MIDDELRURGSUHE COURANT.
IT. 229,
140" Jaargang.
1897.
Woensdag
29 September.
Ssn bedenkelijk anteeedent
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Drijs, per kwartaal, zoowel voor Middelburg als voor alle plaatsen in Nederland franco p.p.,/2.—.
Afzonderlijke nummers kostou 5 cent.
Thermometer
Middelburg 28 Sept. 8 u. vm. 57 gr. 12 u. 68
gr., av. 4 u. 64 gr. F. Verw. tam. kr. Z.O. wind.
Advertentiën voor liet eerstvolgend
nummer moeten des middags vóór één uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Advertentiën: 20 cent por regel. Geboorte- dood- en alle andere familieberichten en
Dankbetuigingen van 17 regels 1.50; elke regel meer 20 cent. Reclames 40 cent per regel.
Groote letters naar de plaats die zij innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige
voorwaarden. Prospectussen daarvan zijn gratis
aan het bureau te bekomen.
Agenten.
Te ZierikzeeA. C. de Mooij, te TholenW. A,
VAN Nieüwenhütjzen.
Middelburg 28 September,
hééft- de gemeenteraad van Middelburg in
zijne jongste zitting in het leven geroepen.
Wij hebben gewacht daarop even de aan
dacht te vestigen totdat het officieele verslag
van de zitting van 7 September in ons bezit
was, terwijl door allerlei zaken van meer urgent
belang die bespreking ook eenigszins is vertraagd.
Wij hebben hierbij het oog op een besluit,
door den raad genomen ten opzichte van een
leeraar aan het gymnasium, wien ontslag werd
verleend „en wel op voorstel van den heer Van
Dunné op de meest eervolle wijze." Zoo luidt
het in het officieele verslag.
Eene kleine aanvulling tot staving der meening
van dit geachte raadslid vinden wij in het ver
slag. in ons blad, waarin werd gezegd dat die
bijvoeging zoo noodig was, omdat het heengaan
van dien leeraar werkelijk een verlies voor het
gymnasium is te achten.
Deze commentaar op de beslissing, waarover
in de Handelingen gezwegen wordt trouwens
dergelijke wijzigingen of weglatingen geschieden
in officieele verslagen wel meer maakt het
besluit van den raad nog bedenkelijker.
Wellicht vond de heer Van Dunné aanleiding
tot zijne ontboezeming in hetgeen voorgevallen
was in de raadszitting van 5 Mei, toen een
der leden bezwaar maakte om, op voorstel van
het dagelijksch bestuur, een ambtenaar eervol
•ntslag te verleenen en de heer Van Hoek op
merkte, dat ambtenaren, die de gemeente beter
hebben gediend daa de daarbij betrokken per
soon,. aan zulk een eervol ontslag geen aan
stoot behoeven te vinden, waar nog andere
fermulen den raad ten dienste staan als „eervol
ontslag onder dankbetuiging voor de diensten,
aan de gemeente bewezen", of „eervol ontslag
voor de vele en gewichtige diensten, aan de
gemeente bewezen".
Hier stonden wij echter voor eetn geheel ander
geval, omdat het gold een ontslag te geven
eervol of zonder eenige bijvoeging*
Wij beginnen met voorop te stellen, dat er
by de kwestie, waarop wij het oog hebben,
wel alle reden zal geweest zijn voor zulk eene
betuiging van waardeering van de zijde van
een raadslid; dat de verdiensten van den ver-
trekkenden leeraar voor ons gymnasium zeer
groot zijn, en boven onzen. lof.
Wij kunnen ons verdes- voorstellen, al
blijven wij het ook vais «tie zijde nog al ge
vaarlijk achten, daarvan in eene openbare raads
vergadering te doen blgkan dat een lid van
den raad, in eene oogenWikkelijke opwelling,
besparen en tegenover hunne ambtenaren recht
vaardig bandelen.
Geen beter middel daartoe, dan bij zulke
aanvrage om ontslag zich te bepalen tot het
verleenen daarvan eenvoudig, zonder meer, of
eervol; in elk geval zonder verdere commen
taren.
De Landsregeering moge verschillende for
mules hebben voor het geven van eervol ont
slag, gewoonlijk afhankelijk van de betrekking,
waaruit men ontslagen wordtdaaromtrent
schijnen vaste bepalingen te bestaan in een
betrekkelijk kleinen kring, als een gemeente is,
achten wij het verstandiger dat men, om allerlei
moeilijkheden te ontgaan, éen vaste formule
aanneme voor alle ambtenaren, zooals wij
hierboven aangaven, en vooral dat de raad
daarvan niet afwijke. Men stoot dan niemand
noodeloos voor het hoofd.
Gevoelt het een of ander lid zich gedrongen
van zijne persoonlijke waardeering te doen
blijken, dan blijve dit geheel voor zijne verant
woordelijkheid. Maar de raad als college houde
zich daarbuiten.
BEN OEM0GEN ENZ.
"Bij kon. besluit:
is een pensioen toegekend van f 3762 aan
jhr mr J. Roëll, afgetreden minister van bui-
tenlandsche zaken
is aan J. A. W. Verschoor, op verzoek, eervol
ontslag verleend uit zijne betrekking als direc
teur van het postkantoor te Arnhem
is aan den heer mr U. H. Huber, lid van den
Raad van State te 's Gravenhage, op verzoek,
eervol ontslag verleend als lid der Staatscom
missie bij kon. besluit no 4 ingesteld, ten einde
de regeering van advies te dienen omtrent de
wettelijke regels, die ten aanzien van het water
staatsbestuur behooren te worden gesteld;
ïs de O.-I. hoofdambtenaar met verlof A. L.
van Hasselt, laatstelijk resident van Riouw en
onderhoorigheden, op zijn verzeek, eervol uit
's land» dienst ontslagen, met toekenning van
pensioen,
0»k de ministers van marine, financiën en
waterstaat verleenen deze week geene audiëntie.
UIT STAD EN PROVINCIE.
Bij de vermelding van een aanstaand
jubilé van een commissaris van politie in een
onzer provinciesteden wordt als iets bijzonders
meegedeeld, dat hij de daders wist op te sporen
van een paar diefstallen en eens een paar
moordenaars ontdekte.
Het is toch eigenaardig, hoe menigeen erop
uit is vair dergelijke ambtenaren altijd als iets
buitengewóóns te vertellen, wat eigenlijk niets
meer is geweest dan hun plicht en hun werk.
Is het dan zoo'n verdienste dat men verricht
waartoe men geroepen wordt?
En als men dan nagaat in hoevele gevallen
dergelijke ontdekkingen niet plaats hebben, dan
- - - - is hét toch vrij onvoorzichtig, door overdreven
behoefte gevoelt om rijn hart mt te spreken. ophemo]arlj(!n jli>4 het licht te doen vallen
Maar dan komt het ons toch hoogst bedenkelijk I op de veje tekortkomingen, die nog plaats
voor dat een college en bloc op dien weg zulk I hebben. Deze zijn wel niet altijd aan de
een raadslid volgt. schuld der ambtenaren te wijten, maar
En dat ès hier geschiedI „onhandige vrienden" moesten vooraf niet
Geoa enkel lid van den raad hoeft erop ge- j °P z»lk eel> wÜze de loftrompet steken, daar
J waar ook bij ontdekkingen vaak meer toeval
weaen,. dat zulk een besluit, met het oog op fl J.
het verleden en op de toekomst, meer dan eene
hoogst gevaarlijks zijde heeft.
Zijn er dan onder hen, die vroeger heen
gingen, niet even verdienstelijke leeraren of
andere gemeente-ambtenaren geweest?
Moet men dan voor het vervolg aannemen
dat, wanneer zulk eene betuiging bij eea eervol
ontslag niet wordt afgelegd, een ambtenaar dan
geen groote of niet zoo groote verdiensten fcad?
De ovsrgroote meerderheid der raadsleden
oordeelt in zulke gevallen bovendien zoader
persoonlijke ervaring omtrent de bctrolkken
ambtenaren; eenvoudig op „hooren zeggen?'.
Deze opmerkingen en de beide gestelde vreten
werpen voldoende licht op het ge vaarlijken "van
het nu, zonder eenig woord van protest,, ge
nomen besluit.
En telkens en telkens weer kan een rar iflslid
zijn collega's, met een beroep op debesü Bsing,
7 September genomen, in een lastig p arket
brengen, waarvan de gevolgen en de ona ange-
naamheden niet zijn te overzien.
Dat men daaraan niet gedacht heeft, ïkomt
ons zonderling voor.
Of heeft de driikte, de langdurigheid der
zitting hier hare parten gespeeld
Zoo ja, dat onze raadsleden dai i toch dn het
vervolg op hun qui-vive mogen zjjn.
Zij zullen daardoor zich zelf rpoette kimnen
halve één (die van den burgemeester tevens
raadslid,) tot verhooging der jaarwedden van
burgemeester en secretaris op het door Ged.
staten voorloopig vastgesteld bedrag.
Te W o 1 fa ar t s d ij k besloot de gemeente
raad Maandag, naar aanleiding der missive van
Gedeputeerde staten om de jaarwedden van den
burgemeester en den secretaris met 1/3 te ver-
hoogen, met algemeene stemmen te kennen te
geven, dat de reeds voorgestelde verhooging
van l/4 der jaarwedde voldoende te achten is.
- De raad van Waarde besloot Maandag
het salaris van den burgemeester en dat van
den secretaris te verhoogen met 75 enalzoo
te brengen'op f 300.
Tot havenmeester, voor het tijdvak van
primo October tot ultimo December, werd met
vier van de zes stemmen benoemd W. van
der Weele, op een salaris, bedragende 10 pro
cent van de te ontvangen havengelden.
Een schooljongen aldaar heeft bij hetBpelen
den linkerarm op twee plaatsen gebroken.
dan activiteit in 't spel is.
Bovendien, tal van personen doen in de maat
schappij evengoed hun plichten geen mensch
neemt daarvan notitie. Het is dan ook niet
noodig om juist van ambtelijke jubilés zooveel
beweging te maken; tenzij dit uitga van chefs,
die reden hebben onder hen staande personen
bijzonder te waardeeren
daden, daden van opoffering, van toewijding,
daden die getuigen van meer dan gewone
plichtsbetrachting.
Door de afdeeling Middelburg van
tfen Nationalen Bond van Handels- en Kantoor
bedienden is het bestuur samengesteld uit de
heerenJ. van Goozen, voorzitter (voorloopig),
J. H. Ie Clercq, secretaris, G. H. van Soest,
penningmeester, G. Freni, eerste en K. J.
Weijnman, tweede commissaris.
Naar men beweert komt voor het bur
gemeestersambt van Y1 i s s i n g e n het meest
in aanmerking de heer mr C. A. Elias, burge
meester van Monster.
De raad te Nieuw- en S i n t - J o o s-
1 a n d besloot met meerderheid van stemmen
gunstig te adviseeren op de missive van Ge
deputeerde staten, betreffende de verhooging
der jaarwedden van den burgemeester en den
secretaris.
Ook werd besloten het getal opcenten op de
personeele belasting met 10 te. verhoogen en
alzoo van 25 op 35 te brengen.
De gemeenteraad van Arnemuiden
besloot Maandag met algemeene stemmen, be-
Maandag vergaderde d
G r o e d etegenwoordig waren alle leden be
halve de heer W. Salomé, wegens ziekte afwezig.
Bij de behandeling van de bekende circulaire
van Ged. Staten tot verhooging der jaarwedden
van den burgemeester en den secretaris, die
heden bedragen f 550 en door genoemd
college worden voorgesteld te brengen op f 730,
ontspon zich eene breedvoerige discussie.
Het lid Hammacher gaf als zijn gevoelen te
kennen dat het tegen de bedoeling van den
wetgever was om de bij art. 19 der wet van
Mei jl. bedoelde uitkeering door het rijk van
1/4 geheel toe te wijzen aan den burgemeester
en den secretarisdat daardoor geene rekening
werd gehouden met de uitgaven der gemeente
voor rijkswerkzaamheden, en dat, als de jaarwed
den, zooals thans, hoog genoeg waren, de ver
goeding in de gemeentekas mag vloeien, omdat
zij dan teruggeeft aan do gemeente wat reeds
jaren ten behoeve van het rijk door de ge-,
meente werd uitgegeven. Hij vond het ook
niet rationeel dat in gemeenten, waar de bur
gemeester niet woont, deze even hoog bezoldigd
wordt als de secretaris en meende dat de
laatste dan meer moet genieten.
De heer De Roo kwam tegen de verhooging
op, omdat, waar de burgemeester nog tijd vond
voor tal van andere betrekkingen, evenals de
secretaris, daaruit blijkt dat de werkzaamheden
voor de gemeente niet zoo gewichtig zijn,
dat verhooging van traktement noodig is.
Bovendien woont de burgemeester niet in de
gemeente en draagt hij niet bij in de lasten.
Ook als blijk van sympathie met den gang van
zaken in de gemeente moet men de verhooging
niet toestaan. Als bewijs daarvoor haalde hij
aan dat er van begin November '96 tót einde
Maart '97 geen raadsvergadering was gehouden
en dat op de kiezerslijsten voor de leden van
den gemeenteraad ongeveer 125 personen waren
weggelaten, die recht hadden kiezer te zijn. Hij
acht hot bovendien niet verantwoord, de
tractementen op te drijven, waar de draagkracht
der ingezetenen vermindert.
De heer Fremouw vond dat het in de be
doeling lag van de wet om de tractementen
te verhoogen en men zich daaraan moest hou
den; hij zou het tractement op f 650 willen
bepalen; de beer Risseeuw sloot zich daarbij
aan, maar wilde f 700 geven; de heeren Lom
baard en A. Salomé wenschten de tractementen
op f 560 te laten. Yan deze gevoelens zal aan
Ged. staten kennis worden gegeven.
Bij de daarop gevolgde behandeling van de
begrooting voor 1898 werd met 4 tegen 2
stemmen verworpen het voorstel van burg. en
weth. om de tractementen op f 700 te bepalen,
en aangenomen een amendement van den heer
De Roo om ze op f 550 te houden. Hiertegen
stemden de heeren Risseeuw en Fremouw.
Daarop werd de post hoofdelijke omslag van
f 4900 teruggebracht op 4700 en de geheele
begrooting vastgesteld op f 14.741.28 in ont
vang en uitgaaf, met f 525 voor onvoorziene
uitgaven.
De vorige week Dinsdag werden een
tweetal zaadbanken op de Wester-Schelde
voor de visschers opengesteld. Het zaad op
de Breskensplaat kwam niet boven, zoodat
voor de visschers hier niets te halen viel. Dit
was wel het geval op de Savooiaards-plaat in
den mond van den Brakman. Maar hier lag
zoo weinig zaad en was het aantal vaartuigen
zoo groot ongeveer 60 a 70 dat ook
hier niet veel te verdienen was. Het zaad
werd verkocht voor 1 fr. i l1/» fr. per ton.
Maandag namiddag sprong aan de Draai
brug de stoker voor den trein tot grintver-
voer van de machine om een wissel te verzet
ten, toen juist op hetzelfde oogenblik, eene
brouwerskar daar rakelings langs reed, waar
door de man tusscben de machine en de kar
beklemd geraakte.
Gelukkig kon de machinist zijn helper grij
pen en op de machine trekken, anders zou de
stoker daaronder zijn geraakt. De man heeft
eenige schrammen opgedaan, doch schijnt ge
lukkig inwendig niet bezeerd te zijn.
De Raad van E e d e besloot Maandag zich
te vereenigen met het voornemen van Gede
puteerde Staten om de jaarwedden van den
burgemeester en van den secretaris te brengen
op 465.
Uit een voordracht, bestaande uit de dames
Th. P. Hulsman te 's-Hertogenbosch, M. M.
Broun te Maastricht en H. M. Henry te Aar
denburg, werd met algemeene stemmen tot
onderwijzeres benoemd raej. M. M. Broun.
No 1 had verzocht buiten aanmerking te blij ven.
In verband met de vergrooting en verbouwing
der openbare school werd de begrooting voor
1897 gewijzigd. Met het hoofd der school werd
eene nieuwe regeling getroffen betreffende het
schoonhouden der schoollokalen.
Op de Internationale tentoonstelling van
pluimgedierte te Arnhem, de vorige week, be
haalde de heer dr Schouten te IJ z e n d ij k e
len prijs met Pommersche kroppers en
een len prijs met Gentsche kroppers.
Men schrijft ons uit IJ z e n d ij k e
De jongstleden Maandag gehouden raadsver
gadering leverde den leden ruimschoots gele
genheid tot nadere kennismaking op. Het
valt evenwel nog niet te constateeren dat de
raad „om" is.
Men zou eerder geneigd zijn aan te nemen
dat van eene bepaalde meerderheid aan de
eene of andere zijde geen sprake is.
Over het voorstel van het dagelijksch bestuur
om de jaarwedden van den burgemeester en
den secretaris, naar aanleiding der circulaire
van Gedeputeerde staten, van f 700 te bren
gen op ƒ900 staakten de stemmen.
De heer Hendrikse bracht daarbij in het
midden dat de tegenwoordige jaarwedden vol
gens de door Gedeputeerde staten gemaakte
regeling f 100 te hoog zijn, doeh in stand zijn
gebleven omdat van titularis niet is veranderd.
De gemeente, die vroeger 3006 inwoners telde,
heeft thans 2856 zielen, zoodat die ambtena
ren zouden vallen in de klasse van f 600. Hij
is er voor dat bedrag met 1/3 te verhoogen
en te brengen op 800, wat naar zijn oordeel
voldoende is, omdat hij het burgemeesterambt
meer beschouwt als een eerepost dan als eene
broodwinning.
De heer Carpreau verklaarde eene ruime
bezoldiging gewenscht te achten, vooral van
den secretaris, wiens werkzaamheden in de
laatste jaren zeer zijn toegenomen en- die daar
enboven nog een zoon op de secretarie heeft,
die niet bezoldigd wordt.
In omvraag gebracht, staakten over het voor
stel van 800 eveneens de stemmen en zal
het aldus verkregen resultaat vóór 1 October
aan Gedeputeerde Staten, overeenkomstig hun
verzoek, worden medegedeeld.
Hierna stelde de voorzitter voor de behan
deling der volgende door hem belangrijk ge
noemde punten uit te stellen, omdat een raadslid
wezig was.
De heer Hendrikse verklaarde zich daartegen
omdat het den raad de verplichting zou opleg
gen in het vervolg steeds tot uitstel te be
sluiten, wanneer weder een ander lid afwezig
is. Bij hoofdelijke stemming werd besloten
voort te gaan.
Aan de orde kwam nu een verzoek van het
R. C. kerkbestuur om verhooging van het sub
sidie aan de bewaarschool en bespreking onder
wijzersvacature.
De heer Carpreau wenschte eerst het tweede
punt tè behandelen, omdat zijn stem over het
eerste daarvan afhankelijk is.
De heer Hendrikse verklaarde geen verband
te zien tuaschendie punten, maar kon zich hij
het verzoek toch neerleggen, waarop de heer
Carpreau repliceerde dat er voor hem wél ver
band in zitimmers, wordt er niet bezuinigd
op het tractement van den te beroepen onderwij
zer, dat in eene vorige vergadering op 650 mot
opklimming tot 700 is vastgesteld, dan zal
daarvan de mindere of meerdere subsidie, die
hij aan de bewaarschool toekennen wil, afhan
gen. Hij acht anders eene verhooging van
200 a 300 niet te hoog, omdat het open
baar onderwijs door die instelling met 1500
a 1600 gebaat wordt.
De heer Hendrikse zeide gaarne mild te
willen wezen, wanneer het het onderwijs geldt,
hetzij dit openbaar of bijzonder is, maar hij
wil het openbaar onderwijs niet beknibbelen
ten bate van het bijzonder.
Besloten werd het tweede punt aan te
houden tot eene volgende vergadering en over
het eerste dadelijk te stemmen.
Met algemeene stemmen werd het verzoek
van het bestuur der bewaarschool ingewilligd
en de bestaande subsidie van 300 gebracht
op 500.
Bij de behandeling van het daaropvolgende
punt, vaststelling der verordening schoolverzuim,
werd, op voorstel van den heer Hendrikse,
besloten dit aan te houden, omdat deze met
genoegen gezien bad dat leerplicht in aantocht
was en eene dergelijke verordening dan over
bodig wezen zal.
Een herziening der heffing van hoofdei ijkeu
omslag werd onbepaald uitgesteld, nadat de
tegenwoordige regeling, volgens het algemeen
gevoelen der leden, geene redenen tot klachten
geven.
Omtrent de kwestie over de Graanbcurs en
het daaraan grenzende erf van den heer Hen
drikse kwam men tot geen eindresultaat, maar
in eene volgende vergadering zal door burg.
en weth. een ontwerp-acte van de erfdienst
baarheden worden overgelegd, terwijl tevens
zal worden beproefd de onder datzelfde punt
voorkomende tuingronden van de IJzendijksche
Stoomtramweg-Maatschappij terug te bekomen
wijl de Maatschappij die toch niet gebruikt en
de administratie daarvan zoowel als het daaruit
te ontstane voordeel meer der gemeente toe
behoort.
Af- en overschrij ving op de begrooting werd
toegestaan en tot het leggen van een zinkput
en riool besloten.
Met algemeene stemmen werd besloten do
bestaande leeningen ten bedrage van 11.000
af te lossen en eene nieuwe leening aan te gaan
van 12.000, aflosbaar met minstens 1000
aarlijks, rentende 3l/j
Het standgeld in de beurs werd op den ouden
voet gehandhaafd en ten slotte door den heer
Hendrikse gevraagd of de voorzitter van den
Raad het bestuur van de IJzendijksche Stoom
tramweg maatschappij zou willen uitnoodigen des
Vrijdags een morgen- en een avondtrein naar
het Veldzicht te doen loopen, welk voorste!
instemming bij de leden en den steun van den
heer Carpreau verwierf die, als gedelegeerd
commissaris dier maatschappij, verklaarde daar
tegen geen bezwaar te. zullen maken.
Een talrijk publiek woonde de vergadering bij.
In het provinciaal collego van toezicht op
het beheer der kerkelijke goederen en fondsen
Zeeland zijn benoemd de heeren D. J.
Dronkers en W. A. Keers.
STRAATBELASTING.
Bij eene ongeteekende advertentie in ons
blad waren tegen Maandagavond eigenaren en
verhuurders van huizen tot eene vergadering
het Schuttershof alhier bijeengeroepen,
ter bespreking hunner belangen in zake de
straatbelasting.
De Bakkerskamer, waar die bijeenkomst
plaats had, was omstreeks acht uur meer dan'
gevuld en aan de bestuurstafel hadden plaats
genomen de heeren P. J. Hubregtse alhier en
J. F. Koeleman te Koudekerke.
Eerstgenoemde opende de bij eenkomst, heette
aanwezigen die elk 10 cent geofferd
hadden ter bestrijding der kosten welkom
en dankte voor de talrijke opkomst, die zijne
verwachtingen verre had overtroffen.
Daarna stelde de spreker in het licht dat
sedert 1869 de uitgaven voor de gemeente
huishouding belangrijk zijn gestegen en dat
thans, om het evenwicht tusschen ontvangsten
en uitgaven te bewaren, door burg. en weth.
aan den raad een nieuwe belasting, onder den
naam van straatbelasting, is voorgesteld.
In 1895 is reeds een dergelijke belasting
ter tafel gekomen, doch die is, dank zij de
oppositie der burgerij, van do baan gebracht.
Spreker is tegen de invoering van zoodanige
belasting, die, waar zij in werking is, onbillijk,
ongerijmd, onrechtvaardig en ongemotiveerd
wordt geacht.
Om dat te bewijzen, haalde hij uitspraken
aan van twee Amsterdamsche heeren, Geerling
en De Jong.
De Midd. Crt., zeide hij, doelende op het
hoofdartikel te dezer zake in ons blad, heeft
een zachte pleister op de wond gelegd. Maar
de redactie van die Courant wordt het zwijgen
;ddat orgaan wordt gecorrigeerd door
hen die aan het roer zitten.
Herinnerende aan het besluit, genomen in de
vergadering van Gemeentebelangmeende de
spreker dat daar de bezwaren tegen eene straat
belasting niet genoeg zijn gepreciseerd. Z. i.
zal die belasting tengevolge hebben vermin
dering van de waarde der panden, dus ver
mindering van het daarin vastgezette kapitaal
zal zij alleen den eigenaar treffenzal zij on
billijk drukken en zal door de vrijstelling van
panden beneden de f 100 huurwaarde ontdui
king in de hand worden gewerkt.
Naar spreker meent, kan de raad buiten de
straatbelasting in het tekort voorzien, 't zij
door verbooging der opcenten op de personeele
belasting, 't zij door verhooging der percen
tage van den hoofdelijken omslag, dan wórdt
niet een deel der inwoners maar de gansche
burgerij getroffen.
In elk geval moet in de gemeente-huishouding
meer bezuinigd worden, wat op verschillend
gebied mogelijk is.
Hoe spreker die bezuiniging begrijpt, was af
te leiden uit zijn zeggen dat, als hij wethouder
was van eene gemeente die zooveel schuld heeft