30 ZITTING VAN VRIJDAG 12 NOVEMBER 1897. PRO YINCI ALE STATEN YAN ZEELAND. Zitting van Vrijdag 12 November, 's morgens 10 uur Eesumtie der notulen van de vorige bijeenkomst; mede- deeling afwezige leden; algemeene verslagen der afdee- lingen omtrent de voorstellen van Gedeputeerde Staten, en behandeling der voorstellen. Tegenwoordig de Commissaris der Koningin, 37 leden en de griffier. Behalve de reeds in de vorige zitting genoemde heeren is nog afwezig de heer Kakebeeke. De notulen van het verhandelde in de vorige zitting worden gelezen. De heer üeijse. Mijnheer de voorzitter. Ik heb bij het lezen der notulen niet gehoord, dat ik aan het debat over de motie heb deelgenomen. Ik heb die motie verdedigd, en later nog na den beer Lucasse het woord gevoerd. De voorzitter. De notulen znllen in dezen zin worden aangevuld. De notulen worden hierop goedgekeurd. Aan de orde is het algemeen verslag der afdeelingen, betreffende het voorstel van Gedeputeerde Staten aangaande een adres van de afdeeling Mid delburg van den llgemeenen Rïederlandsclien Typografenbond in Nederland omtrent het wer ken op Kondag. Het voorstel luidt De afdeeling „Middelburg" van den Algemeenen JSederlandschen Typografenbond in Nederland verzoekt in het aan den voet dezes afgedrukte adres nwe ver gadering, een besluit te nemen, om te beletten, dat op de provinciale drukkerij van Zeeland en, voor zoo verre door n invloed kan worden uitgeoefend, ook op andere drukkerijen in de provincie des Zondags worde gewerkt. Dat de Staten geene voorschriften kunnen geven omtrent particuliere drukkerijen, behoeft geen betoog. De drukkerij van de firma U. F. Auer en Zoon, waar de drukwerken der provincie meerendeels gedrukt worden, is eveneens in particuliere exploitatie en wordt door de adressanten ten onrechte „de Provinciale drukkerij" genoemd. Intusschen betreft de vraag, waar en op welke wijze de stukken ten behoeve der provincie gedrukt worden, een punt van uitvoering, zoodat wij u, in verband met het bepaalde bij art. 149 der provinciale wet, voorstellen de beschikking op het adres aan ons over te laten. Het adres lnidt Geeft met verachuldigden eerbied te kennen, de afdeeling Middelburg van den Algemeenen Nederland- schen Typografenbond in Nederland, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 30 April 1897, Staatsblad no. 132, op nieuw gewijzigd goedgekeurd bij H. M. besluit van 28 November 1896, Staatsblad no. 37 dat op de dit jaar door het hoofdbestuur van bovengenoemden Bond gehouden jaarvergadering be sloten is te streven naar algeheele Zondagsrust voor wat betreft de typografische en aanverwante vakken dat het telken jare nog voorkomt dat vooral op de provinciale drukkerij dezer provincie enkele Zondagen of gedeelten van Zondagen moet gewerkt worden, vooral wanneer de zitting van uw College moet plaats hebben dat de afdeeling Middelburg van bovengenoemden Bond overtuigd is dat bij eenigen goeden wil het werken op Zondagen of gedeelten van Zondagen op de provinciale drukkerij dezer provincie kan voorkomen worden dringt er met allen ernst op aan dat de Provinciale Staten van Zeeland een besluit nemen om te beletten dat op de provinciale drukkerij van Zeeland, en, voor zoover zij invloed kunnen uitoefenen, ook op andere drukkerijen in deze provincie des Zondags gewerkt worde. Het algemeen verslag wordt uitgebracht door den heer De Jonge. Aan het onderzoek in de afdeelingen hebben deel genomen 38 leden, waaronder 6 leden van Gedepu teerde StateD. In alle afdeelingen vereenigde men zich met het voorstel van heeren Gedeputeerde Staten. In twee afdeelingen werd bijzonder nadruk gelegd op de wenschelijkheid, om de Zondagsrust zooveel doenlijk te bevorderen. De voorzitter deelt mede, dat Gedeputeerde Staten in dit verslag geene aanleiding vinden, om wijziging te brengen in hnn voorstel. De beer Van der Meer. Mijnheer de voorzitter. Te oordeelen naar de ontvangst, die dit voorstel in de afdeelingen genoot, durf ik mij vleien dat het met al gemeene stemmen, misschien wel zonder stemming, wordt aangenomen. Oppervlakkig beschouwd, kan dus mijn spreken over bodig schijnen. Toch meen ik dat een enkel woord hier niet te onpas isen wel, omdat de noodzakelijke beknoptheid van voorstellen en besluiten vaak den indruk van stroeve, koude behandeling gevenen bij een onder werp als thans aan de orde is, dient vooral die indruk vermeden te worden. Ik begin dan, mijnheer de voorzitter, met mijne blijdschap te kennen te geven dat èn Gedeputeerde Staten èn Provinciale Staten, hoofd voor hoofd, wen- schen mede te werken ter bevordering der Zondagsras*. Meer nog zou het mij verheugen, indien ik dit mocht constateeren omtrent Zondagsheiligingdoch de aangename overeenstemming, reeds verkregen, was mij meer waard dan de wetenschap hoe velen, liever zeide ik, hoe weinigen, zich tegen het meerdere zouden verklaren. Gedeputeerde Staten zeggen in hun voorstel, en terecht, dat de drukkerij van de firma U. F. Auer en Zoon ten onrechte „de Provinciale drukkerij" ge noemd wordtmaar, mijnheer de voorzitter, wij kunnen dit deu typografen niet kwalijk nemenwant voor een woning, grenzende aan de Abdij, staat met dui delijke letters te lezen„drukker van het gewestelijk bestuur van Zeeland." Wij gunnen de firma dien titel en zouden daar tiet gaarne verandering in zien brengen. Want dat de firma dat op haar deurpost plaatst getuigt van liefde voor de zaak. Maar begrijpelijk is dat de werklieden meenden dat dit een andere be- teekenis had. Het is daarom niet overbodig nog eens te wijzen op de verklaring dat de drukker geen ambte naar in Provincialen dienst is. Verder zeggen Gedeputeerde Stalen, evenzeer terecht,- dat de vraag waar en op welke wijze de stukken ten behoeve der Provincie gedrukt worden, een punt van uitvoering is. Hieruit blijkt dat de afdeeling Middelburg van den Algemeenen Nederlandschen lypogra/enbond zich met baar verzoek tot een verkeerd adres heeft gewenden- mocht dit nit het antwoord, door heeren Gedeputeerde Staten aan adressanten te geven, blijken, dan zal het

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1897 | | pagina 33