MIDDELBURGSCHE COURANT. N°. 299 1405 Jaargang. 1897. Maandag 20 December. Een geniale schepping. Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2. Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. Thermometer Middelburg 18 Dec. 8 u. vm. 41 gr. 12 u. 53 gr., av. 4 u. 48 gr. F. Verw. zw. Z. 0. wind. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór één uur aan het bureau bezorgd zijn. Advertentiën: 20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regelj Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis aan het bureau te bekomen. Agenten. Te VlissingenC. N. J. de Vey Mestdagh te Goes: A. C. Bollüyt, firma Wed. de Jonge. Bij i courant behoort UIT STAD EN PROVINCIE. Heden was en morgen, Zondag, is er nog gelegenheid de tentoonstelling te bezichtigen van eene portefeuille teekeningen van het schilderkundig genootschap Pulckri Studio te 's Gravenhage, die door de vereeniging Uit het volkVoor het volk in het tentoonstellings gebouw in het Schuttershof alhier is inge richt. De verzameling telt 88 nommers, waaronder van zeer bekende kunstenaars, en is een be zoek overwaard. Daar wij geen gelegenheid hadden die ten toonstelling tête rêposêe te bezichtigen, moeten wij ons bepalen tot de mededeeling dat zeer goede meesters vertegenwoordigd zijn Mesdag, Hoynck van Papendrecht, Gabriel, Henkes, mevr. Mesdag en C. J. Maris. Van onzen grooten Mesdag vinden wij een fraai stuk werk, Voor het onweder getiteld, en een eigenaardige aquarel, Souvenir van Noor wegen. Twee stukken van P. A. Schipperus In het Bosch en Ondergaande Zon, vooral het laatste is mooi, zullen zeker wel bekijks vinden en niet minder een poldergezicht van P. J. C. Gabriel, dat bij gezette beschouwing een juweeltje mag genoemd wordeu. Onze vroegere stadgenoot H. J. v. d. Weele heeft in een Oud huis te Elspeet stof gevonden om een, stille rust ademend landelijktafreeltje te geven. Van mej. A. Abrahams zijn mooie rozen, van A. J. P. Boudewijnse een goed gedachte schets uit het volksleven. Ook onze stadgenoot Willem Schutz is ver tegenwoordigd en wel met een duingezicht en een zeestukje, Storm betiteld. Dat het laatste ons meer beviel dan het eerste is mogelijk een kwestie van smaak. Ten slotte zij nog opgemerkt, dat leden en begunstigers van de vereeniging vrijen toegang hebben en ambachtslieden en dienstboden tegen een entree van slechts vijf centen worden toe- De Vrijdagavond in het Schuttershof a 1- h i e r gegeven soiree was geheel aan de vroo- lijkheid en grappigheid gewijd. Bescheiden was ditmaal het program, maar de uitvoering in haar geheel deed wêer den Vereenigden socië teiten der schutterij en infanterie eer aan. Het publiek van zijn kant was dankbaar ge stemd; en toonde dit steeds door de vertooners telkens terug te roepen. Eene humoristische scène Een landelijk con- certproef opende den avondhet bekende De Geneesheer of dat heeft mijn commensaal gedaan, oorspronkelijk blijspel in drie bedrijven, door J. Hubertus Janssen, werd daarna opgevoerd en een komische scène De artisten-revue bracht ten slotte vooral heel wat pret teweeg. De vertooners, onder wie drie dames zeker een voorname plaats innamen, kweten zich loffelijk van hun taak; en hadden blijkbaar veel tijd en moeite zich getroost om het ge heel te doen slagen. Dit was onze algemeene indruk. In bijzonderheden treden wij bij dergelijke n niet gaarne. Zulke avonden dienen tot onderling genoegen van vertooners en toe schouwers daarom zij het oordeel in deze ook algemeen van aard en bevorderlijk aan het doen voortzetten van de aangename herinne ringen, die zulke gezellige samenkomsten na laten. En daaronder zal zeker wel een voor- le plaats innemen het genoegen, gesmaakt bij het laatste nommer van het programhet bal, dat den avond zoo aangenaam sloot. - Zeven ijveraara voor de goede zaak, om een ronde tafel gezeten, vormden Vrijdagavond de „algemeene vergadering" van de Vereeniging tot wering van Schoolverzuim alhier. Trou wens, het is een bekend verschijnselwij we zen er meermalen op. Maar als dan tevens de penningmeester by het voordragen zijner be grooting, door de ondervinding geleerd, den post voor contributie al weer lager moet ra men, dan blijkt de belangstelling in deze zaak al bijster gering te wezen. Maar men staat voor het feitde contributies nemen af, en daarmede daalt het overschot, waarop men nu al zoovele jaren teert, tot een angstig klein bedrag. De zeven aanwezigen hebben deze weinig bemoedigende begrooting maar goedgekeurd. Er is als de contributies niet te erg dalen, f 655 beschikbaar, waarvan f 380 voor den rijtoer en het schoolfeest, f 200 voor prijzen in geld en spaarboekjes, en f 75 voor den aan koop van boekwerken, welke als prijzen worden uitgedeeld. Maar van die f 655 komen er slechts f 270 uit de zakken van stadgenooten, die deze even nuttige als aardige vereeniging met hun bijdrage steunen. Veel is het niet. Vrijdag middag viel zekere A. M., werk man alhier, bij het laden van zakken graan in de vrachtgoederen-stoomboot Zeeland, van de loopplank in het ruim. De man brak twee ribben en werd per rijtuig naar zijn woning vervoerd, waar geneeskundige hulp werd ingeroepen. 's Mans toestand is, hoewel pijnlijk, redelijk. vijfhonderd aanwezigen,voor wie men een drama zou opvoeren en eenige voordrachten houden. Ter voorziening in de vacatures, ontstaan door het overlijden van dhr. L. Lucasse, zijn benoemd voor den Ouden-Kraaijert polder tot dijkgraaf dhr.Jac. Meulenberg, thans gezworen, en tot gezworen dhr. C. van Stee Nz.voor den West-Kraaijert-polder tot dijkgraaf dhr. B. A. Remijn, thans gezworen, en tot gezworen dhr. P. Meeuwse Cz.tot afgevaardigde voor het beheer der uitwatering in de Piet dhr. D. en tot vertegenwoordiger in den van het CalamiteuBe waterschap Elle- woudsdijk en den calamiteusen polder Borsele dhr. B. A. Remijn. (G. Crt.) Te Colijnsplaat had Vrijdag het lang verbeide St Nicolaasfeest voor de school jeugd plaats. Des middags werden aan de leer lingen, die in 't afgeloopen jaar van 1 Nov, 1896 tot 1 Maart 1897 geen of weinig verzuim hadden gehad, prijzen uitgedeeld. 135 leerlingen hadden geen enkele maal ver zuimd, 42 verzuimden eenmaal, 33 tweemaal en 13 driemaal. Deze prijsuitdeeling heeft men te danken gehad aan den steun der afdeeling Noord-Beveland van Volksonderwijs. Door finan- cieelé bijdragen der ingezetenen konden de kinderen ruimschoots onthaald worden. Des avonds werd de sciopticon vertoond, waarvan het genot verhoogd werd door de verklaring, die de heer Mouthaan erbij gaf. Op de hem eigenaardige kinderlijke wijze wist hij de jeugd en de vele toeschouwers aange naam bezig te houden, terwijl ook hij de uit- deeling der prijzen verrichtte. Uit Goes schrijft men ons Ten aanzien van het optreden alhier op Vrijdagavond van mevrouw Klerck, vanwege den Vrouwenbond, kan niets anders gemeld worden, dan wat in het verslag in dit blad omtrent de bijeenkomst te Middelburg is gezegd. Als in het begin van dat verslag de naam van den heer Poort vervangen wordt door dien van den heer Lamers, en aan het slot die van dr J. G. Weyland door dien van den heer Lely veldt, dan is het verslag volkomen in orde voor de bijeenkomst te Goes. Het zou ook moeilijk anders kunnen. Naar schatting waren 150 personen aan wezig. Bij eene gezellige samenkomst, die de tooneelclub Onder ons, van de Werklieden ver eeniging Eigen Hulp te Goes, Donderdag avond zijn leden aanbood in de groote zaal der sociëteit V. O. V., bij uitzondering daar voor afgestaan, maakten eenige belhamels zoo'n spectakel, dat de hulp der politie moest inge- oepen en de zaal ontruimd worden. Enkele personen liepen kwetsuren opeen muziek instrument werd zeer beschadigd. Tegen de rumoermakers is proces-verbaal opgemaakt. Het was eene teleurstelling voor de vier k Onder de merkwaardige toonkunstenaren uit de beide laatste eeuwen neemt Johannes Brahms eene eereplaats in. Mocht ingenomenheid tegen zijn persoon, veroorzaakt door zijn onverbid delijke waarheidsliefde, zijn afkeer van ijdel- heid, zijn geringschatting van onbeduidendheid en conventie, dikwerf tot een scheef oordeel ook over zijn werken hebben geleid; deze zullen door hunne innerlijke waarde steeds blijken bestand te zijn tegen dergelijke aanvallen en Brahms in de nagedachtenis doen voortleven als een geniaal meester. Schumann begroette in hem den Messias der toonkunst, die eens de verhevenste uitdrukking van zijn tijd op ideale wijze zou uitspreken. Deze voorspelling werd twaalf jaren na den dood van Schumann vervuld door de ver schijning van Brahms' grootsche scheppingEin Deutsches Requiem. De dood zijner moeder, die hij innig ver eerde, was de aanleiding tot de verheven inspiratie, waarmede hij het toppunt van zijn streven bereikte. Zij ontstond, toen hij nog in de kracht van zijn leven was. Reeds op zeer jeugdigen leeftijd vervaardigde hij werken, die van geniale begaafdheid getuigden. Wel staan deze tot opus 10 onder den invloed der klas sieke meesters en der toenmaals heerschende romantiek Brahms werd in 1833 geboren doch zij dragen een oorspronkelijk karakter, Ernstige studie, de gave van strenge kritiek op zichzelven uit te oefenen paarden zich aan die geniale begaafdheid en voerden tot eene volmaaktheid, waarvan in de eerste plaats het Requiem den stempel draagt. Al dadelijk onderscheidt zich de keuze voor den tekst door oorspronkelijkheid. Totnogtoe werd voor elk requiem gekozen de latijnsche tekst van het aloude kerklied: „Geef hun (de afge storvenen) eeuwige rust." Deze bevatte in hoofd zaak een smeekbede om rust voor de zielen der afgestorvenen en schilderde de verschrikkingen van het jongste gericht, waarop een bede om genade volgt. Klagend, opbeurend, hartstoch telijk, opbruisend en eindelijk troostrijk klin ken de woorden van het Duitsche Requiem. Zij zijn ontleend aan de Heilige Schrift. Wij stippen er het volgende uit aan: „Zalig zijn zij die leed dragen, want zij zullen getroost worden. (De grondgedachte van het De met Januari 1898 te Zierikzee eervol ontslagen gemeente-bouwmeester C. H. Bijl Is, zooals neg gemeld is in een deel der oplaag van ons vorig nommer, geplaatst bij de werkzaamheden der graadmeting te Delft. - Aan de Iloogeschool te Utrecht is tot arts bevorderd de heer W. Bal Jz. te Zie rikzee. - In een Vrijdag teBrusnissegehouden raadszitting is besloten de verordening op de heffing van opcenten op de personeele belas ting te wijzigen volgens het daarvoor door Gedeputeerde Staten gegeven model, en gunstig beschikt op een verzoek van kerkvoogden der Nederd. herv. kerk om toestemming tot hi-t gebruik van het kerkhof ter gedeeltelijke ver bouwing en vergrooting dier kerk. Afwijzend werd beschikt op een verzoek van het comité voor de feestviering op 31 Augus tus 1898 te Zierikzee, om geldelijken steun van wege de gemeente. Ten nadeele van den landbouwer Tim mermans te Ou d-V o s m e e r zijn, zooals wij gemeld hebben, deze week des nachts op zeer brutale wijze ontvreemd een paard en rijtuig. De politie heeft het rijtuig terug gevonden, maar het paard was op de markt te Antwerpen reeds verkosht. De schuldigen zijn aldaar in arrest genomen en zijn A. J. R., landbouwerszoon, en W. v. A., landbouwers- knecht, beiden te .Oud-Vosmeer. De eerste werd een paar weken geleden veroordeeld tot vier maanden gevangenisstraf wegens bedrei ging der politie. Maandagavond is onder Schuddebeurs, „Al het vleeBch is als het gras, maar het woord des Heeren blijft in eeuwigheid. Eeuwige vreugde zal wezen boven het hoofd der ver losten. „Heer, leer mij toch dat mijn leven grenzen heeft en ik scheiden moet. Mijne hoop is op U: de zielen der rechtvaardigen zijn in Gods hand. „Hoe liefelijk zijn uwe woningen, Heer Ze- bao<;h „Gij hebt nu droefenis, maar ik wil u troosten, zooals iemand door zijn moeder wordt getroost. „Ziet, ik openbaar u een geheim: wij zul len niet allen ontslapen, wij zullen allen veranderd worden, plotseling, in een oogenblik. De bazuin zal klinken en de dooden zullen opstaan, onvergankelijk. Dood, waar is uw prikkel Hel, waar is uw overwinning Des menschen lot en het hemelsch leven worden in aangrijpende tegenstelling tot elkan der gebracht. Dit nemen we ook waar in drie andere vermaarde koorzangen van Brahms Das Schicksalslied, Nilnie en Gesang der Parzen. Tot het muzikale gedeelte van het werk overgaande, merken wij voorat op, dat het in ons klein bestek niet doenlijk is de diep door dachte, aan verscheidenheid rijke en tevens zoo fijne bewerking op den voet te volgen. We moeten ons tot enkele opmerkingen be palen. Het geheel bestaat uit zeven deelen Sdtze en is, met uitzondering van een bassolo in het derde en zesde en een sopraansolo in het vijfde deel, voor koor geschreven. Oorspronkelijk zou het slechts uit drie nummers en wel 1, 2 en 7 bestaandoch de liefde voor het onderwerp inspireerde den meester tot nog menige andere gedachte, die hij in vier nieuwe deelen heeft neergelegd. De soli daarin brengen een wel kome afwisseling. De zeven deelen kunnen tot twee groote groepen teruggebracht worden, waarvan de eerste (No. 1-3) de klacht en de tweede (4-7) den troost bevat. Zooals wij zeiden, de drie eerste nummers hebben een klagend karakter. In bet eerste deel overstemt de klacht de een gehucht der gemeente Hontenisse, ongeveer zes uur, een 50jarige arbeider uit Hulst, J. F. de S., onverhoeds aangevallen door iemand, die van uit de slootkant op hem toesprong en hem van zijn geldbeurs beroofde, welke 62 gulden en eenige centen inhield. De bestolene scheen steeds zijn kapitaaltje by zich te dragen. Tegen B F. van Schuddebeurs is proces verbaal opgemaakt als verdachte. Even te voren had deze aan S. gevraagd welken weg hij zou gaan, en er is ook gebleken dat F. kort nadien uit zijn huis is vertrokken. Deze omstandigheden en de overeenkomst van '8 mans schoenen met de gevonden voetsporen in nabijliggend land hebben tot de verdenking en het opmaken van 't proces-verbaal tegen F. geleid. Men schrijft ons: De bedijkingswerken in het verdronken land van Saeftingen zijn thans geheel afge loopen de zeedijk had door de laatste stormen geen noemenswaardige schade. Het is echter by dien storm gebleken, dat de steenglooiing nog een weinig uitbreiding vereischt, welk werk gedurende den onderhoudstermijn nog als meer werk door de aannemers zal worden uitgevoerd. De zeedijk ligt er prachtig bijjammer dat de aannemers, naar men ons mededeelde, nog al eene belangrijke som verliezen. De polder wordt kadastraal opgemeten en in kaart gebracht, terwijl de verkaveling is afge loopen. Do haven wordt reeds sedert eenige weken gebruikt en lag by ous bezoek grootendeels vol vaartuigen. Zy is van af Nieuw Namen te bereiken over een goeden keiweg, die veel te gemoet komt in den grooten afstand, welke schippers en voerlui hebben af te leggen. De overige wegen, waarmede de nieuwe pol der is doorsneden, zijn goede zandwegen. De afwatering, die op den Van AZs<eiVt-polder geschiedt, is uitstekend. Naar men zegt, zou de verkoop der gronden, voor zoover die behooren aan den Staat der Nederlanden, in den a.s. voorzomer plaats heb ben en zal dan wellicht het omwerken en be zaaien van den grond nog in den nazomer van 1898 kunnen geschieden. Sommigen beweren, dat het beter zou zijn, dit laatste eerst in 1899 te doen en de gron den nog een jaar met rust te laten. Maar dat is natuurlijk de zaak van hen die de gronden koopen. Onder IJ z e n d ij k e, eiland, heeft men Donderdagnacht bij Aug. Buijsse 17 paarden de staarten ontnomen. In de St. ct. is opgenomen de wet van 11 Dec. 1897, bepalende dat in het jaar 1898 in de provinciën Friesland, Overijsel, Zee land en Limburg eene keuring zal plaats heb ben van voor den krygsdienst geschikte paar den. INGEZONDEN STUKKEN. Ingezonden stukken worden in geen geval teruggezonden. WERKVERSCHAFFING. Mynheer de redacteur! Mag ik voor het volgende eene plaatsje ver zoeken. De inschryving van werkloozen op 15 en 16 dezer was ditmaal niet zoo groot als wel vorige jarenhun aantal kwam het cijfer 200 niet te boven. Dit behoeft evenwel geen aanleiding te geven tot de meening dat de werkloosheid minder is dan vorige jaren. Ambachtslieden melden zich integendeel meer aan dan vroeger, maar arbeiders en sjouwerlieden, die thans nog eenige bezigheid hebben, komen na eenigen tyd zich toch ter inschryving aanmelden. Thans zijn ingeschreven 11 huis- en scheepstimmer lieden, 10 metselaars en opperlieden, 17 schil ders, 5 kleermakers, 4 schoenmakers, 4 meubel makers en bekleeders, 4 smeden, 2 mandemakers, 2 zeilmakers, 2 koetsiers, 2 kraanzagers, 1 blikslager, 1 bakker, 1 hoedenmaker, 1 tabaks- kerver, 63 sjouwerliedende overigen zijn veld- arbeiders. Niet allen zullen of kunnen geplaatst worden, wat om verschillende redenen te betreuren is. Zij, die wegens dronkenschap geverbaliseerd zijn, blijven buiten aanmerking, evenals zij die niet minstens twee jaar in de stad wonen en zij die te jong en geen kostwinners zijn. Het bestuur van de Chr. Volksbond wenscht thans alle werkloozc ambachtslieden het eerst en het langst aan het werk te houden en wil, zoo ver de middelen het toelaten, ook trachten andere werkloozen te helpen, doch dit zullen nog niet velen kunnen zijn. Daarom, ofschoon dankbaar voor de reeds ingeschrevene bijdrage, beveelt ondergeteekende deze zaak. voor milde gaven aan. De wagen tot het ophalen van waardelooze goederen zal de volgende week weder zijn rondgang door de stad doen. Huismoeders, wilt eens rondkijken wat daarvoor kan worden afgezonderd. Zij, die geene goederen hebben maar de Werkverschaffing met een gift willen steunen, vinden daartoe gelegenheid in de bus bij den wagenevenwel moet ondergeteekende hier bijvoegen, dat de bus niet dan op verzoek mag worden aangeboden. De Directeur der Werkverschaffing C. A. H. BILLERBECK. Middelburg, 17 Dec. 1897. BRIEFWISSELING. Aan H. te V1 i s s i n g e n. Uwe beden king wordt voldoende weerlegd in ons nom mer van Vrijdag 1L Vertrokken en aangekomen scliepen. Vlissingen, 18 Deo. Binnengekomen, Vrijdagavond, de Eng. stoomboot Forth, kapt. Clarcke, komende van Middlesbro, met een lading ijzerwerk voor de kon. Maatschappij De Schelde. Gepasseerd, heden nacht, naar Antwerpen de Ned. stoomboot Afrikaan, kapt. Havinga, van Rotterdam. Hr. Ms. pantserdekschip Koningin Wilhel mint der Nederlanden is 17 dezer te Suez aan gekomen. troostrijke bemoedigingen van het geloof, dat spreekt uit de woorden „Zalig zijn zij, die leed dragen, want zij zullen getroost worden", enz. Het tweede deel is over het geheel het uit voerigst bewerkt en vormt met het derde het meest karakteristieke van hot Requiem. Gelaten klinken de klaagtoonen in den aan hef van het tweede deel, in overeenstemming met den tekst„Want al het vleesch is als het gras". Het thema heeft eenigszins het karakter van een marsch en doet aan een na derenden rouwstoet denken. In aansluiting aan den tekst„Ziet, de landman Verwacht de koste lijke vrucht", schildert dan de componist een idylle met wonderschoone toespelingen op den regen, door harp, fluiten, violen (pizzicato) voor gedragen. Met steeds toenemende kracht komt de tegenstelling tot do klacht uit, die de tekst uitdrukt in de woorden„maar des Heeren woord biyft in eeuwigheid" enz. Heeft de ontboezeming over de vreugde „eeuwige blijdschap zal boven hun hoofd wezen," haar toppunt bereikt, dan volgt een plotse linge overgang tot een weldadige zalige rust een echt kenmerk van Brahms' wijze van com- poneeren en een middel waarvan lig zich dik wijls, ook nog in het Requiem, bedient. Rijk genuanceerd 13 de verdere bewerking. „Vreugde, smart en zuchten" worden door eigen aardige figuren geschilderd. Ten laatste barst de vreugde weder op krachtige wijze los, om daarna plotseling opnieuw tot stille rust over te gaan en dan met de uitdrukking van kalm vertrouwen te Neerslachtig klinkt de bassolo der derde af deeling. Het koor deelt die stemming en roept eindeiyk wanhopig uit„Waarin zal ik troost zoeken Bemoedigend antwoordt daarop het breed uitgevoerde: „ik hoop op U." Een fuga op de woorden„De zielen der rechtvaardigen zijn in Gods hand en geen kwelling deert hen," vormt het slot van het derde deel. Deze fuga is in de geschiedenis der muziekliteratuur beroemd geworden. In de 36 dubbele maten van haren duur klinkt in de bassen aanhoudend dezelfde toon, de lage d. Deze staat daar als het symbool van de rust en de bestendigheid van den godde- lijken troon. Zoo zgn we nu tot het troostende deel genaderd. Daartoe vormt het vierde en laatst gecomponeerde nummer den overgang. We worden naar de woningen der verheerlijkte rechtvaardigen gevoerd. Onbeschrijfelijkliefelijk, roerend innig klinkt het geheel. Het klank effect, voortgebracht door een stroom van edele melodieën, werkt betooverend. Een hemelsclie idylle wordt geschilderd. Een troostrijke stem klinkt opbeurend uit fden hooge in het vijfde deel„gij hebt nu droefenis, maar ik zal u weerzien, en uw hart zal zich verblijden en nwe vreugde zal niemand u ontnemen" enz. Het koor, dat we ons moeten voorstellen als in stille aandacht noergeknield, spreekt eerbiedig de woorden na: „Ik wil u troosten, zooals iemand zijne moeder troost." Het zesde deel Is, wat den bouw betreft, liet

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1897 | | pagina 1