MIDDELRURGSCHE COURANT. N°. 280 1897. Zaterdag 27 November. I40e Jaargang. Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2. Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. Thermometer Middelburg 26 Nov. 8 u. vm. 28 gr. 12 u. 40 gr., av. 4 u. 34 gr. F. Verw. tam. kr. Z. W. wind. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór één uur aan het bureau bezorgd zijn. Advertentiën20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regelt Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis aan het bureau te bekomen. Agenten. Te 's GravenhageDe Gebr. Belinfante te Amsterdam A. de La Mar Azn. Bij deze courant behoort een Bijvoegsel. Middelburg 26 November. De uitbreiding van de taak der gemeente. Over dit onderwerp heeft Dinsdagavond te Amsterdam de heer P. L. Tak eene voordracht gehouden, waarbij hij eenige mededeelingen deed die, hoewel niet geheel nieuw, toch voor het algemeen van belang zijn en waard zelfs om herhaald te worden. De door hem gegeven wenken mogen vooral voor groote gemeenten overweging verdienen, kleinere kunnen ook allicht hare winst daarmee doen. Het is toch ook wel zonderling dat, waar eigen-exploitatie van gasfabrieken, waterlei dingen als een van zelf sprekende zaak wordt beschouwd, meerendeels met ergernis en wan trouwen kennis genomen wordt van raadgevin gen om op dat gebied meerdere stappen te doen. Dan komen allerlei vooroordeelen om den hoek gluren. Men overweegt dan niet meer met onpartij digheid of het belang van de gemeenschap zulk een eigen exploitatie, b. v. van eene bad inrichting, vordert, neen, men bezigt al spoedig allerlei drogredenen om zich van de kwestie af te maken. Het socialistisch spook wordt dan opgeroepen Daarom is het wel eens goed, dat men ziet naar hetgeen elders geschiedt. En ook dat men niet uitsluitend let op de financieele ge volgen, maar op de moreele zijden van eene dergelijke exploitatie. Zoo heeft men b. v. de kwestie van het bouwen van gezonde woningen voor den ar beider, al zouden wij zeggenwaarom ook niet voor anderen, wanneer de behoefte zich daaraan doet gevoelen? De zorg voor gezonde woningen ligt toch, overeenkomstig art. 135 juncto art. 141 der gemeentewet, geheel op den weg van het ge meentebestuur. Zoo zijn er meer zaken van algemeen be lang, die, wanneer de gemeenschap ze in eigen beheer nam, beter ten nutte van allen waren te regelen dan nu zij uitsluitend in particuliere handen zijn. Met het bouwen van huizen staat b. v. in nauw verband het exploiteeren van bouwgrond. Nog onlangs werd in den Gemeenteraad te Middelburg gezinspeeld op het ergelijke feit dat de Singels meer en meer worden bebouwd en niet altijd op fraaie wijze. Een zeer klein middel werd toen als redmiddel beschouwd, omdat men geen grootere en afdoende in zijn bereik heeft. Het koopen en exploiteeren van bouwgrond van gemeentewege zou aan zulk een bezwaar kunnen te gemoet komen. Maar, wij stemmen toe, er zijn daaraan groote moeilijkheden verbonden, zoodra men te doen heeft met gronden, die geheel of gedeeltelijk in een andere gemeente liggen, en zoolang door een wijziging der ont eigeningswet geen voldoende paal en perk kan geBteld worden aan al te hooge eischen van eigenaren van grond, die een gemeente noodig kan hebben voor eigen exploitatie. Toch gelooven wij dat er in menig opzicht door gemeenten op dit gebied meer gedaan zou kunnen worden dan nu geschiedt. Na deze opmerkingen, willen wij aan de hand van een paar Amsterdamsche bladen hier laten volgen wat de heer Tak zoo al mede deelde Hij begon dan met de verklaring slechts een brokje in de evolutie van het gemeentelijke leven van onzen tijd te zullen behandelen. Daarna wees txij op hetgeen de gemeente Am sterdam reeds in eigen beheer genomen heeft en dat er een terugkeer merkbaar is tot het coöperatief bestaan der gemeenten, tot de oude coöperatieve eenheid, die weleer in de Ger- maansche gemeenten bestond. Toen was er eenheid van belangen, die leidde tot coöperatief handelen, een toestand, die allengs gewijzigd werd door de nieuwe wijze der productie, de sterke productie op de markt, die vrijheid van handelen ging eischen in het begin dezer eeuw. Daardoor bleef van het coöperatief handelen van de gemeente weinig meer over dan het hoognoodige: politie, brandweer, e. d.; er kwam een tijd van „laat maar waaien," en inderdaad let beeft et gewaaid! LaBgeametbaad ont stonden de concessies, die men ziet verdwijnen door eigen fouten, omdat de vennootschappen de elasticiteit missen om hun gerief naar alle hoeken te verspreiden. Door de uitbreiding der groote Bteden werd van de rekbaarheid der vennootschappen meer gevergdaan dit. meerdere kon meestal niet meer worden vol daan en de gemeente moest ten bate van alle klassen verschillende zaken ter hand nemen. De particuliere ondernemers baanden den weg; de gemeente behoeft niet met een zuur gezicht van hen afscheid te nemen, daar zij voor hun werk werden betaald. Als voorbeeld van een der gemeenten, die zich aan de particuliere ondernemingen ont trokken en daarvan de beste resultaten zagen, moet in menig opzicht steeds op Glasgow worden gewezen; en de nieuwe leer heeft het reeds dikwerf tegenover het oude doctrinaire stelsel gewonnen, omdat zij voortkwam uit de gewone consequenties. Onder een invloed der nieuwe gedachte gin gen de gemeenten beter leven. Toen de eerste gemeenten haar gas gingen exploiteeren, vroeg men zich af hoe dat wel gaan moest, hoe amb tenaren dat wel zouden kunnen doen, zij, die immers slechts gewoon waren eiken dag eenige uren voor hun lessenaar te zitten En toch, het is gebleken, dat de gemeente ambtenaren zeer goed exploiteeren konden De heer Tak haalde eenige voorbeelden aan over gemeente-exploitatie, voornamelijk aan Engeland ontleend. Een groot deel van de uitbreiding der ge- meentetaak berust op hygiënische voorschriften en vooral dient gelet op de woningtoestanden voor arme lieden. Overal, waar daaromtrent het onderzoek geschiedde, kwam men tot de slotsom, dat reeds nit hygiënisch oogpunt voor den bouw van arbeiderswoningen moest worden gezorgd. Dat woningvraagstuk vindt men overal terug. De behoefte aan verbetering van arbeiders woningen in de groote steden is internationaal. Van alle woningen in Berlijn waren in 1893 76 op de 1000 kelderwoningen, te Hamburg 64 op 1000 en eenige jaren geleden bewoonden in dezelfde stad 150.000 menschen woningen met één stookplaats voor 6 of meer personen of twee stookplaatsen voor 11 of meer. Boven dien de armen wonen feitelijk duurder dan de rijken. Een M8 ruimte van armoedige wonin gen in Noord-Bohemen kost fl. 3.24 aan huur prijs, terwijl de prijs voor de deftige woningen in de Burgsti-asse te Weenen fl 2.85 bedraagt. In Basel kost de M3 ruimte van woningen, waar ieder bewoner hoogstens 10 M3 beschik baar vindt, fr. 4.59 en in woningen, waar ieder 40 en meer M3 heeft, fr. 3.25 per M8. Hier staat men al dadelijk voor een taak, welke alleen de overheid naar behooren ver vullen kan. En dit wordt ook ten onzent in gezien, getuige de Liberale Unie, die op baar laatste vergadering ook tot deze conclusie kwam. De heer Tak wees op hetgeen in Duitsch- land in dit opzicht op wetgevend gebied be proefd was en stond daarna meer uitvoerig stil bij het bekende Londensche Boundary-street- plan, volgens hetwelk een groot aantal slechte woningen op doelmatige wijze door gemeente tusschenkomst door nieuwe en betere vervan gen werden. Er waren 730 krotten, waarin de sterfte 40 per 1000 per jaar bedroeg, terwijl de geheele sterfte in Londen 19 a 20 was. Van 1000 kinderen uit die woningen stierven 343 vóór het vierde levensjaar. De krotten zijn aangekocht door den Graaf- schapsraad voor 266.000. Een aantal werd dadelijk gesloten, en om in den woningnood te voorzien werden 144 woningen in de buurt gehuurd. Voor 3200 bewoners werd verhuisgeld beschikbaar gesteld en toen werden 12 blokken gebouwd voor 2850 bewoners, iets minder dan de helft van het getal der bewoners, zoodat elk dus twee maal meer ruimte kreeg dan vroeger. Ook andere Engelsche steden bleven niet achter. Sedert 1890 wordt dit alles in Engeland beheerscht door een wet (de house-act), waarvan o. m. bepalingen zijn, dat de gemeente recht tot onteigening krijgt; wanneer de oude huizen vervangen worden door nieuwe voor minstens de helft van het vroeger aantal bewoners. Op advies van den gezondheids-inspecteur kan de gemeente slechte woningen doen sluiten, zelfs afbreken. (Daartoe kunnen zelfs de buren het initiatief nemen). De gemeenten (met uitzonde ring van Londen dat zijn eigen leeningen sluit) kunnen voor een en ander geld leenen van den Staat tegen matige rente. In Engeland is dan ook het bouwen van betere arbeiderswoningen aan de orde van den dagen ook ten onzent zal men eerlang tot soortgelijke maatregelen dienen over te gaan. De heer Tak kwam daarna op een ander onderwerp van Gemeentezorghet gas, herin nerde er aan dat o. a. in Duitschland meer dan de helft van alle gasfabrieken en in ons land reeds een dertigtal van gemeentewege worden. Ook in Londen, dat door drie maatschappijen van gas voorzien wordt, gaan vele stemmen op voor gemeente-exploitatie, en dat wel om vier redenen. De eerste isde lage gasprijzen, daar de er varing aantoont dat overal, waarde gemeente- zelve is gaan exploiteeren, de prijzen vermin derd zijn. In eigen beheer daalde de gasprijs per 1000 kub. voet: in Birmingham van 3 Sh. 1 tot 2 Sh. 2, in Glasgow van 4 Sh. 7 tot 2 Sh. 4, 1 in Bradford van 3 Sh. 6 tot 2 Sh. 3, in No- thingham van 3 Sh. 10 tot 2 Sh. 6. 2 Sh. 4 staat ongeveer gelijk met 5 cent per M3. Er wordt in vele van die plaatsen aan groote verbruikers nog van 2tot 12'/a pCt. rabat gegeven. In de tweede plaats heeft men ervaren, dat bij eigen exploitatie de straatverlichting 30 tot 50 pCt. beter is dan bij een concessie. In de derde plaats zijn de vrij aanmerkelijke uitkee- ringen aan de gemeentekas een sterk argument voor eigen beheer, (Glasgow alleen keert niet uit, maar besteedt alle winst voor verlaging van den prijs of verbetering van techniek), terwijl in de vierde plaats wordt geconstateerd dat de toestand der arbeiders in de gasfabrie ken zooveel verbeterd iszij behoeven tegen een goed loon slechts 8 uren te werken. Op het voorbeeld van Amsterdam en Rotter dam, welke steden in Engelsche bladen worden aangehaald als argumenten vóór gemeente exploitatie, wenscht men thans ook de tele- phoon in Engeland onder geraeentebeheer te brengen. Verder heeft men de drinkwaterleidingen. Allerschandelijkst is in Londen de drink waterverzorging. De watervoorziening is er zeer oudzij berust op een wet van 1852, uit vloeisel van de cholera-epidemie van 1849. Het bleek dat het water daarvan de hoofdoorzaak was geweest. Toch bleven groote gedeelten der stad van voldoende drinkwater verstoken. In 1880 stelde de minister Cross een wet voor tot aankoop der bezittingen Yan de acht maat schappijen, die Londen van water voorzien. Iedere maatschappij zou stedelijke obligatiën verkrijgen tot een rentebedrag, gelijk aan de laatste dividenden, en verder zeker bedrag tot vergoeding van de waarschijnlijke stijging der dividenden van 18801892. Met andere posten was het gezamenlijk be drag 33,000.000, wat toen 9,000.000 was boven de beurswaarde der aandeelen, terwijl het werkelijk uitgelegd kapitaal 14,000.000 bedroeg. Door dit wetsontwerp stegen de aan deelen aan de beurs van 140 tot 213. Men is zoo vol vertrouwen dat een eventn- eele naasting op voor de gemeente onvoor- deelige voorwaarden zal geschieden, dat de Beurswaarde nu ongeveer 240 pCt is. Londen betaalt voor slecht water 1,470.000 en 'tkost aan de maatschappijen minder dan de helft. Minister Cross bood haar een rente aan van 1,200.000. De wijze, waarop thans het water te Londen wordt geleverd, 49 pCt. van Theems-water boven Tattingdom, 38 pCt uit Lee-water en 13 pCt uit bronwater, is van dien aard dat men wel spoedig tot eigen exploitatie zal komen. Ook op de bad- en waschinrichtingen vestigde de heer Tak de aandacht. Vooral de wasch- huizen worden te Glasgow en Manchester druk gebruikt. Te Manchester heeft men 9 badhuizen en 21 zweminrichtingen, de stad is zelfs „wasch vrouw", daar zij voor 3000 gezinnen wascht. Ook voor eene gemeentelijke brandverzeke ring gaan meer en meer stemmen op. In Berlijn en Zwitserland bestaan daarvan reeds sporen. In Londen, Glasgow en Bradford is de zaak aan de orde gesteld, en zeker terecht, want de brandweer kost veel geld, en de assuradeuren profiteeren daarvan. In Londen is men reeds zoover, dat de gezamenlijke assurantie-maat schappijen in de kosten der brandweer ad 144.000 28.000 bijdragen, hetgeen nog te weinig wordt geacht. Vervolgens kwam de heer Tak op de aan bestedingen van gemeentewerken, die vaak aanleiding geven tot ernstige klachten. De Londensche graafschapsraad heeft dan ook ha 1888 ingericht een eigen Work-department. De proeven, met eigen beheer genomen, hebben te Londen gunstige resultaten afgeworpen. Het schoonhouden van de bruggen was aan besteed voor 4 sh. 9 d. per vierk. yardin eigen beheer kostte het 3 sh. 2 d. Men ging na deze proef voort met den bouw van een school. De raming waB 1800. De laagste inschrijver was 2300. Het werk werd niet gegund en kostte, in eigen beheer uitgevoerd, 1734. Het maken van een groot riool was geraamd op 7000. Er kwamen twee biljetten in, elk voor ongeveer 11.000. In eigen beheer werd het werk uitgevoerd voor een som ongeveer gelyk aan de raming. Er ontstond nu een levendige krantenpole miek en o. a. bleek dat een eenheid metselwerk, welke geraamd was op 60 A 70 sh., van ge meentewege was gemaakt voor 39 sh. De statistiek van een aantal grootere en kleinere werken gaf als resultaat, dat zij samen geraamd waren op 308.(00 en dat terwijl enkele tegen-, doch de meeste meevielen, zij in eigen beheer gemaakt werden voor 6000 benedon de raming. Deze voorbeelden gaven aanleiding tot het oprichten van het bovengenoemde Woik- departnient. Bij alle stadsdiensten van dezen aard doet zich bovendien het verschijnsel voor, dat zij ten bate komen van den werkman. De arbeidstijden worden korter en de loonen zijn redelijk en sluiten bich aan bij de loonen der trade-unions. De heer Tak merkte aan het einde van zijne voordracht op, dat de door hom vluchtig ge schetste ontwikkeling van het vraagstuk der gemeente-exploitatie voortgaat, of men dit goed keurt of niet. In de steeds meer afwisselende behoeften van de voortdurend aangroeiende be volkingen in de steden kunnen menschen of lichamen, wier doel 't is geld te verdienen, niet voorzien. Zich daartegen te verzetten baat niet. Vraagt men waar voor zaken als het bonwen van arbeiderswoningen het geld vandaan moet komen, dan antwoordde hij, dat de staat te hulp moet komen. Londen vroeg reeds om de in voering Van een stedelijke successiebelasting, terwijl ook voor het stijgen van de waarde van den grond tengevolge van gemeentewerken (aanleg van wegen, verkeersmiddelen) in den vorm van betterment belasting zou kunnen wor den geheven. Hij herinnerde ten slotte aan de verkiezin gen voor den Graafschapsraad van Londen in Maart van het volgende jaar, waarby al deze dingen aan de orde zullen komen, en wekte de aanwezigen op, om, wanneer de gelegenheid daar is, ook ton onzent voor de verwezen ly king er van mede te werken. Bij het debat, dat op deze zeer toegejuichte rede volgde, werd vooral van gedachten ge wisseld over het water te Londenen wees de heer Tak er tevens op, dat het bouwen van arbeiderswoningen vaak een verliespost ople vert maar dat toch ook hierbij de hygiënische kwestie veel gewicht in de schaal legt en in geen geval over het hoofd mag gezien worden. KOFFIEVEILING. Bij de behandeling van hoofdstuk I der be grooting van Ned.-Indië voor 1898 {wet op de middelen in Nederlandin de zitting der Tweede kamer van Woensdag, kwam de afloop der jongste veiling van koffie ter sprake. De heer Bahlmann wees daaropen zeide, volgens de Handelingen, het volgendeMijnheer de VoorzitterGisteren voor acht dagen ont vingen wij de Jobstijding, dat op de laatste veiling van de Nederlandsche Handelmaat schappij de koffie, getaxeerd op 45 ets., 10 ets. was gedaald en het verslag, dat w'y vinden in de verschillende bladen en dat afkomstig is van een van de eerste makelaars in koffie, zegt daaromtrent het volgende„De lieden ge houden laatste najaarsveiling van do Neder landsche Handelmaatschappij getaxeerd 45 naar den maatstaf van goed ordinair, liep in de ver houding van 35.5 cent" en het laat daarop volgen „terwijl de 2890 balen Malang, door particulieren aangeboden, toen niet dadelijk 36 cent werd geboden, in eens geheel van de markt werden genomen." Die particulieren dus waren zoo verstandig om, toen zij niet den prijs konden krygen dien zij wenschten, hunne koffie Yan de markt te nemen. Waarom, zoo zon ik willen vragen, waarom heeft de regeering dit voorbeeld niet gevolgd Waarom heeft zij ook niet een groot deel van de aan de markt gebrachte en op 45 cents getaxeerde koffie van de markt genomen De regeering kon, naar mijne bescheiden mee ning, voorzien, dat de prijs aanzienlijk lager zou gaan dan de taxatie, want als ik mij niet vergis, dan moet Zaterdag te voren, Zaterdag vóór den 16den, hier een telegram uit Indië zijn ontvangen, dat op de veiling te Batavia de prijs belangrijk was gedaald. Had de regeering nu het voorbeeld van de particulieren gevolgd en doodeenvoudig gedaan wat een voorganger van dezen minister, de heer Keuchenius, heeft gedaan, dan had zij, mijns inziens, zeer verstandig gehandeld. Wel heeft die maatregel van minister Keuchenius indertijd veel ontzetting en beroering in den koffiehoek teweeggebracht, maar hij heeft daar door tonnen gouds, sommigen beweren zelfs millioenen, voor de schatkist bespaard. Ik heb m'yne vraag duidelijk genoeg gesteld een bepaald antwoord verlang ik niet. Toch zou het mij zeer leed doen, wanneer de regee- ring zich, by haar antwoord aan mij, plaatste op het myns inziens zeer doctrinaire standpunt van laisser faire laisser passer, door den heer Hintzen ingenomen, toen hy, naar aanleiding van den maatregel door minister Keuchenius genomen, tot dien minister eene interpellatie richtte. Wanneer het noodig is, moet ook de regee ring ingrypen in eene veiling en deze niet la ten doorgaan. Doet zy dit niet, dan zal zij soms tonnen gouds, ja millioenen in den muil van die altyd hongerige wolven, der baisse partij werpen. De minister van koloniën antwoordde daarop De geachte afgevaardigde heeft gememoreerd de laatste koffieveiling, waarop de pry zen zoo belangrijk zijn terug geloopen, en deelde ver der mede, dat particulieren daarna hunne, niet in veiling maar uit de hand aangeboden partijen van de markt hebben genomen. De geachte afgevaardigde vroeg waarom de regeering dit voorbeeld niet had gevolgd. Ik zou denken dat, om een voorbeeld te kunnen volgen, dat voorbeeld eerst moet gegeven zijn. En dat is hier niet het geval geweest. Wat de particulieren hebben gedaan is een gevolg geweest van de koffieveiling, maar niet daaraan voorafgegaan. Ik wil er op wijzen, dat particuliere koffie te ge lijk met die van de regeering in de veiling is verkocht en niet opgehouden. Nu is het voor de regeering moeilijk eene limite te stellen. Zy heeft daarvoor hare aan gewezen raadgevers, die zij ook in dit geval heeft geraadpleegd vóór dat de veiling plaats had. Ik wijs er den geachten afgevaardigde op hoe op dit oogenblik, volgens de marktberich ten bv. van G. Duuring en Zoon te Rotterdam, de markt nog altijd beheerscht wordt door San- tos-koffie, en hoe reeds de markt in eene flauwe stemming verkeert op de berichten die uit Brazilië komen. De noteeringen van Santos- koffie in Nederland waren 30 October 18'/j ct. per December, 183/< per Maart, 19 per Mei, en 19'/, per September. Nu kan ik mij voorstellen dat omstandig heden hebben genoopt tot het stellen van een limite. Bij een rijzende markt kan dit gelukken, maar het kan ook tegenvallendat weet men van te voren niet. Bij eene rijzende markt heeft men de meeste kans op slagen. Bij eene dalende markt eene dergelijke speculatie to wagen, is voor eene Regeering nog al gewaagd. In 1869 werd ook opgehouden voor 38 cents, omdat de raming toen was 40 cent. In het najaar bracht die opgehouden koffie toen op 31'/a 32 cent. Toen werd dus oneindig grooter verlies gele den, dan bij het ophouden in 1889 bij eene ryzende markt door minister Keuchenius voor deel werd behaald. Evenwel wat de heer Keuchenius deed in 1889 en reeds, blijkens zyne mededeelingen toen, limites werden gesteld door mijne voor gangers in 1874 door den heer Fransen van de Putte, in 1875 door den heer Van Goltstein en in 1878 door den heer Van Bosse kan dit ook plicht zijn voor volgende regeeringen. De regeering behoudt zich altijd het recht voor, om voor de veiling te handelen zooals 's lands belang naar hare meening zal mede brengen. Hiermee was de bespreking geëindigd. BENOEMINGEN ENZ. Bij kon. besluit: is aan mr J. L. H. A. baron Gericke van Herwijnen, minister van staat, voorzitter van de commissie belast met het afnemen der diplomatieke examens, op zijn verzoek, op de meest eervolle wijze ontslag verleend uit laatst genoemde betrekking, onder dankbetuiging; is benoemd tot voorzitter van meergenoemde commissie het lid daarvan, mr T. M. C. Asser, lid van den Raad van State zijn benoemd tot leden der commissie jhr mr A. F. de Savornm Lohman, lid van de Tweede kamer der Staten-Goneraal, voormalig lid der commissie, mr A. L. E. ridder de Stuers, Hr. Ms. buitengewoon gezant en gevolmachtigd minister te Parijs, en mr J. A. Sillem,lid van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland is de zilveren eere-medaille van de orde van Oranje-Nassau toegekend aan den werkmeester bij de maatschappij voor scheeps- en werktuig bouw Fijenoord, Hendrik Bijdebeeke; is benoemd bij den plaatselijken staf, tot tweede-luit., pi. adj. te Wierickerschans, de serg.-majoor-tit. P. J. Menningh, van het 4de reg. inf. zijn benoemd bij het wapen der inf., tot tweede-luit., respect, bij het 2de en by het 4de reg., de serg. H. A. Jochim van Nootdorp, van het reg. gren. en jagers, en P. J. Zaalberg, van het korps. UIT STAD EN PROVINCIE, De heer L. Jonker Czn te Amsterdam komt in de N. R. Crt op tegen de bewering van dat blad, dat hij niet de uitvinder zou zyn van een munt-watermeter. net is, zegt. hij, mogelijk dat hy niet de eerste is; maar hy heeft toch ook zulk een instrument uitgevonden; dat misschien verschilt van het door den. heer Polet alhier indertijd vervaardigde, en dus eeu eigen vinding kan zijn.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1897 | | pagina 1