MIDDELBURGSCHE COURANT.
BUITENLAND.
N°. 19.
1898.
Maandag
24 Januari.
Medicijnmeesters!
Ill8 Jaargang.
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prjjs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., ƒ2.-
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 22 Jau. 8 u. vm. 46 gr. 12 u. 50 gr.,
av. 4 u. 46 gr. F. Verw, W. wind.
Advertentiën voor het eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór één uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Adverteqtiên20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andore familieberichten en
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel.
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige
voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis
aan het bureau te bekomen.
Ago n ton.
Te Zierikzee: A. C. de Moow, te Tholen: W. A.
van Nieüwenhuijzbn.
Bij deze courant behoort een Bijvoegsel.
Middelburg 11 Januari.
Laat ons ditmaal weer eens even een blik
slaan op politiek gebied.
Er waren in den laatsten tijd zooveel be
langrijke zaken van anderen aard te bespre
ken; op staatkundig terrein viel zoo weinig
gewichtigs voor, dat wij gerustelijk ons kon
den onthouden van beschouwingen over
regeeringsbelangen.
Tegenover het ministerie leven wij in af
wachtende houding.
Dc moeilijkheid, waariu het werd gebracht
door het heengaan van den heer Jansen, is het
thans weer te boven, nu jhr Röell dezen op
volgde als minister van marine. Het kan weer
rustig voortgaan met zijn arbeid. En als straks
de jaarlijks terugkeerende besprekingen,
ditmaal voor het eerst, met de Eerste kamer
zijn afgeloopen, ia de gelegenheid daar otn
blijk te geven van zyn werkkracht en zijn
goeden wil om de moeilijke taak te vol
brengen die het op zich nam.
Moeilijk is deze, vooral in de huidige
omstandigheden.
Er zijn dan ook reeds quasi belangstel
lende personen, die bedenkelijk het hoofd
schudden en, uit vrees voor het Jeven van
het kabinet, de rol vervullen van een notaris
en zinspelen op het maken van een testament.
Anderen beijveren zich reeds nu om de
erfenis te deelenen verheugen zich bereids
in het vooruitzicht, dat zij geroepen zullen
worden den boedel te aanvaarden, althans
'fiij de bereddering daarvan de behulpzame
vlhand te bieden.
Want gevaar, levensgevaar zelfs, dreigt
er, volgens hen, ót voor het ministerie öf
voor de Tweede kamer.
*En de trawanten worden opgeroepen nu
reeds ijverig op post te zijn en werkzaam
tevens; want er kon eens een slag zijn te
slaan.
Wy hebben nog altijd hoop dat hun bystand
in deze niet noodig zal zijn en hunne ver
wachting niet zal worden verwezenlijkt.
Tan de zijde der beide clericale partijen
valt er weinig goeds te wachtenen zoo
zwak staat het ministerie niet, en zoo
hopeloos zon, bij abdicatie, de toestand toch
zeker niet wezen, dat aan die zijde hulp
moest gezocht worden.
En over een Kamerontbinding behoeven
wij ons nog niet ongerust te maken.
Waarlijk, noch het heengaan van den heer
Jansen als minister van marine, noch het
gebeurde met den post voor een tweeden
professor in de geschiedenis aan de hooge-
school te Utrecht kon, wij herhalen nog eens
uitdrukkelijk wat wij reeds vroeger opmerk
ten, beschouwd worden als een eenigszins
beteekenend politiek échec.
Er zijn nog andere medicijnmeesters.
In de residentie zetelt een oud-mini8ter,
die nog altijd door meent zijn licht te moeten
laten schijnen, zijne waarschuwingen te
moeten laten booren, zijne adviezen te moeten
geven. Hy waakt over het ministerie en
valt de democratisch-vrijzinnigen aan om
hunne taktiek en hun program.
In Gelderland'» hoofdstad zijn het twee
Kamerleden, die, thans geroepen om in de
pers een vereerende taak te vervullen, een
tournooi leveren op staatkundig gebied dat
ons doet denken aan de Juni-dagen van het
vorig jaar, toen de verschillende programma's
en partijgroepen moesten getoetst en be
sproken worden.
Zy allen géven hun adviezenzeker niet
altijd tot stichting en leering van anderen.
Zij allen staan met bedenkeiybe gezichten
rond het ziekbed en maken hun diagnose.
Want, te ontkennen valt het niet en
wy hebben het zelf reeds meermalen opge
merkt de politieke toestand is ongezond
een natuuriyk gevolg van de nieuwe kies
rechtregeling, die alles behalve geschikt was
om verech en frisch bloed ons land te ver
schaffen. Wy leven nu in een ongezonde
atmosfeer door de zwakheid van alle partyen.
Als wy dan den oud-minister Van Houten
op zulk een deftige eu geleerde wijze telkens
als geneesheer zien optreden en zijn waar
schuwende stem vernemen over de politieke
partijen, en in 't bijzonder zyn gramschap
zien niten over een daarvan, dan zonden wij
bem wel willen vragen of er niet een weinig
zelfverwijt by hem opkomt, nu bij zulke
wrange, bittere vruchten van zijn eigen
werk aanschouwt.
Een schrede verder, vroeger gedaan, en
wij waren hoogst waarschijnlijk in beter
spoor terecht gekomen en op zuiverder padeD.
Wy willen bem echter liefst niet storen
in zijne ernstige overpeinzingenmaar denken
toch bet onze ervan, vooral waar bet geldt
vraag of zijn belangstelling voortkomt
uit sympathie voor het ministerie-Pierson
dan wel uit antipathie of rancune jegens de
democratisch-liberalen, die, volgens hem,
zooveel op hua geweten hebben.
En een der Arnhemsche redacteuren, die
thans zijn heil zocht onder de vleugelen der
conservatieven, zouden wy willen vragen of
hij niet beter bad gedaan trouw te blijven
aan zijn vroegere ideeën en voortdurend zich
te scharen bij de vooruitstrevenden, bij wie
hij eenmaal was aangesloten en beter op
zgn plaats is dan thans.
Als velen, met hem éen van idee, van
den beginne af aan consequent waren
gebleven en vaster in hunne schoenen waren
blijven staan, de democratisch-vrijzinnigen
hadden zeker krachtiger zich kunnen doen
gelden en wij waren veel verder gekomen
dan thansal valt het niet te loochenen dat
de vooruitstrevend liberalen in den lande in
zeer veel sympathie zich mogen verheugen
dat zij bij de stembus van 1897 veel hebben
gewonnen, terwijl bet oud-liberalisme bet
daarbij vrijwel heeft afgelegd.
Nu zou het echter te betreuren zijn
en hier treden wij nu niet op als heelmeesters
maar als bescheiden raadgevers wanneer
die democratische liberalen, welke zich onder
Kerdijk's leiding scharen, door voorbarigheid
of onhandigheid die sympathie verbeurden
of beletten dat deze toenam.
Het is eenmaal een feit dat, hoe boven
verwachting sterk die jonge party reeds is,
zy niet krachtig genoeg kan wezen om
handelend op te treden. Eu evenmin als
iemand, die niet sterk van beenen is, moet
meedoen aan eene hardlooperij, zou het van
haar kant zeer gewaagd zijn nu reeds zich
te veel op den voorgrond te stellen.
Wy kunnen ons dan ook niet voorstellen,
zelfs trots allerlei geruchten in dien zin,
dat het in hare bedoeling kan liggen zich
nu reeds al te veel te doen gelden.
Dat zij voortstuwt naar het einddoel van
haar streven: nog verdere uitbreiding van
het kiesrecht, vry van allen census-dwang,
het is het recht der jong-liberalen en wij
doen daaraan mee.
Maar hierbij dienen overleg en maat in
acht genomen te wordeu. Met beleid moet
in deze worden gehandeld.
Wanneer de democratisch-liberale leden
van de Tweede Kamer als geneesheeren
zullen optreden, dan dienen zy dat te doen
met de bezadigdheid van een ervaren
geneesheer, en de ernstige zieke, die zij
willen genezen, met zorg te onderzoeken en
niet aan groote schokken bloot te stellen.
Die ernstige zieke is onze sociale wet
geving.
Op dit oogenblik is het tegenwoordig
ministerie de eenige dokter die genezing
kan aanbrengen.
Het daarin te steunen is de plicht van
elke party groep, die meer het oog heeft op
's lands- dan op eigen belang. En aan die
zijde moet men allerminst meedoen aan het
geroep over de zwakheid van het kabinet.
Men late dit gerust over aan hen, die bet
vijandig gezind zyn en azen op de politieke
erfenis.
Men heeft thans de heer P. L. Tak
schreef het dezer dagen zoo juist in De
Kroniek men heeft thans „geen recht
tegenover de slappe Tweede kamer een
sterke regeering te verlangen. Zwakheid is
hier geen verwijt. Als men dit ministerie
wil gaan afbreken naar aanleiding der be-
grootingsdebatten, dan komt men op de oude
wegen der eigeniyke politiek, der politiek
als vak, als métier, welker leuze is: pakje
biezen, want anderen zullen het beter doen.
Het is de tactiek om bet ministerie té ver
zwakken in de openbare meening, rog eer
het met eenig wetsontwerp van bet eekenis
voor den dag is gekomen. Dit is de politiek
in den slechten zin van het woord. Het
knagen aan dit kabiuet kan geen ander ge
volg hebben dan het zwak maken eer de
komt waarop het zyn toezeggingen moet
vervullen, waaronder er toch zijn van eenige
waarde: leerplicht eu afschaffing der plaats
vervanging."
Terwijl men aan de eene zijde bet kabinet
wil losmaken van de groep-Kerdtjk, wil men
aan den anderen kant het naar die zijde
heentrekken. Geeft bet aan een van beiden
toe, dan stapt het, naar de heer Tak terecht
doet uitkomen, met een been van zijn voet
stuk af en ligt in minder dan geen tyd op
den grond, met geen ander gevolg, dan dat
het volk nog weer wat langer kan wachten
op een beetje wetgeving.
Het volk," zoo zegt hij, „geeft er niet om
of de boom, waaraan de appelen groeien,
wat brom is, mits er maar appelen komen.
En bet is allengs minder gediend van hooge
en Haagsche politiek, die meer naar den
boom dan naar de vruchten kykt."
Wy hopen dan ook, dat die democratisch-
liberalen niet zullen meedoen aan die Haag
sche politiek.
Eerst als blijkt dat het ministerie niet
van goeden wil; dat de kamer ben en het
kabinet niet volgen wil op den weg der
sociale hervormingen; dat daardoor stag
natie 'ontstaat en een van beiden een blok
aan het been is om den goeden weg te be
wandelen eerst dan hebben zij het reeht
zich te doen gelden, ten einde eene afdoende
verandering te krygen.
Maar zoolang dit niet het geval is, moe
ten zij het oveigangBtydvak, dat voor heD
ligt, trachten aau te wenden tot vruchtba
ren arbeiden eerst aan het einde daarvan
beproeven de gewenschte en hoognoodige
uitbreiding van het kiesrecht tot stand te
brengen.
Als zy op deze wijze handelen, dan zul
len, naar onze meening, de jong-liberale
kamerleden, op wie velen iu deu lande hun
hoop hebben gevestigd, tooneu goede medi
cijnmeesters te zyn.
In het in ons vorig noramer opgenomen
verslag van het verhandelde in den gemeente
raad van Goes werd als de laatste overwe
ging tot het vragen van verhoogde subsidie
voor het lager onderwijs abusief gezegd, dat
de grondslagen der wet, regelende de finan-
cieele verhouding tusschen bet rijk en de pro
vincie, steunen op de kieswet. Bedoeld was
dat wetswijziging en vooral wijziging der clas
sificatie voor de personeele belasting onmoge
lijk zou zyn, nu daarop weder de kieswet
steunt.
Do Zuid-Hollandache Reddingmaatschappij
wil aaD 't verzoek der Visscher ijvereeniging te
Br ui nis se tot het stationeeren van een red
dingboot voldoen onder voorwaarde, dat do
vereen iging zorgt voor een doelmatige plaats
waar de boot staan moet, voor een daarvoor
passende loods en voor het gewone onderhond.
Te Hulst is een persoon gearresteerd,
die zich door valsche opgaven in bet bezit bad
gesteld van een met stroo geladen en naar
België bestemden wagen.
Te C 1 i n g e, waar de bevolking op 31 Dec.
1896 uit 1390 m. en 1477 vrouwen, dus uit
2867 personen bestond, wérden in 1897 geboren
60 j. en 48 m. en vestigden zich 54 m. en 62
vr. Daar overleden 29 m. en 26 vr. en ver
trokken 52 m. en 46 vr., zoodat op 31 Dec.
1897 de bevolking bestond Uit 1423 m. en 1512
vr. of 2935 personen.
Er werden 23 huwelijken gesloten en 6 kin
deren levenloos aangegeven.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Vrijdag avond werd in Ons Huis alhier
door den heer L. A. E. van der Ley weder
het onderwerp Poolreizen besproken en het
medegedeelde door fraaie lichtbeelden verdui
delijkt. De opkomst was ditmaal niet zoo groot
als gewoonlijk het geval is, maar de zaal was
toch vrij goed bezet, en zij, die aanwezig waren,
vormden een aandachtig en dankbaar gehoor.
De voorzitter van Ons Huis, dé heer Herm.
Snijders, was hun tolk toen hij den beer Van
der Ley dankte voor zyne interessante voor
dracht.
- Aan de Chr. school Molenwater te Mid
delburg is tot onderwijzer benoemd de heer
A. J. van Melle te Breukelen.
- Naar ons van betrouwbare zijde medege
deeld wordt, zal ook te Vlissingen bin
nen kort eene vergadering belegd worden, ten
einde plannen te beramen voor eene gepaste
feestviering bij gelegenheid van de inhuldiging
van H. M. de Koningin.
Het initiatief daartoe wordt genomen door
den burgemeester, wat door de ingezetenen
dier gemeente zeker met sympathie zal begroet
worden.
- Donderdag 'avond bemerkte een politie-
ntteVlissingen, dat een man de werf
van de Kon. Mij. De Schelde verliet door over
een muur te klimmen. Hy hield dien man
aan en bracht hem by den portier van den
werf, waar hij gevisiteerd werd.
Daar werden twee schuitjes rood koper op
hem bevonden, die op slimme wijze waren ver
borgen. Zij bevonden zich in daartoe vervaar
digde linnenzakjes, die door middel van een
band om den hals werden gedragen, terwijl,
opdat de schuitjes niet tegen elkander zouden
kletteren, de zakjes nog met een band om het
middel waren vastgemaakt. De man, zekere H.
33 jaar oud, van beroep timmerman, gehuwd en
vader van vier kinderen, woont te Middelburg
en is Vrijdag naar het huis van arrest aldaar
overgebracht.
Volgens de N. Zondagsbode hebben te
Vrouwepolder, evenals te Middelburg,
alle kerkvoogden bij de Ned. Herv. gemeente
ontslag genomen. In eene naburige gemeente
schynt bij kerkvoogden hetzelfde plan tebeBtaan
POST EN TELEGRAAF.
Omtrent de beweging op het postkantoor te
Goes gedurende het jaar 1897 ontvangen wij
de volgende mededeelingen.
Van elders werden ontvangen 224.764 ge
frankeerde brieven en 6614 van en voor den
kring van het kantoor, 2282 ongefrankeerde
brieven van elders en 86 van en voor den
kring, 207.227 enkele briefkaarten en 1679 met
betaald antwoord, 686 645 nieuwsbladen a
cent, 187.355 A 1 cent, 464.881 gedrukte stuk
ken, 7861 monsters en 86.663 dienstbrieven.
Het aantal aangeteekende brieven was 8534 en
1 aangeteekend gedrukt stuk; 2378 brieven
waren aangegeven voor eene waarde van
844.963.02. 3 beriehten van ontvang, 2
expresse postwissels en 138 expresse brieven
werden behandeld.
8112 binnenlandsche kwitanties werden be
taald met 60.067.70 en 1099 onbetaald terug
gezonden tot een bedrag van 18.678 76.
Uit het buitenland werden kwitantiën en wis
sels ontvangen en wel: uit Belgie 63 ad /"1144.07,
waarvan 23 werden betaald met f 481.10uit
Duitschland 51 ad ƒ3251.91*, waarvan 26 met
1704.79 betaald werdenuit Frankrijk en
Algiers 7 ad 491,36, waarvan er 4 betaald
werden met ƒ189.79, en uit Oostenrijk-Hongarije
3 ad f 44.97 waarvan er 2 met 32.70 wer
den betaald.
Aan de depothouders werd voor 18.687 aan
gels enz. geleverd.
Het aantal binnenlandsche portbetalende
brieven bedroeg op de hulpkantoren
gefrankeerd van elders ontvangen 114.523, van
en voor den kring van het kantoor 2810, on-
gefrankeerd 786 en 7briefkaarten (enkele)
58.649 en met betaald antwoord 252. Het getal
nieuwsbladen ;i J/« cent was 308.438 en a 1
cent 38.697, dat der gedrukte stukken 127.966
dat der monsters 989. Het aantal binnen
landsche dienstbrieven beliep 23.232. Aange
teekende brieven werden ontvangen ten getale
van 2003, benevens 891 met aangegeven gelds
waarde ter som van 275.102.78. 23 expresse
brieven werden ontvangen.
Algemeen Overzicht.
De redevoerende Engelache ministers houden
nog steeds de aandacht bezig -en wonder is
dat niet. Daar alle ministers zoowat over
alles praten, in den regel het minst over hun
n departement, valt het niet moeilijk tegen
strijdigheden op te merken.
Een aardig voorbeeld daarvan levert een
nieuwe rede van Chamberlain, ditmaal te Bristol
gehouden. Deze Minister van koloniën, zoo
merkt de Temps op, zweeg over de verwikke
lingen ter Westkust van Afrika, maar sprak
over de Turksche kwestie. En daarbij bleek,
dat bij den toestand niet zonder zorg inziet.
Op Kreta is de toestand onhoudbaar in
Armenië eveneens, en zoo kan Engeland wel
worden genoopt zyn eigen weg te gaan.
Deze woorden zijn zeker van belang nu de
Standardhet orgaan van de rëgeering, het
einde van het Europeesch concert voorzag, ter
wijl Salisbury laatstelijk het Europeeseh concert
zoo ophemelde.
Het is na Chamberlain's woorden niet moei
lijk den oorsprong van het Standard-telegram
te vinden. Het zal ook een proefballon, zijn
geweest, om de openbare meening eens te polsen.
Wat de zaak zelf betreft, verdient het de
aandacht, dat in alle berichten over Ruslanda
jongste voorstel wordt gemeld, dat Engeland
zich met de candidatuur van prins George heeft
vereenigd een candidatuur welke wordt
toegeschreven aan de keizerin-weduwe.
Maar hard vordert men met dat zaakje niet.
Alleen is nader gemeld, dat de Sultan den
aandrang van Rusland niet alleen afwees uit
een vormelijk oogpunt, dat is, omdat het
Europeesch concert in deze een candidaat
had voor te dragen. Z. M. moet ook de can
didatuur zelve hebben afgekeurd, en dat met
het oog op zijn onderdanen, iets waarin hij
niet heelemaal ongelijk heeft.
Als Kreta toch aan Griekenland moest komen,
dan was het waarlijk niet de moeite waard
geweest om oorlog te voeren.
Aan éen zulk een (comedie de vrede tus
schen China en Japan) heeft men waarlijk
al genoeg. De Japanneezen vinden dat zelfs
al te veel.
Dat zij den 5en Mei 1895 op aandrang van
Rusland, Frankrijk en Duitschland moesten
afzien van elke bljjvènde verovering op bet
vasteland, vooral van die van het schiereiland
Liao-Tong, was een hard gelag. Maar nu te
zien dat Rusland zich in het belangrykste punt
van Liao-Tong, Port Arthur, nestelt, doet dé
maat overloopen.
't Ia dus wel te begrijpen, dat de volksstem
ming niet beter wordt, en zeker zal dat wel
blijken nu uit Yokohama wordt geseind, dat
heden een eskader van 9 Japansche schepen
haar de C'hineesche wateren vertrekt.
Ook de instelling van een nieuwen oppersten
raad van Oorlog getuigt dat men in Japan
beseft hoe ernstig de toestand is.
Yoor het overige ia de groepeering dor mo
gendheden in het Oosten nog even duister als
te voren. Men weet niets, en de uiteenloopèndé
verhalen over een Duitsch-Engelsch, Duitsch-
Russisch, of Engelsch-Russische entente bewy-
zen, dat elke groepeering mogelijk is, een na
tuurlijk gevolg van de vele punten van aan
raking tusschen de volken.
In Afrika staan Engeland en Frankrijk tegen
over elkander, aan de Westkust en in Egypte.
Rusland stennt natuurlijk Frankrijk wat
Boven-Egypte aangaat, en Duitschland heeft
geen eigen belangen, welke in strijd zijn met
die van Frankrijk. Daar kan dus dezelfde
samenwerking bestaan, welke voor 3 jaar in
het verre Oosten China tegenover de vredes
voorwaarden van Simoneseki bewaarde. Maar
in Oost-Europa is de verhouding weer anders.
Daar staat Duitschland èn tegenover Engeland
tegenover Rusland, terwijl Frankrijk en
Engeland een natuurlijken grondslag voor sa
menwerking hebben. Zoo worden de verhou
dingen in ons werelddeel al meer en meer
verward.
Te betreuren is dat niet voor den alge-
meene vrede, want deze wordt zeker niet ge
baat als overal dezelfde Mogendheden tegen
over elkander staan.
Om de verwarring nog grooter te maken
komen weer nieuwe berichten óver de betrek
kingen tusschen de Vereenigde Staten en Spanje.
Men beweert zelfs dat te Lissabon een oor
logsschip der Unie gereed ligt, om den Ameri-
kaanschen gezant te Madrid, generaal Woodford,
aan boord te nemen.
Minder sensatiewekkend is het bericht dat
de kamer te Washington besloot het senaats
besluit tot erkenning der Cubanen als oorlog
voerende partij niet naar eene commissie ie
ij bet debat over deze zaak zeide de demo
craat Clarke dat, zoo de 27 republieken der,
wereld zich verbonden tegen de keizers, koningen
en potentaten, die hunne vloten 'maar aanwen-
den om twjjfelbare schulden te innen; morgen
de wereld zou vernemen dat Cuba vrij was.
Ling noemde den toestand op Cuba deernis
wekkend en zeide dat alleen de onaf hankelijk-
heid den vrede kon brengen.
Uit Spaansche bron komen natuurijjk gunsti
ger berichten. Het eene houdt in dat generaal
Luque de opstandelingen bjj San Martin heeft
verslagen. Het ander zegt dat het hoofd Jan
Masso zich met zijn geheele bende* 110 man
en 10 officieren, plechtig heeft onderworpen.
Beknopte Mededeelingen.
Een debat over de coöperatieve vereeni-
gingen heeft Vrijdag in de Belgische kamer
tot een heftig tooneel geleid.
De socialistische afgevaardigde Demblon
interpelleerde op onwelvoeglijke wQze den presi
dent Beernaert. De afgevaardigde" Ligy, van
de rechterzijde, eischte dat Demblon tot de
orde zou worden geroepen. Beernaert merkte
op, dat hij zich niet wil afgeven met Demblon^