MIDDELBIRGSCHE COURANT. N°. 257. 140e Jaargang. 1897. Maandag 1 November. Deze courant verschijnt dagelijks, mot uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., ƒ2.- Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. Thermometer Middelburg 30 Oct. 8 u. vm. gr. 12 u.— gr., av. 4 u. gr. F. Verw. zwakke Z. W. wind. Middelburg 50 October. Onnoodig gepraat. Is de optreding van het nieuwe ministerie gerechtvaardigd? Is de samenstelling van het ministerie zoodanig als men dat volgens consti- tutioneele eischen mocht verwachten Ziedaar vragen bij de behandeling der staatsbegrooting in de afdeelingen der Tweede kamer gedaan en op verschillende wijze beantwoord. Torecht merkt de Haagsche briefschrijver van de Zutph. Crt op, dat al dat geredeneer, al die bespiegelingen over andere oplossingen der ministerieele crisissen, die mogelijk zouden zijn geweest, indien dit ministerie niet ware opge treden, onmogelijk tot iets andera kunnen leiden, dan tot tijdverspilling en politieke kibbelarij. „Dit ministerie is er nu eenmaal, terecht of ten onrechte", zoo schrijft hij; en de eenige vraag is, dunkt mij, deze, of het nieuwe kabinet zich door daden het vertrouwen van de meer derheid van de kamer weet waardig te maken. Zoo noen, dan zal het zeker spoedig weer voor een ander ministerie moeten plaats maken, zoo ja, dan zal het gekibbel over de mogelijk heid van een andere oplossing der crisis nie mand meer interesseeren. Wanneer zal men dan eindelijk practisch worden en rekening houden met de feitelijke toestanden Ik weet volstrekt niet of het ministerie-Pierson in do nieuwe kamer op een meerderheid zal kunnen rekenen, maar van welk ministerie zou men dat wel met zekerheid kunnen voorspellen De tijd is voorbij, dat het parlement in twee groote groepen was verdeeld, waarvan beurtelings de een de andere achter de groene tafel opvolgde, al naarmate de eene of andere partij bij de stembus zegevierde. Tegenwoordig, nu er in de kamer 6 of 7 fracties van partijen zijn, vindt een ministerie geen meerderheid, maar moet het zich een vormen. Daardoor is zeker het regeeren moeilijker geworden, maar het heeft dit voor deel, dat partij ministeries in den gewonen zin niet meer mogelijk zijn, want dat geen minis terie kan blijven leven, als het alleen wil steunen op zijn politieke medestanders in enge- ren zin. Dat maakt het ministerieele leven onzekerder, maar geeft ook meer kans op het tot stand komen van nationale wetten. De nieuwe toestand stelt ook nieuwe eischen. Is dit ministerie wel homogeen, heeft men ge vraagd. Als men daarmede verstaat, dat alle acht ministers in alle opzichten dezelfde poli tieke beginselen moeten zijn toegedaan, dan kan, dunkt mij, het ministerie op die vraag geen bevestigend antwoord geven. Zeker, de minister van binnenlandsche en buitenlandsche zaken noemen zich beiden liberaal, maar de politieke geloofsbelijdenis, die de heer De Beaufort tijdens de verkiezingen aflegde, zag er geheel anders uit dan de geloofsbelijdenis, die de heer Borgesius te hooren gaf. En indien zij desniettemin in hetzelfde ministerie hebben zitting genomen, dan is dat alleen te verklaren, indien zij het eens zijn geworden over een werkprogram, dat de nieuwe regeering in de eerste jaren denkt uit te voeren. Is dat niet het geval, dan hebben zij lichtvaardig gehan deld door aan de oproeping van den kabinets formateur gevolg te geven; is dat echter wel het geval, dan bestaat werkelijk een zoo danige homogeniteit als men in de bestaande omstandigheden mag vorderen. Een zuiver homogeen ministerie verdiende gewis de voor keur, maar hoe kan men dien eiseh stellen, als er ook in de Kamer geen homogeene meer derheid te vinden is? Zijn nu echter alle ministers het over een volledig werkprogram volkomen eens gewor den Op dat punt is meerder licht zeker niet overbodig, maar juist daarover vindt men in het verslag zoo goed als niets. Men antwoordemij nietdat spreekt van zelf, want in de Troon rede is immers reeds een program ontwikkeld, en men moet aannemen, dat alle ministers daar mede instemmen. Mij wil het echter voorko men, dat men daaraan niet genoeg heeft. Ver schillende toezeggingen toch in de Troonrede zijn vrij vaag. Daarvoor kunnen goede rede nen zijn, maar waarom dan niet gevraagd die redenen te ontvouwen en de aangekondigde hervormingen nader toe te lichten? Op die wijze is er veel meer kans op een vruchtbaar politiek debat, dan indien men zich begeeft in haarkloverijen over personenkwesties in ver hand met de samenstelling van het ministerie. Niet wie zijt gij, maar wat wilt gij, is dunkt mij de vraag waar het op aankomt. Dat men dit bij het afdeelingsonderzoek van de staats begrooting zoo slecht heeft begrepen, is zeker geen gunstig voorteeken. KERKELIJKE BELASTINC. Onlangs werd, o«k door ons, gemeld dat de kantonrechter te Groningen, vonnis wijzende g de zaak tnsscben de kerkvoogden der Ned. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór één uur aan het bureau bezorgd zijn. Advertentiën: 20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 17 regels 1.50elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per ref Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis aan het bureau te bekomen. Hervormde gemeente en iemand, die hoofdelij ken omslag te betalen, den eisch der kerkvoogden had toegewezen, op grond, dat de gedaagde door zijn doop te Groningen tot de Ned. Hervormde kerk behoorde. Dit vonnis verdient, naar de Kamp. Ct. aan merkt, alleszins de aandacht. Wat is het ge val Sedert vele gemeenten der Ned. Herv. kerk aan geldgebrek lijden, zijn zij hoofdelijke omslagen gaan heffen. Die kerkelijke belasting heeft reeds tot ettelijke processen aanleiding gegeven, waarin o. a. soms als grond door de weigerachtigon werd aangevoerd, dat zij geen belijdenis hadden afgelegd. Maar nu is door den Groningschen kantonrechter beslist, dat men lid is van de Ned. Herv. kerk als men gedoopt is. De Kamp. Ct. schrijft, deze be slissing betreurende: „Een kerkgenootschap draagt geen publiek rechterlijk karakter. Waaraan zulk een genoot schap de bevoegdheid ontleent om iemand geldelijke lasten op te leggen, is ons een raadsel, want zelfs bij de belijdenis aanvaardt men tegenover het genootschap of tegenover de kerkgemeente geen financieele verplichting. Maar wat daarvan zij, in geen geval mag aan den doop een rechtsgrond worden ontleend om iemand eenige verplichting tegenover het kerkgenootschap op te leggen, noch zelfs om hem aan dat genootschap te hinden. Laat de wet eene beslissing als die van den Groninger kantonrechter toe, dan behoort de wet, ook in het belang der gewetensvrijheid, te worden gewijzigd." Jl. Woensdagavond werd te Goes op last van den commissaris van politie eene huis zoeking gedaan bij de weduwe P., in verband met de diefstallen van waschgoederen, in den laatsten tijd onder die gemeente gepleegd. Een gedeelte was reeds in beslag genomen en het overige uit den grond op de bleek, waar het was begraven, te voorschijn gehaald. Ook een partij aardappelen, onder de bed stede verborgen, werd in beslag genomen en bij onderzoek bleek, dat deze in den Wilhel- mmapolder waren ontvreemd. Ook aan den 's-Gravenpolderschen weg waren aardappelen door deze personen weggenomen en verder werd door hen diefstal van mutsen nabij den Tol gepleegd. De verdachte, zijnde H, L., is op last van den commissaris te Ierseke gearresteerd en ge vankelijk naar Middelburg overgebracht. Medeplichtige is M. P. en heelsters zijn we duwe P. en dochter L. {O. Crt.) BENOEHDTGEN ENZ. Bij kon. besluit is aan den heer mr W. H. de Beaufort, minister van buitenlandsche zaken, op zgn verzoek, eervol ontslag verleend als lid der commissie, belast met het afnemen der diplo matieke examens is benoemd tot tecretaris der hoofdcommissie tot herziening van de belastbare opbrengst der gebouwde eigendommen, ingesteld bij art. 12 der wet van 2 Mei 1897 (jütbl. no. 124), C. E. Last, ingenieur-verificateur van het kadaster te 's Gravenhage is aan den len luit. der infanterie J. E. van Gorkura, bij vernieuwing een tijdelijk pensioen voor vijf jaren verleend van f 450 's jaars. Door de rechtbank te Almeloo is, ter ver vulling van de vacature van kantonrechter, aldaar opgemaakt de volgende lijst van aan beveling mr M. Oldenhuis Gratamajhr mr W. H. Hoeufft, griffiers bij de kantongerechten te Hoogeveen en Z i e r i k z e e, en mr H. J. Ladenius, kantonrechter te Vianen. UIT STAD EN PROVINCIE. Bij kon. besl. zijn tot voorzitter en bur gerlijke leden van den militieraad in Z e e 1 a n d en tot hunne plaatsvervangers voor de lichting der nationale militie van 1898 benoemd: tot voorzitter, J. H. C. Heyse, lid der Provinciale statentot zijn plaatsvervanger, jhr. C. J. J. A. van Teylingen, lid der Provinciale staten tot lid dr. A. van der Swalme, lid van den gemeenteraad van Middelburgtot zijn plaats vervanger, mr. A. P. Snouck Hurgronje, lid van den gemeenteraad van Middelburg. Gedurende de maand September kwamen in de provincie Zeeland voor 2.828 geval len van mond- en klauwzeer bij 237 eigenaars, 10 gevallen van kwade droes bij 1 eigenaar te Hulst en 70 gevallen van vlekziekte bij 70 eigenaars. Het mond- en klauwzeer woedde het ergst te Biervliet 375gevallen, te S t. P h i 1 i p s- 1 and 302, te Poortvliet 385, en te Ierseke 371 gevallen. In de kleine zaal van de sociëteit De Vergenoeging alhier had Vrijdagavond een vergadering plaats van de liberale kiesveree- niging Gemeentebelang. In de eerste plaats was aan de orde de vraag of de vergaderingen dezer vereeniging in den regel openbaar, dan wel besloten zouden zijn. Een voorstel om de bijeenkomsten in den regel besloten te doen zijn, werd met 17 tegen 4 stemmen verworpen. Daarentegen werd met 15 tegen 4 stemmen aangenomen een voorstel om besprekingen over personen in den regel in besloten verga dering te houden. De vraag of zulk een geval zich -voordoet zal door den voorzitter worden heslist, behou dens bevoegdheid der vergadering om een ander besluit te nemen. Daarna kwam aan de orde de verkiezing voor den gemeenteraad, vacature-mr W. A. v. Hoek. In besloten zitting werd caiadidaat ge steld, de heer I. H. C. Heijse. Met ingang van 1 November 1897 is de rijksklerk B. Nijholt ten kantore van den ont vanger der directe belastingen en z. te Sas van Gent, verplaatst naar de directie <ijer middelen alhier. H. K. H. prinses Elisabeth van Waldeck- Pyrmont, kwam Zaterdag morgen met de nacht boot Pri?is Hendrik te Vlissingen aan, vervolgde per aansluitenden trein de reis naar Utrecht. - Door de politie te Vlissingen zijn Vrijdag een drietal knapen ingerekend, die ook nu weer zich schuldig maakten aan het ont vreemden van levensmiddelen, schoeisel enz. uit verschillende winkels. Vrijdagavond is te A a r d e n b u r g ge- vankelgk binnengebracht de schaapherder L. V., die verdacht wordt van schapen te hebben gestolen bij den landbouwer A. H. te St. Kruis. Naar men verneemt, heeft hij reeds gedeeltelijk bekend. L. V. is hier en in België, een goed bekende der politie. Denzelfden avond had aldaar in het lokaal der sociëteit Spoor tot Vriendschap het openbaar examen plaats dér leerlingen van de Volkszang school, dat door een groot aantal belangstel lenden werd bijgewoond. Alle stukken en stuk jes werden verdienstelijk gezongen, wat vooral uitkwam in de laagste klassen, waar op het ge hoor volgens de bekende methode Galin-Paris- Chevé gezongen werd. De onderwijzer, de heer Dieho, had veel succes van zijn onderwijs en oogstte den dank van het publiek bij de op voering van Blauwbaardeen sprookje met zang, dat zeer in den smaak viel. Twee leden van het bestuur hadden zich de moeite gegeven om den zang met viool en piano te begeleiden. Naar men ons heden seint, heeft de heer Dieho bij een val op de straat zijn rechterbeen gebroken. In eene buitengewone vergadering van ingelanden van het waterschap Oud en Jong Breskens, deze week gehouden, is besloten tot begrinding van den weg over den Puijendijk en een gedeelte Slikkenburgsche weg, tenge volge waarvan de gemeente en de polder Breskens over de geheele lengte door een ver harde weg zal zijn doorsneden, daar de weg aansluit ten Westen aan den grintweg van het waterschap Groede en ten Oosten aan den in 1895 begrinden Langen weg. De gemeenteraadszitting te IJ z e n d ij k e was jongstleden Vrijdag hoofdzakelijk gewijd aan de vaststelling der begrooting voor 1898 welke tot meer dan éene verrassing leidde. Zoo werd thans met zes stemmen tegen een (die van den heer Bekaar) f 800 uitgetrokken voor de jaarwedden van den burgemeester en den secretaris, waarover den vorigen keer de stemmen staakten. Verder werd, op voorstel van den heer Carpreau, met 4 tegen 3 stem- besloten1. De jaarwedde van den amb tenaar van den burgerlijken stand ad f 100 te schrappen en die som toe te keanen aan don secretaris2. f 100 voor bureaukosten van den secretaris uit te trekken, niettegenstaande de voorsteller zelf erkende, dat men voor f 100 een wagenvoer papier had en de heer Leenhouts in het midden bracht dat die som vroeger was uitgetrokken om den secretaris voor zijn meer dere werkzaamheden wat te vergoeden en nu daarvoor geen reden meer bestond3. aan zoon van den secretaris, als volontair ter secretarie werkzaam, ongevraagd f 150 jaar wedde toe te staan4. het jaarlijksch subsidie van f 150 aan het fanfarengezelschap Geduld Overwint te doen vervallen. Of de heer Hendrikse al betoogde dat de muzioksocieteit een leerschool is voor de jeugd, waarin reeds velen hun bestaan hebben ge vonden en nog vinden, dat de muziek beschaaft en veredelt, en dat alle ingezetenen, ook zij die geen kunstlievend lid zijn, zooals de voor steller, daarvan toch genieten, niets kon baten, met de bovenvermelde meerderheid, waaronder twee leden die sints jaren voor het verleenen van dat subsidie hebben gestemd, werd deze doo- delijke slag aan het in onze provincie zoo gunstig bekende muziekgezelschap toegebracht. Onder de uitgaven kwam een post voor van f 425 vooi wegens retributie san bet Rijk, Agenten. Te Terneuzen; M. de Jonge; te Rotterdam: Ndgh VAN Ditmar. voor te veel genoten bijdrage aan het open baar onderwijs, wegens een door het hoofd der school in de kom der gemeente begane fout. De heer Hendrikse zeide, dat hij meermalen op de nalatigheden van dat hoofd had gewe zen, doch deze nu zelf zijn nonchalance officiéél had geconstateerd. Na nog eenige besprekingen van onderge schikt belang werd de begrooting in ontvang en uitgaaf vastgesteld ep 30839.68 Vs- De gewijzigde begrooting der schutterij werd goedgekeurd. Het herhalings- en inhalingsonderwljs werd, nadat twee brieven daarover van den districts schoolopziener waren voorgelezen, voorloopig gehandhaafd. Medegedeeld werd, dat voor de vacature van onderwijzer met hoofdacte drie sollicitatiën waren ingekomen en aan den distritsschoolop- ziener ingezonden. Op de vraag van den heer Hendrikse (die. in een vorige vergadering de jaarwedde van f 650 met klimming tot f 700 had verdedigd) of Gedeputeerde Staten deswegen een schrij- hadden gezonden, antwoordde de voor zitter bevestigend en deelde hij van den inhoud een en ander mede. De heer Hendrikse drong aan op voorlezing van dien brief, ten einde met meer juistheid de zaak te kunnen beoordeelen, doch de voor zitter weigerde die voorlezing, aan het lid de vraag stellende of hij hem niet vertrouwde, welke vraag onbeantwoord werd gelaten. Op voorstel van den heer Carpreau zal in eene volgende vergadering uitgemaakt worden of het beursgebouw voor openbare vermake lijkheden als anderzins zal worden verhuurd, iets wat hij de meest gewenschto oplossing voor dat kostbare, bijna niets opbrengende gebouw acht. Een paar gemoentegebouwen werden voor drie jaren aan de tegenwoordige bewoners ver huurd en tot verpachting van het vischrecht op de gemeentewateren besloten. - Te Biervliet is door den raad Ch. Brakke, bewoner van d-e Buitenlustnabij IJzen- dijke, belast met de inning der tolgelden op den Steenweg tusschen beide gemeenten. De vergoeding bedraagt f 50 minder dan de vorige tolgaarder ontving, nl. uitsluitend 15% der tolgelden. Hoewel de gemeente f 6 f 700 minder aan personee le belasting ontvangt dan te voren, bleef de hoofdelijke omslag, dankzij het batig saldo van 't vorige dienstjaar, onge wijzigd. Ook de opcenten der personeele belasting werden niet hooger gesteld, zoodat de Bier- vlietsche belastingschuldigen in '98 niet te klagen zullen hebben. Een bekend handelaar op do veemarkten in hot 4e district, wonende te Hoofdplaat, heeft deze week zonder orde te stellen op zijn zaken, do wijk naar België genomen. - Vrijdagavond omstreeks 9 uur is op de hoogte van het gehucht Kruisdijk, onder Groede, de gemeente-veldwachter van IJzen- dijke, D. Brnyschaart, door een grinttrein BreskensMaldegem vermorseld. Zijn zoontje van 3 jaar liep langs de lijn. Ook de tram SchoondijkeIJzendijke had eds gestopt, wijl de man op de trambaan liep. Het lijk is naar IJzendijke vervoerd, waar dit ongeval veel sensatie verwekte. PROVINCIALE STATEN VAN ZEELAND' Zooals in 't kort in ons vorig nommer onder Laatste berichten werd medegedeeld, wordt door Gedeputeerde staten aan do Provinciale staten gevraagd hun college machtiging te verlee nen tot het aanschaffen van eene nieuwe stoomboot van gelijke snelheid als de Walche- en de Zeeuwsch-Vlaanderen tot een prijs van ten hoogste 130.000, voor zooveel noodig te dekken door een leening. In hun voorstel te dezer zake herinneren Ged. staten aan het besluit der staten van 6 Nov. 1896, waarbij op preadvies van Ged. staten verworpen werd een door zeven leden ingediend voorstel, om onverwijld over te gaan tot den bouw van een derde stoomboot voor den dienst op de Wester-Schelde. Dat advies was toen go- grond op de ontijdigheid van de aanschaffing. Do commissie van toezicht op den Wester- Scheldedienat heeft na dat besluit een grondig onderzoek ingesteld naar de doelmatigheid van het bestaande materieel voor de regelmatige uitoefening van den dienst, ook in verband met de herhaaldelijk voorkomende averijen. Het resultaat was, dat de commissie rappor teerde dat hare verwachting in de Walcheren en de Zeeuwsch-Vlaanderenna de ten vorige jare ondergane reparatiën aan de voor derge lijke schepen redelijkerwijze te stellen eischen zouden voldoen, ten aanzien van geen van beide door de sedert opgedane ervaring beves tigd is. Gedurig moesten deze snelvarende booten wegens meer of minder belangrijke herstellin gen afwisselend voor korter of langer tijd bui ten dienst gesteld worden. Daarbij waren die gebreken van zoo ernstigen aard, dat men voortdurend aan eene onverwachte storing van den dienst blootgesteld is. Het is namelijkge- bleken, dat de vuurgangen van de ketels dezer booten neiging toonen om te scheuren, waar door die van de Zeeuwsch-Vlaanderen reeds viermalen, die van de Walcherenhoewel in geringere mate, reeds driemalen herstelling be hoefden. Ofschoon deze scheuren aan de werf der Maatschappij de Schelde spoedig en volgens de verklaring van de op die schepen dienst doende machinisten op zeer solide wijze door opgezette lappen hersteld werden, zoo blijft de mogelijkheid van herhaling en van verlenging der herstelde scheuren welk geval zich reeds voordeed bestaanzeer bevoegde deskun digen wisten noch van de oorzaak, noch van den aard dezer werking eene verklaring te geven. Het komt daardoor meermalen voor, dat slechts éen snelvarende boot in dienst is, welke dan te lang achtereen dienst moet doen, en op haar beurt herstelling behoeft en uit de vaart moet genomen worden. Dat hieruit storing van den dienst voort vloeit, is in den laatsten tijd herhaaldelijk ge bleken, en vooral in den winter is het voor eene behoorlijke uitoefening van den dienst onmisbaar voortdurend twee snelvarende boo ten in de vaart te hebben. De overweging van een en ander heeft do commissie de overtuiging gegeven, dat thans de tijd gekomen is, om vermeerdering van materieel aan te vragen, hoe noode zij dit offer ook van de provinciale fondsen vergt. Met betrekking tot de vraag op welke wijze daarin het best èn uit een financieel oogpunt én in het belang van den dienst kan voorzien worden, werd de mogelijkheid nagegaan om do machine van De Westerschelde in een nieuw te bouwen schip te plaatsen, wat door de maatsch. De Schelde mogelijk geacht werd. De prijs van zoodanig schip, met inbegrip van de kosten van overplaatsing en van reparatie werd begroot op f 75000. Gedeputeerde Staten komt die prijs te hoog voor en zij achten de belangen van den dienst meer gediend door den aankoop van een derde snelvarende boot. Aan het slot van hun voorstel zeggen Gede puteerde Staten. ,Wordt eene nieuwe boot aangeschaft, dan zal de dienst met drie snelvarende booten in den regel naar behooren kunnen worden ver- rioht. Men wachte zich echter ook dan voor overdreven verwachtingen. Stoornis in den dienst zal dan, naar wij hopen, tot de uitzon deringen behooren, maar zij zal nimmer geheel te vermijden zijn. ,Door ongunst van weêr of getij zal steeds het gevaar blijven, dat eene aansluiting wordt gemist. Want men vergete niet, dat deze dienst ten aanzien van de verbindingen met spoor en tram aan weêrzijden van de Schelde in zeer ongunstige omstandigheden verkeert, waarin geene afdoende verbetering te wachten is. Do spoor- en tramwegbesturen zijn verplicht den loop hunner treinen te regelen naar de bestaan - de vastclandsverbindingen ten Noorden enten Zuiden, terwijl het verkeer over de Schelde niet druk genoeg is, om ten behoeve daarvan eene afzonderlijke dienstregeling in het leven te roepen. Daardoor is voor den Provincialen Stoombootdienst do tijd van het traject dik wijls zeer beperkt en kan ieder oponthoud eene aansluiting doen missen. Bij de aanschaffing van eeno nieuwe boot zal de dienst niet volmaakt worden, maar zal die in elk geval zoodanig kunnen ingericht worden, dat onvoorziene rampen daargelaten aan alle billijkerwijze te stellen eischen vol daan wordt." Naar aanleiding van een adres van II. Nieveen, om concessie voor een stoomtramweg van Goes naar 's Gravenpolder en vergunning tot ge bruik van den steiger te Hoedekenskerke, wij zen Ged. Staten er op, dat voor het gebruik van den steiger geen vergunning noodig is en dat voor het leggen van spoorstaven in den weg van Goes naar 's Gravenpolder alleen vergun ning van Ged. Staten behoeft te worden ver kregen. Zij stellen daarom voor de beschikking op dit adres aan hun college over te laten. Met betrekking tot een adres van don ge meenteraad van Hoofdplaat, om deze gemeente onder de aanlegplaatsen van den provincialen stoombootdienst op de Wester-Schelde op te nemen, stellen Ged. Staten, onder verwijzing naar het aangevoerde bij hun voorstel tot sta king van de proefvaart op de genoemde ge meente, voor het verzoek af te wijzen. Door negen inwoners van Hoedekenskerke en omliggende gemeenten is een adres ingediend om een „mildere regeling" van den stoomboot dienst op de Wester-Schelde. Met bet oog op de late indiening van bet

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1897 | | pagina 1