MIDDEIBURGSCHE COURANT.
BUITENLAND.
N°. 269.
1897.
Maandag
15 November.
140e Jaargans
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2.
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 13 Nov. 8 u. vm. 50 gr. 12 u. 58 gr.,
av. 4 u. 52 gr. F. Verw. tam. kr. Z. W. wind.
Advertentiën voor het eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór één uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Advertentiën20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per ref
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige
voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis
aan het bureau te bekomen.
Agenten.
Te 's GravenhageDe Gebb. Belinfante te
AmsterdamA. de La Mar Azn.
Bij deze courant behoort een Bijvoegsel.
Middelburg 13 November.
DE RIJKSMIDDELEN
zijn in October zoowat op het standpunt van
dezelfde maand van '96 gebleven, en geven, bij een
totaal van f 13.753.5420, slechts f 14.300 min
der dan verleden jaar.
Maar in de groepen zijn de verschillen groo-
ter. Zoo gaven de directe belastingen ruim
l'/i miljoen minder, bijna alleen te wijten aan
het personeel dat ƒ1.410.000 daalde, terwijl de
grondbelasting f 41.000 achterbleef.
Over de tien maanden geeft deze groep geen
afwijkingen van beteekenis, behalve de mindere
opbrengst van het personeel ruim 31/, miljoen.
De invoerrechten daalden in October f 54,000
en staan nu slechts f 110.000 boven de op
brengst van hetzelfde tijdvak in 1896.
Beter hebben de accijnzen zich in October
gehouden. De suiker, een middel dat den
laatsten tijd steeds achterbleef in verband met
de nieuwe wet, gaf nu in eens ruim 14 ton
meer, zoodat de achterstand op even 3 ton na
is ingehaald.
Van de andere accijnzen gaven enkele wat
meer, andere wat minder, maar deze verschil
len wegen tegen elkander op. Het opmer
kelijkst is de daling ad f 114.000 bij den
sterken drank, welk middel nu 3'/3 ton,achter
is. Het geslacht gaf in de maand 28.000 en
in de tien maanden f 86.000 meer.
De geheele groep heeft nog f 631.000 in
te halen.
Een verhooging van f 130.000 bij de successie
is het eenige verschil in de groep van de in
directe belastingen, welke nu bijna het bedrag
van 31 October '96 heeft bereikt. Ook in de
tien maanden zijn de verschillen van weinig
beteekenis. De registratie gaf f 120.000 meer,
maar de successie bleef f 78,000 en het zegel
f 92.000 achter.
Van de kleinere middelen geven noch de
maandstaat, noch het totaal van de tien maan
den groote verschillen aan.
De drie groepen, welke verband houden met
de welvaart, posterijen, telegrafie en loods
wezen, bleven alle een beetje vooruitgaan, maar
deze middelen zijn van te weinig belang, om
invloed op het eindcijfer te hebben.
Het totaal van alle rijksmiddelen tot 1 Nov.
geeft nu een verlies van f 3.732.000 aan,
waarvan f 3.600.000 uit de personeele belasting
komen, zoodat, als men dezen invloed van
wetswijziging ter zijde laat, blijkt dat geen
verschil van beteekenis bestaat.
Nieuwe uitgaven moeten dus tot verhooging
van lasten leiden. Uit een natuurlijke stijging
der verschillende middelen zijn ze dit jaar
zeker niet te bestrijden.
Rijkstoelage voor geneeskundige hulp.
Op de staat8begrooting voor 1898 is een
bedrag van f lfcOOO uitgetrokken voortoelage
aan geneeskundigen en vroedvrouwen ter t>i
ziening in de behoefte aan doodschouw, vaccinatie
en verloskundige hulp.
Het wekt bevreemding zoo schrijft Br. te
Br. in het jongste nommer van het Sociaal
Weekblad dat deze post, indertijd in het
leven geroepen, om de vestiging van deskun
digen op het platteland te bevorderen, en een
dozijn jaren nog geheel ontbrekende, thans
ieder jaar toeneemt, niettegenstaande een over
stelpenden toevloed van geneeskundigen in ons
land. Tien jaren geleden (in 1888) was het be
drag nog slechts f 4725 voor 13 geneeskun
digen en 11 vroedvrouwen, voor vijf jaren (in
1893) reeds f 5975 voor 15 medici en 24
vroedvrouwen en thans zullen 28 geneesheeren
en 38 vrouwelijke verloskundigen elk een rijks
subsidie ontvangenvoor de eersten bedraagt
zij gemiddeld f 250, voor de laatsten f 150
per jaar.
Waarschijnlijk is de reden dezer vermeerde
ring gelegen in het besef bij de gemeentebe
sturen, opgewekt door aandrang van het ge
neeskundig staatstoezicht, dat in elke gemeen
te ten minste één deskundige gevestigd dient
te zijn, of in allen gevalle zoo in de nabijheid,
dat de ingezetenen niet van alle hulp versto
ken zullen wezen. Waar in vroegere jaren geen
tractement voor een geneesheer of vroedvrouw
beschikbaar was gesteld, wordt daarom thans
voor dit doel een som op de gemeente begroo
ting gebracht. Want slechts in dat geval be
staat er vooruitzicht op subsidie van het rijk;
altijd indien ook nog de provincie een gelijk
bedrag daaraan wil toevoegen.
Wegens deze redenen zijn de rijks-subsidiën
zeer ongelijk verdeeld; een cijfer, afwisselend
tussehen 1 en 11 gemeenten van slechts 9 pro
vinciën, put voor dit doel uit 's rijksschatkist
de gemeenten in Utrecht ontvangen niemendal
$n evenmin die in Drenthe.
Over 't algemeen is de eerste provincie goed
voorzien van geneeskundigen, doch hoewel in
de laatste geheele streken zonder geneeskun
digen of vroedvrouwen zijn, kan geene der ge
meenten aanspraak maken op een toelage, om
dat de Staten der provincie niet geneigd zijn
mede daaraan bij te dragen.
Terwijl dooreengenomen in de andere provin
ciën dan ook slechts 5 pCt. der overledenen
sterven zonder geneeskundige behandeling, is
dit cijfer tussehen 13 en 14 pCt. voor Drente.
Vrij constant worden in de adere provinciën
op iedere honderd geboorten 4 ft 5 als leven
loos aangegeven, in Drente alleen 6 pCt., en
terwijl op iedere duizend sterfgevallen in de
meeste provinciën nauwelijks vijf voorkomen
tengevolge van ziekten in het kraambed, klimt
dit cijfer tot negen in de provincie Drente,
waarbij vooral niet uit het oog mag worden
verloren, dat over 't algemeen deze laatste
ziekten meer voorkomen in de groote opeen-
hoopingen der bevolking met hare gebrekkige
huisvesting in de steden, en deze laatste juist
in Drente geheel ontbreken, waar bijna de
geheele provincie platteland is.
Een opmerkelijke omstandigheid bij het toe
kennen dezer subsidiën is mede, dat er eigenlijk
geen voorwaarden aan verbonden zijn en geen
verplichtingen voor den benoemde uit voort
vloeien. Vanwege de gemeente, die 1/3 bij
draagt in het totaal tractement van den
geneesheer, zal natuurlijk wel altijd, naast de
verplichting van kostelooze inenting en dood
schouw, de eisch worden gesteld de armen
kosteloos te behandelen, doch de autoriteiten
die het overige 2/3 van het salaris jaarlijks
bijpassen, hebben geen middel hoegenaamd om
toe te zien, dat het beoogde doel wordt bereikt,
namelijk voorziening in geneeskundige hulp, waar
deze anders zou ontbreken. Er is toch geen
enkele verplichting, die den aldus bezoldigden
geneesheer dwingt hulp te verleenen, wanneer
hij om de eene of andere reden daartoe niet
genegen is. Er kan zoodoende gebrek aan
geneeskundige hulp bestaan in eene gemeente,
waar toch het rijk en de provincie te zamen
het grootste deel der kosten dragen, voor
de vestiging van een geneesheer vereischt.
3en in dit voorbeeld meer in 't bijzon
der als een onregelmatigheid in het oog sprinet,
moet echter in 't algemeen ieder treffen, die
nauwkeurig kennisneemt van de toestanden op
geneeskundig gebied in ons land. Aan vier
universiteiten worden de beste krachten bijeen
gebracht om jongelui, die zich elk jaar in
steeds grooter aantal aanbieden, op te leiden
tot bekwame geneesheerenzeer aanzienlijk
zijn de onkosten, welke daarvoor uit 's lands
schatkist worden geput en niemand zal ont
kennen, dat het peil van kennis en bekwaam
heid der nederlandsche geneesheeren in door
snede en vergeleken bij andere landen, zeer
hoog staatdoch het heeft den schijn alsof
ook de staat zijn taak volbracht acht, wanneer
hij op deze wijze telken jare een meer dan
voldoend aantal aan de maatschappij heeft af
geleverd, het min of meer aan het toeval en
de omstandigheden overlatende of de voor
handen geneeskundige hulp nu ook werkelijk
overal waar zij noodig is, ten goede komt aan
de bevolking, die de opleiding voor het grootste
deel hielp bekostigen.
Iedere medicus toch is volkomen vrij zich te
vestigen waar hij verkiest en voor zijne hulp
aan de patiënten de voorwaarden te stellen,
welke hem goeddunken.
Dientengevolge was op zeer vele plaatsen
langen tijd gebrek aan geneeskundige hulp,
omdat niemand er verlangde te wonenen om
althans voor een deel daarin tegemoet te ko
men, heeft de regeering het eerst in het jaar
1884 en daarna, zooals wij zagen, elk volgend
jaar een steeds grooter bedrag op de staatsbe-
grooting uitgetrokken, thans reeds f 11.000f
welke som als premie dienst moet doen om
zich in die plaatsen te vestigen, zonder verder
eenige verplichting daaraan te verbinden.
Ook verder bemoeit de Nederlandsche staat
er zich niet mede, of ten slotte de geneeskun
dige hulp onder het bereik valt der burgerij.
In het algemeen bestaan geene wettige ver
plichtingen voor provinciën of gemeenten om
ziekenhuizen op te richten, of de verpleging van
zieken op andere wijze behoorlijk te regelen
ten behoeve dier overgroote klasse ran burgers,
die door gebrekkige woning of onvermogen der
huisgenooten zeiven daarin onmogelijk kunnen
voorzien. Bij de volkomen vrijheid van tarief
bepaling der geneeskundigen is het bovendien
voor de geheele arbeidersbevolking in ons
land, en de kleine burgerij over 't algemeen
niet minder, zoo goed als onmogelijk de kosten
van eene eenigszins langdurige ziekte of van
eene ietwat omvangrijke operatie-behandeling
te dragen.
Daarbij komt, dat de levering van genees
middelen, met uitzondering van bijna alle andere
landen, hier te lande buiten de steden en dus
in de meeste plaatsen van Nederland, zonder
eenige concurrentie in banden is van den
neesheer zei ven, die ook daarbij aan geen tarief
gebonden is.
Algemeene, verplichte of officieele zieken
fondsen, waardoor aan den drnkkenden last
dezer tarieven kan worden ontkomen door ge
regelde premiebetaling, bestaan evenmin hier
te lande, zooals in het grootste deel van Eu
ropa tegenwoordig wel het geval is. Onlangs
hebben de geneeskundigen te Amsterdam een
nieuw tarief vastgesteld voor hunne visites en
daarbij als laagsten prijs f 1 aangenomen.
Waar is het gezin van den werkman of den
kleinen winkelier en ambtenaar, die dit kan
betalen bij eene ziekte, welke slechts eenige
weken duurt en waarbij hij waarschijnlijk nog
een gelijk bedrag voor medicijnen zal verschul
digd zijn?
Talrijk zijn de geneesheeren, die geen ver
loskundigen bijstand willen verleenen beneden
don prijs van 10 a 15, ook op plaatsen,
waar geen andere hulp te verkrijgen is. En
evenmin als ik door deze vermelding een af
keurend oordeel wil uitspreken over het Am-
sterdamsche tarief, zal ik, die bij ervaring weet,
welk een reeks van onaangenaamheden in
allerlei opzicht verbonden is aan de verlos
kundige praktijk ten plattelande, dezen eisch
als belooning van mogelijke werkzaamheden
op zich zelf te hoog achten. Dit neemt echter
niet weg, dat daardoor feitelijk een groot
aantal vrouwen van verloskundige hulp is ver
stoken. Eene eenvoudige verplichting voor
ieder gemeentebestuur om ten minste ééne
vroedvrouw aan te stellen of den mannelijken
verloskundige bij zijne benoeming tot gemeente
geneesheer, den eisch te stellen zijn tarief in
overeenstemming te brengen met de draag
kracht der verschillende klassen van inwoners,
zou aan deze wanverhouding gemakkelijk tege
moet komen. Nog onlangs werd in de dag
bladen de klacht openbaar gemaakt over een
geneesheer, ergens ten plattelande alleen ge
vestigd, die weigerde in elk arbeiders gezin te
praktiseeren, waar hij niet contant betaald
werd; en bij vele geneesheeren. die op het land
zitting houden in het eene of andere dorp, nabij
hun standplaats, heerscht standvastig de ge
woonte, niemand zonder betaling van ten minste
1 bij zich toe te laten. Alweer, het is hier
niet mijne bedoeling deze handelwijzen af te
keurenonder de tegenwoordige verhoudingen
hebben geneesheeren allicht evenveel recht als
kooplieden, advocaten en winkeliers om hunne
diensten slechts te verleenen en hunne artike-
ten te leveren tegen een door hen zeiven te
bepalen belooning, c'est h pendre ou h laisser;
gaarne geef ik toe, dat velen onder hen en in
den regel meer dan deze laatsten vaak koste
loos of schaars vergolden hun bijstand Verlee
nen. Dit neemt echter niet weg, dat zeer dik
wijls het tarief of de voorwaarden van betaling,
door hen gesteld, oorzaak zullen zijn van gemis
aan geneeskundige hulp voor hen, die er het
meest behoefte aan hebbenen waar de staat
de algemeene kas laat betalen voor de vorming
der medici, moet hij een stap verder gaan en
door gepaste maatiegelen ook hunne hulp
brengen binnen het bereik van een iegelijk.
Al moge dit ook elders nog niet geheel vol
gens den eisch zijn tot stand gebracht, Neder
land is bijna het eenige rijk waar in deze rich
ting nagenoeg niets is geschied. Buiten do
steden hier te lande goen ziekenhuizen ter ver
pleging van lijders tegen matig tarièf, zooals
in Frankrijk en België door de wet verplich
tend is gesteld; geen algemeen verbreide en
goed georganiseerde ziekenfondsen, zooals in
Duitschland en Oostenrijkgeen tarief van ge
neesmiddelen, algemeen geldend ook voor het
platteland, zooals bijna overal elders, en nog
veel minder tarief voor visites en geneeskun
dige diensten, zooals in sommige kantons van
Zwitserland en in Denemarken, waar buiten
verband met armenbehandeling alle inwoners,
wier inkomen zeker minimum bedraagt, recht
hebben op kostelooze geneeskundige behande
ling en waar voor gezinnen met beperkt inko
men een wettig tarief is vastgesteld.
Men zegge niet, dat de vrijheid van uitoefe
ning der geneeskunst door zulke beperkingen
aan banden zou worden gelegd de staat heeft
de gelegenheid tot opleiding voor sommigen
zijner burgers opengesteld en de ruime uitgaven
daarvoor bekostigdhij kan aan de uitoefening
van het bedrijf, daardoor mogelijk gemaakt,
de voorwaarden verbinden, welke hij tot wel
zijn van het algemeen wenschelijk achtnie
mand kan zich daardoor in zijne rechten ver
kort achten indien zij in tijds ter zijner ken
nis zijn gebracht. Ook daarbij geldt het: c'est
prendre ou h laisser l
Het wordt tijd, dat de regeering al dezen
dingen eens ernstig onder de oogen ziet, om
maatregelen te nemen waardoor de vooruitgang
der geneeskundige wetenschap en de toeneming
van het aantal bekwame geneeskundigen wer
kelijk in het algemeen en zonder onderscheid
aan alle kringen der bevolking ten goede
mogen komen.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Bij kon. besluit is, zooals in een deel der
oplaag van ons vorig nommer reeds is opge
nomen, bonoemd tot dijkgraaf voor den Muije-
polder N. Polderman.
Verder is benoemd tot plaatsvervangend
dijkgraaf voor den Herdijkte Zwarte polder A.
Dellaert.
Tot militaire leden van den militieraad
in Zeeland zijn benoemd de majoor prov.
adj. Van den Oudendijk Pieterse als lid en de
kapitein Opstelten als zijn plaatsvervanger.
Klein, maar keurig netjes en geheel vol
doende aan de eischen, die men aan zoodanige
zaak stellen kan, is de winkel, dien de heer
C. L. Hendrikse Jr. in de Segeerstraat alhier
heeft geopend. De smakelijke waar, allerlei
delicatessen, is op aantrekkelijke manier uit
gestald; do worsten, tongen, vleezen enz.
vragen als 't ware om gegeten te worden. Naast
deze artikelen vindt men allerlei comestibles,
koek, beschuit en dergelijken.
Behalve het winkelbedrijf oefent de heer
Hendrikse ook het koksvak uit.
Vrijdagavond gaf de gymnastiek-vereeni-
ging Volharding te G o e 8 in de concertzaal
der sociëteit Van Ongenuchten Vrij een open
bare soirée, die druk bezocht was.
Een viertal nummers waren aan de gymna
stiek gewijd. Er werd kranig gewerkt en vooral
muntten uit de groepen aan de liggende ladder.
Een tweetal blijspelen, ieder in één bedrijf,
Uit het studentenleven door Mets, en Een uur
dokter door Holtrop, werden vlug afgespeeld,
terwijl twee tableaux: Het vertrék ter visch-
vangst en Het offer der zee en een komische
voordracht De drie Rekruten het geheel beslo
ten. De uitvoerenden mochten zich menigmaal
in grooten bijval verheugen. Een geanimeerd
bal besloot den avond.
Voor de betrekking van brievengaarder
teEllewoutsdijk hebben zich niet minder
dan 150 sollicitanten aangemeld.
Het stoomschip City of Boston, gez. Swart,
met stukgoederen van Antwerpen naar Montreal,
is Donderdag avond in 't nauw van Bath om
hoog geloopen en kwam Vrijdag met het mor
gentij niet vlot.
Eerst des namiddags van dien dag te half
vijf uur gelukte het vijf sleepbooten het schip
af te halen, waarna het de reis vervolgde.
Vrijdagmorgen lag voor de haven te
Colijnsplaat, 200 M. uit den wal, het
tjalkschip van schipper E. Smits uit Amster
dam, geladen met suikerpeeën. Daar het in
zinkenden staat verkeerde, werd de noodvlag
geheschen. Dientengevolge gingen van den
wal eenige mannen aan boord en begonnen met
de opperlast overboord te werpen 5 last
peeën) en te pompen. Daardoor ging het schip
rijzen en kon men het lek bespeuren, dat ge
dicht werd, zoodat de schipper zijne reis des
avonds kon voortzetten.
Do lading is geassureerdhet schip niet.
(Voor het Algemeen Overzicht zie men he
bijvoegsel).
Beknopte Mededeelingen.
De Fransche minister van koloniën, Lebon,
is Vrijdag te Marseille teruggekeerd van zijn
reis naar Afrika.
Scheurer-Kestner krijgt waarschijnlijk geen
gewonnen spel. De belangstelling in de zaak-
Dreyfu88 is ingezakt, zonder dat de man, op
wiens streven ieders aandacht was gericht, iets
van belang uitrichtte. En door zijn aarzelen
en weifelen, beeft hij den machtigsten lief boom
den steun der openbare meening verloren. Met
dien steun had bij met halve bewijzen meer
kunnen uitrichten, dan hij nu met heele be
wijzen zal kunnen, vooral omdat hij nu zijn
gezag verspeeld heeften ook dat was een groote
factor, daar Scheurer als een ernstig, degelijk
man werd beschouwd. Van daag of morgen zou
de zaak nog te redden zijD, maar de stroomiDg
is beslist tegen dezen ondervoorzitter van den
Senaat, wiens besliste verklaringen heel wat
hadden doen verwachten.
Onder de hand gaan bladen als VEclio de Paris
nieuwe bewijzen voor Dreyfuss' schuld bijbren
gen, meest erbarmelijk geleuter.
Lord Salisbury's rede geeft, ondanks haar
onbeduidendheid, natuurlijk tot allerlei beschou
wingen in de dagbladen aanleiding. Over het
geheel laat de Fransche pers zich gematigd uit.
De eenige volzin, waarin iets dreigends zou
kunnen gezien worden, omdat de minister daarin
te kennen gaf, dat Engeland'» geduld zijne gren
zen had, weerhoudt b. v. de Temps niet van
te zeggen, dat lord Salisbury voldoende aan de
verwachtingen der vrienden van de eensgezind
heid der volken beantwoord heeft en dat zijne
uiteenzetting van het geschil met Frankrijk in
Afrika kalm en onpartijdig genoeg is.
De Debats betreurt het, dat lord Salisbury
zoo weinig van Egypte gezegd heeft. De be
dreiging, die hij „in zekeren zin schijnt te heb
ben willen formuleeren", komt het blad geheel
hors de propos voor.
Het orgaan des minister-presidents Méline,
de République Fran;aise, erkent, evenals de
Temps, den over het algemeen vredelievenden
toon der rede en prijst lord Salisbury's uitingen
omtrent de samenwerking der mogendheden in
het Oosten.
In een te Londen gehouden speech zeide
lord George Hamilton, staatssecretaris voor
Indië, dat Engeland en Rusland in Azië het
gemakkelijk eens konden worden, indien men
wilde bedenken, dat er „plenty of room" was voor
beide rijken om hun grondgebied uit te breiden-
En de halve godheid Rhodes heeft nog geen
jaar geleden verklaard, dat het juist andersom
was en dat de Engelschen zich moesten haasten
hun gebied te vergrooten, daar de wereld zoo
klein is, dat, als men geen haast maakte, er
niets meer in te palmen zou zijn voor Enge-
lands nijverheid.
De rechtbank te Liegnitz (Pruisen) veroor
deelde den huiseigenaar Neumann uit Kotzenau
ter zake van zware majesteitsschennis, begaan
toen hij op een partijtje, in zijn eigen huis
aan een paar vrienden gegeven, in beschonken
toestand verkeerde, tot éen jaar gevangenisstraf.
De Kölnische Zeitung, dit vonnis vermel
dende, voegt er aan toe
Het ware wellicht beter op dergelijke zaken
geen acht te geven.
Zou het niet nog beter zijn majesteitsschennis
heelemaal niet strafbaar te maken, tenzij deze
in het openbaar plaats heeft?
De Berlijnsche politie ontbond Donder
dagavond een door 800 personen bijgewoonde
anarchistische vergadering, tot herdenking van
de martelaren van Chicago.
De plannen van Oostenrijk voor een inter
nationale conferentie betreffende de suiker-
premiëu is afgestuit op Frankrijk's onwil.
De Oostenrijksche regeering zal nu de zaak
met Duitschland en zoo mogelijk ook met
andere staten regelen.
De Paus heeft nieuwe bewijzen van sym
pathie voor de tegenwoordige dynastie in
Spanje gegeven. Dit belet echter niet dat de
geestelijkheid in het noorden van Spanje en de
daar gevestigde geestelijke orden voortgaan
openlijk de Carlistische zaak te steunen.
De Europeesche admiraals hebben, lui-
deps een telegram van de Times, aan den voor
zitter van de Kretenzer nationale vergadering
de ontvangst bericht van de motie betreffende
het zelfbestuur. Zij hebben echter het beant
woorden van dit stuk uitgesteld fot na de aan
komst van den nieuwen gouverneur.
„Naar aanleiding van het reeds medege
deelde ontslag van Ghalib bey wordt gemeld,
dat ook de Turksche gezanten te Weenen,
Petersburg en Rome in dit jaar nog geen salaris
ontvingen.
De roovers van het Riff hebben eenige
gevangen Europeanen losgelaten.
Voor het eerst sedert den grooten oorlog
van voor 14 jaar heeft men de reis van Berber
naar Soeakim gemaakt. De pioniers, die dat
waagstuk volbrachten, waren de dagbladcor
respondenten, die den veldtocht in Soedan
hadden bijgewoond, en die de reis in elf dagen
op kameelen volbrachten. Zij werden grooten-
deels begeleid door twee Sjeiks, die voor de
veiligheid van den weg instonden, en zij kwa
men vijf karavanen van Soeakim naar Berber
tegen, benevens eene patrouille van 40 man
uit Soeakim, die eene verkenning had gedaan,
maar niets meer van Mahdisten had kunnen
ontdekken.
In Engeland heeft men berichten over
nieuwe pogingen van Rusland, om zijn invloed
in Korea uit te breiden.
INGEZONDEN STUKKEN.
Ingezonden stukken worden in geen geval teruggezonden.
„Een paar kantteekeningen op discussiën
in de laatste gemeenteraadszitting."
Middelburgsche courant 12 Nov. 1897.
De heer Henri Tak windt zich ietwat op,
dat ik in de raadsvergadering van 25 Novem
ber 1891 sprak en stemde voor vrijstelling van
brandkranen en nu in de jongste (ik hoop niet
„de laatste") zitting mijne stem daartegen uit
bracht. Hij had er op knnnen wijzen, dat ook
nog andere raadsleden het toen en het heden
uit een ander oogpunt hebben leeren beschou
wen. En terecht. Immers de ondervinding
heeft geleerd, dat de algemeene aansluiting, die
velen hij den aanleg der waterleiding ver
wachtten, niet verwezenlijkt is. Dat nog tal
van ingezetenen voortgaan het minder aan
bevelenswaardige, vaak met looddeelen bezwan
gerde, water uit hunne yerzamelbakken te ge-