MIDDELBIRGSCHE COURANT.
N°. 257.
140e Jaargang.
1897.
Maandag
1 November.
Deze courant verschijnt dagelijks, mot uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., ƒ2.-
Afzonderlijke nummers kosten 5 cent.
Thermometer
Middelburg 30 Oct. 8 u. vm. gr. 12 u.— gr.,
av. 4 u. gr. F. Verw. zwakke Z. W. wind.
Middelburg 50 October.
Onnoodig gepraat.
Is de optreding van het nieuwe ministerie
gerechtvaardigd? Is de samenstelling van het
ministerie zoodanig als men dat volgens consti-
tutioneele eischen mocht verwachten Ziedaar
vragen bij de behandeling der staatsbegrooting
in de afdeelingen der Tweede kamer gedaan
en op verschillende wijze beantwoord.
Torecht merkt de Haagsche briefschrijver van
de Zutph. Crt op, dat al dat geredeneer, al die
bespiegelingen over andere oplossingen der
ministerieele crisissen, die mogelijk zouden zijn
geweest, indien dit ministerie niet ware opge
treden, onmogelijk tot iets andera kunnen leiden,
dan tot tijdverspilling en politieke kibbelarij.
„Dit ministerie is er nu eenmaal, terecht of ten
onrechte", zoo schrijft hij; en de eenige vraag
is, dunkt mij, deze, of het nieuwe kabinet
zich door daden het vertrouwen van de meer
derheid van de kamer weet waardig te maken.
Zoo noen, dan zal het zeker spoedig weer voor
een ander ministerie moeten plaats maken,
zoo ja, dan zal het gekibbel over de mogelijk
heid van een andere oplossing der crisis nie
mand meer interesseeren. Wanneer zal men dan
eindelijk practisch worden en rekening houden
met de feitelijke toestanden Ik weet volstrekt
niet of het ministerie-Pierson in do nieuwe
kamer op een meerderheid zal kunnen rekenen,
maar van welk ministerie zou men dat wel
met zekerheid kunnen voorspellen De tijd is
voorbij, dat het parlement in twee groote
groepen was verdeeld, waarvan beurtelings de
een de andere achter de groene tafel opvolgde,
al naarmate de eene of andere partij bij de
stembus zegevierde. Tegenwoordig, nu er in de
kamer 6 of 7 fracties van partijen zijn, vindt
een ministerie geen meerderheid, maar moet het
zich een vormen. Daardoor is zeker het regeeren
moeilijker geworden, maar het heeft dit voor
deel, dat partij ministeries in den gewonen zin
niet meer mogelijk zijn, want dat geen minis
terie kan blijven leven, als het alleen wil
steunen op zijn politieke medestanders in enge-
ren zin. Dat maakt het ministerieele leven
onzekerder, maar geeft ook meer kans op het
tot stand komen van nationale wetten.
De nieuwe toestand stelt ook nieuwe eischen.
Is dit ministerie wel homogeen, heeft men ge
vraagd. Als men daarmede verstaat, dat alle
acht ministers in alle opzichten dezelfde poli
tieke beginselen moeten zijn toegedaan, dan
kan, dunkt mij, het ministerie op die vraag
geen bevestigend antwoord geven. Zeker, de
minister van binnenlandsche en buitenlandsche
zaken noemen zich beiden liberaal, maar de
politieke geloofsbelijdenis, die de heer De
Beaufort tijdens de verkiezingen aflegde, zag
er geheel anders uit dan de geloofsbelijdenis,
die de heer Borgesius te hooren gaf. En indien
zij desniettemin in hetzelfde ministerie hebben
zitting genomen, dan is dat alleen te verklaren,
indien zij het eens zijn geworden over een
werkprogram, dat de nieuwe regeering in de
eerste jaren denkt uit te voeren. Is dat niet
het geval, dan hebben zij lichtvaardig gehan
deld door aan de oproeping van den kabinets
formateur gevolg te geven; is dat echter
wel het geval, dan bestaat werkelijk een zoo
danige homogeniteit als men in de bestaande
omstandigheden mag vorderen. Een zuiver
homogeen ministerie verdiende gewis de voor
keur, maar hoe kan men dien eiseh stellen,
als er ook in de Kamer geen homogeene meer
derheid te vinden is?
Zijn nu echter alle ministers het over een
volledig werkprogram volkomen eens gewor
den Op dat punt is meerder licht zeker niet
overbodig, maar juist daarover vindt men in het
verslag zoo goed als niets. Men antwoordemij
nietdat spreekt van zelf, want in de Troon
rede is immers reeds een program ontwikkeld,
en men moet aannemen, dat alle ministers daar
mede instemmen. Mij wil het echter voorko
men, dat men daaraan niet genoeg heeft. Ver
schillende toezeggingen toch in de Troonrede
zijn vrij vaag. Daarvoor kunnen goede rede
nen zijn, maar waarom dan niet gevraagd die
redenen te ontvouwen en de aangekondigde
hervormingen nader toe te lichten? Op die
wijze is er veel meer kans op een vruchtbaar
politiek debat, dan indien men zich begeeft in
haarkloverijen over personenkwesties in ver
hand met de samenstelling van het ministerie.
Niet wie zijt gij, maar wat wilt gij, is dunkt
mij de vraag waar het op aankomt. Dat men
dit bij het afdeelingsonderzoek van de staats
begrooting zoo slecht heeft begrepen, is zeker
geen gunstig voorteeken.
KERKELIJKE BELASTINC.
Onlangs werd, o«k door ons, gemeld dat de
kantonrechter te Groningen, vonnis wijzende
g de zaak tnsscben de kerkvoogden der Ned.
Advertentiën voor het eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór één uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Advertentiën: 20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per ref
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige
voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis
aan het bureau te bekomen.
Hervormde gemeente en iemand, die
hoofdelij ken omslag te betalen, den eisch der
kerkvoogden had toegewezen, op grond, dat
de gedaagde door zijn doop te Groningen tot
de Ned. Hervormde kerk behoorde.
Dit vonnis verdient, naar de Kamp. Ct. aan
merkt, alleszins de aandacht. Wat is het ge
val Sedert vele gemeenten der Ned. Herv.
kerk aan geldgebrek lijden, zijn zij hoofdelijke
omslagen gaan heffen. Die kerkelijke belasting
heeft reeds tot ettelijke processen aanleiding
gegeven, waarin o. a. soms als grond door de
weigerachtigon werd aangevoerd, dat zij geen
belijdenis hadden afgelegd. Maar nu is door
den Groningschen kantonrechter beslist, dat
men lid is van de Ned. Herv. kerk als men
gedoopt is. De Kamp. Ct. schrijft, deze be
slissing betreurende:
„Een kerkgenootschap draagt geen publiek
rechterlijk karakter. Waaraan zulk een genoot
schap de bevoegdheid ontleent om iemand
geldelijke lasten op te leggen, is ons een
raadsel, want zelfs bij de belijdenis aanvaardt
men tegenover het genootschap of tegenover
de kerkgemeente geen financieele verplichting.
Maar wat daarvan zij, in geen geval mag
aan den doop een rechtsgrond worden ontleend
om iemand eenige verplichting tegenover het
kerkgenootschap op te leggen, noch zelfs om
hem aan dat genootschap te hinden.
Laat de wet eene beslissing als die van den
Groninger kantonrechter toe, dan behoort de
wet, ook in het belang der gewetensvrijheid,
te worden gewijzigd."
Jl. Woensdagavond werd te Goes op
last van den commissaris van politie eene huis
zoeking gedaan bij de weduwe P., in verband
met de diefstallen van waschgoederen, in den
laatsten tijd onder die gemeente gepleegd.
Een gedeelte was reeds in beslag genomen
en het overige uit den grond op de bleek, waar
het was begraven, te voorschijn gehaald.
Ook een partij aardappelen, onder de bed
stede verborgen, werd in beslag genomen en
bij onderzoek bleek, dat deze in den Wilhel-
mmapolder waren ontvreemd. Ook aan den
's-Gravenpolderschen weg waren aardappelen
door deze personen weggenomen en verder
werd door hen diefstal van mutsen nabij den
Tol gepleegd.
De verdachte, zijnde H, L., is op last van
den commissaris te Ierseke gearresteerd en ge
vankelijk naar Middelburg overgebracht.
Medeplichtige is M. P. en heelsters zijn we
duwe P. en dochter L. {O. Crt.)
BENOEHDTGEN ENZ.
Bij kon. besluit
is aan den heer mr W. H. de Beaufort,
minister van buitenlandsche zaken, op zgn
verzoek, eervol ontslag verleend als lid der
commissie, belast met het afnemen der diplo
matieke examens
is benoemd tot tecretaris der hoofdcommissie
tot herziening van de belastbare opbrengst
der gebouwde eigendommen, ingesteld bij art.
12 der wet van 2 Mei 1897 (jütbl. no. 124), C.
E. Last, ingenieur-verificateur van het kadaster
te 's Gravenhage
is aan den len luit. der infanterie J. E. van
Gorkura, bij vernieuwing een tijdelijk pensioen
voor vijf jaren verleend van f 450 's jaars.
Door de rechtbank te Almeloo is, ter ver
vulling van de vacature van kantonrechter,
aldaar opgemaakt de volgende lijst van aan
beveling mr M. Oldenhuis Gratamajhr mr
W. H. Hoeufft, griffiers bij de kantongerechten
te Hoogeveen en Z i e r i k z e e, en mr H. J.
Ladenius, kantonrechter te Vianen.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Bij kon. besl. zijn tot voorzitter en bur
gerlijke leden van den militieraad in Z e e 1 a n d
en tot hunne plaatsvervangers voor de lichting
der nationale militie van 1898 benoemd: tot
voorzitter, J. H. C. Heyse, lid der Provinciale
statentot zijn plaatsvervanger, jhr. C. J. J.
A. van Teylingen, lid der Provinciale staten
tot lid dr. A. van der Swalme, lid van den
gemeenteraad van Middelburgtot zijn plaats
vervanger, mr. A. P. Snouck Hurgronje,
lid van den gemeenteraad van Middelburg.
Gedurende de maand September kwamen
in de provincie Zeeland voor 2.828 geval
len van mond- en klauwzeer bij 237 eigenaars,
10 gevallen van kwade droes bij 1 eigenaar te
Hulst en 70 gevallen van vlekziekte bij 70
eigenaars.
Het mond- en klauwzeer woedde het ergst
te Biervliet 375gevallen, te S t. P h i 1 i p s-
1 and 302, te Poortvliet 385, en te
Ierseke 371 gevallen.
In de kleine zaal van de sociëteit De
Vergenoeging alhier had Vrijdagavond een
vergadering plaats van de liberale kiesveree-
niging Gemeentebelang.
In de eerste plaats was aan de orde de
vraag of de vergaderingen dezer vereeniging
in den regel openbaar, dan wel besloten
zouden zijn.
Een voorstel om de bijeenkomsten in den
regel besloten te doen zijn, werd met 17 tegen
4 stemmen verworpen.
Daarentegen werd met 15 tegen 4 stemmen
aangenomen een voorstel om besprekingen
over personen in den regel in besloten verga
dering te houden.
De vraag of zulk een geval zich -voordoet
zal door den voorzitter worden heslist, behou
dens bevoegdheid der vergadering om een
ander besluit te nemen.
Daarna kwam aan de orde de verkiezing
voor den gemeenteraad, vacature-mr W. A. v.
Hoek. In besloten zitting werd caiadidaat ge
steld, de heer I. H. C. Heijse.
Met ingang van 1 November 1897 is de
rijksklerk B. Nijholt ten kantore van den ont
vanger der directe belastingen en z. te Sas van
Gent, verplaatst naar de directie <ijer middelen
alhier.
H. K. H. prinses Elisabeth van Waldeck-
Pyrmont, kwam Zaterdag morgen met de nacht
boot Pri?is Hendrik te Vlissingen aan,
vervolgde per aansluitenden trein de reis
naar Utrecht.
- Door de politie te Vlissingen zijn
Vrijdag een drietal knapen ingerekend, die ook
nu weer zich schuldig maakten aan het ont
vreemden van levensmiddelen, schoeisel enz.
uit verschillende winkels.
Vrijdagavond is te A a r d e n b u r g ge-
vankelgk binnengebracht de schaapherder L.
V., die verdacht wordt van schapen te hebben
gestolen bij den landbouwer A. H. te St. Kruis.
Naar men verneemt, heeft hij reeds gedeeltelijk
bekend. L. V. is hier en in België, een goed
bekende der politie.
Denzelfden avond had aldaar in het lokaal
der sociëteit Spoor tot Vriendschap het openbaar
examen plaats dér leerlingen van de Volkszang
school, dat door een groot aantal belangstel
lenden werd bijgewoond. Alle stukken en stuk
jes werden verdienstelijk gezongen, wat vooral
uitkwam in de laagste klassen, waar op het ge
hoor volgens de bekende methode Galin-Paris-
Chevé gezongen werd. De onderwijzer, de heer
Dieho, had veel succes van zijn onderwijs en
oogstte den dank van het publiek bij de op
voering van Blauwbaardeen sprookje met
zang, dat zeer in den smaak viel.
Twee leden van het bestuur hadden zich de
moeite gegeven om den zang met viool en
piano te begeleiden.
Naar men ons heden seint, heeft de heer
Dieho bij een val op de straat zijn rechterbeen
gebroken.
In eene buitengewone vergadering van
ingelanden van het waterschap Oud en Jong
Breskens, deze week gehouden, is besloten tot
begrinding van den weg over den Puijendijk
en een gedeelte Slikkenburgsche weg, tenge
volge waarvan de gemeente en de polder
Breskens over de geheele lengte door een ver
harde weg zal zijn doorsneden, daar de weg
aansluit ten Westen aan den grintweg van
het waterschap Groede en ten Oosten aan den
in 1895 begrinden Langen weg.
De gemeenteraadszitting te IJ z e n d ij k e
was jongstleden Vrijdag hoofdzakelijk gewijd
aan de vaststelling der begrooting voor 1898
welke tot meer dan éene verrassing leidde.
Zoo werd thans met zes stemmen tegen een
(die van den heer Bekaar) f 800 uitgetrokken
voor de jaarwedden van den burgemeester en
den secretaris, waarover den vorigen keer de
stemmen staakten. Verder werd, op voorstel
van den heer Carpreau, met 4 tegen 3 stem-
besloten1. De jaarwedde van den amb
tenaar van den burgerlijken stand ad f 100 te
schrappen en die som toe te keanen aan don
secretaris2. f 100 voor bureaukosten van den
secretaris uit te trekken, niettegenstaande de
voorsteller zelf erkende, dat men voor f 100
een wagenvoer papier had en de heer Leenhouts
in het midden bracht dat die som vroeger was
uitgetrokken om den secretaris voor zijn meer
dere werkzaamheden wat te vergoeden en nu
daarvoor geen reden meer bestond3. aan
zoon van den secretaris, als volontair ter
secretarie werkzaam, ongevraagd f 150 jaar
wedde toe te staan4. het jaarlijksch subsidie
van f 150 aan het fanfarengezelschap Geduld
Overwint te doen vervallen.
Of de heer Hendrikse al betoogde dat de
muzioksocieteit een leerschool is voor de jeugd,
waarin reeds velen hun bestaan hebben ge
vonden en nog vinden, dat de muziek beschaaft
en veredelt, en dat alle ingezetenen, ook zij
die geen kunstlievend lid zijn, zooals de voor
steller, daarvan toch genieten, niets kon baten,
met de bovenvermelde meerderheid, waaronder
twee leden die sints jaren voor het verleenen
van dat subsidie hebben gestemd, werd deze doo-
delijke slag aan het in onze provincie zoo
gunstig bekende muziekgezelschap toegebracht.
Onder de uitgaven kwam een post voor van
f 425 vooi wegens retributie san bet Rijk,
Agenten.
Te Terneuzen; M. de Jonge; te Rotterdam:
Ndgh VAN Ditmar.
voor te veel genoten bijdrage aan het open
baar onderwijs, wegens een door het hoofd der
school in de kom der gemeente begane fout.
De heer Hendrikse zeide, dat hij meermalen
op de nalatigheden van dat hoofd had gewe
zen, doch deze nu zelf zijn nonchalance officiéél
had geconstateerd.
Na nog eenige besprekingen van onderge
schikt belang werd de begrooting in ontvang
en uitgaaf vastgesteld ep 30839.68 Vs-
De gewijzigde begrooting der schutterij werd
goedgekeurd.
Het herhalings- en inhalingsonderwljs werd,
nadat twee brieven daarover van den districts
schoolopziener waren voorgelezen, voorloopig
gehandhaafd.
Medegedeeld werd, dat voor de vacature van
onderwijzer met hoofdacte drie sollicitatiën
waren ingekomen en aan den distritsschoolop-
ziener ingezonden.
Op de vraag van den heer Hendrikse (die. in
een vorige vergadering de jaarwedde van
f 650 met klimming tot f 700 had verdedigd)
of Gedeputeerde Staten deswegen een schrij-
hadden gezonden, antwoordde de voor
zitter bevestigend en deelde hij van den inhoud
een en ander mede.
De heer Hendrikse drong aan op voorlezing
van dien brief, ten einde met meer juistheid
de zaak te kunnen beoordeelen, doch de voor
zitter weigerde die voorlezing, aan het lid de
vraag stellende of hij hem niet vertrouwde,
welke vraag onbeantwoord werd gelaten.
Op voorstel van den heer Carpreau zal in
eene volgende vergadering uitgemaakt worden
of het beursgebouw voor openbare vermake
lijkheden als anderzins zal worden verhuurd,
iets wat hij de meest gewenschto oplossing
voor dat kostbare, bijna niets opbrengende
gebouw acht.
Een paar gemoentegebouwen werden voor
drie jaren aan de tegenwoordige bewoners ver
huurd en tot verpachting van het vischrecht
op de gemeentewateren besloten.
- Te Biervliet is door den raad Ch.
Brakke, bewoner van d-e Buitenlustnabij IJzen-
dijke, belast met de inning der tolgelden op
den Steenweg tusschen beide gemeenten.
De vergoeding bedraagt f 50 minder dan de
vorige tolgaarder ontving, nl. uitsluitend 15%
der tolgelden.
Hoewel de gemeente f 6 f 700 minder
aan personee le belasting ontvangt dan
te voren, bleef de hoofdelijke omslag, dankzij
het batig saldo van 't vorige dienstjaar, onge
wijzigd.
Ook de opcenten der personeele belasting
werden niet hooger gesteld, zoodat de Bier-
vlietsche belastingschuldigen in '98 niet te
klagen zullen hebben.
Een bekend handelaar op do veemarkten
in hot 4e district, wonende te Hoofdplaat,
heeft deze week zonder orde te stellen op zijn
zaken, do wijk naar België genomen.
- Vrijdagavond omstreeks 9 uur is op de
hoogte van het gehucht Kruisdijk, onder
Groede, de gemeente-veldwachter van IJzen-
dijke, D. Brnyschaart, door een grinttrein
BreskensMaldegem vermorseld.
Zijn zoontje van 3 jaar liep langs de lijn.
Ook de tram SchoondijkeIJzendijke had
eds gestopt, wijl de man op de trambaan liep.
Het lijk is naar IJzendijke vervoerd, waar
dit ongeval veel sensatie verwekte.
PROVINCIALE STATEN VAN ZEELAND'
Zooals in 't kort in ons vorig nommer onder
Laatste berichten werd medegedeeld, wordt door
Gedeputeerde staten aan do Provinciale staten
gevraagd hun college machtiging te verlee
nen tot het aanschaffen van eene nieuwe
stoomboot van gelijke snelheid als de Walche-
en de Zeeuwsch-Vlaanderen tot een prijs
van ten hoogste 130.000, voor zooveel noodig
te dekken door een leening.
In hun voorstel te dezer zake herinneren
Ged. staten aan het besluit der staten van 6
Nov. 1896, waarbij op preadvies van Ged. staten
verworpen werd een door zeven leden ingediend
voorstel, om onverwijld over te gaan tot den
bouw van een derde stoomboot voor den dienst
op de Wester-Schelde. Dat advies was toen go-
grond op de ontijdigheid van de aanschaffing.
Do commissie van toezicht op den Wester-
Scheldedienat heeft na dat besluit een grondig
onderzoek ingesteld naar de doelmatigheid van
het bestaande materieel voor de regelmatige
uitoefening van den dienst, ook in verband
met de herhaaldelijk voorkomende averijen.
Het resultaat was, dat de commissie rappor
teerde dat hare verwachting in de Walcheren
en de Zeeuwsch-Vlaanderenna de ten vorige
jare ondergane reparatiën aan de voor derge
lijke schepen redelijkerwijze te stellen eischen
zouden voldoen, ten aanzien van geen van
beide door de sedert opgedane ervaring beves
tigd is.
Gedurig moesten deze snelvarende booten
wegens meer of minder belangrijke herstellin
gen afwisselend voor korter of langer tijd bui
ten dienst gesteld worden. Daarbij waren die
gebreken van zoo ernstigen aard, dat men
voortdurend aan eene onverwachte storing van
den dienst blootgesteld is. Het is namelijkge-
bleken, dat de vuurgangen van de ketels dezer
booten neiging toonen om te scheuren, waar
door die van de Zeeuwsch-Vlaanderen reeds
viermalen, die van de Walcherenhoewel in
geringere mate, reeds driemalen herstelling be
hoefden. Ofschoon deze scheuren aan de werf
der Maatschappij de Schelde spoedig en volgens
de verklaring van de op die schepen dienst
doende machinisten op zeer solide wijze door
opgezette lappen hersteld werden, zoo blijft de
mogelijkheid van herhaling en van verlenging
der herstelde scheuren welk geval zich reeds
voordeed bestaanzeer bevoegde deskun
digen wisten noch van de oorzaak, noch van
den aard dezer werking eene verklaring te geven.
Het komt daardoor meermalen voor, dat
slechts éen snelvarende boot in dienst is, welke
dan te lang achtereen dienst moet doen, en op
haar beurt herstelling behoeft en uit de vaart
moet genomen worden.
Dat hieruit storing van den dienst voort
vloeit, is in den laatsten tijd herhaaldelijk ge
bleken, en vooral in den winter is het voor
eene behoorlijke uitoefening van den dienst
onmisbaar voortdurend twee snelvarende boo
ten in de vaart te hebben.
De overweging van een en ander heeft do
commissie de overtuiging gegeven, dat thans
de tijd gekomen is, om vermeerdering van
materieel aan te vragen, hoe noode zij dit
offer ook van de provinciale fondsen vergt.
Met betrekking tot de vraag op welke wijze
daarin het best èn uit een financieel oogpunt
én in het belang van den dienst kan voorzien
worden, werd de mogelijkheid nagegaan om do
machine van De Westerschelde in een nieuw te
bouwen schip te plaatsen, wat door de maatsch.
De Schelde mogelijk geacht werd. De prijs van
zoodanig schip, met inbegrip van de kosten van
overplaatsing en van reparatie werd begroot op
f 75000.
Gedeputeerde Staten komt die prijs te hoog
voor en zij achten de belangen van den dienst
meer gediend door den aankoop van een derde
snelvarende boot.
Aan het slot van hun voorstel zeggen Gede
puteerde Staten.
,Wordt eene nieuwe boot aangeschaft, dan
zal de dienst met drie snelvarende booten in
den regel naar behooren kunnen worden ver-
rioht. Men wachte zich echter ook dan voor
overdreven verwachtingen. Stoornis in den
dienst zal dan, naar wij hopen, tot de uitzon
deringen behooren, maar zij zal nimmer geheel
te vermijden zijn.
,Door ongunst van weêr of getij zal steeds
het gevaar blijven, dat eene aansluiting wordt
gemist. Want men vergete niet, dat deze dienst
ten aanzien van de verbindingen met spoor en
tram aan weêrzijden van de Schelde in zeer
ongunstige omstandigheden verkeert, waarin
geene afdoende verbetering te wachten is. Do
spoor- en tramwegbesturen zijn verplicht den
loop hunner treinen te regelen naar de bestaan -
de vastclandsverbindingen ten Noorden enten
Zuiden, terwijl het verkeer over de Schelde
niet druk genoeg is, om ten behoeve daarvan
eene afzonderlijke dienstregeling in het leven
te roepen. Daardoor is voor den Provincialen
Stoombootdienst do tijd van het traject dik
wijls zeer beperkt en kan ieder oponthoud
eene aansluiting doen missen.
Bij de aanschaffing van eeno nieuwe boot
zal de dienst niet volmaakt worden, maar zal
die in elk geval zoodanig kunnen ingericht
worden, dat onvoorziene rampen daargelaten
aan alle billijkerwijze te stellen eischen vol
daan wordt."
Naar aanleiding van een adres van II. Nieveen,
om concessie voor een stoomtramweg van Goes
naar 's Gravenpolder en vergunning tot ge
bruik van den steiger te Hoedekenskerke, wij
zen Ged. Staten er op, dat voor het gebruik van
den steiger geen vergunning noodig is en dat
voor het leggen van spoorstaven in den weg
van Goes naar 's Gravenpolder alleen vergun
ning van Ged. Staten behoeft te worden ver
kregen.
Zij stellen daarom voor de beschikking op dit
adres aan hun college over te laten.
Met betrekking tot een adres van don ge
meenteraad van Hoofdplaat, om deze gemeente
onder de aanlegplaatsen van den provincialen
stoombootdienst op de Wester-Schelde op te
nemen, stellen Ged. Staten, onder verwijzing
naar het aangevoerde bij hun voorstel tot sta
king van de proefvaart op de genoemde ge
meente, voor het verzoek af te wijzen.
Door negen inwoners van Hoedekenskerke
en omliggende gemeenten is een adres ingediend
om een „mildere regeling" van den stoomboot
dienst op de Wester-Schelde.
Met bet oog op de late indiening van bet