MIDDELBURGSCHE COURANT. N°. 239. 140e Jaargang. 1897. Maandag 11 October. Bietenverbouwers. Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p., 2.— Afzonderlijke nummers kosten 5 cent. Thermometer Middelburg 9 Oct. 8 u. vm. 47 gr, 12 u. 60 iv. 4 u.60 gr. F. Verw. tam. kr. TV', wind. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór één uur aan het bureau bezorgd zijn. Advertentiën: 20 cent per regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en Dankbetuigingen van 1—7 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 èent per regel. Groote letters naar de plaats die zjj innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis aan het bureau te bekomen. Agenten. Te Terneuzen; M. de Jonge; te Rotterdam NlJGH VAN DlTJfAR, Bij deze courant behoort een Bijvoegsel. Middelburg 9 October. Nu de campagne van de beetwortelen voor de deur Btaat en men bijna overal met het rooien daarvan is aangevangennu weldra de fabrieken weer zullen beginnen te werken, nu achten wij het niet overbodig ons ge voelen nog eens nit te spreken over het geen in de naaste toekomst kan en moei gedaan worden in het belang onzer bieten- verbouwende landbouwers. Vooraf verklaren wij ons op een geheel onzijdig standpunt te willen plaatsen. Wij willen laten rusten alle kwesties, die gerezen zijn tusschen de heeren Vorsterman van Oyen en Collot d'Escnry, tusschen Schouw- sche landbouwers en fabrikanten. Wij willen alleen nog eens trachten duidelijk te maken, welke weg, volgens onze bescheiden mee ning, moet ingeslagen worden in het be lang van onze landbouwers. Om ons gevoelen duidelijk te maken, is een kleine terngblik noodig. Bij den aanvang van de bietencultuur waren de fabrieken, die de grondstof verwerkten, vergeleken bij de tegenwoordige, eenvoudig en ondoelmatig ingericht. Men haalde uit de bieten lang niet alle sniker, die daarin aanwezig was. Jaar voor jaar ging de fabri cage echter vooruit, de wetenschap maakte groote vorderingen en de fabxieken werden, de een voor de andere na, verbeterd. Men begon langzamerhand te beproeven bijna al de suiker, die de biet bevatte, daaruit te halen en te gebruiken. Was men in het begin zeer primitief ingericht, wat het los sen, ontschepen, verwerken en schoonmaken der bieten betreft, hierin kwam ook spoedig verbetering. De kosten, voor een en ander te maken, werden minder en minder. Moest men in het begin tot ver in de» winter de fabrieken in gang houden om de aangevoerde en opgeborgen bieten te ver werken, ook daarin kwam verandering. Waar vroeger maanden gearbeid werd, kan men nu dezelfde hoeveelheid in weken verwerken. In 't kortde fabrieken, de een misschien wat vlugger dan de andere, waren steeds aan het verbeteren, en nog altijd gaat men daarmee voort. Maar niet alleen in de fabrieken kwamen belangrijke veranderingen, de fabrikant trachtte ook zijne grondstof te verbeteren, doch vroeg daarin alleen naar zijn eigen voordeel. Iu het begin van de caltuur kreeg hij millioenen kilo's bieten, waarin weinig suiker zat; dat juist moest omgekeerd worden, zijn belang bracht mee weinig kilo's grondstof en veel suiker. Onvermoeid werd daarom gezocht zaad te winnen van die soorten bieteni welke veel suiker bevatten en die niet zoo verbazend snel en groot groeiden. Naar alle zijden be proefde de fabrikant zijn belaDg te behar tigen, wat licht te begrijpen was. Hij moest trachten zijn grondstof zoo goedkoop moge lijk te verkrijgen en daarbjj nog eenige be scherming van wege den fiscus. Een en ander gelukte hemen al moge de bescherming nu heel wat zijn ingekrom pen, de fabrikant geniet ze nog. Maar vooral kon hij profiteeren van den lagen aankoop van zijne grondstof. Daartoe werkte in de eerste plaats mede de daling van de graanprijzen. Waar vroeger voor een hek- toliter tarwe 9 betaald werd aan den landbouwer, zag deze dien prijs dalen tot ƒ5 per Hekt., terwijl meest alle andere granen, meer of minder, in deze daling meegingen. Koren zaaien werd niet meer loonend; de landbouwer, die zijn pacht moest opbrengen, zag uit naar een produkt, dat meer opleverde dan tarwe en andere halmgewassen. En dit vond hij in de suikerpee. Schoorvoetend werd in den beginne kennis gemaakt met het nienwe gewas. Daarbij kwam dat de meekrap in verval geraaktedat schoone product, waar door vroeger menig boer gefortuneerd was geworden, verdween ten slotte geheel. Kon de meekrap den grond verbeteren, de pee zon dien verminderen. Maar de boer kon daarop niet letten, de pacht moest betaald jrprden. En bij richtte rich geheel invoer de bietenteelt. De fabrikant kwam daarbij den landbouw tegemoet met het voorschot- tenstelsel. „Voor iedere Hektare, die gezaaid wordt, geef ik 100 vooruit 1" Dat was een aanbod om van te watertanden, f 100 hand vóór men zaait. In het najaar worden die wel afgetrokken, doch wat nood; wie dan leeft die dan zorgt. Op het oogeu- blik was men gered. Daarom contracteeren tot genoegen van den fabrikant. Waar anders misschien de cultuur de uitbreiding niet had gekregen, welke ze nu heeft, daar was het voorschot het middel om de land bouwers te verzoenen met het denkbeeld van peeën zaaienen juist van dat voorschot- heeft de fabrikant geprofiteerd, om grondstof te verkrijgen, zooals hij noo- dig had. Toen de fabrikant dan ook zaad leverde van een soort bieten, die veel kleiner groeiden, die minder kilo's gaven, toen ontstond er wel eenig gemor onder alle bietenteelende boerentoen zaaide men wel iets minder, maar och, ook aan die kleine soort bieten was men spoedig ge woon. Om het voorschot schikte men zich ook daarin. En de fabrikant, hij begreep dit. Hij profi teerde ervan; en langzaam aan wist hij zijne bepalingen zoo te maken, dat hij volkomen in alles zijn zin kreeg. Die fabrikanten waren trouwens ook prac- tisch. Zij vereenigden zich; en al mochten nu soms hunne belangen uiteenloopen, hierin kwamen zij overeen: tegenover den boer moesten zij krachtig zijn door samenwerking on eendracht. En hun bond breidde zich meer en meer nit, tot deze thans een macht geworden, tegenover welke de boeren krach teloos staan. Want hoezeer stak de houding der bieten verbouwers af tegenover die der fabrikanten Tegenover de kracht der laatsten zwak heid en weifeling bij de eersten. In plaats van eendrachtig samenwerken, slechts een schoorvoetend optreden. Waar eenigen zich vereenigden, werd hun macht gebroken door de bonding van anderen wien wij daarover niet zullen hard vallen, maar wier toegeven wij toch dienen tecon- stateeren. Niet geheel onbeantwoord bleef de roep stem tot aansluiting, maar krachtig open baarde zich het streven daartoe nog niet. En wat werd er van het stichten van een coöperatieve fabriek, waarop werd aan gedrongen? Het bleef bij praten en zeg gen, doch tot daden kwam men niet. Wel werd een commissie samengesteld voor zulk een fabriek; wel toog die aau den arbeid; wel kreeg die geld bijeen om de kosten van vergaderingen enz. te dekken, maar ze ging uit als een nachtkaars. Waar is die commissie? Bestaat ze nóg? Toen in het najaar van 1896 de schoone teelt van dat jaar was ingezameld; toen de landbouwer iu November van dat jaar met goed gevulden buidel, voor geleverde bieten, zijn pacht gemakkelijker dan de twee, drie vorige jaren kon betalen; toen men dus plan- uen maakte, om voor 1897 weer menigen ak ker voot die cultuur te bestemmentoen had de landbouwer weer den fabrikant vergeten. Maar deze was wakker gebleven. Hoewel van regeeringswege een weinig besnoeid in bescherming, wist hij die besnoeiing in de eerste plaats aan te wenden als argument om den prijs der bieten te verlagen, om tal van nieuwe voorwaarden in zijn belang op den voorgrond te schuiven. Bovendien de ruime opbrengst van 1896 was zoo uitlokkend voor de boeren, om voor 1897 weder veel bieten te zaaien, en de graanprijzen waren, hoewel een weinig ge stegen, toch nog te laag om loonend genoemd te worden. Wat zou de boer auders doen dan op den ouden voet voortgaan? De fabrikant, of laat ons liever zeggen De bond van fabrikantenkon thans bepa lingen maken zooveel hij wildebij kon prijs stellen zoo laag hij slechts wenschte. Welnu, hij vorderde franco leveren in waggon of aan scheepsboord, wegen met de mand of anders de weegbrug betalen, en stelde den prijs vast op 8.50 per mille. Meer andere bezwarende bepalingen zullen wij maar niet aanhalen; de genoemde zijn reeds genoeg. Toen deze bepalingen bekend werden, was de landbouwende stand verontwaardigd j en luidde het algemeene wachtwoord„geen peeën zaaien. Nu een boerenbond opgericht een macht tegenover die van de fabrikanten gesteld." En waarlijk, knappe, kundige mannen mannen, die het wezenlijk goed met onzen landbouw meenen, wierpen zich op om de boeren voor te lichtener werd een vereeni- ging opgericht onder den naam van Vereeni- ging van landbmiwers, die suikerbieten ver bouwen. En al moge deze niet aan alle verwachtingen voldaan hebben, dit staat vast, dat tengevolge van haar optreden enkele, al waren het dan ook onderge schikte, bepalingen in de nienwe, door de fabrikanten gestelde voorwaarden veranderd werden. Wegen op de fairbank o. a. werd toegelaten en meer vrijheid in den tijd van leveren werd toegestaan, enz. De prijs kwam echter niet hooger dan 8.50, hoewel de jeugdige vereeniging gaarne aan 9 had vastgehouden, doch op dit punt wilden de fabrikanten niet toe geven. En toch zonden zij, meenen wij, dit wel hebben gedaan, wanneer het ellendige voor- scbottenstelsel niet zijn invloed had doen gelden. Vele landbouwers, wij zeggen velen en niet alle, waren gedwongen te contracteeren. Wel was 1896 een goed jaar voor den land bouw, maar £én zwaluw maakt geen zomer. Er lagen zooveel kwade jaren daarachter, en er waren bij velen nog zoo verschillende pntjes te dempen, dat menigeen blij was, weer voorschot te kunnen ontvangen. Geld kwam te pas, al was het dan ook daar betaald geld. Velen contracteerden daarom in stilte en zoodoende werd de macht der anderen, ook der Vereeniging, gebroken. Wij zijn overtnigd dat, indien de landbouwers éenparig, als éen man hadden kuonen vol houden, door de fabrikanten Bij het voorschottenstelsel dus schuilt het groote gevaar. Wanneer dit kon verdwijnen, wanneer op een andere wijze kon voorzien worden in de behoefte aan geld, dan zouden wij honden ons daarvan overtnigd alle landbouwers wel genegen wezen zich bij die Vereeniging, welke nog veel te weinig leden telt, aan te sluiten en alzoo te toonen dat eendracht macht maakt. Daartoe moet het komen. Thans, nu de graanprijzen een weinig zijn gestegen en de cultuur der granen en die van het koolzaad loonend kan genoemd worden, nu hoorden wij dan ook reeds uit den mond van tal van landbouwers: „wanneer die pry zen zoo blijven, zaaien wij geen bieten meer." En daarom achten wjj thans voor de boeren den tjjd aangebroken om handelend op te treden. Laten thans de mannen, die in het voor jaar zich zoo op de bres hebben gesteld, geen tijd verzuimen, maar flink, daadwer kelijk optreden. De fabrikanten hebben zich vereen igd, zij weten reeds wat zjj voor 1898 willen, maar nn ook moeten de boeren de handen ineen slaan. Allen, die bieten teelen, en zij die by den bietenverbouw en het welzijn der telers betrokken zijn, dienen mee te helpen aan de uitbreiding vaa de Vereeniging en daar door aan het tot stand brengen van een krachtigen bond. Daarbij moet, evenals de fabrikanten, met terzijdestelling van elk persoonlijk verschil, slechts doel zijn om elkaar's belangen voor te staan en te be hartigen tegenover de andere partij. En zelfs, ook de grondeigenaars moeten zich in deze niet onbetuigd latenwant ook hunne belangen zijn hierbij in het spel. Niet lang geleden werd door een hunner beweerd, dat hij op de volgende wijze, naar zijne meening, in het belang van zijn pachter had gehandeldom deze te ontlasten van den druk der suikerfabrikanten, had hij voorge steld hem ook een voorschot te geven van f 100 voor elke hectare, die door hem met tarwe, in plaats van met peeën, werd bezaaid. Wij zullen niet nu reeds een oordeel uit spreken over het nut van znlk een maatregel. Als tijdelijk hulpmiddel, zoolang er geen voorschotbanken zijn en de boer helaas! hnlp noodig heeft, kan zulk een steun, door den grondeigenaar aan den pachter te ver kenen, zijn goede zjjden hebben* kennen elkaar; en de eerste weet van den laatste iu hoever hij het vertrouwen verdient om zulk een voorschot hem te geven. an den anderen kant rijst echter de vraag of znlk een grondeigenaar de goede niet te na gesproken zulk een middel niet als een wapen kan gebruiken om een ongeoorloofde pressie op zijn pachters uit te oefenen, en of bet verleeuen van voor schotten ook wederom die pachters niet zorgeloos zal maken of brengen zal in eene zelfde positie als die, waarin zij thans tot de suikerfabrikanten staan. Toch zou misschien die samenwerking tusschen eigenaar en pachter hare goede zijde kunnen hebben in dien zin, dat zij beiden zouden kunnen overleggen hoever, èn in het belang van het land, èn in dat van den boer, met bet zaaien van suiker bieten moet worden gegaan. Die geheel te laten varen, is zeker niet in beider voordeel; want, gaat die cultuur te niet, wat moet dan, bij lage graanprijzen, de pachter zaaien In den laatsten tijd is zeker meer graan uitgezaaid dan in de vorige vijf jaren, zoo dat er in het a. voorjaar minder land zal beschikbaar zyn om voor bieten te worden gecontracteerd. Dit is een gevolg van de meer voordeelige graanpryzen; maar zal daarin weer niet een ongunstige verandering komen Wil nu de grondeigenaar helpen den boer vry te maken van den druk der suiker- fabrikanten, hij doe dit; maar eigen hulp dient in onze oogen op den voorgrond te staan. De boer moet, verlost van het ellendige voorschotstelsel, als een vry, handelend man staan tegenover den fabrikant, teneinde aldns voor zgn bieten te knunen bedingen wat hem werkeiyk toekomt. Met andere woorden, hij moet zyn bieten kunnen verkoopen, even- als zijne andere vrnebten. Om daartoe te geraken is, naar onze meening, de weg gebaand. Door de ver hoogde graanprijzen zal van zelf de-cultuur van olie- en graangewassen zich uitbreiden en zal de biet minder worden uitgezaaid. Daardoor zal er minder suiker worden ge produceerd en een verhoogde prijs worden gegeven; de fabrikant toch zal dan van zelf wel, ook omdat hij een groot kapitaal in zijne fabriek geplaatst heeft en dit niet renteloos kan doen stilliggen, aan eiscben voldoen. Nn reeds wordt, naar ons wordt gemeld, in enkele deelen van ons gewest aan de boeren, die in het voor jaar voor eigen rekening snikerpeeën hebben gezaaid, 10 per 1000 kilogrammen ge boden en daaraan de gunstige bepaling ver bonden, dat zij in 1898 een evengroote boe veelheid land kannen contracteeren, als thana, ongecontracteerd, bezaaid is. Is dit waar, dan blijkt hieruit dat er dezen en genen fabrikant reeds een neiging beBtaat om toe te geven. Edoeb, zy openbaart zich nog niet alge meen. En wil men voor de toekomst gewaar borgd zyn, dan dienen er vaste stekken gestoken te worden. Daarom dringen wij by onze landbouwers nog eens ten zeerste aan op vereenigen., in den geest zooals de heer G. A. Vorsterman van Oyen en anderen dit herhaaldelijk hebben aangewezenop aanslniting by de herhaalde lijk genoemde vereeniging. En dit te meer nn, zooals onze lezers weten, de suikerfabrikanten zich noch sterker maakten door de oprichting van een coöperatieven bond. Vereenigen, hierin alleen ligt het middel, in het belang van den landbouwenden en bietenverbouwenden stand aan te wenden tot oplossing van een stryd, die reeds veel te lang duurt en waarby de boer steeds in de slechtste conditie verkeert. paardenboonen erwten ƒ6.25, 6.50 a 6.75 per H.L.koolzaad a per H.L. Geut, 8 Oct. Ter veemarkt van heden (Vrijdag) werden te koop gesteld: 36 schapen, lammeren, 73 kalveren, 362 vette var- ms, 9 loopers, 439 biggen, 65 melkkoeien. - groote ossen, 131 jonge ossen, 158 vaarzen, 94 vette koeien, 55 stieren, 253 magere dieren. Prijzen waren per kilog. voor: ossen en vaarzonvleesch fr. 1.28 a fr. 1.35; idem 2de qual. ff. 1.18 k fr. 1.23; koeienvleesch fr. 1.18 k fr. 1.25idem 2de qual fr. 0.90 k fr. 1.07 stierenvleesch fr. 1.10 k fr. 1.25; kalfvleesch fr. 1.50 k fr. 1.65; schapenvleesch fr. 1.45 k fr. 1.50; lamsvleesch fr. 2.k fr. 2.20; en varken8vleesch fr. 1.15 A fr. 1.20. Huiden. Vaarzen, ossen, koeien fr. 0.78 A fr. 0.80stieren fr. 0.64 A fr. 0.66kalveren fr. 0.80 A fr. 0.85. Versch roet fr. 0.23 A fr. 0.27. PRIJZEN VAN EFFECTEN. Staatoleeningen. Koen ran Per telegraaf Gisteren Heden 8 9 Oct. Oct. NEDERLAND. pCt. Bedrag Stutten Cert. N. W. Soh. 2% 1000 88)4 88% dit» Obl8 1000 999/js 99% dit» Cert8 1000 9811/jg 98% HONG. dito goudl. 5 100 102% ITALIË. In». 62/81 5 Lir. 100-100000 OOSTENRIJK. Obl. Mei-Norember.5 fl. 1000 dit» Jan.-Juli... 5 1000 dito dito Goud.. 4 200-1000 POLEN. Obl. S. 44 4 Z.R. 600 PORT. O. B. 63/8 met ticket8 dito dito 1888/89 met ticket4% fr. 500 RUSLAND. Cert. In». Be S. 1854 5 Z.R. IT4 93% 219/16 845/4 863/4 21 >4 dito HO gee. dito 4 dito 1889 dito 4 dito 93 6e Em. 4 dito 94 6e Em. 4 Obl. L. 1807/69 4 Cert. r. B. Asgn. 6 dito 1884 goud 6 SPANJE. O.B.Per. 4 74 126-626 125 74 126 126 997/g 100 1017/g - I 20-100 P.R 1000 G.R. 126-1000 10416/u 104% Pm. 1000-24000 59% Pr. 500-26000 TURKIJE. Gepriy. 4 fr. 500-2600 87% 87% Ceconr. eerie D. d 20-2000 281/4 22% dito dito C. 20-100 24% 24% EGYPTE. O. L. 7« 4 20-100 dito «p. dito 1876 3% 20-100 BRAZILIË. Obl. Londen 1883.... 4 1000- dito Obl. 1889 4 637/g 08% VENEZUELA 1881 4 100-600 87 Industrieele en Financieele ondernemingen. NEDERLAND. pCt. N.W. cnPac.Pbr. 5 Ned. Hand. Msch. Ni-I. Hand." A Zeeland Aaud. dito dito Pr. dito dito Obl. 1886.. 3 DUITSCHLAND Cert. Rijksbank 8811 fa 5813/tt 1371/4 - 8»)* 897/g 2000 800 OOSTENRIJK. O. H. B Spioorwegleeningen* Nederland, pet. HANDELSBERICHTEN. Graanmarkten enz» - I Jzzndihcï, 9 Oct. Ter graanmarkt van' beden was de aanvoer nog niet druk, met vlug gen omzet van het aangevoerde. Men besteedde voor: jarige tarwe 7.75, f 8.a f 8.25; niéuwe a f a f rogge f f a nieuwe dito 5.25, 5.75 a wintèrgerst a per 100 K.G.nieuwe dito 8.8.50 a zomergerst. a nieuws dito -"«"*1 haver 6.25, ƒ6.50 ft Holl. Spoor. Mij tot Expl. van St. Spw. Aand.. Ned. Ctr. 8pw. A. dito Obligatie... N.-I. Spw. Aand. N.-B. Boxt. Obl. gestemp. 1875/80 ITALIË. Spoonr. leening 1887/89 Vict. Em. Sp. O. 8 O. Spw. ObL 8 fr POLEN. W. W. A. Z.I RUSLAND. Gr. Sp. Maatsch. Obligatie 4% dito dito dito 4 Balt. Spv. Aand. 3 w Kurk Ch. Az. O. 4 Moek. Smol. dito 6 AMERIK. Crt. P. O 6 d dit. Calif. Org. dit. 6 Chie. N.-W. Cert. dito le hypt. Cert. 7 dito Mad. Ex. Ob. 7 o Menominie dito 7 N.-W. Union dito 7 Win. St Peter dito 7 dito S. W. ObL 7 Illinois C. t. A. 7 dit. Lea» L. St. Ct. 4 St.P.M.&M.Obl. 7 Un. Pae. Hfdl. dit. 6 111* HIK 250 54i%g 600 581% 58% 600 100 500 1126 26-1250 100 1000 1000 1000 101K 500-1000 1000 500-1000 112 600-1000 600-1000 600-1000 600-1000 600-1000 500-1000 500-1000 1000 100K Premie-lgeeningen. Am. 8 100 NEDERL. Stad Rotterdam.. 3 BELGIE. St. Antw. 188721/».fr. dit» Brussel 1886 2% HONG.Staattl.1870 6. OOSTENRIJK. Staattleening 1854 4 dito 18605 a dit» 1864:..:.. Cred. inst. 1868- RTJSL. Staattl. 1804 5 dit» 1806.5 ir SPANJE. St. Madr. 3 TURKIJE. Spoorwl. 8 i» 105% 100 103 260 500 100 100% 1601)4 100 86*/»' 85 Speciekoera. GOUD I ZILVER Wi»bt. Sour, 12.05 ƒ12.15 Stukk. t. 6 fr. 2.36 ƒ240 8t. t20 mk, h 11,80 11.90 Pxf£. Zily« 1.75 170 9.621/4 0.26%|

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1897 | | pagina 1