goltz, aan de bestudeering van dit onderwerp hebben gehad, waardoor de kennis daarvan gebracht is tot op de hoogte, waarop zij tegenwoordig staat. Niettegenstaande den zeer wetenschappelijken aard van het onderwerp, vond deze, vau groote kennis en belezenheid getuigende, voordracht^ dank zij de gemakkelijke en duidelijke wijze, waarop de spreker zijn onderwerp be handelde bij het talrijke gehoor groote aandacht en veel bijval. BENOEMINGEN ENZ. Bij kon. besluit: ziju benoemd tot landmeter lste kl. van het kadaster A. A. G. J. Soutendijk, thans 2de kl., tot landmeter 2de kl. E. R. de Vries, thans 3de kl; is aan den ontvanger der dir. bel. enz. G. J. Middelbergü, te Twello, op zijn verzoek, eer vol ontslag uit 's rijks dienst verleend, behou dens aanspraak op pensioen. Oost-lndië. Volgens telegram uit Batavia aan de N. R. Ct. hebben de luitenants Bosch en Lutje, die door het Hoog Militair gerechtshof in Indië wegens diefstal tot 1 jaar gevangenisstraf en vervallenverklaring van den militairen stand veroordeeld waren, gratie gekregen. De met de jongste mail Dinsdagavond alhier aangekomen Locomotief bevat het bericht dat de gouverneur-generaal aan het H. Mil. Ge rechtshof advies had gevraagd, in hoever den genoemden officieren gratie kan worden ge schonken van hun veroordeeling wegens diefstal, zonder hen tevens te gratiëeren van de bij komende strat: vervallenverklaring van den mil. stand. Met een onteerend vonnis als het hunne acht toch de G.-G. hun blijven in het leger onmogelijk. Ramp op Amboina. De Indische bladen bevatten ernstige klach ten over de houding van den resident van Ambon tijdens de ramp. Zoo schrijft iemand aan het Bat. Nicuwsbl. o. a. „De controleur Meerburg en de secretaris De Bruyn Kops hebben zich flinke mannen getoond, die in moeielijke oogenblikken wisten te han delen. Meerburg stelde dadelijk orde op de za ken en nam flinke maatregelen. Maar de resi dent Yan Oldenburgh maakte een treurig figuur. Te midden van de algemeene ellende is bij 10 Januari in het huwelijk getredenkon hij daar- meê niet 'n week of wat wachten? Bij geen der burgers is hij geweest. Een scherp contrast met den overste VanByleveld. Toende Lucifer aankwam, was de resident met zijn familie aan het picknicken in de binnen-baai metdenétat- major van H. M. De Rug ter t Hij heeft Ambon in nood schandelijk in den steek gelaten." In een particuliere correspondentie uit Am- bon in het Soer. Hand. wordt gemeld, dat er in de eerste nachten na het onheil verschrik kelijk veel gestolen is geworden en de resident geen enkelen maatregel nam, om dat tegen te gaan, en voor al de ellende koel bleef. Het blad voegt erbij, dat de houding var. den resident algemeen werd afgekeurd en dat zelfs de inlandsche gemeente er schande van sprak. LETTEREN "EN KUNST. No. 34, dt. 1 Maart, van Belang en Recht bevat: Arbeid en rust II (slot) door dr A, J. C. Snijders. Socialisten en Feministen in Italië door C. de Yr. R. Zedelijke opvoeding door H. v. d. M. Verscheidenheden. Mededeelingen. Onze Leestafel. Ingezonden. Aan den heer Van der Linden, directeur der Nederlandsche opera, is door den gemeen teraad van Antwerpen aangeboden het bestuur over den Lyrischen Schouwburg aldaar, waar aan verbonden is een vrij gebouw en eene groote subsidie van de gemeente. Te Amsterdam worden pogingen aange wend om in den Stadsschouwburg aldaar Seleneia van den heer Von Brucken Fock op te voeren. In dit geval zal het orkest van het Concertgebouw ziiu medewerking verleenen. RECHTSZAKEN. Kantongerecht te Middelburg. Heden (Woensdag) zijn veroordeeldwegens nachtrumoerJ. K. P. d. R., Middelburg, tot f 0.50 b. s. 1 d. h.J. d. M., I. L., W. S., J. d. M., W. S., W. F. v. W., G. v. H., P. C., vrouw G. v. H., J. BF. P., Middelburg, J. L., Vlissingen, tot f 1 b. s. 1 d h.F. S., J- H., A. d. V., Vlissingen, A. B., Westkapelle, P. K., W. PDomburg, tot f 2 b. s. 2 d. h,jacht- delictL. S., Londen tot 2 x f 10 b. s. 2 d. h. iedere b.drankwet: N. J. d.V., Vlissingen, tot f 12 b. s. 4 d. h.schuren van de straat te Middelburg: E. A. H., vrouw C. W. I., A. J. d. J., Middelburg, tot f 0.50 b. s. 1. d. h.; van elders te Middelburg ingevoerd wordend vleesch als voedingsmiddel bestemmen alvorens het is gekeurd M. G. S., Middelburg, tot f 20 b. s. 5 d. b.rooken in een gebouw te Mid delburg, waar zulks is verboden: A. G. A. V., A. R. B., Middelburg, tot f 1 b. s. 1 d. h. wateren buiten de bakken te Middelburg, W. P. J. B., Middelburg, C. T., Bergen op Zoom, tot f 1 b. s. 1 d. h.werpen van afval van visch in een gemeenteriool te VlissingenM. v. H-, vrouw M. L., Vlissingen, tot f 0.50 b. 8. 1 d. h.; wateren buiten de bakken te Vlis singen P. H,, J. M. R., Vlissingen, tot f 1 b. s. 1 d. h.zich kleeden in de kleeren van de kunne, waartoe men niet behoortJ. G. v. I., Vlissingen, tot f 1 b. s. 1 d. h.op de voor het publiek opengestelde buitenruimten van de spoorwegstations wateren buiten de bakken H. W. C. S., Vlissingen, tot f 1 b. s. 1 d. h. Verder wegens dronkenschap: C.K., J.d.K., P. d. W., Middelburg, J. v. d. H., Vlissingen, J. O., Souburg, N. d. K., Aagtekerke, tot. f 1 b. s. 1 d. h., M. F., Middelburg, F. A. v. O., Vlissingen, A. B., Domburg, M. B., J. J., West- kapelle, tot f 3 b. s. 2 d. h., J. C. S., Vlis singen, tot 2 dagen h., A. B., Westkapelle,tot 5 dagen h. Verschillende Berichten. Volgens bericht uit Den Haag is de toe stand van den heer Van Kerkwijk lid der Tweede Kamer, minder gunstig. De lichaams verzwakking was toegenomen. Te 's Gravenhage is bij herstemming tot lid der Provinciale Staten gekozen de heer dr W. P. Ruijsch, liberaal, met 5034 van de 8692 geldige stemmen7 Op mr Van Bevekel, katho liek, waren 3658 uitgebracht. De vooruitstrevend liberale kiesvereeniging te Sneek, die thans 160 leden telt, besloot met algemeene stemmen zich bij de Liberale Unie aan te sluiten. De algemeene synodale commissie der Nederlandsche hervormde kerk heeft, volgens de Arnh. Ct., zich tot de ministers van binnen- landsche zaken, oorlog en marine gewend met een adres, waarin zij er de aandacht op vestigt, dat de aanstaande studenten in theologie, die nog hunne voorbereidende studiën volgen, vol gens het ingediende wetsontwerp tot invoering van den persoonlij ken dienstplicht niet in dezelfde conditie rerkeeren zullen als de zendeling- kweekelingen en de kweekelingen der R.-K. seminariën, wat de tijdelijke vrijstelling van den militairen dienst betreft. Zij verzoekt de ministers deze grove onbillijkheid weg te nemen en door het doen nemen van de noodige maat regelen door uitbreiding van de bedoelde bepa ling dit euvel te verhelpen. De Haagsche correspondent van de N. P. Gr. Ct. verhaalt, dat bij de inhuldigingsfeesten de Koningin in een galakoets in den stoet zal plaats nemen, en wel in een open achtspan, door twee postillons gereden. De bekende glazen koets, waarmee de Koning en de Koningin-regentes steeds de zitting der Staten-Generaal gingen openen, ia evenwel niet voor dit doel geschikt; H. M. verlangde een open rijtuig te gebruiken en de correspondent verneemt dat men druk aan het werk ia in de fabriek van Hermans en Co. te 's Hage om een kostbaar galarijtuig te maken, dat, versierd met allerlei beeldhouw-werken, geheel in wit en goudlak beschilderd, door vorm en kleuren als 't ware een moderne zegekar zal zijn. Het ont werp en de versieringen moeten onder de goed keuring van jhr. Victor de Steurs zijn vastge steld. De gemeenteraad van Arnhem heeft 20 woningen onbewoonbaar verklaard, met vergoe ding van de kosten, die de eigenaars met sani taire bedoelingen hadden aangewend. Dit twin tigtal is nog maar de kleinste helft van 52, die door den directeur der gemeentewerken met twee architecten en daarna door twee genees kundigen waren onderzocht, en door hen alle ongeschikt ter bewoning waren verklaard. De werkstaking, op de fabriek van den heer H. Hedeman Jr. te Almelo, waarvan wij in ons vorig nommer het einde meldden, had ruim zes maanden geduurd. Den 14en Aug. was zij uitgebroken. Er zijn nu weer 100 wevers, en arbeiders aan het werk, terwijl er 160 weefgetouwen loopen. In November en December zijn vele stakers naar elders vertrokken, die daar werk hebben gevonden. Voor de betrekking van directeur der ambachtsschool te Assen hebben zich meer dan 100 sollicitanten aangeboden. Het salaris be draagt f 500 benevens vergoeding voor reis kosten. Het eerste ontwerp der zomerdienstrege- iing voor de lijnen der Staatsspoorwegen bevat, vergeleken met de thans loopendc winterdienst- regeling, o. a. de volgende wijzigingen RotterdamArnhemVenlo. De trein vertrek Rotterdam D. P. 4.40 v.m. naar Bokstel is vervroegd ter wille van trein 84 (mailtrein van Vlissingen) die vroeger te Bokstel zal wórden aangebracht. Hierdoor is ook trein 251 (Zwaluwe—Roosendaal) vervroegd. Utrecht—Vlissingen. Voor verbetering der verbinding tusschen het Noorden en het Zuiden is eene nieuwe sneltrein ingelegd, aansluiting gevende van den trein, die 7 uur v.m. van Groningen en Leeuwarden vertrekt en 10.29 te Utrecht aankomt. Deze sneltrein loopt van Utrecht tot Roosendaal in aansluiting op trein 241 naar Vlissingen. Hierdoor is trein 105 van 's Bosch tot Roosendaal opgegeven. Te Schiedam zijn door een trein een man de beide beenen afgeredenhij verkeert in zorgwekkenden toestand. Te Capelle a./d. IJsel zijn Dinsdagmiddag door een windhoos een twaalftal in aanbouw zijnde huizen, waarvan zes reeds onder de kap stonden, ingestort. Te Amsterdam is Dinsdag ochtend door een ongeluk met een petroleumtoestel brand ontstaan in de woning van een schoenmaker, welke brand zich spoedig over vier of vijf kamers in twee perceelen uitbreidde. De meeste bewoners, die alles verloren, zijn geas sureerd, behalve een oude juffrouw, die dooi den brand geheel geruïneerd is. Een visscher van Kuinre, oud 35 jaren, is op een terugtocht van Vollenhove dooreeu stortzee uit den punter geslagen en verdronken. Te Oosterwolde is een alleenstaande wo ning totaal afgebrand. Het huis werd door een alleen wonende vronw, die men niet toe rekenbaar aebt, bewoond. Haar inboedel is ook grootendeels verbrand. Niets was verzekerd. Zaterdag vond men de dienstbode van een dame te Sneek bewusteloos op haar bed de onvoorzichtige had de gaskraan niet goed dicht gedraaid. Eerst na veel moeite gelukte het de levensgeesten weder op te wekken. Te Gemonde (N.-Br.) ziju twee brand stichters gevat, die reeds verschillende branden op hun geweten hebben. Voor houders van kippen kan het vol gende te weten van belang zijn. Iemand te Almeloo bemerkte onder zijn kippen er eene, die ziek was. Zij gebruikte geen voedsel meer en haar krop was erg opgezwollen. Vreezendo dat zij sterven zou, ging de kippenhouder tot een operatie over. Voorzichtig werd de keel opengesneden, daarna de krop. De laatste was gevuld met eenig hooi, dit werd verwijderd en daarna de krop met zuiver water uitge spoeld. Vervolgens werden krop en keel met naald en draad zorgvuldig aangenaaid. De kip is thans geheel hersteld, zij legt weer evenals vroeger. Men maakt zich in België ongerust over het voornemen om de kant-industrie naar Ier land over te brengen, waartoe eenige Iersche meisjes te Antwerpen het vak hebben geleerd

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1898 | | pagina 5