BUITENLAND.
LAATSTE BERICHTEN.
een werkman eene tuit met water op eene
gloeiende heete plaat gezet, teneinde koffie
te zetten. Toen de inhoud kookte, wilde hij
het vast sluitende deksel aftrekken, doch de
kracht van den gevangen zittenden stoom was
hein te vlug, en hij kreeg een gedeelte van
kokende water in het gezicht en over zijn
lichaam. Hij zal waarschijnlijk in de toekomst
het gebruik zijner oogen moeten derven.
Donderdag daarop reed een andere werkman,
die belast was met het lossen van een drietal
kolenwagens, met de machine naar de losplaats,
die iu do nabijheid van de Zuid-Willemsvaart
gelegen is. Ternauwernood op de plaats van
bestemming aangekomen, sprong hij van een
der wagens, met bet gevolg, dat bij tusschen
den wagen en de loopplank terecht kwam,
waardoor de ongelukkige zeer zwaar in en uit
wendig gekneusd werd. Hy werd onmiddellijk
naar de fabriek overgebracht en daarna per
rijtuig naar zijn woning vervoerd. Zijn toe
stand is hopeloos.
Een 4jarig kind te Stamprooi heeft zijn
jonger broertje met een vork in het oog gesto
ken, dat daardoor voor altijd verloren zal zijn.
Een fopperljtje. Onze Koningin en
een hondje.
In zijn jongsten brief uit de residentie schrijft
de correspondent van het N. v. d. D. het
volgende
In een of ander blad las 'k dat iemand, die
daarin eene beschrijving gaf van het nieuw
jaarsbal ten hove, zelf niet wist hoe hij aan
een uitnoodiging gekomen was.
Natuurlijk was dit- eenvoudig een praatje,
omdat de correspondent den goeden lieden niet
wenschte te onthullen welke zijne qualiteit is,
waaruit men misschien zou kunnen opmaken
hoe hij heet, wat correspondenten doorgaans
(om m. i. goede en zeer avouabele redenen)
liever niet willen publiek hebben. Het publiek
kan zoo moeilijk personen van zaken afscheiden
en zoekt, als 't den naam van een schrijver
kent, vaak achter diens geschrijf beweegredenen
waaraan het en terecht anders niet
denken zou.
Aan bovenbedoeld journalistiek „beau mas
que" zal ik dus zeker zijn fopperijtje niet kwa
lijk nemen.
Maar toch moet ik er even tegen opkomen,
teneinde den indruk weg te nemen, dat men
aan het hof invitatiekaarten zoowat in blanco
zou uitgeven, die men aan een auder kan over
dragen. Dat lijkt er niet naar. Elke kaart is
strikt persoonlijk, evenals met uitnoodigingen
voor alle particuliere partijen, en men is er
nu wel vrij ruim mede, maar een onmisbaar
vereischte is toch, dat men eerst aanHH.MM.
moet zijn voorgesteld. Om dit te worden, moet
men den wensch daartoe te kennen geven en
daarbij natuurlijk zijne qualiteit vermelden. En
hij onzen correspondent in quaestie kan er dus
geen twijfel bestaan. Het eenige twijfelachtige
is, 'dat hij bv. ais schutterofficier, hoofdcommies
oi Kamerlid kan zijn voorgesteldmaar dat de
Koningin hem in dat geval als journalist zou
hebben toegesproken, dunkt mij ietwat on-
waarschijnlijk.
Laat ik hier echter bijvoegen, dat dit laatste
intus8chen niet onmogelijk zou wezen, als mijn
collega zich in zijne hoedanigheid van persman
„hofiahig" had laten maken. Want HH. MM.
zijn in dit opzicht zeer vrijgevig en „demo
cratisch". Wie zich aan de voorschriften
omtrent het hofkostuum enz. wil onderwerpen,
wordt natuurlijk als er geen bezwaren van
persoonlijken aard zijn tot de voorstelling
aan HH. MM. gemakkelijk toegelaten, en dan
worden journalisten als zoodanig volstrekt niet
uitgesloten of geweigerd.
Als een bewijs van de liberale opvattingen
ten hove kan dienen, dat, naar 'k vernam, ook
een tweetal vaandrigs op het jongste hofbal
zijn geweest. En ze maken geen slecht iiguur.
Een ander kenschetsend gevalletje vertelde men
mij onlangs. Een jongmensch, heel gewoon
uit den burgerstand, wandelde eenigen tijd
geleden in het Bosch met zijn hondje aan een
koord, een bijzonder aardig, mooi hondje.
Hij ontmoet onze jonge kobingin en deze
houdt even stil en streelt het hondje en spreekt
er eenige lieve woordjes tegen, net precies
zooals een gewoon meisje dat zou gedaan
hebben, mits niet „grootsch" opgevoed.
Is dat niet typisch voor de wijze, waarop
H. M. geleefd heeft, zich in 't publiek te be
wegen, vrij en ongedwongen
Woensdag 2 Februari zal op de Zuid- en
Slachthuislanen te Brussel de eerste paarden-
jaarmarkt in 1898 gehouden worden.
Op aandrang van den Franschen consul
is ook te Antwerpen het Dreyfuss-drama ver
boden.
Te Antwerpen heeft Zaterdag een groot
familiedrama plaats gehad. Een agent van
politie kreeg twist met zijn vrouw over het
onderhonden van betrekkingen met een zijner
oud-eollega's en heeft eerst haar, daarna zich
zelf met een revolver van het leven beroofd.
In het zuiden van Frankrijk hebben ern
stige overstroomingen plaats.
Te Liverpool is de groote wereld in be
roering gebracht door het huwelijk eener adel
lijke dame, Lady Ernestine Brudenell—Bruce,
dochter van een markies, met Harry Hunt,
stuurman van een yacht.
Bedoelde jonge dame deed onlangs veel van
zich spreken, door haar in dit blad vermeld
proces over de vraag of zij als vrouw bevoegd
was examen ai te leggen als kapitein van een
pleizieryacht.
Te Munster zijn twee smokkelaars uit de
grensplaats Bocholt wegenB het afleggen van
valsehe getuigenis tot 10 en 14 maanden ge
vangenisstraf veroordeeld. Zij hadden die ge
tuigenis afgelegd in het proces tegen een
Duitsch grensbeambte, aangeklaagd wegens
het aannemen van geschenken. Deze gaf voor
eenige marken en bier op, wanneer en waar
hij op post stond. Een ander commies had men
jvilleo orokoopen, door eet) koe, van een koppel
dat men zou oversmokkelen, in beslag te laten
nemen.
De mijn Koningin Louise bij Glewitz is
in brand geraakt, toen omstreeks 50 mijnwerkers
omlaag waren. Men telt 7 dooden, 8 zwaar
gekwetsten en 25 vermisten.
Te ltome speelde zekere maestro Adriani
vijftig uur achtereen piano. Al dien tijd zat
hij op een knikje zonder leuningen na afloop
moest hij in een treurigen toestand, met ge
zwollen handen, knikkende knieën en half
buiten kennis, naar een ziekenhuis worden ge
bracht.
Er waren nog menschen, die naar zulk een
dwaas gingen luisteren, maar zij zullen dat
wel niet van het begin tot bet einde hebben
gedaan.
Verkoopingen enz.
Ten behoeve van den gemeente-reinigings
dienst te Vlissingen werd heden aanbe)
steed de levering van 110 hectoliter haver en
60 hectoliter paardenboonen.
Ingeschreven werd door de heeren A. Pol
derman te Vlissingen voor haver ad f 3.09 cn
voor paardenboonen ad f 5.68 en J. Reijnierse
te Middelburg voor f 3.28* en f 5.986, alles
per HL.
'8-Cravenhage. De Eerste kamer is bijeen
geroepen tegen Dinsdag 25 Januari 's avonds
te half negen.
Verzending en laatste bnslichting der MAIL
aan het postkantoor te Middelburg.
Alles plaatselijke tijd.)
Oost-Indië.
Amsterdam (Nederl.). 21 Jan. 6.30 's avonds.
Brindisi (Eng. dienst) 21 Jan. 1.05 's nam.
Marseille {Lloyd). 25Jan. 6.30'savonds.
Brindisi (Eng. dienst). 28 Jan. 1.05's nam.
Rotterdam (Lloyd) 28 Jan. 6.30's avonds.
Genna(Nederi.) 1 Febr. 6.30 's avonds.
Napels (Duitsche dBt.)7 Febr. 1.05 's nam.
Marseille (Fr.dienst). 12 Febr. 5.45's morgens
Met deze gelegenheid wordt alleen ver
zonden de correspondentie voor Atjeh en de
Residentie Sumatra's Oostkust.
P a d a n g wordt aangedaan door de booten
der Maatschappij Nederland en dien der Rot-
terdumsche Lloyd.
Over Brindisi, Britsche booten, heeft
daags te voren eene voorloopige verzending
plaats te 1.05, ten einde de aansluiting met
den vandaar vertrekkende booten verzekerd zij.
Over Napels, met Duitsehe booten, uitslui
tend voor de correspondentie, waarvan de ver
zending met deze gelegenheid op de adressen
is aangewezen, alsmede voor Atjeh, Deli en
Langkat.
Met de Nederlandsche booten via Genua
en Marseille en per Fransche mailbooten wordt
geen correspondentie verzonden voor Atjeh en
de residentie Sumatra's Oostkust.
W est-Indië.
Suriname (St Martin,
Saba en St Eustatius)
via Southampton25 Jan. 5.45 's morgens.
Suriname via St Na-
zaire8 Febr. 5.45 's morgens.
Suriname via Amsterdam Den laatsten en 14en
elke maand 6.30 's av.
Curasao (Bonaire en
Aruba) via Queen-
stown. Eiken Dinsdag en Vrij
dag 10.15 's avonds.
Vergaderingen, Concerten enz.
Middelburg.
Donder d. 20 Jan. Kermesse d''Hi ver. Orgel
fonds. Concert-- en gehoor
zaal 8 u.
V r Ij d a g 21 Jan. Samenkomst voorstanderB
Ilomoüpathie. Koorkerkh.
A 111 8 u.
Maandag 24 Jan. Voordracht dr C. Hoit-
sema Nat.-gezelschap. Ge
bouw V/a u.
Donder d.3 Febr. Voorstelling Ned. Too
neelvereeniging. Schouw
burg Vla U.
TE HOUDEN AANBESTEDINGEN.
Zaterdag 22 Jan.
Herberg van G. Molhoek S c h o r e 3 u.
het houwen van een dubbele arbeiderswoning.
Dinsdag 1 Febr.
Directiekeet Anna FV/so-polder Wisse-
kerke 10 u.het maken van verdedigings
werken aan den oever aan de waterkeering
van den polder, in twee perceelen. (Raming le
perc. f 73.432.30», 2e perc. f 76.463.38).
SecrLandbouw-V ereeniging Koudekerke:
het leveren van meststoffen en zaden.
Burgemeester Serooskerke (W.)leve
ring van meststoffen.
Vrijdag 4 Febr.
Slot Ostende Goes ll'/j u.het bouwen van
veestallingen enz. op de hofstede Mon plaisir
te Wolfaartsdijk.
Zaterdag 12 Febr. -
Herberg De Roo Ca d zand 1 u.bet aan
leggen van een grintweg in de Watering Cad-
zand. (Raming f 6085).
Verkoopingen en Verpachtingen in Zeeland.
Datum. PI»\ti. Voorwerpen. Informatiëo
19 .'an Middelburg, Meubelen, Notarishui»
2 Febr. Middelbarg, Bcomen, Tak.
2 Mit Arnemuiden, Impan, Tak.
20 April Oostkapelle, Inspan, Tak.
27 Arnemuiden, Inspan, lak
29 O.W. Soub Inspan, Tak.
29 Arnemu'den, Hnizen, Verhuist
HERIJK.
Deze herijk is bepaald als volgt, voor
Middelburg
Voor de maten en gewichten, gebruikt.in
fabrieken, (brood-, melk-, boter- meel-, ijzer-,
gasfabrieken), werven, gestichten van liefda
digheid, (wees-, arm- en gasthuizen), in open
bare ryka-, provinciale- en gemeente-instellingen,
(belastingen, posterijen, militaire kazerne, hos
pitaal, cantine, slachterij, stadsschuur, vleesch-
hal, beëedigde graanmeters, militiematen); in
dienst van openbare vervoermiddelen, (stoom
boot-, spoorweg-, Van Gend en Loos-, tram-,
Nederlandsche handelmaatschappij) den 19, 20
en 21 Januari.
En verder voor de wijken
A 25 Januari;
B 26 en 27 Januari
C 28 Januari
D 1 Februari;'
E 2 Februari-
F 3 Februari;
G 4 Februari
H 8 Februari;
I 9, 10 en 11 Febrüari
K 15, 16 en 17 Februari;
L 18 en 22 Februari;
M 23- Februari
N 24 Februari;
0 25 Februari 'en 1 Maart
P 2 en 3 Maart
Algemeen Overzicht.
't Is een vreemde zaak met die circulaire
door graaf Posadwosky aan de verbonden
regeeringen gericht. Hij herinnert hoe voor
acht jaar de herziening der Getoerbeordnung
aan de orde was, en hoe de toenmalige regee
ring een krachtiger optreden wenschte. De
strafbepalingen betreffende het misbruik van
het recht van coalitie moesten worden uitge
breid en verscherpt. Maar de Rijksdag ging
destijds niet mede met de RijksregeeriDg, en de
zaak bleef gelijk ze was.
Hebben zich sedert omstandigheden voorge
daan welke aantoonen dat het noodig is deze
zaak andermaal ter hand te nemen
Het schijnt dat de staatssecretaris dat zelf
nog niet weet, want in zijn circulaire vraagt
hij of de herhaalde werkstakingen van de
jaren 1896 en '97 hebben bewezen, dat voor
ziening noodig is, dat het aantal strafbare han
delingen moet worden uitgebreid en de te
bedreigen straf moet worden verhoogd.
En aan deze algemeene vraag knoopt hij de
gansche vragenlijst vast. In de eene rubriek
verschillende vragen over pressie door werk
stakers uitgeoefend op hun kameraden of de
patroons, in een andere rubriek over de wer
king der strafwet in zulke gevallen, in een
derde over de burgerrechtelijke verhouding
(contractbreuk enz.)
Een andere afdeellng bevat vragen betreffende
de bescherming tegen een terrorisme, het uit
zetten van posten enz.
Dat de sociaal-democratische pers terstond
positie neemt tegen het voornemen der regee
ring, dat uit deze vragen doorstraalt, is na
tuurlijk. Maar zij staat allerminst alleen.
Het centrumaorgaan Gertnatiia noemde reeds
dadelijk een beperking van het recht van coa
litie een gevaarlijke proefneming.
Waar men de werkgevers vrij laat omringen,
syndicaten en werkstakingsverzekeringen op te
richten, daar moet het, naar het clericale blad
meent, een diepe ontroering wekken, als men
daartegenover de arbeidende klassen gaat be-
moeielijken, daar waar zij haar positie door
wettige middelen wil verbeteren.
Daarover zullen natuurlijk allen het wel eens
zijn, de stryd, welke zich nu reeds openbaart,
wordt teruggebracht tot de vraag wat men
heeft te verstaan onder de wettige middelen,
welke men den arbeider heeft te laten.
De circulaire van graaf Posadowsky, doet, al
is het maar in flauwe lijnen, zien, waar hij de
grens zou willen trekken. In het laatste
gedeelte van zijn rondvraag zegt hij„Bestaat
naar de bij u verkregen ervaring behoefte, om
bij werkstakingen personen, die bereid zijn aan
den arbeid te blijven beter te beschermen tegeD
de werkstakers en de agitatoren cn om hen te
straffen, die niet het doel anderen, van het
wederopvatten of het voortzetten van den
arbeid af te houden, posten uitzetten, het
terrein van den arbeid en de toegangen daartoe
en openbare plaatsen (stations, haveninstellin
gen enz.) bewaken; hen die bereid zijn te
arbeiden door reden of geweld lastig vallen, of
wederrechtelijk de gereedschappen onthouden."
Het hier geopende kijkje in de plannen der
regeering doet dc Volkszeitung reeds vragen,
wat er feitelijk nog overblijft van het recht
van coalitie, als men er aan denkt reeds den
aandrang tot deelneming aan een werkstaking
strafbaar te stellen. Als men den arbeider be
letten wil binnen de thans toegestane grenzen
te controleeren hoeveel arbeiders wel en hoe
veel niet deelnemen aan de werkstaking, hoe
zal het dan mogelijk zijn een werkstaking te
organiseeren, en maatregelen te nemen om het
doorvoeren van de werkstaking te verzekeren.
De werkstaking is het eenige wapen, waar
mede de arbeiders zich een verbetering hunner
positie kunnen veroveren. Bestaat er aanlei
ding dat wapen nog stomper te maken dan
het reeds is zoo vraagt het blad.
Die vraag is het juist, welke Posadowsky
aan de regeeringen der verschillende landen
voorlegt. Hoe het antwoord zal luiden, is niet
te voorzien.
Als het Engeland gold, dan zeer zeker zou
het antwoord beslistontkennend luiden. Want
bij de reusachtige worsteling welke nu ten einde
schijnt te loopen, is geen enkele klacht gehoord
over een daad van geweid, over eenige onbe
hoorlijke pressie. De houding der werkstakers
was zoo voorbeeldig, dat zelfs Duitschlands
keizer daarover zijn bewondering moet hebben
uitgedrukt.
Het uitstekende voorbeeld, door de Engelsche
machine-arbeiders gegeven, vermipdert naar wij
gelooven niet aan beteekenis, door de nederlaag
welke geleden is. Niet gemakkelijk toch zal
kunnen worden beweerd, dat de uitslag anders
zou zijn geweest, als men in den strijd minder
kieskeurig ware geweest in de keuze zijner mid
delen.
Want dat de patroons tot het laatst eens
gezind zijn gebleven en daardoor de overwin
ning behaalden, ligt niet hierin, dat zij door
een deel der werklieden gesteund worden.
Voor hen was de strijd van niet minder groote
beteekenis dan voor de werklieden, en hun
overwinning danken zij daaraan, dat hun kas
nog langer strekt dan die der laatsten.
Deze was trouwens goed voorzien. Want als
men nagaat dat verscheidene weken f 450.000
of meer aan ondersteuningsgelden is uitgereikt,
dan blijkt dat er over millioenen beschikt is,
dat het niet een strijd tusschen kapitaal en
arbeid was, maar een tusschen kapitaal en ka
pitaal.
Over den juisten stand der zaak ia op dit
oogenblik nog moeilijk te oordeelen.
In de eerste weken van den strijd zou het
opgeven van den eisch betreffende den arbeids
tijd, het einde der beweging zijn geweest de
hervatting op de oude voorwaarden. Maar,
gelijk veelal bij werkstakingen, is ook nu het
hoofdpunt door andere kwesties verdrongen.
En daardoor is het terrein nog moeilijk te
overzien. De patroons kunnen op het oogen
blik door eenige concessies het den arbeiders
gemakkelijk maken het werk te hervatten.
Maar de mogelijkheid bestaat evenzeer, dat
vele patroons nu de workzaamheden toch een
maal gestaakt zijn, een volledige overwinning
wenschen, ten einde voor langen tijd voor een
herhaling te zijn gevrijwaard. A la guerre
comme a la guerre!
Maar zulk een strijd, gestreden met de ver
bittering en de ijzingwekkende koelheid welke
in den oorlog past kan zij bestaan tusschen
hen die, zoolang de geheele maatschappelijke
inrichting niet veranderd is, moeten samen
werken V Aan te nemen is dat niet.
Beknopte Mededeelingen.
De processen-verbaal van de"' commissie
voor de marinezaken, gevormd uit de Fransche
kamer, zijn spoorloos verdwenen.
Men verwacht dat Lockroy deze zaak bij de
kamer aanhangig zal maken.
Buffet is benoemd tot zaakgelastigde van
den hertog van Orleans te Parijs.
Villiers, de nestor van het Engelsche
Lagerhuis, is overleden. Hij was bijna 97 jaar
en had sinds zijn 34e jaar voor hetzelfde
district zitting in het Lagerhuis.
Keizer Franz Joseph heeft Zondag ex-
koning Milan op bezoek gehad.
Te Weenen was een meeting verboden
waarop zou worden aangedrongen op uitbrei
ding van het stemrecht voor den Landdag.
Dientengevolge hebben 3000 werklieden een
betooging gehouden voor het stadhuis, ten
einde Lueger uit te jouwen.
In den Boheemsehen Landdag is namens
de regeering verklaard, dat zij de gelijkge-
rechtigheid van beide talen zal handhaven,
evenals het beginsel van de eenheid van Bo-
heme, van zijne administratie en van zijn
corps van ambtenaren.
Elke inwoner van Boheme zal zijne burger
lijke en andere rechten kunnen doen gelden in
het Duitsch en in het Czechisch.
Te Praag is Zondagmiddag een aanval
op de Duitsche studenten gedaan, terwijl de
politie, die tusschenbeide kwam, er ook van
langs kreeg.
De zitting van het Hongaarsche parle
ment is gesloten.
Het bericht van de Daily Telegraph over
Rnslands dreigement, om als de Sultan prins
George niet als gouverneur van Kreta wil
erkennen, het eiland aan Griekenland af te
staan, wordt door een ander Londensch blad,
de Standard, bevestigd. Maar dit blad voegt
er nog aan toe dat, daarmede het Europeesche
concert uit elkander is gevallen.
Als deze tijding bevestigd wordt, zal er ten
minste éen man zijn, die haar met oprechte
droefheid verneemt: sultan Abdoel Azis. Al
leen hij is gebaat geworden door het onzalige
denkbeeld, om op deze wijze een uiterlijken
vorm te geven, aan den verklaarden onwil der
mogendheden, om elkander wegens de Ooster-
sche kwestie in de haren te vliegen. En er is
geen enkele reden waarom, die onwil zou ver
dwijnen tegelijk met het vrij monsterach
tige gewrocht, dat door hem in het leven werd
geroepen. Maar voor den Sultan zou het er
leelijk uitzien, als hij met éen in plaats van
met zes te doen kreeg, vooral als die eene
Rusland is.
Uit Noord Indië wordt bericht, dat de
Klyberpas weer door de opstandelingen is be
zet, die op de troepen schieten.
Generaal Lockhart wordt door sir Power Pal
mer vervangen.
Een telegram van maarschalk Blanco
bericht dat hij Zondag met den generaal,
prefect van Santaclara, daar ter plaatse een
kaatsspel bijwoonde, toen zekere Picon een
revolverschot op den prefect loste. Onmiddellijk
werd Picon gegrepen, maar toch wist hij nog
eens op den prefect te schieten, die echter niet
gedeerd werd.
Van Cuba wordt gemeld, dat Copero zich
aan de regeering heeft overgegeven. Delgado
wilde evenzoo doen, maar hij werd gedood in
een botsing met een deel zyner manschappen.
Het schandaal in Frankrijk.
De toestand te Parijs heeft de laatste 24
uren een ernstige wending genomen. Het
ministerie heeft zijn meerderheid, welke 4 De
cember 250 en Donderdag nog 170 bedroog,
tot 58 zien slinken, zoodat de groote crisis
De loop van zaken was de volgendeIn den
voormiddag verspreidde Havas de volgende
mededeeling„Verscheidene_dagbladen vragen
den minister van oorlog de verklaring publiek
te maken, door Dreyfuss aan kapitein Lebrun-
Renaud den dag van de uitvoering van het
vonnis van den krijgsraad gedaan. Met die
verklaring publiek te maken, zou de regeering
het gezag van het gewijsde overleveren aan de
discussie en zij zou schijnen zelve er aan te
twijfelen. Wij meenen te weten, dat de regee
ring van oordeel is niet het recht te hebben
zulk eene mededeeling te doen, om overeen
komstige redenen, als waarom de krijgsraad in
1894 het „huis clos" heeft bevolen."
Deze nota is zeker niet van belang ont
bloot. Wel handhaaft de regeering het onver
dedigbare standpunt, dat openbaarmaking van
het rapport Lebrnn een begin is van de her
opening van het proces.
Maar de regeering geeft aan het slot tenmin
ste de ware reden voor haar geheimzinnigheid
er bestaan bezwaren tegen de openbaarmaking
van den inhoud van het rapport. En deze be
zwaren zijn niet ver te zoeken.
In de bekentenis welke men kapitein Dreyfuss
iu den mond heeft gelegd staat niet gelijk
Cavaignac in de kamer zeide „een vreemde
Mogendheid," maar „Duitschland," en elk stuk
waarin dat woord wordt genoemd moet tot
eiken prijs geheim blijven.
Cavaignac, die reeds Donderdag had betoogd,
dat deze buitengerechtelijke bekentenis niet tot
de processtukken behoorde, en dus kon worden
openbaar gemaakt, zonder aan het vonnis te
raken, vroeg Maandag middag de regeering
te mogen interpelle-eren over de nota.
Méline vroeg verdaging dezer interpellatie.
Blijkens het verslag in de Petit- Bleu- zeide de
premier o. a. dat de Kamer het land moest
geruststellen door haar arbeid voort te zetten,
dat de door de regeering gevolgde poli
tiek van geruststelling in binnen- en bui
tenland goede vruchten had gedragen
dat de Kamer aan de agitatie een einde moest
maken de eer van het leger eerbied
voor de magistratuur vertrouwen van de
Kamer.
Dat was volgens het verslag de hoofdinhoud
van Meline's rede
Cavaignac betoogde daarop, dat de bewoor-
digen der nota Haoas niet waren aan te nemen
en dat de minister van oorlog niet mag zwijgen
als het leger wordt aangevallen.
Lavertujon stelde daarop voor verdaging der
interpellatie voor een maand, een term welke
te Parijs gelijk staat met een afwijzing van het -
verzoek om te interpelleeren.
Met 277 tegen 219 stemmen werd dit voor
stel verworpen.
Duperrien diende daarop het voorstel in de
interpellatie aan de orde te stellen na afloop
van de thans aanhangige. Cavaignac kwam
daartegen op. De regeering heeft twyfel ge
wekt en zegt haar meening niet.
Dat kan ik niet doen, antwoordde Méline.
Cavaignac bleef daarop aandringen op onmid
dellijke behandeling, waarop Méline verklaarde
dat als daartoe werd besloten, de regeering
zou aftreden.
Het voorstel-Duperrier om de interpellatie
te houden na de andere welke thans op de
dagorde zijn geplaatst werd hierna aangenomen
met 310 tegen 252 stemmen.
De Petit Bleu deelt verder mede, dat de af
gevaardigden na deze stemming hebben besloten
alle aan de orde zijnde interpellatie's in te
trekken, zoodat die van Cavaignac toch de
eerste plaats op de lijst heeft. Deze beslissing
zou zeker zeer ernstigzijn, en bewijzen dat het
kabinet steeds meer terrein verliest.
Des avonds had een groote meeting van de
antisemieten plaats want een anderen naam
schijnt de straatbeweging niet te verdienen.
De zaal daverde van het gebrul „weg met
de joden", „leve de anarchie" enz.
Van een geregelde vergadering was geen
sprake, en ten slotte ontstond een groote klop
partij tusschen de anarchisten en de antisemie
ten, waarbij ongeveer dertig personen werden
gekwetst.
Te 10 uur kwam de bereden garde ter
plaatse en voerde eenige charges uit, terwijl
de straten werden ontruimd.
In verschillende andere deelen der stad was
het den geheelen avond woelig.
De studenten hielden een groote betooging,
maar de politie versperde den weg naar de
redactiebureaux.
Een tweede betooging, welke de groote
boulevards bereikte, werd door den oud-Bou-
langist Millevoye aangevoerd.
Op eenige plaatsen is met de politie ge
vochten, maar ernstige botsingen bleven uit.
INGEZONDEN STUKKEN.
Ingezonden stukken worden in geen geval teruggezonden.
IN MEMORIAM.
Indien ambtsbezigheden mij niet verhinder
den zou ik morgen in Middelburg willen zijn,
om de laatste eer te helpen bewijzen aan een
man, die gisteren op 82-jarigen leeftijd aldaar
is overleden. Dan zou ik uiting hebben willen
geven aan wat ik gevoelde, toen mij de doods
tijding gewerd van den heer W. G. van Swers,
in leven hoofdonderwijzer aan de school op
den Wal. Dan zou ik hebben willen zeggen,
dat dhr. Van Swers, ofschoon door de jongeren
misschien niet gekend, door honderden van
middelbaren leeftijd nog steeds gewaardeerd
wordt, als de man, die hun eerste schreden
leidde op de baan van kennis en deugddat
er nog velen zijn, die dankbaar erkennen, wat
ze genoemden heer verschuldigd zijn.
Een woord van troost had ik willen spreken
tot zijne kinderen, die den zorgvollen vader
zich zoo plotseling zagen ontvallen, al hébben
zij zich ook mogen verheugen in zijn langdurig
bezit. En bij het verlaten van den doodenakker
zou ik uit naam van mijn mede-oudleerlingen
onzen onderwijzer hebben willen toeroepen een
welgemeend
Requiescat in pace
W. C. CRUCQ.
Stavenisse, 17 Jan. 1898.